De Rijksmiddelen in Maart WOENSDAG 17 APRIL 1935 Teleurstelling over vrijwel de geheele linie Opbrengst 30.653.189.— (v.j. f 26.045.181.—) Maar zij blijven belangrijk onder de raming Ook in de afgeloopen maand Maart bleven de Rijksmiddelen in gebreke. Wel vloeiden zij ruimer dan in dezelfde maand van het vorige jaar, doch de totaal-indruk blijft ongunstig. Wat de directe belastingen betreft was er per uit. Maart in totaal voor f36.508.300 op bet kohier gebracht tegen f38.659.305 verleden jaar. De „overige middelen" brachten het tot f30.653.189 (v.j. f 26.045.18)waarmede zij 21/- millioen beneden de raming.zijn,gebleven. Evenals de beide vorige maanden heeft Ook de maand Maart, wat de afd. „overige middelen" betreft, een aanmerkelijk surplus gegeven, vergeleken met een jaar geleden. Óogenschijnlijk is dit resultaat niet ongun stig, maar een vergelijking van de afzonder lijke inkomstenbronnen met 1/12 van de ra ming valt heel anders uit Want dan blijken slechts 4 middelen de raming te hebben overschreden (v.m. 6), waarbij dan nog in aanmerking moet. wor den genomen dat de wijnaccijns eens in de 3 maanden wordt verrekend en dus vanzelf sprekend de raming overschrijdt. Vergeleken met het vorig jaar is het beeld iets min der ongunstig: 7 middelen (vjn. 9) brach ten meer op. Het surplus van f 4,6 millioen boven ver leden jaar komt vooral voor rekening van de omzetbelasting, de invoerrechten, de sui keraccijns en de tabaksaccijns. Niettemin was het verloop van de om zetbelasting met een bedrag ran 5.180.935' ',(v. j. f3.227.427) teleurstellend. Bij a/i2 van de raming bleef de opbrengst 'f 1.6 millioen ten achter. Het was te ver wachten, dat de eerste maanden van dit jaar een hoogere opbrengst zouden te zien .geven vergeleken met het eerste kwartaal van 1934. Dit doet echter aan den ongunstigen indruk niets af. Het eerste kwartaal van 1935 bracht nu reeds een achterstand van 5,9 millioen bij 3/i2 van de raming. De invoerrechten bra-chten dank zij het nieuwe tarief ruim 1.35 millioen meer op dan het voirig jaar, dooh bij 1/12 van de ra ming was er een achterstand van 8 ton. Voor de eerste 3 maanden van 1935 is de opbrengst thans ƒ4.5 millioen lager dan 3/12 van de raming. De suikar-accijps bewoog zich op een 'ni veau, dat aanzienlijk hooger lag dan verle den jaar. De opbrengst was met ƒ5.2 mil lioen 8 ton hooger dan verleden jaar en zelfs f 1.1 millioen boven de raming. Men dient hierbij te bedenken, dat de opbrengst in de eerste maanden van 1934 niet groot was ten gevolge van het feit, dat eind 1933 groot-s partijen in consumptie waren ge bracht in verband met de invoering der crisisopcenten. De opbrengst heeft de far ming in heit eerste kwartaal 1935 thans over- sohreden met 2 millioen. Zeker geen on gunstig resultaat! De hoogere accijns op tabak was in Maart 1934 nog niet merkbaar. Zoodoende is er thans een accres van 1.387.739 tot 2.751.222 Doch de raming werd niet gehaald. Het middel bleef er bijna een ton beneden. Voor de couponbelasting is Maart een belangrijke maand, vandaar dat de op brengst kon verbeteren van 169.035 tot ƒ297.854. Verleden jaar was de belasting nauwelijks eenige weken op gang. Het lij voor de hand, dat de opbrengst thins zou omhooggaan. Teleurstellend is weer, dat ook deze belasting de raming niet baalde en meer dan een ton tegenviel. Behoudens een onbeduidend hoogere op brengst van de zoutaccijns en de belasting op gouden en zilveren werken, habben we thans de lichtpuntjes voor zoover men daarvan spreken kan de revue laten passeeren. Met de resteerende middelen zijn alle in de neer geraakt. De dividend- en tantièmébedasting haalde, zooals steeds in de eerst emaanden van het jaar, ook thans de raming niet. De opbrengst was miet rond 6 ton ongeveer gelijk aan ver leden jaar, doch 4 ton beneden de raming'. Als gevolg van den venminderden invoer is de opbrengst van het statistiekrecht van f 151.000 tot 139.000 teruggeloopen. Bij de raming bleef het middel 11.000 ten achter. De bier- en gedistilleerd accijnzen maken bet heel slecht. We wezen daar reeds meer malen op. De cijfers voor Maart 1935 luiden resp. ƒ607.360 (v. j. ƒ665.269) en ƒ2.404.581 <v. j. ƒ2.810.949). Vergeleken met de raming was het na delig verschil voor beide middelen 2 ton. Op de wijnaccijns vestigden we reeds de aandacht. De opbrengst was 536.363 (v. j. ƒ555.756), een lichte teruggang dus. De accijns op geslacht zingt ook van maand tot maand haar crisisliecL De op brengst was ƒ424.436, 2 ton beneden verle den jaar en 1 ton beneden de raming. Het aantal conversies is minderende. Van daar dat de opbrengst van de zegelrechten terugloopt. Nu de rentestand ten gevolge van de aanvallen op de gulden, zoo sterk is opgeloopen, zal dit middel daarvan de eer ste maanden wel den terugslag ondervinden. De opjbrengst over Maart was 1.330.055 (v. j. ƒ1.383.256), waarmee de naming precies erd bereikt. Registratie- en successierechten deden het wat minder goed dan in Februari, toen de opbrengst al heel gunstig was. De cijfers luiden resp. ƒ838.172 (v. j. ƒ958.888) ƒ2.402.405 (v. j. ƒ2.444.910). De loodsgelden doen het niet slecht., clanks de verlaging van het tarief op 1 Juli 1934. De opbrengst was ƒ294.611 vorig jaar 353.428) waarmede zij de raming met. 44.000 overschreden. 1 In totaal hebben de „overige mid delen" in het eerste kwartaal 1935 op gebracht ƒ90.6 millioen. Dit is 8V2 millioen minder dan de raming en ƒ17.1 millioen meer dan in dezelfde periode van het vorige jaar. In den stand der -directe belastingen" kwam deze maand een belangrijke verande ring. Da vorige maanden wezen immers een belangrijke achterstand aan vergeleken bij •erleden jaar, hetgeen vooral voor rekenipg -an de grondbelasting kwam. Per uit F- jl. was voor dit middled op kohier gebracht f 1.725.755, gelijk men zich herinneren zal. Dit bedrag is thans opgedoopen tot 8.903.77r (v. j. ƒ9.351.391), zoodat de achterstand zee aanzienlijk is verkleind. Voor de inkomstenbelasting is thans 19.1 mililoen op 'hét kohier gebracht (v. j. ƒ20.6 mdllioeü), voor de vermogensbelasting 5.4 millioen (V. j. 5.5 millioen) en voor de ver- dedigingsbelasting ƒ2,8 millioen (v. j. ƒ3 mjllioen). Met de nieuwe belasting van de doode hand loopt het neg niet vlot. Slechts 123.771 werd tot nu toe op het kohier gebracht Bet totaal zuiver bedrag op het kohier gebracht voor het 1 Jan. 1935 begonnen dienstjaar is thans gestegen tot 36.5 mil lioen (v. j. 38.6 mildicen), een verschil uit makende van ruim ƒ2 millioen. De inkomsten ten bate van het verkeers- fonds bedroegen in Maart 1.019.955 en over de eerste 3 maanden van 1935 3.879.115. Gonoludeerende geeft ook de maandstaat1 ovèr Maart weinig reden om de toekomst van vs lands financiën wat hoopvoller in te Is de N.S.B. bewapend? Een verklaring van Ir. Mussert Ir. A. A. Mussert, algemeen leider van de N.S.B., heeft in antwoord op een tot hem gerichte vraag van de redactie van hel „Utr. Nwsbl." naar aanleiding van de vragen van den heer Wijnkoop aan den Minister van Justitie omtrent bewapening door de Nat. Soc. Beweging en smokkelhandel in wapens medegedeeld dat deze verdachtmaking en poging tot ophitsing van eiken grond ont bloot is. De heer Mussert is bereid den heer Wijn koop onmiddellijk in de gelegenheid te stel len om, vergezeld door twee onpartijdige derdon, het hoofdkwartier en alle kringhui zen der N.S.B. te betreden teneinde aldaar elk door hem gewenscht onderzoek in te stellen naar de aanwezigheid van wapens, munitie en dergelijke en daartoe door den heer Wijnkoop aan te wijzen kasten te ope nen en vloeren enz. open te breken. Indien bij dit onderzoek de beschuldiging an den heer Wijnkoop ook slechts de ge ringste bevestiging ondervindt, is de Nat. Söc. Beweging bereid alle kosten van dit onderzoek te dragen. De roode vlag van de straat Verbod van de Amsterdamsche politie Op grond van een desbetreffende uit spraak van de Amsterdamsche recht bank heeft de politie in de hoofdstad het meevoeren van roode vlaggen in op tochten verboden. De politie meende ondanks de be palingen in verband met het uniform- verbod, door de Gemeenteraad ongeveer een jaar gèlëden genomen dat hier omtrent geen volkomen zekerheid be stond en heeft het op een proefproces ter zake laten aankomen. Deze uit spraak heeft het verbod van de roode vlag op straat buiten allen twijfel ge steld. Op 1 Mei dus geen ergernis van een groot deel der burgerij ter oorzake van de roode vlag, althans in optochten. Een besluit dat slechts kan worden toegejuicht. Militaire- en gemeentelijke autoriteiten heb ben Maandag een bezoek gebracht aan den gas- en scherfvrijen keider onder Weert, naar het ontwerp van iliet Ingenieursbureau Denis' en Donker uit V-ught en uitgevoerd door de Eerste Weerter Beton Industrie Del- monte. Aanwezig waren o.a. de luitenant-generaal Pfeiffer, territoriaal bevelhebber van Noord- Brabant, kapitein van Rieth, van het Bu reau voor Luchtbescherming, mejoor Schur- vel en. Dr. Ir. Deckers. Amsterdam schaft werk voor jeugdige werkloozen Enkele nieuwe objecten B. en W. van Amsterdam zullen opnieuw werkverschaffen aan jeugdige werkloozen. De werktijd zal worden gebracht op 40 uur per week, n.l. vijf dagen van zeven en een kwart uur en des Zaterdags drie en drie kwart uur, waarbij moet worden gerekend •en niet gering percentage geoorloofd jim, in verband met solrciteeren, waar voor uiteraard ruim gelegenheid wordt tóp- gestaan, ziekte en regenverlet Onder de objecten, welke B. en W. op het oog hebben zijn de volgende, het bouwen van een op enzweminrichting, het vervaar digen van meubilair voor het gemeentelijk verzorgingshuis voor ouden vau dagen, het aanleggen van speelvelden, speeltuinen en van daarvoor benoodigde toestellen, van cluhgebouwtjes enz. Daarnaast denken B. en W. aan een paar werken, welke door de jeugdigen onder het genot van een iels hoogere vergoeding in den vorm van een bepaald uurloon afhan gend van den leeftijd, zullen kunnen wor den uitgevoerd, terwijl verder getraght zal worden een werk hoofdzakelijk door jeug digen te doen verrichten tegen door hét werkfonds te bepalen jeugduurlooneh. Over al deze objecten zijn de onderhan delingen met de regeering en deels ook met het werkfonds nog loopende, met uit zondering van een werk, n.l. het bouwen van een op enzweminrichting. Wat dit werk betreft, heeft de Minister van Sociale Zaken zich reeds bereid verklaard, in een deel dei- kosten daarvan, n.l. in een som van 100.000 een nader vast te stellen bijdrage ver moedelijk ongeveer 70 pet. uit het werk- loosheidssubsidiefonds te verleenen. DE BONDSDAG DER GEREF. MEISJES Naar w© vernemen zal de jaarlijksche bondsdag van den Bond van Meisjesvereeni- gingen op Geref. Grondslag dit jaar te Ara hem worden gehouden op Woensdag 12 Juni a.s. Offïcieele Berichten ONDERSCHEIDING beek, te Zaltbommel. zUn betrekking z(jn betrekking VOLKSEENHEIDSCONFERENTIE VOOR STUDENTEN „Het Noord-Nederlandsche Nationaliteitsbesef" „Volk en Staat" Deze week wordt op Woudschoten te Zeist een voükseeniheidscooferentie gehouden, waaraan even als vorig jaar eta groot aantal studentemvereeni- girtgen zijn medewerking verleent. In een na beschouwing hop: a we enkele losse indrukken over dit congres weer tc geven. Maandagmiddag werd de conferentie geopend door den heer A. M. Brouwer te Utrecht, die uiteenzette wat aan deze conferentie is vooraf gegaan en vervolgens een korte toelichting gaf op de keuze der onderwerpen. Het is allerminst de bedoeling, den indruk te vestigen alsof door de referaten de eenige of ook de juiste oplossingei worden aan de hand gedaan. Het is niet meer dai een greep. Ware de zaak anders opgezet, dan zou het geheel te veel tijd in beslag nemen. Na het openingswoord zongen allen staande drie coupletten van het Wilhelmus. 's Avoods sprak de heer G. K n u v e 1 d e r „Volk en Staat" Spr. wil het nationaliteiten probleem bezien als een der vele aspecten van verzet van onderdrul te groepen tegen den overheersdhenden staat. Vrco0er werd een groot gedeelte van wat wij staatstaak Doemen, uitgeoefend door de kerk. De bestaande hiërarchie werd na eenigen tijd opge- 1 t. Bovendien deed zidb steeds meer de invloed u het Romeinsche recht gelden, dat aanvaard werd, ook wat betreft het punt van het vorsten- absolutiame. Dit absolutisme heeft de nationaal- staat geschapen. Dit is de staat, die georganiseerd wordt als een politieke eenheid. Hij kan bestaan, zender da< de verschillende nationaliteiten wor den lo acht genomen. Niet alleen behoudt de overheid haar eig^n recht, maar zelfs wordt dit overschreden. Daarentegen verdwijnt het eigen recht der onderdanen. Deze staatsleer zege viert echter niet lo de Germaansche landen. De primaire belangstelling der natiooaalstaten geldt de buitenlandsche politiek. Deze politiek wijst op bet dienstbaar maken van wat binnen de staatsgrenzen leeft Hiertegen hebben de leiders van het Nederlandsche volk zich verzet. In de Fransche revolutie wordt het vorsten- absolutisme door het volksabsolutisme vervan gen Wat vroeger de vorst besliste, wil thans het volk uitmaken. Tegenover dit tweeërlei ab solutisme, dat de minderheden niet acht, stelt Wilson het principe van het nationaliteitenbesef. Ook dit beginsel gaat te ver. Uitgegaan wordt door spr. van den mensch met zijn eigen rechten en plichten. Gezin en natie vormen den mensch van nature. Het is de taak van den staat, om de rechten der individuen te beschermen.^ Hij moet de levensgenoegheid schep pen, voorzoover de mensch die in gezin of natie niet vinden kan. Wanneer de staat de 'belangen der in hem wo nende volken behartigt, is er geen reden om tot eigen staatsvorming te komen. Een eigen staat is geen natuureisch, maar een natuurwensch. Tenslotte zet spr. uitvoerig uiteen, dat we ook thans staan voor het probleem van de verhouding van gezag en vrijheid in Nederland. Op dit refe raat volgde een zeer uitgebreide discussie, waarna de heer J. de Graaf uit Utrecht den dag Spr. begon met een citaat van Groen van Prinsterer, waarin deze zegt, dat een natie een groote familie is, en een staat een groep van menschen, onderworpen aan hetzelfde bestuur. Het denkbeeld van een staat is niet onafscheide lijk van natie. De natie is niet steeds de bevol king van den staat. De gezamenlijke inwoners worden bijna overal natie genoemd, en zoo spre ken we ook van „nationalen rijkdom", enz. Met ROFFELRIJMEN. KRANKZINNIGHEID :uaschen socialisten Aan N. Lever is slag verleend uit rech'ter-plaatsverv. In het kanton Meppel, on der dankbetuiging voor de als zoodanig ber wezen diensten; aan Ph. W. Timmer is op zün verzoek eervol ontslag verleend uit zün be trekking van kantonrechtej-plaatsverv. In het kanton Leeuwarden, onder dankbetuiging voor de als zoodanig bewezen diensten; aan mr S. H Venlng Meinesz is op zün verzoek eervol ont slag verleend uit aün betrekking van rechter- plaatsverv. in de arrondissementsrechtbank 'te Haarlem, onder dankbetuiging voor de als zoo danig bewezen dieneten. 2e kl. der PTT; b. KON. NED. IND. LEGER Aan den gep. dir. off. van gezondh. Ie kl. van tien Mil. Geneesk. Loenst v. h. Ivon.. Nect-Ind. Leger dr N L Schoorel ls de titulaire rang yam kolonel verleend, VOOGDIJRAAD LEEUWARDEN Eensklaps deed een klein tegonstauders een aanval op nen, die blaasinstrumenten haddon. Een paar heethoofd* het krankzinnige bi de muzikanten het „Wi moesten spelen. Aan dezo opdracht 0i(jaar irts'*. Onbesluisd en onbezonnen, Als een machtig booze zee, Rolde over onze landen 't Brieschen der S.D.A.P. Was voorheen de hoogste breker Voor onze partij bedoeld. Nu werd nevens ons op Mussert De verbeten haat gekoeld; Overigens werd zijn voorbeeld Uitgejouwd en.nageaapt, En zoo had men in de hoofdstad Oók een knokploeg saamgeraapt Die wat zending wilde drijven In de roerige J or daan Waar men voor een neven-leger Communisten kwam te staan. 'k Zou op het geval niet wijzen Als er geen muziek in zat, Als ik niet een aardig nootje In het stuk gevonden had: Met muziek en democratie Trok men de Jordaanstreek in, Maar dat was den communisten Absoluut niet naar de zin. Dat ze eerst wat scholden, stompten, Ach dat brengt de strijd zoo mee..., Maar toen kwam men op dit dwaze, Dit krankzinnige idee: Laat ze het Wilhelmus spelenl 't Zou niet gaan! Integendeel: Prompt de Internationale Wrong zich uit hun koöpren keel!... Voel je goed de contradictie? Voel je de krankzinnigheid? Hun trompetten zijn gelukkig Door het volkslied niet ontwijd! (Nadruk verboden.) LEO LENS. HON IG'S SOEP/ deze beschouwing vao Groen kunnen we in dan één opozacht winst doen. Zoo moger spreken van een Belgischen staat, echter van natie. Anderzijds wenen in twee staten bui ten ons land Nederlanders. Vervolgens ontwikkelt spr. de stelling, dat sinds eeuwen was en vandaag nog is tusschen de bewoners van het Noórdelijk en het Zuidelijk gedeelte der Nederlanders eer een gevoel va liteit dan een besef van volksgemeenschap. Deze rivaliteit is te danken aan omstacdigheden. Met verschillende citaten licht spr. toe, dat tijdens kort na de politieke scheuring van pl.m. 1585 de stand vra zaken oog niet zoo was. Steeds streeft men dan naar vereeniging en voelt men zie Het is niet met zekerheid te zeggen, wanneer ons volk overstag is gegaan. Wel kan gezegd, dat de laatste phase viel omstreeks den vrede van Mun ster. In 1648 begen de band dés bloeds te zwijgen Uitvoerig zet spr. dan uiteen, welke de oor zaken zijn, die het gem>«. schapsgevoej deden inslapen. Ze moeten gezocht in het feit, dat de scheuring van 1585 tot groote divergentie va wikkeling tusschen de beide volkshelften voerde FT erbij beperkt spr. zich tot de Noordelijke Neder landen. In de gouden eeuw heeft Nederland niet alleen gewonnen, maar ook verloren. Op den handel zijn veel lofliederen ge zengen, ten deele volkomen terécht Hiertegenover staat als schadepost de komst van den kramergeest". Alles achtte koopbaar en verkoopbaar, en zoodoende zijn schatten aan nationale en cultureele waarden loren gegaan. Daarnaast komt dan de suprematie van Hol land. Dit kwam oeer op den triumph vai platvloersche. Reeds Groen zeide, dat de Hollan ders „ontzaglijk loom" zijn. In de eerste helft der 17e eeuw wordt het vast houden van den band tusschen Zuid en Noord vooral bij de Calvinisten gevonden Ze hadden den .opstand geleid en zoodoende waTen zij van invloed. Toch heeft het Calvinisme dezen loop niet tegen kunoen houden. Er kwam een tegen stelling tusschen de volksmassa's en het regenten dom Dit laatste was de gezagsinstantie. Wel werd hierop van de kansel critiek geoefend, maar het gezag boog slechts, als dit noodzakelijk Deze toestand moest funest worden voor de volksgemeenschap. De machthebbers waren een volksvreemde kliek. Toch behoeft het geconstateerde verlies aan volkskracht oiet als irreparabel te worden be schouwd. Het wortelt immers niet in het wezen. Her moet op herstel gehoopt. De eenige manier is die van het volkslied: Helpt uzelf, zoo helpt u God. Te goeder ure zal het volksche zich ook in de dichters openbaren. Hier mag niet vergeten wat we reeds hebben in de werken van iemand als René de Clercq. In de uitvoerige bespreking kwam de referent nog op verschillende punten terug. Dinsdagmiddag sprak Dr M o 11 e r uit Tilburg over „Het Zuid-Nederlandsche Nationaliteits besef". Herop komen we terug. DONDERDAG, 18 APRIL HUIZEN 1875 M. - 8.00-9.15 KRO. 10.00 N.C.R.V. 11.00 K.R.O. 2.00-11.30 N.C.R V. 8.009.15 en 10.00 Gram.pl. 10 15 Morgen dienst o.l.v Dr. P. Stegenga. 10.30 Gram pL 11.30 Godsd. halfuur. 3.30—3.45 Grain.pl. 4.00 Bijbellezing Ds. H. Stolk, m.m.v. bariton en orgel 5.00 Handenarbeid v. d. jeugd. 5-30 M. Keulematis en A. Schellevis (pianowerken voor 4 handen). 6.45 Causerie J. Schipper. 7.00 Ned. Chr. Persbureau. 7.15 Gram.pl. 7.30 Joum. Weekoverzicht door C. A. Crayé. 8.00 Vaz Dias. 8.05 Gram pl. 8.10 Evangelisatie- Samenkomst in de Rehoboth-Kerk te Amster dam-O. Sprekers: Ds. G. C Berkouwer en Da. J. D. Boerkoel. M.m.v. koor o.l.v. H v. d. Horst, orkest, G. Matter (sopraan) en G. Dijs Jr. (orgel) 9.45 Vaz Dias. 19.50—1130 Gramofoooplaten. HILVERSUM 301 M. - AVRO-uitzending. 8.00 Gram.pl. 9.00 Ensemble „Lismoode". 10.00 Morgenwijding. 10 15 Gewijde muziek. 10.30 Ensemble Lismonde. 11.00 Knipcursus Kinder- kleeding. 11.30 Gram.pl. 12.30 Kowacs Lajós en zijn orkest. 2.00 Zang door Liesje v. d. Poll (a d. vleugel Egb. Veen). Mevr W. v. Hoof—Gualthérre—van Wcezel (voordracht) en L. Schulz (pianosoli). 3 00—3.45 Naai cursus. 4.00 Voor zieken en ouden-van-dagen. 4.30 Gram.pl. 4.45 Radiotooneel v. d. kinde ren 5-30 Omroeporkest, mm.v. H. Viskil tenor) 6.30 Sportpraatje H. Hollander. 7.00 Radio-Volkszang o.l.v. P. C. Poortman. 7.30 Engelsche les Fred Fry 8.00 Vaz Dias. 8.05 Omroeporkest o.Ijv. Dr. Fr. Weissmann, m.m. v. E. Joyce (piano). 9.10 De Palladiaos mm.v. L. Cortéf (zang). 9.45 2de deel van .Peter Voss, de milliotnendief", hoorspel van H Freundt. Leiding: K. Kleyn. 10 40 Gram.pL 11.00 Vaz Dias 11.10-12.00 Uit „Caland", R'dam: Orkest o.Lv. B. v. Dinteren. DROITWICH 1500 M. - 9.20 Voorlezing. 935 —9.50 Morgenwijding. 10.25 Orgelspel H. Croudsoo. 10.50 Gram pl. 11.10 Het Rutland Square en New Victoria-orlkest o.l.v. N. Austin. 12.20 Gram.pl. 1.20 Het Palace Theater Orkest oJ v. S. Brough. 2.20 Vesper. 3.10 Gram.pl. 4 05 Orgelccnc. E Morgan. 435 BBC-Orkest o.l.v. H. Hall. 5.20 Berichten, 5.50 Bach-concert. 6.10 Duitsche les. 6-40 Gram.pl. 6.50 Causerie. ~.20 „Inquest on Co lumbine", spel met muziek vanK. Leslie Smith. 8.35 Causerie. 8.50 Berichten. 9.20 Kerkdienst 9.35 Het Parkingtoo Kwintet, m m. v S. Logan (bariton). 1035-11.20 BBC- oikest o.l.v. H. Hall. RADIO PARIS 1648 M. 6.20 en 7.20 Gram.pL 1135 Orkestcoocert o.l.v. Doyen. 4.05 Radio tooneel. 8.05 Nat. Orkest o.l.v. Inghelbrecht» 9,50 Muziek. KEULEN 456 M. 5.20 Gramofoonpl. 635 Orkestconcert. 9.30 Concert. 11.20 Gram.pl, 12.35 Omroepschrammelensemble. 135 Quatre mains. 3.20 Omroepkoor o.l v. Breuer. 4.20 Weragkamerorkest o.l.v. Hagestedt 6.20 Gram.pl. 730 Passiemuziek. 8 20 Reportage, 9.50—11.20 Orgelconcert G. Bunk. BRUSSEL 322 en 484 M, 322 11.20 Gram.pl. 11.50 Omroeporkest O.I.V. Gasoq. 12 50- 1.20 Gram.pl. 4 20 Orgelconcert. 535 Gewijd concert. 6.35 Gram.pl. 7.20 Gewijd concert (Koor en orgel). 8.20 Hoorspel. 9 30 10.20 Oratorium-concert (Gram.pl.) 484 M.t 11.20 Gram.pl. 11.50 Salonorkest o.l v. Wal pot 12 50, 1.20, 4.20 en 5.35 Gram.pl. 5.50 Zang. 635 Gram.pl. 7.20 Folklor. programma 8.35 Omroeporkest oJ.v. Gason. 9.30—1030 Gram platen, DEUTSCHLANDSENDER 1571 M. - 7.35 „Jagerfeuer", liederencyclus van H. Ziegler. 8.05 Duitsche Kalender: April-Overzicht. 9.20 en 10.05 Berichten. 10.20—11.35 Concert uit Londen oJ.v. Adr. Boult (Gr.pl.). KOST ANDERHALVE STUIVER IS ALS GOUD ZO ZUIVER FEUILLETON SAAMGEBRACHT (8 Eindelijk keert hij terug, om het ver lorene te herwinnen. Maar in zijn afwezen heeft hij meer verloren dan hij zich ver beelden kon. Zijn zoon, dien hij zóó lief had, is hem ontrukt en geen spoor is er van het achtjarig knaapje te vinden. Dat was een verlies, dat hij nauwelijks scheen te zullen verdragen. Als een andere Hamilcar, had hij zijn knaap onverzoenlijken haat tegen de Fran ken en het Christendom ingeboezemd en hij zijn goden had hij meer clan eens ge zworen, dat hij zijn zoon tot een verdediger hunner altaren zou opvoeden. Nu was zijn hoop voor de toekomst eensklaps vernie tigd; en niet alleen, dat hij het verlies van een kind moest beweenen, maar, was het waarheid, hetgeen hem verzekerd werd, dat dit kind door de Christenen was ge roofd, hoe licht kon men dan, bij een knaap van acht jaren, wiens hart altijd meer voor teedere indrukken gevoelig was ge weest, het gegeven onderricht weer uit- wisschen en hem zelfs voor een zaak win nen, die hij meende niet genoeg te kunnen bestrijden. De overweging van dit alles had Witte- kinds haat tegen 't Christendom nog ver meerderd, want in iederen belijder van cle'en godsdienst meende hij thans e©" roover van zijn kind te zien. Overal waar hij kon vervolgde hij de verlaters vanhet veelgodendom. In Saksenland had hij reeds een geheele omkeering teweeg gebracht, en' toen dédr het heidendom was hersteld, was hij Friesland binnengetrok ken. Déar toch nam, door de bemoeiingen van de Utrechtsche bisschoppen, het Christendom nn stilte toe. Maar ras had hij hen gevonden, die den dienst der altaren hadden verlaten. Wie niet wilden wéder- keeren, hadden zijn wraak ondervonden. Hun woningen waren geplunderd, hun ste den verwoest, hun vrouwen en kinderen vcimoord en bijna geheel Friesland lever de een fooneel van verwarring en ellende, zooals men daar nog nooit had aanschouwd Toen Wittekind nu in Friesland had ge praald, keerde hij zijn wapenen tegen an deren. Wapt de Franken waren in Neder- Saksen gevallen, ten einde de Saksen tot stilstand te brengen; en Deventer, toen reeds een niet onbeduidende stad, aan de rivier de Isala (de IJsel), was door hen ingenomen. Maar nu gevoelde Wittekind zich verplicht, die veroverde veste te her nemen en, aan het hoofd zijner benden, trekt hij op de stad aan, terwijl hij haar van de landzijde weldra heeft ingesloten. Deze oorlogzuchtige beweging had Karei aanleiding gegeven, onderhandelaars naar Wittekind af te zenden ten einde hem tot het neerleggen der wapenen over te lialen. Maar wanneer deze poging vruchteloos af liep, dan wilde hij, niet een nieuw leger, den Sakser aanvallen en met geweld tot onderwerping dwingen. An gel bert was tot onderhandelaar afge zonden, omdat hij de Nedersaksisclie taal verstond, en omdat Karei hem kende als een dapper krijger, gehecht aan zijn Koning en als een vroom Christen, getrouw aan de Kerk. Hij was slechts door vier Franken vergezeld, benevens een geestelijke, die vroeger ook in Friesland had gepredikt. Bij Wittekind aangekomen, vond Angel- bert hem in zijn tent, terwijl een jong, schoon meisje, aan zijn voeten zat, dat zich met eenig handwerk scheen bezig te houden. De Sakser zat aan een tafel en leunde daarop met zijn elleboog, waardoor hij weer zijn hoofd ondersteunde, met het oost naar beneden geslagen, onzeker even wel, of hij 't beeldschoone meisje, dan of 'hij zijn wapenen; die aan zijn voeten ver- ttrooid lagen, zijn aandacht schonk. Bij het binnentreden van Angelbert, bleef Wittekind dezelfde houding bewaren, en zonder naar de afgezondenen des Konings op te zien, zei hij: ,Jk ben genoeg met het recht der volken bekend, om aan afge vaardigden geen gehoor en veiligheid te weigeren. Spreek op dus! Wie zendt u en wat komt gij vragen?" 1 „Hierop", begon de geestelijke, „kunnen wij u gemakkelijk antwoord geven. Even wel wilden wij u eerst verzekeren, dat wij steunende op uw kennis van datgene wat lot. een wapenstilstand behoort, ons in uw meiht hebben gesteld." „Vrees niet, monnik of slaaf! dat is toch hetzelfde, dat Wittekind zijn plichten niet zou kennen. Eerbiedigde hij den wapen stilstand niet, dan zoudt gij wel de eerste kunnen zijn op wien ik de kracht mijner vuisten wilde beproeven, want gij schijnt ook reeds een verrader te zijn. Uw spraak doet u als een Fries kennen, en een Fries is niet bestemd om een slaaf van een over- .'Vveldiger te zijn." „Ik ben noch Fries, noch slaaf!" hernam de ander, die reeds heimelijke vrees begon te, gevoelen, dat de reusachtige Sakser zijn bedreiging zou ten' uitvoer brengen. „Enge land is mijn vaderland, en ik ben uit liefde tot u en uw volk, daar gijlieden nog in de duisternis wandelt, hierheen gekomen. En wilt gij mij een dienstknecht noemen, ik schaam, mij dit niet, want ik ben een dienstknecht van dén éénigen waarachtigen God, die zijn Zoon heeft gegeven tot een Zaligmaker der wereld. Bekeer u dan, machtige Wittekind! Zweer uw afgoden af! Laat u doopen en ge zult zalig worden!" „Fraai gesproken, slaaf of knecht! Maar gij weet mogelijk niet, dat Wittekind nim- rher anderen heeft gediend en dat hij bij zijn goden gezworen heeft, vaderland en godsdienst te zullen beschermen." „Zoo dient gij toch uw afgoden en als gij dan een godheid dienen mt»et, waarom kiest gij dan niet liever Hrai voor uw1 Heer, die u altijd en overal helpen kan, dan dat gij voor dezulken strijdt, die nog minder zijn dan ge-zelf zijt, en die u vol strekt niet helpen kunnen?" „Lasteraar? Zwijg!" riep Wittekind, én sloeg met zijn vuist op de naast hem staan de tafel, "indien gij niet wilt, dat ik u voor altijd doe zwijgen! Spreekt op, slaven, wat voert u herwaarts? Zijt gij alleen gekomen om mij te beschimpen, dau is ons onder houd ten einde. Gij kunt u veilig uit mijn leger verwijderen. Maar plaats u dan op een afstand, dan zult gij mijn aanval n- de stad kunnen aanschouwen en gij zult u kunnen overtuigen, of mijn goden niet meer vermogen dan de uwe." „Wij zouden dien strijd gerust durven afwachten", hernam nu Angelbert, en nau welijks had hij gesproken, ol de Sakser richtte het neergebogen hoofd op en staarde hem met opmerkzaamheid aan, juist alsof hij zich herinnerde, die stem meermalen te hébgen gehoord. Tegelijkertijd sloeg ook het meisje haar blik naar boven en Angel bert zoowel als de anderen werden zoo getroffen door de schoonheid van dat, naar gissing,, zestienjarig kind, dat zij nog meer op haar, dan op Wittekind de aandacht ge vestigd hielden. De Sakser zag dit en een gebiedende wenk, op het meisje geworpen, was genoeg om haar haar vorige houding te doen hernemen, en terwijl het oog van den vader want het meisje \ras des Saksers eenigst overgebleven kind weer als te voren op baar gevestigd werd. ging hij voort: „Wat voert u dan tot mij?" ,De •wil van oirten machtigen Koning. Hij zond ons tot u, ten einde een eerlijk ver drag tot stand te doen komen, waarbij een einde aan den oorlog zou worden gemaakt" „Daar schuilt iets achter", zei Wittekind spottend, „want een Frank, die daarenbo ven Christep is, kan niet edelmoedig han delen." „Uw oordeel over onzen Koning zou zeker gunstiger 1 zijn, wanneer gij hem meer nauwkeurig kendet",. verzekerde An gelbert. „Hoe? Ken ik hem niet?" viel Wittekind in. en met ieder woord klom zijn stem. „Ja! Ik ken hem niet alleen als den be roerder der volken, als den vijand onzer godpn. maar ik ken hem ook als een roover." „Zoo oordeelen wij niet, die hem dage lijks omringen. Wij kennen hem daaren tegen als den weldoener van allen, die den oorlog voert om geluk en vrede aan het menschdom te brengen „En ik voer dén oorlog, om mijn gé- schonden rechten te herstellen en om de volken die verdrukt waren, hun vrijheid té hergeven." „Zoo verbeeldt zich ieder het recht aan zijn zijde te hebben. En al strijdende voor het recht wordt er onschuldig menschen- bloed vergoten. Daaraan wil onze Meester een einde maken en hij wil daarover met u onderhandelen." ,Dat kan hij; en wanneer de Saksen hun oude voorrechten blijven behouden, dan willen zij den Frank in de zijne eerbiedi gen. Is dit ook uw meening?" „Wij kunnen niet anders spreken, dan wij in last hebben en dit willen wij u duidelijk maken." „Wat wilt gij dan? Bij Wodan, wat wilt gij?" „De Koning der Franken biedt u den vrede aan." „Dien bied ik ook hem, want ik geloof dat hij moest vragen." „Laat ons geen woorden verspillen. De Koning wenscht den vrede.' >»Hij legge dan de wapenen neer." „Dat vraagt hij van u". „En hij vraagt mogelijk nog mger?" vroeg Wittekind snottend. „Gewis! Hij heeft zekere voorwaarden aan zijn aanbieding verbonden." „En deze zijn?" ging Wittekind voort tertvijl hij zijn vuisten krampachtig samen- ,trok.- - (Wordl vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1935 | | pagina 8