dO)i rei De Afscheiding herdacht BINNENLAND. Nuttie's Vader WOENSDAG 10 OCTOBER 1934 DERDE BLAD PAG. 9 In de algemeene ledenvergadering van het Ned. Herv. Verbond tot Kerkherstel 'Referaat van Ds. N. van der Snoek In de heden te Utrecht gehouden 5e alge- meene vergadering van het Ned. Herv. Ver bond tot Kerkherstel refereerde Ds N. v a n der Snoek, van Veenendaal, over het on derwerp; De Afscheiding in haar recht en onrecht. Er kwam in het begin van de vorige eeuw, aldus spr., een lcvenvervvckkende stroom tegen de rationalistische leer, die zich ook in het Reveil openbaarde. Wat de beweging der Afscheiding betreft, werd deze reactie niet gevoed door de leer van het verbond der genade, maar door een eenzij dige verkiezingsleer, zooals deze gekoesterd werd in de conventikels en door vele oefo- ninghouders. In de Afscheiding zien wij een poging der Kerk om zich aan do knellende band der Synodale organisaties te ontwor stelen. Die poging werd echter niet gedragen door een zuiver reformatorisch beginsel. Het eerste dat tot het conflict leidde was het doopen van kinderen uit andere gemeen ten. waartoe Ds do Cock overging, niette genstaande de waarschuwing van Ds Scholte en Ds Molenaar. Dat de Bediening des Woords te Ulrum haar vleugelen ging uitbreiden over gedeel ten van andere gemeenten, moest een „echt kerkelijk man" niet in orde vinden, meent spr. Ook het toelaten van catechisanten uit andere gemeenten was niet juist, t Was daar een vrije preekstoel, een vrije catechi- seerkamer en een vrije avondmaalsdisch. Een vrij doopvont wilde Ds Scholte nog niet. Anders behoefde men zich niet te storen aan het instituut van welke andere plaatse lijke gemeente ook! Maar over het doopen schreef de predikant van Doeveren, dat, zoo lang het doopsformulier ongeschonden bleef de kinderen in eigen gemeente behoorden gedoopt te worden. Maar waarom zoo ook niet gehandeld bij het H. Avondmaal? Een gelukkige inkonsekwentie! Ds de Cock wilde zich ook niet laten leiden door Calvijn, die, zooals Dr A. Rutgers van de Breede hem schreef, in zijn Institutie zegt, dat aan de waardigheid van den heiligen Doop niets wordt toegevoegd of ontnamen door dc hoe danigheid des bedienaars. Opvallend is, dal men zich verscholen heeft achter den regle mentenbundel om af te wijken van de „Her vormde leer" aangaande den doop. Toen stond er nl. nog geen wetsartikel in over het doopen van kinderen uit andere gemeenten, 't Is precies als wanneer iemand zegt: ,,'t Is reglementair niet verboden dat ik doop in „geloof, hoop en liefde". Dan doe ik het ook maar". Dit doopen van kinderen is in ieder geval geen reformatorisch handelen geweest, zegt spr. Het kerkelijk proces laat voorts een on verkwikkelijke strijd zien. Van het „dienen van elkander in de liefde" was weinig te bespeuren. De Kerk heeft hierin veel schuld, 't Is onbillijk, dat Ds de Coclc geschorst is mede om het schrijven van het boekje: „De schaapskooi van Christus aangetast door twee wolven". Hij was er toe geprikkeld. Hij had minstens evenveel recht om de Gerefor meerde leer te verdedigen als die twee libe raal gezinde dominees het recht hadden Ds de Coclc bedektelijlc te bestoken. Had de Ul- rumsche leeraar zich onthouden van een bijna .scheldende manier van schrijven, zijn geschrift kon op één lijn gezet met wat Da Costa en Groen over de geest van hun tijd schreven. Het Classicaal Bestuur, dat zijn vergadering onvoltallig was en blijkbaar zeer veel haast had in zijn besluiten, had zich aan de kwestie van den Doop moeten houden, zich boven het andere verheffend. Dat het Provinciaal Kerkbestuur het schor singsbesluit verzwaarde, was ook niet in orde. (Mr D. van Hogendorp in Dr Keizers boek, bl. 357). De geschorste predikant deed daarna iets, dat „geen gelukkige greep" ge noemd wordt, nl. dat hij een boekje over de Evangelische gezangen, dat in stijl en argu mentatie laag stond, in bescherming nam en het uitgaf. Waarvoor was dat nu noodig!. „Door zich op zaken te werpen die aan den omtrek liggen van het kerkelijk erf, bleef de strijd ver verwijderd van het hart der ves ting". (Ds Woelderink). Nu was De CockY lot beslist. Om dat boekje werd hij afgezet. Eveneens bnbillijk, om op genoemde grond iemand de allerzwaarste straf op te leggen. Ds de Coclc ging in appèl bij de Synode, die een mildere uitspraak deed, door de onmiddellijke afzet ting af te keuren. Ds de Cock kreeg een half jaar om berouw te bewijzen. Zulk een be sluit kunnen wij toch ook niet bewonderen. Niets verheffends lag in deze handeling van het hoogste kerkbestuur. De loop van 't pro ces is niet afgewacht 't Zou Ds de Cock ook niet veel goeds gebracht hebben. De Afschei ding is verhaast door wat in Ulrums kerk plaats vond. Ds Scholte preekte, aldus ging spr. voort, tegen den uitdrukkelijken wil van den con sulent den lOden Oct. des Vrijdagsavonds te Ulrum. Van opruiende taal heeft hij zich niet kunnen onthouden. De consulent kon niet anders dan het harhaalde verzoek van Ds Scholte weigeren om des Zondags te mo gen preelcen. Als men nu hieruit conclu deert, dat de prediking van Gods Woord ver boden werd, zet men de zaak toch wel erg scheef. Nimmer is aan Ds Scholte of aan Ds de Coclc verboden het Woord Gods te pre- digen. Niemand viel er Ds de Cock moeilijk over dat hij de gezangen niet liet zingen. Maar wel werd verboden opruiende rede voeringen te houden, waarin Gods verdoe menis werd uitgesproken over het opvolgen van verordeningen der Kerlc, die ook Ds Scholte beloofd had te zullen gehoorzamen- De Afscheiding heeft toen binnen twee dagen haar beslag gekregen, 't Is wel te begrijpen, dat eenvoudige gemeenteleden het zich niet anders konden voorstellen, dan dat de Waar heid van den kansel verbannen werd. In de Acte van Afscheiding ligt iets uitgesproken, dat ons moét aantrekken, 't Gaat daarin om het Evangelie en om de begeerte, dat dc Kerk des I-Ieeren den Naam des Heeren zal belijden. Zij is honderdmaal mooier dan al het geschrijf van het Classicaal, Provinciaal Synodaal bestuur, 't Hart van Gods volk klopt er in. En toch, zegt spr., is deze zelfde Acte door en door onwaar, omdat aan de Kerk verwe ten is dat waarvan haar organisatie do schuld heeft. Zoo kwam men er toe de Kerk _,eene valsche" te noemen. Een valsche Kerk is een totaal verleugende. „Onze vaderen" zouden er niet aan gedacht hebben de Room- sche Kerk een valsche te verklaren, als in haar midden het Woord Gods vrij gepredikt mocht worden en de Sacramenten bediend naar de instelling van Christus, zooals het toen in de Ned. Herv. Kerk was, met haar nog talrijke getrouwe Evangeliedienaren, die niet met de afscheiding wilden meegaan. De Actie had moeten aantoonen dat de re- gecring der Kerk het wezen der Kerk had aangetast door haar belijdenis te schenden. Heeft de kerkeraad van Ulrum door te spre ken van de „valsche kerk" eigen plaatselijke gemeente geheel uit het oog verloren? Daai ging het toch alles best, totdat Ds de Cock separatistische daden ging verrichten (doo pen). Een „valsche kerk"! Dat is een ontzet tend oordeel. Daarvan keert men zich af als de BaiildiensL Zij is een en al smaad Christus onzen Heere. Luther zal er niet aan gedacht hebben een acte op te stellen met een lijst van duizend handteekeningen, die hij wel had kunnen krijgen, om die aan den Paus te sturen! Onze vaderen keerden de Roomsche Kerk den rug toe, en daarmee uit. Toen de reformatie van de zestiende eeuw had plaats gevonden, kon die Room sche kerk 52 jaren daarna weer niet tot re formatie komen. Dat was in 1517 afgeloopen! Als God nog Zijn volk in de Roomsche kerk had, moesten zij zich in den weg der bekee ring tot de ware kerk voegen. Maar al waren er dan ook nog duizenden uitgegaan, dan was dat geen „reformatie" meei*. Doordat men toch zulk een uitgang weer betitelen zou met het woord „reformatie", zou men zeggen, dat in de Roomsche kerk na d formatie van 1517 nog een „ware kerk" was. De mannen van '86, die het woord „reforma tie" gaarne schrijven ook op hun beweging, halen in hun feestvreugde toch wel een dik lco streep door de Acte van Afscheiding van '34. Zeer lichtvaardig heeft men het woord „valsche kerk" gebruikt, om dan ook gemak kelijk eigen beweging te sieren met de naam „reformatie". Ongetwijfeld, zegt spr., is onze strijd door de Afscheiding verzwaard, 't Kerk bewustzijn is jammerlijk verslapt en troeheld. Zij er bij allen die de Waarheid liefhebben schuldgevoel, die tot vereeniging leidt De onlusten te Barcelona Geen Nederlanders onder de slachtoffers Van den Nederlandschen coosul-generaal te Bar celona is aan het departemeat van buitenlandsche zaken bericht ontvangen dat de onlusten aldaar onder de Nederlanders in die stad woonachtig geen slachtoffers hebben geëischt. De kunstzijdefabriek, welke onder haar personeel vele Nederlanders telt. werkt door; het verkeer is hersteld. zijn er weer VEERTIG JAAR STATISTIEK Het Amsterdamsche Bureau bestaat veertig jaar Een belangrijke instelling in het maatschappelijk leven Vandaag is het veertig jaar geleden, dat het Bureau van Statistiek der Gemeente Amsterdam zijn werk aan ving. Het dankte zijn ontstaan eigen aardige omstandigheid in deze tijden van groote werkloosheid aan de bijzondere werkloosheid, die in 1894 heerschte en waarvan men aard en omvang niet voldoende kende. Op het voorbeeld van buitenlandsche groote steden werd toen op voorstel van een raadscommissie, die had te onderzoe ken, wat ter vermindering dier werk loosheid was te doen, een statistisch bureau opgericht om niet alleen statis tische gegevens over dit maatschappe lijk euvel, maar „al die locale feite lijke gegevens te verzamelen, wier ken nis voor een juiste beoordeeling van economische toestanden noodwendig Het werk var een dergelijk bureau is over het algemeen van drieërlei aard: verzame len en publiceeren van cijfermateriaal, dat bij de administratie van overheid en parti culiere instellingen als van zelf ontstaat (voor een gemeente b.v. huwelijken, geboor te, sterfte, gas- en electriciteitsverbri aan gekomen schepen, leerlin -en der scholen verzamelen, bewerken en publi ceeren van nieuwe gegevens, die er zonder een bureau niet zouden komen (b.v. ver keersongevallen, arbeidersbudgets, telling •crkloozcn, enz. en?.); geven van in formaties aan ieder, die cijfers noodig heeft Het Bureau pakte dit werk direct krachtig aan en begon met cij'ors bijeen te brengen, die er reeds waren en deze op te nemen in het Statistisch Maandbericht. Voorts werd een Sta tistisch Jaar boek samengesteld, waai»an de eerste jaargang liep over 1895 en voorafgaand' jaren en dat thans wegens de bezuiniging slechts om de twee jaar verschijnt. Van 1897 tot 1921 werden de gegevens, waarvan het noodig was ze wekelijks te ken nen (geboorte, sterfte naar de doodsoorzaak scheepvaart) in een Statistisch W ek- berichl oneonomen, da' sedert dien mede wegens bezuiniging beperkt is tot een ki ntenhericht. Eindelijk is een aantal jaren een Statis tisch Zakboekje verschenen, dat all beschikbare Hi fors ir. '-ort bestek bevatte, doch mede onder de bezuiniging is bezwe aast hpeft het Rnrpan op uitgebreide schaal wetenschappelijk werk verricht door voor nieuwe gegevens ten dienste van de bevolkings-statistiek te zorgen. Verder werd gezorgd voor een geregelde uitvoerige statistiek van de inkomsfcnbelas ting, waarvan de gegevens vppds sedert 18 j in overzicht waren verschenen. Daardoor ren 65-tnl jaren de ontwikkeling de inkomens der Amsterdamsche bevolking n hoogte bekend. Ook een uitvoerig* armenzorgstatistiek verscheen reeds vroe ger. terwül aan het onderwin en de restil taten daarvan veel aandacht werd gewijd. Later'kwam de econ'omischê statistiek op den voorgrond.. Een onderwerp, dat in de laatste jaren veel aandacht van het Bureau heeft gevergd, is het verkeer. Toen het aantal verkeersongevallen veront rustend begon te worden, werd in samenwerking met de verkeerspolitie een statistiek daarvan ingericht, die geleidelijk werd uitgebreid en in de andere groote steden en daarna ook bij het Centraal Bureau voor de Sta tistiek voor het geheele land navolging vond. Zij is van groot belang geworden bij de beoordeeling van regelingen van het verkeer. Na de oprichting van Statistische Bureau'; in Rotterdam, 's-Gravenhag* en Utrecht heeft zich in de latere jaren een streven ontwikkeld naar uniformiteit in de wijze, waarop die Bureau's, naast het Ams' wdam- sche, gegevens verzamelen en bewerken Een belangrijke werkzaamheid van het Bureau is het verstrpkken van in ties. Geen dag gaat voorbij of het heeft zoowel aan buitenlandsche bureau's, con suls of particulieren als aan autoriteiten, geleerden, handelslieden, studeerenden en anderen in ons land cijfers te verstrekken op alle mocre'iike gebie'on en dikwijl ook onmogelijke, want helaas moet de statistiek nog dikwijls het antwoord schul dig blijven, en hun beteekenis in het licht te stellen. Zoo verschaft het aan het Inter nationaal Arbeidsbureau te Genève geld m riaal over loonen, prijzen en kos ten van het levensonderhoud. Het Bureau van Statis'iek heeft zich steeds beijverd de gebeurtenissen en de wij zigingen in het maatschapp lijk leven te Amsterdam te volgen en het wetenswaardige daaromtrent, voor zoover het in getallen kan worden uitgedrukt, op te nemen en zoo- danigen vorm te brengen, '>?t voor we tenschap, administratie en belangstellenden nut kan opleveren. De spelling van de Staatscourant Van regeeringswege is aan de hoofden van rijksdiensten en -bedrijven meegedeeld, dat aanbieding van een in de spclling-Mar- chant geschreven stuk aan de Nederland- sche Staatscourant de vraag heeft doen rij- i. of kan worden toegestaan, dat dit or gaan en in het algemeen in van de regee ring uitgaande stukken verschillende spel lingen worden gebruikt. De ministerraad heeft thans beslist, dat in alle ambtelijke stukken, rechtstreeks van de regeering of van de rijksdiensten uit gaande, de tot nu toe gebruikelijke spelling- De Vries en Te Winkel zal worden gehand haafd. Wanneer het noodig is, in officieele or ganen of brieven stukken op te nemen, die niet tot de rijksdiensten behooren, kunnen deze worden geplaatst in de spelling, waar in zij geschreven zijn. Wat betreft te houden dienstexamens zal evenals voor andere examens is voorgeschre de spelling-Marchant moeten worden gebruikt, met dien verstande evenwel, dat tot 1 Januari 1936 vrijheid wordt gelaten, ool< dc spelling-De Vries en Te Winkel te ge bruiken. Dit is wel een eenigszins wonderlijk be richt. Voor examens die iemand tot de Staats dienst toelaten, hoeft hij de spelregels De Vries en Te Winkel niet te kennen, maar gauw als hij z'n benoeming heeft en voor de Slaat z'n pen op papier zet, moet hij ze wel kennen. Men kan er echter ook een bewijs in dat op de departementen ermee gerekend wordt, dat er een tijd komt, dat men op de gewijzigde spelling moet overgaan. Het zou dan een klein bresje zijn in de muur, die blijkbaar nu nog tegenover de vereenvoudi ging staat. Weer een dagblad Bij de verschillende dagbladen, die op de spelling-Marchant zijn overgegaan, heeft zich iu ook nog de (r.k.) Volkskrant ge- oegd. Deze voert de nieuwe regels met 1 Januari in. Langzaam maar zeker verliezen De Vries en Te Winkel terrein. RUBRIEK^, Utrecht en de Spelling Wat Minister Marchant ervan zegt In het interview dal de Msb. met minister Marchant had, kwam ook de houding van het college van B. en W. van Utrecht ter sprake. Toen hem gevraagd werd, wat hij tegen het verzet van de gemeentebesturen van Utrecht en Arnhem zal doen, antwoord de de minister: „Ik ben 't eens met Dr. Jos de Boer, rector in het katholieke meisjes-lyceum te 's-Gra- venhage. Deze schrijft in „Het Gezin", or gaan van den katholieken bond van groote gezinnen, dat ook de nieuwe schrijfwijze volgt: „Een houding als van het Utrechtse gemeentebestuur, dat invoering op de scho len verbiedt, is meer schijnbaar flink dan in het belang van de leerlingen te achten. Deze houding lijkt bedenkelijk op een sabotage 'vap het taalonderwijs, waartegen de Minister ook wel zal trachten zijn maatregelen te ne men. Hoe eerder er nu eenheid kome, hoe beter. Willen de ouderen vasthouden aan wat hun geleerd is, men kan het hun niet euvel duiden. Maar laten zij het de jongeren door ontactisch verzet, niet nodeloos moei lijk maken. Deze jonge generatiehaar wachten nog andere moeilijkheden, waar voor zij de ouderen reeds verantwoordelijk „Ik heb aan deze woorden alleen toe te voegen, dat het, waar maatregelen nood zakelijk zijn, bij „trachten" niet zal blijven" DONDERDAG 11 OCTOBER HUIZEN 1875 M. KJR.O. 8.00—10.00 Morgenconcert. NED CHR. PAD*'V,"T~"P.ENIGING 10.00—12.00 Uitzending van de Morgenver- gaderinp tot herdenking van de Afscheiding van 1834. in de groote zaal van „Tivoii". te Utrecht. 1 Opening door den voorzitter van het Comité, Z-Ex. Dr. H. Colijn, die verder ook de samenkomsten van deze dag zal leiden. Gezongen wordt: Ps. 80 9 en 11 op de wijze van Ps. 105. 2 Rede door Prof. Dr. K. Schilder: „Beginsel, recht en betee kenis der Afscheiding". 12.00—12.15 n.m. Politieberichten. 12.15—1.30 n.m, N.C.R.V.-Harmonie-orkest, o.l.v. Piet v. d. Hurk 1.30—5.00 n.m. Uitzending van de Middag vergadering tot herdenking van de Afschei ding van 1834 ,in de groote zaal van „Ti voii", te Utrecht. 1 Rede van Z.Ex. Dr. H. Colijn over het onderwerp: „De Afschei ding en het nationale leven". 2 Toespraak van Prof. Dr. J. Ridderbos namens de Hoogleeraren van de Theologische School, Kampen. 3 Toespraak van Prof. Dr. G. Ch. Aalders, namens de Hoogleeraren van de Theologische faculteit der V. U. 4 Toe spraak Ds. I. van Dellen, afgevaardigde van de Chr. Geref. Kerk in Noord-Amerika. 5. Voorlezing van een schrijven van de Ge reformeerde Kerk in Zuid-Afrika. 6 Toe spraak van Prof. Dr. A. Noordtzij namens de familie van Ds. Hendrik de Cock. 7 Slot woord door den Voorzitter. 8 Sluiting. 5.00—5.30 n.m. Cursus handenarbeid voor onze jeugd door H. J. Steinvoort: „Een por tretlijstje". 5.30—6.30 n.m. Russisch piano-recital door Hugo van Dalen. 6.30—7.00 n.m. B. J. Amesz: „25 jaar Jeugd- arbeid in het Leger des Heils". 7.00—7.15 n.m. Politieberichten. 7.15—7.30 n.m. Gramofoonmuziek, of „Een greep uit het dagelijksch gebeuren". 7.30—8.00 n.m. Weekoverzicht: „Wat er op de wereld gebeurt", door Corn. A. Crèyé. 8.00—9 00 n.m. Het N.C.R.V.-Klein-orkest oJ.v. Piet v. d. Hurk. 9.00—9.30 n.m. Ouderuurtje. L. W. J. v. Hasselt: „Zielezorg". 9.30-9.40 n.m. Vaz Dias. 9.40—10.40 n.m. De Chr. Zangvereeniging „Jehaleël", te Amsterdam. M.m.v. het N C. R.V. Klein-orkest o.l.v. Piet v. d. Hurk. Het geheel o.l.v. W. v. Laar. Orgel- en piano begeleiding: Willem L. Doortmont. 10.4011.45 n.m. Gramofoonmuziek. HILVERSUM 301.5 M. A.V.R.O. 8-01—10.00 Gramofoonmuziek. 10.01 10.15 Morgenwijding. 10.1510.30 Gramofoonmuziek. 10 30—11.00 Ochtendconcert door het eo- semble Rentmeester. 11.00—11.15 Voordracht door Willem Hun- sche. De angsten van de douarière, humo reske, F. de Sinclair. 11.15—11.45 n.m. Eosemble Rentmeester. 11.45—12.00 Voordracht door Willem Hun- sche. „Gelijke Monnikenhumoreske, F. de Sinclair. 12.01—2.00 D.m. Lunchconcert door „De Minstreels". 2.00—230 n.m. Gramofoonmuziek. de Leeuw van Rees. Ie les 2.30—3.00 o.m. Vioolrecital door Boris Lensky. A. d. vleugel: Egbert Veen. 3.00—3.45 n.m. Naaicursus door mevr. Ida 4.00—4.30 n.m. Mevr. Antoinette van Dijk spreekt voor zieken en ouden van dagen. 4.30—4 45 n.m. Gramofoonmuziek. 4,45—5.30 n.m. Radiotooneel voor grootere kinderen. I. Studio-opvoering van „De Scheepsjongens van Bontekoe": hoorspel in 12 tafereelen naar het boek van Johan Fa- bricius. door Cor Hermus. Spelleiding: Kom mer Kleijn. 5.30—6.30 n.m. Vooravondconcert door het Omroeporkest o.l.v. Nico Treep. 6.30—7.00 n.m. Sportpraatje door H. Hol lander. 7.00—7.30 n.m. Het Omroeporkest. 7.30—8.00 n.m. Engelsche les voor gevorder den door Fred Fry. Ie les. (Deze les wordt herhaald op 18 en 25 October 1934). 8.01—8.05 n.m. Vaz Dias. 8.05—8.15 n.m. Gramofoonmuziek. 8.15—±10.30 n.m. Concertgebouw. Amster dam. Abonnementsconcert door het Con certgebouworkest o.l.v. Bruno Walter. So list: Serge Prokofieff, piano. 10.30—11.00 n.m. Gramofoonmuziek. 11.00—11.10 nm. Vaz Dias. 11.10 n.m.—12.00 Carlton Hotel, Amster dam. Het Orkest van Dinteren. BUITENLAND Brussel (Vlaamsch): 11.50 Carillonconcert door Jef Denijn 8.20 n.m. Gala-concert. O.m. Dennen-symphonie vao Meulemans. Boekarest: 6.50 n.m. „Die Walküre" van Wagner (gr.pl.). Kalundborg: 7.30 n.m. Symphonie-ccocert o.l.v. Prof. Nikolai Malko. London Reg.: 7.50 n.m. Symphcxiie-concerL Oslo: 7.50 n.m. Symphonie-concert. (Wag ner. Beethoven). Warschau: 7.55 n.m. „De Barbier van Se- villa", opera van Rossini. Rome: 8.05 n.m. Concert. (Bach, Weber, Droitwich: 8.20 n.m. ..Autumn Manoeuvre" („Herbstmanöver") van Kalman. Weenen: 8.35 n.m. Onbekende Bruckner- Scottish Reg.: 8.50 n.m. „Rob Roy", luister spel naar Walter Scott's roman. Vrijgestelden en Volksvertegenwoordiging Adres der A.C.O.P. Het moderne comité ter behartigiDg van de alge meene belangen van overheidspersoneel (A.C.O.P.) heeft een adres aan de Tweede Kamer gericht over het wetsontwerp tot wijziging en aanvulling van de kieswet, de provinciale wet en de gemeentewet. Adressant wijst er op. dat de „vrijgestelden" in raden en staten zitting hebben voor een bepaalde De brandstoffenbijslag voor de werkloozen Is nog niet gereed! Naar aanleiding van een persbericht, volgens hetwelk aan het departement van sociale zaken een regeling is voorbereid voor een verstrekking van brandstoffenbijslag aan werkloozen in den komen den winter, welke regeling hoogstwaarschijnlijk 1 November zou ingaan en een bijslag van ten hoog ste een gulden per week zou bevatten, is ons te bevoegder plaatse verklaard, dat deze regeling op dit oogeoblik nog in voorbereiding is en dat het onderzoek van eenige desbetreffende punten nog niet is geëindigd zoodat de minister nog geen be slissing heeft genomen en mededeelingen omtrent den inhoud der regeling als voorbarig moeten wor den beschouwd. politieke partij en alleen aan die partij, binnen de grenzen der democratie, verantwoording schuldig zijn. Zij staan niet meer dan aDderco bloot aan de verleiding om groepsbelangen te stellen boven het algemeen belang. Adressant vestigt er nog de aandacht op. dat bet streven der organisaties van overheidspersoneel er steeds op gericht is geweest, het zwaartepunt van de behartiging der personeelszaken te verleggen van raden en staten naar het georganiseerd overleg, waardoor in deze vertegenwoordigende lichamen daarover niet meer in onderdcelen behoeft te wor den beraadslaagd. Mijnheer Pimpelman s gaat paardje rijden door G. Th. ROTMAN 77. Mijnheer Pimpelmans, wiens mollige wangen looi* de heete purée half gekookt vva ren, steeg even later zuchtend weer te paard. „Er moet iets op gevonden worden!" m pelde hij onder 't voortrijden, want zóó kan ik niet aan 't diner ver. chijnen!" Wacht, daar zag hij 'wee struische boerenmaagden. die een kleed stond uit de kloppen. „Hola!" riep hij, „kloppen jullie mijn jasje even uit, 78. „In orde meneer, kom er maar af!" luidde het wil willende bescheid. Maar toen hij zijn jas uittiok. kwam meneer Pimpel mans tot de conclusie, dat zijn broek óók een beurt moest hebben want die zat nog dik onder de kalk. En die kon hij toch zoomaar niet uittrekken: neen dat ging niet. „Dan zei je op je ouwen dag nog eens over de knie moeten meneer!", zei Sientje, de dikste van de twee. (Wordt Vrijdag vervolgd) Gebruikt in Uw soepen HONIG's BOUILLONBLOKJES 6 voor 10cent FEUILLETON UIT HET ENGELSCH VAN CHARLOTTE M. YONGE (54 Het was niet te ontkennen dat hij zachter gestemd was, en dart, hij wat in zijn voordeel veranderd was gedurende het anderhalf jaar dat zijn vrouw bij hem geweest was. Zoo hij er al geen schrede door vooruit was gegaan, was hij er toch door bewaard ivoor achteruitgang. Hij was even zelfzuch tig en vadsig als vroeger, maar hij maakte wat minder pret en had zich teruggetrokken yan zijn minst gewenschte vrienden, zoodat er hoop bestond, dait zijn gezondheid *.ich nu goed zou houden, vooral als Gregoric, weggestuurd werd. De knecht had gemerkt wat ei tegen hera gaande was en al rekende hij op de traagheid van zijn meester en eigen onmisbaarheid, toch wist hij dat do eersi de beste beleediging zijn val wellic it zou tewerken en zorgde dus dat er niets op hem te zeggen viel. Daardoor was Nuttie's taak dus misschien wel iets gemakkelijker geworden; maar he! arm-1 meisje voelde zich onuitsprekelijk ye'laten, toen zij geheel alleen aan 'iet ontbijt zat en de post zelfs geen brief bracht om haar eenige afleiding te geven, cn dat werd nog erger toen zij. na afloop van haar schikkingen met de huishoudster, die, ge lukkig yoor liaarj een goede, bekwame vrouw was en diep medelijden met haar had, moest bedenken wat zij in die sombere, zaal zou doen gedurende het uur, dat zij altijd het zekerste was geweest van het dienbaar gezelschap harer zusterlijke moe der. Wat had zij dikwijls gebromd als zij aangezet werd om duetten te studeeren om haar vader 's avonds in slaap te zingen! /ij vond dat zij iets bij de hand moest nemen en begon de muziek na te kijken en te schik ken met een soort van tegenzin tegen alles wat haar herinnerde aan die dagen van ontevredenheid, die zij nu zoo gaarne terug zou geroepen hebben. Alles was in de war zooals Blanche en May het den laatsten keer dat zij er speelden, gelaten hadden; het nakijken en op zij leggen van de stukken die zij nooit alleen zou kunnen gebruiken, hield haar bezig tot Gregorio onderdanig en beleefd met de boodschap kwam, dat mijnheer Egremont wilde dat zij in zijn kamer kwam. Met vrees en tegenzin, maar toch met medelijden en een vast besluit legde zij dien weg af. Daar zat hij in zijn chambercloak, met een calotie op het hoofd en zijn blauwe bril op, terwijl de heerlijke Februari-zon- neschijn zorgvuldig buiten werd gesloten. Hij zag er slechter en bleeker uit dan toen zij hem 's avonds aan het diner in deftig toilet gezien had. en haar medelijden ver.1 nog grooter, vooral toen hij haar niet all jeu de hand toestak maar scheen e verwachten dat zij hem zou kussen, iets dat zij sedert hun eerste kennismaking niet gedaan bad. Het was op zichzelf niet aangenaam, maar het beteekende volle vergiffenis; ook had hii sedert haar droevig thuis-komen in 't geheel niet op zijn minachtenden, ergerlijken toon tot haar gesproken. „Hebt gij dea kleinen jongen gezien?" vroeg hij. „Ja, zij wandelen met hem op en neer aan den zuidkant van het huis" zei Nuttie dankbaar dat zij onder al de doeken gekeken had, waaronder hij door de gang werd dragen. „1-Ioor ecnsl Ik zou wel willen dat gij mij dezen brief voorlaast. Voor zulk schrift ver dient iemand de gevangenis!" Het was wezenlijk duidelijk, hoewel fijn geschreven schrift; maar, zooals Nuitio opmerkte, wilde haar vader liever niet erkennen hoe slecht zijn oogen waren. Hij kon beter schrijven dan lezen, maar toch hield hij haar de rest van den morgen aan den gang met zijn correspondentie; hij Kot haar eenige brieven van rouwbeklag uit haar eigen naam beantwoorden, brieven over zaken schrijven en die welke hij zelf met moeite op 't papier bracht, opvouwen en adresseeren. Haar aangeboren vlugheid kwam haar goed te pas, en hoewel zij wel wat zenuwachtig was, deed zij haar uiterste best en daardoor zelden iets verkeerds; slechts eenmaal moest zij een uitroep van ongeduld over haar domheid en traagheid hooren. Zij vermoedde met recht dat deze toe gevendheid een gevolg was van den ver zachtenden invloed harer moeder, en zij vermoedde niet dat er bij de andere beweeg redenen een zekere vrees voor haar :e!f kwam. Haar vader was gewoon geworden aan vrouwelijke hulp en had ze noodig voor zijn dierbaren kleinen erfgenaam* hij kei.d° zijn dochter bovendien als eer. gestreng beoordcelaar en wilde haar lievv niet tegen zich innemen en haar diensten missen. De harmonie was dus vrij goed; zij bleef het luncheon met hem gebruiken «n onderwijl kwam men vragen of het rijtuig ook vo.»r moest komen; daar er een en ander oor de kinderkamer noodig was en de rouw-enve- loppes ook bijna op waren, was dit een ge schikte aanleiding om naar het stadje te rijden. Daarna las Nuttie haar vader in slaap met de courant; liep in sehemer-avond even in den tuin om haar jonge been en eens goed te bewegen; trachtte een beetje te lezen, kleedde zich en dineerde met haar papa, las hem verder de courant voor, bood hem toen aan muziek te maken en kreeg tot antwoord: „als 't u belieft" en overpeins de onder het spelen of dit 'nu voortaan hnnr leven zou zijn. Het scheen haar zeer een tonig en droevig, en welk nut had het? Maar toen kwamen haar de woerden harer moeder te binnen: „Heb hem lief!" Hoe I on zij die vervullen? Zij kon nu medelij'?n met hem hebben, maar o! hoe zou zij iemand kunnen liefhebben, voor wien zij terugdeinsde als zij dacht aan het ver woeste leven harer moeder? Mijnheer Dut ton had haar nieuwe plichten voorgesteld als een edele taak. Edel! Hardop een courant voor te lezen over jachtvermaken enz.. w;.or van zij niets begreep, eiken dag dat ver velende ritje te doen. zich te wi:den aan de zelfzuchtige eischen van oen afgeleefd los handig man. Was dit edel? Haar moeder had alles gedaan en het zelfs nooit e n kruis gevonden, omdat zij hem zoo inn.g lief had. Nuttie moest het dragen als hour kruis, als het haar plicht was: maar ynn het mogelijk zijn hem ooit lief te hebben en te eeren. al trachtte zij ook in waarheid er om te bidden? HOOFDSTUK V De Schotsche lachebek Nuttie vergiste zich niet toen zij veron derstelde dat zij aan dezen eersten dag /as hoe voortaan haar.leven zou zijn. ofschoon er na de eerste weken van rouw natuurüji. wel eenige variatie in kwam. De terugkomst van het gezin in de Pnsto rie gaf vee! vrooiijkheid en bevrijdde haar van de noodzakelijk om meer uan de helft van den middag en den avond bij haar vader te zitten als zij een woord wilde spi*« ken en eenige gezelligheid wilde hebben. Bijna iederen voormiddag had hij even wel haar hulp noodig: hij werd hoe langer hoe meer afhankelijker van haar, zoodat al haar schikkingen met het oog jp hem moos ten gemaakt worden. Het was een slaafs-'h leven, maar in werkelijkheid met zoo zwaar als zij venvacht zou hebben zoo men het haar eenige maanden geleden voorspeld had. In de eerste plaats eisrhte mijrher» Egremont nooit iets van haar dat bepaald tegen haar geweten streed, behalve een enkelen keer den Zondagavond-zang er aan te geven ten einde hem de courant voor te lezen, en dat alleen als hij zich minder wel gevoelde dan gewoonlijk. Als Fugelschn.&n van geboorte eisrhfe hij van rijn jeu? H-».» dochter niet om hem de boeker voor t» lezen, waarvan haar moeder ren af! ee had gehad. Paarenhoven gedoeg Gnvi t m zich goed, hij wist maar al te wel. dat ,1e familie tegen hem samenspande; zijn mees ter had hem zelfs in zekeren zin den diensl opgezegd, maar hij had volstrekt geen plan om er zich aan te storen, en daarom ont hield hij zich van elk ooort van overtreding,1 waardoor men weer vat op hem zou krijgen; aldus werd voor het oogenblik de leefrcgei va» Dr. Hammond goed nagekomen en er- toonde Mijnheer Egremont zien bijgevolg van de beste zijde; want onder het toez.cht zijner vrouw was de gevaarlijke gewoonte wel zooveel verzwakt dat zijn humeur on gemoedsstemming niet in 't oog loopend leden onder zijn onthouding. De eerste keer dat Nuttie zich genoodzaakt zag een bepaalde opoffering te doen aan den wil haars vader was met Paschen bij gelegenheid van Mark's huwelijk. Te Micklethwayte waren de zaken zeer naar zijn genoegen voor hem geschikt, ofschoon het Nuttie voorkwam dat zij slechts in de verte de zaken even hoorde aanroeren, ter wijl er toch gebeurtenissen voorvielen uie haar eenmaal de grootst mogelijke omwen telingen zouden toegeschenen hebben. Tante Ursula kwam goed cn wel thuis, maar haar verwachting van ziek te zuhen worden werd verwezenlijkt. Bij haar aan komst moest zij onmiddellijk nnar bed, of schoon zij weer opstond, had men red>*n te denken dat zij een lichten aanval van be roerte gehad had, want zoowel naar lichaam als naar geest wns zij zoo achteruit geg-.nn dat Mary Nugent h"ar in alles moest hel pen. Zich de gevolgen van de vorige o-.it- steMenis herinnerende. d««d M-> haar best om de fopet-od 7do eim-rig mogelijk voor te Stellen: en V-itic die rich nr.- primo- .;e over haar nnndeino»e peis van het vorige jaar hegreen op Pet e„h«e niet van en na1 ook niet near Mifkletiiwayte kunnen of willen gaan. (Wordt vervolgd)'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1934 | | pagina 9