JHriutn? geitedj* (Cmtraut
w
Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden ïn Omstreken
Is de N.S.B. Christelijk?
BRONWATER
abonnementsprijs:
Per kwartaal in Leiden en in plaatsen
waar een agentschap gevestigd is 235
Franco per post 2.35 portokosten
Per week0.18
Voor het Buitenland bij wekelijksche
zending 430
Bij dagelijksche zending530
Alles bij vooruitbetaling
Losse nummers 5 ct. met Zondagsblad 77» ct
Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar
Bureau: Breestriat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936
No. 5188 WOENSDAG 6 JUNlI 1934 15e Jaargang
SUrtjertentiEprijjeri
Van 1 tot 5 regels1.177»
Elke regel meer 0.22
Ingezonden Mededeelingen
van 1—5. regels t230
Elke regel meer 0.45
Handelsadvertentiën per regel 0.177»
Bij contract belangrijke korting
Voor het bevragen aan 't bureau
wordt berekend 0.10
IE zich heden voor minstens één jaar op ons
blad abonneert, ontvangt al de nummers, welke
In de maand Juni verschijnen, GRATIS. Het
abonnement gaat dan I Juli a.s. In.
Aanbrengers van nieuwe lezers hebben recht
op een keurige premie, in denzelfden stijl, als
men van ons gewend is, en waarvoor wij zoo
vel e vriendelijke woorden van dank In ontvangst
mogen nemen. Elders in dit nummer vindt men
een inteekenbillet ter invulling.
Abonné's geve men op aan de Administratie van
NIEUWE LEIDSCHE COURANT.
EEN BEWOGEN CONGRES
..De gemeenteraden worden niet lan
ger samengesteld uit de beste en be
kwaamste burgers"; „de helft van de bur
gemeesters zijn prullen"; „dit zijn niet
te weerspreken feiten"
Men weet het, kranten durven veel te
schrijven, maar het bovenstaande zou zeker
niet uit onze pen kunnen vloeien, als......
een burgemeester het niet eerst geschreven
en daarna deze stellingen instantelijk ver
dedigd had in een vergadering van raads
leden. „Verdedigd" is eigenlijk het juiste
woord niet: de prae-adviseerende burge
meester heeft volstaan met te herhalen, dat
dit „niet te weerleggen feiten" zijn.
Een en ander geschiedde op een congres
ivan de Federatie van Bonden, en Centrales
yan R.K. Gemeenteraadsleden in Nederland.
Het was een belangrijke bijeenkomst door
de behandeling van het onderwerp: „De
raad, het college van B. en W. en de burge
meester in hun onderlinge verhouding",
waarover prae-adviezen waren uitgebracht
door mr. D. F. Pont, burgemeester van Hil-
legom en de heeren R. A. L. M. H. Schoepp
uit Grave en mr. C. Ch. A. van Haren, se
cretaris van de Federatie en directeur van
baar adviesbureau.
Het was ook, volgens de verslagen in de
roomsch-kath. pers een bewogen congres en
da,t valt niet te verwonderen» als-men .be
denkt, dat de hoorders-raadsleden op eèn
wijze, als hierboven geschetst is, werden,
getracteerd en gekwalificeerd. Ook de niet-
aanwezige burgemeesters, die het verslag,
lezen, zullen evenmin met waardeering van
het weinig-vleiende oordeel kennis hebben
genomen, dat ze voor de helft „prullen"
zijn; en allicht stellen ze de vraag aan
den autoritairen prae-adviseur; tot welke
helft behoort gij zelf?
Nu behoeft men maar een half uurtje met
den burgemeester van Hillegom geconfe
reerd te hebben, om te weten, dat hij zeer
.vrijmoedige uitspraken aandurft; maar men
is dan nog niet overtuigd dat zijn autori
tair optreden op „niet te weerspreken fei
ten" steunt.
Hoe het zij, wij verstaan het, dat ten
congresse zeer scherpe critiek geleverd werd
op eèn prae-advies van dezen burgemees
ter, die van de stelling uitging, dat de libe
rale raadsleden van vroeger veel knapper,
eerlijker en onpartijdiger waren dan de be
stuurders, die thans ten gevolge van het
algemeen kiesrecht aan het hoofd der ge
meente staan.
Met steeds klimmende verbazing, om niet
te zeggen met afkeer aldus de Utrecht-
sche wethouder, de heer Smulders heb
ik kennis genomen van de aan arrogantie
grenzende vrijmoedigheid waarop de heer
Pont een veroordeelend vonnis velt over
d e gemeenteraadsleden en d e wethouders.
Zoo nu en dan wel eens met de reserve „de
goede niet te na gesproken", doch overigens
zeer generaliseerend en kleineerend.
Niet minder kras was de heer Nivard,
de Rotterdamsche wethouder, toen hij tegen
den heer Pont in het krijt trad. Het lijkt
soms of we hier te doón hebben met een
jongeman, die mogelijk wel geschiedenis
lieëft bestudeerd, doch de gevolgen van zijn
conclusies niet heeft overwogen en niet ziet
in ,wejk, een toestand hij ons brengen zal.
De prae-adviseur heeft groote waardee
ring voor het verleden en voor het heden
gróote minachting; merkte deze op en niet
geheel zonder reden.
Want de heer Pont schijnt twee dingen
heèlemaal over het hoofd te zien:
primo, dat vroeger de verdeeling der
raadszetels geschiedde in de besloten socië
teit der liberale notabelen, en
secundo, dat de tegenwoordige gemeente
raden honderd ingewikkelde en moeilijke
problemen te verwerken krijgen tegen de
vroegere één.
Wie vooral dat laatste bedenkt, zal dank
baar erkennen, dat ook eenvoudige raads
leden heel vaak blijk geven van een juist
inzicht in en een scherp oordeel over ge
meentezaken.
AMBTELIJKE MISLEIDING?
Het geval te Laren, de uitzetting der
Duitschers, blijft aan de orde. Het revolu
tionair-socialistische kamerlid heeft weer
een interpellatie aangevraagd; eenige leden
der Eerste Kamer bemoeien er zich mee;
de roode pers blijft de Larensche autoritei
ten vervolgen en dezer dagen heeft ook de
N. Rott. Crt. gelegenheid gegeven om be
schuldigingen aan het adres van de politie
te publiceeren.
Dit laatste maakt natuurlijk meer indruk
dan 't interview, dat de roode pers onlangs
had met een der over de grens gezette deel
nemers. Want terecht merkt de Tij d op:
„Het feit, dat een internationaal onrust
stoker niet per se eerder op zijn woord be
hoeft te worden geloofd dan onder eede
staande Nederlandsche politiemenschen, en
de omstandigheid, dat de sociaal-democrati
sche pers de reputatie geniet, dat zij derge
lijke gevallen gaarne als sensaticschotcls
opdischt, waren oorzaak, dat dit interview
niet zoo insloeg als was bedoeld."
De sensatie-zucht is nu eenmaal bekend.
Ze kwam b.v. nog pas aan het woord, toen
de roode pers, ter bestrijding van hetgeen
„de Tel." geschreven had, opmerkte:
„Het hlad praat den minister na, dat de
Larensche vergaderden agitatie voerden en
een. geheim congres hielden. De eene bewe
ring is al even zinneloos als de andere. Een
geheel besloten-bijeenkomst, voert toch geen
agitatie. Treurige onzin. En als een beslo
ten conferentie een „geheim congres" is,
dan zijn bijv. de jaarlijksche Amersfoort-
sche conferenties der R.K, Staatspartij en
de bestuursvergaderingen en afdeelingsver
gaderingen van iedere partij ook geheime
congressen."-
De minister, heeft, met zooveel nadruk op
het „geheime" karakter van deze bijeen
komst gewezen, dat de dikke woorden van
de roode pers nog weinig overtuigend zijn.
Echter, mocht blijken uit betrouwbare ge
gevens, dat hier sprake is van ambtelijke
misleiding, d.w.z. dat de autoriteiten te La
ren den minister opzettelijk onjuist hebben
ingelicht, dan zou de situatie geheel ver
anderen.
Want zeker past streng en vooral preven
tief optreden tegen internationale agitato
ren; vooral ook, omdat de roode pers zelf
meedeelt, dat men naar België uitgewezen
wilde worden om daar de conferentie,
welke te Laren verhinderd was, voort te
zetten; maar tegen schending van het
asylrecht protesteert ons volk evenzeer als
tegen opzettelijke valsche voorlichting door
officieele instanties.
Of dit geschied is, laten wij in 't midden.
We zijn met ons oordeel zoo gauw niet
klaar; maar nu twijfel gewekt is aan de in-
formatiés, welke de minister doorgaf, is
meer licht gewenscht.
BINNENLAND
DE NED.-INDISCHE HANDELS
BETREKKINGEN
ONTVANGST DER JAPANSCHE
GEDELEGEERDEN
BATAVIA, 5 Juni. (Aneta). De Gouver
neur-Generaal van Ned.-Indië heeft tijdens
de lunch, welke ten paleize plaats vond in
verband met de aankomst van de Japansche
delegatie, er in een rede op gewezen, dat de
arbeid, welke gedaan moet worden, waar
schijnlijk niet zonder moeilijkheden zal zijn.
Het zou oneerlijk zijn, zelfs kortzichtig, om
niet te realiseeren en te erkennen, dat er
inderdaad tegenstrijdige belangen bestaan,
doch daar tegenover staan veel meer belan
gen, die parallel loopen.
De moeilijkheden, welke ontstonden,
kwamen niet van binnen, doch van bui
ten. Ik ben niet zeker, dat uw land zich
dit voldoende bewust is. In ieder geval
heeft uw pers in de laatste maanden
niet vriendelijk over ons geschreven.
Het eenige, wat wij gedaan hebben, is
maatregelen nemen, die noodzakelijk
zijn voor de handhaving en de beveili
ging van de economische structuur van
dit land.
De Nederlandsche Regeering heeft onze
inzichten ten volle gedeeld. Maar dat betee-
kent niet, dat ge hier niet zult vinden den
geest van goeden wil en den ernstigen
wensch tot samenwerking. Deze leeft in onze
delegatie en ik ben er zeker van, dat gij met
deze delegatie een succesvol en bevredigend
resultaat zult kunnen bereiken.
Hierna stelde de Gouverneur-Generaal een
dronk in op het succes van de conferentie.
REDE VAN Prof. Dr K. SCHILDER TE DORDRECHT
De N.S.B. op drie belangrijke punten getoetst
De Hoofdleiding wenschte niet te debatteeren
Op uitnoodiging van een comité,
steld uit personen van uiteenloopende ker
kelijke en politieke richting, sprak - gieter
avond Prof. Dr K. Schilder in de'geheel
bezette Kunstmin-zaal te. Dordrecht,'over de
vraag: Is de N.S.B. Christelijk?
De samenkomst stond onder leiding, van
den heer A. j. Scheurkogel, die in, zijn
openingswoord o.m. meedeelde, dat de'hoofd
leiding der N.S.B. aan de uitnoodiging om
te komen debatteeren, geen gevolg heeft
gegeven. Spr. wilde daarover- niet smalen
maar kan het zich zeer goed voorstellen:' dat
men weigerde. (Applaus).
Rede Prof. Schilder
Hierna w as 't woord aan Prof.'S chi'ld eri
Vooral thans wordt veel gesproken over
de vraag, aldus ving spr. aan, of een men-
schelijke beweging of organisatie,.omdat ze
menscbelijk is, wel Christelijk' kan zijn.
Sommigen beweren, dat het echte dat: wit
Christus is, nooit'kan samenvallen met wat
menschel ijk is. Vele jonge mensohen zeggen
daarom, dat een Christelijke politiek onmo
gelijk is en loopen naar de N.S.B. Maar'dan
moeten ze het wel merkwaardig vinden, dat
de N.S.B. steeds meer nadruk legt op haar
Christelijkheid'! Ze zégt zelfs: onze ethiek- is
identiek met de Christelijke ethiek. Maar
wie zegt: wij zijn Christelijk, die zij naar
het woord der Schrift bereid aan een iegelijn
rekenschap af te leggen van dó hoop die
Alö gevraagd wordt: is u die u zegt
zijn, en als dat dan betreft datgene c
krachtens zijn aard aille gedragingen en heel
de houding moet beheerechen, dan moet men
bereid zijn daarover verantwoording te doen
't Was in dit geval bovendien gemakkelijk,
omdat men van tevoren de hoofdzaken wist
van wat spr. zou zeggen, wijl in Utrecht,
naar spr. hetzelide onderwerp behandelde,
een stenogram werd opgenomen. En als men
dan bovendien een heele staf van leiders
en denkers en professoren en studenten
heeft, dan vraagt spr. of-het weigeren van
debat een teeken van zwakheid s of
kracht?
Lr is allerlei in de woorden en daden der
N.S.3., dat.de vraag of ze Christelijk
actueel maakt. Zoo. zegt ze, dat. de -n-vor-
mings-gedachten die Italië en Dnitechiand
veranderden, in Nederlaqdschen geest trióK
teil worden verwerkelijkt. Voorbijgaand, dat
dit een tegenspraak is in ziohzélven, is het
voor ons een vraag ve-n leven of dood, welke
dan die grondbeginselen en hervormings
gedachten zijn.
Spr. citeert nog een derde uitspraak: Wij
vragen van onze leden slechts gevoel en
besef van saamhoorigheid, maar niet waar
op zij dat gronden.
Dat haalt een streep door de eerste uit
spraak, maar niet door de tweede.
Het is reeds op zichzelf onchristelijk, te
zeggen: dat wat ons samenbindt, maken we
los van z'n gronden, van het diepere levens
beginsel. Dat is het demonische in Italië en
Duitschland, dat men de schare bijge
bracht heeft een eaamhoorigheidsmytihe zon
der te vragen naar de grond van die saam
hoorigheid.
De N.S.B. zegt verder in een harer brochu
res, dat het leidend beginsel onmiddellijk
aan de rede wordt ontleend en dat het daar
om niet noodig is, zich in de wetenschappe
lijke dialectiek van ethische staatsprincipes
te verdiepen.
Dit is ten eerste wetenschappelijke hum
bug, want onmiddelliijk uit de rede is er
niets. Maar dit is verder heelamaal niet
Christelijk, want de mensch mag niet leven,
uit eigen rede, wijl de zonde haar heeft ver
dorven. De rede kaai slechts dan iets zeg
gen van de wijsheid Gods, wanneer ze wordt
overwonnen door Gods Woord. Laten de
jonge mensohen weten wat ze doen, want
het zal niet- voor niets zijn, dat men in zijn,
mooie jonge leven heenloopt over de vr^ag
of het staatsbeleid mag geput uit de rede of
moet. vragen naar de beginselen van Gods
Woord.
9e Ideeënfilosofle
Om drie punten concentreert spr. dan zijn
betoog:
1. De N.S.B. sluit zich aan bij de Ideeën-
filosofie, die reeds eeuwen kwaad deed aan
het Christendom. Deze ligt achter de nog
steeds niet herroepen broohure 3 van de
N.S.B. Volgens dit Idealisme is elke staat
een meer of min geslaagde verwerkelijking
van de staat in het algemeen, van de staats
idee. Dan ook die van Rusland. Indien alle
staten de staatsidee realiseeren, zijn alle
staten familie van elkaar. Maar waar valt
dan de scheiding van Christelijk en niet-
Christelijk?
Met verwerping van de Ideeënfilosofie luis
teren we naar Maleachie's woord, diat er ver
schil is tuechen dien die God dient en dien
die Hem niet dient. Er is een staatsinrich
ting, die beantwoordt aan Gods wet en
Woord en wil, en er is er een, die hot niet
doet. En dan is Rusland een onchristelijke
staatsvorm, en moeten we in Holland zoeken
een staatsvorm, waarin God wel ge
diend wordt. Tegen Rusland kunnen we zoo
principe stellen en daarom praxis. Dat kan
niet op het standpunt der Ideeënfilosofie,
want dan is Rusland familie van de Hol-
landsehe staat. Daarom kan de N.S.B. nooit
orincipieel vechten tegen Marxisme en com
munisme, ai kan ze het wei teg?n de uit
wassen, zooals spr. zelf in Duitschland con
stat eerde. Maar het is niet voldoende het
nkruid van bo"en ai te snijder on niet «1»
wortel aan te tasten.
„De idee zelve doei zich gelden als ethi
sche macht in onze hersenen", zoo zegt de
N.S.B. Deze uitspraak is een nic av bewijs
men hier niol rust op de b ''em van
Gods wet, en ten onrecht» zegt: wij zijn niet
autonoom, maai' erkennen God ais de dri.f
kracht der natie. Door ztiAk een Wus tracht
men zand te strooien .in de oosten van het
jonge bloed» dat men va» ons wil aftrekken.
Prof. Dr. K. SCHILDER
Niet awtonoom? Maar dan ook onder Gods
wet! en niet een vage idee die ethische
macht wordt in onze hersenen! Want geen
enkel terrein staat los var. Gods heilige wet.
Evolutietheorie
2:,'De Ideeënfilosofie leidt tot evolutie
theorie. In genoemde brochure 3 wordt ge
zegd: „de samenleving is in al zijn factoren
van economischen aard en in het cultuurle
ven is voortdurende evolutie'; en verder:
„de samenleving is een proces van zelf
bevrijding der menschheid uit de dierlijke
natuurlijkheid tot het wü
echt menschelijke leven".
Hier wordt' duidelijk gekozen voor een
evolutiebegrip dat onaanvaardbaar, is voor
wie met Gods Woord wil rekenen.
't. Is op zichzelf reèds dwaasheid, want
indien er tasechen mensclren dier ontwik
kelingsdraden zijn,-dan is het echt men-
echelijke een, fictie. Christelijk is, te zeggen:
God bevrijdt. De samen lering zelfbevrijding
te iioemen, is onchristelijk. Ontwikkeling
van hot dierlijke naar het menschelijke aan
te nemen, is eveneens onchristelijk. Eerst
maakt men Rusland en Nederland familie,
en dan de 'aap en de mensch.
En verder is vergeestelijken (en ook ver
stoffelijken) verkraohten. Alles is goed wan
neer het is ma-ar z'n aard. Daarom is
Christelijk een politiek, die elke levenskring
eigen aard laat houden. Maar onchristelijk
is de staatsopvatting, die principieel stof en
geest tegenover elkaar plaatst en spreekt
van vergéestelijken.
De N.S.B. wil een economisch sociale
Kamer en een cultuurkamer (kerk, weten
schap, kunst). Door kerk bij cultuur onder
te brengen, en het economische en sociale
van de kerk los te maken, wordt eohter en
passant heel het Christendom over boord ge
worpen.
Saam vattend met'het onder één genoemde
zegt dus de N.S.B.het.algemeene is in het
bijzondere, alles is in evolutie, en. wat zich
ontwikkelt, ontwikkelt z i - h, het gegeven
wordt, daarin reeds erkend als te bewaren.
Dit alles geeft een gruwelijk syncretisme te
zien, maar maakt onmogelijk met Maleadhi
te onderscheiden tusschen dien die God
dient en dien die Hem niet dient.
Evenails bij het eenste punt, blijkt ook hier,
dat rood en zwart dooreenloopen. Christen
dom en heidendom worden aldus vereen
zelvigd.
Als alles zich ontwikkelt door een imma-
nesrte levenskracht, wordt het onmogelijk
alle genegenheid te toetsen aan Gods
Woord.
„Het fascisme is mogelijk bij elke vorm
vair religie, wat trouwens van elke staat:
vorm kan worden gezegd", zoo schreef Volk
en Vaderland. Maar dan is ook de Russische
staatsvorm te verbinden met de Nederland-
.sche geloofsbelijdenis
Humanisme
Ten derde vestigde spr. de a andacht op het
humanistisch karakter der N.S.B.
Ails de staat verwerkelijking is van de
staatsidee, dan toch ook de religie van de
algemeene religie-idee, het gezin
gezinsidee enz. Maar wie geeft dan de staat
het reoht over al die uitgewerkte ideeën de
te spelen? Hier neemt de Ideeënfiloso
fie de vorm aan van de wilsverheerlijking
vain den vrijen mensch. De algemeene men-
schenwjj wordt tot staatsalmaoht verheven.
Vrij ismen als de individueele wil zijn eigen
algemeenheid wil.
Die algemeene wil is een fictie, evengoed
als de N.S.B. de internationale wil van Marx
fictie noemt. Die algemeene wil, die een
afgod wordt, is niet anders dan een uit-
broedsel van kwade filosofieën.
Reeds in de eerste eeuwen streed de kerk
tegen de Ideeènfilisofie, die zich openbaarde
in de Gnostiek, die God en Christus maakte
tot ideeën( en de Zoonheid stelde in plaats
van den Persoon des Zoons.
Maar de God, die de wereld schiep was een
Persoon, en de Zoon, niet de Zoonheid moet
ons vrij maken. Geen vage idee van alge
meene mensohenwil, maar een concreet zich
stellen tegenover den God van Doop en
Avondmaal en Kruis. Geen zelfontwikkeling
en zelfbevrijding, maar beleven van de
woorden:
Heer, Die over ons *e zeggen heeft.
Consequent moet de N.S.B. uitkomen bij
steatsabsolutisme, al zegt ze'ook, dit niet te
willen. Allerlei eigen uitlatingen toonen
aan, dat ze daar terecht komt De algemeene
wil, zich manifesteerend in de 6taat, ver
klaart men tot recht De staatsmacht is het
hoogste recht
God Zelf echter vereenzelvigt nooit Zijn
deugden, maakt macht niet tot recht, maar
handhaaft in alles Zijn wet. Zelfs aan satan
betoont Hij niet Zijn macht als Zijn Zoon
niet het recht bevredigt. God gebruikt nooit
macht zonder tegelijk recht te handhaven.
Wie is dan Mussert of Hitler of Mussolini
of wie ook, dat hij zou durven wat God niet
durft, macht maken tot recht? Zo verbinden
zonder wet?
Zulk een staatsmacht «reeft de kerk slechts
een plaats omdat het hem behaagt. Maar op
dergelijke priviiege-brieven stelt de kerk
geen prijs. Het staatsabsolutisme kan nooit
de basis zijn voor het aanvaarden van de
plaats der kerk.
Zoo vloeit alles saam in de vraag: Wat
dunkt u van den Christus?
Gelooft ge in God den Almachtigen
Schepper van hemel en aarde als Wetgever
voor elke kring? Indien ja, dan terug naar
de kerk en belijdenis en niet en nooit
de N.S.B.
Gelooft ge in Jezus Christus onzen Heere,
van Wien we knechten zijn? Indien ja, dan
terug naar kerk en belijdenis en niet en
nooit naar de N.S.B.
Tenslotte: gelooft ge in den H. Geest, di
neemt uit Christus en zoo rijp maakt voo
de laatste strijd en de antithese? Zoo ja, dan
terug, naar kerk en belijdenis, en niet
nooit naar de N S.B., dat nieuwe heidendom.
Na. deze rede werd staande gezongen: Zij
zullen het niet hebben. Van de gelegenheid
tot vragen stellen werd geen gebruik ge
maakt, waarop na een kort slotwoord van
Prof. Schilder en het zingen van het tweede
couplet van het Wilhelmus de vergadering
door den heer G. van Dijk met dankgebed
werd beëindigd.
DE SPELLINGVEREENVOUDIGING
De Nederlandsche Zuid Afrikaansche Ver-
eeniging heeft onderstaande brief gezonden
aan den Ministerraad inzake de voorgestelde
vereenvoudigde spélling van de Nederland
sche taal en de wenschelijkheid van invoe
ring daarvan, met het oog op Zuid-Afnka.
„Naar aanleiding van de onder de auspi
ciën van Zijne Excellentie den Minister van
Onderwijs beraamde en onlangs bekend ge
maakte plannen tot vereenvoudiging van
spelling der Nederlandsche taal, veroorlooft
het hoofdbestuur van de Nederlandsd>Zuid-
Afrikaansche Vereenigtng zich het volgende
te brengen onder de aandacht van de Raad
van Ministers:
In de Unie frail Zuid-Afrika is, naast het
Engêlsch, als officeele taal ook het Neder
landsch erkend, zoowel in zijn zgn. „öoog-
hollandsche" als in zijn Afrikaansche vorm.
Die Hooghollandsche vorm in de vervol
ge hier Nederlandsch te noemen wordt
in Zuid-Afrika op de scholen en daarbuiten
ook werkelijk gelezen, zij hel in beperkte
Er worden in Zuid-.Afrika stommen ge
hoord, die betoogen, dat ra eer kennis van
het Nederlandsch voor de uitgroei van
Afrikaansoh dringend noodig Is en dat
wording van een eigen cultuur, afwijkende
van de Engelsche beschaving bij den Afri
kaner door geregelde kennisneming van het
Nederlandsch bevorderd zal worden.
Een belemmering ondervindt dit streven,
dat hoog en laag onder zijn aimhangeis telt
onder meer door het verschii in spelling
stelsel in Nederland en in de Unie. Immers,
terwijl in Nederland de regels van De Vries
en Te Winkel gelden, met hun etymologi-
schen grondslag, heeft men in Zuid-Afrika
de schrijfwijze van 't Afrikaansoh gegrond
op de beginselen, die in Nederland door de
„Vereniging tot vereenvoudiging van
Spelling" worden aangenomen, dw.z. men
richt zich vooral na,ar de klank.
Het hoofdbestuur meent nu, dat elke wij
ziging in de spelling van co Nederlandsche
taal, die het woordbeeld vereenvoudigt
dichter brengt tot de gesproker klank, ook
tengevolge za! hebben, dat de Afrikaner het
Nederlandsch gemakkelijker zal lezen. Daar
om zou het de voorge-telde Nederlandsche
spelling graag tot stand z'eu komen. Rug
gespraak met Zuid-Afrika heeft het echter
in deze niet kunnen houden, zoodat het met
de verklaring van zijn instemming niet
bedoelt de opvattingen daar te lande volle
dig weer te geven".
EEN PAAR BROCHURES
Over het Spellingvraagstuk is nu zoo lang
zamerhand een stroom van lectuur versche-
i. We willen van het een en ander eep
bloend eziDg geven en enkele opmerkingen
maken.
Allereerst gaf de Nederlandsche Uitge
versbond een boekje in het licht onder de
titel: „Het spellingvraagstuk en de Uitge
ver". Daarin worden tegen de bedoeling van
de minister om de boekjes door de leerlin
gen zelf te laten corrigeeren, bezwaren inge
bracht. Gemeend wordt, dat dit niet zoo ge
makkelijk zal gaan en dat o.m. de neiging
groot zal zijn om letters te schrappeu, die
wel moeten blijven.
Verschillende andere bezwaren worden in
deze brochure eveneens behandeld, zooals de
hooge kosten die verbonden zijn aan hel
rnieuwen van woordenlijsten. Besloten
wordi met het afdrukken van verschillende
adressen aan de Minister vau Onderwijs en
aan de Voorzitter van de Ministerraad.
Dr. Ger lach Royen heeft bij de uit
gever J Mousses te Purmerend een brochu
re doen verschijnen over „Het Sexuele-N-
Komplex". Deze brochure is opgedragen aan
minister Marchant
Dr. Gerlarh Royen zegt. dat de verwar
•ing tusschen ger us (de gèslachtsonderschej
ding der woorden) een sekse weer actueel
geworden is. Minister Terpstra heeft de vrij
heid gegeven de buigings n weg te laten, be
halve bij de namen van mannelijke perso
nen de namen van dieren, die óf slechts
mannelijk individu aanduiden óf een
gebruikelijk aileidsel op -in voor het
lelijk naast zich hebben, en voor samen
stellingen van deze woorden.
Dr. Gerlarh Royen betoogt in zijn werkje
dat de voorschriften van Minister Terpstra
tot tweeslachtigheid en willekeur moesten
lei don, en tót dwaze cónsekwenties Hier
moge iets van waar zijn, ontkend kan toch
0;i; ni«t worden, dat de voorschriften van
is het Voordeeligste
Smakelijkste en
Geneeskrachtigsta
HOLLANDSCHE TAFELWATER
Hoofdd. R'damsche Biercentrale TeL 41850.
Voornaamste Nieuws.
Dit nummer bestaat uit DRIE bladert
Prof. Dr. K. Schilder heeft gister tc Dordrecht
een rede gehouden over het onderwerp „Is dc
N.S.B. Christelijk?"
Voor de Scheepvaart zou een crcdiet van f 20
millioen beschikbaar worden gesteld.
Blz. 2
Barthou houdt in bet bureau der Ontwapenings-
conferentie een rede, die Henderson aanleiding
geeft te dreigen met dc neerlegging van zijn voor
zitterschap.
Engelands nota inzake de schulden aan dc
Vereen. Staten.
De plechtige begrafenis van admiraal Togo to
Tokio.
Roosevelts plannen tot bestrijding van dc ge
volgen der droogte.
Blz. 3
De Bond van Vereenigingen voor Chr. Nijver
heidsonderwijs houdt te Utrecht de algemeene ver
gadering.
Er zullen excursies worden georganiseerd met
het instructievaartuig Prins Hendrik",
Blz. 5
De Onderwijzersopleiding, door H. J. v. Wijlen»
DE ROTTERDAMSCHE RAAD
WILLIGT DE EISCH VAN GEDEP.
STATEN NIET IN
De Gemeenteraad van Rotterdam heeft
het voorstel tot opvoering van het klasse
gemiddelde voor de g. 1. o. A-scholen tot
40, met een maximum van 48, verworpen
met-23 tegen 17 stemmen,
Tegen stemden de S.D. en de heeren
v. d. Lugt en Holst (C.H.). Reeser (V.,
P-), Hijman (V.B.). Reuderink (Comm.),
van Burink Menist (R.S.P.) en van
Dis (S.G.P.).
Rotterdam, heeft dus aan den desbe-
treffenden eisch van Ged Staten van
Zuid-Holland niet willen voldoen.
STEUN VOOR DE SCHEEPVAART
EEN CREDIET VAN 20 MILLIOEN?
Het Volk verneemt, dat de regeering
het plan heeft, binnenkort aan het
parlement een aanzienlijk crediet te
vragen voor de ondersteuning van
scheepvaart en scheepsbouw. Ons werd
een bedrag genoemd tusschen de
twintig en vijf en twintig millioen
gulden.
Deze steunverleening zou, ook voor
wat den scheepsbouw betreft, staan
huiten de bemoeiingen van het Werk-
fonds-1934. Wel schijnt het in de he-
doeling te liggen, voor de regeerings-
hulp bepaalde voorwaarden te stellen
o.a. met betrekking tot de arbeids
voorwaarden van het persooneel, dat
in de ondersteunde bedrijven werk
zaam is.
Prof. Dr. BERGER
Naar wij vernemen is prof. dr. H. C L E
erger, directeur van den veeartsenijkun-
digeu dienst en hoofdinspecteur vau de
Volksgezondheid lijdende aan ingewands
ziekte. De behandelende geneesheer heeft
absolute rust voorgeschreven.
Minister Terpstra een zware slag hebben
toegebracht aan de onbeperkte heerschappij
van het spellingsysteem van de Vries en te
Winkel, en de algeheele afschaffing van deze
doode vorm hebben voorbereid.
„Wie voor eenig of algeheel behoud is",
aldus concludeert de schrijver, „van de ac-
cusatief-n, mag zich voor die vormonderschei
ding njet op eenig dialect, noch op eenige
sexueele mannelijkheid beroepen. Hij heeft
alleen rechi een Deroep te doen op on-nc-
derlandsche willekeur van classicistische
grammatici, voorheen en thans".
En hij besluit: „Willen sommigen om cul-
lureele of casueele, theologische of filosofi
sche .artistieke of journalistieke, mercantiele
of idealistische, aristocratische of demagogi
sche psycho-artalytisehe of fascistische rhc-
torische of r-ythmische, poëtische of classi
cistische, archaïstische of juristische. dialee
tische of exotische, pseudo-linguistische of
post-historische. melodramatisohe of prozai-
sche, of om welke andere denkbare of ondenk
bare redenen de -n heelemaal niet of maar
half prijsgeven, wij gunnen hun dat van
gansehor harte. Alleen zouden wij mot Mar
chant om eenvoudig=practische en zuiver-taa*
kundige redenen, vooral de komende ge
slachten van een officieele onwaarheid wil
len bevrijden, en zoo alvast iets bijdragen
tol de gezondmaking van ons moedertaal
onderwijs".