rcdIOij Chr. Handeldrijvenden en Industrieele Middenstand De Levensloop van Pleter Peuter l'T WOENSDAG 3 JULI 1935 DERDE BLAD PAG. 9 Uit de Pers. Over verantwoordelijkheid Op de volgende wijze spreekt De Stan daard duidelijk uit, hoe naar haar mee ning de last der verantwoordelijkheid thans rust op de sociaal-democraten, betreffende het samenstellen der Colleges van Burge meesters en Wethouders in enkele groote gemeenten. Dezelfde gronden worden aangevoerd, al* wij deden, toen wij ditzelfde betoogden ten opzichte van Rotterdam. De sociaal-demo craten kunnen thans in beide steden hun regeeringskunst toonen. De welvaart heb ben zij in een doosje. De kiezers, die hen Volgden, wachten op de daad. Geen crisis meer, zei de heer Ter Laan in den Rotterdamschen Raad. Daar hebben de roode kiezers recht op. De Standaard schrijft dan: Sociaal-Democraten en Communisten beschikken in Amsterdam en in enkele andere plaatsen over de meerderheid in den Gemeenteraad. Wat zullen zij doen? De Communisten in Amsterdam stel den reeds een soort program op, dat zij aan de Sociaal-Democraten ter overwe ging aanboden. Als laatstgenoemden willen, dan kan er volgens de Tribune heel wat ge beuren. De loonen van het gemeenteper- soneel kunnen verhoogd worden. De „on- derwijsverslechteringen" kunnen onge daan gemaakt worden. Het bekende werk verruimingsplan-De Miranda kan uitge voerd worden. Er blijft een kleine moeilijkheid. De Sociaal-Democraten en Communisten leg gen in September niet, een groot aantal anillioencn. op tafel. Wat de belastingheffing betreft, is er weinig ruimte meer. Men kan eventueel .voor de gemeentefondsbelasting overgaan naar de 3e klasse, hetgeen vooral voor de minder gesitueerden niet zonder be denking zou zijn. Men kan ook de Perso neel© belasting nog wat hooger opvoeren. Maar dan is het ook uit. En deze verhoo- gingen zouden voor de gemeente stellig schadelijke gevolgen hebben. Men kan ook schuld maken en de toe- komst in gevaar brengen. Gelukkig zijn er nog toezicht houdende colleges, die waken! Anders zou het er ,voor Amsterdam en andere steden heel donker uitzien. Intusschen moeten de Sociaal-Democra ten nu toonen, wat zij kunnen. De ver antwoordelijkheid rust in de eerste plaats op hen. Onze Anti-revolutionaire mannen zijn overal in de groote steden verre in de minderheid. Zij kunnen ook bij de vor ming van de colleges van Burgemeester en Wethouders rustig toezien. Zij hebben steeds getoond, dat zij verantwoordelijk heid willen en kunnen dragen. Maar zij behoeven geen mede-verantwoordelijkheid op zich te nemen voor de daden van een college, waarin zij weinig invloed zouaen kunnen oefenen. Een college, dat boven dien telkens weer gevaar zou loopen een meerderheid van Sociaal-Democraten en .Communisten tegenover zich te vinden. De verantwoordelijkheid moet ten volle gedragen worden door degenen, die zoo vele kiezers door hun optreden bij de stembus voor hun\ politiek hebben ge wonnen. De toezichthoudende colleges komen voor een buitengewoon moeilijke taak te staan. Ook de ontwikkeling van het ge meentelijk leven zal. door den gang van zaken geschaad worden. Maar dat alles is niet onze schuld. Wij hebben genoeg gewaarschuwd. WORDT HET NATIONAAL CRISISCOMITE OPGEHEVEN? Aantal .giften sterk gedaald Voor de zooveelste maal lezen we in de Tel., dat dn de betrokken kringen ernstig overwogen wordt het Nationaal Crisis Co mité over eenige maanden op te heffen. Het bestuur heeft sedert lang moeten constatee- ren, dat het aantal giften zoowel in omvang als in aantal dalende was, waardoor aan de talrijke aanvragen om hulp niet meer kan worden voldaan. Bovendien is het van imeening, dat de opzet van het Nationaal Crisis-Comité als een instelling van tijdelij- ken aard niet meer overéénkomt met. de ont wikkeling van de crisis, waarvan de duur danger is dan men bij de aanvang heeft vermoed. Dit is niets nieuws. Herhaaldelijk is reeds van de zijde van het N.C.C. verklaard, dat de kwestie van ophef fing telkens weer onder de oogen wordt ge zien, piet alleen om financieele redenen, maar omdat de abnormaal lange duur der crisis er toe leiden moet, dat ten slotte het werk van het N.C.C. overgaat naar bestaan de overheidsorganen. Jaarvergadering en congres te Groningen Gister is te Groningen de zeventiende jaarvergadering van de Vereen, voor den Chr. Handeldrijvenden en Industrieelen Middenstand begonnen, terwijl heden het Congres dier organisatie zal plaats vinden. Gistermiddag ving de jaarvergadering aan met een huishoudelijke zitting, die niet voor de pers toegankelijk was. De voorzitter, de heer W. G. Scheeres, te Den Haag, hield in deze zitting een ope ningsrede waarin hij den leden een wel kom in Groningen toeriep en er op wees, dat velen zich nog de heerlijke da gen herinneren, die de Vereeniging er in 1921 doorbracht. Spr. wees er op, dat de organisatie besloot tot het beëin digen van de tegen woordige bestaans vorm van de Vereen, en besloot over te gaan tot den vorm van een bond. Spr. bracht in dit verband woorden van dank aan de commissie van voorbereiding. Met een citaat ontleend aan een meditatie van Dr. Kuyper uit 1895, betoogde spr., dat voor alle eeuwen de stem van den Hemel- schen vader de menschen vermaant: Zijt dan niet bezorgd tegen den morgen; want de morgen zal voor het zijne zorgen, elke dag heeft genoeg aan zijn zelfs kwaad. Dc vergadering ging daarna over tot be spreking van de punten der agenda. De Congreszitting Gstermiddag ving het congres aan. De Bondsvoorzitter, de heer W. G. Scheeres te Den Haag, opende het samenzijn, nadat gezonp-en was Psalm 68 10 en gelezen Je.saja 40 2631. Na de verwelkoming van de gasten, o. w. de vertegenwoordigers der regeering zoowel Ijier te lande als in België, wees spr. er W. G. Scheeres op, dat sedert 1921, toen ook te Gro ningen werd vergaderd, een groot verschil van de conjunctuur is waar te nemen. Toen schijnwelvaart en nu de dagen van neerge ploft te zijn, om Dr. Colijns woorden te ge bruiken, in een geheel andere wereld mot zijn harde realiteit van strijd om bestaan ol beter gezegd met zijn strijd om niet ten onder te gaan. Zij wier zakenleven beide perioden om spannen,hebben naar waarheid de be- teekenis geleerd van Asafs bede: Rijkdom noch armoede geef mij die. En als wij om ons staren, dan is daar naast werkloosheid voor velen voor ande ren het moeten werken voor bijna geen loon. Beide zijn als striemende geesels over ons zuchtend volk, waaronder ook in niet ge ringe mate de middenstand bittere tijden doorleeft, zoowel de handeldrijvende als de industrieele middenstander en bovendien zien beide groepen zich belaagd door vele ouder en nieuwe vijanden, aanrukkend in zwellende formatie van; belagende omstan digheden, crisismaatregelen, veldwinnende vooroordeelen. In dit verband besprak de heer Scheeres de „Nieuwe 'vrienden van den Middenstand" waarover Prof. Diepenhorst zou spreken, en hij stelde de vraag of dit misschien Prof. Gelissen, de nieuwe minister van Econ. Za ken zou zijn. Van Minister Verschuur baden wij, aldus spr., groote vriendschapsverwach tingen voor den middenstand. Zijn opvolger Minister Steenberghe ver rijkte met zijn „vestigingseischein" de rij van voor de middenstand belangrijke wetsont werpen met nog een exemplaar. Zouden onder de Nieuwe Vrienden ook gerekend worden, of zouden het soms zijn, de nog maar steeds niet uit de parlementaire molen willende komen wettelijke regelingen betreffenae uitverkoopen, afbetalingsstelsel, cadeaustelsel? Prof. Diepenhorst zal ons het koord doorknippen, en het doek, dat de beeldengalerij nog voor ons oog bedekt, zal vallen. Toch wilde spr. enkele Nieuwe Vijanden signaleeren, die op 't vizier moeten genomen worden. Nieuwe vijanden, althans belagers van den middenstand, worden door ons, al dus spr., zeer zeker geacht: De inkoop en distributie door de Vereen, van Ned. Ge meenten ter hand genomen, De enorme uit breiding van de werkingsfeer van het Werk. tuigenbureau van de diverse landbouworga nisaties. (De Chr. Boeren- en Tuindershond en de R.K. Landbouworgansaties doen hier aan niet mee.) Voorts allen, die geweldig meeroepen in hot koor dergenen die beweren, dat de klein- handelprijzen omlaag moeten doch zelve uit eigen baat mede oorzaak blijven, dat de vaste lasten voor den middenstand op het hooge peil blijven, dateerend uit den hoog conjunct uurtij d. Denk ook aan de hooge rente-premiën en belastingen, die op de zaken drukken, als ook aan de veldwinnende mentaliteit om te koopen van hen, die langs de deur gaan en werkjes laten verrichten door lieden bui ten de vakpatroons om. Altemaal factoren die hun funeste ont wrichtende invloed doen gelden en het den Middenstand steeds moeilijker maken en meer en meer belemmeren in zijn functie van nuttig distributie apperaat en Centraal Bu reau van goederen en arbeidskracht. En voeg daarbij nog de ontstellende en ongestoorde aanwas van het grootwinkel en filiaalbedrijf en nog is de lijst van nieuwe belagers niet compleet. Tegen dezen stroom vermag de enkeling niets en is alleen door middel van krachtige organisatie een dam op te werpen en een open oor en oog te bepleiten en te bevorde ren bij de overheid, opdat niet de redden de hand kome als het te laat is. Maar daarnaast wil spr. den middenstand toeroepen: Zoek toch vooral niet uw heil in zuchten en klagen. Steun niet al te zeer op de Overheidskrukken. Doorzoek of er een schadelijke weg is in uw nering of hantee ring. En trek dagelijks de lessen, die de practijk des levens biedt. Spr. hoopte, dat men van hier mocht gaan met het gebed tot God om Zijn slaande hand van ons te kunnen wenden en de bede om kracht om in deze moeilijke lijden staande te kunnen blijven. Maar naast het gebed ook het arbeinen, als ware rentmeesters, we tende, dat uit 's werelds duist're wolken een licht der lichten is opgegaan en deze Vredevorst aLeen kan gebieden den vrede op aard en in mijn ziel. Daarna verklaarde spr. het Congres voor geopano. Wijdingssamenkomst Hedenmorgen ving een wijdingssamen komst aan onder leiding van Ds. H. W. t e Winkel, die sprak over het onderwerp: Wat voorop moet staan. Daarna werden in huishoudelijke zitting de vraagpunten der afdeelingen behandeld, waarna een toesspraak volgde van den heer Ir. A. van C a 11 i e, vertegenwoordiger van de Belgische Middenstand. Prof. Mr. P. A. Diepenhorst te Am sterdam, hield vervolgenis een rede over: „Nieuwe vrienden van den Middenstand". We komen hierop morgen breeder terug. NEDERL. SLAGERSBOND 44ste Congres te Arnhem Krachtige, doelbewuste maatregelen gevraagd In „Musis Sacrum' 'te Arnhem werd van daag gehouden het 44ste congres van den Ned. Slagershond. De vice-voorzitter, de heer E. Weiraa van Leeuwarden, zeide in zijn openingswoord o.m., dat uit het werk van bondsbestuur en ^bureau wel gebleken is dat trots teleurstel ling en tegenheden een krachtige doorge zette actie en een openlijke gerechtvaardig de eerlijke critiek toch wel in staat zijn iets te bereiken. Dat, is b.v. gebleken toen eind Oct. '34 de crisisheffing op het rundvleesch tot op de helft werd verlaagd. Dat is opnieuw geble ken hij de Crisis var kenswet. De herziening van het Baconcontract is er het resultaat van geweest, door de goedkoopere uitvoering der wet kon de heffing van 9 tot 6 cent per kg. terug worden gebraoht Dat is opnieuw ge bleken uit het rapport-Beumer. En nogmaals, dat is gebleken op 6 Augustus '34 toen de heffing op vet en reuzel van 35 tot 24 ets. werd verlaagd. De slagersstand wacht met spanning op spoedige afdoende voorziening in de gebre ken van de Vleeschkeuringswet. In den goeden tijd werd dit nog zoo ernstig niet gevoeld, maar thans drukt alles dubbel zwaar. En niet slechts door de leemten t.a.v. de vleeschkeuring, maar ook in ander opzicht wordt de toestand ernstig. Wanneer er niet spoedig verandering komt, dan wordt het zakendoen onmogelijk gemaakt. Want de noodtoestand eischt dagelij ks slachtoffers in ons bedrijf. Het huidige tijdstip vraagt ingrijpende maatregelen op het gebied van de maat schappelijke herordening. Het vraagt naar onze meening „geen beloften" maar daden, maatregelen, krachtig en doelbewust. Jaarverslag Het Jaarverslag vangt aan met een woord van afscheid van den Bondsvoorzitter den heer W. Schaab te Nijmegen, die na 16 jaren deze functie te hebben vervuld, op 2 Juli het voorzitterschap neerlegt. Het Adviesbureau van den Bond en de verschillende instellingen (Overlijdensfonds, collectieve verzekeringen, de J. A. Schon- thalerstichting, de ziekte-risicovereenging „De Samenwerking" waarvan de Ned. Sla gershond mede-oprichter is) zijn wederom voor de leden van den Bond van groot nut gebleken. Uit het overlijdensfonds vondèn in het verslagjaar 18 uitkeeringen van f 100 plaats. Per 1 Juni 1935 telde de Ned. Slagershond 3355 leden, verspreid over 110 afdeelingen, en 89 persoonlijke leden, totaal dus 3444 leden. Zelfs dit crisisjaar werd nog een, iij het kleine, ledenwinst geboekt, n.l. van 38 leden. Afscheid van den Bondsvoorzitter In een gisteravond gehouden samenkomst heeft, de Bond afscheid genomen van zijn voorzitter, den heer Willem Schaab uit Nijmegen, die den Bond 16 jaar met groote toewijding heeft gediend. Hem werd een schilderij van het Bondsbestuur aange boden en het geschilderd portret van zijn kleinzoontje. Beide geschenken gingen van een oorkonde vergezeld. DE STEUN AAN DE SCHEEPVAART Voorloopig verslag van de Tweede Kamer Aan het Voorloopig Verslag der Tweede Kamer inzake het wetsontwerp tot toeken ning van rentelooze voorschotten ten be hoeve van de scheepvaart, is het volgende ontleend: Het ontwerp vond algemeen instem ming. Echter werd er van verschillende zij den op gewezen, dat de hulp, welke thans aan de scheepvaart geboden zal worden, geenszins afdoende zal zijn. In dit verband zou men gaarne worden ingelicht over de vraag, hoe de regeering zich de verdere steunverleening aan de scheepvaart voor stelt Verscheidene leden betreurden ern stig dat de kleine zeescheepvaart niet voor steun in aanmerking zal komen. Zij dringen er op aan, de kustvaart niet van de steunverleening uit te sluiten, al zal zij wellicht volgens an dere maatstaven moeten worden ge steund dan de groote zeescheepvaart. Vele leden wenschten te worden inge licht omtrent het standpunt der regeering met betrekking tot het passagiersvervoer op Noord- en Zuid-Amerika. Het standpunt, dat de regeering in dezen schijnt in te nemen, er op neerkomende, dat het groote passa giersvervoer van en naar dit werelddeel zou moeten worden prijsgegeven, omdat de Ne- derlandsche reederijen toch niet zouden kun nen concurreeren tegen de sterk gesubsidi eerde buitenlandsche concurrenten, konden verscheidene dezer leden geenszins deelen. Zij zcuden het noodlottig achten, in dien de Nederlandsche scheepvaart op Noord- en Zuid-Amerika zich voortaan tot de vrachtvaart zou moeten beper ken. Deze leden zouden het veeleer toe juichen, indien de regeering er toe kon besluiten, den bouw van een twee de schip van het type Statendam mo gelijk te maken. In ieder geval dron gen zij er krachtig op aan, dat in deze aangelegenheid nu met den grootsten spoed een beslissing zal worden ge nomen. De Kon. Hoil. Lloyd Welke plannen heeft de regeering, zoo werd gevraagd, ten aanzien van den Kon. Holl. Lloyd? Betreurd werd, dat het passa giersvervoer is opgeofferd. Zal het mogelijk zijn, zoo werd gevraagd, althans de vracht vaart in den tegenwoordigen omvang in stand te houden? Sommige leden zouden gaarne vernemen, of het initiatief tot het aanvragen van surséance van de revering is uitgegaan. Wat zullen de gevolgen van deze surséance zijn voor het personeel en de gepensionneerden? Waarom dezen aan hun lot overgelaten? Deze laatste vragen gaven een aan tal leden aanleiding te betoogen, dat het hoog tijd wordt wettelijke maatre gelen te nemen, opdat de bezittingen van aan ondernemingen verbonden pensioenfondsen niet met de activa van die ondernemingen zelve ver mengd worden. Zij drongen er op aan een zoodanige regeling te treffen, dat dergelijke fondsen voortaan rechtsper soonlijkheid en een eigen beheer* krij gen, waarbij ook aan het personeel in vloed wordt toegekend. G pepermunt DONDERDAG 4 JULI HUIZEN 301 M. - 8.00-9.15 KRO. 10.00 NCRV. 11.00 KRO. 2.00 NCRV. 8.00-9.15 en 10.00 Gram.pl. 10.15 Morgendienst olv. Ds. G W. v Deth. 10.45 Gram.pl. 11.30-12.00 Godsd. halfuur. 12.15 Orkestccocer,t en gram pl. 2.00 Handu-erkcursus. 3.003.45 Zang door A. Goettsoh (sopraan). A. d. vleugel: mevr. W. GoudaDen Hertog. 4.00 Bijbelle zing Ds. E. J. H. v. Leeuwen, mmv. bariton en orgel. 5.00 Handenarbeid voor- de jeugd 5.30 Orgelspel S. P. Visser. 6 30 Gram.p. 6.43 Cau sene A. Stapelkamp. 700 Politieber. 7.15 Re portage. 7.30 Jouro. weekoverzicht door C. A. Crayé 8.00 Vaz Dias. 8.05 Haarl. Orkest vereniging olv. M. Adam, mmv. C. Luitje; (piano). 9.00 W. A. Kruijsdijk: Gevaren var den weg. 9.30 Vervólg concert (Om 9.55 Be richten. 10.30—11.30 Gram.pl. HILVERSUM 1875 M. AVRO-uitzending. 8.00 Gram.pl .9.00 Ensemble Francis Keth. 10 00 Morgenwijding. 10.15 Gram.pl. 11.00 Knipcursus mevr. I. de Leeuwvan Rees. 11.45 Gram.pl. 12.30 Jetty Cantor en haar or kest. In de pauze: gram.pl. 2.00—3.45 Omroeip orkest olv N. Treep mmv. E. Veen (piano) en gram.pl. 4.00 Voor zieken en ouden var dagen. 4.30 Gram.pl. 5.00 Voor groote kinde ren. 5.30 The Continental Five en gram.pl. 6 30 Sportpraatje H. Hollander. 7.00 Omroep orkest olv N. Treep. 7.25 „Botsingen 8.00 Berichten. S.05 Omroeporkest olv. N. Treep. 830 „AVRO-Ruiters attentie!". Be kendmaking der winnaars van AVRO s slip- jacht door R. de Clercq. Mmv. Kovacs Lajos' orkest. 9.30 Disco-nieuws. 10.00 Vervolg v?~ 830. 10.45 Gram pl. 11.00 Berichten. 11.10- 12.00 De AVRO-Decibels olv. Eddy Meenk. Het Rutland Square en New Victoria-orkest olv N. Austin. 1.05 Gram.pl. 1.40 Speeches aan het noenmaal van de Empire Parliamen tary Association. 2 10 Pattisons salon-orkest. 3.20 Vesper. 4.10 H. Darewski en zijn orkest. 5.05 Orgelconcert T. W. North. 535 E. Pi- ni's tango-orkest. 6.20 Berichten. 6.50 Het Parkington-kwlotet. 7.35 BBC- dansorkest. olv. H. Hall. 7.35 Radio-tocneel. 8.20 ..L'Amour des trois oranges", van S. Proko- fiew olv. Alb. Coates 9.50 Berichten. 10.20 Kerkdienst. 10.35 BBC-theater-orkest olv. A. Wood 11.35—12.20 Het Casani Club-orkest olv. Charlie Kunz. RADIO PARIS 1648 M. 7.20 en 8 20 Gram.pL 12.35 Kamermuziek olv. Doyen. 5.05 Radio- tooneel. 9.05 Nat. orkest olv. Inghelbrecht mmv, Raugelkoor. Hierna dansmuziek KALUNDBORG 1261 M. 12.20—2.20 Ccncert uit rest. „Ritz". 3.00 4 50 Reportage. 635—1 6.55 Piano-recital. 8.20 Trio-ccncert. 9.00—4 2.20 Dansmuziek voor de jongeren. KEULEN 456 M. 6 35 Concert. 12 20 Omroep. orkest en solisten. 2 35 Gram.pl. 4.20 Guitaar- spel. 5.20 Omroepkleinorkest. 8.30 Militair concert. 10.50 Dansmuziek. 11.20 Ccncert uit München mmv. pianosolist. 11.45—12 20 Dansmuziek. BRUSSEL 322 en 484 M. - 322 M.« 12 20 Gram.pl. 12.50 Salonorkest. 1.50—2.20 en 5 20 Gram.pl. 6.50 Zang. 7.35 Gram.pl. 8.20 Vo caal concert. 10.30— 11.20 Gram.pl 484 M: 12.20 Gram pl. 1.30-2.20 dito. 5.2Ö Orgelcon cert. 6.20 Gram.pl. 6.50 Salonorkest. 7.35 dito. 8.20 Omroeporkest olv. Gason. 10 30—11.20 Dansmuziek. Dé l 'TSCH LAND SENDER 1571 Me<er. 8.30 „Hein Godenwind, der Admiral von Moskitcnien". hoorspel. 9.40 Volksdansen. 10.20 Berichten. 1030 Orgelspel. 1100 Weer bericht. 11.20 Concert uit München. 11.45—* 12.00 Robert Gadens dansorkest. Land- en Tuinbouw. Zesde landbouwweek Ruim driehonderd deelnemers De zesde landbouwweek wordt thans te Wageningen gehouden en geniet veel be langstelling. Ruim 300 deelnemers hebben zich laten inschrijven. Bij de opening wees de voorzitter, de heer T. A. C. Schoevers er op, hoe het co mité gemeend heeft ook dit jaar weer een Landbouwweek te moeten houden, opdat wij, als de crisis eens over is, het beste pro duct tegen den laagsten prijs op de wereld markt kunnen brengen. Het groot aantal deelnemers bewijst, dat de commissie in de zen juist gezien heeft. Spr. herhaalde wat prof. dr. Grijns Vrij dag ji.1. bij zijn afscheid heeft gezegd, en herinnerde voorts aan de woorden van twee andere groote Nederlanders n.l. J.Pzn. Coen „Dispereert. niet", en Maarten Harpertszn. Tromp: „Couragie, 't za] waarachtig wel gaan". Met den wensch dat de landbouwer niet zal dispereeren, en dat de landbouw in de naaste toekomst waarachtig wel gaan zou verklaart spr. de Landbouwweek ge opend. Hierna werd de z.g. Zuiveldag gehouden. Als eerste spreker trad op de heer W. N. Blink te Leeuwarden. Hij be handelde: De beteekenis van de veehouderij en de zuivelbereiding voor den Nederland- schen landbouw. Gewezen werd op het feit, dat van den Nederlandschen cultuurgrond co. 600.000 H.A. overwegend door akkerbouw wordt in genomen en ca. 1.700.000 H.A. of driekwart, waar de veehouderij de bedrijfsinkomsteu geeft. Daar de export zeer beperkt is, moet ae verhouding thans beschouwd worden als producent van voedsel voor eigen land en wel van eiwitten en vetten. De akkerbouw levert de noodige koolhydraten. Samen kunnen ze in de bestaande behoefte voor zien. Daarom is in deze tijden beperking van de invoer aan te bevelen. Tweede spreker was de heer J. A. G e- 1 u k, die handelde over: „Maatregelen tot bevordering van den afzet van melk- en zuivelproducten". Spr. wees op de groote teruggang van den zuivelexport, die in de laatste vijf jaar met 145 millioen terugliep. Exportvergroo- ting is thans niet denkbaar. Wel moet gelet worden op vergrooting van binnenlandsch verbruik. Omgerekend per jaar en per hoofd der bevolking verbruikt Nederland 357V£ K.G. melk terwijl van 15 andere ons omringende landen dit cijfer is 460y2 K.G. Als het melk- verbruik tot dit gemiddelde werd opgevoerd was dat 824 millioen K.G. per jaar, dat is meer dan de melk van 210.000 koeien, die de laatste twee jaren afgeslacht zijn. De boterprijs'is te hoog. Beteugeling van! de margarinefabricage zou boterverkoop vergrooten. Gewezen werd op de propagan da voor het melkbrood. Bij de bespreking bleek, dat meerderen de verlaging van den boterprijs noodig ach ten, terwijl het margarinemenggebod van 25% algemeen afgekeurd werd. Maar dan 0 wee, wat 'n ongeluk! Heel d'auto verdwijnt opeens met 'n ruk- Pictei trapte op de gaspedaal En heel het geval ging aan den haal! De bestuurder slaat Met z'n neus op straat: Hilda roept. „Help!" Ze weet geen raad! De auto toert oen paar keer rond, Vliegt dan rechtuit, en schiet terstond. Met veel gckiaak en veel geknal, De bakkerij in van Van Hal Bij m'n leven, Dat zal wat geven! 'k Zit er nu al Van te beven! (Wordt Vrijdag 1. FEUILLETON TOEN MOEDER WAS HEENGEGAAN een klein nichtje bij zeven neven Zij ging de plaats over, zonder eenmaal op te zien. De portierster, die bezig was met vegen, ging niet voor haar uit den weg; het dunne manteltje, dat haar tengere leden omsloot, kon haar onmogelijk tegen de gure koude beschutten. Waar zou zij wel heen gaan? Zeker andere kinderen les geven, even ondeugend als Piet Niet alleen buiten zou ze kou lijden, maar zelfs nog in de ver warmde kamers, waar een koele ontvangst het hart versteent. Haar met mijn gedachten volgende, her innerde ik mij eensklaps dat haar moeder thuis op haar wachtte; terwijl ik mijn boe ken bij elkander pakte om ze mee naar mijn kamer te nemen, dacht ik bij mijzelf: ze is toch nog de gelukkigste van ous beiden. Dien middag was mijn vooruitzicht niet heel prettig, want ik moest nicht Amelia een bezoek brengen. Ik beefde al toen ik er maar aan dacht en ging naar Thérèse om mij wat moed te laten inspreken, want zij beschouwde alles altijd va,n de beste zijde. „Daar doe je goed aan, om die arme dame eens te bezoeken... Zij is altijd alleen nooit komt er iemand bij haar... Het is wel treurig, als men niemand op de weield heeft om lief te hebben." „Maar zij is ook zoo... zoo...". Ik zocht naar een woord, dat niet al te hard klonk, want Thérèse's goedhartigheid maakte mij beschaamd. I ,,'t Is waar, zij is niet beminnelijk", zei Thérèse, „maar hoe zou zij dat ook kunnen zijn, als niemand haar liefheeft? En bedenk eens, hoe eenzaam zij het daar bovsn moei hebben!... Zij heeft niet eens een meid oin haar te bedienen... zij gunt zichzelf mets; zij leeft van het afval van anderen." „Afval!" herhaalde ik verwonderd. „Ja, dat zegt men zoo, als men zoo van de genade afhangt. Soms vraagt mevrouw haar ten eten en dan kan ze ten minste haar hart eens ophalen." „Maar waarom leeft zij zoo?" Sommigen beweren dat zij zoo gierig is, maar ik zeg dat zij geen geld heeft o:u anders te kunnen leven, want waarom zou zij zich dan zoo bekrimpen'' Met Nieuw jaarsdag heeft zij Rosalie, Willem en mij, ieder een tienstuiverstukje gegeven. Rosalie weigerde het aan te nemen, maar ik niet en zei: „Dank u wel, juffrouw, ik zal het in den spaarpot van Frans doen Waarom zou men zoo '11 kleinigheid niet aannemen? Het kost haar misschien veel meer. tien stuivers te geven dan aan een ander tien gulden. Wees nu maar heel lief tegen haar kind, en bedenk dat iemand, die niemcr.d in de wereld heeft om lief te hebben, zeer te beklagen is." Dit bevestigde ik uit den grond vin mijn hart en Thérèse begreep mij en knikte mij vriendelijk toe: meer kon zij niet. doen, want zij was druk bezig met het doeg van de pudding te kneden, maar haar glimlach was mij voldoende. „Daar wordt gescheld" zei zij, .,en Willem is heel boven, wat zal ik nu doen?" „Ik zal wel even opendoen", riep ik en snelde naar voren. Het was Anna, die mij een pakje brieven overgaf en zei: „Het kind daar ginder spreekt iederen dag over u... Zij vraagt mij telkens, of die lieve jongejuffrouw nog niet eens terugkomt." „Welk kind?" ,.,Och! dat kleine zieke meisje hier over, wier vogeltje bijna door uw kat opgegeten was." Toen vrouw Anna over de kat sprak, keek zij mij niet zeer vriendelijk aan en voegde er bii: „Wanneer ik den gantchen dag niets te doen had, liet ik mij niet zoo lang bidden om een arm verlaten kind eens op te zoeken." Ondanks de niet zeer beleefden verm, waarmee zij haar verzoek deed, verheugde het mij toch dat er iemand was, die naar mij verlangde, en die ik een weinig genoe gen kon verschaffen. Ik wist, daj wanneer oom en tante uit waren, de brieven altijd op een tafeltje werden geleg&l terwijl ik dit deed viel er een op den gk>nd en ik haastte mij dien op te rapen. R»t adres was met groote, ronde, onduidelijke letters geschreven, maar toch leesbaar, want ik zag dadelijk, dat mijn naam er op stond. Die brief was dus voor mij... Het eerst wat ik deed. was nag.r Thérèse gaan om haar deelgenoot van mijn geluk te maken; zij scheen bijna even verheugd als ik. „Kom, ga daar nu bij het raam zitten, dan kun je je brief op je gemak lezen en mij er later het een en ander uit vertel len. Het is prettig een brief te krijgen waarnaar men zoo verlangd heeft... Ik weet nog hoe gelukkig ik was toen Frans bi; zijn min was en mij schreef dat hij gezond en sterk was en al begon te loopen." Het was de eerste maal dat ik een brief kreeg. Er was geen couvert om. maar op ouderwetsche manier toegevouwen en met een ouwel toegemaakt; ik moest hem aus zeer voorzichtig openen om hem niet te scheuren. Thérèse wees mij een lade. waar in een schaar lag en ik ging op de piaats zitten, die zij mij had aangewezen, om rustig te kunnen genieten. Nauwelijks had ik boven aan de eerste bladzijde het woord „Wilgenhof" gelcaen, of de tranen benevelden mijn gezicht en ik moest ze eerst goed afvegen, om liet vol gende te kunnen lezen: Lieve Ursula, Ik neem de pen op, 0111 je te doen weten dat je ons lang op tijding van je laat wachten. Zij zijn erg bedroefd, dat je weg zijt, en oom is sedert je vertrek lang zoo vroolijk niet meer. Je bent nu pas drie dagen weg en het schijnt ons wel drie maanden toe. De kat troost zich nog al en neemt je plaats in den leuningstoel in: waar ze bijna den ge- heelen dag ligt te slapen, maar Castor zoekt je overal en schijnt al blaffend te vragen waar je ben. De kippen leggen geen eieren meer of misschien weet ik ze niet zoo goed te vinden als lij. We hopen, dat je een goede reis gehad hebt. Schrijf ons nu spoedig, want wij missen je erg. Groet al die heeien en dames van ons. Vaarwel, mijn lieve Ursula, in gedoch ten geven we je een hartelijkon kus. Je tante, A. Rebel. P.S. Hierbij zend ik je hot laatste bloempje van den heester vlak voor ons raam. Wij bidden den goeden God dage lijks, dat Hij je bescherme en zegenc en je steeds meer op je moeder doe ge lijken Nogmaals, vaarwel mijn snoesje. Dit laatste woord was verscheiden malen doorgeschrapt en op verschillende manie ren geschreven, maar eindelijk gaf de goeie tante Rebel toch de voorkeur aan de spel ling, die ik hier weergeef. In drukte een kus op dat woord, want het was als hoorde ik het mij opnieuw door die vrienriel.jke stem toefluisteren. Daarop begon ik te schreien, alsof mijn hart zou breken en Thérèse vroeg mij verschrikt of ik slechte tijding ontvangen had. „O! neen, neen, ik ben zoo gelukkig rret dien briet. maar schreien moet ik, anders stik ik nog." Toen ik eindelijk wat bedaarde, las ik Thérèse den brief voor, en vertelde haar opnieuw van „Wilgenhof", van oom en tante Rebel, van Castor, mijn kippen, mijn bloemen, die kleine, stille, vriendelijke omgeving, waar ik mij zoo gelukkig had gevoeld. Driemaal las ik mijn brief over en deed hem toen in mijn laschje bij moeders portret en zei aan Thérèse, dat ik *«nte wilde antwoorden maar ik had t-apier noch enveloppen. Thérèse bezat ze ook niet en ik moest dus wel wachten totdat tante thuiskwam. 1 „Vergeet de visite bij je nicht Amelia niet", zei Therèsa. 1 Die had ik geheel en al vergeten en ik ver onderstel dat ik niet heel vroolnk keek, toen Thérèse er mij aan herinnerd o. HOOFDSTUK X onaangename ervaringen Tegen mijn zin moest ik wel besluiten dat bezoek af te leggen. Therèse wees mij den weg, opende mijzelf de deur en wachti te. totdat ik de plaats over was. In hot voorbijgaan wierp ik een blik op Anna's kamertje, vlak tegenover de keuken en de keukentrap, die op het nauwste gedeelte van de plaats uitkwam; ik moest de woning van den portier voorbij om de trap te bereiken die naar nicht Amelia's vertrek leidde. De portier, die tevens kleer maker was, keek mij eens aan. ik groette hem beleefd en zei: „Goeden morgen, mijn heer", wat hem veel pleizier scheen te doen althans hij zei tot ziin vrouw die mij ook opnam: „Die jongejuffrouw weet neg eens hoe het behoort." „Zij is ten minste beleefder dan die kwa jongens van den dokter", zei zijn vrouw. .Mijnheer Albert is wel beleefd zei de tnan, „en wat den jongeheer Paui omgaat hij is wel wat ondeugend, maai- herinner ie eens, wat hij voor mij ;°doan hee't toen ik ziek was; ik ben overtuigd dat hij een goed hart heeft." '(Wordt vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1935 | | pagina 9