DINSDAG 29 MEI 1934
Kerknieuws.
- :j GEREF. KERKEN
Tweetal: Te Kantens M. Geerts>ema cand. tc
Zuiowoldc 'en B. 'Holwerda cand. te Houwerzijl.
Beroepen: Tc IJmuiden-Oost, E. G. van
Teylingen te Oosfcwolde (Oldainbt).
NED. HERV. KERK
Beroepen: Te Ober gum. F. H. No'.le, car.d.
te Dordrecht.
Aangenomen. Naar Warnsveld (toe:.), A.
van der Hoeven te VoMenhove.
Bedankt- Voor Winsum en Baard, H. A.
Baudot te Klooster ter Apel.
OUD-GEREF. GEM.
Bedankt: Voor Apeldoorn, K. P. de Groot te
Delft.
DOOPSGEZ. SOC.
Beroepen: te Amsterdam O. L. v. d. Veen
te Groningen.
ASCHEID, BEVESTIGING, INTREDE
Zcadag 27 Mei nam Ds. A. H. J. G. van
Voorthuizcn afscheid van de Gemeente te Rijss^n,
wegens vertrek naar Wezep. Zi]n tekst was Mat
ch e us 2S 20. Onderwerp: de blijvende Herder.
Punten: le. Wie Hij is. 2e. Waartoe Hij blijft.
3e. Voor hoelang Hij blijft. Aan het einde van
deze indrukwekkende plechtigheid werd Ds. van
r Voorthuizen toegesproken door Ds. van Asoh van
Wierden en door Ds. van Wieriogerv van Rijssen.
Hem werd toegezongen Ps. 121 4. Mede aanwe
zig was Ds. Hijman van Nijverdal.
Voc-r het afscheid van Ds .C. M. v. d. Loo
van de GercfKerk van Appelscha bestond
vee! belangstelling. Aanwezig waren afgevaardig
den van de Classis Assen en van een vijftal gena-
buurde kerken.
Ds. v. d. Loo bediende het woord naar aanlei
ding" van Hand. 20 32a en sprak na afloop van
de prediking hartelijke woorden van afscheid en
dank in antwoord op korte toespraken van ouder
ling J. Banga namens Kerkeraad en Gemeente, Ds.
D. Drenlh van Zuidlaren namens de Classis. Ds.
G. Oegema te Haulerwijk namens de Geref. Kerk
aldaar en Ds. W. Scheele van Hoogersaiulde na
mens de overige buurkerken.
Aan leeraar en Gemeente werden toegezongen
Ps. 134 3 en Ps. 146 3.
Ook Ds. J. M. Snetblage, Ned. Herv. Pred. te
Appelscha woonde als goede buur en vriend de
plechtigheid bij.
Zondagavond heeft Ds. A- D. M e e t e r, we-
trek r
Herv. Gemeente van Wageningen afscheid geno
men, sprekende naar aanleiding van Eifeze 1:14.
Ds. Gregory sprak den scheidenden leeraar, mede
namens Gemeente, Kerkeraad en Ring hartelijk
toe, waarna. Ps. 121 4 werd toegezongen.
Ónder de aanwezigen bevonden ridh de burge
meester van Wageningen en vele belangstellenden
uit Amsterdam.
Cand. K. Roubos te Driebergen hoopt Zendag
17 Juni zijn intrede te doen bij de Ned. Herv.
Gemeente te Steggerda c.a.. na bevestigd te zijn
door Ds. H. Visser van Doetanahem.
JUBILEUM Ds. W. VERHOEF
Ter aanvulling van ons benaht van gisteren
diene nog, dat een speciale herdenkingsrede door
Ds. Verhoef niet gehouden is: wel heeft de jubilaris
enkele woorden aan dit ambtsjubileum gewijd. Des
morgens sprak Ds. Verhoef in de Nooraerkerk,
alwaar hij aan 't einde van den dienst werd toe
gesproken door onderling v. d. Mey en de ge
meente hem toezong de bekende zegenbede uit
Ps 134 Des avonds trad Ds Verhoef op in de
Oosterkcrk Hier werd hij toegesproken door
ouderling Kroes en werd hem toegezongen Ps.
71 13. Overigens heeft het Ds. Verhoef j.l.
Zondag, die tegelijk rijn 6Se verjaardag vierde,
niet aan belangstelling ontbroken.
SUPRA-NATIONALE GEBEDSBOND
'Men meldt ons:
In de maand Juli zullen vanwege den Supra-
Natdonalen Gebedsbond in het ..Zendingshuis" tc
Amerongen 2 Conferenties en 2 Bijbel-Cursussen
gehouden worden.
De data voor de Conferenties zijn: 6—9 Juli en
20 —23 Juli: die voor de Bijbel-Cursussen. 9—16
Juli en 23—30 Juli. Elke Conferentie wordt dus ge
volgd door een Bijbel-Gursus.
In elke cursus-week worden twee Hollandsche
'en één Engelsohe cursus gegeven: deze laatste
■wordt geleid door Miss Edith Davis en niet ver
taald.
Gedurende de cursus-weken wordt des avonds
te half acht een samenkomst gehouden, waarin
Miss Ruth Paxson spreekt; dezie toespraken wor
den echter wél vertaald.
De sprekers en leiders voor deze Conferenties
én Bijbelcursussen zijn: Miss Edith Davis, ex
zendel. in Ohina; R. van Goethem, Evang. v. d.
Belg. Evang. Zending te Mouscron; Johannes de
Heer, Redacteur van „Het Zoeklicht" te Drie
bergen; J. Knecht, Leeraar aan de Opl. school
'voor Evang. der B.E Z. te Brussel: Ds. J. H. B.
v. Lierop, Pred. der B.E.Z. te Gent; Miss Ruth
Paxson, ex.-zendel. in China; Ds. A. W. F.
Waardenburg, Vrij Evang. Pued. te Wezep.
Het Onderwerp voor deze Conferentie is: „De
Opwekking van Gods kinderen in Europa."
DE AFSCHEIDING VAN 1834
In het herdenkingsjaar van de Afscheiding in
1834 is niet alleen de 14e October datum van
groote beteekenis. Immers, aan het oogenbltk,
waarop de acte van afscheiding te Ulrum ender-
teek'end werd door hen, die Ds. de Cock volgden,
gaat een reeks gebeurtenissen vooraf, die in den
keteD der historie onmisbaar waren. Reeds de 11e
Maart, toen de
Cock werd op-
Kerkbestuur te
verantwoorden,
was zulk een
datum. De 1 c
April was een
volgende dag
van beteekenis:
rendier
het
de Cock
tractemeat
de Ulrum-
sche predikant
ingehouden.
In de dagen
tussdhen 1 April
en 15 Mei ligt
de voorbereiding
van de reis, door de Cock met den catechiseer
meester T. de Wit van Wildervank naar de Resi
dentie ondernomen, om persoonlijk den Koning een
verzoekschrift te overhandigen. Op den 14en Mei
had de audiëntie plaats, maar de Koning ontving
de heeren VTïj koel, zoodat zij met weinig hoop op
uitkomst naar huis terugkeerden.
Deze verwachting bleek juist: nauwelijks 14
dagen later volgde op den 29en Mei, dus vandaag
honderd jaren geleden
het besluit tot afzetting.
Dit besluit viel ongeveer vijf maanden na dat
tot schorsing, eu heeft den weg naar dc Afschei
ding gebaand. Het vonnis werd geveld zonder
nader verhoor of onderzoek en alleen
op grond van het in druk geven van het geschrift
van Klok en de weigering om het te herroepen.
In dat boekje had de Gock een voorrede geschre
ven, waarin de Gezangbundel genoemd wordt „een
tesamen geflanste Alkoran. waar de waarheid, die
er noodig is te weten tot zaligheid, uit blindheid
of trouweloosheid is verzwegenen
voorts nog: .irenische minneliede
ren, om de Gereformeerden al zingende van hun
zaligmakende leer af tc helpen, en eerae valsche en
leugeroleer in te voeren". Daarom heet het zingen
der Gezangen hier, „strijdig met Gods Woord, een
getier, dat na te laten best en Gode behagelijk
Ds. de Cock zelf had aan het Prov. Kerkbestuur
den dag tevoren, op 28 Mei, geschreven, dat hij
eer hij den toren ging bouwen, de kosten overre-
kend had. Van dat hij begonnen was het recht
Gods togen het van God afwijkende menschdom
te verdedigen, had hij al meermalen afzetting, bon
den en boeien, uitbanning, confiscatie van goede
ren. ja zelfs den doou voor oogen gehad Maar
welke de uitkomsten ook mochten zij i hij hoopte
:e over te laten aan den Heere."
Samenwerking inzake gedenkteeken
In ons blad van 8 Mei is bericht, dat het Geref.
Comité voor de Afscheiding 1834 er met in ge
slaagd is, zoodanige samenwerking te verkrijgen
met het Ohr. Gercf. Comité, dat een gemeenschap
pelijk gedenkteeken zou vv&rdcn aangebracht. Bij
qadere informatie blijkt ons, dat deze mededee'ing
onjuist is. De besprekingen over dit onderwerp
zijn nog gaande. Men zal begrijpen, dat het opner
men van deze tegenspraak ons evenzeer verheugt
als "de (ten onrechte vermeende) loop van zaken
ons leedwezen had gewekt. Het opstellen van een
gedenkteeken van de Chr. Gref. Kerk te Ulrum is
een plaatselijke aangelegenheid en ging
buiten het Ohr. Geref. Comité om.
Odk van een Bweeëerlei strooming in het Chr.
Geref. Comité ten opzichte van een eventueel op
te richten gemeenschappelijken gedenksteen is, naar
ons van bevoegde zijde gemeld wordt, geen sprake.
DE KERKSTRIJD IN DUITSCHLAND
Scherp conflict in de Hannoversche landskerk
De landsbissohop der Dui tsche Evangelische
kerk in Hannover, de bekende Luthersche voorman
Dr. Mahrarens, 'heeft zich bij de Belijdenisbewe
ging (oppositie tegen de Rijkskerkregeeriög) aange
sloten. De directe aanleiding is het besluit van den
Hannoverschen kerksenaat, -waarin de geloofsbe-
weging der Duitscshe Christenen de meerderheid
heeft, om de zelfstandigheid der Hannoversche
landskerk op te heffen en de landskerk in te lijven
bij de rijkskerk. Dr. Mahrarens verklaarde zich op
grond van de rechten der belijdenis tegenstander
van dit besluit en weigerde het te onderteeketien.
Daarop werd het besluit door den kerksenaat zon
der de handteekening van den landsbissdhop gepu
bliceerd. Hieruit ontstond uiteraard een conflict.
Te Hannover kwam 23 Mei j.l. een „belijdenissa-
menkomst" bijeen, waar afgevaardigden van meer
dan 600 Hannoversdhe gemeenten tegenwoordig
waren, in welke Dr. Mahrarens zijn houding nader
toelichtte. De vergadering sprak haar hartelijk ver
trouwen in dr. Mahrarens uit en aanvaardde een
besluit, thans gepubliceerd, waarin de Hannover
sche belijdeniskerken van de rijkskerkregeering
vragen het besluit van den Hannoverschen kerk
senaat ongeldig te verklaren. De kerksenaat (die
uit den landsbisschop en 6 andere leden bestaat)
heeft dit beantwoord niet het publiceer en van een
motie van wantrouwen in den landsbissdhop en
het verzoek aan dé rijkskerkregeering om dr.
Mahrarens oogenblikikelijk uit zijn ambt te ont-
Dc Hamburgsdic landskerk
Onder aanwezigheid van rijksbisschop Ludwig
Müller en dien Redhtswalter dr. Jaeger heeft dc
synode der Hamburgsche landskerk Donderdag 24
Mei to; opheffing harer zelfstandigheid en inlijving
vn de rijkskerk besloten.
Dc Vrije Nationale Synode vergadert.
De Vrijé Nationale Synode der Duitsche Evan
gelische belijdenisbeweging komt deze week onder
leiding van den Westfaalschen praeses dr. Koch
van Oeyenlhausen bijeen. Het agendum wijst op
voortgang in de stichting van een nieuwe kerkge
meenschap. De Westfaalsöhe behjdenissynode
heeft zidh reeds tot den staat gewend om de ker
kelijke belastingen in handen te krijgen, die haar
naar oordeel toekomen. Het rijksministerie van
financiën nam hierin nog geen
Ook benoemde zij predikanten
haar eigen kringen in die plaatsen, waar de predi
kant „bisschoppelijk" blijft.
Bn de nationale synode heeft op haar agendum
het voorstel, om overal in het rijk de cënibralïsce-
ring der landskerken onder den rijksbisschop op
het krachtigst te weerstaan en tegenover deze
neraens zelf de kenk in den zin der belijdenis te
or ga ni seenen.
Ds. V. DEDDENS
Naar wij vernemen, is de toestand van Ds.
Deddtens, Geref. Pred. te Rijswijk, bevredigend.
De ongesteldheid heeft een normaal verloop.
KORTE BERICHTEN
In ons blad van 25 Mei j.l. vindt men onder
Kerknieuws een verslag van de Chr. Geref. Pred.-
Conferentie te Apeldoorn. De hierbovtn staande
kop had moeten zijn „Theol. Schooldag te Apcl-
De Kerkeraad der Geref. Kerk te N a al d w ij k
heeft besloten tot afschaffing van het instituut van
voorlezer in de kerk, welk besluit thans is uitge
voerd.
Het provinciaal Kerkbestuur van Zuidholland
heeft benoemd tot vice-president volgens art. 17
al 1 Reg1!. Kerkvisitatie ds. J. F. Wachter, te
ZENDING EN PHILANTROPIE
DE WITTE VEEN-CONFERENTIE
TE ERMELO
Van 25-29 Augustus
Voor de van 25—-29 Aug. te Ermelo te houden
Conferenties der Witteveen-Vereeniging, zullen
ó.a. als sprekers optreden met het onderwerp;
Moeten wij zondaars blijven? Dr P. Stegenga AziiV
tc Amsterdam: „Hoe moeten wij den Bijbel lezen?"
Prof. Dr. Ph. Kohnstamm. te Ermelo; „Helpt
bidden?" Dr. A. K. Kuiper, te Amsterdam; „De,
arbeid van Dr. N. Adriani in Midden-Celebes"
MevrouwM. AdrianiGunning, te Hoenderloo.
PASTOR FETLER EN DE COMMUNISTEN
Openbaar debat?
Terwijl Pastor Fetler, de bekende ex-pastor van,
den Dom Evangel ia te Petersburg en thans wo
nende te Riga, zijn drie lezingen in de Engelsohe
kerk te Amsterdam hield, stonden bij iedere samen
komst Communistische agenten in de straat bij den
ingang van de kerk en verspreidden Bolsjcwistl-
:lhe lectuur in de Holiandsohe taal.
In de avond-samenkomst van Zaterdag j.l. heeft
Pastor Fetler.de uitdaging tot een openbaar debat
et de Comunisten van Amsterdam a an gen o-
Hij stelde echter drie voorwaarden, o.a. dat de
Communisten de grootste zaal van Amsterdam
zouden huren, en dat iedere partij 30, 20 en 10
minuten mocht spreken. De Communisten hebben
nu aan Moskou gevraagd, of het mag.
CHR. NATIONAAL ZENDINGSFEFST
Veertien sprekers.
Op het Chr. Nationaal Zendxngsfeest, dat
Woensdag 4 Juli op Middachten bij de Steeg
wordt gehouden, zullen als sprekers optreden de
heeren:
G. Bakker, zendeling op Borneo: „Grepen uit
het zendingsleven onder de Dajaks";
Ds. H. L. Both. pred. te Arnhem: „De groote
oogst en de weinige arbeiders";
Exc. Dr. J. H. van Broekhuizen, Gezant der
Unie van Zuid-Afrika: „Sie Sending en die natu-
rellenvraagstuk in Suid-Afrika";
Ds. D. Grommelde» Zendingsdirector; „Een Ja-
vaansch apostel op Bah";
Ds. W. J. L. Dake, zendeling-arts te Bandceng:
„Uit de medische Zending op. West-Java":
H. Gordeau en F. J. F. van Hasselt: Jeugdd-
Ds. C. J. Hoekendijk, oud-zendeling van West
lava, thans pred. te Bussum: „Zendingispro-
blernen":
Dr. H. Kaajan, pred. te Utrecht: „Wij wen-
sdhen Jezus te zien":
Os. H. Kluin, directeur Neerbosch: „Zijt daders
des Woords";
IH. Lehman, zendeling in Suriname: „Hoe Suri-
oame's slgvenkroost ais Christengemeente naar
zelfstandigheid streeft":
J. van de Weg, zendeling op West-Java: „De
taak van dén Kerkeraad op het Zendingsveld";
Ds. R. Dijkstra, pred. te Amsterdam: Slotrede.
Op den vooravond treden als sprekers op.
Ds. J. H. Buinink, pred. te R'heden en Ds. H. J.
Haok, predikant te Arnhem.
KORTE BERICHTEN
Zending. In etis verslag van 24 Mei j.l.
over de Geref. Evangelisatie is een fout geslo
pen. Het slot van dit verslag beginnende met-
„Hierop volgde een zeer geanimeerde bespreking"
enz., moet behalve de laatste zin geplaatst worden
onder de rede van Ds. Wiersinga.
Schoolnieuws.
CHRISTELIJK LYCEUM ARNHEM
Vrijdag jJ. had de jaarvergadering plaats van
het Chr- Lyceum te Arnhem, onder leiding van
den voorzitter, Dr. J. J. de Waal Malefijt. De
aftredende bestuursleden P. Smeenk en J. P. van
Lomkhuyzen werden 'herkozen en als nieuwe be
stuursleden gekozen de heeren E. Jongsma, arts te
Oosterbeek, (in de vacature Ds. H. L. Both die
bedankte) en Ds. J. G. L. Brouwer, Ned. Herv.
predikant te Oosterbeek.
Bij de rondvraag werd er met nadruk op ge
wezen, dat de ouders, die voor hun kinderen
Christel ij k 'Middelbaar of V. H. Onderwijs
begeeren, op hooge finantieelc lasten komen: dit
springt temeer in het oog, indien zij in z.g. bui
tengemeenten wonen. Die buitengemeenten me
ten wettelijk financieel bijspringen voor kinderen,
die openbaar M. of V. H. O. ontvangen in eer
'naburige gemeente, maar voor ouders, die voor
thun kind Ghristeli,k M. of V.H O. begeeren, zijn
zij tot niéts verplicht. Laatstgenoemde categorie
van ouders bevoordeelen dus sterk de publieke
VEREENIGING SCHOOLMUSEUM
De Vereen. „Schoolmuseum" heeft Zaterdag
j.l. te Goes een algemeene vergadering gehouden
onder presidium van den heer C. Wit, Inspec
teur L. O. te Middelburg. Blijkens het jaarverslag
telt de Vereeniging 389 leden; (in Zeeland zijn
p],m. 1000 onderwijzeressen). De aftredende
bestuursleden de heeren C. Wit en W. de
Wolf werden herkozen, terwijl gekozen werd de
heer C. de Pree te Breskens.
Naar aanleiding van een opmerking uit de ver-
tjaderirig zegt dé voorzitter Sat Tifi,-- evenals de
Inspecteur Stoopman te Goes, er aan wil mede
werken dat de dag van de alg. vergadering van
het Schoolmuseum als vrije dag zal worden be
schouwd. Maar dan moet hij in het leerplan als
zoodanig worden vastgesteld. Van deze vergade
ring kan dan tevens een inspectie-vergadering, .ge
maakt worden. Zij zal dan echter op een Woens
dag te Middelburg gehouden moeten worden.
In de middagvergadering sprak de heer K.
Brants, oud-hoofd-inspectcur L.O. over:
„Het kind en de v
reld".
In deze rede wekte de heer Brants de onder-
wïjizers krachtig op bij de kinderen dc Volken-
fcondsgedachte er in te brengen. „Onder de orvder
wijzers is echter daarvoor te weinig enthousiasme.
Maar laten ze toch nooit vergeten dat ze bouwers
"zijn aan dc nieuwe kathedraal van land1, volk en
menschheid."
SCHOOL JUBILEUM DEN BOMMEL
Op Vrijdag 1 Juni a.s. zal dc Chr. School te
Den Bommel 25 jaar bestaan hebben, 's Morgens
hoopt men dit feit met de leerlingen onder gebrui
kelijke tractatie te herdenken, terwijl 's avonds in
een samenkomst met ouders, leden, oud-leerlingen
enz. dit jubileum zal gevierd worden.
O.a. zullen daarbij twee predikanten, oud-leer
lingen der school, als sprekers optreden: Ds. E.
Emmen, van Noordhom, en Ds. J. C. A. van Loon,
van Purmerend,
HET VOORBEREIDEND (BEWAAR
SCHOOL-) ONDERWIJS IN
1931 EN '1932
De invloed van de verhooging
van den toelatingsleeltijd tot de
lagere school.
Dn afdeeling Ondenvijsstatistiek' van hel
Conti aal Bureau voor de Statistiek heeft in
Mcdedoelipg no. 21)1 de voorloopige cijfers
gepubliceerd betreffende de aantallen scho
len. leerlingen en leerkrachten bij het be-
waarschoolonderwijs naar den toestand op 31
December 1932. Daarbij werden tevens voor
het eerst de eindcijfers betrcfende het jaar
13931 opgenomen, terwijl in het belang van
een gemakkelijke vergelijking ook de eind
cijfers over de jaren 1930 en 1929 daaraan
w erden toegevoegd.
Aantal scholen
Het aantal bewaarscholen, dat in 1929 nog
1785 bedroeg is via 1S50 in 1930 en 1900 in
1931 'thans tot 1917 gestegen. Het belangrijk
ste gedeelte van dezen jaarlijkschen aan
was met omstreeks 50 scholen moet gesteld
worden op rekening van het Roomsch-Ka-
tholiek onderwijs. Dit blijkt het beste, wan
neer wij de aantallen scholen in het jaar
1.932 voor de afzonderlijke richtingen op
geven, met daarachter tusschen haakjes ver
meld het overeenkomstig getal in 1929. Open
bare scholen '284 273), Protestantsch-Christe
lijke 391 (360), Boomsch-Katholieke 1002
(896), overige bijzondere scholen 270 (256).
Aantal leerlingen.
Het totaal aantal leerlingen der gezamen
lijke bewaarscholen bedroeg in 1929 174.045,
steeg in 1930 met 4612 (2.7 in 1931 met
1173 (2.3%) en in 1932 met 8523 (1.7%;).
Zooals de lezer ziet, overtreft de toename
in 1932 die in dc vorige jaren belangrijk.
De oorzaak moet gezocht worden in de ver
hooging van den leeftijd van toelating tot
de scholen voor gewoon lager onderwijs. Ge
lijk bekend, is deze in 1932 van ö'/o jaar ge
bracht op 5 jaar en 9 maanden. Als gevolg
daarvan moe-sten tal van leerlingen, die
vroeger reeds onmiddellijk tot de lagere
school hadden kunnen worden toegelaten,
noodgedwongen de bewaarschool nog een
tijdlang blijven bezoeken. De normale afvoer
van leerlingen bij het voorbereidend onder
wijs werd op deze wijze belemmerd en heeft
geleid tot een versterkte toename van bet
leerlingontal. In 1933 is het 'tweede gedeelte
van den zoo juist bedoelden maatregel in
werking getreden en 'is de toelatingsleeftijd
tot de school voor gewoon lager onderwijs
op 6 jaar gebracht. Elet is dus waarschijn
lijk, dat te zijner tijd ook de leerlingencij-
fers over 1933 daardoor zullen worden be
ïnvloed; daartegenover staat, dat in onder
scheidene gemeenten in 1933 het voorberei
dend onderwijs is opgeheven, zoodat de in
vloed van het tweede gedeelte van den maat
regel wellicht niet, 2:00 duidelijk zal zijn af
te lezen als thans.
De verdeeling van de aantallen leerlingen
OAer de afzonderlijke richtingen in 1932 is
aldus; openbaar 41.175, Protestantsch-Christe
lijk 35.568. Roomsoh-Kathóliek 9S.925 en ove-
rio- bijzonder 15.715.
Wij geven thans nog de percentages van
toename in de jaren 1930, 1931 en 1932 voor
de richtingen afzonderlijk: openhaar 3.9; 0.8;
4.6%; Protestantsch-Christelijfc 2.1; 2.7; 4.4%;
Rdomsch-Katholiek 2,9; 2.7; 4%; overig bij
zonder 0.8; 3.3 10
In de statistiek van het Voorbereidend
Onderwijs over 1929 was een staatje opgeno
men, waarin vermeld werd het. aantal leer-
tiiigou deé'hr-- '-a r^oli al enuitgedrukt in pro
centen vanliet totaal aantaj. kinderep io;-den
leeftijd van 3 3,/m. 6 jaar op de data, waar-
oit een volkstelling werd gehouden. Dit
staatje kon thans met behulp van de nu
bekend geworden cijfers omtrent de leeftijds
opbouw der bevolking naar den toestand
op 31 December 1930 aangevuld worden.. Wij
geven dit staatje hieronder.
Toestand op Jongens Meisjes Totaal
31 Dec.
3S59 16,6 18,9 17,7
"1869 16,9 19,7 18,4
1879 20,4 23,1 21,7
1S89 23,2 24,7 24,-
1899 213,4 24,6 24,-
1909 25,2 22,5 23,9
1920 23.1 23,1 23,1
1930 27,3 27,- 27,1
Uit dit staatje zien wij, dat het gedeelte
der daarvoor in aanmerking komende kinde
ren, dat een' bewaarschool bezocht, in liet
laatste jaar dus grooter was dan ooit te
voren.
Het onderwijzend personeel
Wij geven thans de aantallen leerkrach
ten in het jaar 1932 voor de richtingen af
zonderlijk, met de overeenkomstige cijfers
voor 1929 tusschen haakjes er achter.
Hoofden en onderwijzeressen: Openbaar
1126 (1102); Protestantsch-Christelijk 996
(937); Roomsoh-Kafcholiek 2257 (2043); ove
rig bijzonder 516 (507); totaal 4895 4589).
Kweekeiingen: Openbaar 642 662); Protes
'tantsch-Christelijk 595 (480); Roomsch-Ka-
tholick 382 (379); overig bijzonder 78 (48);
Totaal 1697 (1569).
Helpsters: Openbaar 85 (108); Protestantsch
Christelijk 178 (140); Roomsch-Katholiek
332 285); overig bijzonder 89 (95); totaal
6S4 (628).
Omtrent de sterkte der onderscheidens
richtingen bij het bewaarschoolondcrwijs in
1932 lezen wij, dat 21,5 pCt. der leerlingen
openbare scholen bezocht, 18,6 pCt. Prótes-
ta n tsch-Ch ristel ijfce scholen, 51,7 pCt. R.-
Katholieke scholen en 8,2 pCt. overige bij
zondere scholen. Deze percentages wijken
niet noemenswaard af van die in 1929.
Met den bijzonderen groei van het leer
lingental in 1932 is, vooral voor de open
bare scholen, gepaard gegaan een toename
van het gemiddeld aantal leerlingen per
school. De desbetreffende gemiddelden zijn
thans: Openbaar 145 (in 1931: 138); Protes
tantsch-Christelijk 91 (89); Roomsch-Katho
liek 99 (98); overig bijzonder 58 (54); alle
scholen te zamen 9S (96).
Voor meer gedetailleerde cijfers verwijzen
wij den lezer naar de Mededeeling zelve.
Op verzoek worden deze Mededeelingen
kosteloos door het Centraal Bureau voor de
Statistiek te s-Gravenhage verstrekt.)
EXAMENS
EXAMENS FRANSCH, DUITSCH, ENGELSCH
ITALIAANSCH EN SPAANSCH
In de Examenr-Gom missies voor de in Augustus
en zoo noodig in 't laatst van Juli te houden
cxainenis in de bovengenoemde vijf talen zijin be
noemd:
a. tot lid en voorzitter der commissie voor dc
Fransahe, Spaansohe en Italiaansdhe talen: dr. K,
Sneyders de Vogel, te Groninger);
b. tot lid en voorzitter der oommissie voor de
Hoogduitsche taal en letterkunde: dr. J. H. Schol te,
te Amsterdam;
c. tot hd en voorzitter der commissie voor de
PROMOTIES
UTRECHT. Bevorderd tot doctor in de \vis-
n natuurkunde de heer H P. Bottelier, geboren
e IJmuiden, op proefschrift „Ubcr den Einfluss
Lusserer Faktoren auf die Protoplasmastró-
nung in der Avena-Koleoptile".
ACADEMISCHE EXAMENS
AMSTERDAM. Vrije Universiteit. Doet. ex;
Class, letteren: de heer P. Tollenaar te Zwolle
LEIDEN. Voorber. kerkelijk examen: de heer
L R. Schol ten.
Doet. examen Indisch recht: de heer Mr J. R
AMSTERDAM. Cand. ex. klass. letteren: de
Cand. ex. handelswetenschappen: de heeren'
ECH'R Opgeroe
de heer J. C. Maaskai
schappen: de heer 'Ai
EXAMENS-MACHINIST
r diplom
J G Brc
's-GRAVENHAGE. Geslaag
de heeren L Smit, Den Held'
Dordrecht
Wetenschap-
R. SCHUILING TACHTIG JAAR
Dé befceaide geoloog. R, Schuiling heeft on
der zeer groote bciang&föliing in zijn wo
ning- te Deventer'zijn SOsten verjaai'dag ge
vierd. Onder degenen, die den nog krachti«
gen grijsaard kwomen gektkweneahen, be
hoorden o.m. Prof. Oeöterreioh namens heli
bestuur van den Geografiscben Kring, Dr v„
I-Iinten namens het Kon. Ned. Aardrijkskun
dig Genootschap, Prof. L. van Vuuiren na
mens het Geografisch Instituut, Mr F. W. R,
Wttewaail, burgemeester van Deventer.
Voorts boden vele oud-leerliingen van den
heer Sohuiling hun gelukwenschen aan en
kwamen vele vrienden en kennissen ter
receptie.
Een zoon van den jubilaris, Dr H. U
Schuiling, chef von den geografischen dienst
van een Belgische mijnonderneming in den
Congo, die dezer dagen hier te lande arri-
veeirie, was mede ter receptie aanwezig.
Juist op zijn verjaardag i6 verschenen hef
eerste deel van den zesden geheel omge-
werkten druk van Schuilings' „Nederland",
meteen een vijftigjarig jubileum, want in
1894 verscheen de eerste druk.
Het Nodeiiandsche volk mag dezen worker
en zijn medearbeiders, de heeren H. J. Moer
man en G. J. A. Mulder, wel dankbaar zijn
voor dit boek, waarin in het IVe hoofdstuk
voor het eerst, een poging gewaagd wordt
om een schets te ontwerpen van de planten
en dieren-associaties in Nederland.
Deze geheel nieuwe dmik is het waardigei
sluitstuk van Schuilings' levensarbeid.
KLANK FILMEN
XII,4)
ONBEKENDE HELDEN
Misschien" oordeelen sommigen mij oneer-
biediK en harteloos, dat ik van „gesol" spre
ken durf. Maar werkelijk: er zijn oogenblik-
kcn. dat ik al dat eerbetoon rondom en na
en bij bet graf van den Onbekenden Soldaat
in verschillende Europeesche hoofdsteden
bijna niet langer kan uitstaan.
Ik was een tijd geleden in Londen. Hoog
op een omnibus gezeten maakte ik een toer
door deze stad der sleden en kwam ik, op
weg naar Westminster voorbij de machtige
Sint Pauls-Kathedraal. Onder den indrulï
van alles, wat ik zag, werd ik plotseling op
geschrikt door eeji waarschuwing van mijn
medegezel, een Amsterdamsch advocaat: Pa*
op. hoed afnemen; we komen liet graf van
den Onbekenden Soldaat voorbij.
In mijn verbouwereerdheid deed ik, wat
van mij verlangd werd. Tegelijkertijd ook
ergerde ik mij niet weinig over mij zelf. En'
werkelijk verwachtte ik, dat mijn mede-pas
sagiers zich niet wéinig over mij vermaken
zouden. Deze vrees was echter ijdel. Allen
hadden het hoofd ontbloot, terwijl we he:
Graf voorbij reden.
Toen ik later op den dag te voet voorbij
den Cenotaaf kwam, had ik gelegenheid op
te merken, dat van de honderd voorbijgan
gers stellig méér dan negentig op de reeds
beschreven wijze den Onbekenden Soldaat
hun hulde brachten. En heel enkelen com-
rnunistisch-gezinden. lichtte mijn medegezel
mij in gingen zonder groet voorbij
Oppervlakkig beschouwd ligt aan deze
huldiging, dezen groet, een sympathieke ge
dachte ton grondslag: de man, die hier be
graven list, is de representant van tien- en
honderdduizenden andere dooden, die voor 't
vaderland stierven. In hem eert en dankt
men die tallnozen voor hun zelfopoffering en
Vaderlandsliefde.
Maar ik vraag mij af. of het niet echt
Zijn al die méér dan negentig-ten-honderd
voorbijgangers doorgloeid van liefde endank
baarheid? Zullen er niet ettelijken zijn, die
den hoed af nemen, omdat dit nu eenmaai
zoo behoort? Omdat het „staat"?
En dan die telkens herhaalde kransleg-
gingen door vreemde vorsten en diplomaten!
In hun mooiste uniformen of onberispe
lijke rok-costuums komen de heeren bij het
Graf. Een paar minuten staan ze daar dan
stil, niet diép gebogen hoofd. En ze denken...
ja, misschien denken ze er wel aan, dat deze
„plicht" wel een zeer zware corvée voor
hen is. Maar het is noodig, dat ze dit doen;
die krauslegging is immers een sleutel tot
het hart van iiet volk?
Schuilt in di;, a'les niet iets onwezenlijks,
iets onwaarachtigs?
Begrijpelijk is het, dat een volk zijn groota
helden eert en hulde bewijst. Aan de Fran-
schen behoort een Focli, aan de Engelschcn
een French, aan de Duitsehcrs een Hinden
burg. En nog talloos vele helden méér zijn
er. die men dankbaar mag en kan zijn.
Ik vraagxis het niet méér reëel en niet,
veel doelmatiger, deze bekende helden
tc eeren. te danken?
Ik maak kennis met een onbekenden held
I-Iet behoort tot één van de mooiste oogen-
blikken in mijn leven, dat ik kennis maakte
met één der bekende helden uit den
Grootcn Oorlog. Om bepaalde redenen noem
ik lie\er geen namen, maar ik vermeld al
leen, dat ik uiterst vriendelijk ontvangen
werd en dat het gesprek over alles-en-nog-
wat liep. Alleenover den oorlog werd
niet gesproken.
Toen ik het huis van den held verlief,
maakte ik mij zelf de grootste verwijten, dat
ik niet meer gevraagd en ondervraagd had.
Wat had deze held mij niet veel wetens
waardigs kunnen vertellen! Mijn bescheiden
heid was niet andere clan verlegenheid ge
weest. beschuldigde ik mij. Ik was geheel
onder den indruk van dit groote gebeuren.
Tegenover dezen reus in de geschiedenis
van den Grootcn Oorlog gevoelde ik mij zoo
onaanzienlijk klein en nietig
Welnu, dat gevoel van nietige kleinheid
Jieb ik ook do vorige week weer gehad in
een derdeklas-spoorcoupé tusschen Amster
dam en Utrecht.
Met een vriend uit Gouda zat ik te praten,
toen deze plotseling één van onze medereizi
gers scherp onderzoekend aanzag.
„Vergis ik mij niet, dat ik u ken?" vroeg
mijn vriend.
De onbekende haalde even zijn schouders
op. „Misschien niet", antwoordde hij toen.
„In ieder geval ik ken en herken u niet".
„Maar u bent toch een Gouwenaar even
als ik?"
,.Ja, ik ben een Gouwenaar. Dat wil zeg
gen: ik was het. Ik hen al langer dan vijf
tien jaar in Indië geweest en voor dien
tijd
„Ik weet het: uw werk heeft u lot een
zwerver gemaakt. En liet blijft u bevallen?"
„Mij?" De gevraagde was verwonderd.
'„Maar natuurlijk", zei hij toen, „ik moet dat
werk doen. Ik kan niet anders. Maar soms
het. is waar kun je er wel eens moede
loos onder worden dat je zoo heel geen blij-
vende verbetering ziet, geen enkele genezing
Ik sta nu al jaren aaneen nu hier, dan daar
aan het hoofd van één van onze ziekenhui
zen, maar nog nooit is het gebeurd, dat een
lijder aan lepra hersteld ontslagen kon
worden".
Lepra9" mengde ik mij thans in liet ge
sprek. „Bedoelt u, dat u onder de melaat-
sclien ïr. Indië werkt?"
„Zoo is het", stemde de man mij toe.
„Maar dat is toch een gevaarlijke arbeid?"
vroeg ik.
„Meent u?" kwam het met een glimlach.
,.TJ hebt dan een verkeerde voorstelling van
die ziekte", volgde de inlichting. „Ik heb een
kiek, waar ik op sta met twee melaatsc-he
kinderen in beide armenNeen, voor die
besmetting behoef je niet al le beangst te
zijn. Men neemt vanzelf wel de noodige voor
zorgen dat is men tegenover zich zelf en
ten opzichte van 't werk verplicht, maar..."
„Bent u dokter?" vroeg ik. „Of hoeft de
een of andere vereeniging u afgevaardigd
als zendeling?"
„Ik werk voor het Leger", antwoordde de
man, mij toen zijn naam noemend: kapitein
Roelofs, of Roll's, gelijk hij ook wel genoemd
wordt.
Toen ben ik stil gaan zitten luisteren naar
alles wat deze Hei!sleger-kapitein vertelde
over zijn arbeid onder de Indiërs, vaak uren
en uren ver van andere blanken verwijderd,
alléén in de rimboe. Ik had niet den moed
iets te vragen; ik had niet den moed, zijn
verhaal te onderbreken. Luisteren moest ik,
stil luisteren naar alles, wat deze held te
vertellen wist.
Een heerlijke en gezegende vrucht...
Ileb ik niet. het recht dezen Leger-kapiteiri
een held te noemen?
Maar de melaatschheid is immers één dei-
meest gevreesde ziekten. Wie tot de getrof
fenen behoort is toch levend-dood? Denk aan
de melaatschen onder Israel, die in strenge
afzondering moesten wonen. Denk aan de
lepra-lijders ten onzent in de middeleeuwen,
die luid-kLapperend hun nadering moesten
aankondigen, opdat ieder gezonde gelegen
heid had, de gevaarlijke nabijheid van dezen
lepra-zieke le ontvluchten.
Kapitein Roelofs echter vlucht niet voor
een melaatsobc hij zoekt hem op en hij
leeft met hem. Dat felle lichaamslijden
tracht hij te verzachten; de vaak onnoemo-
lijk-zware geestesworsteling, die de zieke
moet doormaken worstelt hij mee
Vol ontzag heb ik geluisterd naar wat
deze Onbekende Held te vertellen wist Ont
zettend is de toestand der lepra-lijders en
ja. naar menseheliike wijze van spreken is
dat, wat kapitein Roelofs durft doen. even
eens ontzettend.
Maar neen: ontzettend is het niet, maar
machtig en heerlijk, indrukwekkend en-
schoon. Ende arbeid onder de melaat
schen draagt som<? een onverwacht heerlijke
en gezegende vrucht.
„Er kwam een man bij mij", vertelde kapi
tein Roelofs, „een Indo-Europeaan. Een mooie
man was het: forsch gebouwd en edel van
voorkomen. Hij had een zieken vinger en
was daarmee naar een dokter gegaan, Maar
deze de ziekte herkennend, had hem naar
mij gezonden.
Ik onderzocht den vinger, terwijl ik voeldi
hoe angstig de man mij aanzag.
„Zeker de een of andere besmetting?'
vroeg hij mij. „Ja, wij kunnen hier in Indië
niet te Voorzichtig zijn. De vrouwen zijn
ziek; de mannen zijn ziek; de jonge kind;
ren zijn
„Het is niet de besmetting waaraan
denkt", viel ik den man in dc rede. „Maar
het ishet iskunt u het verdragen,
als ik u de waarheid zeg?"
„Zeg het", ze: do man.
„Hel islepra".
Wit ais een doode werd de man. Lepra?
Dat betee.kende: ongeneeslijk ziek! Een ver-
stootehe uit de samenleving! Een levend-
dood zijn!
Ik heb den man den vinger afgenomen...
O ja. opereeren doen wij ook zelf, als het
moetEn toen heb ik hem in één van de
ziekenkamers gebracht
,,'s Avonds deed ik mijn gewonen rond
gang langs de bedden, door al de kamers
van ons ziekenhuis. Toen ik hij onzen
nieuwen patient, kwam, zag ik hem niet
op bed liggen. Waar was hij?Met mijn
lantaarn lichtte ik het vertrek af en
daar hing hij. Hij had er „een eind aan
gemaakt". Beter een snelle dood dan liet
langzaam afsterven van lid na lid
„Ik heb hem afgesneden. O, wat hebbeu
we ons best gedaan, den ongelukkige weer
„hij" te brengenEn het gelukte. Dc
ademhaling kwam terug. Na een poos deed
hij de oogen open.
„Dien blik vergeet ik nooit".
„Waarom heb je mij d i t leven terug
gegeven?" was het stille, vreeselijk verwijt,
'at in dien éénen oogopslag te lezen was.
„Ik kan u zeggen: de man is tot aan mijn
ertrek twee jaar bij mij gebleven. Eerst
hebben we hem natuurlijk streng moeten
bewaken, maar langzamerhand werd dit
liet. meer noodig Wantwat gebeurde?
„De melaatsche, die in zijn gezonde da-
jenom God noch Gebod had gedacht, leer
de bij ons den, Bijbel lezen en verstaan.
Wat méér zegt: hij kwam tot innerlijke be
keering. Hij kwam „uit"
„En nu moet u hooren, wat d'ie man ge
tuigen mocht, de man, d'ie onrein was.
,Ik dank God, heeft hij gezegd, dat Hij
mij melaatsch heeft gemaakt. Vroeger wisï
ik niet, dat ook mijn ziel melaatsch was.
Nu weet ik het. Maar ik weet mu: méér. Ik
wéét, dat Jezus' Bloed mijn melaatsche ziel
gereinigd heeft.; gewasschen ben ik; zon
den vrij door Jezus LiefdeZie, dit me
laatsche lichaam sterft iederen dag iets
meer af. Maar mijn ziel, o God zij ge
loofd! mijn ziel zal ééuwig leven, rein "en
heilig
Goede reis, kapitein Roelofs
Het speet mij, dat de aankomst in Utrecht
aan de kennismaking met dezen onbeken
den held een einde maakte.
Ook spijt het mij, dat ik niet meer in de
gelegenheid ben, méér van dezen Leger-
kapitein en zijn arbeid te hooren. Kapitein
Roelofs is reeds weer naar (Indië vertrok
ken. Zijn verlof is ten einde. Zijn werk
onder de lepra-zieken wacht hem.
Ik weet niet, of kapitein Roelofs dezen
Klankfilm onder de oogen zal krijgen. Mis
schien is het maar goed ook, dat dit niet
gebeurt. Hij zou mogelijk zeggen, dat hij
te veel door mij geprezen wercl.
Ik ontken dit laatste.
Naar mijn meening is een man als deze
Heilsleger-kapitein onaandoenlijk voor per
soonlijken lof. Want ihij werkt door het
geloof; hij werkt, omdat hij lief heeft.
Het „Goede Beis", dat ik hem toeroep,
beteekent, dat ik hem een heerlijken zegen
op zijn mcnschlieveiulen ai-beid toewensch.
Het beteekent, dat ik dezen werker Gods
Zegen toebid.
Voor kapitein Roelofs,' den' he'ld,"'dién ik
thans heb leeren kennen, en voor alle
andere helden, die, als hij, werken, omdat
ze door Christus' Lieldc gedreven worden,
ontbloot ik vol eerbied mijn hoofd.
En andenyi met mij brengen hun hulde.
Een hulde,1 die beteekent. dat wij God in
den Hemel danken voor de groote liefde,
die Hij aan deze onbekende, stille werkers,
aan deze helden des geloofs, voor een
lijdende en zuchtende menschh-ul in het
hart heeft gegeven