Het historisch schot te Serajewo Neem 'n "AKKERTJE" VRIJDAG 29 JUNI 1934 De tengere koning van Siam wordt bij zijn aankomst te Kopenhagen door de rijzige koning van Denemarken ontvangen. Parijs-Vichy met 110 K.M. snelheid. De nieuwe trein, die op het traject Parijs-Vichy gaat rijden. Dit Treinstel kostte bijna 200.000 gulden. •of. Benjamins huldigt de verkeersagent Gort te Gronin- n, die na l1/» jaar ziekte op zijn post terugkeerde Het tragisch begin van de tragiek van vier jaren Schuldvragen, die nog onbeantwoord bleven Wie zich van het, sedert 191S tot wereld stad geworden Praag naar het slot Kono- pischt begeeft, volgt een weinig aantrekke- lijken weg. Even nadat in de verte de bosch- rijke omgeving van het slot zichtbaar wordt, komt hij langs het kleine stationnetje van Beneschau. Het was daar, dat op den och tend van 12 Juni 1914, pijnlijk precies gelijk de Duitsehe ex-Keizer placht te zijn, de trein stilhield, die den monarch naar Kono- pischt bracht voor een bezoek aan Aarts hertog Franz Ferdinand. Naar het heette gold dit bezoek, evenals (vorige, den rozentuin van den aartshertog. Maar admiraal von Tirpitz vergezelde den Keizer, en dit deed het bezoek aan den rozentuin een verhaaltje gelijken. Dat poli tieke besprekingen tussclien de beide vor sten hebben plaats gehad, staat vast. En dat deze over de Balkan gingen, eveneens. Of er ie Konopischt geheime bespre kingen hebben plaats gehad, de tijd genoot zal het niet zoo licht te weten komen. Onmiddellijk na den moord te Serajevo, maakte de Oostenrijksche minister van buitenlandsche zaken Berchtold van zijn bevoegdheden ge bruik om de papieren van den Aarts hertog zoowel op Konopischt als op Bellevue te Weenen te laten verzege len. om ze, ondanks alle protesten der kinderen, naar liet Staatsarchief te doen overbrengen, waar ze nog be rusten. De meest zonderlinge geruchten zijn dien tengevolge blijven loopen over de bespre kingen van Konopischt. Intusschen, tot het bezoek aan Serajevo •was reeds lang tevoren besloten. Reeds in liet najaar 1913 deelde veldmaarschalk Potiorek, stadhouder van Bosnië en Herze- gowina, aan den chef van den staf te Weenen, maarschalk Conrad, het plan van iden Aartshertog mede om manoeuvres met twee legerkorpsen te houden aan het einde van Juni 1914. Reeds dadelijk had Franz Ferdinand mededeeling gedaan van zijn nemen om zich door zijn morganatische gemalin te doen vergezellen. De manoeuvres, bepaald van 25 tot 27 Juni, hadden een eldtocht tegen Servië tot onderstelling; zij verden gevolgd door een officieel bezoek lan Serajevo op 28 Juni, ongelukkigerwijze ijnde den gedenkdag van den slag van Kossavo in 1389, gedeeltelijk dag van rouw, gedeeltelijk dag van feestvreugde voor Servië, dat in dien slag voor eeuwen zijn nationaal bestaan verloor. De waarschuwin gen, die van verschillende zijden werden vernomen, hadden de aandacht van den Aartshertog, die allesbehalve bevreesd, maait wel bijgeloovig was. Bij het vertrek uit Bobemen liep de'salon- wagen van het Aartshertogelijk paar warm. zoodat zij in een gewoon compartiment van het gevolg moesten plaats nemen; Franz Ferdinand vatte het dadelijk als een ongun stig voorteeken op. Toen zij van Weenen naar Triest vertrokken, ging het electrische licht uit, hetgeen den Aartshertog deed op merken: „men is hier als in een graf". Maar de manoeuvres verliepen uitstekend geen enkel incident stoorde den voortgang der militaire beweging. Reeds op 26 Juni bezocht het aartsherto gelijk paar op officieuse wijze Serajevo, deed inkoopen, en werd bijkans hartelijk door de geheele bevolking begroet. De Kei zer intusschen, vernemende, dat beiden zich gewoon tusschen het publiek hadden bewogen, was èn door de rol, die de mor ganatische gemalin daarbij speelde, èn door het gebrek aan ceremonieel blijkbaar zoo danig verstoord, dat hij vervroegd zich naar Ischil begaf. Aartshertog Franz Ferdinand was geen vijand van het Slavisch gedeelte van de Donau-monarchie. Integendeel, in Bohemen b.v. vestigde men hoop- Het insigne van de Servische patriotten met de inscriptie: „Voor de vrijheid in den dood? De vrijwilligers uit de Schoemadsja". volle verwachtigen op den troonopvol ger, die van de tweevoudige monar chie een drievoudige dacht te maken. Maar, als het waar is, hetgeen nog onlangs is gepubliceerd, dat Franz Ferdinand op het diner, dat de ma noeuvres op den avond van 27 Juni 1914 bekroonde, zou hebben gezegd: „Bosnië zal nooit het lot van Kroatië ondergaan, dat aan Hongaarsche wille keur is overgeleverd niettegenstaande de trouw der Kroaten de oproerige Magyarcn heeft helpen overwinnen", dan sluit dit geenszins in, dat men van den Servischen kant zijn plannen met instemming volgde. Intègendeel, men vreesde, dat zij de opslokking van Servië in de eventueele drievoudige monarchie tengevolge zouden kunnen hebben; dat zij in elk geval zouden verhinderen de ontplooiing van een groot Servisch rijk. Vandaar, dat na de annexatie van Bosnië en de Herze- gowina de oogen van al wat zich in Servië in deze richting bewoog, met weinig sympathie op Franz Ferdinand waren gevestigd. Velen waren dan ook bevreesd voor den volgenden dag. Ook de aartshertog scheen niet ge rust te zijn, daar hij op het laatste moment nog wijzigingen in zijn plan heeft overwogen, waarbij een bezoek aan Serajevo zou komen te vervallen. Hoet het zij, nadat men op 28 Juni in den vroegen ochtend de mis had bijgewoond, ging men van Ilidje, waar het hoofdkwar tier was gevestigd per trein naar Serajevo. Potiorick wachtte het gezelschap aan het station op, en in den eersten wagen nam hij met het aartshertogelijk paar plaats. Even na het in beweging zetten van de stoet werd door zekere Chabrinowich, typo graaf van beroep, een der zes of zeven samenzweerders getracht een bom naar het rijtuig van den Aartshertog te werpen. De bom was door Frans Ferdinand bemerkt, die haar met groote tegenwoordigheid van geest met de hand een andere richting had gegeven, waardoor zij op de kap van den auto kwam en vervolgens op den grond viel, waar zij ontplofte. De aartshertogin kreeg een splinter in het gelaat. De aartshertog bleef heel kalm. doch toen hij op het stadhuis kwam liet hij niet na den burgemeester toe te voegen: „Hoe zit dat burgemeester; men komt uw stad bezoeken en wordt met bommen ont vangen". De burgemeester was zoo onder den indruk, dat hij vergat zijn welkomst woord te wijzigen en de vooraf opgestelde rede uitsprak zonder meer. Men was overeengekomen het programma van den dag te wijzigen. De Aartshertog die vergeefs bij de Aarts hertogin er op aandrong, dat zij naar Ilidje zou terugkeeren, wenschte zijn gekwetsten adjudant te bezoeken, en men besloot langs een omweg daarheen te rijden. De politiecommissaris vergat in de ontsteltenis wat men had afgesproken; en in zijn auto, voorop rijdende, volgde hij den oorspronkelijk vastgestelden weg. Potiorek, die het bemerkte, zeide tegen den chauffeur van den tweeden wagen, waarin hij met het aartsher togelijk paar was gezeten, dat deze niet moest volgen; de chauffeur moest daartoe een manoeuvre uitvoeren, die de auto bijkans tot stilstand bracht, op jje arrestatie van Princip, dadelijk na de.n moord op het aartshertogelijk echtpaar het punt, waar juist het kleine restau rant gelegen was, dat Princip had gediend om er te wachten en er iets te gebruiken. Er was geen afzetting, er was geen politie; Princip had allen tijd rustig te mikken. Graaf Harrach had zich, bij afwezigheid van een escorte, op de treeplank gesteld ten einde den Aartshertog te beveiligen, rekening houdende met de waarschijn lijkheid dat op dezen het eerst zou worden geschoten. De situatie waarin de auto verkeerde maakte het echter anders, zoodat zijn beveiliging niets hielp. Princip loste drie schoten. Het scheen een oogenblik als was de aartshertogin on gedeerd en slechts de aartshertog geraakt, r het bleek ,dat zij onmiddellijk daarop den geest had gegeven. De aartshertog had nog den tijd om haar toe te voegen: „Sopherl niet sterven, bij onze kinderen blijven"; hij had de kracht om zijn gevolg de verzekering te geven, dat het niets was, aaar het bloed, dat hem uit den mond lood, bespatte reeds geheel den wagen. Met een geweldige snelheid reed de chauf feur achterwaarts, naar den konak, maar geen van beiden werd er levend binnen gedragen. De aanslag was gelukt; hoe zwaar deze op de wereld zou drukken, zou men eerst daarna ervaren. Princip bleek een lid, niet van de vereeniging Narodna Odbrana (Nationale verdediging), in 1908 na de annexatie ontstaan, maar van de veel ge vaarlijker, geheel in het geheim en met geheime middelen werkende organisatie: de zwarte hand, waarvan een Servisch offi cier de leiding had. Dat eenige leden van deze organisatie, vaai wier bestaan men in Oostenrijksche kringen op de hoogte was, reeds enkele dagen in Serajewo vertoefden, zonder dat de politie aldaar ze opmerkte geeft reden tot de vraag, of deze onachtzaamheid niet opzettelijk geschiedde. Zeker is het dat men den dag vart 28 Juni met vrees tegemoet zag. Het staat -vast, dat de Servische gezant to Weenen 'n Oostenrijksch minister heeft gewaarschuwd voor wat den Aartsher tog te Serajewo zou kunnen gebeuren. Maar dat de Servische regeering mede aansprakelijk moet gesteld worden, schijnt volgens onderzoekingen uitgesloten te zijn. Er zijn" verschillende onderstellingen in de zen. Een dat Keizer Wilhelm en Frans Fer dinand de oorlog met Servië wilden en dat de eerste bom aanslag een opzet van de aartshertog zelf zou zijn. Een tweede onder stelling is dat inderdaad te Konopischt een verdeeling ten gunste van den aartshertog heeft plaats gehad, en dat dit Oostenrijk sche en Hongaarsche patriotten zoodanig met afschuw zou hebben vervuld, dat zij tot den aanslag overgingen. Hoezeer echter Frans Ferdinand de Hongaren mocht ver foeien, hun spel heeft hij te Serajewo zeker niet aanwezig geacht, want nog na den eer sten aanslag heeft hij ten stadhuize opge merkt, dat hij nu begreep, waarom Graaf Tisza, de Hongaarsche premier, hem deze reis had ontraden! Ook de vraag of de Russische gezant te Belgrado in het complot was is onopgehel derd gebleven. Van het begin tot het einde is het drama van Serajewo gehuld in een sinister kleed Het Oostenrijksch oorlogsschip, dat het aartshertogelijk paar naar Oostenrijk zou terugbrengen, bracht slechts hun stoffelijk overschot, en zoo geweldig was tijdens den overtocht in de Adriatische zee het onweer, dat groote vrees bestond, dat de lijkkisten overboord zouden slaan. Aartshertog Frans uit zoo'n nieuw handig zakdoosje bij Hoofdpijn, Kiespijn, Zenuwpijn. Ferdinand was niet geliefd aan het hof, en de prins von Montenuovo, die de functie van opper-hofmaarschalk waarnam, had een bijzonderen afkeer van hem. Hij wreekte de. zen op zijn stoffelijk overschot. Er werd, op aandringen van den la- teren Keizer Karei, rekening gehouden met den wensch van Frans Ferdinand, dat zijn vrouw en hij te Artstetten samen zouden worden bijgezet; samen werd hun stoffelijk overschot ook aan het volk getoond, maar dat van de aartshertogin lag, omdat zij een mor ganatische gemalin was, aanmerkelijk lager dan het zijne! Zich verschuilend achter den rang van de aartshertogin was het mill» tair eerbetoon tot het minimum be perkt, maar de Weener bevolking be zette den weg van den stoet, die, de traditie volgende, bij nacht plaats had, rijen dik! Voor de bijzetting waren geen rijtui gen beschikbaar voor de talrijke gas ten, die zich ongenoodigd melden. Het ongeluk wilde, dat ook hier zwaar weer de plechtigheid verstoorde. Tien jaren, nadat Princip zijn noodlottige schoten loste, nadat hij in de cel van The» resienstadt reeds den dood had gevonden, werd op de plaats, waar de moordaanslag geschiedde, een gedenksteen ingemetseld,, Dit lijkt niet de meest' juiste wijze om de gevoelens, die volkeren scheiden, to yerzoe* en te verzachten. OFFICIEELE BERICHTEN GENEESK. RAAD DEP. VAN KOLONIëN Bij Kon. besluit ls b(j den Geneeskundigen Raad van het Departement van Koloniën, on der dankbetuiging voor de in die bctrekkking Engeisch-Zuid-Afrikaansche legervliegtuigen cirkelen om de Tafelberg Een contrabok dat in de Lau rierstraat te Amsterdam om viel, wondde vier personen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1934 | | pagina 10