„Lijkt Zij
op het Blue Band meisje
ZATERDAG 27 APRIL 1935
DERDE BLAD PAG 9
Uit de Pers.
Wat noodzakelijk is
De Maasbode heeft een artikel onder
dozen titel. Natuulijk met het oog op de
verkiezingen.
Wij «emen er uit over:
De regeering kan niet alles. En zij
doet veel. Maar er zijn drie. dingen noodig
Vooreerst: zij moet haar maatregelen
meer toelichten. Of er een propaganda-
ministerie moet komen, is ons om 't even,
maar absoluut noodig is, dat het volk veel
beter wordt ingelicht over de daden der
regeering. Een provincie als Drenthe
wij noemen maar een voorbeeld moet
weten, hoeveel financieelen steun zij ge
niet; hoeveel gelden er de laatste jaren
aan ontginningen zijn besteed. Ons ge-
heele volk moet weten, waar de werkver
schaffingen en werkverruimingsobjecten
liggen; hoeveel menschen er arbeiden,
hoeveel geld ze kosten,, hoevelen er werk
vinden. Men kan om deze voorlichting
lachen: wij verzekeren dat zij tegenover
do lawine van demagogie hard noodig is.
Daarnaast rijst de vraag, of de regee
ring in dezen tijd de drukpersvrijheid
niet verder moet beteugelen en of de
rechterlijke macht niet strenger moet
optreden. Wat in bladen als „De Tribu
ne" en „Volk en Vaderland" voortdurend
geschreven wordt, is vergiftigende dema
gogie. Niemand, die eerlijk oordeelt, zal
dit loochenen. En iedereen vraagt zich
af, waarop grijpt de regeering niet in?
Wij leven in een tijd, die minstens zoo ge
vaarlijk is als de periode 19141918. De
laster tegen regeeringspersonen en amb
tenaren grenst aan 't ongelooflijke. Zoo
pas heeft de fascist Verviers, die tp
Woudschoten het woord voerde zich,
naar ons i$ meegedeeld, niet ontzien te
beweren, dat de oud-minister Verschuur
wegens knoeierij ontslagen was, en nu in
Brussel woont Het lijkt ongelooflijk,
m$ar aan de ons bereikte mededeeling
yalt niet te twijfelen. Wij zijn van oor
deel, dat dergelijke dingen door strenge
straffen moeten worden onderdrukt.
Ten derde en dit is het voornaamste
onze economische politiek moest vast
beraden zóó worden gevoerd, dat de
werkloosheidscijfers worden gedrukt
Niets zal baten als wij daarin niet sla
gen. De arbeidersorganisaties hebben
zich opnieuw tot dc regeering gewend
om werkverruiming. Wij steunen dit ver
zoek met allen aandrang. Wij kunnen
niet eindeloos met de deflatie-politiek
door gaan. Wij mogen en moeten onzo
financieel e reserves mede gebruiken voor
economische weerbaarheid.
Wij kunnen den woningbouw stimulee-
ren: daarmee bewerken wij èn opleving
in vele takken van industrie èn aanpas
sing, waarvan zooveel, gesproken wordt.
Wij kunnen den scheepsbouw stimulee-
rcn: wij kunnen zoo de gewichtige metaal
industrie helpen en onze vloot weer up to
date maken.
Wij moeten nieuwe industrieën zien te
vestigen en vooral de oude zoo volledig
mogelijk zien te handhaven en zelfs uit
te breiden.
Natuurlijk, er zijn bezwaren. Maar
alles-overheerschend is de eisoh, de gru
welijke werkloosheid in te dammen en
aan de menschen weer perspectief
te geven. Dit is de groote taak van het
kabinet. Daarbij valt al het andere weg.
Zonder anbeid demoraliseert en verwildert
ons volk. De extremisten hebben alle kans
bij een werkloos volk. Alle redeneering
baat niet bij menschen zonder werk, dat
is: zonder levenstaak, zonder hoop, zon
der perspectief.
De jonge Colijn deed dingen, die schier
niemand durfde. Wij durven ook rekenen
op den ouden Colijn. Hij kan op zijn
beurt rekenen op den steun der katho
lieken bij elke poging om de afschuwe
lijke werkloosheid te beperken. Dit is de
strijd, dien wij te voerqn hebben. Dezen
slag moeten wij winnen. Het is het eenige
middel om ons volk te bewaren voor
psychische verdwazing. Onze politiek
wordt beheerscht door dit probleem. Met
moed en Godsvertrouwen zullen wij het
opengedraaid en vastgesjord nu
Binnenland
De Koningin op de Flora
Gistermiddag heeft de Koningin geheel on
verwachts een bezoek aan de „Flora" te Heem
stede gebracht.
Zij arriveerde met klein gevolg in twee
auto's aan het tentoonstellingsterrein, waar
zij werd rondgeleid door de heeren H. J.
Voors en T. van Waveren, leden van het Uit
voerend Comité, die een half uur tevoren var
de komst van H.M. op de hoogte waren ge
steld. De Koningin maakte een rondgang ovei
het uitgestrekte terrein, waar in tegenstel
ling met haar vorig bezoek, vrijwel alles ir
bloei staat, en bezocht ook het Bloemenpaleis,
1 de juist geopende vierde tijdelijke ten
toonstelling van de Koninklijke Nederlandsche
laatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde,
erd bezichtigd.
Het talrijke publiek, dat aanvankelijk on
kundig was van de aanwezigheid der hooge
bezoekster, heeft haar later hartelijk toege-
De Prinses te Arnhem
Prinses Juliana, die ook gisteren nog ten
huize van den Commissaris der Koningin
Gelderland vertoefde, heeft met de familie
Van Heemstra 's middags een tocht gemaakt
naar de bosschen op he1: landgoed De Duno
onder Oosterbeek, waar in de bosschen de
lunch werd gebruikt.
Later op den middag werd een bezoek ge
bracht aan mr. A. J. A. A. baron van Heem
stra, oud-gouverneur van Suriname, waa
thee werd gebruikt.
Tegen zes uur keerde de Prinses niet haar
gezelschap in Arnhem terug, waar bij de fa
milie Van Heemstra een maaltijd plaats had.
Heden zal H.K.H. naar Het Loo terug-
keeren.
Veerdienst
Goeree-Overflakkee-Brabant
Opening 8 Mei ajs.
De officieele opening van de nieuwe ve*
verbinding Goeree en OverflakkeeNoord-Bra
bant, dus van het veer OoltgensplaatDi
sas, zal op 8 Mei a.s. plaats hebben.
De veerboot waarmee gevaren wordt biedt
een flinke ruimte voor personenauto's, vracht
auto's, zoomede berging voor rijwielen
een comfortabele accomodatie voor passa
giers. De indeeling is zoo gemaakt, dal: plm.
15 personenauto's van normale afmetingen
geplaatst kunnen worden. De officieele proef
tocht is bepaald op Dinsdagochtend 7 Mei.
Wij kunnen dit onderschrijven.
Om één punt nog eens extra te noemen
(op het andere komen wij terug):
De laster is schandelijk. Wat wij in brie
ven, ons toegezonden al dan niet ondertee-
kend, te lezen krijgen, is in één woord af
echuwelijk.
Elke laster schijnt hier en daar geloof te
Vinden. Dat heel enkelen, die vroeger bij
ons behoorden, Volk en Vaderland na
praten, en naliegen, is heel erg. Wij geloo-
ven nog steeds, dat het geweten straks zal
gaan spreken bij hen, maar ons volk mag
toch niet voortdurend worden overgegeven
aan dit verschrikkelijk gedoe.
Ned. Spoorwegen
Doorgaande bezuiniging
Met ingang van een nader vast te stellen
datum zullen de stations Bunde, Meenssen er
Geulle voor stukgoederenvervoer geslcDen woi
den, behalve voor wat Bunde en Meerssen be
treft, v
dingen.
Men meldt ons dat Sir Mac Pherson Ro
bertson, de man van de Londen—Melbourne
race, met zijn echtgenoote op 7 of 8 Mei a.s.
in Amsterdam per K.L.M. zal arriveeren.
Jubileum burgemeester
Fernhout
Het zilveren ambtsjubileum van den heer
M. Fernhout, burgemeester van Middel
burg, zal op 3 Mei in een besloten bijeen
komst in het Schuttershof aldaar worden
gevierd.
Een comité van vrienden, bestaande uit
ertegenwoordigers uit de gemeenten Tien
hoven, Mijdrecht en Wilnis, Kampen en
Middelburg, hejift deze viering voorbereid.
De plechtigheid zal door den commissaris
der Koningin in Zeeland en de leden van
het eere-oomité met hun dames worden bij
gewoond.
Het aan te bieden huldeblijk is van in
woners dysr vijf gemeenten, waajr de heer
Fernhout achtereenvolgens burgemeester
was, gezamenlijk. In overeenstemming met
den wensch van den jubilaris zal "de her
denking een particulier en sober karakter
dragen.
De eigenlijke herdenking in het Schut
tershof zal bestaan uit de aanbieding van
het huldeblijk met een redevoering dooi
den voorzitter ven het comité, dr. S. S. Sme
ding te Middelburg; dan volgt een toespraak
van dr. G. A. B. Fijn van Draat uit Zwolle,
vervolgens zal het wcorjl worden gevoerd
door dr. G. Mees den Oever te Wilnis of
door den heer W. Engel te Uithoorn, na
mens Mijdrecht en Wilnis, terwijl de rij
der 9prekers zal worden besloten door den
heer J. H. Kok uit Kagnpen.
H.IJ.S.M. leent Werkspoor
De lamme en de kreupele
In dit blad is melding gemaakt van de vra
gen. die de heeren van Poll en Suring ge
steld hebben aan den Minister van Water
staat betreffende het leenen van geld door
de Spoorwegen aan de N.V. Werkspoor. De
Hollandsohe IJzeren Spoorweg Maatschappij,
de administratief nog zelfstandigheid bezit
tende partij in de geiusionneerde Spoorweg
maatschappijen, heeft aan de N.V, Werk
spoor een credet van drie millioen gulden
voor den tijd van vijf jaar verstrëkt, welke
som de H.IJ.S.M. op haar beurt weer heeft
geleend bij de Coöp. Vereen. „Centraal Be-
neer" te Amsterdam.
Het gaat dus hierom, schrijft de N w e
A r n h. C r tde reeds eind 1933 noodlijdende
Nederlandsche Spoorwegen, een semi-over-
heidsbedrijf, leenen een particulier bedr.Jf,
dat óók noodlijdend is, en bedrag van drie
millioen ter voorziening in oogenblikkeiijke
kasibehoeften-
Dit draagt de goedkeuring weg van den
toenmalige» minister van Waterstaat, ir.
Kalfif, die commissaris is geweest van Werk
spoor, en van den minister van Financiën.
1-Iet blad heelt niet zoo heel veel vidutie
voor de hypothecaire zekerheid en besluit:
„Wat ter wereld heeft het semi-overheids-
bedrijf der Nederlandsche Spoorwegen btwo
gen in dit geval als geldschieter op te tre
den? En waarom hebben twee ministers hier
toe hun meoewerking verleend?
De band tmschen Nederlandsche Spoor
wegen en W erkspoor is ork ai eerder gelegd
Imimers de Nederlandsche Spoorwegen garan
deereh een Jhidend van 4 pet. op de aanllee-
!en B van Werkspoor. Indirect kon1 en de
verplichtingen van die garantie dus ook al
ten laste van den Staat en wel telkens
neer de winst van de spoorwegen onvoldoen
de is, om daaruit de garantieverplichtingen
na te komen.
Het is dringend gewenscht, dat de regee
ring thans volkomen klare wijn schenkt, dat
zij vertelt hoe deze zonderlinge transactie
gemotiveerd kan worden".
MGR SCHIOPPA t
De Uitvaart
Donderdagavond half acht is (het stoffelijk
overschot van wijlen mgr. Schioppa, van
het gebouw der internuntiatuur aan het Be-
zuidenhout overgebracht naar de r.k. kerk
in de Parkstraat. Zoowel buiten als binnen
het kerkgebouw was een groot aantal be
langstellenden bijeen. De rouwwagen werd
gevolgd door twee bloemenwagens.
De kist werd in de kerk op een catafalk
geplaatst en gedekt met een paars en zwart
kleed. Daarop werden de bisschoppelijke
mijter en andere teekenen van de waardig
heid van den overledene gelegd. Een zwart
fluweelen kussen met de wereldlijke onder
scheidingsteekenen werd aan het voeten
einde geplaatst.
Vervolgens werden de plechtige metten
gezongen.
Gistermorgen om 10 uur had de pontifi
cale uitvaartdienst, plaats in de kerk aan
de Parkstraat. De bisschop van Haarlem
leidde dezen dienst. Uitgevoerd werd de
mis van Perosi. Het kerkgebouw was geheel
gevuld met belangstellenden, waaronder tal
van kerkelijke autoriteiten, leden van hel
corps diplomatique, vertegenwoordigers van
H. M. de Koningin en van de Regeering.
Nadat omstreeks half twaalf de kerkelijke
plechtigheid beëindigd was, werd de begra
fenisstoet geformeerd. De begrafenis had
plaats met militair eerbetoon overeenkomen
de met de diplomatieke waardigheid v:
den overledene. Er werd aan deelgenomen
door drie detachementen van de bri
grenadiers en jagers en een detachement
van de VlIIe infanteriebrigade, waarbij in
gedeeld het vaandel van de grenadiers, de
Kon. mil. kapel en de tamboers en de gre
nadiers en jagers, verder een detachement
an het 6e regiment veldartillerie, bestaan
de uit een batterij van vier stukken met
trompetters. De gezamenlijke troepen ston
den onder bevel van den garnizoenscom
mandant, kolonel Sillevis. In verband met
de internationale gebruiken waren de cava
lerie en de artillerie bereden en alle troepen
gewapend.
Dr. Colijn in den stoet,
Als slippendragers fungeerden de Minis
ter-president Dr. Colijn in de plaats van den
Minister van Buitenlandsche Zaken, die
door een lichte ongesteldheid verhinderd
de plechtigheid bij te wonen, en de ge
zanten van Zweden, van Zwitserland en van
België. Voor de kist werd door den knecht
van wijlen Mgr. Schioppa het kussen met
de wereldlijke ordeteekenen gedragen.
Bij den uitgang der kerk nam de g<
lijkheid afscheid van het stoffelijk hulsel
dat vervolgens naar buiten werd gedragen
on in den rouwwagen werd geplaatst. De
kerkklokken luidden op dit plechtig moment
en de Kon. Mil. Kapel speelde plechtige
treurmuziek. De commando's weerklonken,
de geweren werden gepresenteerd, terwijl
de overtalrijke menigte, welke zich in de
Parkstraat verdrong of vanuit de ramei
der huizen en zelfs vanaf de daken de
plechtigheid gadesloegen, eerbiedig het
hoofd ontblootte.
Toen de kist in den rouwwagen was ge
plaatst, waarvan de lantarens brandden en
met paars omfloersd waren, werden de
kransen en bloemstukken ter weerszijden
van den wagen opgehangen. De krans van
H. M. de Koningin werd aan de achterzijde
bevestigd. Twee rijtuigen met bloemstukken
volgden nog.
Kerk, Vorstenhuis en Regeering.
Dadelijk achter den rouwstoet volgden de
nuntius, Mgr. Micara, en Mgr. Arigoni, audi
teur van de Pauselijke nuntiatuur in Brus
sel. Toen reed het gala-hofrijtuig voor, waar
in de beide vertegenwoordigers van H. M.
de Koningin plaats namen. In het volgende
rijtuig nam de Minister-president plaats
met den secretaris-generaal van het Depar
tement van Buitenlandsche Zaken. Vervol
gens kwam een groot aantal volgkoetsen,
bestemd voor de leden van het corps diplo
matique. In de rijtuigen namen plaats de
vertegenwoordigers van tal van landen. Ver-
leder pak HONIG's VERMICELLI
bevat ter kennismaking een PD 1 TIP
HONIG's BOUILLONBLOKJE U l\ A I I O
volgens kwamen de ministers van Justitie,
van Financiën, van Defensie, van Economi
sche Zaken en van Sociale Zaken, de Com
missaris der Koningin in Zuid-Holland, de
gouverneur van de Residentie en ten slotte
de waarnemend burgemeester van Den
Tweede deel van den stoet.
Het tweede gedeelte van het militaire es
corte sloot den stoet
Het duurde geruimen tijd alvorens de
lange stoet was geformeerd en de tocht
naar de begraafplaats kon beginnen. Om
streeks half een vertrok het laatste rijtuig
van de kerk.
Den geheelen weg was de publieke belang
stelling buitengewoon groot. Overal stonden
de menschen vele rijen dik te wachten om
het voorbijtrekken van den indrukwekken-
den begrafenisstoet te zien.
Zoowel op als in de omgeving van de be
graafplaats waren zeer vele belangstellen
den aanwezig.
Te ruim een uur kwam de rouwstoet bij
de begraafplaats aan. Tijdens het binnen
treden van de officieele vertegenwoordigers,
die zich in den stoet bevonden, speelde de
Kon. Mil. Kapel op de begraafplaats weder
treurmuziek.
De bisschop van Haarlem Mgr. Aengencnt
verrichte de absoute.
Arbeidsbemiddeling
voor jeugdige onderwijzers
toekomst zal bestaan om bij het onderwijs
te worden geplaatst, maakt het wenschelijk
dat door hen wordt getracht in andere
richting een bestaan te zoeken. Door de
departementen van Onderwijs, Kunsten en
Wetenschappen en van Sociale Zaken, wel
ke deze aangelegenheid dezer dagen onder
oogen hebben gezien, wordt er de aandacht
op gevestigd, dat de arbeidsbeurzen lien
hierbij gaarne behulpzaam zullen zijn. De
organen der openbare arbeidsbemiddeling
toch verleenen niet alleen, zooals nog dik
wijls ten onrechte wordt aangenomen, hun
tusschenkomst voor de plaatsing van hand
arbeiders. maar bemiddelers ook voor de
zng. intelloctueele beroepen. F.en doel
treffende bemiddeling is echter all°en moi
gelijk, indien laatstbedoelde categorie zich
dan ook als werkzoekend laat -nschrijven,
zulks temeer wijl naarmate over een rui
mer aanbod van werkkrachten wordt be
schikt, de werkgevers te eerder geneigd
zijn zich tot de arbeidsbeurzen te wenden.
Aan de voor onderwijzer opgeleide jonge
lieden wordt daarom aangeraden zich, voor
zcover «zij althans naar een werkkring
buiten het onderwijs zoeken, bij het orgaan
der arbeidsbemiddeling in hun woonplaats
te doen inschrijven.
Gistermiddag hebben opnieuw besprekin
gen plaats gehad inz. de moeilijkheden der
Amsterdamsche diamant-industrie. Daaraan
namen o.a. deel de Ministers van Financiën,
van Sociale en van Economische Zaken, de
hoofdinspecteur der werkverschaffing
M e ij e r d e V r i e s en Mr. v. D o o r-
II ink van het departement van financiën.
De eerste wagens over de Brug. De officieele opening van de nieuwe Spoolderbergbrug te Zw
de boom omhoog.
loeit gaal
FEUILLETON
SAAMGEBRACHT
(M
Theodorik wist haar daarenboven zoo
danig te doen voorkomen, dat Karei ein
delijk geen twijfel aan Angelherts misdaad
(meer koesterde, en zelfs in een vlaag van
toorn, bij het vernemen van de gruwelen
te Deventer aangericht, den dood aan den
yermeenden verrader zwoer.
's Daags vóór Kareis vertrek kwam Angel
bert intusschen te Nijmegen aan en hij
vernam terstond welke beschuldigingen er
tegen hem waren ingebracht. Zijn vrien
den raadden en smeekten hem ru het hem
dreigende gevaar te ontvluchten. Maar
Angelbert zich geen misdaad bewust, zocht
gehoor bij den Koning, dat hem echter ge
weigerd werd. Hij was dus niet in de
gelegenheid zich te verdedigen, kon geen
plaats bij het leger bekomen, schoon hij
die vroeg, en de Koning liet hem alleen
vergeving aankondigen, zooals Theodorik
hem berichtte, mits hij in een klooster
ging, om voor zijn verraad te boeteti.
Nu zag de ongelukkige zich aan de alge-
meene verachting overgegeven. Wel deed
hij nog pogingen Bertha, 's Konings doch
ter, te spreken, om althans haar van zijn
onschuld te overtuigen, maar ook clit mocht
hem niet gelukken. Zijn pleegvader Wjli-
hal d was daarbij reeds vertrokken, in wien
hij anders een vriend zon hebben gevon.len
en Ludger, mét 's jongelings afkomst be
kend, meende niet genoeg verzekerd te j
kunnen zijn, om hem van den schijn, die
tegen hem was, vrij te pleiten.
Zoo liep dan alles te zamen, om Argeli
bert van alle uitzichten op geluk te be-
roovon. Reeds lang had hem de smart ge
drukt: zonder vader te moeten ronddolen,
izelfs zijn vader niet te kunnen noemen en
hij alle zijdelingsche en rechtstreeksche
verwijten hem daarover gedaan, te moeten
zwijgen. Maar had h£m dit dikwijls diep
gegriefd, niet minder drukte hem thans de
verdenking, waarin hij hij den Koning was
gebracht, terwijl zijn vijanden over 'ijn
ongeluk juichten, en hij zelfs geen vriend
meer had, voor wien hij zijn hart kon uit
storten.
Maar één zaak was hem overgebleven en
dat was de troost, die God hem schonk.
Dien Hij liefheeft, beproeft Hij. 't Was de
troost die ons deel kan blijven, waar wij
geen troost bij de wereld of de menschen
vinden kunnen; dat God tranen wil drogen
waar tijdelijke tegenspoed doet weenen; dat
God het hoofd doet opheffen, waar de mis
kenning van anderen ternederdrukt. Wat
het Christendom vermag, is den godsdienst
der rede zoowel als don godsdienst der
heidenen onmogelijk.
Ook Angelbert behoefde dien troost. Al
was zijn kennis van Christus en het Evan
gelie ook nog gebrekkig, hij wist toch waar
hij dien troost kon vinden. Hij had zich in
den tempel, die aan Christus gewijd was, in
stilte afgezonderd. Reeds in -ijn tijd was
men, volgens liet algemeen gevoelen, d.'uir
nader hij God.
Reeds een geruimen tijd had Angelbert in
de kapel geknield gelegen en, met tranen
in het oog, had hij den Hemelschen Vader
om de kennis van zijn aardschen vader, en
om ontheffing van de verdenking die op
hem lag, gebeden, en zijn gebed was Goor
niemand gestoord.
Onverwacht echter verneemt hij eenig
gedruisch achter zich, en luisterende, hoort
hij duidelijk dat er eenigen de kapel bin
nentreden, waaronder hij, aan diens stem,
Treodo'.k meende te herkennen. Nog een
oogenblik luistert hij of hij zich ook be
driegt, maar neen! het is wel Theodorik
die hem, waar hij hem ziet, met hoon en
6pot overlaadt. Hij is door twee anderen
vergezeld, die langzaam de kapel binnen
treden.
Wat zal hij doen? In den toestand waarin
hij zich bevinut. wil hij niet gaarne worden
ge/ien. Ontvluchten? Dit schijnt hem on
mogelijk toe, want de drie binnentredenden
bnjwr bij den ii.gang staan en een andere
deur om te ontkomen is er niet.
Nu slaat hij de oogen in het rond, of hij
ook. eigens een schuilplaats ontdekt, en
zijn oog valt pp een eikenhouten deur, die
naar de sakri'stie geleidde. Hij beproefde
het die te openen. Dit gelukte iiem en als
de anderen al nader kwamen, terwijl hun
getai nog door een vierde vermeerderd
werd, onttrok Angelbert zich aan het oog
door ijlings in de sakristie te vluchten en
ten einde des te meer in veiligheid te zijn
«loot hij van binnen de deur met een ijzeren
Onder de vier personen, die de kapel
waren binnengetreden, zijn twee beken
den. De één was Theodorik en de ander
Drogo, door den eerste uit Utrecht terug
gehaald. Van de beide anderen vvas de één
een man, reusachtig van gestalte, breed
geschouderd, sterk gespierd, met een
zwaard dat aan zijn lengte geëvenredigd
was, aan zijn zijde en met het oog, dat
alles zocht en zag en van inwendige drift
getuigde.
Juist bij dezen athleet viel de vierde per
soon nog meer dan anders in het oog. Hij
was schijnbaar een beklagenswaardig schep
sel, dat vanzelf reeds het medelijden op
wekte. Zijn lengte ging die van vier voeten
niet te boven, doch deze geringheid was
meer in zijn bovenlijf dan in zijn beenen
te zoeken. Deze waren van genoegzame
lengte, doch buitengewoon dun en schraal
en de kortheid van het overig gedeelte
zijns lichaams werd nog wanstaltiger door
een verhevenheid op den rug.
In deze figuur stak nochtans een zoon
van Karei den Groote en wel de oudste,
ook Pipijn geheeten, met den bijnaam: de
Korte, wiens moeder Himiltrude eigenlijk
een gevangene was, in een vorigen oorlog
tegen de Saksen gevangen gemaakt en
wegens haar schoonheid door den Koning
in zijn Hof opgenomen.
Hoewel Koning Karei zelf geen onder
scheid tusschen zijn natuurlijke en echte
kinderen wilde hébben gemaakt, zoo was
de bastaard Pipijn toch een voorwerp van
aller spot en smaad, en hij bleef steeds uit
den kring van 's Konings kinderen uitge
sloten. Kon Pipijji deze vernederingen reeds
moeilijk verdragen, zijn moeder gevoelde
zich, zoowel in zichzelve als in haar zoon
niet minder b'eleedigd en was reeds lang
bedacht geweest zich vreeselijk te wreken
terwijl 'rij haar zoon tot haar werktuig had
gekozen.
Deze was daartoe minder ongeschikt dan
men oppervlakkig zou hebben kunnen
denken. Pipijn de Korte bezat namelijk een
voorbeeldlooze stoutmoedigheid en buiten
gewone lichaamskracht, zoodat hij zich
weldra berekpnd gevoelde voor de taak.
hem door zijn moeder aangewezen. Deze
taak was niets minder dan den Koning
zelve te vermoorden en zich van de heer
schappij meester te maken.
Tot. bereiking van dit oogmerk had Pipijn
zich niet alleen onder de Saksen vele vrien
den en aanhangers verworven, maar ook
onder de hovelingen waren ontevredenen,
die van een omwenteling hun bevordering
verwachtten en zich daarom gewillig schaar
den aan de zijde van Pipijn. Dit hadden
ook Theodorik en Drogo gedaan. Fn thans
bij de afwezigheid des Konings en van het
Hof, was het. in het oog der saamgezwore
nen de geschiktste tijd hun plan te beramen
en plechtig te bezweren, waartoe Pipijn
zijn voornaamste vrienden, die hij in het
geestelijke en .krijgskundige tot hoofden en
aanvoerders had uitgekozen, thans in de
kapel van het paleis bescheiden had.
Allen traden naar voren en thans vatte
Pipijn het woord op. Hij sprak ,-an de
willekeurige regeering zijns vaders en van
de ongeschiktheid zijner wettige zonen om
eenmaal de regeering te aanvaarden. Na
dit aangetoond en tusschen beiden van de
beleedigingen, die hij en zijn moeder moes
ten ondervinden, gesproken te hebben., zei
hij dat er nog zoo vele anderen waren, die
onder het tegenwoordig bestuur redenen
tot klagen hadden.
„Zoo is het", zei Theodorik. „Wilde ik
van mijzelven spreken, ik zou dan nauwe
lijks woorden kunnen vinden om mijn ver
ontwaardiging uit te drukken, dat in dezen
veldtocht weer in mijn plaats een ander
tot veldheer is aangesteld. Maar ik spreek
van mijzelven niet. Iiier is Drogo! Welk
een openbare beleediging moest hij onder-
„Nu ja!" sprak Drogo. „De beleediging
zelve was minder dan de teleurstelling, die
ik ondervond. Ik had mijn hoop op een vet
bisdom gesteld en zou dan .gaarne den
Koning in het bezit van zijn troon hebben
gelaten."
„En zoudt «gij thans niet gaarne alles wil
len doen, om u toch op den bisschoppelijken
zetel te verheffen?" vroeg Rinfrid, de reus
achtige man.
„Maar nog liever, dat een ander het voor
mij deed. Want, geloof mij, mijn hand is
niet geschikt tot het voeren van een
zwaard", verzekerde Drogo.
„Dat zal ook niet noodig zijn", heraam
Pipijn. „,Gij kunt met uw mond meer uit
richten dan met uw hand. en terwijl wij
onze zwaarden zullen gebruiken, kunt gij u
naar Friesland begeven en aldaar deplge-
nooten in onze onderneming zoeken te wer
ven. En daar Wittekind zelf reeds kennis
draagt van onze onderneming, zoo zult gij
niet anders te doen hebben, dan den Sakser
den uitslag u.we- pogingen te gaan berich
ten, opdat ook hij «zijn maatregelen neme.
Op dezen tocht zal Rinfrid u vergezellen;
onder zijn hoede, zijt gij meer veilig."
„Zooals ik hoop", zei de reus; en ik ver
wacht de bp loaning eers* als pii in uw
bisdom zult g^Vormn 'ijn."
(Wordt vervolgd)