Het R.K. Industrialisatie-Congres MAANDAG 13 MEI 1935 TWEEDE BLAD PAG 5 Een voor Waalhavenbezoekers altijd interessante aanblik. De kudde schapen, die het groote grasveld kort houdt, vormen in hun rustige rust een schriUe tegensteHng met de ronkende motoren en woest draaiende propélle rs. JAnks: ZJSxc. Dr H. Cólljn en Mevrouw Colljn bezochten de „Flora" te Heemstede. Z.Exc. in gesprek met den heer Ernst Krelage. Links Mevrouw Colijn. Oud binnenhuisje in Drenthe. Een gezellig hoekje van het Drentsch Museum te Assen, dat een aardige kijk geeft op deze mooie, maar door betrekkelyk velen nog zoo weinig gekende provincie. De Dolomieten in de omgeving van Meran. De steile bergen maken een uitgebreid gidsgïlde van 400 man noodzakelijk. Verschillende praeadviezen Onder leiding van mr J. v H e 11 e n B e r g Hubar hebben de vier nationale katholie ke sociale organisaties heden een con gres gehouden, om uiting te geven aan hun overtuiging, dat er slechts door versterking en uitbouw van het industrieele apparaat loonende arbeid in voldoende mate kan komen voor het volk in al zijn geledingen. Versterken en uitbouwen, aldus spr., en H tot stand brengen van nieuwe industrieele (bedrijven, zijn het doel, waarop alle ge- eigende krachten in onderlinge samenwer king moeten worden gericht. Prae-adviezen werden uitgebracht door de faeeren G h. Stulemeyer, A. C. de Bruyn en prof. H. A. Kaag, Bet fi prae-advies van den heer i Gh. Stulemeyer leidde tot de volgende conclusies: 1. De gedepreciëerde toestand, waarin het bedrijfsleven van Nederland verkeert, blijkt uit de beschouwing der feiten en cijfers. 2. Een sterke toeneming van de industrie kan nog de mogelijkheid scheppen, om aan de bevolking van Nederland van thans (en zeker in de toekomst) arbeid en daardoor feen redelijk bestaan te verzekeren. 3. De regeeringen van heden en van mor gen zullen (in tegenstelling met die van gisteren) positieve industrialisatiepolitiek in plaats van negatieve hebben te voeren. 4 De Regeering moge ervan doordrongen Zijn, dat primair gesteld moet worden de noodzakelijkheid van het op peil houden, ondersteunen en uitbreiden onzer export industrie. In dit verband zal o.a. ook. om dat „onze con.=ulaire outillage beneden peil is geraakt" tot een radicale hervorming van onzen voorlichtingsdienst met spoed dienen te worden overgegaan. 5a. Het meest geschikte oogenblik, waar op onze monetaire politiek zal dienen te worden gewijzigd, zal dan gekomen zijn, wanneer de wereld bereid zal zijn gevon den tot samenwerking, ten einde de zoo Doodige stabiliteit der wisselkoersen te ver krijgen over een zoo groot mogelijk gebied. 5b. Wij moeten niet meer praten over „aan passing", maar zullen dit nu hebben te doen daar het nu de hoogste tijd is, tot de nood zakelijke actie te komen, bij gebreke waar- Van wij noodgedwongen door de schuld van degenen, die de middelen niet of niet tijdig hebben aangewend, de niet in het belang van het geheele land zijnde devaluatie van ons geldmiddel verplicht zullen worden te aanvaarden. 6a. Het prijs- en kostenniveau m Neder land is nog te hoog gebleven. 6b. De Regeering heeft tot taak, de conse- kwenties van haar monetaire politik te aanvaarden en de maatregelen op allefr- kortsten termijn te nemen, die het „aanpas singsproces" verhaasten. 7. Onder de huidige omstandigheden zijn voor de export industrie aan contingentee- riner van buitenlandsche waren op de Neder landsche markt minder bezwaren verbon den, dan aan verhoogde invoerrechten ver bonden widen rijn. 8a. Sanctioneering van onderniemersover- een komsten, zooals de desbetreffende wet ten in Nederland en in Frankrijk beoogen, kan vooralsnog geen ander doel hebben, dan de bedrijven, waarvan het bestaans recht economisch verantwoord is, voor den ondergang te bewaren. 8b. De verderstrekkende bedoeling van de wet op de verbindende kracht van onder- nemersovereen komsten kan zeer nuttig zijn met het oog op het toenemende streven naar samenwerking onder de bedrijfsgenoo- ten als gevolg van wijzigingen in de struc tuur van het economische leven. 8c. Het slagen zal hierbij afhangen van het individueele initiatief der ondernemers zelf, van de bedoeling, die voorzit bij den opzet der overeenkomsten en van het in zicht van den minister, die de verbindend verklaring heeft uit te spreken. 8d. Het door de industrialisatiegedachte vooropgestelde doel, nl. arbeid en brood te verzekeren aan onze steeds toenemende be volking, gaat nauw samen met de Christe lijke opvattingen omtrent de nieuwe maat- sdhappij-inriohting. Het prae-advles van den heer A. C. de Bruyn voorzitter van het Roomsch-Katholiek Werk liedenverbond en lid der Eerste Kamer, con cludeert het volgende: 1. Sterke bevordering Van onze industrie moet een groot economisch, sociaal en cul tureel belang worden geacht voor het ge heele Nederlandsche volk. 2. De benarde positie onzer Nederland sche industrie vraagt aller voortdurende aandacht en activiteit, niet het minst ook van de Rijksoverheid. 3. Als middel ter blijvende verbetering moet worden genoemd: doelmatige, op de belangen van land en volk ingestelde orde ning van ons economisch leven; een verder stringent toegepaste contingenteering; een andere dan „technische" herziening der ta- riefwet; rationeeler werkwijze bij gebruik van gelden beschikbaar gesteld, door het zgn. zestig millioen plan, waarbij in het bij zonder de aandacht te vestigen is op het mogelijk maken van de totstandkoming van nuttig gebleken nieuwe takken van indus trie, bevordering, oprichting en instandhou ding van industriebanken, bevordering en instandhouding van technologische insti tuten. De conclusies van het prae-advles van prof. H. A. Kaag luidenr 1. Ter waarborging van de welvaart van een toenemende bevolking is het in Neder land noodzakelijk, dat niet alleen de be staande bronnen van volksbestaan in stand worden gehouden, doch ook nieuwe worden aangeboord. 2. Om de bestaande bronnen te behouden, zal in verhand met de structureele veran deringen welke in de wereld hebben plaats gevonden, in vele gevallen ombouw nood zakelijk xiin. 3. Daarbij zal de aandacht niet alleen op de industrie geconcentreerd mogen zijn. Uit breiding der bebouwbare oppervlakte door verdere inpoldering, ontwatering en ontgin ning blijft geboden. Verder mag Nederland zich ook niet uit zijn positie van scheep vaart-natie laten verdringen Een bevorde ring van industrie en landbouw komt echter niet zonder meer met die scheepvaartbelan- gen in conflict 4 De economische politiek van Nederland droeg tot nu toe veel te veel een defensief karakter. Het wordt hoog tijd, dat een con structieve politiek wordt ingeluid 5. Bij den omhouw en uitbouw van het economische apparaat late men zoo veel mogelijk ruimte voor het particuliere ini tiatief. 6. De voornaamste taak van de Overheid is, een gezonden bodem voor de ontplooiing van het initiatief te scheppen, nl. door: a. een gezond geldwezen. Daartoe is onder de huidige omstandigheden loslating van den gouden standaard noodzakelijk. b. Gesonde marktverhoudingen. Daartoe zijn onder de huidige omstandigheden naast handels-politieke maatregelen, die tegen sto rende invloeden van buiten beschermen, door 't bedrijfsleven zelf eedragen en door de over heid gesanctioneerde ordeningsmaatregelen noodzakelijk Het systeem van contingen teering vervange men zooveel mogelijk door een stelsel van invoerrechten. c. Handhaving van de hooge kwaliteit van den Nederlandschen arbeid, waartoe handhaving en verbetering van het onder wijs, met name van het vakonderwijs, nood zakelijk is. Daarbij worde bijzondere aan dacht gewiid aan het probleem van de jeug dige werkloozen. d. Bevordering van de uitwerking van in dustrieele en andere projecten (economische technologische instituten). e. Het bevorderen van een goed en goed koop verkeer, waarbij het geheele land als één verkeerseenheid moet worden be schouwd. Hierbij is geen plaats voor tolhef fingen. f. Waar noodig, aanvulling van het be staande bankapparaak Steun aan de regio nale industriebanken en creatie van een centrale bank voor lang crediet g. Aandrang op de banken tot verlaging van de hooge kosten voor financieringsfaci liteiten. De congresvoorzitter, mr J. v. Heil en- berg Hubar, heeft een slotwoord gespro ken, waarin hij eenige algemeene conclusies uit de debatten heeft getrokken. Mevrouw G. v. d. MERWE—Eloff f Dinsdag is te Pretoria (Zuid-Afrika) in 64-jarigen ouderdom overleden mevr. G. v d. Merwe, geb. Eloff, de oudste kleindochter van president Paul Kruger en zuster van de echtgenoote van den Zuid-Afrikaanschen gezant te Den Haag, dr van Broekhuizen. DE NIEUWE lVa-CENTS POSTZEGEL De nieuwe oplaag van de frankeerzegels van IV£ cent wordt vervaardigd in grijze kleur. Deze zegels zullen op de postkanto ren verkrijgbaar worden gesteld, zoodra de aanwezige voorraad zegels in rood-lila kleur zal zijn uitgeput Aan de zg. verzamelaars loketten zullen de zegels reeds dadelijk na 1 het gereedkomen verkrijgbaar zijn Dr. Colijn en de Duitsche pers In Noord-Holland woont een kwaadspreker Ook wij hebben gewag gemaakt van een artikel over Dr. Colijn in de Völkische Reobachter, een artikel, dat zich zeer waar- deerend over onzen minister-president uit liet Dit artikel blijkt nu, volgens berichten in de peis, een voorgeschiedenis te hebben ge had. Op 30 April verscheen in het nat-soc. avondblad Der Angriff een artikel over de toestand in de Nederlandsche land- en tuin bouw. Onder-de titel: „Darré, het toover- woord der Hollandsche boeren" werd daarin uiteengezet, dat Nederland, om zijn industrie producten goedkoop te kunnen exporteeren een lag:e loonstaradaard had geforceerd, met opoffering van de belangen der boeren. Van prijsregeling was daarom ia Nederland geen sprake. Daarom zouden de boeren hier ver langen naar een Nederlandsche Darré en zou de naam Darré voor Nederlands boeren het too verwoord geworden zijn. Uit alles bleek, dat de schrijver een ver keerde kijk had op de werkelijke toestand in ons land. Voor het „Niederlandische Pressebüro" te Berlijn was dit artikel aanleiding om bij de Angriff tegen de verkeerde voorstelling van zaken te protesteeren. Met kracht kwam het „Niederlandische Pressebüro bovendien op tegen de z. i. hoogst ongepaste zinswending, dat de landbouwpolitiek der Nederlandsche Regeering mee beheerscht zou worden door het feit, dat de minister-president bij een hypotheekbank geïnteresseerd was. Bij nadere bespreking bleek, dat de schrij ver van deze kwaadsprekerij een Nederlan der was, woonachtig in een dorp in Noord- Holland. Maar het gelukkige resultaat was, dat het waardeerende artikel in de Völkische Beobaehter, die bij dezelfde uitgeverij en in hetzelfde huis als Der Angriff verschijnt, werd geplaatst, George Oversteegen Beeld des tij dn De heer G. Oversteegen te Haarlem, töe eenige jaren geleden op klompen zijn intrede deed in de Gemeenteraad als vertegenwoor diger van een z.g. wilde partij en daarna tot de communisten overging, is thans weer V3i- anderd en zal voor de a,s. verkiezingen can- didaat zijn voor „Het onafhankelijk Een- heidsblok". Hun programma luidt: a. Het Eeniheidsblok staat absoluut neu traal; geen der medewerkers mag of kan lid zijn van een politieke partij. (Behalve van deze natuurlijk. Red.) b. De vertegenwoordigers van het Eenheids blok zullen zich absoluut verzetten tegen eiken vorm van de z.g. versoberingspolitiek, welke alleen maar kan leiden tot meer ver arming van arbeiders en middenstand©*"». c. De vertegenwoordigers in de Gemeente raad verplichten zich voorstellen te doen en te steunen, welke stimuleerend kunnen wer ken tot verhooging van de koopkracht. Uit dc Pers. Zoo spreekt een sociaal-democr. minister Over dit opschrift schrijft „Patrimonium": De sociaal-democratische Minister Vander- velde sprak op het Meifeest in Brussel. Nu niet meer over het socialistische „plan van den arbeid." Neen, hij sprak, zoo onge veer als Colijn, over de beperktheid van het kunnen der Regeering. En hij veroordeelde de hier door Mathijssen en andere sociaal democraten aanbevolen devaluatie, - Men leze het verslag: In een rede, die minister Vandervelde gisteren na afloop van den socialistischen 1 Mei-optocht tot de betoogers heeft ge houden, vroeg hij zich o.a. af welke de gevolgen zullen zijn van de devaluatie. Zal men fiscale en moreele maatregelen kunnen nemen tegen de speculanten, die profijt hebben getrokken uit het gemeen schappelijk ongeluk? Men vergete niet, dat de devaluatie slechts gepropageerd werd door hen, die er voordeel van kon den verwachten, omdat zij tot over de ooren in de schulden zaten. De groote massa heeft haar niet. gewild. Men had slechts de keus tusschen twee kwaden en heeft de devaluatie verkozen om er ger te voorkomen. Zal de regeering er in slagen het kwaad, dat de devalutatie zonder twijfel is, ten goede te keeren en door haar economische politiek het land van den ondergang te redden? Het antwoord op deze vragen be toogde de minister, zal grootendeels af hangen van het vertrouwen, dat de mas sa in de socialistische ministens stelt. Eén ding dient echter met nadruk ta worden gezegd: België beschikt tegen zijn aardrijkskundige ligging en gesteld heid slechts over beperkte eigan midde len. Het ware dwaasheid een terugkeer van de welvaart in België te verwachten. De crisis immers is een wereldverechijn- sel, dat niet in één land afzonderlijk kan worden opgelost Volgens het woord van den Engelschen minister Baldwin heeft men den indruk dat Europa een gekkenhuis is. Wij zitten midden in een economischen oorlog, die met de midde len van het protectionisme: tariefsver- hoogingen en contingenteeringen, wordt gevoerd. En devaluatie kan beschouwd worden als een afweerwapen in geen geval echter zal zij er, zooals de voor standers der devaluatie betocgen, toe bijdragen den export te stimulèeren Den eenigen weg uit de moeilijkheden acht de heer Vandervelde het sluiten van onderlinge accoorden, ten einde via regio nale verdragen tot een meer harmonieuze wereldeconomie te komen. Voorloopig echter heerscht nog onzeker heid op alle gebied. Nog steeds zetten de speculanten hun fivrool spel voort. Thans ageeren zij tegen den gulden en den Zwitserschen franc. Wellicht zullen de zaken eerst nog slechter moeten gaan en zal de cris's nog scherper vormen moe ten aannemen voor er een internationale overeenkoms1 voor valutastabilisatie mo hair* zooaiA te >lslsche regee- ROFFELRIJMEN. WAAKl Heb je wel es in September Op een heuvelrug gestaan? Zag je ooit de zon in 't purper Van de heide ondergaan? Heb je ooit de woeste wijdte In haar lentetooi gezien? Zag je ooit het eikenhakhout In de gouden herfst misschien? Is er iets zoo rijk van verve, Is er iets zoo tooverschoon? Zag je ooit een kleurengamma Zoo hartroerend diep van toon? Elke avond, medelezer, Staat het weeraan in de krant: Daar en daar zijn zoo- en zooveel Mijlen bosch en hei verbrand. Elke avond, naar gewoonte, Komt Vas Diaz aan het woord. Telkens is 't het zelfde praatje Dat je van zijn lippen hoort: Hedenmorgen, hedenmiddag Is een heidebrand ontstaan; Zooveel bosch en zooveel heide Is er weder aan gegaan. Zag je ooit iets zoo droefgeestigs Als een afgebrande hei Met de spokige gestalten Van 't verkoolde bosch erbij? Al die rijkdom, al die weelde Wordt voor jaren platgebrand Door één vonkje, losgelaten Door een roekelooze hand! Landgenoot-natuur genieter, Waak voor hei- en boschcultuurI Spaar die ongemeene schoonheid Voor het alverterend vuur (Nadruk verboden.) LEO LENS. ring verlangt. Volgens dezen socialistischen leider, die nu de practijk ziet, is devaluatie een groot ongeluk. Althans voor een land als België, dat, evenals Nederland, veel moet invoeren. De Belgische arbeiders en ambtenaren, die reeds laag beloond werden, kregen een groote loonsverlaging. Veel aanzienlij, ker dan hier te lande uit de voorstellen der Regeering voortvloeit Men onthoude ook, wat deze sociaal democraat, thans Minister, zeide over de dwaasheid, om terugkeer van de welvaart die overigens in België steeds geringer was dan ten onzent, te verwachten van de Re- geering. Hier te lande spreken de sociaal-demo* craten ©enigszins anders. Maar hier zijn zij ook nog geen Minister*.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1935 | | pagina 5