N AT IO N A L E
delfritcldelfiaffia-
Wijziging van de Ziektewet
Nuttie's Vader
VRIJDAG 19 OCTOBER 1934
DERDE BLAD PAG. 9
LEVENSVERZEKERING-BANK rotterdam
De besprekingen geëindigd
Stemming op 7 November
Het wetsontwerp tot bescherming
van leerlingen tegen besmetting
is aangenomen
Kanaal naar Almelo Indische
geldleening Ruilver-
kavelingswet
Vergadering van 18 October
OVERZICHT
Den 5den Januari 1933 is bij de Staten-
Generaal ingediend een ontwerp van wet tot
wijziging van de Ziektewet. Gisteren heeft
de Tweede Kamer het in openbare behande
ling genomen en snel afgedaan.
Sedert 1 Maart 1929 werkt de Ziektewet.
De practijk heeft de wenschelijkheid van
verschillende wijzigingen en aanvullingen
aangetoond en nu uedoelt het wetsontwerp
die aan te brengen.
Buiten twijfel wordt gesteld, dat ieder, die
hoe dan ook in loondienst meer dan
f 3000 verdient, buiten de verzekering valt
Verder wordt voor de z.g. „thuiswerkers" een
speciale regeling getroffen. Wie twee hulpen
heeft, valt nog onder de Ziektewet, al is hij
voor de Ongevallenwet werkgever. Duidelijk
wordt uitgesproken, dat lichamelijk en gees
telijk onvolwaardigen, die in een werkin
richting werken, niet onder de wet vallen
Voor de berekening van het dagloon wordt
scherper omschrijving gegeven en dubia bij
aangenomen werk worden weggenomen. Veel
duidelijker wordt geregeld de verzekering
van arbeiders na afloop hunner dienstbetrek
king. Vollediger worden de voorschriften ten
aanzien van afdeelingskassen, de vrijwillige
verzekering nieuw opgezet en het beroeps-
recht uitgebreid.
Algemeene beschouwingen werden niet ge
houden. Het korte debat bepaalde zich tot de
talrijke amendementen, waarvan de meesten
echter werden ingetrokken.
Even kwam een principieel punt de aan
dacAt vragen, toen Mevr. de Vries-Bruins het
oudfe streven der soc.-dem. om de ongehuwde
moeder met de gehuwde gelijk te stellen per
amendement weer aan de orde poogde to
stellen. Zoowel uit de Kamer als door den
minister werd echter verklaard, dat zulks
buiten het kader der technische wijziging
viel en de principeele beslissing der Kamer,
In 1928 genomen, behoort te worden geëer
biedigd. Debat werd dus afgesneden en het
amShdement met overgroote meerderheid
.van stemmen verworpen. Alleen de soc.-
den?., de heer de Visser en Mevr. Bakker-
Nort stemden er voor. Laatstgenoemde was
te voren echter door haar fractieleider ge
desavoueerd.
Voor het overige moge naar het verslag
worden verwezen. Het heeft weinig zin om
in beschouwingen te treden over de amende
menten, die geen van alle van groote betee-
ijjienis waren. Een iets meer ingrijpend amen
dement van den heer Kupers betreffende de
toelating van bedrijfsvereenigingen, werd
met goedvinden van den voorsteller eveneens
ter zijde gesteld. Bij een aanstaande herzie
ning van de Ongevallenwet komt de kwestie
terug en zal het vermoedelijk wel gaan in
de richting van minder en krachtiger be
drijfsvereenigingen dan de 54, die nu bij de
uitvoering der Ziektewet betrokken zijn.
De Kamer is tot 6 November uiteen gegaan.
Zij komt dan terug om de Rijksbegrooting
in dag- en avondvergaderingen in behande
ling te nemen. Een spreektijd van ongeveer
veertien en een half uur is onder de fracties
verdeeld. De grootsten spreken niet langer
dan twee uur, de kleinsten moeten het met
35 minuten doen. We juichen deze zelfbeper-
king der Kamer zeer toe. Trouwens ook gis
teren heeft zij daarvan een uitstekend voor
beeld gegeven, terwijl de behandeling van
zaken niettemin niet ondeugdelijk mag
worden genoemd en geschiedde in volkommen
zakelijkheid.
De eindstemming over de Ziektewetherzle
hing werd op 7 Nov. bepaald.
Z.h.s. Is de Beschouwing van leerlingen
aangenomen en eveneens de motie-Krijgar,
die echter na het voorafgegane debat weinig
beteekenis meer had overgehouden. Ook een
Indische geldleening passeerde z.h.s.
VERSLAG
opening- der vergadering
vastgesteld als volgt: Kath. en soc.-dem., leder
'st. en liberalen leder
uur s.G.P. en Commu-
de eenmansgroepen 35
uur; vrtjz.-dem.
Het wetsontwerp:
Bescherming van leerlingen
tegen de gevolgen van besmettelüke zlektei
van onderwijzend personeel, werd
z.h.st goedKekeui
Ook werd z.h.st
GER betreffende de wensoheHjkheid
spoedig mogelUk
de kanalen naar Twente
bö Almelo met de bestaande Overljselsche ka
nalen te verbinden.
Aan de orde was daarna de
wijziging der Ziektewet
otle-KRIJ-
uitwonende kinderen,
onder de
»stlg be-
dle b|j hun ouders werkzaam zü
Ziektewet te brengen.
MINISTER SLOTEMAKER had
het ln loondienst werks
ringsorganen zün het i
wet op dit punt
verhoudingen groeien dan vroeger bestonden.
Maar moot men hen helpen door een wöziging
der Ziektewet? De minister meende van niet.
Men zal niet de voor alle gevallen passende
formule kunnen vinden; altüd zullen er buiten
zelfstandig onderne
er zön, onder de wet kunnen vallen. Kunnen
ingediende amendementen in dezen zin ge-
- - overeenstemming mo-
het over. zoodat
ieder geval zü, die voor niét meer dan één
i z|jn, onder de
b|J zwangerschap en bevalling.
Bü dit betoog sloot mevr. BAKKER-NORT
(v.d.) zich aan.
De heer AALBERSE (r.k.) was van meening.
dat het amendement buiten het kader der her
ziening valt. In 1529 is alleen voor de gehuw
de vrouw ultkeerlng verzekerd; principieel kun
non we nu niet ineens verder gaan.
De MINISTER merkte op, dat door subsidlee-
rlng van stichtingen voor de ongehuwde moeders
een en ander ged'aan wordt
Mevr. de Vries wil ook het woord „gehuwde"
uit de wet nemen, daar waar met ziekte wordt
gelijkgesteld zwangerschap en bevuiling van
een gehuwde vrouw. Daar valt niet aan te
donken. De Kamer heeft ter zake een princi
pieels beslissing genomen en daaraan kan niet
worden getornd en zeker niet bü deze techni
sche herziening.
De heer JOEKES (v.d.) verklaarde, dat het
argument, dat het amendement valt bulten het
kader der technische herziening, volkomen af
doende ls. Gaan we dezen weg op, dan verloopt
do herziening ln het zand.
Het amendement werd
52 tegen 21
mevr. Bakker-Nort en de heer Do Visser.
De heer KUIPER (r.k.) verdedigde een amen
dement met betrekking tot de
wachtdageo.
HU wenschte do loonderving bü den aanvang
der arbeidsongeschiktheid gelük te doen zijn.
ongeacht den dag, waarop de arbeidsonge
schiktheid begint
De MINISTER ontwikkelde bezwaren: de be
woordingen van het amendement zün niet prac-
om af te wüken bestaat
tisch. De r
reeds.
gelükheid
idement werd Ingetrokken.
Een amendement-KORTENHORST hield ln:
Indien een verzekerde gedurende zün arbeids
ongeschiktheid wegens ziekte
krügt doorbetaald, wordt 80 honderdsten van
dat loon als ziekengeld beschouwd.
De heer KUPERS (s.d.) betoogde, dat vol
loon geen ziekengeld meer ls en we niet moe
ten gaan bepalen, dat welwillende patroons,
tlgen risico-dragers, die vol loon doorbetalen,
kunnen worden gedwongen een deel daarvan te
gaan Inhouden.
Op dezelfde gre
Een amender
iden ontried de MINISTER
werd Ingetrokken.
-KUIPER bedoelde bulten
lat den verzekerde, wien vrü
rzekei
it D
t-KORTENHORST bedoelde
nitkeerina van ziekengeld
geheel of ten deele te kunnen weigeren, niet al
leen. wanneer contröle opzetteltk wordt ver
hinderd, maar ook wanneer zü wordt bemoel-
lUkt en bovendien wanneer grove eigen schuld
uorzaak van dc ziekte ls.
De heer KUPERS (s.d.) vroesde voor chica
nes van de zijde van de Raden van Arbeid.
Grove schuld Is een te rekbaar begrip. Art. 50 c
biedt gelegenheid om af te snüden, wat de heer
Kortenhorst op het oog heeft.
De heer KUIPER lichtte een amendement t
De MINISTER bestreed het amendement-Kor-
tenhorst Het introduceert allerlei rekbare be
grippen. Het amendement-Kuiper werd overge-
Het omendement-Kortenhorst werd bü zitten
en opstaan verworpen.
Een amcndement-TILANUS (c.h.) bedoelde ln
art. 62 de bepaling op te nemen: Als dag,
waarop
de ongeschiktheid tot werken
ls aangevangen, geldt de dag, waarop de ziek-
01 De "MINISTER9"'
gevonden, waarmc
tük Instemmen. H
dement niet aan
niet geheel te ove
zien en laat toch nog aller-
Mcvr. DÉ VRIES-BRUINS (s.d.) informeerde
hoe het gaan zal mot gehuwde vrouwen, die
ziekengeld genieten ln afwaohtlng van haar
bevalling, maar die ln dien tüd weduwe worden.
De MINISTER antwoordde, dat de ultkeerlng
den wettelüken termün zal voortduren, dus tien
weken.
Het amendement-TIDANUS werd Ingetrokken.
't recht van parate executie
verleenen (art. 75).
De heer KUPERS (s.d.) was er tegen: er zün
teveel zwakke broeders onder de bedrüfsver
eeniglngen.
Ook de MINISTER kon het amendement niet
aanbevelen. De positie van een voorzitter van
den Raad van Arbeid, die invordering van pre-
miën bü dwangbevel kan doen geschieden, ls
een andere dan die van den voorzitter van een
bedrüfsvereenlglng. Laatstgenoemde beschikt
bovendien nog wel over andere middelen om te
bereiken, wat een voorzitter van een Raad van
Arbeid mag doen.
Het amendement werd Ingetrokken.
Volgde een amcndement-KUPERS om niet
representatieve gelegenheidsvereenlglngen niet
toe te laten als
erkende bedrijfsvereenigingen
Bedrüfsvereeniglngen moeten sterke lichamen
zün. Er zün er nu teveel en daaronder zün er.
die slechts den naam gemeen hebben met de
echte bedrüfsvereenlglng. De vakbedrüfsver-
ging moet de voorkeur hebben boven de al-
:ene bedrüfsvereeniging. Dat is de bedoe-
der wet.
Het amendement steH_ strengere eischen voor
Si.
nlsatles, om i
amend.
De MINISTER
opvatting eens, d
maar sterke bedrüfsvereenlgin;
het ln principe
men wilde het
die noodig ls. wil "/e
gingen Inschakelen. Maar dat moeten dan ster
ke vereeniginpen zün. Den heer Kupers werd
verzocht tot dien tüd geduld te hebben. De
„zwakke broeders" kunnen dan verdwünen.
Gaan we ze nu executeeren, dan zouden we
to oh een overgangsbepaling moeten maken.
De heer DROP (s.d.) wilde zich vrü houden
ten aanzien van de herziening der Ongevallen
wet met Inschakeling der Bedrüfsvereeniglngen
De heer KUPERS wilde aan den wensch van
den minister voldoen nu er toch geen nieuwe
onvolwaardige bedrüfsvereeniglngen meer bü
minister de bedrüfsvere
kunnen komen. Het i
vervolgens een redactlo-
De'MINISTER
neel-amendement van den heer KORTENHORST
over. (Onder vroolükhe'.d werd de heer Kor
tenhorst met dit succes door verschillende
Kamerleden gelukgewenscht).
d. PUTT (r.k.) verdedigde een
termün inperken van
Het
NISTEI
kort h.
to verklaren aan den recli
niet ontvankelük zal worden verklaard. Het
veelvuldig lichtvaardig ln beroep gaan kan
agen. P
:nt-Kortenhorst noemde de MI
NISTER in den vorm nic-t juist, maar ook ver
kort het de rechten van de verzekerden. Wat
de heer Kupers wil, zal de gelegenheid om in
beroep te gaan teveel beperken.
Het
an werd Ingetrokken, een ander, van den heer
Kuiper, overgenomen.
Het wetsontwerp werd afgedaan. Da eind
stemming werd bepaald op 7 Nov. te 1 uur.
Z.h.st. werden nog goedgekeurd:
conversleleening voor IndiS groot f 250.000.000;
wüzlglng van het Indlsohe tarief van uitvoer
rechten en
wüzlglng van eenige artikelen van de Rull-
ver k ave 11 n gs we t.
De Kamer glnt
1 uur. Het ls de bedoeling di
tlng te gaan behandelen. Dinsdags en Donder
dags zullen avondvergaderingen worden ge-
Minimum kosten
Een jonge man betaalde van zijn 30ste
Jaar af per jaarƒ258.—
Hij overleed op 33-Jarlgen leeftijd.
In totaal betaald: ƒ774.-
Maximum verzorging
Zijn gezin ontvangt ƒ12000.— Ineens en
bovendien, gedurende 17 Jaren, een op
voedingsrente van 1200.— per Jaar.
Totale uitkeering: ƒ32.400.-
met Opvoedingsrente
LAND- EN TUINBOUW
VEE-AFSLACHTING
Op ethische, zoowel als practische
gronden af te keuren
Volgens wat medegedeeld werd in de bla
den heeft het bestuur van de Veehouderij
centrale plannen om ongeveer 150.000 dra
gende pinken en vaarzen op te ruimen
Onder dit opruimen zal wel verstaan
moeten worden, dat het grootste gedeelte,
zoo niet alles, afgeslacht wordt Dat er een
zeker kwantum naar het buitenland ver
kocht zou worden, men spreekt van Rus
land, is nog lang niet zeker en zal in geen
geval een hoeveelheid van eenige beteeke
nis zijn, vergeleken bij het aantal, dat men
kwijt wil.
Dus staat als de plannen doorgaan, de
vee-afslachting weer voor de deur.
Wij meenen daartegen te moeten protes
teeren.
In de eerste plaats wel omdat, hoewel
erkennend dat de mensch als heer der
schepselen, ook recht heeft voor zijn levens
behoeften vee te dooden en dat wat op een
zeker moment voor zijn bedrijf overtollig is
van de hand mag doen, wij 't niet verdedigen
kunnen om jong vee, dat aan het begin
van zijn productie-periode staat, dat boven
dien een nieuw jong leven bij zich draagt,
aan de vernietiging prijs te geven.
Want vernietiging is het te noemen, als
bij de elf millioen blikken vleesch, die van
de vorige afslachting nog onverkocht zijn,
weer achttien millioen zullen gevoegd wor
den, die zoo goed als zeker geen afname
zullen vinden.
Was de vorige vee-afslachting een van
oud en minderwaardig vee, en dus niet zoo
zeer te misprijzen, de nu voorgestelde moet
op ethische gronden beslist afgekeurd wor
den, wijl elk zedelijk gevoel zich verzet
tegen een vernietiging van het geschapene,
dat in het begin van het bloeitijdperk van
het, ook hier door God geschonken, leven
staat.
Ook op praktische gronden moet deze
vee-afslachting afgekeurd worden, omdat
het doel, dat men beoogt, niet zal bereikt
worden.
De melkproductie zal lang niet in die
mate gestuit worden als men zegt, dat noo-
dig is. Bovendien is wel op andere en meer
goedkoope en doeltreffender wijze het over
schot van melk weg te werken. Door het
verwerken van melk in het brood zou de
melk van ongeveer 80.000 koeien nuttig
aangewend worden, terwijl de broodprijs
maar heel weinig verhoogd behoeft te wor
den. En zelfs is heelemaal geen prijsver-
hooging noodig, als de melk voor het brood
bestemd voor denzelfden prijs werd gele
verd ,als nu de waarde er van is bij export
van de daaruit bereide zuivelproducten. En
waarom zullen wij de Engelschen boter
voor 17 cent per pond leveren, als we de
melk voor deze boter benoodigd, zelf kun
nen gebruiken in ons brood en daarmede
onze volksvoeding stimuleeren?
Bovendien zal het afslachten het publiek
zooveel geld kosten, door extra accijns op
het vleesch, met die van de vorige afslach
ting mee ca. 30 millioen gulden, dat we
meerdere jaren zullen moeten betalen om
deze afslachting weer te financieren, daar
de vorige afslachtingskosten nu nog niet
uit de verhoogde accijns zijn teruggekomen.
Het vleeschverbruik neemt door den
hooger wordenden prijs beduidend af, wat
bij lange niet goed gemaakt wordt door het
ter beschikking zijnde en komende blik-
vleesch.
Zoowel op ethische als op praktische
gronden is deze afslachting af te keuren.
JEast van
Gebruik dan Laxeer-Akkertjes, de nieu
we vinding van Apotheker Dumont. Ge
proeft niets. Geen kramp, geen over
matige ontlasting, géén hèr-constipatie.
Ze herstellen de normale werking Uwer
darmen en bevatten bovendien bestand-
deelen, die heel Uw gestel verbeteren.
JBoxeer- akkertjes
Par 12 iluki 60 cam Vlaken. Schoon.Schip
CHR. BOEREN- TUINDERSBOND
Door het bestuur der Holl.-Brabantsche
afdeelig van de C.B.T.B. is een ledenverga
dering uitgeschreven op 24 October in De
Pool te Amsterdam met de bedoeling, dat
de leden hun meeningen en opmerkingen
eens kunnen uiten en hun vragen kunnen
doen Deze vergaderingen zijn uiterst leer
meisjes van de landarbeiders en klein-land-
bouwers door middel van cursussen.
Mej. Smit, inspectrlce van het nüverhelds-
onderwüs zette het doel der büeenkomst uit-
dit doel. Algemeen
oordeel, dat samenwerking van
ties voor dit doel noodlg ls, wil ir
:lsjes ten plattelando in
ilüke aanwezigen verklaarden zich
bereid een vergadering te beleggen met enke
le arbeidsvrouwen ter samenstelling van eer
werkprogram waarna dan op 12 Nov. a_s
weer een vergadering ln breederen kring
zal volgen.
Van regeerlngswege ls reeds toezegging
eenige subsidie voor dit doel gedan.
ROFFELRIJMEE.
DE WINDMAKER
Met vreugde meldt de roode pers datl
Prof. Dr. J. A. Veraart de voorzitten
van de IC D.P gezegd heeft: „In elk
geval zal een reconstruntleblok van
actieve democraten het kabinet-
Colün bii de volgende verkiezingen
Naast Veraart de Regenmaker
Die van tijd tot tijd zich roert,
Kregen we een Windverwekker
Die dezelfde stamnaam voert.
Als ik zoomaar durf te spreken
Van den Windmaker Veraart
Een R.K. professor-doctor,
Dient dat eenigszins verklaard.
Best. De Roomsche democraten
Thans vereend in één partij,
Zetten met vereende krachten
Alle slappe zeilen bij
Om de kiezers weg te lokken
Van de Roomsche Staatspartij
En de puurste volksmisleiding
Speelt een groote rol daarbij
Alle opgeblazen frasen,
Die de roode pers stoffeert,
Worden, om wat gang te krijgen
Gretiglijk geannexeerd;
Dikke holle roode woorden
Worden extra opgepompt.
In de hoop dat 't Roomsche volksdeel
ln verzet in actie komt;
Ja men hoopt dat straks een sterke
Democratische orkaan
't Kabinet der geldmagnaten i
Vroolijk zal te pletter slaan..m
Juichend zien de roode heeren
Hoe hun Roomsche makkerraast,
Hoe voortreffelijk hij 't windje
In de roode zeilen blaast.
Dat is koren op hun molen
Dat is olie op hun vuur,
En ze prijzen des professors
Open, eerlijke natuur.
Het succes des regenmakers
Was tot heden toe niet groot;
Het succes des Windverwekkers:
bij Rood
(Nadruk verboden.)
Mijnheer Pimpelmans gaat paardje rijden
door G. Th. ROTMAN
85. De auto van apotheker Pil was no?
zoo'n knus wagentje uit den tijd, toen ze
pas uitgevonden waren, maar hij liep in elk
geval nog hard genoeg om er ongelukken
mee te maken, en dat was de hoofdzaak.
Bles werd er met de teugels aan vastgebon
den en moest meedraven. „Waarom mag i k
niet meerijden?" dacht hij verontwaardigd.
86. En hij begon nijdig aan de teugels tfl
rukken. Nu die waren niet erg best vastge
bonden en schoten spoedig los. Bles liet da
auto een eindje vooruit rijden, om 'n goeden
afstand te krijgen; vervolgens nam hij, in
vliegende vaart, een aanloop en sprong...»
pardoes hoven op de auto!
(Wordt Maandag vervolgd)
FEUILLETON
UIT HET ENGELSCH
iVAN CHARLOTTE M. JONGE
(59
KORTE INHOUD VOOR NIEUWE LEZERS
In het provinciestadje Mlcklethwayte woonde
met haar tante, Miss Ursula Head/worth, en
haar dochter, de achttienjarige Nuttle, Me
vrouw Alloe Egremont, die samen met haar tan
te een meisjesschool hield. Twintig Jaar geleden
was zij do gouvernante geweest van den klei
nen Mark Egremont. Zij had toen kennis ge
maakt met den oom van haar leerling, en was
in het geheim met hem getrouwd. Kort na het
huwelijk ging Mijnheer Egremor.t met zijn
oom. wiens erfgenaam hij was, een groote reis
Zijn'jonge vrouw, die hij ln DL
ten achterlaten, hoorde kort di
eppo had mo<
laarna dat het
Gedurende achttien jaar beschouw
Zich als weduwe, totdat zij Mark
ontmoette, die haar vertelde, dat haar echt-
B°Mark Egremont! die, omdat nlemon-1 Iets var
het huwelijk van zijn oom afwist, de vermoe
delijke erfgenaam van de bezittingen der Egre-
monts was had namelijk bij het ordenen dei
papieren van zijn oom, de huwelijksakte ge
vonden. Od onzelfzuchtige wijze was hij dade
lijk begonnen nasporlngen te doen in Dieppe
naar het adres van zijn '.ante.
Doe zijn toedoen kwam dan ook de hereenl-
ging tusschen man en vrouw tot stand.
Mü.nhecc Egremont had zich, mede door den
IdeeiTn.nd 1
Invloed van zün kneoht Gregorlo,
het gebruik van bedwelmende ml<
kostte zün vrouw groote inspanning hem te
helpen tegen die verderfelüke gewooh.e te
BtrUden, vooral ook oondat Gregorlo haar ln
alles tegenwerkte. Haar gezondheid leed sterk
daaronder, zoodat zü kort na de geboorte van
een zoon en erfgenaam stierf. Nuttie's taak
werd het toen haar vader lief te hebben on te
verzorgen en haar broertje op te voeden, zooais
zü haar moeder op haar aterfbed beloofd had.
Mark Egremont was ln 't huwelük gelreden
met Annaple Ruthven en was te Mlcklethwayte
gaan wonen, waar hü jongste compagnon werd
in de parapluiefabrlek „Greenleaf and Dutton".
MUnheer Dutton wan een kennis van Mevrouw
Egremont en haar dochter geweest. Na het
ovwlüden van Mevrouw Egremont waa hü naar
Australië gegaan.
Bij zün terugkomst, na drie Jaar, trof hü
groote veranderingen aan. Er was een nieuwe
compagnon ln de firma gekomen: Goodenough,
en de firmanaam was gewüzigd ln „Greenleaf
Goodenough en Co". Deze Goodenough had de
oude firma in groote moellükheden gebracht.
Mark Egremont vertelt MUnheer Dutton daar
van bü een bezoek, dat deze hem en zün vrouw
brengt.
Maar ofschoon mijnheer Dutton zijn oor
deel opschortte tot hij de boeken nauw
keurig had nagezien, en zich geheel op dc
hoogte had gesteld van hun verplichtingen
was hij blijkbaar geneigd om ie gelooveu
dat de zaak reeds te ver heen was, en dat
de namen van Greenleaf en Egremont
slechts voor werkelijke schande konden
bewaard worden door tot liquidatie over te
gaan en de vennootschap te ontbinden om
daardoor van Goodenough af te komen.
Mark luisterde gelaten. Annaple met
veel doorzicht dat mijnheer Dutton wel
moest denken dat zij van hen heiden het
helderste hoofd had, schoon zij toch haar
jes niet voor zich kon houden. „Ik kan
u verzekeren dat het mij niet zou kunnen
schelen hoe liquide we werden als we maar
zuiver af konden komen van Goodenough"
zeide zij.
„Weet ge wat dat beteekent?" yroeg haar
echtgenoot.
„Ja, ik weet wat het zeggen wil. Het is
het mooie woord voor den boedel aan den
meestbiedende te verkoopeo. Kom, Mark,
trek het u maar niet aan, we zijn jong en
sterk en de kleine Willem zal er eigenlijk
niet slimmer aan toe zijn dat hij van onder
op moet beginnen."
„Ik hoop mag ik u een vraag doen
zit al uw geld in de ongelukkige oude
firma?" zei mijnheer Dutton met eenige
aarzeling.
„Al wat van mij is", zei Mark, met zijn
elleboog op de tafel en zijn kin op de hand.
„Maar ik heb honderd pond 's jaars, die
ik trek van de arme oude bezitting der Ron-
nisglens", zei Annaple. „Al de anderen
zagen bij hun huwelijk van hun aanspraken
af en ik wilde dat ook doen, maar mijn
lieve moeder wilde het niet hebben; zij zei
dat ik liever eerst moest zien hoe het ons
ging. Denk eens aan, Mark, honderd pond
's jaars. Wel, de oude Gunner of Thorpe
zou meenen zich in weelde te baden als zij
hoorden dat zij honderd pond in het jaar
hadden!"
„Gij zoudt er niet ver mee komen!"
„Ja, dat zal ik wel, want dan geef ik u
niets dan haverbrij en nu en dan ais trae-
tatio een schapekop! Daarenboven zullen we
wel wat te doen krijgen. Met werken
moeten we er weer bovenop kornen, begrijpt
ge. Maar eerst nu eens een ernstig woord,
mijnheer Dutton. Ik heb hier eenige zaken
van mijn lieve moeder, die werkelijk toebc-
hooren aan Ronnisglen en die ik slechts
bewaar tot hij thuis komt Zouden die niet
in veiligheid kunnen gebracht worden?"
„Mijn lieve, zoo ver zijn we nog aiet ge
komen! Ik hoop dat het nog af te wendeu
zal zijn!" riep Mark,
Maar mijnheer Dutton was het eens met
de jonge vrouw dat het beter was deze
zaken weg te sturen, voordat er kwaad ver
moeden door opgewekt kon worden. Er was
niets anders dan een kleine zilveren saus
kom, die in waarde werd gejiouden als een
gift van Koningin Clementia aan een
vrouwelijk voorzaat, en een zilveren trekpot
en wat oude kant, en eenige niet zeer kost
bare juweelen, wat alles te zamen zeer ge
schikt in een doosje gepakt kon worden,
dat mijnheer Dutton op zich nam bij dc
bankiers van lord Ronnigslen te deponeeren.
Hij was getroffen door de nauwgezette waar
heidsliefde, waarmede Annaple oen iel. cv
ding maakte tusschen de erfstukken en
datgene wat haar eigendom was geworden,
schoon dat waarschijnlijk ean de schuld-
eischers ten offer zou gebracht worden
Mark kon nauwelijks verdragen aan te
zien wat de crisis zoo verschrikkelijk maak
te. „Dat ik u hiertoe brengen moest!" zeide
hij tot zijn vrouw, toen hun bezoeker hun
ten laatste goeden nacht had gewenscht.
„Als we daaraan beginmen", zei Annaple,
.dan was ik het die er u toe bracht! Ik heb
later dikwijls gedacht dat het wel wat
zelfzuchtig was om u af te raden de arme
Ursula met haar lastpost van een vader fer
zijde te staan! Het was alleen om geld bij
elkaar te schrapen weet ge, en als we meer
om onzen naaste dan om ons zelf gedacht
hadden, dan hadden we misschien in weelde
geleefd op dc Home Farm; want al had
oom ruzie met u gemaakt, dan zou hij
vermogen toch niet opgemaakt bobben. Ik
heb dat dikwijls gedacht sedert ik dit zag
aankomen."
„Gij wilt mij toch niet vertellen, mijn
lieve kind, dat gij dit hebt zien aankomen!"
„Mijn profetische geest! Wel Mark, gij
hebi het mij herhaalde koeren zoo goed ais
te kennen gegeven. Zoo dikwijls ik dien
Badenough (Vrijslecht) op straat tegen
kwam, kreeg ik een gevoel alsor ik hem
zou willen krabben. Ik kan de lust niet
bedwingen om hem onder vier oogen één
maal zoo te noemen"
„Gij hebt het al dien tijd vermoed, terwijl
ik dacht dat gij van niets wist."
„Dan zou ik toch wel heel dom moeten
zijn, in aanmerking genomen al wat gij mij
verteld hebt. Wat zou het daarenboven ge
holpen hebben om vooruit t-e huilen en te
jammeren en treurig te zijn? Wat mij
betreft, ik zou zelfs nu i'.i mijn handen
kunnen klappen bij liet vooruitzicht van
Goodenoogh (Vrijgoed) en zijn minzaam
heid en beleefdheid af te komen! Kom, Mark
het zal welbeschouwd zoo slim niet zijn,
dat zult ge zien."
..Zoo mag ik het hooren. Zoolang we
elkaar en den kleinen jongen hebben, d<vt
al het andere weinig ter zake. We willen
beiden de handen uit de mouw steken en
dm goede man zal werk voor ons vinden, en
doet hij het niet, dan koopen we "en gelrn
spellewagen en gaan kousen breien én ze
op het land te koop aanbieden. Wat zou
dat grappig zijn! Stel u het gezicht van
Janet voor! Ja, zoo is het good", toen er
door het dwaze gezicht dat zij trok, ee'.i
güüi'cch op zijn gelaat kwam, „ik zou me
geschaamd bobben hierover ongelukkig lo
zijn, zoolang onze goede naam gered wordt
een er een zegen rust op de armen", voegde
zij er 7 ach for bij, een teederen kus druk
kende op het vermoeide voorhoofd van haar
HOOFDSTUK Vli
De kleine Egremont
De doodstrijd van een firma als Greenleaf
Goodenough en Co. was niet iets dat spoe
dig af kon loopen, en mijnheer Dution
reisde gedurende verscheidene weken heen
en weer tusschen Londen en Micklethwavte
en had van alle kanten veel te verduren. De
oudste compagnons vonden het bijna boos
aardig en bepaald leelijk van hem dat hij
er zijn geld niet in stak of zich ki elk geval
borg stelde ten einde hen over hun moeilijk
heden heen te brengen. Er was een ge
oefende hand en een helder hoofd noodig
om Goodenough's knoeierijen te ontwarren.
Dikwijls werd mijnheer Greenleaf zelf er
door bedrogen; en toen hij na ecnigen tijd
overtuigd was dat de geheele stand van
zaken zoo slecht was dat zij moesten val
len, zouden het gejammer en de klachten
over mijnheer Dutton van zijn vrouw nog
alles bedorven hebben; het was als deed hij
hun een beleedïging aan. zoo namen zij de
goede vooruitzichten, welke hij hun in
Australië kon aanbieden, aan.
.(Wordt vervolgd)