Indische Begrooting 1934
RUBRIEf^
HONIG S BOUILLONBLOKJES thans 6 voor EOcL
De goede belijdenis getrouw
WOENSDAG 28 FEBRUARI 1934
j BLAD PAG.
TWEEDE KAMER
Justitie
Bestuur
Vergadering van 27 Februari 193-1
OVERZICHT
De Kamer heeft in een vergadering, die
■weer tot tien minuten ove: half 7 dmtrde, 'n
stevig stuk van de Indische begrooting af
gedaan. De afdeelingen Justitie, Arbeid, Fi
nanciën en Binnenlandsch Bestuur werden
vlo' aan kant gebracht; alleen Onderwijs
hield wat langer op, althans >an de zijde der
Kamer.
Er valt weinig overzichtelijks te vertellen
over de beiaadslagingcn. We beginnen er
daarom rnsvir niet aan.
De Minister van Koloniën gaf, waar het
hem mogelijk was, een concreet en gedeci
deerd antwoord. In andere gevallen hield hij
zich „op de vlakte", zorgende noch zichzelf,
noch de Indische Regeering te binden.
Bij Onderwijs werd de kwestie der zen
dingsscholen en betreffende het openstellen
van Bali voor de zendinu tot een goed eind
gebracht. Overigens hee t Dr. Colijn de tal
rijke sprekers zeer summier beantwoord. Dat
voor het Oi derwijs in Indië het onderwijs
voor de massa der bevolking, het eenvoudige
onderwijs dat in ie dessnscholen, zijn bijzon
dere zorg /al hebben, meene.n we uit zijn
woorden wel te mogen afleiden. Het overtol
lige aan Westersch onderwijs zal in dezen
bezuinigingctijd geleidelijk kunnen worden
ingekrompen.
Het viel ons op, dat de heer Westerman
rijn otibcjuisden aanval op het Indische
Hooger Onderwijs niet heeft herhaald. Heeft
hij wellicht iets geleerd bij deAlgeineene Be
schouwingen.
Een contravers viel te bespeuren tusschen
den heer K. ter Laan en zijn partijgenoo'
Crf-mer Laatstgenoemde sprak zijn waardee
ring uit voor het Zendingsonderwijs en ook
voor het o\erige werk van zending en mis
sie. De heer Ter Laan scheen in het wester
sche overheid-onderwijs voor Indië het al
leen-zaligmakende te zien.
Dat in de zendingskwcetie de heer v. Boe'-
zelr er poe een> z.iin instemming betuigde met
art. 177 der Indische Staatsregeling, kon n et
verwonderen. Liever handhaaft hij b.v. het
cultuurcomplex Bali door er de zending in
haar divergeercnde vormen toe te laten. De
minister van Koloniën stelde zich op het
standpunt dat in art. 177 machtsoverschrij
ding der overheid gelegen is en dat de zen
d:ng ergens niet geweerd mag worden, om
dat zij dan 1 aar in'rede zou doen in wat men
een complex van antieke cultuur pleegt te
noemen. D Rutgers herinnerde terecht aan
Solo, dat ook lang op grond van dezelfde
redeneerin.g> voor de zending gesloten is ge
houden. Toen ze er dank zij den land-
vor.gd Idenburg haar intrede kon doen,
gebeurde er niets van al de verschrikkelijk
heden, die voorspeld waren.
Intusschen behoort een verstandig bestuur
O' k op dit gebied slechts we'overwogen be-
sliss:ngen te nemen.
Uit het gehouden debat zal echter geen
verdwijning van art 177 Ind. Staatsregeling
voortvloeien. De politieke omstandigheden la
ten dat niet toe en ni t onwaarschijnlijk zou
er ook geen parlementaire meerderheid voor
te vinden zijn.
De Indische Regeermg is en blijft evenwel
in haar handelen volkomen vrij. Zij kan
ondanks art. 177, gebruik maken van haar
bevoeadbeid om de zending in bepaalde ge
bieden niet te weigeren, maar toe te laten
om er het licht der Evangelie te doen uit
stralen.
VERSLAG
Af deeling „Justitie"
Eö öe afde«lin& „Justitie" besprak m
BAKKER-NORT (v.d.) de rechtspositie van
Eiiropeesohe irouw, die met een Mohammedaan-
schen Indonsiër ls getrouwd. ZU wenschte eer.
regeling.
Dr v. BOETZELAER (c.h.) vroeg de volle
aandacht der Regeering. om aan de gevi
Ibke woekerpraktöken een eind te maken
drong aan, gelllk hij ook vroeger reeds gedaan
had. np een regeling der rechtspositie van met
een Mohamn.edenn gehuwde Europeesche vrouw
De heer v. KEMPEN (lib.) vroeg de ln ons
land bestaande erfrechtbepalingen ook voor
Ind id te zier. toegepast. Idem voor het straf
recht. Aangedrongen werd op sneller afdoening
van zaken bij de Weeskamers, die uiterst lang
zaam werken.
De heer ROESTAM (comm.) wilde de dood
straf kwjjt. mautregelen tegen mishandelingen
door politiepersoneel, opheffing van den pers-
breidel, bestrijding van den vrouwen- en kin
derhandel ln de dessa's en beweerde, dat de
Regeerlngspandhnizen ln de buitengewesten
veel te hooge rente vragen.
De heer CRAMER (s.d.i betreurde de bezui
niging op het Kantoor voor Arbeid; er Is zoo
veel te doen en op zooveel toe te zien. dat het
niet noemenswaard kan worden Ingekrompen.
De heer SNEEVLIET (r.s.p.) wilde snelle In
voering van andere strafbepalingen betreffen
de politieke delicten. Vooral thans brengt poli
tieke di uk onberekenbare risico's mee.
Mishandeling van Inlanders door Europeanen
leidt soms lot zeer onbevredigende vonnissen.
Tegen rassenjustltle moeten scherpe maatrege
len genomen worden Herinnerd werd ln dit
verband aan de ergerltjke mlhandellng door
een officier gepleegd, waarvoor deze een zeer
lage straf had gekregen
De heer FEHER (r.k.) maakte ook bezwaren
tegen de Inkrimping van het Kantoor van
Arbeid.
Do heer WIJNKOOP (comm.) kwam nog eens
op voor het vrUe woord ln Indië. Tegenwoordig
Arbeid Financiën Binnenlandsch
Onderwijs en Zending
staat de soc.-demccratle ook al aan den kant
der RegeerIng.
De MINISTER VAN KOLONIëN" merkte op.
dal over onderwerpen, waarover overleg nog
gaande met en in Indië. door hem geen mee
ning zal worden uitgesproken.
Reeds de vorige minister heeft zich tot den
Gouverneur-Generaal gewend om zelfstandig
een herziening van de erfrechtbepalingen voor
Indië tot stand te brengen.
Aan bezuiniging op het Kantoor van Arbeid
vn niet geheel worden ontkomen; de kerr:
moet blliven om later weer te kunnen ui'tdfo'en.
Over overdracht van bevoegdheden aan ambte-
?n van binnenlandsch bestuur kan de mlnls-
zich geen oordeel aanmatigen. Dat kan men
ln Indië beier beoordeelen.
Algemeene klachten over vrouwenhandel zün
waardeloos. De pandhuizen vragen niet alleen
rente, maar ook administratiekosten.
Ten opzicnte van de werkloosheid in Indië
zullen te zllner tijd voorzieningen moeten wor
den getroffen. Maar dan ln meer normale tijden
Wijzigingen In het Strafwetboek zUn ln Indië
practisch onuitvoerbaar geacht, omdat ze de
mogelijkheden voor het handhaven van het ge
zag verzwakten.
De mishandeling van een Inlander door een
officier ls rechterlijk nog niet afgedaan; daar-
n spre kt de minister er niet over.
De te be-de gebrachte huwelijkskwestle
ln Incië vastgeknoopt aan een algemeene rege
ling voor een burgerlllk huweijjk. De minister
zal verzoeken het speciale punt afzonderlijk op
te lossen.
Justitie" werd goedgekeurd met de stemmen
van 2 comm. en den heer Sneevliet tegen. Even
eens „Arbeid".
Afdeeiing „Financiën"
EU „Financiën" besprak de heer v. BOETZE-
LAER (c.h.) verbetering van de pensioenen var
eduwen van '-nlandsche militairen. De opium-
bestriding werd ln de belangstelling van den
minister aanbevolen.
De heer ROESTAM (comm.) achtte verlaging-
van den zoulpi tis noodig en ook bestrijding vr
het oplum-rr.lsbrulk.
I>e MINISTER VAN KOLONIëN ontkende
niet, dat de zoutprijs te hoog kan zbn; m
niemand heeft duidelijk gemaakt hoe die dan
wel moei z(in.
De oplurr.poliltek Is nu dienstbaar aan het
bestreden ven het opiumgebruik. Handelden we
anders, dan werd het misbruik nog erger.
„Financiën" werd goedgekeurd. De revolu-
De hei
BOETZELAER (c.h.) zag wolken torgd. dat door het onderwijs voldaan kantor-
i tegi
Binnenlandsch Bestuur
Bestuur was daarna aan de
Binnenlandsch
De heer ROESTAM (comm.) betoogde, dat
men bezig ls de macht weer te concentreeren
één hand Noodig is Juist decentralisatie en
eer bevoegdheid voor de dessa-raden.
De heer v. BOETZELAER (c.h.) had bezwaar
tcgon een tuehtlglngsexpeditie naar 't binnen
land van N.-Guinea om daar do menschen t:-
soenen met het Neder lanisch bestuur. Waar
stuurt men niet een onderwtf-zer ot oen zen-
"^De'heer v. KEMPEN (11b) achtte het Juist,
dat de lichtlijnen voor het bestuur gegeven
worden door het Europeesch bestuur. Voor N
Guinea, met zi-n aparte omstandigheden, mag
el ec-nisszins worden afgeweken van de ge-
one voering van het bestuursbeleid.
De heer CRAMER (s.d.) was het Inzake N.
Guinea met der. heer v. Boetzelaer eens. De N.
Gulneërs z(ju In onze oogen wreed, maar ze zijn
het om godsdienstige redenen.
Het bestuur in Tndië moet geleldelpk aan de
Inheemschen komen. We moeten ons zelf over
bodig mAken.
De MINISTER VAN KOLONIëN was van oor
deel. dat de verhoudingen tusschen Europeesch
bestuur en inlandsch bestuur over het alge
meen goed ztln. Revolutionaire elementen trach
ten die echter wel eens te verstoren.
Bij de doorvoering der bestuurshervormlng
ligt het niet ln de bedoeling bevoegdheden aan
de centrale regeering te onttrekken.
De expeditie op N. Guinea ging tegen kop
pensnellei s, dlo kinderen onthoofd hadden. Er
is toen poltlle op af gestuurd. Een conflict is
ontstaan met de roovers. Het ls niet te zeggen
of dat to voorkomen zou zlln geweest. Kunnen
ondeiwtizers of zendelingen het koppensnellen
bestrijden, dan verdient dat de voorkeur. Een
Kditie kan dan achterwege blüven.
er e=n eenvoudig bestuursvorm op N. Gui
nea zal met den Gouverneur-Generaal ln over
leg worden getreden.
Overdracht van bestuurstaak aan Inheemsen
personeel moet geschieden, maar ordelijk en
r tijd en wtlze. Op den duur moet de deel-
iimii'e der Inlardsche bevolking aan de bestuurs
«ank zeer groot worden. Echter kan Europee
sche 'elding niet worden gemist
Binnenlandsch Bestuur werd hierna goedge
keurd.
Afdeeiing „Onderwijs"
BH „Onderwijs" betoogde de heer K. TER
LAAN (s.d.). dat het met de bezuiniging te ver
gaat Het aantal scholen en het aantal onder
wijzers wordt te sterk Ingekrompen. De soc.-
dem. zullen tegenstemmen.
De herziening der jaarwedden moet niet In
dezen crisistijd geschieden; men kan slechts
met tijdelijke verlagingen werken en dHar zün
de soc.-dem. ook niet tegen. Maar de voorge
nomen verlagingen gaan te ver.
Dr RUTGERS (a.r.) kwam nog even op de
L.O -kwet tie terug en het terugvorderen van
vroeger te voel genoten bedragen. Ten aanzien
van do contróle op de schoolgelden stelde hli
de vraag of het billUk Is om een subsidierege
ling te doen beïnvloeden door het al of niet
overhouden door schoolbesturen, dank zij hoo-
gere schoolgelden, op de schoolexploltatte.
Telkens zfn er botsingen tusschen het onder
wijs en het departement- Zou er niets voor te
zeggen zt)n om het locale onderwtjs te onttrek
ken aan het onderwijsdepartementT
Het teveel besnoeien van de kweekscholen ln
dezen tijd kon in de toekomst wel eens tot hoo
ger uitgaven leiden.
Wat het hooger onderwijs betreft Is het niet
gewenscht om op flnancleele overwegingen al
te groote besnoeiing aan te brengen. Indië kan
er ztjn eigen krachten opleiden, maar ook uit
wetenschappelijk oogpunt heeft dit onderwijs
voor het land heteekenls.
Betoogd werd. dat onjuist ls een soclaal-eco-
nomlsch-religleus cultuurcomplex als Bnll var.
den Invloed der Zending uit te sluiten. De be
zwaren te dezer zake steunen op niets: het zlln
drogredenen. BH Solo beeft men ook zoo ge
redeneerd en van alle voorspelde verschrikke
lijkheden ls niets gekomen.
bü de onderwüsherzlenlng In Indië en nu gaat
bovendien nog de chef van dezen dienst met een
jaar verlof om In Zuidelijk Amerika onderwlja-
aangelrgenheden op te knappen. De kapitein Is
dan van 't schip al en dal ls niet ongevaarlijk
Het terugguan naai het dessa-onderwüs en
het hooger onderwijs zijn moellilUe problemen,
Bil het H.O. zal echter sterk bezuinigd kunnen
worden, ook zonder liet af te breken.
Over de Pali-kwes'lle heeft de heer Feber
Kie.h erg druk gemnaict, maar verleden jaar
zwoeg h(j er over, hoewel de heer v. Boetze
laer er toen wel over sprak. Nu kwam ineens
de heer Feber, onverklaarbaar, met zwaar ge
schut
Wat de zaak zelf betreft, vroeg de heer v.
Boetzela.-r of het zoo mooi zou zlln als alle
Zendingen op Rali hun werk zouden beginnen.
Het Is nog zoo kwaad niet. dat de Itegeerlng
den t(ld nog niet gekomen acht om Ball open
te stellen en de toelating van de Amerlkann-
sche Zending Ingetrokken heeft. Art. 177 der
Indische staatsregeling Is niet zoo onnuttig.
De heer ROESTAM (comm.) ontkende, dat In
Indië voor het onderwijs aan de bevolking zoo
veel gedaan is. gelijk de heer Ter Laan be
weerde. Er is -naar minimaal Iets aan gedaan.
De echake- ringen In het onderwijs ziin vele;
waartce? Het lntellectueelendom wordt or door
gescheiden an de breede massa. Het verschi'
In salarieering tuaschen Europeesch en In
landsch personeel, werd een openbaring van de
verdeel-en-hi-ersch-politiek genoemd
Bij de bezuinigingen worden de Hollandsch-
Inlandsche scholen het meest getroffen. Er U
ren g'oot tekort aan onderwijs er. onderwijzers
In Indië Geprotesteerd werd tegen opheffing
van de artsenschool en tegen aantasting
het hooger onderwijs.
Het inheemnche bijzonder onderwijs moet ook
In stand hlUven.
Onderwijzers en studenten moeten niet be
lemmerd worden in het verwerven van kennis
omtrent de stroomingen en leven van dezen
tiid.
De heer CRAMER (s.d.) U geen tegenstander
van de Zending, maar men kan over Zendings
zaken ln Indië en in den Volksraad beter oor-
declen dan hier. Dat geldt ook voor Bali. Alle
deskundigen reezen ellende van toelating der
Zending dRiir. De Regecrlng betrachte in deze
kwestie de grootste omzichtigheid.
De heer FEBER (r.k.) verklaarde gerustge
steld te zijn. evenals de heer Rutgers, over de
terugvordering van vroeger door de scholen
genoten subsidies.
Bezuiniglne op het Hooger Onderwijs werd
zeer wel mogelijk geacht
Inzake Bali deelde de heer Feber het stand
punt van den heer Rutgers en bestreed 't stand
punt van den heer v. Boetzelaer. die art 177
T.S.. verdedigde »n de Raliërs liever In hun lot
laat. dan er de Zendingsorganisaties
De heer SNEEVLIET (r.s.p) was V;_..
deel. dat het onderwas in Indië aantoont, dat
liet Indische volk liet stiefkind Is van den over-
neerscher.
De Zending beteekent voor Indië schaduwen
onderlinge concurrentie maakt op de Inlan
»rs «en verwarrenden Indruk
Indië vntvangt niet aan onderwlla waaraan
het pilmalr behoefte heeft eenvo-'dls en vol
doende onderwijs, opdat aan het nnalfabetlsmi
con eind komt. Wat wil de minister op dit ge
bied doen?
11c ethische r'.ch'lns heeft veel onderwflsgeld
besteed met miskenning van de primaire be
hoefte der Indische bevolking. Hollandseh-ln
'andseh onderwijs Is een misbaksel. Het maakt
de monschen los van hun volk en beteekent ln
de ontwikkeling van het Oosten heel weinig
Men moet plannen niet op de kosten laten
afstuiten. De minister make eens oen vijfjaren
plan.
Hooger Onderwijs zonder meer afbreken gaat
niet. Doet men het. dan drijft men niet naar
"en Ncderlandsche, maar naar een Japansche
opvoeding.
Bovenal Is noodig, verbreeding van het
derwUs. van het algemeene volksonderwijs.
De MINISTER VAN KOLONIëN wilde wijzen
op de hcofdtaak der Regeering voor het on
derwijs: zooveel mogelijk als in onze macht Is
voorzien ln het algemeen vormend lager on
derwijs voor de breedc massa In Indië.
In dit licht bezie men de Indische onderwijs
politiek.
De laatste jaren ls onevenredig veel besteed
aan Hollandsch-lnlandsch en daarop volgend
Westersch onderwijs Er ls ln het Westersc'i
onderwijs stellig zekere overlading geweest
Het eenvoudige onderwijs ls doel In zich zelf;
het andere is middel.
N'u cortlnger.teerlng noodig was, moet ge-
den" aan den eisch van „ïndTanisatle" van de bö
stuurstaak.
De bezuiniging op openbaar en btjzonder on-
derwfls moet geschieden naar den regel' gelijke
monniker., gelijke kappen. Vrijheid is noodig ln
het onderwijs, vanuit één centraal punt Is niet
voor het heele eilandenrijk één maatstaf aan te
leggen.
Over de kweekscholen zal nader overleg wor
den gepleegd met do Indische Rogeertng.
Het Hooger Onderwtjs in Indië heeft betee-
ker.is voor de Indische maatschappij ook bui
ten het opleldlngswerk.
Selectie van studenten behoeft niet tot be
zuiniging te lelden; wol kan er door worden
voorkomen, oat mislukkelingen als ontevreden
elementen de maatschappij ingaan
Over Ait. 177 LS.. heeft een ambtenaar zich
niet te richten tot Ballsehe hoofden, maar be
hoort hl) zUr. Inzichten aan de Regeering mee
te deelen.
Art. 177 kan nooit dienen om een cultuur-
complex Intact te laten. Principieel Is het be
ginsel van dit art. maohtsoverschrlldlng van
den staat en dus onjuist, mnar ln de huidige
politieke omstandigheden Is het niet te veran
deren.
De reis van den directeur van Onderwijs naar
Zuidelijk Amerika leek ook den minister erg
vreemd, nu we midden ln een Onderwijshervor
ming zitten.
„Onderwijs" werd aangenomen. Do rev. er.
de soc.-dem. waren tegen.
Te 6.40 uur werd de vergadering verdaagd
Uit het Sociale Leven.
ARBEIDSCONFLICT TE APELDOORN.
De Rijksbemiddelaar Prof. Mr. A. C. Jose-
phus Jitta, heeft een conferentie gehouden
met de partijen betrokken bij het dreigend
conflict bij de N. V. Jute- en Cocosfabiieken
v/h. L. J. Heijmeijer te Apeldoorn. Aan par
tijen is in overweging gegeven om de loon-
verlagingen voor de stoomwevers, welke
aanvankelijk 20, 15 en 10 procent zouden
bedragen, terug te brengen tot 12, 8 en 4
procent, terwijl de directie garandeert, dat
tot 1 Juli a.s. 48 uur per week wordt ge
werkt.
Partijen zullen over deze voorstellen be
raadslagen
AMSTERDAM
DE DIENST VAN MAATSCHAPPELIJKE
STEUN.
Door het gemeentebestuur is benoemd de
heer de Vries, eertijds chef van den
accountantsdienst in Oost-lndië, om een onder
zoek in te stellen naar de huidige organisatie
van den dienst van maatschappelijken steun,
en zoo noodig, daarin ingrypende veranderin
gen voor te stellen.
Vergelijking van den Amsterdamschen dienst
met den Rotterdamschen dienst zou tot het
inzicht geleid hebben, dat Amsterdam duurder
werkt dan Rotterdam.
HET EINDE DER FEDERATIE.
Naar de „Tel." verneemt heeft de gecombi
neerde besturenvergadering van de Federatie
van Overheidspersoneel besloten de nog te
Amsterdam bestaande afdeelingen van de
Federatie te likwideeren.
Bij de stoffen-koop-
vrouw op de markt,
een aardig groepje
op de poppen-tentoon
stelling in het Oude
Raadhuis te Rotter
dam; de baten zijn
voor kinder-herstel-
lingsoorden.
DONDERDAG 1 MAART
HUIZEN 301.5 M.
K.R.O.
8.00—9.15 Morgenconcert.
NED. CHR. RADIO-VEREENIG ING
10.00—10.15 Gramofoomnuziek.
10.15—10.45 Morgendienst door Ds. H. C
van den Brink.
10.45—11.00 Leger des Hells-kwartlertje.
(Gramofoonmuziek).
K.R.O.
11.00—11.30 Gramofoonmuizek.
11.30—12.00 Godsdienstig halfuurtje door
kapelaan J. H. A. Hendriks.
12.00—12.15 n.m. Politieberichten.
12.15—2.00 n.m. Het KRO-orkest o.l.v. Ma-
rlnus van 't Woud.
NED. CHR. RADIO VEREEN1GING
2.00— 3.00 n.m. Cursus fraaie handwerken
door mej. G. Abllj.
3.00—3.30 n.m. Het Concertgebouw-orkest
o.l.v. Dr. W. Mengelberg, speelt: Sympho-
nie no. 3 in F gr. t.. op. 90. Brahms (gra
mofoomnuziek).
3.30— 4.00 n.m. Verzorging zender.
4.005 00 n.m. Bijbellezing door Ds. C. C.
G. Visser.
5.00—530 n.m. Cursus handenarbeid voor
onze jeugd, door H. J. Stelnvoort; ,£en
winkeltje"
530—7 00 n.m. Concert door H. Herman,
viool. Ferdinand Kloek, studio-orgel.
700—7.10 n.m. Politieberichten.
7.10—73u njn. Jetske vaD Oppen draagt
voor uit haar bundel „Van Lief en Leed".
7.30—8.00 n.m. Weekoverzicht: „Wat er op
de wereld gebeur'", door Corn. A. Crayé.
8.00— 9.30 n.m. Uitzending van het Biduur
voor den oogst uit de Eben-Haëzerkerk te
"s-Gravenhage. Voorganger: Ds. L. H. v. d.
Meiden
930—9.45 n.m. Gramofoomnuziek en Var
Dias.
9.45—10.15 n.m. Ouderuurtje. A J.
Drewes; ..Wat lezen we?".
10.15—1130 n.m. Gramofoonmuziek.
Oratorium-programma. I. Ged. uit „Eliah",
Mendelssohn. II .Fragmenten uit „The
Messiah", Handel. III. Vier gedeelten uit
de „Matthaus Passion", S. Bach.
HILVERSUM 1875 M.
8.01 10.00 Gramofoomnuziek.
10.01 10.15 Morgenwijding.
10.151030 Gramofoonmuziek.
1030—11.00 Zangvoordracht door mevr.
Bodi Kramer. A. d. vleugel; Egbert Veen.
11.00—1130 Knipcursus kinderkleeding door
mevr. Ida de Leeuw van Rees. 4e les
113012 00 Pianorecital door Anthon
Klamper. Schubert-programma.
12.01 12.15 n.m. Lunchconcert door het
Omroeporkest o.l.v. Nico Treep.
2.15—2.45 n.m. Halfuur voor de vrouw (na
mens de Ned. Vereen, van Hulsvrouwen).
Dr. W. H. Posthumusvan der Goot: „Huis
houdhoeken en hulshoudboeklngen".
2.45—3.00 n.m. Gramofoonmuziek.
3.003.45 n.m. Vervolq-knipcursus door
mevr. Ida de Leeuw van Rees. 17e les.
3.454.00 nzn. Overschakeling naar den
zender „Radio Kootwijk".
4.00— 4 30 n.m. Mevr. Antoinette van Dijk
spreekt voor zieken en ouden van dagen.
4.30—5.00 n.m. Gramofoonmuziek.
5.00— 5.30 n.m. Radiotooneel voor grootere
kinderen door mevr. Ant. van Dijk. S.udio-
ODvoering van „Op zoek naar de schatten
van Bidoux"; hoorspel in 10 tafereelen naar
het 1 ock van Ir. J. P. Valkema Blouw door
Cor Hermus. Spelleiding; Kommer Kleljn.
530—6.30 n.m. Het Omroeporkest o.l.v.
Nico Treep.
6.30—7.00 n.m. Sportpraatje door H. Hol
lander.
7.00—7.30 n.m. Kamermuziek door het
Guarneri-kwartet, bestaande uit: Prof. Da-
niil Karpilowski. eerste viool; Prof. Valen
tin Hartl. tweede viool; Boris Kroyt. alt
viool. en Walter Lutz, cello.
730— 800 nan. Engelsche les voor begin
ners door Fred Fry. 17e les.
8.01—8.05 nan. Nieuwsberichten van Vaz
Dias.
8.05—8.45 n.m. Jack Hilton en zl|n band
wederom voor de microfoon.
8.45—9.30 n.m. Cyclus „Drie Fransche
ChansontLères".
9.30—10.15 n.m. Aansluiting met het Con
certgebouw te Amsterdam. Abonnements
concert door het Concertgebouw-orkest o.l.v.
Henri D. van Goudoever. Soliste: Ruth
Posselt, viool.
10.15—1130 nun. Gramofoonmuziek.
11.30—11.00 nun. Kovacs Lajos en zijn or
kest
11.00—11.10 n.m. Nieuwsberichten van Vaa
Dias.
11.10—11.15 n.m. Gramofoonmuziek.
11.15—12.00 n.m. Kovacs Lajos en zijn or
kest
12.00 Tijdsein. Sluiting.
MüNCHEN 405.4 M.
5.50 n.m. Paul Bender. bas, zingt ballades
van Loewe.
7.50 n.m. Symphonie-concert met zangsolis
ten. (O.m. „Les Préludes" van Liszt).
KALÏINDBORG, 1261 M.
7.30 n.m. Sympbonie-concert o.l.v. Prof.
Nikolai Malko.
del e.a.).
(Beethoven-Gluck-HSn-
NORTH REG. 449.1 M.
7.50 n.m. Delius-concert o.l.v. Sir Thomas
Beecham.
PARIJS (EIFFEL) 1446 M.
7.50 n.m. Zevende van Beethoven. (Gra-
mofoonplaten).
WEENEN 506.8 M.
8.05 nun. Joseph Szigéti speelt viool.
ROME 420.8 M
8.20 n.m. X'Arlésienne" van Georges Bizet.
SCOTTISH REG. 373.1 M.
8.20 n.m. Symphonie-concert
Busch. (Elgar-Brahms).
Fritz
DAVENTRY 1500 M.
9.55 n.m. Concert door David Wise, viool
en Jan Smeterlin, piano.
DE WERELDREIS VAN PIETJE PLUIS EN JANTJE JOPPE
door G. Th. ROTMAN
45. Het duurde echter niet lang, of de
bodem van den koffer raakte los, zoodat de
inhoud stukje voor stukje over den weg uit
gezaaid werd. Pietje en Jantje hadden 't veel
te druk om er op te letten, maar toen Klaas
een poosje later weer naar buiten kwam en
verder slenterde, was hij de wanhoop nabij,
toen hij me daar al z'n kostelijke overhemd
jes, boordjes, dassen en bretels een voor een
op den wee tegenkwam. Zijn luiheid was
inééns van den schrik overl
46. De arme slakker was niet zoo goe
of hij moesf ze allemaal een voor een opr."
pen. Terwijl hij daarmee bezig was, had u
vrachtauto het naast bij zijnde dorp bereil i,
waai de koffer bezorgd moest worden. Da. r
de auto even langzaam reed, sprongen Piet
en Jantje ei af en ontdekten nu, dat de ko
fer leeg was. tloedc raad was duur. Maa r
wacht, vlakbij werd juist een huis gebouw.
er la? ?tn stapel deenen. Eén twee, dri
gooiden ze er een paar armen vol van in deu
koffer
Wordt Vrijdag vervolgd)
FEUILLETON
Een verhaal uit bange dagen
Door AGNES GIBERNE
(M
De kracht zijner woorden, de treffen,'c
waardigheid zijner houding, veroorzaakten
geen geringe sensatie onder de aanweziger.
De Aartsbisschop, bevreesd voor verzet,
sprak een viietsbeduidende verontschuldi
ging uit over de behandeling, die Sir John
had ondergaan. Zich toen tot hem wendenla
vroeg hij plotseling antwoord op het ge
schrift, dat hij hem in den Tower had doen
tockomevi. Lord Cobham weigerde kalm iets
over dat geschrift te zeggen, maar hij wei
gerde niet zijn opvatting van het Heiig
Avondmaal te verklaren. Hierop werd bij
streng ondervraagd en zijn antwoorden
lokten menigmaal uitroepe'.i van veront
waardiging uit bij het publiek. Zelfs hoorde
men af en toe roepen: „Weg met den
ketter!"
Dit vragen en antwoorden duurde, totdat
de Aartsbisschop vermoeid werd van liet
lange en viuchtelooze dispuut c.n zeide: „Sir
John, gij hebt door uw woorden de gehee'e
geestelijkheid grievend belcedigd, en hier
door aan het volk een zeer slecht voorbeeld
gegeven. Wij hebben om uwentwil hier
reeds veel tijd verloren. Wij moeten thans
tot een besluit komen. Gij moet u óf aan do
voorschriften der Heilige Kerk onderwerpen
óf u zelf in het verderf storten. Bedenk n
goed, eer gij een besluit neemt.'
„Ik zou niet weten waarom ik mij aan
ulieden onderwerpen zou", zeide Lord Cob
ham, even beslist als te voren. „Gijlieden
hebt mij, door mij voor deze menigte te
laten voorkomen, veel meer be'eedigd, dan
ik uliedevi ooit beleedigd heb.
„Wij raden u nogmaals aan, u goed te
bedenken", zeide de Aartsbisschop lang
zaam en nadrukkelijk, „u te houden aan 1 et
algemeen geloof der Heilige Kerk van Rome
en alzoo als een gehoorzaam ki'.id tot uw
moeder terug te keeren. In uw eigen belane
roep ik u dus toe: Keer terug, i.og is het
tijd, terwijl het weldra te laat zou kunnen
zijn."
Maar het onbevreesde antwoord kwam
weder: „Ik kan mijn meening niet naar
willekeur veranderen. Doe met mij wat gii
wilt!"
Een oogenblik stilte en toen sprak
Arundel:
„Welnu, ik zie niet in, dat wij andere
kunnen doen dan de wet toepassen. Wij
zullen dus dadelijk overgaan tot het uitspre
ken van een vonnis, en als ketter veroor
deolen en straffen."
Klaarblijkelijk was het vonnis vooraf be
reed gemaakt. De Aartsbisschop stond op
pn begon de Latijnsche akten voor te lezen
die natuurlijk voor een groot gedeelte va
zijn gehoor onbegrijpelijk waren.
„Wij brengen ter kennis van alle menschen
dat Sir John Oldcastle, ridder, en Lord Coh
ham, vóór ons is verschenen, en dat Ivl
na een nauwgezet onderzoek en verhoor ic
gebleken, dat hij een groot ketter is" zó«'
begon de akte, die eindigde met een uit
weiding over het vaderlijk mudedoogen en
de onbaatzuchtige vriendelijkheid van Lord
Cobhams rechters, in tegenstelling me
eigen stijfhoofdige volharding in het kwade.
Daarop volgde een strenge veroordeeling
van Sir Jolrn als „een groot ketter en een
vriend en raadsman van andere ketters, een
kind der boosheid en der duisternis" en toen
kwamen de woorden, waarop het eigenlijk
aankwam.
„Daar het aldus bewezen is, dat genoemde
Sir John Oldcastle, ridder, en Lord Cobh.un
een zeer verderfelijk ketter is, uie standvas
tig gehoorzaamheid aavi de Kerk weigert,
veroordeelen wij hem tot de doori
st r a f."
Nadat de Aartsbisschop deze woorden had
voorgelezen, zag hij den gevangene, die véó-
hem stond, aan, terwijl al de aanvvezieor
ademloos luisterden. Indien ooit dan zou
thans de kalme moed van den ridder lien>
begeven!
Maar zijn gelaat behield de blijmoedige,
bijna glimlachende uitdrukking, ea ge.n
schaduw van de plechtige woorden: „ver
oordeelen wij hem tot de doodstraf!" w«-
op dat edel. moedig gelaat te zien. Met vaste
heldere stem sprak dp veroordeelde ket^r-
„Hoewel gijlieden mijn lichaam verooideelj
hen ik er vast van overtuigd, .lal gijlie-Ln
geen schade feunt toebrengen aan mijn ziel
Hij. die oneindige genade en goedheid i<
zal haar redden; daaraan twljfe; ik niet. En
wat betreft, hetgeen gelieden mijn ketterijen
"loomt, ik zal hieraan getrouw bli.ven tol it:
den dood, daartoe helpe mij Gvd." En toun
knielde Sir John plotseling op den grom1 en
bad vurig:
„Eeuwige God en Heere. ik smeek U dn'
Gij in Uw groote barmhartigheid mijn ver
volgers wilt vergeven, indien dit Uw ge
zegende wil is."
Daarop werd hij zonder uitstel overge
leverd in de handen van Sir RoLert M.> lej
om naai den Tower terug gef i:Kbt te wor
den en verdween hij schielijk uit r:e oogon
van a, de aanwezigen. „En du*voegt een
••ud gi"-rli odsci'rijver er aan tec: „kwam er
een eiud tan het werk van dipn dag'"
Sir Roger Acton wendde zich plotseling
tot den vreemden ridder, die gedurende het
gansche verhoor zwijgend naast hem gestaan
had.
„Sir, wat denkt u van deze zaak?"
„Sir Roger, ik heb gedachtea die, indi.ui
zij bekend werden, mij spoedig een dergelijk
vonnis op den hals zouden halen."
De woorden en vooral de naam werden
meer gefluisterd dan gesprokea
„Gij schijnt mij te kennen, toch weet ik
niet, wie gij zijn moogt", zeide Sir Roser,
hem onderzoekend aanziende. „Sir, wilt gij
met mij meriegaan?"
Het aanbod werd beleefd aangenomen. Sir
Roger trok zijn hoed dieper ovpr het gelaat
en begon zich een weg door de menigte te
banen. Het was een diep geschokte, veront
waardigde menigte, die bedroefd en toor.iig
was. terwille van den moedigen belijder,
wiens woorden diep in hun harten waren
doorgedrongen. Vele duizenden in de stad.
die den moed misten om openlijk ais
Wicklifs volgelingen voor den dag te komen
maar toch zijn meaning omtrent het Heilig
Avondmaal geheel deelden, waren ook «eet
bedroefd over het lot van Sir John. Ock
persoonlijk was Sir John algemcev hekend
im zeer geacht.
..Sir John Oldcastle sehiint eren vreem
deling voor u te zijn", merkte Sir Hoger op
toen hij met den hem onbekenden ridder
een 6ti'le straat had bereikt
„Een vreemdeling voor mijl" De riddci
glimlachte, hoewel droevig. „Mijn eigen
dierbare wapenbroeder!"
„Ha!" en er ging plotseling een licht voor
Sir Roger op. „Ik ken u nu 2«.n goed. Sir
William Cheync in eigen persoon!"
„Ja waarlijk, in eigen persoon Waarom
zou ik het ontkennen. Sir Roger?"
„Hoe komt gij hier op een oogenblik al«
dit?"
„Het gebeurde aldus. Sedert laren heb ik
vreeselijk geleden door een vreemde ziekte,
en zwakte, totdat onlangs een zekere wijze
vrouw mij een wonderdrank gegeven heeft,
die mij mijn vroegere kracht heeft terug
geschonken. Kleine Githa heeft ons, hoewel
zeer omzichtig, geschreven over het gevaar
dat Sir John dreigde. Zoodra in mijn paard
hestijgen en de vermoeiende reis \olhreng«-n
kon. ben ik hierheen gereisd, om als
ouds aan de zijde van Lord Cobham te
strijden. Helaas! weinig dacht ik. welk een
tooneel mij hier te wachten stondI"
Sir William zuchtte diep en streek mol
de hand over het voorhoofd
„Denkt gij, Sir Roger, dat zij zich op hem
zullen durven wreken op iemand ais
hij'"
„Zij durven alles!" zeide Ttnger met e:
dempte stem. „Misschien ligt er nog de een
of andere weg ter ontkoming voor hem
open."
„De Kaning
„Neen, op hem heb lk weinig hoop."
„Hij hepft Sir John lief."
„Sir John heeft hem in den laatsten tijd
l'kjvijls en erncfirr rn'r haagd."
Z\j w'!"u er igen tijd ln sombere
gepeinzen voort, beiden hun onmacht voe
lende om hun vriend van diénst te zijn.
„Het verbaast mij, dat ik ne'gens Lrrd
Cobhams incest geliefden schiluknaap heb
gezien", zeide Sir William plotseling.
„Jonker Alfgar, de knappe iïinke jonge-
lingl Neen, hij was er niet. Hebt ge niet
gehoord wat hem is wedervaren?"
„Toch geen ongeluk?" vroeg cir William.
„Hij ligt op den rand van het graf."
Sir W illiam week ontsteld achteruit Tc
midden zijner treurige gedachten had Sir
Roger Acton werkelijk voor een oogen! lik
de bloedverwantschap vergeten.
„Ik vraag u vergeving, goecie vriend, ver
geving", zeide hij haastig, zijn hand op Sir
Williams arm leggende. „Ik da, lit er niet
aan, dat gij en hij vader en zoon zijt, an.Ic-rs
zou ik het u niet zoo plotseling verteld heb
ben. Misschien is het niet zou erg als ik
zeg. Misschien zal hij spoedig hi rstellcn."
„Wat scheelt hem?" vroeg Sir William op
hees"hen toon.
„Het gebeurde op den dag, dai I^ird Cob
ham gevangen werd genomen. Jonker n>ey-
ne drong door de gewapenden t een, en wat
zij ook deden om hem te verb i"deren hij
viel voor de voeten van Sii Join, nprier. >m
zijn zegen af te smeekon. Bij die gelPü.'i-
heid werd hij gewond. Maar ik geloof njpf
dat hij alleen sterft aan de gevr Igen van die
wond, maar ook aan een gebroken l.ait;
neen, ik zeg niet sterven, want misschien
wordt, hij nog wel heter."
„Mijn arme zoon'" mompelde de ongf'uk-
kige vader, met doffe oogen voor zich uit-
starende.
(Wordt vervQlgid)