„SONNEVANCK"
WOENSDAG 5 JUNI 1935
TWEEDE BLAD PAG. 5
HET REGEERINGSONTWERP
EN ONS CHR. ONDERWIJS
ii
Onze ergste klachten loopen ten eerste
over de algemeege leerlingenschaal en de
,-,k\veeke-ling met akte", ten tweede over
onze kweekscholen.
De leerlingenschaal wordt verhoogd; in
plaats van klasjes van 30 40 leerlingen
krijgen wc ze nu van gemiddeld 45 a 50,
dus ook met uitereten van 60. Daarmee ver
liezen we wat: een klas van 30 leerlingen is
iets anders dan een van 50.
Dat zal moeten wennen: voor de onderwij
zers, voor do leerlingen, ook voor de
ouders, die dat aankijken. We zullen het,
hoezeer we 't bejammeren, moeten aan
vaarden, als een van de booze gevolgen van
de booze crisis. En ten slotte: make the
best of it: moed houden en er van maken,
wat er van te maken is.
Erger is de uitvinding van den wettelijk
erkenden kweekeling met akte, dat wil
zeggen: den onderwijzer met volle bevoegd
heid en dienstjaren, desalm* ttemin: naast
zijn gelijkwaardigen collega van den eer
sten rang: een van den tweeden. Naast el
kaar werken aan een school twee mannen,
die hetzelfde werk doen, gelijke voorstudie
hadden en gelijken diensttijd hebben: de
een verdient ƒ1800, de ander ƒ600 (de Re
geering stelt zich voor (zie Memorie, p. 29,
al. 1) „een bedrag van 500 'sjaars voor
hen, die bij hun ouders kunnen inwonen")
Ik durf de Regeering met deze hare inventie
miet gelukwenschen. Een tegenstelling in
salaris, als ik daar noemde, zal in dezen
tijd, na een halve eeuw van vaak bitteren
strijd om billijke loonregeling in allerlei be
drijven, moeilijk voldoen. Niet alleen den
betrokkenen, maar ook het volk in zijn
breederc kringen. Niet alleen nu, nu wij er
op kijken als op een toekomstbeeld, maar
ook in de praktijd van iiet leven, dat dreigt
De Regeering schrikt terug (zie: Memorie
p. 28, al. 4) voor „een drastische salarisver-
mindering". Toch hoorden wij reeds uit het
Noorden des lands van stemmen, die deze
verre verkozen boven de nu bedachte barre
schending van de gelijkheid en de broeder-
6chap. Wij kunnen ons dat gerucht begrij
pen. Ook wij gelooven alsnog, dat de Regee
ring haar 10 miljoen op andere wijze moet
vinden. Wat daarbij een gunstige factor
wordt, is het beter uitzicht dat bij kalmer
regeling daagt voor onze werk- en loonloozen
De beginnende salarissen zullen vooral kun
nen eri moeten worden geknepen, tot een
leeftijd b.v. van 27 jaar; daarna minder, ter
wijl de toelagen voor gehuwden en kinder
toeslagen zullen moeten blijven. Die voor
verkregen aktes geheel te schrappen, lijkt
mij, gelet op de gesteldheid en redcneeriii-
gen van de gewone menschelijke harten, niet
verstandig. Zij mogen iets worden vermin
derd, te verdwijnen dienen zij o.i. niet.
Wij komen nu aan het ergste. Dat wordt
een droef verhaal.
De wet-1920 groeide op dn de dagen van
Olim; zij schiep o.m. een stevige opleiding
van onze aanstaande onderwijzers, zorgde
voor hun algemeene kermis, ook en dat was 't
•Mooiste voor hun theoretische en practi-
£che opleiding als vakman. Want het school
meesteren is een vak, waarvoor een vak
kundige opleiding van afkijken, nadoen,
'controle, theoretische fundeering en bewijs
geven van geschiktheid eai bekwaamheid
rioodig is. In dezen mag het onderwijswerk
niet achterstaan gelijk het te veel deed
en nog zonder voldoende garantie doet
bij molens- en bruggenbouwers, bij dok
ters, enz.
Dr. De Visser had het alles schoon be
raamd en (besteld. Toen kwamen de eerste
waarschuwingsseinen, dat we de woestijn
in zouden moeten; dat was in 1923. De
nieuwe opleidingsplannen werden terugge
nomen, Titel VI der wet (over de opleiding)
werd ingetrokken. De Kamer vond dat goed,
De opleiding, de kweekscholen hadden nu
voortaan alleen niet de Regeering te maken;
zij stonden huiten -de wet, de Kamer had
haar hand teruggetrokken. Tien jaar heeft
die toestand geduurd. Van nabij heb ik hem
meegemaakt; 'k heb niets dan lof voor wat
de Regeering en haar ambtenaren voor onze
kweekscholen hebben gedaan: de geest van
De Visser bleef in de zalen en kamers aan
't Bezuidenhout wonen. Wij werden er als
ikinderen ontvangen en verzorgd.
Ik moet hier even gewag maken van de
Commissie ran Drie: dat waren drie afge
vaardigden van de drie kweekschoolorgani
saties: de rijkskweekscholen (met enkele ge
lijkgerichte inrichtingen), de Roomsch-
kabholieke kring, onze Christelijke kweek
scholen. Die drie waren het ten slotte altijd
eens. Ten slotte zeg ik, want die eenheid
eischte vaak lang beraad. Maar het einde
-was toch eenstemmigheid tegenover de
Overheid. Die eenheid was ook een groot
gemak voor de Regeering; er was óf eenpa-
I stond in ons nummer van gisteren.
rige instemming óf eenparig verzet Men
wist precies wat men aan elkaar had. Door
die eendracht hebben onze kweekscholen
veel goeds bereikt. Wij spreken hierover, om
dat ik voor het heil der Nederlandsche
scholen zoo'n vóór-parlement je, opkomende
uit al de vrije ondenvijs-organisaties in den
lande zoo gewenscht vind. Men kent elkaar,
men vertrouwt elkaar, men weet precies
wat de ander bedoelt, wat men aan elkan
der heeft, men spreekt als eerlijke mannen,
die vlak tegen de praktijk aan staan. Er is
tijd voor geschil, er is ook tijd om elkaar te
vinden in een eenheid, die voor de Regeering
spreekt, of ook, om precies de lijnen uit te
stippelen, waar men elkaar bekampen zal.
Het onderwijs heeft vele punten van ge-
meenschappelijken technischen aard, heeft
ook, in ons land, tal van punten, waarin
eerlijke mannen met een eenvoudige telsom
elkaar en de wereld kunnen overtuigen.
De schoolstrijd blijft, men kan hem voeren
als burgers van een land op zuiver geestelij
ke wijze in besloten kring, ook, minder die
nend, door lange debatten. Na een ervaring
van jaren meenen wij op die ervaring te
mogen wijzen, 'k Moet alleen opmerken, dat
zulke lichamen klein moeten blijven.
Maar wij zouden vei-te 11 en van de op
leiding.
Voor 1 Januari 1936 moest de opleiding
opnieuw in de wet worden opgenomen.
Minister Terpstra kwam met een voorstel:
de vierjarige kweeksohool: de vastlegging
van de praktijk van ruim 10 jaren. De
Kamer beraadslaagde, de Kamer besliste, de
Kamer zette het ontwerp-Terpstra in een
hoekje, waar nooit iemand langs komt (in
deftiger woorden: zette het op nommcr zoo
veel (erg achteraan) van haar agenda). De
menschen van de kweekscholen 'n 1000
leerkrachten en 'n 13000 leerlingen wacht
ten.
Toen kwam Minister Marchant. Ook hij
kwam met een ontwerp; de vijfjarige kweek
school met intrekking der Subsidie van de
helft of van een derde der bestaande kweek
scholen.
De Kamer beraadslaagde, de Kamer be
noemde een commissie van voorbereiding,
die het ontwerp met den Minister zou be
spreken. Die bespreking had plaats, monde
ling en sohriftelijk. De commissie verklaarde,
dat „de openbare behandeling van het wets
ontwerp voldoende was voorbereid". (Mis
schien herinnert zich de lezer nog, dat wij
rieden, in onderling overleg nauwkeuriger
bepalingen te maken omtrent het al of niet
subsidieeren van bepaalde kweekscholen en
het redigeeren van een meer vakkundig
programma voor de hoofdakte
De Kamer beraadslaagde, de Kamer be
sliste, de Kamer zette het ontwerp-Marchant
in een hoekje, waar nooit iemand langs
komt.
De menschen van de kweekscholen bleven
wachten.
Toen kwam het Bezuinigingsontwerp. De
Regeering merkt droogjes op, dat het ont
werp-Marchant „niet zoo tijdig zal worden
behandeld", dat. de opleiding in dit najaar,
dus vóór den fat alen datum (1 Jan. 1936)
geregeld zal zijn. (Memorie, p. 32, al. 2). Toch
kan ze haar bezuiniging niet missen. En nu
wil ze de heele kweekschool-opleiding maar
liquideeren, of wilt ge laten wegster
ven. Bij wijze van bezuiniging. Dat de op
leid ing daardoor totaal ontredderd wordt,
een geheel kader van mannen op zij
wordt gezét, een stuk schooLhdstorie wordt
uitgescheurd schijnt niet erg. Wie aan het
eind van de vierjarige uitsterf-periode nog
leeft., wie dan zorgt. Dan „zal het oogenblik
gekomen zijn, waarop over het al dan niet
geheel tot stilstand brengen van de onder
neming moet worden beslist". (Memorie, p.
32). Zoo legde de Regeering de Kamer den
eersten regel van art 195 der grondwet uit:
het onderwijs is een voorwerp van aanhou
dende zorg der Regeering; zoo schreef men
historie m de jaren 1932 tot 1935.
Voor de betrokken collega's moet dat een
waar drama gelijken; zij betalen het gebrek
aan overleg van de heeren wel duur.
Maar: wij zijnnog niet aan 't eind. Zul
len nog hopen. Minister Marcliant ging
heen. En de Kamer kan nog beraadslagen.
Intusschen nadert 1 Januari 1936.
Misschien is er nog veel dwaas kwaad te
keeren. Misschien komt er nog waar over
leg uit den baaierd der meeningen op het
Bnnenhof.
Tot heil van land en volk en.scholen.
Onwillekeurig komt in ons op het slot
van de Koninklijke Boodsohap, die het ont
werp aanbood: En hiermede bevelen Wij U
in Godes heilige bescherming.
Dat mogen wij ook doen. Dat moeten
wij ook doen.
H. J. VAN WIJLEN
Opening van het Kinder
sanatorium
- In de jonge zomerweelde van het nog
frisse he groen, in de weldoende rast van
het ver-van de-menschen, ligt het Sanato
rium „Sonnevanck", waar levensleed en
-levenshoop een stille strijd strijden.
Rustoord van geduld oefenen en moed-
houden; waar licht en lucht, liefde en
kennis tezamen den weg banen naar de
zoozeer begeerde genezing die, als het
God behaagt, ook menigwerf bereikt wordt.
Sonnevanck heeft donkere jaren gekend,
maar de wolken van den tegenspoed zijn
weggedreven en in de zon van een nieuwe
eiding heeft bet Sanatorium zich kunnen
«opheffen tot vroegeren bloei. Mt-n kan weer
spreken van geheel bezette paviljoens, zelfs
was het mogelijk, de palen uit te zetten en
een gebouw speciaal voor de verpleging van
kinderen te bestemmen. De officie.ele ope
ning van dit Kinder-sanatorium was ver
traagd; hoewel reeds in Februari- j.l. in ge
biluik genomen, moest het nog „ingewijd"
worden.
Daartoe hadden zich gistermiddag in de
eetzaal van het. hoofdgebouw bestuursleden,
genoodigden en een groep verpleegsters ver-
ecnigd. On der hen waren ook de geestelijke
verzorger van Sonnevgnck, Ds. I-Iartiw ïgsen,
en de predikanten Dr. v. d. Bosch en Ds.
Tamminga, resp. van de Gercf. en Chr. Geref.
Kerk te Hardeiwijk, waaronder het Sana-
toium ressorteert.
DE OFFICIEELE OPENING
De samenkomst, onder leiding van Ds. C.
J. Sikkel van Amsterdam-Zuid, voorzitter
van' het bestuur,
werd geopend met
het zingen
Ps. 103:9 cn
lezen van Jes. 40
vs. 21slot. Ds.
Sikkel, wiens toe
spraak in alle pa
viljoen9 per huis
telefoon kon ge
volgd worden,
heette allen wel
kom en deelde
mede, dat de bur
g cm e reter van
Harderwijk ver
hinderd waa Hij
memoreerde de
voorgeschiedenis
van het kinderpa-
viljoen. Men herinnert zich de gevallen van
schoolbesmetting door aan t. b.c. lijdende on
derwijzers op Terschelling en in Friesland,
gevolg waarvan niet minder dan 33 kinde
ren op Sonnevanck werden gebracht. Toen
deze, op zes na, hersteld vertrokken waren,
bleek de bekendheid van Sonnevanck voor
kinderverpleging dermate toegenomen dat
weer nieuwe patiëntjes kwamen, zoodat. er
nog ruim 30 zijn opgenomen. Dit, gevoegd
bij de vermeerderde opname van jonge men
schen en volwassenen deed gebrek aan
ruimte ontstaan. Toen is de Gen.-Dir. Dr. D.
Bergwma op 'het idee gekomen, de leegstaan-
Ds C. J. Sikkel
H.M. DE KONINGIN
TE DEN HELDER
Bij het Monument voor het
Nederlandsche Reddingswezen
Bij de onthulling van het. monument voor
wijlen Z.K.H. Prins Hendrik en dat voor het
Nederlandsche Reddingswezen te Den Hel
der heeft H.M. de Koningin gisteren het
volgende gesproken:
Mijnheer de voorzitter van het Comité
Monument Nederlandsch Reddingswezen,
Alvorens aan uw verzoek te voldoen het
borstbeeld van mijn geliefden Gemaal te ont
hullen en daarna in de plaats Mijner Dochter
die nog niet voldoende hersteld is om hier
aanwezig te zijn, het monument voor het
Nederlandsche reddihgswezèn in te wijden,
wensch ik van deze plaats een woord van
bijzondere waardeering te "richten tot uw
comité voor hét initiatief in deze genomen.
Moge dit gedenkteeken tot in lengte van
dagen den dank van ons volk vertolken,
voor de daden van moed cn zelfopoffering
en menschenlicfde, door de kloeke redders
op oze kusten veirioht.
Te meer voel ik mij gedrongen uiting te
geven aan mijn waardeer!ng voor hetgeen U
tot. stand gebracht heeft, waar ik overtuigd
ben daarmede weer te geven de gevoelens
van hem, die beschermheer was van uw
comité, en van de beide reddingmaatschap
pijen, die met warme belangstelling uw ar
beid volgde, en voor wien het heden een
groote dag geweest zou zijn. Met ontroering
en dankbaarheid hebben mijn dochter en
ik kennis genomen van uw voornemen, te
genover het monument voor het reddingwe
zen het 'borstbeeld te plaatsen van onzen
echtgenoot en vader, wiens naastenliefde en
medeleven hem zoo nauw verbond met de
ziel van ons volk en het opofferend werk
van de helden der zee.
En thans wensch ik de Nederlandsche
reddingsmaatschappij en met name de be
de woning van den vroegeren directeur in
te richten als kinderpaviljoen. Met geringe
kosten is dit gelukt en zoo mocht het be
stuur thans met blijdschap en dank aan
God dezen dag zien aanbreken,
Ds. Sikkel wees ook op het voorrecht dat
de Christelijke barmhartigheid in de zén
tijd nog in staat gesteid werd, haar terrein
uit te breiden. Zeker, er is deernis met de
kleinen, die. aan het ouderlijk huis onttrok
ken, hier zijn gekomen, maar naast bewo
gen harten -voeten er ook kloeke daden zijn.
En waar het sterftecijfer van t.b.c.-lijders
nog steeds dalende is, was deze uitbreidin-g
een geboden zaak. Kinderen tellen voor vol
mee bij Gods volk en daarom behooren zij
bij deze stichting.
Niet alleen de verheugende bewijzen van
medeleven in de financieele zorgen, en niet
alleen da medische verzorging der pl.m. ISO
patiënten, ook de geestelijke belangen,
ja deze het meest, behooren tot. de steunpun
ten van Sonnevanck. De ouders vertrouwen
hun kinderen aan het Sanatorium toe, en
deswege is de verantwoordelijkheid zwaar
èn voor hun lichamelijk èn voor hun geeste
lijk heil. Directeur cn artsen bestuur en
zusters samen willen in trouwe Christe
lijke verpleging iets afspiegelen van de lief
de om Christus' wil welke hier de brou van
aller streven is.
Met vrijmoedigheid doet Spr. een beroep
op ons Christenvolk om juist n u te toonen,
dat het zijn steun uit üefde gal';, niet alleen
in tijden van overvloed ook in den crisis
tijd moet openbaar worden dat men het
meende met zijn ofler.
De jongens en meisjes rechtstreeks toe-
Hef gister geopende Kinder-paviljoen van het sanatorium „Sonnevanck",
n God an ons leven èn van dat on-
Toespraak Dr. Bergsma
Hiermede het kinderpaviljoen officieel ge
opend verklaard hebbende, gaf Ds. Sikkel
het woord aan den Gen.-Dir. Dr. D. Berg
sma, die ook even aan de aanleiding tot
de kinderverpleging herinnerde en voorts
sprekende zei Ds. Sikkel uit aller naam: er j er op wees. hoezóer de kansen op genezing
wordt voor jullie niet alleen gezorgd, maargestegen zijn sedert 1928, toen de Rönt-
ook gebeden; wij geven jullie niet alleen genologie ook op dit terrein haar zegennjk-
rnedicijnen, maar ook raad en troost, 't Is 'n ken invloed begon te oefenen. In. verband
'moeilijke tijd voor jullie, maar Jezus hiermee zenden de corisultatiebureaüx de
•Christus waakt, ook over het ziekbed der patiënten steeds meer jong naar een sana-
kleinen. Onze verwachting is van God al-|tonum, zoodat er alle aanleiding was, een
Interieur van het Kinderpaviljoen
afzonderlijk paviljoen voor de kleinen' te
openen. Spr. bracht dank aan den heer
Tavcnier, die de uitvoering leidde. Hij sprak
vervolgens de jonge bewoners toe door de
huistelefoon, die vandaag voor 't eerst alle
gebouwen tezamen verbond.
Ds. Sikkel zegde Dr. Bergsma dank voor
zijn leiding van Sonnevanck, dat sedert de
komst van dezen gen.-directeur inderdaad
weer tot bloei is gekomen. Nadat Ds. F* r-
w e r d avan Amsterdam, in dankgebed
was voorgegaan, ging men naar
het nieuwe paviljoen
om daar te zien, welk een keurig onderdak
de jonge patiëntjes gekregen hebben. Licht
en lucht, hebben er vrij spel en de aanklee
ding der zalen en kamers getuigt van een
bewust streven, om de zon in huis te hc!>-
ben, ook al is zij buiten tijdelijk absent. De
kleinen, allen op hun frissche, witte ledikan
ten, hadden voor dezen middag zelfs een
woordvoerder, die met leuke vrijmoedigheid
de gasten verleide, hoe de jongens en meis
jes liet naar den zin hadden. En terwijl men
zich door de zalen verspreidde, kwam do
kolonel te paard voorbij het paviljoen
ligt vlak bij. den grooten weg de kolonel,
dat is hun dagelijkschc vriend, die als gar
nizoenscommandant zijn wandelrit maakt
en dan altijd even aanlegt in den voortuin
van Sonnevanck- de jongens hebben dan de
grootste pret met hem: „Kolonel, rij es
hard!" en hij doet 't. „Kom es bier maré
chaussee!" (toen ze hem nog niet kenden)
en hij deed het.
Zoo, met deze herinnering aan 't slot, ne
men we afscheid van Sonnevanck, want
jonge t.b.c.-patiènien zijn de sombereten
niet. In bun fraai, frisch „home" op Son
nevanck weten wij hen best verzorgd, voor
werp van veel liefde en gebed, en als de
groote Geneesmeester Zijn zegen geeft, op
w>eg naar een herstel, dat. wijl nog zoo jong
bereikt, alle hoop op volkomen genezing
geeft.
manning der reddingbooten en redding
sloepen oprecht geluk met dezen voor hen
allen zoo heuglijken daig. Met groote voldoe
ning kunnen zij terugzien op een meer dan
-100 jaren zegenrijken arbeid, op de golveh
verricht, dank zij de persoonlijke plichtsbe
trachting van hen, die hun leven voor an
deren waagden. En nu verzoek ik de aan
wezigen met mij op te staan, teneinde op
deze wijze met, eenige oogenblikken van
stilte plechtig te herdenken de velen, die in
hun moedige pogingen om schipbreukelin
gen te redden, hun leven gaven. Moge God
het schoone voorbeeld van stille zelfopoffe
ring en naastenliefde door de kloeke zonen
van ons vaderland bij het. reddingswerk feu
allen tijde gegeven, in heden en toekomsi,
doen strekken tot bezieling en gezag van
ons volk.
Nadat H. M. de Koningin gisteren het monument voor wijlen Prins Hendrik te Den Helder had onthuldwerd aan
den voet daarvan een krans neergelegd
Oud-minister Cohen Stuart
Een oude herinnering
Toen ik als, dat 1.1. Zondag oud-minister
Cohen St-uart overleden was, kwam een
aardige herinnering bij mij op. Wij hadden,
tijdens zijn ministerschap, wederzijdsfche
kennissen, die zijn buren waren. Deze
achtenswaardige familie was door het vroe
ge overlijden van den vader in de misère
gekomen, welke nog verergerd was uoor
het slechte gedrag van den oudsten i
wiens portret ik onlangs in enkele bladen
zag: de politie zocht hem wegens oplichting
engreep hem.
Welnu, op een zekere dag was de ellende
in bedoelde familie zoo erg geworden] dat
men den Minister om hulp en raad hap
vraagd.
Minister Cohen Stuart was echter «geen
man van geld, maar hij hield zich niqt als
doof. De volgende morgen het was Zon
dag belde hij om half acht bij mii aan
en verraste hij de huisgenoote, die open
deed, met de vraag of hij mij even kon
spreken.
Eerlijk gezegd, dat kon niet op stel en
sprong, maar do Minister had geduld.
Wij hebben toen samen een plan opge
maakt enuitgevoerd en we smaakten
de voldoening, dat wij een gezin van de on
dergang konden redden.
Minister Cohen Stuart heeft het ambt
slechts twee jaar bekleed; hij is verder stil
door het leven gegaan; in de 'krant heb ik
niet steeds met groote waardeering over zijn
ministerschap en over het „krakende minis
terie-de Meester", waarvan mr. Kolkman zei:
„Wij zitten met de menschen", geschre
ven; maar aan zijn vriendelijkheid als
mensch behield ik steeds de aangenaamste
herinnering.
En ik kon niet nalaten dit kleine „In
memoriam" te schrijven.
Geref. Jeugdbeweging
De Tweede Geref. Jeugddag in Oostelijk-
Groningen zal Dinsdag 25 Juni a s. te Win
schoten worden gehouden. Als sprekers
zullen optreden de heeren Ds H. A. Wier-
singa, Geref. predikant te Leiden; Ds J.
Koppe, idem te Wagenborgen en het le
Kamerlid, Prof. Mr. P. A. Diepenhorst van
Amsterdam. De jeugddag zal staan onder
leiding van Ds Jac. Jonker, Geref. pred. te
Zuidbroek.
Een religieuze overtuiging
Biedt steun aan het gezag
In een artikel in de Groene Amster,
dammer schrijft dr. A. C. Josephus Jitt:
Marchants vroegere partijgenoot o.m.:
„Belangrijker dan het zoeken naar
antwoord op de vragen, waarom de heir
Merchant nu juist Roomsch Katholiek is
worden, of hij moest bedanken voor
Vrijz. Denr. Bond en of terecht zijn v
om ontslag werd ingewilligd, is het, ons
kenschap te geven van het motief, dat
tot zijn de wereld schokkende gei
heeft bewogen.
Groote bescheidenheid past ons tegenover
de beschouwingen, dié mr. Merchant in, zijn
enkele dagen geloden gepubliceerd gesdhrift
„Tot verweer" wijdt aan de motiev
zijn gedrag". Wie de oprechtheid
motieven van den heer Marchant durft te
betwijfelen, moet wel stevig in zijn schoenen
staan.
Vraagt men naar het diepste motief van
mr. Marchants bekeering, dan moet dat ge
loof ik luiden, dat in deze tijd van verwor
ding op zoo velerlei gebied, vóór alles be
hoefte bestaat aan gezag; dat gezag slechts
valt te grondvesten op geloof en dat. mr.
Marchant dat gezag en dat geloof beeft ge
vonden in de Roomsch Katholieke Kerk.
De beide eerstgenoemde stellingen, dat
deze tijd, meer dan aan iets andere, behoef
te heeft aan gezag en dat de stevigste bodem
om gezag te grondvesten, is een religieuse
overtuiging, ben ik bereid ten volle te on
derschrijven. Dat besef wordt in den steeds
ruimer wordende kring van degenen, die er
zich rekensohap van geven, van wat in de
wereld om ons heen gebeurt, hoe langer hoe
levendiger".
Industrie-financiering
Renteloos kapitaal
rendabel maken
In ons eerste Limbur-gnummer. versche
nen 31 Jan. 1933, schreef Prof. Dr. Ir. li,
Gelissen, de komende minister van. Econo
mische Zaken, een artikel, onder liet. op
schrift: „Industrie-financiering in Limburg''
Dit artikel handelde hoofdzakelijk over de
medewerking, .welke gemeenten en provin
cie kunnen verleenen; maar eerst werd de
algemeene kant van bet vraagstuk belicht:
„Er zijn industrieel e mogelijkheden, en
ondernemers om deze te verwezenlijken;
in bijna alle gevallen is het echter steeds
zoo goed als onmogelijk, hetzij het kapi
taal voor deze nieuwe industrieën, of vol
doende bedrijfskapitaal voor de vergroo
ting der productie van bestaande indus
trieën te verkrijgen. Dit treft temeer, waar
er belangrijke kapitalen op het oogenblik
practisch gesproken renteloos bij verschil
lende groote lichamen opgehoopt liggen.
Een bewijs hiervoor moge men zien in het
feit, dat het sommige industrieels over
heidslichamen mogelijk is leeningen op
korte termijn tegen een zeer lage rente
voet, van b.v. 2 pet., te sluiten en lang geld
tegen b.v. 4 a i1/* pet. te verkrijgen, mits
provincie, gemeenten f bet. rijk garant blij
ven voor terugbetaling der leening.
Er is eenerzijds voldoende kapitaal in
Nederland aanwezig om industrieën op te
richten of haar uitbreiding te financieren.
Anderzijds zijn er verschillende industrieën
blijkens onderzoek van bet E.T.I., in Lim
burg mogelijk, die opgericht zouden kun
nen worden indien de geld bezittende klas
se voldoende vertrouwen in deze nieuwe
industrieën of in een vergrooting der be
staande industrieën zou hebben. Er dient
daarom gezocht te worden naar een scha
kel, die zorgt voor de overbrugging ten
einde het te geringe vertrouwen der geld-
bezittende klasse in de industrie te ver-
grooten, terwijl tevens gemotiveerd moet
zijn, dat deze instantie het hiervoor noodi-
ge risico aanvaardt"
De marine defileert voor H. M. de Koningin.