HET LAND DER ROODE AARDE Een tocht door Sauerland, Siegerland en Wittgenstein B-o-e b-ie-ie-ie-ie-ie-ie9 Wie herinnert zich nog niet den tijd, dat. hot strand te Scheveningen of te Noord- m ijk, weergalmde van den kreet der Duit- srlie kindeijuf, die de aan heur zorgen toe. Vertrouwde jeugd tot de orde riep? Toen men in Dormburg meer Duitsch dan „duts" hqprde? In dienzelfden tijd kiwam het ook wel voor, dat Hollandsche families besloten volgend jaar toch maar niet naar den Rijn te gaan, omdat men z'n Rotterdamsche ken nissen ook wel buiten de vacantie om kon gaan opzoeken. liet was de tijd, dat men bij z'n vacantie- uitstapjes nog niet dacht aan deviezen, volksinkomen, autarkie, maar de pure schoonheid der natuur zocht en dan als het eonigszins mogelijk was ook na ecnige va- cantips binnenlands te hebben doorgebracht al was liet maar een klein rukje, de wijde wereld in trok. Er zat wat moois in die vrije uitwisse ling van vacantiegangers: men leerde het andere volk eens wat betcf kennen dan eh uit. de krant en in de- meeste gevallen leidde zulk een internationale kennisma king oólc tot een heter begrijpen van el- kaars eigen-aardigheden. Helaas: op dit oogeniblik zien we de dwaasheid ten top gestegen, dat de volke ren elkaar zelfs de verdiensten aan elkan ders vacantiegangers misgunnen, dat men vacantiedeviezen in het leven roept en uit weerwraak een vacantie-belastfing eiscfrt! Laat ons hopen, dat gelijk met de in- en uftvocrtolmurcn ook de (hans opgeworpen va<-antiehekjes geslecht zullen worden. 'Dandan kunnen we met volle over tuiging adviseeren om eens af te wijken van de platgetreden paadjes, die Hollandsche vacantiegangers in het buitenland te vaak bobben bewandeld en bij hun eerstvolgende uittocht.kennis te maken met Sauerland Siegerland, Wittgenstein. 'We hadden de groote Duitsche provincie Wèstfalen al eens eerder bezocht en er den indruk van meegenomen van een gezegend plekje wereld. •Daarbij gingen onze schoonste herinne ringen naar Sauerland met z'n gordel van liergen en dalen, met de sdhoonste festoe nen der natuur getooid. Toen de uitnoodiging kwam om juist dit lieflijke bergland nog eens wat grondiger te bekijken, hebben wij da^ar gaarne gevolg aan gegeven, zelfs al ging de invitatie geüaard met de mededeeling, dat we tege lijkertijd kennis konden maken met de „nieuwe verhoudingen" in Duitschland. Juist uit die mededeeling bleek ons, dat de Westfalen zich zelf gelijk gebleven waren, dat ze nog waren het geslacht van misschic-n op het eerste gezicht wat stugge lieden, maar die vóór alles eerlijk willen zijn. Zoo wisten wé ook nu te voren, dat we heel wat lofredenen zouden hooren op het nieuwe Duitschland en konden we ook te voren ons met deze zekerheid pant seren, dat zulk een reisje van \ijf, zes da- ^'eh-niet"de-minste gelegenheid biedt om zich over het Hi tl er-regiem in gunstigen of ongunst'gen zin een behoorlijk gefun deerd oordeel te vormen, dat men hoog stens den oppervlakkigen indruk zou kun nen verkrijgen die elke vacantieganger, die de taal van een land eenigszins beheerscht, \an een vacantieverblijf in dat land kan meenemen, zij liet dan, dat die indruk uite aard iets dieper kan gaan, dan die wclki men kan opdoen van een uitstapje naa Rusland, waarbij men van stap tot stap vergezeld wordt door een gids, die op elke vraag een „passend" antwoord geeft. Ziezoo' Na deze reserves voorop te heb ben geplaatst mogen we tot onze reisbe schrijving komen. Sauerland, Siegerland en W i t - g e n s t e i n vermen samen één bergland ■vallen slechts in onderdeelen uiteen, omdat de historische vordeeling van grondgebied toch weer aan de bewoners van elk dezer landsgedeelten een eigen type heeft gege- Zoo kan men rondweg zeggen, dat Sauer- Een opname uit Arnsberg: de klokkctoren .en een oud tmtriciërshuis. land (andere naam voor Zuiderland) Roomsch is, terwijl het land rondom Siegen (Siegerland) £n htf-t vroegere gebied var- de graven van Wittgenstein een ra groote meerderheid Protesiaintsche bevolking heelt. Veel sterker nog dan in ons land heeft, zich hier de invloed van den landheer doen gelden, omdat en zie hier het onderscheid tusschen c!e Hollanclsch-Calvinistische en de DuitschLuthersche inslag van het Pro testantisme in den tijlfl der hervorming ln dit gebied ten slotte de landheer besliste over het geloof van zijn onderdanen, althans wat het uiterlijke betreft. Een heel merkwaardige samenvoeging van beide typen hoorden we ons in Freuden- berg verklaren, een plaalsje nabij Siegen; waar Jan Maurits van Nassau naar D u i t's c li landh» erlijjc gebruik „het Cal vinisme invoerde", het geloof dat hij in de Nederlanden had aanvaard. Een van zijn opvodgers streefde later naar een Uer- Roomsoinng van het gebied, maar nu echt, Nederlandsch-Calvinistisch, bleef de bevol king trouw aan de leer van de vrije uitver kiezing en der souvereiniteit Gods en ook in den jare 1934 is nog 94 pCt. van Freudfcn- berg's bevolking „alt reformoert". Daartegenover staat nu dat bijv. een stad je als Ofpe voor 97 pCt. Roomsch is. Zoo ziin dus de onderscheidingen tusschen de drie géhiodsdeelen naar den maatstaf der belijdenis groot en wel heel typisch kon den we ervaren, dat een grenssteen hier meer dan symbolische beteekenis heeft, toen door het laatste dorp van Sajuerlana de met bioemen en groen bestrooiden reden, een versiering aangebracht voor de Frohleichnamsprozession terwijl ons een half uur later, in het volgende dorp, nu van Wittgenstein met trots werd verteld, dat de kerk, toppunt van zuiver Protestantisme, zelfs geen énkel gekleurd glasraam had! Sauerland, Siegerland en Wittgenstein vor men echter naar landschap-type gerekend rij wel een eenheid. Het gebe rgte is er af wisselend van ongeveer 400 tot S00 M hoog en bijna stc-eds geheel begroeid. Het zijn de prachtige bosschen, met beken 1 riviertjes doorraderd, die aan Sauerland zijn groote bekoring geven. Hier kan men drie, vier uur achtereen ver bergen en door dalen wandelen zonder lat menschengerucht de wijding der natuur erstoort. En nu is dit het merkwaardige, dat een dergelijke wandeling nimmer kan vervelen. Daarvoor wisselen berg en dal te veelvul dig af, zoodal main telkens weer ar. da ie door kijkjes en overzichten heeft en bovendien, de Sauerlandsehe boschen hebben 'n menge ling van loof- en naaldhout, zooals men die zelden ziet, een variatie die nog wordL verhoogd dcor wat menschcnhand heeft aan gelegd in golvende korenvelden en kunst matige meren, in sierlijk kronkelende we- ?n en eerbiedwaardige burchten. Neen, wie een grootsch en impo- eerend berglandschap wil bewonderen, hij ga naar Beieren of naar Zwitserland, hij geve zich gewonnen in de beklemming de Dolomieten of bestijge moedig de toppen van de Fransche Jura. Maar wie na een jaar van wellicht bijna ia fgebroken arbeid de vriendelijke rust zoekt van een berglandschap, dat berg- landschap blijft zonder dat het van een neer drukkende of adembenemende grootsohheid is, die kan in Sauerland met z'n rustieke dorpjes van oude „Faichwerkhauser" en historische kerkjes terecht De stroomen van het wereldverkeer, die bijv. langs der. Rijn geducht hun spoor heb ben getrokken, schijnen aan Sauerland te zijn voorbijgegaan. Rustig trekken nog door de „stad" Berte- burg twee goedige roodbruine ossen onder rinkelend geschel van hun halsbellen ore plomjie boerenwagen voort en de automobi list die met een gangetje-van-zoowat uit een haarspeldbocht zwenkende weer het dal zoekt, kan plotseling verrast de rein aanzet ten als hij onder, bij de beek, twee of drie herten ziet drinkenEtil! Maar het ge piep van de remmen heeft de prachtige die ren al doen opschrikkeneven gaan de ooren stijl omhoogwèg zijn ze! Dit land verveelt niet! dat was onze indruk, nadat we Sauerland voor de tweede maal doorkruist hadden. Het dal van de Roer is weer iets anders dan het dal van de Lenne en de Listortalsperre is weer van heel andere geaardheid dan de Möhnesee. Over die kunstmatige meren moeten we wat vertellen. Sauerland heeft er al vijftien, terwijl het zestiende in aanleg is, nl. de Sorpetalsperre. Dit grootsche bouwwerk konden we op onze tocht in uitvoering zien en het gaf ons weer eens een bewijs van het technisch kunnen der Duitscbers. In wezen zijn alle Talsperren volgens het zelfde principe aangelegd: men heeft een orrbeteekenend riviertje, dat eóhtcr winter en zomer dóór z'n snelvietend water naar het lage land stuwt en dwars op den van dit driftige ding legt de mensch nu een dam. De heek blijft doorstroomen, het wa ter hoopt zich achter den stuwdam op, njst hooger, klimt en klimt, tot het ten slotte een watermassa van millioenen kubieke Me ters het dal heeft gevuld tot een meer van grootsche afmetingen. Natuurlijk heeft de denkende mensch met deze kunstmatige meervorming een doel het opgehoopte water laat hij als een cente- naarslast drukken op de van te voren aan gelegde turbines in den stuwdam en in het donderend geweld der neerstortende water massa's wordt de electriciteit geboren, die het machtige industriegebied van de Roer z'n krachten geeft. Meestal ziet men als stuwdam een massie ve muur, maar hij de in uitvoering zijnde Sorpetalsperre werd voor het eerst een nieuw systeem toegepast: rondom een kern van in de rots vastgeklonken gewapend be ton wordt aan beide zijden een zware aar den wal aangebracht. De betonnen kern was klaar en wie, als wij, een toolitjfc maakte door do eindeloos lijkende gangen, waarin de lekgoten het door de muren sijpelende water moeten op vangen zal wel een indruk hebben gekre gen van de beheerschende ingenieursweten schap, die van te voren berekent hoeveel drukking een watermassa van 80.000.000 M3. zal uitoefenen en dan een' kunstwerk bouwt dat dien druk weerstaat niet alleen, maar ook omzet in een provenu van 10 PI. per kubieke Meter. En dat alles doet dan toch maar het on aanzienlijke beekje, waar 'n beetje vent met een aanloop overheen springt! Ja, ja, maar het water, dat van de bergen komt is onweerstaanbaar; het vloeit en bruist steeds voort en is de Sorpetalsperre nu, een jaar na de afdamming, nog niet zoo groot, over drie jaar zal het een meer zijn dat imponeert zooals de Möhnesee, die eerst kon ontstaan, nadat tal van dorpen in hei dal waren geslecht, waarop thans de zeil- bootcn scheren De „Ruhrtalsperrenverein" heeft wel nauwkeurig overwogen wat ze deed, toen ze de kunstmatige meren aanlegde met het doel om: altijd over voldoende water te beschikken, electriciteit te winnen, cen- •a voor watersport te scheppen. Van de hoogte waarop de technische we tenschap in dit gebied staat, konden wc ook in Bochum heel wat loeien. Bochum is industriestad, evenals Dort- mund, waar de geweldige Loogovenbedrij ven den reiziger uit Holland al tegemoet steigeren bij zijn aankomst, maar Bochum evenals Dorimundt heeft z'n prachtige parken, waaraan b.v. een stad als Rotter dam zoo langen tijd behoefte heeft gehad Bochum is vóór alles ook de stad van de technische wetenschap. Hier is gevestigd de hoogesehool van de mijnbouw. Jammer: het bestek van dit artikel laait niet toe in te gaan op de beteekenis van het schitte rende mijnbouwmuseum, maar stellig is hier is voor ieder die zich voor techniek interesseert veel te zien. Ongetwijfeld zal; echter óók de vacantieganger, die Noord- Sauerland bezoekt, zich over een bezoek aan Bochum, evenmin trouwens als het grootere en oudere Dordtmund, niet heb ben-te beklagen. Maar nog eens: wie Sauerland in zijn vacantie bezoekt zal het allereerst moeten doen om te genieten van het heerlijke na tuurschoon. Dat begint voor wie uit het Noorden komt, al in Husten, in welks omgeving men urenlang door prachtige bosschen kan zwerven. Hier begint het geliei-gte reeds te klimmen, een stijging, die naar hot Zuid- Oosten toeneemt tot op den Winterberg toe. Is Hflsten nog heel eenvoudigjes, zonder veel pretenties op de iri nabijheid liggende Sorpetalsperre en de druipsteengrot Recken 'höhle, Arnsberg is daartegenover een echt koket nest Ja, ja! Denken Sie mal! Regeeringsstad! Niet zoo mis! En eerlijk is eerlijk: met z'n oude stads- straatjes, goede hotels, geneeskrachtige ba den en heel mooie omgeving, heeft hot ook inderdaad wel een streepje voor. Bij ons is Noordwijk toch óók nog weer wat anders dan Harderwijk! Maar wie nog houdt van een echt onge rept boerenbergdorpje, die ga naar Evers- berg, waar de kop van het wilde zwijn, dat de bewoners in den jare zeuventien-hon- derd-zoo-veel vingen glorieus aan het raad huis is gespijkerd, waar men vette plak ken echte Westfaalsche ham van het stuk afsnijdt in de Breugheliaansche omgevinor van een herberg met 'n lage zoldering van eiken balken en waar een huiswaarts kee- rende koe d'r kop door het geopende raam steekt cn desnoods nog „boe" zegt ook. Prachtig zijn de opschriften op de zwarte balken van de oude witte huizen: „Toen er nog geen goud wastoen was 't een gouden tijd" meent een cynicus en de boer, wien het bouwen niet meeviel zette z'n architect voor altijd aan den schandpaal door een even eerlijke als on behouwen klacht, n.l. de rekening. Brilon is andere. Brilon is Hanzestad, ziet U! Wat ook hier een prachtige om geving! We trokken naar Brilon-Wald, waar een jaar geleden een pracht van een sanatorium, vooral voor long-tuberculeuzen is opgericht. Als een zwaluwnest ligt dit verkwikklngs oord voor de lijdende menschheid hoog tegen den hier steilen berg gevoegd, mid den in de dennehosschen, beschut voor de Noordewinden cn met een uitzicht op het Hoppeckedal, dat men nimmer zal verge ten. Een inrichting, zoo tot in de puntjes verzorgd, dat ze een voorbeeld kan zijn voor elk ziekenhuis. Meschede, Niedersfeltl (een plaats zonder belasting!) hoe aantrekkelijk zijn altijd weer de glooiende bosschen en de weiden neergevlijd langs de hier nog als een jong veulen rondspringende Roer. En dan Winterberg, diet wintersportcen trum, het hoogste punt van Sauerland. Nu, in den voorzomer, was het er nog rat stilletjes, maar 's wbitersah! zeggen onze gidsen uit (Ie plaats: drm is geen plaats te krijgen, dan gaan de be woners zelf op den grond slapen om maar meer gasten te gunnen bergen. De rit tusschen Winterberg en Siegen is een van de schoonste die men in Sauer land kan maken. De Kahle Aste, een pla teau op ongeveer 750 M. hoogte, heeft een zeer bijzondere flora, een plantengroei die men alleen terug vindt in enkele deelen van Schotland en Ierland^ welke het zelfde klimaat hebben. Het uitzicht van Astenbergturm over de bergen en dalen van Sauerland is wel zeer de moeite waard En wie dan die bergen en dalen zelf weer op en afgaat, die kjomt in Nordenau. een van de liefste plekjes, van dit kostelijke land, totaal verscholen temidden vai rondom gelegerde bergen, rustigjes met zijn kleine bergweitjes waarop men in luie stoelen zich kan laten bruin bakken dennegeur snuiven. Met z'n 200 inwoners heeft Nordenau geen ander levensdpel dan om het zomer en wintergasten in hotels on pensions aan genaam te maken. De Albrechtsplatz, tusschen Nordenau en Bergcburg gelegen, heeft de mooiste meest gevarieerde bosschen die wij zagen De donkere dennensoort, die de Harz be roemd heeft gemaakt, vindt men ook hier, maar samen met een bonte afwisseling v; ander geboomte langs de vaak heel steile berghellingen. Als zelfs de chauffeur van de autobus, die heel dit Eerglandje op duim kent, nog in extase geraakt, dan moet toch de overal schoone natuur wel in haar sierlijkste kleed zijn uitgekomen. „Berieburg! Du bist ein PerleburgI" speechte een collega bij de ontvangst in de vriendelijke residentie van Wittgenstein en daarmee typeerde hij niet onaardig het karakter van het stadje, dat als een panel is gevat in de facet van omringende ber gen. Het slot van den vorst van Sayn-WUt genstein-Berleburg beheerscht vredig, het stadsbeeld en js ook een typeerende bezieus waardigheid met zijn goed onderhouden zaien vol historische meuhelverzamelingen, famiüeschüderijen en jachttropheeën. In dit land van Wittgenstein komt de Hollandsche bezoeker al een enkele herin nering tegen uit den tijd toen er nauwe verbindingen waren met het huis van Oranje, dat onder leiding van Vader Wil lem en geïnspireerd door een Juliana van Stolberg „lijf ende goet" inzette in jStrijd tegen staatsabsolutisme en gewetens dwang. In Siegen we komen er straks nog op terug—, zijn die herinneringen nog sterker, maar in 't slot van Wittgenstein vindt men reeds gravures en geschriften, die er herinneren, da ook deze zijtak uit stamboom van Nassau krachtig met den heldenstrijd meeleefde. Het was Ludwig von Wittgenstein, dié met zijn geldmidde len en goede raadgevingen de gebroeders Willem, Adolf en Lodewijk steunde, toen ze op de burcht van Nassau-Siegen hun ^plannen voor den veldtocht naar de Neder landen beraamden. En zoo zijn we dan gekomen tot dat deel van het doorkruiste landschap, dat ieder Nederlander, aie nog voor zijn geschiedenis voelt, sterk zal toespreken. Wittgenstein was het voorportaal van Siegerland en de historicus van Siegerland, Dr/Kruse, stond ons reeds „bij de deur" op te wachten om ons te voeren naar de his torische plaatsen waar de Oranjes zich gordden voor den strijd tegen Alva, 6trijd waarhij heel de toenmalige wereld de adem inhield in de beklemming van feit, dat iemand het dorst bestaan de reldmacht Spanje te trotseeren, op hoop tegen hoop, maar met den moed der tuiging. Met Dr. Kruse aan het hoofd, bestegen wij de Ginsberg, de historische hoogte, waarop eens bet meest Noordelijke Nas- sausehe slot zich machtig verhief. Nu was daarvan niets meer over geble'- ven dan eenig gesteente, gegroepeerd rond om een put, omringd door overheerschend geboomte. Bij de Willem van Oranjeher denking in het vorig jaar, hebben de Sie- gerlanders uit de ruïnen een brokstuk muur opnieuw opgericht en daarin een voudige bronzen gedenkplaat met de beel tenis van onzen „vader des vaderlands' aangebracht, zoodat thans zelfs deze ver vallen ruïne nabij Lützen nog spreekt van onze Tandshistorie Wat is de beteekenis van den Ginsberg? Hier was de plaats waar Willem, Lode wijk en Adolf voor het eerst hun troepen verzamelden voor den inval in de Neder landen, de veldtocht, nu nog vereeuwigd in ons volkslied als het zegt: Lyf ende goet altezamen heb ik U niet verschoont Myn broeders hoogh van hamen hebben 't U oock vertoont Graaf Adolf is gebleven jn Vrieslant in den slagh De slag, waarbij Span j es' legermacht voor het eerst werd bedwongen, werd op deze hoogte voorbereid. Wij stonden op de bijDa gewijde plaats waar de grondslag voor de bevrijding der lage landen aan de zee werd gelegd en schouwden over de groene bergen van Siegerland en óók ons. immers bij voorbaat nuchtere en beredeneerde journalisten, drong iets naar de keel. toen we bij de ruïne van de burcht van Nassau-Siegen het „Wilhelmus" zongen,, met een voor ons on gewoon accent begeleid door de trouwe Sicgerlanders die ons tot de historie had den teruggevoerd Het Siegerland zelf deelt de schoonheid van het beboschte gebergte met Sauerland, maar er is toch verschil. Er is hier wat meer weidegrond en die is, heel typisch, op Een kijkje in de mooie t 1 van Brilon bijna Hollandsche manier in cultuur ge bracht, met een netwerk van greppels en tot beekjes geworden slooten. Grooter dan de cultuur-overeenkomst is echter de inwerking der kuituur van Hol land op Siegen en van Siegen op Holland geweest. Meer dan Sauerland is Siegerland door de kultuurstroomen gepakt Men ziet dat al aan een stad als Siegen zélf met tal van fraaie bouwwerken, een interessant „boven- slot" en een niet minder belangwekkend „beneden-slot", met een museum, dat ge tuigt van de kunstzin der Siegerlanders, met een hoogesehool met monumenten cn allerlei andere kunstschatten. Schier ontelbaar zijn de Nassau-herinne- rir^en in het oude museum (13e eeuw), maar ook in het stadsbeeld komt tot uiting dat er wisselwerking met Holland is ge weest: dezelfde bouwmeester die het Mau- ritshuis ontwierp bouwde hier het slot en andere bouwwerken. Niet alleen uiterlijk is het wederzijdsch contact ,.von huben nach druben" bewaard gebleven. Het was dezelfde Jan Maurits van Nassau, de Bra ziliaan van het Mauritshuis, die hier zijn residentie had, die tot op den huidigen dag zijn Btempel op stad en bevolking heeft gezet, een bevolking met sterk Calvinisti- schen inslag. En heeft wederzijds een Jung Stilling niet onmiskenbaar ingewerkt op het Hollandsche piëtisme, dat voor de her leving van het geestelijk leven in een tijd perk van versteeiling zoo groote beteekenis heeft gehad? Bij een der toespraken met historischen inslag, tot ons gericht, werd door een ech te Siegerlander, wien men het aan kon zien, dat hij het méénde, ook de wensch ge uit, dat Adolf Hitler voor Duitschland zou blijken te zijn wat Willem van Oranje was voor de Nederlanden: de vader des vader lands. Toen werd door een anderen Siegerlan der geïnterrumpeerd: „Wenn er es 1st in dem Sirme Wilhelmus von Oraniëns!" Het was een interruptie, die wij niet licht zullen vergeten! Het is moeilijk in de gedachtensfeer van een ander volk, dat de laatste kwarteeuw zulk een geheel andere geschiedenis heeft gehad als het onze. volledig in te leven, te begrijpen, dat men na veel verwarring en onderlinge onrust de rust heeft gezocht in een leider, óók als die met dwang zijn wil oplegt aan millioenen die tooh niet met één slag hun oude overtuiging hebben prijs gegeven. D i t staat vast, dat naar het uiterlijk in dal deel van Duitschland dat wij bereisden rust lieerschte en ook een uiterlijke eenheid was verkregen. Oók gelooven we, en die meening berust niet uitsluitend op het gehoorde in toe spraken van burgemeesters en Gauleiters, dat bij een groot deel van het Duitsche volk, groot enthousiasme bestaat voor het nieuwe bewind. De overgroote meerderheid van het volk ziet geen anderen weg meer voor de ver heffing van Duitschland dan: Hitier. Dat wil niet zeggen, dat de vroegere Cen trumburchten in het Sauerland thans lou ter bevolkt zijn door vurige en vooral over tuigde Nazi's, maar men geeft gaarne aan den jongen leider van het nieuwe Duitsch land vertrouwen, de kans om te sla gen. Zulk een kans kreeg Willem van Oranje in de Nederlanden, met de altijd weer ver deelde Staten, met de altijd weer voor hun hachje en hun handeltje benauwde koop heden, niet. En toch was het Willem van Oranje, die bij alle verdeeldheid, welke hij in zijn dj gen niet wist te overwinnen, den grondsla legde voor ons volkskarakter, door te gii pen en hoog te heffen dat groote goed de menschheid, dat gewetensvrijheid is. Nu reeds hoorden we hier en daar bij on geestelijk verwante Duitschers iets doo klinken van ongerustheid, dat aan de rui van Duitschland de rust \an een geru geweten zal worden opgeofferd. De kerkenstrijdja, dat is toch ee probleem, dat wel tot vlak aan de oppe vlakte toe veler harten en gemoederen b roert. Men hoopt, men hoopt„Ja, zej me een Siegerlander: onze „Führer" zal oo dat in-het reine brengen. Hij wacht nu en moet ook veel aan zijn onderbevelhe bers overlaten, maar ge zult zien, dat h< in orde komt Zelfs al zou bisschop Mülh moeten vallen. Er macht es!" „Wenn er es ist in dem Sinne Wilhf m^s von Oraniens!" herinneren wij ons. Neen, voor ons, Nederlanders, die oi zejf willen zijn en blijven, moet er toch, b veel waardeering, die er ook kan zijn vo< het nieuwe bewind in Duitschland, ve reserve overblijven. Ja, als wc zien hoe daar aan de overzijc de jongemannen onttrokken worden aa de verpaupering lan het niets-doen en het Arbeitslager nuttig werk verrichten de bergen, dan kunnen we toch wel eerlij zeggen: dat is tooh beter dan bij or Maar als we een dag later met een nii Nazi het nieuwe Duitschland bespreki en een Nazi haalt ons in en wanneer d dan tot gevolg heeft, dat de niet-Nazi oi toebijt „Um Godcswillen schweigen Sie neen dan zeggen we weer: geen gelukkig! land dan een v r ij land. En ziedaar, zoo zijn we, ons ondank via de historie, in de zwaarwichtige pn blemen van tie hedendaagsche politiek b land, een terrein dat toch slechts in, v< verwijderd verband staat met vreemdeli genvenkeer en vac^ntietochten. Men moge deze zijsprong ons ten goei houden. Inderdaad zal toch ook elke vac^t ganger, die naar Duitschland mooht'gaa helangs'elling hebben voor wat er zoo ons nabuurland omgaat. Vóór alles zal hem echter interesseer! de vraag of zijn veiligheid als buitenland gewaarborgd is. Daarop kan, voor zoover hij zich ook ij derdaad beperkt tot zijn vacantiegenoegej en b.v. geen politieke activiteit aan dd dag legt, een onbetwist bevestigend an woord worden gegeven. Ochwat weten de Sauerlahdscfj bergen van al deze menschelijkc pr^blema af! En dc menschen in de Sauerlandsclj dorpjes en steden leven zoo nauw niet P natuur mee. Ze groeten: heil iHtlep! I weer uit gewoonte ook, maar het „gu Morgen" van den vreemdeling vindt ea even vriendelijke wedergroet. Tenslotte zijn de Westfalefi Westfala gebleven, het trouwhartige volk van <j roode aarde, dat samengegroeid is met zj bergen, dat gastvrij is als vroeger en au gastvrijheid ook gaarne aan dep vreemd! ling betoont, indien deze zijn oprechthej niet in twijfel trekt en door den misschiet wat stuggen bolster heen naar de pit zoel „Behut dich Gott, du rote Erde!" zegga we gaarne het Westtalenlied na, en da denken we weer met vreugde terug aan a korte maar schoone tijd in de Sauerlanj sche, Siegerlandsche en Wittgensteiner bi gen, tegelijk onze lezers opwekkend on wanneer de omstandigheden dit weer tol laten, allereerst te denken aan het schoonl onbedorven Westfalenland.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1934 | | pagina 10