„Lijkt Zij op het Blue Band meisje ZATERDAG 27 APRIL 1935 DERDE BLAD PAG 9 Uit de Pers. Wat noodzakelijk is De Maasbode heeft een artikel onder dozen titel. Natuulijk met het oog op de verkiezingen. Wij «emen er uit over: De regeering kan niet alles. En zij doet veel. Maar er zijn drie. dingen noodig Vooreerst: zij moet haar maatregelen meer toelichten. Of er een propaganda- ministerie moet komen, is ons om 't even, maar absoluut noodig is, dat het volk veel beter wordt ingelicht over de daden der regeering. Een provincie als Drenthe wij noemen maar een voorbeeld moet weten, hoeveel financieelen steun zij ge niet; hoeveel gelden er de laatste jaren aan ontginningen zijn besteed. Ons ge- heele volk moet weten, waar de werkver schaffingen en werkverruimingsobjecten liggen; hoeveel menschen er arbeiden, hoeveel geld ze kosten,, hoevelen er werk vinden. Men kan om deze voorlichting lachen: wij verzekeren dat zij tegenover do lawine van demagogie hard noodig is. Daarnaast rijst de vraag, of de regee ring in dezen tijd de drukpersvrijheid niet verder moet beteugelen en of de rechterlijke macht niet strenger moet optreden. Wat in bladen als „De Tribu ne" en „Volk en Vaderland" voortdurend geschreven wordt, is vergiftigende dema gogie. Niemand, die eerlijk oordeelt, zal dit loochenen. En iedereen vraagt zich af, waarop grijpt de regeering niet in? Wij leven in een tijd, die minstens zoo ge vaarlijk is als de periode 19141918. De laster tegen regeeringspersonen en amb tenaren grenst aan 't ongelooflijke. Zoo pas heeft de fascist Verviers, die tp Woudschoten het woord voerde zich, naar ons i$ meegedeeld, niet ontzien te beweren, dat de oud-minister Verschuur wegens knoeierij ontslagen was, en nu in Brussel woont Het lijkt ongelooflijk, m$ar aan de ons bereikte mededeeling yalt niet te twijfelen. Wij zijn van oor deel, dat dergelijke dingen door strenge straffen moeten worden onderdrukt. Ten derde en dit is het voornaamste onze economische politiek moest vast beraden zóó worden gevoerd, dat de werkloosheidscijfers worden gedrukt Niets zal baten als wij daarin niet sla gen. De arbeidersorganisaties hebben zich opnieuw tot dc regeering gewend om werkverruiming. Wij steunen dit ver zoek met allen aandrang. Wij kunnen niet eindeloos met de deflatie-politiek door gaan. Wij mogen en moeten onzo financieel e reserves mede gebruiken voor economische weerbaarheid. Wij kunnen den woningbouw stimulee- ren: daarmee bewerken wij èn opleving in vele takken van industrie èn aanpas sing, waarvan zooveel, gesproken wordt. Wij kunnen den scheepsbouw stimulee- rcn: wij kunnen zoo de gewichtige metaal industrie helpen en onze vloot weer up to date maken. Wij moeten nieuwe industrieën zien te vestigen en vooral de oude zoo volledig mogelijk zien te handhaven en zelfs uit te breiden. Natuurlijk, er zijn bezwaren. Maar alles-overheerschend is de eisoh, de gru welijke werkloosheid in te dammen en aan de menschen weer perspectief te geven. Dit is de groote taak van het kabinet. Daarbij valt al het andere weg. Zonder anbeid demoraliseert en verwildert ons volk. De extremisten hebben alle kans bij een werkloos volk. Alle redeneering baat niet bij menschen zonder werk, dat is: zonder levenstaak, zonder hoop, zon der perspectief. De jonge Colijn deed dingen, die schier niemand durfde. Wij durven ook rekenen op den ouden Colijn. Hij kan op zijn beurt rekenen op den steun der katho lieken bij elke poging om de afschuwe lijke werkloosheid te beperken. Dit is de strijd, dien wij te voerqn hebben. Dezen slag moeten wij winnen. Het is het eenige middel om ons volk te bewaren voor psychische verdwazing. Onze politiek wordt beheerscht door dit probleem. Met moed en Godsvertrouwen zullen wij het opengedraaid en vastgesjord nu Binnenland De Koningin op de Flora Gistermiddag heeft de Koningin geheel on verwachts een bezoek aan de „Flora" te Heem stede gebracht. Zij arriveerde met klein gevolg in twee auto's aan het tentoonstellingsterrein, waar zij werd rondgeleid door de heeren H. J. Voors en T. van Waveren, leden van het Uit voerend Comité, die een half uur tevoren var de komst van H.M. op de hoogte waren ge steld. De Koningin maakte een rondgang ovei het uitgestrekte terrein, waar in tegenstel ling met haar vorig bezoek, vrijwel alles ir bloei staat, en bezocht ook het Bloemenpaleis, 1 de juist geopende vierde tijdelijke ten toonstelling van de Koninklijke Nederlandsche laatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde, erd bezichtigd. Het talrijke publiek, dat aanvankelijk on kundig was van de aanwezigheid der hooge bezoekster, heeft haar later hartelijk toege- De Prinses te Arnhem Prinses Juliana, die ook gisteren nog ten huize van den Commissaris der Koningin Gelderland vertoefde, heeft met de familie Van Heemstra 's middags een tocht gemaakt naar de bosschen op he1: landgoed De Duno onder Oosterbeek, waar in de bosschen de lunch werd gebruikt. Later op den middag werd een bezoek ge bracht aan mr. A. J. A. A. baron van Heem stra, oud-gouverneur van Suriname, waa thee werd gebruikt. Tegen zes uur keerde de Prinses niet haar gezelschap in Arnhem terug, waar bij de fa milie Van Heemstra een maaltijd plaats had. Heden zal H.K.H. naar Het Loo terug- keeren. Veerdienst Goeree-Overflakkee-Brabant Opening 8 Mei ajs. De officieele opening van de nieuwe ve* verbinding Goeree en OverflakkeeNoord-Bra bant, dus van het veer OoltgensplaatDi sas, zal op 8 Mei a.s. plaats hebben. De veerboot waarmee gevaren wordt biedt een flinke ruimte voor personenauto's, vracht auto's, zoomede berging voor rijwielen een comfortabele accomodatie voor passa giers. De indeeling is zoo gemaakt, dal: plm. 15 personenauto's van normale afmetingen geplaatst kunnen worden. De officieele proef tocht is bepaald op Dinsdagochtend 7 Mei. Wij kunnen dit onderschrijven. Om één punt nog eens extra te noemen (op het andere komen wij terug): De laster is schandelijk. Wat wij in brie ven, ons toegezonden al dan niet ondertee- kend, te lezen krijgen, is in één woord af echuwelijk. Elke laster schijnt hier en daar geloof te Vinden. Dat heel enkelen, die vroeger bij ons behoorden, Volk en Vaderland na praten, en naliegen, is heel erg. Wij geloo- ven nog steeds, dat het geweten straks zal gaan spreken bij hen, maar ons volk mag toch niet voortdurend worden overgegeven aan dit verschrikkelijk gedoe. Ned. Spoorwegen Doorgaande bezuiniging Met ingang van een nader vast te stellen datum zullen de stations Bunde, Meenssen er Geulle voor stukgoederenvervoer geslcDen woi den, behalve voor wat Bunde en Meerssen be treft, v dingen. Men meldt ons dat Sir Mac Pherson Ro bertson, de man van de Londen—Melbourne race, met zijn echtgenoote op 7 of 8 Mei a.s. in Amsterdam per K.L.M. zal arriveeren. Jubileum burgemeester Fernhout Het zilveren ambtsjubileum van den heer M. Fernhout, burgemeester van Middel burg, zal op 3 Mei in een besloten bijeen komst in het Schuttershof aldaar worden gevierd. Een comité van vrienden, bestaande uit ertegenwoordigers uit de gemeenten Tien hoven, Mijdrecht en Wilnis, Kampen en Middelburg, hejift deze viering voorbereid. De plechtigheid zal door den commissaris der Koningin in Zeeland en de leden van het eere-oomité met hun dames worden bij gewoond. Het aan te bieden huldeblijk is van in woners dysr vijf gemeenten, waajr de heer Fernhout achtereenvolgens burgemeester was, gezamenlijk. In overeenstemming met den wensch van den jubilaris zal "de her denking een particulier en sober karakter dragen. De eigenlijke herdenking in het Schut tershof zal bestaan uit de aanbieding van het huldeblijk met een redevoering dooi den voorzitter ven het comité, dr. S. S. Sme ding te Middelburg; dan volgt een toespraak van dr. G. A. B. Fijn van Draat uit Zwolle, vervolgens zal het wcorjl worden gevoerd door dr. G. Mees den Oever te Wilnis of door den heer W. Engel te Uithoorn, na mens Mijdrecht en Wilnis, terwijl de rij der 9prekers zal worden besloten door den heer J. H. Kok uit Kagnpen. H.IJ.S.M. leent Werkspoor De lamme en de kreupele In dit blad is melding gemaakt van de vra gen. die de heeren van Poll en Suring ge steld hebben aan den Minister van Water staat betreffende het leenen van geld door de Spoorwegen aan de N.V. Werkspoor. De Hollandsohe IJzeren Spoorweg Maatschappij, de administratief nog zelfstandigheid bezit tende partij in de geiusionneerde Spoorweg maatschappijen, heeft aan de N.V, Werk spoor een credet van drie millioen gulden voor den tijd van vijf jaar verstrëkt, welke som de H.IJ.S.M. op haar beurt weer heeft geleend bij de Coöp. Vereen. „Centraal Be- neer" te Amsterdam. Het gaat dus hierom, schrijft de N w e A r n h. C r tde reeds eind 1933 noodlijdende Nederlandsche Spoorwegen, een semi-over- heidsbedrijf, leenen een particulier bedr.Jf, dat óók noodlijdend is, en bedrag van drie millioen ter voorziening in oogenblikkeiijke kasibehoeften- Dit draagt de goedkeuring weg van den toenmalige» minister van Waterstaat, ir. Kalfif, die commissaris is geweest van Werk spoor, en van den minister van Financiën. 1-Iet blad heelt niet zoo heel veel vidutie voor de hypothecaire zekerheid en besluit: „Wat ter wereld heeft het semi-overheids- bedrijf der Nederlandsche Spoorwegen btwo gen in dit geval als geldschieter op te tre den? En waarom hebben twee ministers hier toe hun meoewerking verleend? De band tmschen Nederlandsche Spoor wegen en W erkspoor is ork ai eerder gelegd Imimers de Nederlandsche Spoorwegen garan deereh een Jhidend van 4 pet. op de aanllee- !en B van Werkspoor. Indirect kon1 en de verplichtingen van die garantie dus ook al ten laste van den Staat en wel telkens neer de winst van de spoorwegen onvoldoen de is, om daaruit de garantieverplichtingen na te komen. Het is dringend gewenscht, dat de regee ring thans volkomen klare wijn schenkt, dat zij vertelt hoe deze zonderlinge transactie gemotiveerd kan worden". MGR SCHIOPPA t De Uitvaart Donderdagavond half acht is (het stoffelijk overschot van wijlen mgr. Schioppa, van het gebouw der internuntiatuur aan het Be- zuidenhout overgebracht naar de r.k. kerk in de Parkstraat. Zoowel buiten als binnen het kerkgebouw was een groot aantal be langstellenden bijeen. De rouwwagen werd gevolgd door twee bloemenwagens. De kist werd in de kerk op een catafalk geplaatst en gedekt met een paars en zwart kleed. Daarop werden de bisschoppelijke mijter en andere teekenen van de waardig heid van den overledene gelegd. Een zwart fluweelen kussen met de wereldlijke onder scheidingsteekenen werd aan het voeten einde geplaatst. Vervolgens werden de plechtige metten gezongen. Gistermorgen om 10 uur had de pontifi cale uitvaartdienst, plaats in de kerk aan de Parkstraat. De bisschop van Haarlem leidde dezen dienst. Uitgevoerd werd de mis van Perosi. Het kerkgebouw was geheel gevuld met belangstellenden, waaronder tal van kerkelijke autoriteiten, leden van hel corps diplomatique, vertegenwoordigers van H. M. de Koningin en van de Regeering. Nadat omstreeks half twaalf de kerkelijke plechtigheid beëindigd was, werd de begra fenisstoet geformeerd. De begrafenis had plaats met militair eerbetoon overeenkomen de met de diplomatieke waardigheid v: den overledene. Er werd aan deelgenomen door drie detachementen van de bri grenadiers en jagers en een detachement van de VlIIe infanteriebrigade, waarbij in gedeeld het vaandel van de grenadiers, de Kon. mil. kapel en de tamboers en de gre nadiers en jagers, verder een detachement an het 6e regiment veldartillerie, bestaan de uit een batterij van vier stukken met trompetters. De gezamenlijke troepen ston den onder bevel van den garnizoenscom mandant, kolonel Sillevis. In verband met de internationale gebruiken waren de cava lerie en de artillerie bereden en alle troepen gewapend. Dr. Colijn in den stoet, Als slippendragers fungeerden de Minis ter-president Dr. Colijn in de plaats van den Minister van Buitenlandsche Zaken, die door een lichte ongesteldheid verhinderd de plechtigheid bij te wonen, en de ge zanten van Zweden, van Zwitserland en van België. Voor de kist werd door den knecht van wijlen Mgr. Schioppa het kussen met de wereldlijke ordeteekenen gedragen. Bij den uitgang der kerk nam de g< lijkheid afscheid van het stoffelijk hulsel dat vervolgens naar buiten werd gedragen on in den rouwwagen werd geplaatst. De kerkklokken luidden op dit plechtig moment en de Kon. Mil. Kapel speelde plechtige treurmuziek. De commando's weerklonken, de geweren werden gepresenteerd, terwijl de overtalrijke menigte, welke zich in de Parkstraat verdrong of vanuit de ramei der huizen en zelfs vanaf de daken de plechtigheid gadesloegen, eerbiedig het hoofd ontblootte. Toen de kist in den rouwwagen was ge plaatst, waarvan de lantarens brandden en met paars omfloersd waren, werden de kransen en bloemstukken ter weerszijden van den wagen opgehangen. De krans van H. M. de Koningin werd aan de achterzijde bevestigd. Twee rijtuigen met bloemstukken volgden nog. Kerk, Vorstenhuis en Regeering. Dadelijk achter den rouwstoet volgden de nuntius, Mgr. Micara, en Mgr. Arigoni, audi teur van de Pauselijke nuntiatuur in Brus sel. Toen reed het gala-hofrijtuig voor, waar in de beide vertegenwoordigers van H. M. de Koningin plaats namen. In het volgende rijtuig nam de Minister-president plaats met den secretaris-generaal van het Depar tement van Buitenlandsche Zaken. Vervol gens kwam een groot aantal volgkoetsen, bestemd voor de leden van het corps diplo matique. In de rijtuigen namen plaats de vertegenwoordigers van tal van landen. Ver- leder pak HONIG's VERMICELLI bevat ter kennismaking een PD 1 TIP HONIG's BOUILLONBLOKJE U l\ A I I O volgens kwamen de ministers van Justitie, van Financiën, van Defensie, van Economi sche Zaken en van Sociale Zaken, de Com missaris der Koningin in Zuid-Holland, de gouverneur van de Residentie en ten slotte de waarnemend burgemeester van Den Tweede deel van den stoet. Het tweede gedeelte van het militaire es corte sloot den stoet Het duurde geruimen tijd alvorens de lange stoet was geformeerd en de tocht naar de begraafplaats kon beginnen. Om streeks half een vertrok het laatste rijtuig van de kerk. Den geheelen weg was de publieke belang stelling buitengewoon groot. Overal stonden de menschen vele rijen dik te wachten om het voorbijtrekken van den indrukwekken- den begrafenisstoet te zien. Zoowel op als in de omgeving van de be graafplaats waren zeer vele belangstellen den aanwezig. Te ruim een uur kwam de rouwstoet bij de begraafplaats aan. Tijdens het binnen treden van de officieele vertegenwoordigers, die zich in den stoet bevonden, speelde de Kon. Mil. Kapel op de begraafplaats weder treurmuziek. De bisschop van Haarlem Mgr. Aengencnt verrichte de absoute. Arbeidsbemiddeling voor jeugdige onderwijzers toekomst zal bestaan om bij het onderwijs te worden geplaatst, maakt het wenschelijk dat door hen wordt getracht in andere richting een bestaan te zoeken. Door de departementen van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen en van Sociale Zaken, wel ke deze aangelegenheid dezer dagen onder oogen hebben gezien, wordt er de aandacht op gevestigd, dat de arbeidsbeurzen lien hierbij gaarne behulpzaam zullen zijn. De organen der openbare arbeidsbemiddeling toch verleenen niet alleen, zooals nog dik wijls ten onrechte wordt aangenomen, hun tusschenkomst voor de plaatsing van hand arbeiders. maar bemiddelers ook voor de zng. intelloctueele beroepen. F.en doel treffende bemiddeling is echter all°en moi gelijk, indien laatstbedoelde categorie zich dan ook als werkzoekend laat -nschrijven, zulks temeer wijl naarmate over een rui mer aanbod van werkkrachten wordt be schikt, de werkgevers te eerder geneigd zijn zich tot de arbeidsbeurzen te wenden. Aan de voor onderwijzer opgeleide jonge lieden wordt daarom aangeraden zich, voor zcover «zij althans naar een werkkring buiten het onderwijs zoeken, bij het orgaan der arbeidsbemiddeling in hun woonplaats te doen inschrijven. Gistermiddag hebben opnieuw besprekin gen plaats gehad inz. de moeilijkheden der Amsterdamsche diamant-industrie. Daaraan namen o.a. deel de Ministers van Financiën, van Sociale en van Economische Zaken, de hoofdinspecteur der werkverschaffing M e ij e r d e V r i e s en Mr. v. D o o r- II ink van het departement van financiën. De eerste wagens over de Brug. De officieele opening van de nieuwe Spoolderbergbrug te Zw de boom omhoog. loeit gaal FEUILLETON SAAMGEBRACHT (M Theodorik wist haar daarenboven zoo danig te doen voorkomen, dat Karei ein delijk geen twijfel aan Angelherts misdaad (meer koesterde, en zelfs in een vlaag van toorn, bij het vernemen van de gruwelen te Deventer aangericht, den dood aan den yermeenden verrader zwoer. 's Daags vóór Kareis vertrek kwam Angel bert intusschen te Nijmegen aan en hij vernam terstond welke beschuldigingen er tegen hem waren ingebracht. Zijn vrien den raadden en smeekten hem ru het hem dreigende gevaar te ontvluchten. Maar Angelbert zich geen misdaad bewust, zocht gehoor bij den Koning, dat hem echter ge weigerd werd. Hij was dus niet in de gelegenheid zich te verdedigen, kon geen plaats bij het leger bekomen, schoon hij die vroeg, en de Koning liet hem alleen vergeving aankondigen, zooals Theodorik hem berichtte, mits hij in een klooster ging, om voor zijn verraad te boeteti. Nu zag de ongelukkige zich aan de alge- meene verachting overgegeven. Wel deed hij nog pogingen Bertha, 's Konings doch ter, te spreken, om althans haar van zijn onschuld te overtuigen, maar ook clit mocht hem niet gelukken. Zijn pleegvader Wjli- hal d was daarbij reeds vertrokken, in wien hij anders een vriend zon hebben gevon.len en Ludger, mét 's jongelings afkomst be kend, meende niet genoeg verzekerd te j kunnen zijn, om hem van den schijn, die tegen hem was, vrij te pleiten. Zoo liep dan alles te zamen, om Argeli bert van alle uitzichten op geluk te be- roovon. Reeds lang had hem de smart ge drukt: zonder vader te moeten ronddolen, izelfs zijn vader niet te kunnen noemen en hij alle zijdelingsche en rechtstreeksche verwijten hem daarover gedaan, te moeten zwijgen. Maar had h£m dit dikwijls diep gegriefd, niet minder drukte hem thans de verdenking, waarin hij hij den Koning was gebracht, terwijl zijn vijanden over 'ijn ongeluk juichten, en hij zelfs geen vriend meer had, voor wien hij zijn hart kon uit storten. Maar één zaak was hem overgebleven en dat was de troost, die God hem schonk. Dien Hij liefheeft, beproeft Hij. 't Was de troost die ons deel kan blijven, waar wij geen troost bij de wereld of de menschen vinden kunnen; dat God tranen wil drogen waar tijdelijke tegenspoed doet weenen; dat God het hoofd doet opheffen, waar de mis kenning van anderen ternederdrukt. Wat het Christendom vermag, is den godsdienst der rede zoowel als don godsdienst der heidenen onmogelijk. Ook Angelbert behoefde dien troost. Al was zijn kennis van Christus en het Evan gelie ook nog gebrekkig, hij wist toch waar hij dien troost kon vinden. Hij had zich in den tempel, die aan Christus gewijd was, in stilte afgezonderd. Reeds in -ijn tijd was men, volgens liet algemeen gevoelen, d.'uir nader hij God. Reeds een geruimen tijd had Angelbert in de kapel geknield gelegen en, met tranen in het oog, had hij den Hemelschen Vader om de kennis van zijn aardschen vader, en om ontheffing van de verdenking die op hem lag, gebeden, en zijn gebed was Goor niemand gestoord. Onverwacht echter verneemt hij eenig gedruisch achter zich, en luisterende, hoort hij duidelijk dat er eenigen de kapel bin nentreden, waaronder hij, aan diens stem, Treodo'.k meende te herkennen. Nog een oogenblik luistert hij of hij zich ook be driegt, maar neen! het is wel Theodorik die hem, waar hij hem ziet, met hoon en 6pot overlaadt. Hij is door twee anderen vergezeld, die langzaam de kapel binnen treden. Wat zal hij doen? In den toestand waarin hij zich bevinut. wil hij niet gaarne worden ge/ien. Ontvluchten? Dit schijnt hem on mogelijk toe, want de drie binnentredenden bnjwr bij den ii.gang staan en een andere deur om te ontkomen is er niet. Nu slaat hij de oogen in het rond, of hij ook. eigens een schuilplaats ontdekt, en zijn oog valt pp een eikenhouten deur, die naar de sakri'stie geleidde. Hij beproefde het die te openen. Dit gelukte iiem en als de anderen al nader kwamen, terwijl hun getai nog door een vierde vermeerderd werd, onttrok Angelbert zich aan het oog door ijlings in de sakristie te vluchten en ten einde des te meer in veiligheid te zijn «loot hij van binnen de deur met een ijzeren Onder de vier personen, die de kapel waren binnengetreden, zijn twee beken den. De één was Theodorik en de ander Drogo, door den eerste uit Utrecht terug gehaald. Van de beide anderen vvas de één een man, reusachtig van gestalte, breed geschouderd, sterk gespierd, met een zwaard dat aan zijn lengte geëvenredigd was, aan zijn zijde en met het oog, dat alles zocht en zag en van inwendige drift getuigde. Juist bij dezen athleet viel de vierde per soon nog meer dan anders in het oog. Hij was schijnbaar een beklagenswaardig schep sel, dat vanzelf reeds het medelijden op wekte. Zijn lengte ging die van vier voeten niet te boven, doch deze geringheid was meer in zijn bovenlijf dan in zijn beenen te zoeken. Deze waren van genoegzame lengte, doch buitengewoon dun en schraal en de kortheid van het overig gedeelte zijns lichaams werd nog wanstaltiger door een verhevenheid op den rug. In deze figuur stak nochtans een zoon van Karei den Groote en wel de oudste, ook Pipijn geheeten, met den bijnaam: de Korte, wiens moeder Himiltrude eigenlijk een gevangene was, in een vorigen oorlog tegen de Saksen gevangen gemaakt en wegens haar schoonheid door den Koning in zijn Hof opgenomen. Hoewel Koning Karei zelf geen onder scheid tusschen zijn natuurlijke en echte kinderen wilde hébben gemaakt, zoo was de bastaard Pipijn toch een voorwerp van aller spot en smaad, en hij bleef steeds uit den kring van 's Konings kinderen uitge sloten. Kon Pipijji deze vernederingen reeds moeilijk verdragen, zijn moeder gevoelde zich, zoowel in zichzelve als in haar zoon niet minder b'eleedigd en was reeds lang bedacht geweest zich vreeselijk te wreken terwijl 'rij haar zoon tot haar werktuig had gekozen. Deze was daartoe minder ongeschikt dan men oppervlakkig zou hebben kunnen denken. Pipijn de Korte bezat namelijk een voorbeeldlooze stoutmoedigheid en buiten gewone lichaamskracht, zoodat hij zich weldra berekpnd gevoelde voor de taak. hem door zijn moeder aangewezen. Deze taak was niets minder dan den Koning zelve te vermoorden en zich van de heer schappij meester te maken. Tot. bereiking van dit oogmerk had Pipijn zich niet alleen onder de Saksen vele vrien den en aanhangers verworven, maar ook onder de hovelingen waren ontevredenen, die van een omwenteling hun bevordering verwachtten en zich daarom gewillig schaar den aan de zijde van Pipijn. Dit hadden ook Theodorik en Drogo gedaan. Fn thans bij de afwezigheid des Konings en van het Hof, was het. in het oog der saamgezwore nen de geschiktste tijd hun plan te beramen en plechtig te bezweren, waartoe Pipijn zijn voornaamste vrienden, die hij in het geestelijke en .krijgskundige tot hoofden en aanvoerders had uitgekozen, thans in de kapel van het paleis bescheiden had. Allen traden naar voren en thans vatte Pipijn het woord op. Hij sprak ,-an de willekeurige regeering zijns vaders en van de ongeschiktheid zijner wettige zonen om eenmaal de regeering te aanvaarden. Na dit aangetoond en tusschen beiden van de beleedigingen, die hij en zijn moeder moes ten ondervinden, gesproken te hebben., zei hij dat er nog zoo vele anderen waren, die onder het tegenwoordig bestuur redenen tot klagen hadden. „Zoo is het", zei Theodorik. „Wilde ik van mijzelven spreken, ik zou dan nauwe lijks woorden kunnen vinden om mijn ver ontwaardiging uit te drukken, dat in dezen veldtocht weer in mijn plaats een ander tot veldheer is aangesteld. Maar ik spreek van mijzelven niet. Iiier is Drogo! Welk een openbare beleediging moest hij onder- „Nu ja!" sprak Drogo. „De beleediging zelve was minder dan de teleurstelling, die ik ondervond. Ik had mijn hoop op een vet bisdom gesteld en zou dan .gaarne den Koning in het bezit van zijn troon hebben gelaten." „En zoudt «gij thans niet gaarne alles wil len doen, om u toch op den bisschoppelijken zetel te verheffen?" vroeg Rinfrid, de reus achtige man. „Maar nog liever, dat een ander het voor mij deed. Want, geloof mij, mijn hand is niet geschikt tot het voeren van een zwaard", verzekerde Drogo. „Dat zal ook niet noodig zijn", heraam Pipijn. „,Gij kunt met uw mond meer uit richten dan met uw hand. en terwijl wij onze zwaarden zullen gebruiken, kunt gij u naar Friesland begeven en aldaar deplge- nooten in onze onderneming zoeken te wer ven. En daar Wittekind zelf reeds kennis draagt van onze onderneming, zoo zult gij niet anders te doen hebben, dan den Sakser den uitslag u.we- pogingen te gaan berich ten, opdat ook hij «zijn maatregelen neme. Op dezen tocht zal Rinfrid u vergezellen; onder zijn hoede, zijt gij meer veilig." „Zooals ik hoop", zei de reus; en ik ver wacht de bp loaning eers* als pii in uw bisdom zult g^Vormn 'ijn." (Wordt vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1935 | | pagina 7