KERKHERSTEL EN DE AFSCHEIDING DONDERDAG 11 OCTOBER 1934 TWEEDE BLAD PAG. 5 MEDISCHE ZENDING Maar geen geestelijke dwang Bij de behandeling van de begrooting van 'de Dienst der Volksgezondheid, welke dezi zomer in de Indische Volksraad plaats vond, is het besluit van de Regeering om de Centrale Burgerlijke Ziekeninrichting tc Malang aan de Zending over te dragen aan i een ernstige critiek onderworpen. De op- posanten hebben ten slotte hun bezwaren onder de aandacht van de Regeering ge bracht in de vorm eener motie met als eerste onderteekenaar de heer Wiwoho waarin de Volksraad zich uitsprak vóór hel behoud van deze ziekeninrichting als Over heidsinstelling. Deze motie werd op 1 Aug. j.l. door de Volksraad met 32 stemmen vóór en vijf stemmen tegen aangenomen. Hoewel de Regeering deze motie naast zich neergelegd en de C.B.Z. op 1 Oct. aan de Zending te Malang overgedragen heeft, loont het de moeite deze kwestie andermaal onder de oogen te zien. We doen zulks wederom, evenals ge schiedde in de artikelen, welke we per luchtpost uit Indië ontvingen en die op 11 en 24 Sept. in ons blad werden opgenomen, aan de hand van een drietal principieele artikelen in De Banier, het Chr. Alge meen Weekblad voor Ned.-Indië, dat op dit terrein zeer te waardeeren voorlichting gaf. En wij volgen te grager de gedachten- gang van deze artikelen, omdat wij meer dan eens de ervaring opdeden, dat princi pieel inzicht zonder kennis van volk en cultuur niet steeds voldoende is om alge- meene vraagstukken te beoordeelen; terwijl toqh anderzijds het beginsel overal en on der alle omstandigheden zijn invloed doet gelden en zijn eischen stelt. Waarom ook „de les van de Medische Zending" en daarom komen we er op terug ons in zicht in de Vaderlandsche politiek kan ver helderen. De houding der Indische Regeering ten aanzien van deze zaak werd hoofdzakelijk bepaald door het financieele belang; De Regeeringsgemachtigde deelde mee, dat er van twee zijden een aanbod was ge komen om de C.B.Z. te Malang over te ne men: van de gemeente Malang en van de bekende Soekoen-combinatie, die het reeds in Malang bestaande en zeer gewaardeerde zendings-ziekenhuis exploiteert. Het tweede aanbod (van de Zending) stelde echter „een zoo groot verschil in het subsidiebedrag .in uitzicht (n.l. f 17000.voordeel) dat de keuze voor de Regeering niet moeilijk kon zijn. Voorts wees de heer Offringa er nog op, dat de Regeering overtuigd was, dat de werkwijze van de Zending in Malang in geen enkel opzicht hinderlijk zal behoeven -te zijn voor andersdenkenden. De ervaring met de huidige werkzaamheden dier corpo ratie staat daarvoor voldoende borg." Dit laatste wenschte de heer Wiwoho niet te gelooven; hij, de propagandist der Isla mieten, kon zich niet voorstellen, dat de •Medische Zending geen geestelijke dwang zou toepassen om de patiënten tot het Christendom te bekeeren. Hiervoor bracht hij wel geen bewijzen bij ^daarover straks meer), maar hij hand haafde zijn stelling, dat een Islamiet zich niet thuis voelt in een Christelijk zieken huis en daarom een overheidsinstelling pre fereert. De heer Fruin van de „Vad. Club" merkte Op, dat deze zaak hem in een zeer lastig parket bracht. Hij wilde echter alles ver mijden, wat de tegenstellingen tusschen de verschillende godsdiensten zou kunnen ver scherpen. En nu bleek, dat deze kwestie den Islamieten zóó hoog zat als de heer Wiwoho mededeelde, achtte hij zich ver plicht, ongeacht de f 17.000 kosten, welke er aan verbonden waren, vóór de motie te stemmen. De vertegenwoordigers van het Indo- Europ. Verbond verlieten op één uitzon dering na de vergaderzaal vóór de stem ming. Zij durfden blijkbaar geen partij te kiezen. Terwijl het toch zoo allereenvoudigst was, gelijk de heer Van Helsdingen in een kort en bondig betoog had aangetoond. Wij komen hiermee tot de kern van de zaak. Wij moeten iets zeggen over het ka rakter en de beteekenis der medische zen ding. Want daarover bestaat in wijde kring, zooals de Banier naar waarheid op merkt, zeer ernstig misverstand; zoowel in, als buiten onze kringen. Als we een vergelijking mogen maken, zouden we naast elkander willen zetten: evangelisatie, chr. school en medische zen ding. Tusschen de eerste twee maken wij wel degelijk onderscheid. Zelfs al geven wij toe, dat de Chr. School onopzettelijk en indirect evangeliseerend werk kan doen, dan maken we toch ter dege verschil. Evan gelisatie bedoelt buitenstaanders tot het ge loof te brengen; de Chr. school heeft tot taak de verbondskinderen in het geloof der ouders op te voeden. Maar de medische zending dan? Die gebruikt, zoo hoort men vaak bewe ren, de hulp aan het lichaam als lokmiddel om het Evangelie te prediken. Echter, nadrukkelijk moet vastgesteld Worden, dat hier een groote misvatting is. De medische zending verwerpt deze be schouwing geheel en onvoorwaardelijk. De roeping, welke zij wenscht te vervullen zou aldus omschreven kunnen worden: Zij wenscht met de daad aan zieken en lijdenden te bewijzen, waartoe de liefde van Christus den geloovige dringt; zij wil den Heiland navolgen, van Wien gezegd wordt in sobere woorden: En Hij genas hun kran- Maar, de blijde boodschap wordt dan toch ïn de hospitalen gebracht. Ongetwijfeld, het is arbeid, welke in Jezus Naam wordt ver richt en hoe zou men dan kunnen zwijgen van den Heiland voor lichaam n ziel, indien er geopende ooren gevonden worden? Echter, eenige geestelijke dwang, hoe go- ring ook, wordt niet uitgeoefend. Dat zou een ernstig kwaad zijn. En met dank mag geconstateerd worden, dat dit kwaad buiten bleef. Want pertinent onjuist is de bewe ring van den heer Wiwoho, dat men in deze inrichtingen „in de regel heeft te luisteren naar een Christelijke pree k". Geestelijke dwang bestaat in de Zendingshospitalen niet. In de Zendingshospitalen heerscht een Christelijke sfeer, natuurlijk. Er worden ge regeld godsdienstige samenkomsten gehou den en voor het eten wordt een Christelijk gebed gedaan met hen, die er geen bezwaar tegen hebben. Maar de heer Van Helsdingen kon den Islamiet nadrukkelijk verzekeren, gelijk reeds werd opgemerkt: „Er is van een verplichting tot het bij wonen van dergelijke diensten in het geheel geen sprake. Het wordt aan de patiënten overgelaten, of zij al dan niet bij de „aan dacht", zoo zal ik haar maar noemen, aan wezig willen zijn." Tegen het tafelgebed is nog nimmer van da zijde der patiënten één opmerking ge maakt; maar de leiding is er als het ware op ingeschoten om een bezwaar, dat even tueel op een onverwacht oogenblik geuit zou kunnen worden, op staanden voet te ondervangen. We meenen, dat we hiermee kunnen vol staan. De Zending voert een strijd op leven en dood met de Islam. Zij kunnen niet vre dig en vreedzaam naast elkaar leven. Maar de Zending wijst elk ander zwaard dan dat des Ge est es absoluut en consekwent af en dus ook elke geestelijke dwang, in welke vorm ook. Indien nu het Mohammedanisme ook maar de moed heeft de volle consekwenties uit het vrije geestelijke ruilverkeer te aan vaarden. En zich dus niet onder leiding van Wiwoho met overheidsmacht en invloed wenscht tc handhaven. Dan zal de worstel strijd heel het volk ten goede komen. Niet door de ketters met Overheidshulp ten vure of ten zwaarde te doemen, maar door eigen inwendige reformatie wordt een geestelijke beweging sterk. Dat geldt voor Indië; het geldt ook voor ons land. GEREF. KERKEN Tweetal: Te Nieuwer Aanstel Noordi: J. Ba- vinck te Gramsbergen en J. W. de Jager te Diever (Dr.). NED. HERV. KERK Beroepen: Te Dinteloord, P. J. Steenbeek te Oudewater. Te Huizinge, J. v. d. Touw te Terkaple (Fr.).Te Den Hoorn op Texel (toez.), cand. G. Moen te Huisduinen. Te Krimpen a. d. Lek, G. Enkelaar te Oud-Beijerlatid. Bedankt: Voor Drogeham (Fr.), J. C. Loor te Zevenhuizen (Gr.). BEROEPINGSWERK De zelfstandige Geref. Gemeente te R ij s s e n, sedert het vorige jaar opgenomen in de gemeen schap der Geref. Gemeenten in Nederland, heeft besloten tot het beroepen van een predikant. De heer L. Wijting, voorganger dezer gemeente, zal dan zijn functie neerleggen. AFSCHEID, BEVESTIGING, INTREDE - Ds. J. Bus, gekomen van Bergschenhoek, deed zijn intrede bij de Ned. Herv. Gem. te Poort vliet, na bevestigd te zijn door Ds. Joh. de Bres, St. Maartensdijk, met een predikatie over Romeinen 6 vs. 23. De nieuwe leeraar deed zijn •ede met een predikatie over Jesaja 3 vs. 10 i 11. JUBILEUM Ds, H. S. BOUMA Gisteren heeft Ds. H. S. Bouma, predikant bij de Geref. Kerk van Amsterdam-Zuid, zijn zilveren jubileum als Dienaar des Woords bij de Geref. Kerken in Nederland gevierd. Den geheelen dag heeft de jubilaris van allerlei zijden blijken van belangstelling ontvangen te zijnen huize en 's avonds is de gemeente in de met palmen smaakvol getooide Raphaëlplein'kerk bijeen geko men en zaten Ds. Bouma en Mevrouw Bouma- Biesterveld in de bloemen. Voor dit jubileum had zidh een huldigingscom- issie gevormd en namens deze commissie heeft de heer W. J. Bossenbroek den jubileerenden predi kant en zijn echtgenoote die ook hun zilveren huwelijksfeest vieren op waardeerende wijze toe- Spr. deed daartoe eenige grepen uit den levens loop van Ds. Bouma en bracht in herinnering hoe deze achtereenvolgens met zegen de kerken van Hazerswoude, Hoogeveen en Leeuwarden heeft ge diend. Tijdens het verblijf in de Friesche hoofdstad werd voor menig beroep bedankt totdat in 1926 de Kerk van Zuid, die, zei spr., door de scheuring in nood verkeerde, een beroep uitbracht dat werd aangenomen. De dagen van 1926 memoreerende, wees de heer Boozenbroek er op, hoe de kerk van Zuid zich toen wel geslagen voelde, maar niet verslagen. De samenkomst van 24 Maart 1926 in de Raamkerk, onder leiding van Ds. J. L. Schouten, van Amsterdam, ambtsdragers werden gekozen, was hiervan o.m. het bewijs. De keuze der gemeente later op Ds. Bouma is n goede gebleken, want God heeft wasdom ge geven, zoodat zij een bloeiende gemeente met drie predikanten is geworden. Van den aanvang af heeft Ds. Bouma zijn kracht gezocht in bouwen en bewaren, ook in ar beid onder de jeugd. Me' erkentelijkheid werd ge wezen op het herderlijk werk van den jubilaris, en op zijn beteekenis als groote-stads-predikant, want op den kansel ontloopt hij de vragen van den dag Ten slotte bracht spr. den dank der gemeente /er, ook aan de predikantsvrouw voor hetgeen j in de gemeente verricht, en bood hij namens haar eenige geschenken aan, waaronder een Per zisch tapijt. Namens den Kerkeraad heeft hierna Ds. C. J. Sikkel het woord gevoerd, terwijl Ds. J. L. Schou ten namens den kerkeraad van Amsterdam een toe spraak hield, waarin hij gewaagde van zijn consu lentschap 8 jaar geleden. Eenige afgevaardigden van de kerken te Hazerswoude en Leeuwarden spraken nu nog, waarna de jubilaris een dankwoord heeft gesproken en Ds. K. Sietsma de goed geslaag de bijeenkomst, die zeer druk bezocht was, be ëindigde. Het samenzijn werd opgeluisterd door orgelspel, ng en declamatie, waarbij ook een feestzang der gemeente mag worden vermeld. Na afloop hebben zeer velen van de gelegenheid gebruik gemaakt om den jubilaris de hand te drukken. SAMENWERKEN! Een van boodschap aan allen, die de eenheid Christus' Kerk belijden Prof. Th. L. Haitjema Het Ned. Herv. Verbond tot Kerkherstel hield gister in het gebouw van de Handels beurs te Utrecht zijn jaarvergadering. Te half elf opende de voorzitter, Prof. Dr Th. L. Haitjema van Groningen, de bij eenkomst, met het doen zingen van Psalm 138:3, waarna hij uit de Heilige Schrift voorlas Joh. 12 23—36. In het gebed, waarin Prof. Haitjema daarop voorging, herdacht hij de schokkende politieke gebeurtenissen van den vorigen dag. Prof. Haitjema hield daarop, na een har telijk welkomstwoord tot de vele aanwezi gen, die de geheele groote zaal vrijwel vul den, zijn referaat over: Wij keeren ons op deze vijfde jaarverga dering van het Ned. Herv. Verbond tot Kerkherstel welbe wust naar een andere zijde dan voorheen, toen wij al maar bezig wa ren onze positie af te bakenen naast, en soms tegen over, hen, die met ons Hervormd wil len zijn en blijven en als Hervorm den allen het goe de zoeken voor onze Hervormde Kerk. Onze kerke lijke situatie geeft thans ook weinig aanleiding tot nieuwe confronta tie b.v. met de groote beginselen, die Kerkopbouw verdedigt. Wij zijn dankbaar, dat de Syonde in den af- geloopen zomer besluiten kon een buitenge wone zitting aan het Kerkopbouw-rapport te gaan wijden. Jammer, dat de warme en be leidvolle verdediging van dit rapport door verschillende voormannen van Kerkopbouw blijft gepaard gaan met een hardnekkig vast houden aan het huisgemeenten-stelsel en tegelijkertijd met een ontwijken van de vraag, of het niet noodiger is eerst een „communis opinio" te trachten te vormen inzake de kardinaalste geloofsvraag: wat dunkt, u van den Christus? voordat men zulk een gemeenschappelijke overtuiging inzake kerkelijke leertuclit gaat trachten te vormen. Confrontatie met de theologie van de Af scheiding van 1S34 op deze jaarvergadering heeft dit voordeel, dat het de fundamen- teele belijdenisvragen vlak voor onze aan dacht brengt. De dogmatische beteekenis van de Af scheiding ligt nog veelszins in het duister, ondanks de vele. dikke boeken over de Af scheiding, in dit herdenkingsjaar uitgegeven, en ondanks de onlangs van de hand van Prof. Schilder verschenen brochure, die in haar titel zooveel beloofde. Men verheerlijkt de Afscheiding en steekt niet naar de diepte af. Of men laat de dog matische beteekenis van de Afscheiding met de symbool-historische samenvallen (Schil der), daardoor zich wel wat heel gemakke lijk afmakend van de noodzaak tot bezin ning, waartoe b.v. de studie van Ds J. W. Verschoor in het Afscheidings-nummer van „Onder eigen Vaandel" zoo ernstig' en be scheiden wilde dringen. Meer dan een Kamper hoogleeraar heeft het credo der Afscheiding in de V ij f L e e r regelen van Dordt gezocht. Op zich zelf terecht. Mits er één aanvulling bijge voegd worde, nl. dat de Afscheiding zich theologisch heeft vastgezet op een bepaalde interpretatie der Leerregels, nl. op zulk eene, waarbij deze „Canones" worden weg getrokken van dezen achtergrond der 16e eeuwsche klassieke Belijdenisschriften en de antithetisch-polemische zin van ver schillende stellingen in die leerregels zonder meer gemaakt wordt tot een nieuw uit gangspunt voor thetisch belijden. Bavinck verstond nog, hoe de 17e eeuw ten aanzien van de leer der wedergeboorte een verschuiving liet zien. Kuyper negeerde ze en trok uit de leer der wedergeboorte volgens bepaalde volzinnen in de Leerregels de lijn door naar zijn palingenesisleer, die in de modern-wijsgeerige schematiek van zijn en bewustzijn, onbewust en bewust wortelde. Dr Schilder verwaarloost die verschuiving evenzeer en hamert hartstochtelijk op het aambeeld van de noodzakelijke „uiteenleg ging van het genadewerk Gods in den T ij d". Deze nieuw-Calvinistische apologeet mat zich af om het geschiedenisbegrip der moderne cultuur zoo maar even te doopen in de wate ren der Dordtsche waarheid. En hij schijnt geen erg iri te hebben, dat het er de Dordtsche vaderen niet om te doen was het T ij d sproces te eeren en de „kosmische continuïteit" in de theologie af te kondigen, maar veel meer om de absolute souvereini- teit Gods groot te maken. De theologie van de Afscheiding dreigt ook onder ons, «Hervormden, telkens haar dui zenden te verslaan. In den vorm van de exclusieve bevindingsvroomheid. Maar ook in den vorm van de Kuyperiaansche weder geboorte-wijsheid. En evenzeer in den vorm van Prof Schilders bewogen ijvering voor de horizontale lijn van de openbaring Gods. Ethische heiligmakihgs-geloovigen en half- anthroposophische dwepers met „kosmische continuïteit' 'applaudiseeren bij deze plei dooien van den Kamper hoogleeraal; en binnen de grenzen van onze oude Volks kerk klinkt soms dit applaus heel luid. Het Verbond tot Kerkherstel vormt daar tegenover het groote front van hen, die de theologie van de Ned. Geloofsbelijdenis en van den Heid. Catechismus willen volgen en van daaruit willen doordringen tot de leer regels van Dordt. Dan zal men die leerregels op den waren achtergrond houden. Dan zal men zien, dat b.v. de wedergeboorte-leer van de leerregels veel meer laat resonneeren van de wedergeboorte-leer van den Catechismus,, dan Kuyper ons kon doen inzien. De oecumenisch-Gereformeerde theologen moeten elkander hoe langer hoe meer zoe ken en vinden. Wanneer „Kerkherstel" daar toe zijn banier hoog opheft, zal het blijken, dat dit teeken wordt gezien en verstaan, ook heel ver buiten de muren onzer Her vormde Kerk. Zóó worde de dag verhaast, waarop een herstelde Hervormde (Gerefor meerde) Kerk van Nederland weer „Moeder" kan zijn, aan wier schoot twistende theologen zullen gedrongen worden tot revisie van niet-weinige hunner godgeleerde oordeelen, waarvoor zij thans nog zoo hardnekkig strijden. Een hartelijk applaus dankte den hoog leeraar voor dit zeer doorwerkt en boeiend referaat. Huishoudelijk gedeelte Na de pauze gaf de voorzitter het jaarver slag, dat den leden is toegezonden, in be spreking. Vooraf dankte Prof. TIaitjema den samensteller, Dr Evenhuis van Zaandam, en wenschte het Verbond geluk met het feit. dat Dr Evenhuis vrijmoedigheid heeft gevon den, voor de benoeming tot docent aan de Theologische School te Solo in Indië, te be danken; dat Dr Evenhuis daartoe vrijmoe digheid heeft gekregen, ligt niet 't minst in 't feit, dat de arbeid voor Kerkherstel hier in Nederland hem zoo innig lief is. Het jaarverslag werd daarop aangenomen, nadat de vertegenwoordiger van de afd. Den Haag ter zake van de propaganda de aan dacht van het hoofdbestuur hacl gevraagd. Men had in de betreffende afdceling tot 8 a 10 maal toe predikanten niet bereid kunnen vinden, om redenen van tijd-tekort, een pro- paganda-rede voor de afdeeling te houden. Het hoofdbestuur verklaarde zich, bij monde van den voorzitter, te dezer zake diligent. Namens de commissie tot het nazien der boeken en bescheiden van den penningmees ter verklaarde de heer Van Tekelenburg, dat men alles inorde bevonden heeft. De reke ning en verantwoording van den penning meester, die een totaal aangeeft van 5189.67 werd met algemeene stemmen aangenomen en'goedgekeurd. Evenzoo de begrooting voor '35 en de rekening over het propaganda- Bij de rondvraag heeft Ds de Jong van Velp enkele vragen gesteld. O.a. vroeg spr. meer afwisseling in de onderwerpen, ter jaar vergadering behandeld, en de mogelijkheid van een inlichtende behandeling vanwege het hoofdbestuur betreffende het. Reorg satie-rapport van Kerkopbouw, dat v neer het in de speciale zitting der Synodp mocht worden aangenomen weldra aan de classicale vergaderingen zal worden voorge legd. Ten slotte vroeg spr. of de inhoud van Nieuw Kerkelijk Leven niet voor velen te intellectueel is en ia wat eenvoudiger gegoten moet worden. De morgenvergadering werd daarop, na het zingen van het bekende „Houdt Christus Zijne Kerk in stand", door Ds Van Kuyken met dankgebed gesloten. Middagvergadering Bestuursverkiezing Na heropening werd in de middagvergade ring het resultaat van de 's morgens gehou den bestuursverkiezing bekend gemaakt. Herkozen werd in het modcramen Dr R. B. Evenhuis van Zaandam, in de vacature-Dr J. Riemens werd gekozen Ds M. Groenenberg van Vlaardingen, in de vacature-Dr G. P. van Itterzon, Dr I-I. J. Honders van W; naar. Tot leden van de redactiecommissie van Nieuw Kerkelijk Leven werden herko zen Dr R. B. Evenhuis en Ds J. A. van Nie van Hoogeveen. REFERAAT Dr. R. B. EVENHUIS Daarna werd het woord verleend aan Dr R. B. E v e n h u i s tot het houden 'van zijn referaat over: De Afscheiding en Kerkherstel Dit onderwerp bedoelt practisch te zijn. Het stelt de vraag: Wat. moeten wij nu doen? Als eerste tegenstelling ontwikkelt spr.: in de kerk blijven, of de kerk verlaten? Van kerkelijk gereformeerde zijde zal men ant woorden, clat De Cock niet is uitgetreden, maar is uitgeworpen. Zoowel historisch als principieel is dit echter onjuist. Historisch. Want er is in het optreden van De Cock dubbele lijn. Juist omstreeks den lOden Octo ber 1834 brengt de invloed van Scholte hem van den weg der reformatie op den weg der revolutie. Principieel. Want met klem be toogt De Cock in de Acte van Afscheiding, dat de Herv. Kerk is de valsche kerk. Het beginsel van Kerkherstel is: de kerk trouw blijven. Het odium „valsche kerk" kunnen wij niet aanvaarden. Toegegeven moet worden, dat er in de Herv. Kerk veel ontbreekt aan de doorwerking der belijdenis en aan het uitzicht naar het Verbond Gods. Maar èn de belijdenis, èn het Verbond zijn nog aanwezig. In een waarlijk gereformeerde kerk zal tusschen ideaal en werkelijkheid altijd een paradoxale spanning moeten zijn. Zonder te vervallen in de Roomsche fout der vereenzelving van zichtbare en onzichtbare kerk, en zonder te vervallen in de Doop* sche fout van scheiding tusschen zichtbare en onzichtbare kerk, zullen wij de spanning tusschen beide hebben te aanvaarden als een kenmerk der kerk. Waarmee het goed recht der Herv. Kerk gehandhaafd is. Als tweede tegenstelling tusschen de Af scheiding en Kerkherstel noemt spr.: jubilee- of doleeren. De Gereformeerde Kerken nen in 1934 te mogen jubileeren, niet tegenstaande b.v. het conflict met de Chr. Geref. Kerk. Kerkherstel wil opwekkan lot kerkelijke boete als weg tot reorganisatie. Kerkelijke boete is niet lamenteeren over jn vervallen toestand der kerk, en evenmin opsomming van alle fouten. Maar: terugkeer tot den oorsprong, terugkeer onder het licht van God en Zijn Woord. Een dubbele zegen vloeit uit die waarachtige kerkelijke boete t. Ten eerste, dat daardoor het hart van den naaste wortlt teruggevonden. Ten tw de, dat daardoor de drukkende macht van het kerkelijke besturen-apparaat doorbroken ordt. Kerkherstel predikt kerkelijke trouw ngs den weg der kerkelijke schuldbelijde- is. Dit beginsel bewaart tevens voor drie- Tei fout, die voortvloeit uit het averecht- sche beginsel der Afscheiding. Voor de fout van het separatisme, dal uiteenscheurt, wat in Christus één behoort te zijn. Voor de fout van het sectarisme, dat de volkskerk en het verbond Gods in en met die kerk loslaat. Voor de fout van het activisme, dat zoowel over de geesten be geert te heerschen, als „de synodale hiërar chie" met kracht en geweld tracht te ver nietigen. Daartegenover wil Kerkherstel geen overheersching, maar overreding, geen revo lutie maar gehoorzaamheid, hoe zwaar dit ook is. Opdat wij juist in de gehoorzaamheid onze eigen kerkelijke zonde steeds meer be wust worden. Spreker eindigt met de woorden van IToe- demaker, eens gericht tot één der mede standers van Kuyper: „Menschen komen en gaan, verschijnen en verdwijnen. Het doet er ten slotte weinig toe, hoe men hen be schouwt en wat er van hen wordt. Maar de beginselen, die zij hebben gediend, blij en werken voort. Niet wij, maar de vertegen woordigers van die beginselen spreken el kander hierover nader, over twintig, vijftig of honderd jaar". Spreker wekte op om, gedragen door de beginselen van Kerkherstel, op de bres te staan voor de eer, de waarde en de waardig heid van de Herv. Kerk. De toekomst ligt in Gods handen. Wij hebben alleen op onze post te staan. REFERAAT Ds. N. v. d. SNOEK Van het referaat van Ds N. v. d. Snoek te Veenendaal over „De Afscheiding en haar recht en onrecht", gaven wij in ons nummer van gister reeds uitvoerig verslag. Een boodschap der vergadering Onder diepe stilte las de Voorzitter aan het einde der vergadering de navolgende boodschap voor: Het Nederlandsch Hervormd Ver bond tot Kerkherstel, in jaarvergade ring bijeen te Utrecht op 10 Oct. 1934; 1. gehoord wat in zijn midden werd uitgesproken naar aanleiding van de herdenking der Afscheiding van 1S34; 2. voelt zich gedrongen om uiting te geven aan de gevoelens, die éénparig de ter vergadering aanwezige leden bezielden; 3. richt daartoe een boodschap aan allen, die de éénheid van de Kerk van Christus belijden; 4. om in deze maand van herden king niet te jubileeren, doch met ver slagenheid terug te zien op het ker kelijk onheil dat in deze eeuw van schuld (18341934) is aangericht; 5. om tegenover het separatisme, dat uiteen scheurt wat in Christus één behoort te zijn en tegenover het sec tarisme, dat de Volkskerk en het Ver bond Gods in en met die Kerk los Iaat, hoog te heffen de banier van kerkelijke trouw en oecumenische ge zindheid; 6. om ondanks het tekort aan uit zicht op het Woord Gods en het gemis aan doorwerking der Belijdenis in onze Ned. Herv. Kerk, op de bres te blijven staan voor haar eer, haar waarde en haar waardigheid; 7. en om hoopvol uit te zien naar dien dag, waarop een herstelde Her vormde Kerk van Nederland weer „Moeder" kan zijn, die alle Christus- belijders aan haar schoot vereenigt. Door opstaan gaf de vergadering haar in stemming met deze boodschap te kennen. Unaniem verrezen de aanwezigen van hun zitplaatsen om aan deze boodschap hun goed keuring te hechten, zoodat de Voorzitter te recht van een overweldigende meerderheid mocht spreken. Nadat gezongen was „Halleluja eeuwig dank en eere" ging Dr Evenhuis voo; dankgebed. Tijdens de rede van Prof. Dr. Th. L. Haitjema ter opening van de 5de alge meene vergadering van 't Ned. Verbond tot Kerkherstel, waarin de Afscheiding werd herdacht. EOFFELRIJMEN. De Chr. Bond Uit een brief heb ik geleerd Dat gij in een schandelijke Achterlijke staat verkeert. Gij, die zóó goed op de hoogte Van de eischen van de tijd, Aan de recht getrokken scheiding Dagelijks uw aandacht wijdt, Gij, die toont in heel uw houding Dat ge weet waar ge moet staan, Strompelt organisatorisch Ongelukkig achteraan! 'k Durf het ledental niet zeggen Dat uw jonge vakbond telt. Waarom heb je je niet haastig Voor het lidmaatschap gemeld Man- en vrouwelijke kappers, Waarom houdt ge permanent Van uvj eigen bond de oogen Zoo halsstarrig afgewend? Gij, die anderen bedienend Zoo correct uw plichten weet, Gij bedient uzelf armzalig Als ge zoo uw plicht vergeet. Wasch je handen niet in onschuld!, Geef jezelf een frissche douche! Ruk jezelf (en ruk een ander) Uit de dommel, uit de roes! Laat den boer niet voor je dorschen! Zélf de handen uit de mouw, Dat is eisch van kameraadschap, Eerlijkheid en goede trouw Als je vak-organisatie Wat wil zijn in deze tijd Moet je krachtig samenwerken, Allen,' zonder onderscheid. (Nadruk verboden.) LEO LENS, Ds. C. HENGEVELD Morgen herdenkt Ds. C. Hen-geveld, em. predi kant te Blaricum, den dag waarop hij voor 55 jaar het predikambt tn de Ned. Herv. Kerk aanvaardde. Cornells Hengeveld werd 28 Mei 1852 te Ambt- Doetinchem geboren en ontving zijn opleiding aan het gymnasium aldaar en studeerde aan de Leid- sche Universiteit letteren en theologie. 7 Mei 1879 werd de jubilaris caodïdaat in Utrecht en 12 Oct. van dat jaar aanvaardde hij te Schore (Z.) het predikambt in de Ned. Herv. Kerk. Van 1881 tot 1889 stend hij te Rumpt en van 1889 tot 1892 te Aarlanderveen. Op 8 Aug, 1892 werd hij be noemd tot predikant in Ned. Oost-Indië. Hij stond achtereenvolgens te Mèester-Comelis, Pasoerc/ean, Malang, Makassar, Soerabaya en Soerakarta. In eerstgenoemde plaatsen ontplooide hij zijn volle kracht op het gebied van Kerk en Chr. School. In 1905 ontving hij opdracht van de Indische regee ring om als veldprediker mede te gaan naar Boni met de expeditionaire troepen. Op 3 Febr. 1912 vertrok Ds. Hengeveld in verband met zijn gezond heid met een spoed-certificaat naar Nederland. Ds. Hengeveld ontving 5 Dec. 1911 van de G. G. van Ned.-Indië op voordracht van het legerbestuur het eere tee ken met gesp (Boni-kruis). Hij vestigde zich metterwoon te Driebergen waar de vroegere gezondheid wederkeerde. In 1916 stelde hij zich wederom beroepbaar en 6 Aug. vani dat jaar bevestigde wijlen Ds. E. v. d. Berg van Sittard hem te Beek (L.) weer in het ambt. 10 Dec. 1922 vertrok hij naar O. en N. Gastel. Onder groote belangstelling vierde hij in 1929 zijn gouden ambtsjubileum en aan zijn huldiging deden de R-K. zoowel als de Prot. van O. en N. Gastel mede. Ds. Hengeveld ging kort daarna met emeritaat en ves tigde zich metterwoon te Blaricum. Ds. Hengeveld is 82 jaar. KERKGEBOUWEN Door een commissie van ledeo der Geref. Kerk te Vroomshoop en te Daarlerveen woonach tig is na verkregen machtiging een terrein aange kocht groot plm. 1600 M.2, om, met het oog op het plan om eerlang te komen tot kerkinstitueering te Daarlerveen, daarop een kerkgebouw te stichten. Het nieuwe kerkgebouw der Ned. Herv. Ge meente te O 1 d en z a a 1 zal op 28 Oct. a.s. in ge bruik worden genomen. Te Spijkenisse zal Donderdag 8 Nov. a.s. de gerestaureerde Ned. Herv. kerk in gebruik worden genomen. GIFTEN EN LEGATEN Door wijlen den heer J. N. Menko Hartogensis te Enschedé is aan de Diaconie der Ned. Herv. Gemeente aldaar f 1000 gelegateerd. Aan verschil lende plaatselijke en landelijke Israëlietische instel lingen zijn bedragen vermaakt tot een totaal van f 25.000. Boeken en Geschriften. WEEZENALMANAK. JAARGANG 64 Uitgave van Neerbosch' Uitgeverij te Neerbosch Neerbosch' Almanak is eenig in zijn soort. Hij bevat een schat van wetenswaardigheden en op de lange winteravonden kan hij uitne mend dienen om het gezin gezellig bezig te houden De almanak geeft allereerst een kalender jor het geheele jaar 1935, waarop men iede- ren dag de tijden van op- en ondergang van zon en maan kan aflezen. Voorts is er ruim te opengelaten voor het aanteekenen van ver jaardagen. En voor morgen en avond worden hoofdstukken aangegeven voor het Bijbel- Voorts vermeldt hij de voornaamste buiten- landsche muntwaarden, de Chr., R. K. en Isr. jstdagen, een tabel voor de Paaschdatums de jaren 19352000, posttarieven voor bin- n- en buitenland, titels voor onderscheiden personen en ambtsdragers, alle weekmarkten is land, de gemiddelde leeftijden van plan- en dieren, verklaring van enkele vreemde woorden en uitdrukkingen en verkortingen, een handleiding tot het plakken van rente zegels en een tuinkalender. Een bijzondere attractie is de praktische kalender, die ons heel gemakkelijk in staat stelt om te bereke nen, op welken dag een bepaalde datum in da jaren 17891980 viel of valt. Zoo wordt deze almanak een vraagbaak. _e in vele gevallen met succes kan worden geraadpleegd. Het mengelwerk biedt ons het 70e jaar verslag der weesinrichting en voorts literair zeer goed verzorgde lectuur, zoowel poëzie ais proza, die jong en oud bijzonder zal boeien en van uitnemende 6trekking is voor verstand en Wat een werk is er aan ten koste gelegd, -.n dezen almanak zoo volledig en prettig mo gelijk te maken. En zwarte en gekleurde il lustraties geven aan den almanak een bijzon der artistiek karakter, zoodat naar inhoud en vorm deze almanak een prachtstukje mag worden genoemd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1934 | | pagina 5