HET LAND DER ROODE AARDE
Een tocht door Sauerland, Siegerland en Wittgenstein
B-o-e b-ie-ie-ie-ie-ie-ie9
Wie herinnert zich nog niet den tijd, dat.
hot strand te Scheveningen of te Noord-
m ijk, weergalmde van den kreet der Duit-
srlie kindeijuf, die de aan heur zorgen toe.
Vertrouwde jeugd tot de orde riep? Toen
men in Dormburg meer Duitsch dan „duts"
hqprde?
In dienzelfden tijd kiwam het ook wel
voor, dat Hollandsche families besloten
volgend jaar toch maar niet naar den Rijn
te gaan, omdat men z'n Rotterdamsche ken
nissen ook wel buiten de vacantie om
kon gaan opzoeken.
liet was de tijd, dat men bij z'n vacantie-
uitstapjes nog niet dacht aan deviezen,
volksinkomen, autarkie, maar de pure
schoonheid der natuur zocht en dan als het
eonigszins mogelijk was ook na ecnige va-
cantips binnenlands te hebben doorgebracht
al was liet maar een klein rukje, de wijde
wereld in trok.
Er zat wat moois in die vrije uitwisse
ling van vacantiegangers: men leerde het
andere volk eens wat betcf kennen dan
eh uit. de krant en in de- meeste gevallen
leidde zulk een internationale kennisma
king oólc tot een heter begrijpen van el-
kaars eigen-aardigheden.
Helaas: op dit oogeniblik zien we de
dwaasheid ten top gestegen, dat de volke
ren elkaar zelfs de verdiensten aan elkan
ders vacantiegangers misgunnen, dat men
vacantiedeviezen in het leven roept en uit
weerwraak een vacantie-belastfing eiscfrt!
Laat ons hopen, dat gelijk met de in- en
uftvocrtolmurcn ook de (hans opgeworpen
va<-antiehekjes geslecht zullen worden.
'Dandan kunnen we met volle over
tuiging adviseeren om eens af te wijken van
de platgetreden paadjes, die Hollandsche
vacantiegangers in het buitenland te vaak
bobben bewandeld en bij hun eerstvolgende
uittocht.kennis te maken met Sauerland
Siegerland, Wittgenstein.
'We hadden de groote Duitsche provincie
Wèstfalen al eens eerder bezocht en er den
indruk van meegenomen van een gezegend
plekje wereld.
•Daarbij gingen onze schoonste herinne
ringen naar Sauerland met z'n gordel van
liergen en dalen, met de sdhoonste festoe
nen der natuur getooid.
Toen de uitnoodiging kwam om juist dit
lieflijke bergland nog eens wat grondiger
te bekijken, hebben wij da^ar gaarne gevolg
aan gegeven, zelfs al ging de invitatie
geüaard met de mededeeling, dat we tege
lijkertijd kennis konden maken met de
„nieuwe verhoudingen" in Duitschland.
Juist uit die mededeeling bleek ons,
dat de Westfalen zich zelf gelijk gebleven
waren, dat ze nog waren het geslacht van
misschic-n op het eerste gezicht wat stugge
lieden, maar die vóór alles eerlijk willen
zijn.
Zoo wisten wé ook nu te voren, dat
we heel wat lofredenen zouden hooren op
het nieuwe Duitschland en konden we ook
te voren ons met deze zekerheid pant
seren, dat zulk een reisje van \ijf, zes da-
^'eh-niet"de-minste gelegenheid biedt om
zich over het Hi tl er-regiem in gunstigen
of ongunst'gen zin een behoorlijk gefun
deerd oordeel te vormen, dat men hoog
stens den oppervlakkigen indruk zou kun
nen verkrijgen die elke vacantieganger, die
de taal van een land eenigszins beheerscht,
\an een vacantieverblijf in dat land kan
meenemen, zij liet dan, dat die indruk uite
aard iets dieper kan gaan, dan die wclki
men kan opdoen van een uitstapje naa
Rusland, waarbij men van stap tot stap
vergezeld wordt door een gids, die op elke
vraag een „passend" antwoord geeft.
Ziezoo' Na deze reserves voorop te heb
ben geplaatst mogen we tot onze reisbe
schrijving komen.
Sauerland, Siegerland en W i t -
g e n s t e i n vermen samen één bergland
■vallen slechts in onderdeelen uiteen, omdat
de historische vordeeling van grondgebied
toch weer aan de bewoners van elk dezer
landsgedeelten een eigen type heeft gege-
Zoo kan men rondweg zeggen, dat Sauer-
Een opname uit Arnsberg: de klokkctoren
.en een oud tmtriciërshuis.
land (andere naam voor Zuiderland)
Roomsch is, terwijl het land rondom Siegen
(Siegerland) £n htf-t vroegere gebied var-
de graven van Wittgenstein een ra groote
meerderheid Protesiaintsche bevolking heelt.
Veel sterker nog dan in ons land heeft,
zich hier de invloed van den landheer doen
gelden, omdat en zie hier het onderscheid
tusschen c!e Hollanclsch-Calvinistische en
de DuitschLuthersche inslag van het Pro
testantisme in den tijlfl der hervorming ln
dit gebied ten slotte de landheer besliste
over het geloof van zijn onderdanen, althans
wat het uiterlijke betreft.
Een heel merkwaardige samenvoeging van
beide typen hoorden we ons in Freuden-
berg verklaren, een plaalsje nabij Siegen;
waar Jan Maurits van Nassau naar
D u i t's c li landh» erlijjc gebruik „het Cal
vinisme invoerde", het geloof dat hij in de
Nederlanden had aanvaard. Een van
zijn opvodgers streefde later naar een Uer-
Roomsoinng van het gebied, maar nu echt,
Nederlandsch-Calvinistisch, bleef de bevol
king trouw aan de leer van de vrije uitver
kiezing en der souvereiniteit Gods en ook
in den jare 1934 is nog 94 pCt. van Freudfcn-
berg's bevolking „alt reformoert".
Daartegenover staat nu dat bijv. een stad
je als Ofpe voor 97 pCt. Roomsch is.
Zoo ziin dus de onderscheidingen tusschen
de drie géhiodsdeelen naar den maatstaf
der belijdenis groot en wel heel typisch kon
den we ervaren, dat een grenssteen hier
meer dan symbolische beteekenis heeft, toen
door het laatste dorp van Sajuerlana
de met bioemen en groen bestrooiden
reden, een versiering aangebracht voor
de Frohleichnamsprozession terwijl ons een
half uur later, in het volgende dorp, nu van
Wittgenstein met trots werd verteld, dat de
kerk, toppunt van zuiver Protestantisme,
zelfs geen énkel gekleurd glasraam had!
Sauerland, Siegerland en Wittgenstein vor
men echter naar landschap-type gerekend
rij wel een eenheid. Het gebe rgte is er af
wisselend van ongeveer 400 tot S00 M hoog
en bijna stc-eds geheel begroeid.
Het zijn de prachtige bosschen, met beken
1 riviertjes doorraderd, die aan Sauerland
zijn groote bekoring geven.
Hier kan men drie, vier uur achtereen
ver bergen en door dalen wandelen zonder
lat menschengerucht de wijding der natuur
erstoort.
En nu is dit het merkwaardige, dat een
dergelijke wandeling nimmer kan vervelen.
Daarvoor wisselen berg en dal te veelvul
dig af, zoodal main telkens weer ar. da ie door
kijkjes en overzichten heeft en bovendien,
de Sauerlandsehe boschen hebben 'n menge
ling van loof- en naaldhout, zooals men
die zelden ziet, een variatie die nog wordL
verhoogd dcor wat menschcnhand heeft aan
gelegd in golvende korenvelden en kunst
matige meren, in sierlijk kronkelende we-
?n en eerbiedwaardige burchten.
Neen, wie een grootsch en impo-
eerend berglandschap wil bewonderen,
hij ga naar Beieren of naar Zwitserland,
hij geve zich gewonnen in de beklemming
de Dolomieten of bestijge moedig de
toppen van de Fransche Jura.
Maar wie na een jaar van wellicht bijna
ia fgebroken arbeid de vriendelijke rust
zoekt van een berglandschap, dat berg-
landschap blijft zonder dat het van een neer
drukkende of adembenemende grootsohheid
is, die kan in Sauerland met z'n rustieke
dorpjes van oude „Faichwerkhauser" en
historische kerkjes terecht
De stroomen van het wereldverkeer, die
bijv. langs der. Rijn geducht hun spoor heb
ben getrokken, schijnen aan Sauerland te
zijn voorbijgegaan.
Rustig trekken nog door de „stad" Berte-
burg twee goedige roodbruine ossen onder
rinkelend geschel van hun halsbellen ore
plomjie boerenwagen voort en de automobi
list die met een gangetje-van-zoowat uit een
haarspeldbocht zwenkende weer het dal
zoekt, kan plotseling verrast de rein aanzet
ten als hij onder, bij de beek, twee of drie
herten ziet drinkenEtil! Maar het ge
piep van de remmen heeft de prachtige die
ren al doen opschrikkeneven gaan de
ooren stijl omhoogwèg zijn ze!
Dit land verveelt niet! dat was onze
indruk, nadat we Sauerland voor de tweede
maal doorkruist hadden. Het dal van de
Roer is weer iets anders dan het dal van de
Lenne en de Listortalsperre is weer van heel
andere geaardheid dan de Möhnesee.
Over die kunstmatige meren moeten we
wat vertellen.
Sauerland heeft er al vijftien, terwijl het
zestiende in aanleg is, nl. de Sorpetalsperre.
Dit grootsche bouwwerk konden we op onze
tocht in uitvoering zien en het gaf ons weer
eens een bewijs van het technisch kunnen
der Duitscbers.
In wezen zijn alle Talsperren volgens het
zelfde principe aangelegd: men heeft een
orrbeteekenend riviertje, dat eóhtcr winter
en zomer dóór z'n snelvietend water naar
het lage land stuwt en dwars op den
van dit driftige ding legt de mensch nu een
dam. De heek blijft doorstroomen, het wa
ter hoopt zich achter den stuwdam op, njst
hooger, klimt en klimt, tot het ten slotte
een watermassa van millioenen kubieke Me
ters het dal heeft gevuld tot een meer van
grootsche afmetingen.
Natuurlijk heeft de denkende mensch met
deze kunstmatige meervorming een doel
het opgehoopte water laat hij als een cente-
naarslast drukken op de van te voren aan
gelegde turbines in den stuwdam en in het
donderend geweld der neerstortende water
massa's wordt de electriciteit geboren, die
het machtige industriegebied van de Roer
z'n krachten geeft.
Meestal ziet men als stuwdam een massie
ve muur, maar hij de in uitvoering zijnde
Sorpetalsperre werd voor het eerst een
nieuw systeem toegepast: rondom een kern
van in de rots vastgeklonken gewapend be
ton wordt aan beide zijden een zware aar
den wal aangebracht.
De betonnen kern was klaar en wie, als
wij, een toolitjfc maakte door do eindeloos
lijkende gangen, waarin de lekgoten het
door de muren sijpelende water moeten op
vangen zal wel een indruk hebben gekre
gen van de beheerschende ingenieursweten
schap, die van te voren berekent hoeveel
drukking een watermassa van 80.000.000 M3.
zal uitoefenen en dan een' kunstwerk bouwt
dat dien druk weerstaat niet alleen,
maar ook omzet in een provenu van 10 PI.
per kubieke Meter.
En dat alles doet dan toch maar het on
aanzienlijke beekje, waar 'n beetje vent
met een aanloop overheen springt! Ja, ja,
maar het water, dat van de bergen komt
is onweerstaanbaar; het vloeit en bruist
steeds voort en is de Sorpetalsperre nu, een
jaar na de afdamming, nog niet zoo groot,
over drie jaar zal het een meer zijn dat
imponeert zooals de Möhnesee, die eerst
kon ontstaan, nadat tal van dorpen in hei
dal waren geslecht, waarop thans de zeil-
bootcn scheren
De „Ruhrtalsperrenverein" heeft wel
nauwkeurig overwogen wat ze deed, toen
ze de kunstmatige meren aanlegde met
het doel om: altijd over voldoende water
te beschikken, electriciteit te winnen, cen-
•a voor watersport te scheppen.
Van de hoogte waarop de technische we
tenschap in dit gebied staat, konden wc
ook in Bochum heel wat loeien.
Bochum is industriestad, evenals Dort-
mund, waar de geweldige Loogovenbedrij
ven den reiziger uit Holland al tegemoet
steigeren bij zijn aankomst, maar Bochum
evenals Dorimundt heeft z'n prachtige
parken, waaraan b.v. een stad als Rotter
dam zoo langen tijd behoefte heeft gehad
Bochum is vóór alles ook de stad van de
technische wetenschap. Hier is gevestigd
de hoogesehool van de mijnbouw. Jammer:
het bestek van dit artikel laait niet toe in
te gaan op de beteekenis van het schitte
rende mijnbouwmuseum, maar stellig is
hier is voor ieder die zich voor techniek
interesseert veel te zien. Ongetwijfeld zal;
echter óók de vacantieganger, die Noord-
Sauerland bezoekt, zich over een bezoek
aan Bochum, evenmin trouwens als het
grootere en oudere Dordtmund, niet heb
ben-te beklagen.
Maar nog eens: wie Sauerland in zijn
vacantie bezoekt zal het allereerst moeten
doen om te genieten van het heerlijke na
tuurschoon.
Dat begint voor wie uit het Noorden
komt, al in Husten, in welks omgeving
men urenlang door prachtige bosschen kan
zwerven. Hier begint het geliei-gte reeds te
klimmen, een stijging, die naar hot Zuid-
Oosten toeneemt tot op den Winterberg toe.
Is Hflsten nog heel eenvoudigjes, zonder
veel pretenties op de iri nabijheid liggende
Sorpetalsperre en de druipsteengrot Recken
'höhle, Arnsberg is daartegenover een echt
koket nest
Ja, ja! Denken Sie mal! Regeeringsstad!
Niet zoo mis!
En eerlijk is eerlijk: met z'n oude stads-
straatjes, goede hotels, geneeskrachtige ba
den en heel mooie omgeving, heeft hot ook
inderdaad wel een streepje voor.
Bij ons is Noordwijk toch óók nog weer
wat anders dan Harderwijk!
Maar wie nog houdt van een echt onge
rept boerenbergdorpje, die ga naar Evers-
berg, waar de kop van het wilde zwijn, dat
de bewoners in den jare zeuventien-hon-
derd-zoo-veel vingen glorieus aan het raad
huis is gespijkerd, waar men vette plak
ken echte Westfaalsche ham van het stuk
afsnijdt in de Breugheliaansche omgevinor
van een herberg met 'n lage zoldering van
eiken balken en waar een huiswaarts kee-
rende koe d'r kop door het geopende raam
steekt cn desnoods nog „boe" zegt ook.
Prachtig zijn de opschriften op de zwarte
balken van de oude witte huizen:
„Toen er nog geen goud wastoen
was 't een gouden tijd" meent een cynicus
en de boer, wien het bouwen niet meeviel
zette z'n architect voor altijd aan den
schandpaal door een even eerlijke als on
behouwen klacht, n.l. de rekening.
Brilon is andere. Brilon is Hanzestad,
ziet U! Wat ook hier een prachtige om
geving! We trokken naar Brilon-Wald,
waar een jaar geleden een pracht van een
sanatorium, vooral voor long-tuberculeuzen
is opgericht.
Als een zwaluwnest ligt dit verkwikklngs
oord voor de lijdende menschheid hoog
tegen den hier steilen berg gevoegd, mid
den in de dennehosschen, beschut voor de
Noordewinden cn met een uitzicht op het
Hoppeckedal, dat men nimmer zal verge
ten. Een inrichting, zoo tot in de puntjes
verzorgd, dat ze een voorbeeld kan zijn
voor elk ziekenhuis.
Meschede, Niedersfeltl (een plaats zonder
belasting!) hoe aantrekkelijk zijn altijd
weer de glooiende bosschen en de weiden
neergevlijd langs de hier nog als een jong
veulen rondspringende Roer.
En dan Winterberg, diet wintersportcen
trum, het hoogste punt van Sauerland.
Nu, in den voorzomer, was het er nog
rat stilletjes, maar 's wbitersah!
zeggen onze gidsen uit (Ie plaats: drm is
geen plaats te krijgen, dan gaan de be
woners zelf op den grond slapen om maar
meer gasten te gunnen bergen.
De rit tusschen Winterberg en Siegen is
een van de schoonste die men in Sauer
land kan maken. De Kahle Aste, een pla
teau op ongeveer 750 M. hoogte, heeft een
zeer bijzondere flora, een plantengroei die
men alleen terug vindt in enkele deelen
van Schotland en Ierland^ welke het zelfde
klimaat hebben. Het uitzicht van
Astenbergturm over de bergen en dalen
van Sauerland is wel zeer de moeite waard
En wie dan die bergen en dalen zelf
weer op en afgaat, die kjomt in Nordenau.
een van de liefste plekjes, van dit kostelijke
land, totaal verscholen temidden vai
rondom gelegerde bergen, rustigjes met zijn
kleine bergweitjes waarop men in luie
stoelen zich kan laten bruin bakken
dennegeur snuiven.
Met z'n 200 inwoners heeft Nordenau
geen ander levensdpel dan om het zomer
en wintergasten in hotels on pensions aan
genaam te maken.
De Albrechtsplatz, tusschen Nordenau en
Bergcburg gelegen, heeft de mooiste
meest gevarieerde bosschen die wij zagen
De donkere dennensoort, die de Harz be
roemd heeft gemaakt, vindt men ook hier,
maar samen met een bonte afwisseling v;
ander geboomte langs de vaak heel steile
berghellingen. Als zelfs de chauffeur van
de autobus, die heel dit Eerglandje op
duim kent, nog in extase geraakt, dan
moet toch de overal schoone natuur wel
in haar sierlijkste kleed zijn uitgekomen.
„Berieburg! Du bist ein PerleburgI"
speechte een collega bij de ontvangst in de
vriendelijke residentie van Wittgenstein
en daarmee typeerde hij niet onaardig het
karakter van het stadje, dat als een panel
is gevat in de facet van omringende ber
gen. Het slot van den vorst van Sayn-WUt
genstein-Berleburg beheerscht vredig, het
stadsbeeld en js ook een typeerende bezieus
waardigheid met zijn goed onderhouden
zaien vol historische meuhelverzamelingen,
famiüeschüderijen en jachttropheeën.
In dit land van Wittgenstein komt de
Hollandsche bezoeker al een enkele herin
nering tegen uit den tijd toen er nauwe
verbindingen waren met het huis van
Oranje, dat onder leiding van Vader Wil
lem en geïnspireerd door een Juliana van
Stolberg „lijf ende goet" inzette in
jStrijd tegen staatsabsolutisme en gewetens
dwang.
In Siegen we komen er straks nog op
terug—, zijn die herinneringen nog sterker,
maar in 't slot van Wittgenstein vindt men
reeds gravures en geschriften, die er
herinneren, da ook deze zijtak uit
stamboom van Nassau krachtig met den
heldenstrijd meeleefde. Het was Ludwig
von Wittgenstein, dié met zijn geldmidde
len en goede raadgevingen de gebroeders
Willem, Adolf en Lodewijk steunde, toen
ze op de burcht van Nassau-Siegen hun
^plannen voor den veldtocht naar de Neder
landen beraamden.
En zoo zijn we dan gekomen tot dat deel
van het doorkruiste landschap, dat ieder
Nederlander, aie nog voor zijn geschiedenis
voelt, sterk zal toespreken.
Wittgenstein was het voorportaal van
Siegerland en de historicus van Siegerland,
Dr/Kruse, stond ons reeds „bij de deur" op
te wachten om ons te voeren naar de his
torische plaatsen waar de Oranjes zich
gordden voor den strijd tegen Alva,
6trijd waarhij heel de toenmalige wereld
de adem inhield in de beklemming van
feit, dat iemand het dorst bestaan de
reldmacht Spanje te trotseeren, op hoop
tegen hoop, maar met den moed der
tuiging.
Met Dr. Kruse aan het hoofd, bestegen
wij de Ginsberg, de historische hoogte,
waarop eens bet meest Noordelijke Nas-
sausehe slot zich machtig verhief.
Nu was daarvan niets meer over geble'-
ven dan eenig gesteente, gegroepeerd rond
om een put, omringd door overheerschend
geboomte. Bij de Willem van Oranjeher
denking in het vorig jaar, hebben de Sie-
gerlanders uit de ruïnen een brokstuk
muur opnieuw opgericht en daarin een
voudige bronzen gedenkplaat met de beel
tenis van onzen „vader des vaderlands'
aangebracht, zoodat thans zelfs deze ver
vallen ruïne nabij Lützen nog spreekt van
onze Tandshistorie
Wat is de beteekenis van den Ginsberg?
Hier was de plaats waar Willem, Lode
wijk en Adolf voor het eerst hun troepen
verzamelden voor den inval in de Neder
landen, de veldtocht, nu nog vereeuwigd
in ons volkslied als het zegt:
Lyf ende goet altezamen heb ik U niet
verschoont
Myn broeders hoogh van hamen
hebben 't U oock vertoont
Graaf Adolf is gebleven jn Vrieslant
in den slagh
De slag, waarbij Span j es' legermacht
voor het eerst werd bedwongen, werd op
deze hoogte voorbereid.
Wij stonden op de bijDa gewijde plaats
waar de grondslag voor de bevrijding der
lage landen aan de zee werd gelegd en
schouwden over de groene bergen van
Siegerland en óók ons. immers bij voorbaat
nuchtere en beredeneerde journalisten,
drong iets naar de keel. toen we bij de
ruïne van de burcht van Nassau-Siegen het
„Wilhelmus" zongen,, met een voor ons on
gewoon accent begeleid door de trouwe
Sicgerlanders die ons tot de historie had
den teruggevoerd
Het Siegerland zelf deelt de schoonheid
van het beboschte gebergte met Sauerland,
maar er is toch verschil. Er is hier wat
meer weidegrond en die is, heel typisch, op
Een kijkje in de mooie t
1 van Brilon
bijna Hollandsche manier in cultuur ge
bracht, met een netwerk van greppels en
tot beekjes geworden slooten.
Grooter dan de cultuur-overeenkomst is
echter de inwerking der kuituur van Hol
land op Siegen en van Siegen op Holland
geweest.
Meer dan Sauerland is Siegerland door
de kultuurstroomen gepakt Men ziet dat
al aan een stad als Siegen zélf met tal van
fraaie bouwwerken, een interessant „boven-
slot" en een niet minder belangwekkend
„beneden-slot", met een museum, dat ge
tuigt van de kunstzin der Siegerlanders,
met een hoogesehool met monumenten cn
allerlei andere kunstschatten.
Schier ontelbaar zijn de Nassau-herinne-
rir^en in het oude museum (13e eeuw),
maar ook in het stadsbeeld komt tot uiting
dat er wisselwerking met Holland is ge
weest: dezelfde bouwmeester die het Mau-
ritshuis ontwierp bouwde hier het slot en
andere bouwwerken. Niet alleen uiterlijk
is het wederzijdsch contact ,.von huben
nach druben" bewaard gebleven. Het was
dezelfde Jan Maurits van Nassau, de Bra
ziliaan van het Mauritshuis, die hier zijn
residentie had, die tot op den huidigen dag
zijn Btempel op stad en bevolking heeft
gezet, een bevolking met sterk Calvinisti-
schen inslag. En heeft wederzijds een Jung
Stilling niet onmiskenbaar ingewerkt op
het Hollandsche piëtisme, dat voor de her
leving van het geestelijk leven in een tijd
perk van versteeiling zoo groote beteekenis
heeft gehad?
Bij een der toespraken met historischen
inslag, tot ons gericht, werd door een ech
te Siegerlander, wien men het aan kon
zien, dat hij het méénde, ook de wensch ge
uit, dat Adolf Hitler voor Duitschland zou
blijken te zijn wat Willem van Oranje was
voor de Nederlanden: de vader des vader
lands.
Toen werd door een anderen Siegerlan
der geïnterrumpeerd: „Wenn er es 1st in
dem Sirme Wilhelmus von Oraniëns!"
Het was een interruptie, die wij niet
licht zullen vergeten!
Het is moeilijk in de gedachtensfeer van
een ander volk, dat de laatste kwarteeuw
zulk een geheel andere geschiedenis heeft
gehad als het onze. volledig in te leven,
te begrijpen, dat men na veel verwarring
en onderlinge onrust de rust heeft gezocht
in een leider, óók als die met dwang zijn
wil oplegt aan millioenen die tooh niet met
één slag hun oude overtuiging hebben prijs
gegeven.
D i t staat vast, dat naar het uiterlijk in
dal deel van Duitschland dat wij bereisden
rust lieerschte en ook een uiterlijke eenheid
was verkregen.
Oók gelooven we, en die meening berust
niet uitsluitend op het gehoorde in toe
spraken van burgemeesters en Gauleiters,
dat bij een groot deel van het Duitsche
volk, groot enthousiasme bestaat voor het
nieuwe bewind.
De overgroote meerderheid van het volk
ziet geen anderen weg meer voor de ver
heffing van Duitschland dan: Hitier.
Dat wil niet zeggen, dat de vroegere Cen
trumburchten in het Sauerland thans lou
ter bevolkt zijn door vurige en vooral over
tuigde Nazi's, maar men geeft gaarne aan
den jongen leider van het nieuwe Duitsch
land vertrouwen, de kans om te sla
gen.
Zulk een kans kreeg Willem van Oranje
in de Nederlanden, met de altijd weer ver
deelde Staten, met de altijd weer voor hun
hachje en hun handeltje benauwde koop
heden, niet.
En toch was het Willem van Oranje, die
bij alle verdeeldheid, welke hij in zijn dj
gen niet wist te overwinnen, den grondsla
legde voor ons volkskarakter, door te gii
pen en hoog te heffen dat groote goed de
menschheid, dat gewetensvrijheid is.
Nu reeds hoorden we hier en daar bij on
geestelijk verwante Duitschers iets doo
klinken van ongerustheid, dat aan de rui
van Duitschland de rust \an een geru
geweten zal worden opgeofferd.
De kerkenstrijdja, dat is toch ee
probleem, dat wel tot vlak aan de oppe
vlakte toe veler harten en gemoederen b
roert. Men hoopt, men hoopt„Ja, zej
me een Siegerlander: onze „Führer" zal oo
dat in-het reine brengen. Hij wacht nu
en moet ook veel aan zijn onderbevelhe
bers overlaten, maar ge zult zien, dat h<
in orde komt Zelfs al zou bisschop Mülh
moeten vallen. Er macht es!"
„Wenn er es ist in dem Sinne Wilhf
m^s von Oraniens!" herinneren wij ons.
Neen, voor ons, Nederlanders, die oi
zejf willen zijn en blijven, moet er toch, b
veel waardeering, die er ook kan zijn vo<
het nieuwe bewind in Duitschland, ve
reserve overblijven.
Ja, als wc zien hoe daar aan de overzijc
de jongemannen onttrokken worden aa
de verpaupering lan het niets-doen en
het Arbeitslager nuttig werk verrichten
de bergen, dan kunnen we toch wel eerlij
zeggen: dat is tooh beter dan bij or
Maar als we een dag later met een nii
Nazi het nieuwe Duitschland bespreki
en een Nazi haalt ons in en wanneer d
dan tot gevolg heeft, dat de niet-Nazi oi
toebijt „Um Godcswillen schweigen Sie
neen dan zeggen we weer: geen gelukkig!
land dan een v r ij land.
En ziedaar, zoo zijn we, ons ondank
via de historie, in de zwaarwichtige pn
blemen van tie hedendaagsche politiek b
land, een terrein dat toch slechts in, v<
verwijderd verband staat met vreemdeli
genvenkeer en vac^ntietochten.
Men moge deze zijsprong ons ten goei
houden.
Inderdaad zal toch ook elke vac^t
ganger, die naar Duitschland mooht'gaa
helangs'elling hebben voor wat er zoo
ons nabuurland omgaat.
Vóór alles zal hem echter interesseer!
de vraag of zijn veiligheid als buitenland
gewaarborgd is.
Daarop kan, voor zoover hij zich ook ij
derdaad beperkt tot zijn vacantiegenoegej
en b.v. geen politieke activiteit aan dd
dag legt, een onbetwist bevestigend an
woord worden gegeven.
Ochwat weten de Sauerlahdscfj
bergen van al deze menschelijkc pr^blema
af! En dc menschen in de Sauerlandsclj
dorpjes en steden leven zoo nauw niet P
natuur mee. Ze groeten: heil iHtlep! I
weer uit gewoonte ook, maar het „gu
Morgen" van den vreemdeling vindt ea
even vriendelijke wedergroet.
Tenslotte zijn de Westfalefi Westfala
gebleven, het trouwhartige volk van <j
roode aarde, dat samengegroeid is met zj
bergen, dat gastvrij is als vroeger en au
gastvrijheid ook gaarne aan dep vreemd!
ling betoont, indien deze zijn oprechthej
niet in twijfel trekt en door den misschiet
wat stuggen bolster heen naar de pit zoel
„Behut dich Gott, du rote Erde!" zegga
we gaarne het Westtalenlied na, en da
denken we weer met vreugde terug aan a
korte maar schoone tijd in de Sauerlanj
sche, Siegerlandsche en Wittgensteiner bi
gen, tegelijk onze lezers opwekkend on
wanneer de omstandigheden dit weer tol
laten, allereerst te denken aan het schoonl
onbedorven Westfalenland.