DE RUITER OP DEN REGENBOOG GENERAAL LAFAYETTE: DE VRIJHEIDSSTRIJDER! SMOKKELEN LANGS DE NEDERLANDSCHE KUST Het Is niet verwonderlijk, dat in een tijd als de onze, die alle geestelijke waarden opnieuw munt, en die vooral het ideaal der Vrijheid op zooveel verschillende wijzen onder aller aandacht brengt, een boek van ruim 700 bladzijden druks het licht ziet, dat niet anders Ls dan een biografie van een grooten vrijheidsstrijder: Generaal Lafayette. Andreas L a t z k o schreef het, Nico van Suchtelen vertaalde het naar het Duitsche handschrift, alweer een teeken des tijds! en de Wereldbiblio theek te Amsterdam gaf het uit. De auteur is een warm verdediger der Fransche Re volutie, wier denkbeelden blijkbaar zijn leven bezielen. Geen wonder dus, dat zijn liefdevolle aandacht geen enkel detail ont glipt van het leven van den held, die in de Nationale Vergadering het woord nam om de in angstige spanning verkeerende ver gadering voor te stellen, de „Declaratie der rechten van den mensch" aan te nemen, op een oogenblik, dat het leven van de afge vaardigden door de koninklijke troepen wordt bedreigd. Terwijl andere volksverte genwoordigers wanhopige pogingen aan wendden om „zichzelf achter het prikkel draad van nieuwe wetten In veiligheid t e brengen," maakte de Markies de Lafayette zich alleen bezorgd over den vooruitgang, waarop hij hoopte, en wilde hij redden wat er nog te redden viel. Maar hij was dan ook de telg van een oud soldatengeslacht, en ofschoon eerst na den dood van zijn vader geboren, en door grootmoeder en tante op het afgelegen familiekasteel in Auvergne opgevoed, toonde hij reeds als knaap iets van den wakkeren geest van de oude ridders. „Hoe weinig voornaam het ook moge toe gaan in de huishouding der beide oude dames", zoo schrijft Latzko, de aanblik van de uit leem en rotsblokken opgetrokken, geheel vervuilde boerenhutten, en van hun half-naakie, en half-verhongerde bewoners, doet in den opgroeienden kasteelheer reeds vroeg het bewustzijn van zijn uitverkoren heid ontwaken. Maar in plaats van in hoog moed en heerschzuoht, gelijk in overeen stemming zou zijn met den geest des tijds, uit zich zijn standsgevoel in het verlangen om de rol van beschermer te spelen. Van de elf te Chavaniac doorleefde jaren heeft Lafayette later geen andere herinnering dan deze eerzucht, om de armo boeren tegen roofdieren te verdedigen. In zijn memoires verklaart Lafayette later zelf dit kinderlijk verlangen als de eerste kiem van zijn levenslangen hartstocht om zwakken bij te staan tegen hun onder drukkers. Natuurlijk zou de jonge markies zijn leven niet slijten in de afzondering van een verlaten provincie-verblijf. In 1768, hij was toen elf jaar oud werd hij ter vol tooiing van zijn opvoeding op het „Collége du Plessis" te Parijs geplaatst in hetzelfde gebouw, dat later de Revolutie tot hulpge vangenis zou dienen In genoemd jaar was Lodewijk XV reeds zoo gehaat, dat hij een weg moest aanleggen, welke in wijde boog om Parij6 heenloopt en die tot op den huidi gen dag den naam van „Route de la Ré volte' draagt In enkele korte trekken schetst Latzko ons dan het gelaat van dien tijd, die een moraal heeft, welke doet huiveren. Voor 't begrip daarvan, zoo zegt hij, is de kleine leerling der Latijnsche school nog niet rijp. Maar als hij Zondags in den draagstoel met het. wapen van zijn grootvader over straat wordt gedragen, ziet hij met ontsteltenis de van haat vertrokken dierlijke gezichten, die voor het raampje van den draagstoel op duiken. En 's nachts haalt hij zich meerma len de dekens over zijn ooren, als het hel- sche getier van een poiitieklopjacht door de straten raast De honger, zoo zegt men, drijft het arbeidsschuwe gepeupel van heel Frankrijk naar de hoofdstad.... Een jaar of wat later leest de jonge edel man het boek van den grooten Necker. financier, die een fortuin vergaard heef: en die ais Fransch minister van Financiën een aantal millioenen uit eigen zak zal pfferen Zijn levenlang blijven den jongen markies de volgende zinnen uit dit werk in het hart gegrift: „Vraagt toch eens den man, die de ploeg drijft vraagt toch den armen oogstarbei- ders, die met een zoo gering mogelijk be drag voor hun arbeid worden beloond, of zij verlangen naar een hoogen graanprijs. Het is hun geluk, en nog meer <Sns geluk, dat zij niet kunnen lezen en denken. Als men ziet hoe zij zich afbeulen en welk ge brek zij lijden, moet men zich wel afvragen of dan de aarde geschapen werd voor een kleine minderheid van bevoorrechten, die het recht hebben door hooge hekken en schuttingen hun medemenschen van gaven Gods-uit te sluiten. Er. alle nieuwe wetten, die uitgevaardigd worden gaan voort, den overvloed der verzadigden te be schermen tegen de behoeftigen. de sterken tegen de zwakken, in plaats van omge keerd". Lafavette is niet de eenige aristocraat, die deze woorden leest. Zooals alles in de ions",' wordt ook het gebrek er mode. Wie zichzelf respecteert moet in staathuishoud kunde thuis zijn Bij de martelingen der torenhooge coiffures en der wespcntailles nemen de voorname dames de studie van de geleerde boeken op den koop toe. Maar Lafayette, door Latzko in zijn ondertitel „de ruiter op den regenboog" genoemd omdat hij ziöb door zijn ideaal en niet allereerst door zoogenaamde „practische" motieven zijn weg Met voorschrijven, wordt er door aangespoord, in den ongelijken strijd aan de zijde van de zwakken te gaan staan. Hij zal er hee-1 zijn leven aan geven, zijn tijd. zijn gezinsgeluk, zijn landgoederen, zijn titel, alles wat hij is en wat hij bezit. Hij wordt niet een van die volksleiders. <iie uit hun invloed hun broodwinning maken die er wel bil varen te worden „vereerd aangebeder". Zijn rechtschapenheid zal hem in den regel „tusschen twee stoeien in de asch" brengen, zooals de volksmond hel uitdrukt. In 1778 rust hij op eigen kosten een schip uit om de Amerikanen in hun Vrijheids oorlog tegen het hen onderdrukkende Enge land bij te staan. Hij houdt zich niet op den achtergrond, maar is blind voor eigen gevaar Een kogel wondt hem aan het been; verscheidene weken zal hij het bed moeten houden Maar de Amerikaansehe troepen moeten overwinteren in de onherbergzame Valley Forge onder vreeselijke ontberingen Hij houdt het in zijn bed in het plaatsje Bethlehem niet uit, strompelend op een stok voegt hij zich bij zijn kameraden tenten- en barakkenkamp, dat ternauwer nood tegen het niwe weer beschut. Het is de ergste tijd van heel den Vrij heidsoorlog De aanblik van den hinkenden markies, die vrijwillig zijn bloed voor Ame rika vergoot en nog niet eens genezen zich weer naar het legerkamp spoedt, deze offer vaardigheid moet zelfs den zwartsten nijd wel doen verstommen en den twintigjarige zijn onbezoldigd en generaalstitel doen gun nen. Geen soldaat vergeet de bewonderens waardige trouw van den schatrijken Fran sch eti markies, en zoo wordt Lafayettes naam in de hoele Uhie bekend, eer hij een half jaar in de Nieuwe Wereld heeft ver toefd. Na zijn terugkeer in Europa maakt La fayette een reis naar Potsdam, Weenen en andere Europeesche hoven Ook met Frede- rik den Groote zit hij aan aan diens disch. In een brief aan Washington zal hij daar van later het volgende schrijven: ,rondanks alles wat ik van hem wisl kon ik toch mijn verbazing niet onderdruk ken over kleeding en uiterlijk van den ouden, smerigen „korporaal", die geheel be strooid met snuiftabak, het hoofd zijdelings op den schouder gezakt, met zijn jich tige vingers krampachtig zijn krak om klemd hield Des te meer verraste mij het wonderbare vuur van de mooiste blauwe oogen, die ik ooit gezien heb. Zoo hard en dreigend zijn gelaatsuitdrukking is op het /du fit jc/fetycu/ d "fójnSf'u*/ 4is2ty<) tdes/u* ï)eMjL*Jc/ SI'/A. Je* fi&urrA*v- &ÏU, Ju /jtftrucdu(}(-£** cdu UuruhjaA'ttvyasfi l htcMu'cw Asy» d. Ze*, hfou Idu êhTJAJ. féAkU *2* ifzu.Utlm. Üi/wusyd/tA 'cjuj /üjU dm/ h c 4A Handschrift van Lafayette. exercitieterrein zoo betooverend ban het zijn in het gesprek"... De hoven van Europa ontvangen dus dep gevierden en befaamden voorvechter der Amerikaansehe democratie. Zij coquot- teeren met hem, de vorsten die later ver tegenwoordigers van het „ancien régime" genoemd zullen worden. Frederik de Gröote on Josef II toonen gelijkelijk belangstelling in de grondwet, het kiesrecht, de wetgeven de macht der Amerikaansehe volks vertegen woordigers. Maar de „filosoof van Sans Souci" knipoogt slechts tersluik tegen de verre toekomst die Lafayette hem beschrijft, en antwoordt hem met een venijnigen glim- ..Fk heb al eens vroeger een Jongen man gekend, die net zoo sprak als u. Weet u wat er van hem geworden is?" „Neen Majesteit", stamelt de verblufte lafavette. „Welnu, hij werd opgehangen, mijnheer!" smijt Frederik over de tafel niet vermoe Jend hoe dicht zijn voorspelling de waar heid nahij komt. Nog geen tien jaar later •zal lafavette de kerkers van Pruisen lee- ren kennen, en slechts ternauwernood ont snappen aan de galg. Het was weder zijn rechtschapenheid, welke hem In de hand der oude aristocra ten en autocraten overleverde. Terwijl b.ij namelijk gereed, .stond,..aan Frd.nkrijks.gren zep de "p^s verworven volksv rijheden tegpa. dó legers der EüropèescTie vorste-n. te verde digen randden achter zijn rug de Jacohij- nen de eveneens eerst kortelings vast gestelde rechten van den Fransehen koning aan, en werden Marie-Anloinette en Louis XVI door de opstuwende .revolutiegolf op nieuw bedreigd. Als teeken van prol est hier tegen legde I.afayette zijn bevelhebberschap neer en begaf zich op Belgisch territoir in ballingschap met bet voornemen, naar de Vereenigde Staten te emigreeron. Hij werd echter aan de Pruisen overgeleverd die hem inkerkerden. en later op hun beurt overga ven aan de Oostenrijkers. Vijf jaar heeft hij de hardste kerkerstraf gedragen slecht ge voed, nauwelijk nog gekleed, gehuisvest meermalen boven den stank van een riool want de haat tegen zijn idealen was fel Madame de Lafayette. Tenslotte is hij triumfantelijk weer te voor schijn getreden, door de halve wereld beju beld en toegejuicht Een extrakwelling werd het echtpaar La fayette toegevoegd door de onzekerheid, waarin man en vrouw ten opzichte van elkanders lot geruimen tijd moesten ver- keeren. Want elke briefwisseling was den generaal verboden, zelfs met zijn naaste bloedverwanten; hij moest als een doode in zijn cel zitten. Mevrouw Lafayette geraakte alras in de macht van het Schrikbewind; haar grootmoeder, moeder en zuster zaten eveneens gevangen. Hun lot wordt door Latzko als volgt weergegeven: ,.Op den 22sten Juli 1794. dat is de 4de Thermidor volgens republikeinsche tijdreke ning slechts vier dagen voor den val van Robespierre en het einde van 't schrik bewind; braakt de aktenstroom de aanklach ten tegen drie vrouwen uit op de tafel van Fouquier Tinville De tachtigjarige weduwe van maarschalk Noailles, haar dochter, de hertogin Ayen-Noailles, en haar kleindoch ter staan voor het gerecht Grootmoeder, schoonmoeder en schoonzuster van Lafa- Zelfs bij minder duidelijke gevallen wor den allang geen woorden meer verspild. De gezworenen knikken driemaal „schuldig" en nog dienzelfden middag beklimmen groot moeder, dochter en kleindochter gezamen lijk de kar die hen naar den beul brengt, alleen omdat hun akten van beschuldiging niet vier dagen later aan de beurt kwa neraties in opstand kwamen, stort zich een wolkbreuk over Parijs uit In het vale licht der bliksems, vergezeld door het ratelen vaji den donder, rollen de karren door do stad. De tachtig-jarige maarsehalksweduwe, de handen op den rag gebonden, kan zich niet overeind houden in hot waggelende voertuig, bijna omvergeworpen door do kracht van den storm; dochter en klein dochter moeten haar tusschen zich in ne men opdat zij haar evenwicht niet zal ver liezen. De w ind rukt de oude dame het mutsje van het hoofd. De beul heeft de nek haren al kort geschoren, slechts van voren, over het diep gerimj>elde voorhoofd, flad deren sneeuwwitte lokken als in woest pro test, als wilde een toornende hand uit den hemel de misdaad jegens den ouderdom ont maskeren. De hertogin van Aven-Noailles schoon moeder, tweede moeder van Lafayette staat tot aan de enkels in haar eigen bloed als zij na haar grijze moeder en jonge doch ter het schavot betreedt. Uit de aderen die het haar schonken, uit de aderen die het van haar zelf kregen, stroomde het over de planken. Nadat zij moeder en dochter heeft zien terechtstellen ziet zij hun bloedige hoot den nog in den mand onder zich liggen, tot de neersuizende bijl aan alle verschrikking een einde maakte". Lafayettes echtgenoote zit nog Ln haar kerker, als deze drievoudige slag haar treft. Nog lang zal zij haar vrijheid moeten mis sen, eerst in de gevangenis in haar vader land; later zal zij, in Olmutz, vrijwillig met haar beide dochters, de vrijheidsherooving van Lafayette deelen om op deze wijze het meest effectvol tegen diens jarenlange op sluiting te protesteeren Da „ruiter op den regenboog" heeft zijn strijd voor een constitutioneele staat zijn levenlang gestreden. Napoleon s dictatuur, en na de Restauratie Louis XVIII en Ka- rel X hebben ln hem een volhardende te genstander gevonden; de revolutie van die den Burgerkoning op de troon bracht, vond hem opnieuw in de voorste gelederen. Hij heeft zijn ideaal nauwlijks een oogen blik verwerkelijkt gezien. Maar zijV. naam werd een symbool. Toen zijn begrafenis zou plaats hebben, op dat kleine kerkhof in dc rue Picpus, waar de dicht opcenstaande grafsteenen getuigen van de slachtoffers der revolutie wier lichamen soms bij veertig en vijftig gelijk, hier in de kalkkuil werden geworpen, achtte de Burgerkoning Louis Kerkullganq te Katwijk aan Zee Philippe het raadzaam, een zeer groote troe penmacht te concentreeren. Een groote mili taire macht, samengetrokken, uit vrees dat bij het lijk van dezen grooten doode op nieuw dc vrijheidszucht der massa het hoofd zou kunnen opsteken. Amerika heeft hem niet vergeten, deu man die eens als vrijwilliger voor zijn onaf hankelijkheid medestreed. In 1917 trokken de Amerikaansehe vrijwilligers Parijs bin nen. gereed om de oude eereschuld aan Frankrijk af te betalen. De Amerikaansehe soldalen maken halt voor den hoog-om- muurden kloostertuin, waar de oude vrij heidsheld rust. Alleen hun opperbevelheb ber betreedt met enkele officieren het kerk hof om zich te melden bij den reeds lang verganen generaal, die als achttien-jarige knaap den oceaan overstak om de bedreig de vrijheid van Amerika te verdedigen. „Lafayette! We are here". Latzko eindigt zijn merkwaardige boek, waarvan wij hier enkele fragmenten weer gaven, op de volgende manier, welke den schrijver karakteriseert: ,31ijft de vraag of het succes van deze krijgslist, den naam van den lang verga nen onafhonkelijkheidsheld als lok-aas uit te werpen, getuigt voor of tegen de theorie dat geld, kruit en geweld de eer.ige heer- schende machten zijn van dezen tijd? Waarom laten de „practische" mannen van het goweld niet eenvoudig rondbazui nen dat een zeker deel van het nationale vermogen gevaar loopt? Waarom wordt niet tot den aanval ge blazen met een beroep op de noodzakelijk heid om steenkoolmijnen petro'eumbronnen en ertsgroeven of het afzetgebied van een naburigen staat te ,roo ven Wat beteekent dit beroep op de dank baarheid der massa anders dan de kapi- tulatie van het geweld voor de ideologie? De machthebber4» moeten zelf het luidst da ideeën en idealen te hulp roepen die zij als dwaalleer verworpen en begraven heb Dit boek over het leven van een man, dia de vprdorven dagen van het .Ancien Ré- glme". de ontberingen van den Amerikaan- schor. Vrijheidsoorlog, de verwarring en drel ging van Revolutie, Schrikbewind, Napoleon tische oorlogen en Restauratie heeft mede- doorleefd, ;s er een, dat onzen eigen veel bewogen tijd ruimschoots stof geeft tot na denken. KATWIJK EN SCHEVENINGEN IN DEN FRANSCHEN TIJD Als het welvaartspeil der bevolking al meer en meer dc dalende lijn volgt en hoo ge, invoerrechten en verboden van overheids wege de vrijheid der burgers aan banden leggen; wordt bij menigeen de neiging sterk, die rechten en verboden te ontduiken en op geheime wijze te verkrijgen, wat langs wet telijkcn weg met veel kosten gepaard zou gaan. De sluik- of smokkelhandel wordt liet bedrijf, door steeds meerderen beoefond. Men kan zich voorstellen, dat zulks in nog sterkere mate het geval zal zijn, wanneer een vreemde potentaat allerhande hinderpalen aan de vrije uitoefening der be drijven in den weg legt, en de grauwe ar moede ln veler woning is binnengeslopen. De Fransche tijd gaf ook hier te lande dit beeld te zien. Kommer en gebrek werd er in Katwijk en Scheveningen geleden. Steeds scherper werd de nood gevoeld. Na dat de visschersvroiiwen te Scheveningen vele malen aan het stadsbestuur hun nood hadden bloot gelegd, werd eindelijk aan de armsten warme soep uitgedeeld. Men trachtte ook op andere wijze zldh voor ondergang te behoeden: het Scheve ningsche bosch moest er aan gelooven. Ge ducht werd er door de Sohevenlngsche vrouwen huisgehouden, met bijlen werd er het hout gehakt en vervolgens te gelde ge maakt. Groote verwoestingen werden er op die wijze aangericht. Of er enkele militairen toezicht hielden, 't was den Moriaan ge schuurd. De commissaris van politie vreesde zelfs, dat, als niet met kracht tegen dat vandalisme werd opgetreden, er weldra van het bosch geen zier zou overblijven. Ook uit het smokkelen zocht men te Kat wijk en Scheveningen in dien benauwden tijd wat duimkruid te slaan. Dat in die da gen op het terrein van den smokkelhandel door de Katwijkers een zeer actieve rol is gespeeld, bewijst de benoeming door Lode wijk Napoleon van J. J. Christ in at tot commies van toezicht tegen den sluikhandel te Katwijk. Dat in 't voorjaar van 1812 Kat wijk werd uitgesloten van de plaatsen (een achttal aan de Zuid-Hollandsche kust), van waar alleen mocht worden uitgevaren, doet ook sterk tot de opinie neigen, dat een nog welig tieren van den sluikhandel aldaar door de autoriteiten verondersteld werd. Het brandpunt, het centrale punt van den smokkelhandel aan de Zuid-Holland sche kust lag een goed uur van de zee plaats Katwijk: bij het Wassenaarsche slag. Dat was het punt, waar, haast geregeld, de pinken, die smokkelwaar aanvoerden, op afstevenden en hun lading ontscheepten. Natuurlijk hebben ook de Katwijkers, dicht als het bij hun haardsteden was, zich daar niet onbetuigd gelaten al had Christinat, die niet malsch en sterk op de hand van het Fransche gouvernement was hier, mei eenige onderbreking, tot Nov. 1812 zijn zetel. Het is merkwaardig hoe bij dit smokke len velerlei middelen vensonnen werden om ontdekking te voorkomtn. De heer J. C. Vermaas, die indertijd vele bijzonderheden uit Scheveningen's historie bijeen verzamelde, welke bouwstof fen in boekvorm het licht zagen, deelt ons hieromtrent ook het een ander mede. Eenzelfde handeling als de Transvaalsche boeren later in den oorlog met Engeland met hun voertuigen verrichtten, werd door de Scheveningsche visschers toegepast, oii het vervoer naar de stad werden de wielen van de karren met wollen lappen omwon den. Tiet transport veroorzaakte dan slechts een minimum gerulsch. En de honden wa ren er op gedresseerd: deze in draf voort- rennend- verstoorden de stilte niet door ge blaf. Op deze wijze zijn, zooals met grond kan worden aangenomen, groote hoeveelhe den suiker, koffiehoonon enz., enz., naar Den Haag overgebracht, waar deze produc ten met gemak aan den man werden ge bracht. Napoleon's macht kreeg op 't eind van 1812 en in 1813 geweldige stooten te door staan. Waren op het eind van 1812 reeds geheime bijeenkomsten van eenige vooraan staande personen in den lande gehouden, in den loop van 1813 kreeg men steeds meer grond voor de verwachting, dat de val van Napoleon naderde. Meer en rneer werd contact met de Engel- schen gezocht. Met Scheveningsche vaartui gen werden door gewezen officieren gehei me brieven overgebracht, in cijferschrift of volgens een vastgestelde code geschreven. Herhaalde malen heeft Jacob Pronk zich met het overbrengen van depeches be last. F.en heel bijzondere bergplaats voor de brieven had hij uitgezocht: in den kop van een der zwaarden van een schuit was een holte gemaakt, en daarin werden deze, 'm zeijcloek gewikkeld gedeponeerd. De dochter van Jac. Pronk bezorgde meermalen brieven aan de vrienden van den Prins in Den Haag Met een mandje aan den arm ging zij op weg naar het Haegje, terwijl de brief in haar omslagdoek verborgen was. Toen de nacht der overheerschlng en vei> drukking tenslotte zijn einde naderde en de dageraad der vrijheid begon te lichten over deze landen, leefde de kustbevolking weer op en konden de bedrijven weer in volle vrijheid worden uitgeoefend. E. Q. OPLOSSING VORIG KRUISWOORDRAADSEL Horizontaal: Tante Hu? Turf Islam Roede Drift Oka Ede Nee Alsem Oland Eva Ezel Donar Els Timor Étagère Oven Aal Immer Loo Velde Dolheid Meel Log Nobel Depot Leb NIEUW KRUISWOORDRAASEL r t i c a a 1: Horizontaal: ,4 Plomp, zwaar 6 Radio-Omroep-Vereehiging 7 Deel van het kopstel van een paard 8 Schaap 10 Ontvangstbewijs 11 Tweewielig rijtuig 16 Een leider, der Fransche revolutie 17 Altaar 18 Makkers (nieuwe spelling) 21 Deel van een steenvrucht 22 Cachot 24 Dunne paal hout 25Veen plas '26 Dompig verblijf 1 Stronkje 2 Klein Schaaldier 3 Metaalsoort 5 Opening 7 Naam voor een piccolo 9 Toren van een moskee 10 Bier bereiden 12 Mei nummers kansspelen 13 Duitsche onderzeeër 14 Zot 15 Ankerplaats 18 Zwarl agaatsteen 19 Rivier in Buitschland 20 Hoogste lijn van het dak 21 Term van het schaakspel 23 Zeehond INZENDEN VAN OPLOSSINGEN De oplossingen der Kruiswoordraadsels gelieve men in te zenden binnen een week na de datum van verschijning. Op de lin kerbovenhoek vermelden: Gedachtenkracht; adresseeren aan de redactie PREMIES- H. J. VAN ZK.LM lae v. P. J. WKTSTKYN, Urk."

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1935 | | pagina 8