Jlirutue tfmiraut
Dr. Colijn spreekt over Indië
Van financieel pessimist
tot gematigd optimist
gftoraiEmentsprijS:
Per kwartaal in Leiden en in plaatsen
waar een agentschap gevestigd is 235
Franco per post 235 portokost "-n
Per week0.18
Voor hel Buitenland bij wekelijksche
zending430
Bij dagelijksche zending530
Alles bij vooruitbetaling
Losse nummers 5 ct. mét Zondagsblad 7'/i ct
Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar
Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden ïn Omstreken
No. 5104
Bureau: Breestr-jat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936
VRIJDAG 23 FEBRUARI 1934
14e Jaargart"
Slbbertentieprtj^n:
Van I tot 5 regels 1.17'/«
Elke regel meer0.22'It
Ingezonden Mededeelingen
van 1—5 regels2.30
Elke regel meer0.45
Handelsadvertentién per regel 0.17'/»
Bij contract belangrijke korting
Voor het bevragen aan 't bureau
wordt berekend0.10
„OOSTENRIJKS LES"
De les, welke Oqstenrijk ons leert is dezi
dat we de democratie niet moeten verdedi
gen met „de \yapeneli der barbaren". Nooit
werd het woord van den grooten leermees
ter der sociaal-democraten, Friedricn En
gels, reeds uit 1895, nadrukkelijker beves
tigd, dat de tijd van de gewapende strijd
op de straat, bij de ontwikkeling van de
militaire techniek, voor immer voorbij is.
Verbaas u niet al te zeer, wanneer wij u
verzekeren, dat wij hier woordelijk de opi
nie van deroode pers weergeven. Hei
ware trouwens al te naief, om zich n<>g te
verbazen over grillige journalistieke wen
dingen in die hoek.
- Terecht merkt gij op, dat deze zelfde pers
nauwlijks een week geleden van oorlogs
gerucht dreunde en juichend vaststeloe, dal
de sociaal-democratische verzetslieden schii
terend bewapend en uitnemend gecefenü
worden.
Thans nog, in hetzelfde artikel dat de
hierboven geciteerde „les uit Oostenrijk'
geelt, wordt gezegd:
„Zoo ergens en ooit, dan scheen in Oos
tenrijk voor den buitenstaander uog eeuige
mogelijkheid aanwezig te zijn, dat de ge
wapende sociaaldemocratie overwinnen zou
Nergens, waar ook in eenig land etn ar-
beidsweer bestond, was die beter bewapend,
beter uitgerust, beter geëncradeerd, beter
aangevoerd, sterker dan in Oostenrijk".
Toch was alle verzet vruchteloos; in de
hopelooze strijd ging de sociaal-democratie
onder. En dus: niet met de wapenen dei
barbaren.
Waarom niet? Omdat het er dan te bar-
baarsch toegaat; vvelneen, maar omdat de
„barbaren" het toch verliezen.
Merkwaardig is weer de gang van zaken.
Aanvankelijk wordt het gewapend verzet
enthousiast toegejuicht Zelfs kalme leiders
komen hun volgelingen voorhouden, dat zij
zich in de toekomst zco nóodig zullen
hebben te gedragen als Oostenrijkers en
niet als Duitschers. Aan dooden en gewon
den denkt men niet meer. Schiet maai goed
raak; roept men zijn vrienden toe.
Dan, langzaam aan, komt de keer. Zóó
heeft men het niet bedoeld. Hier is men
tegen wapengeweld. Dè „valsche" burger
pers legt alles wéérverkeerd uit.
Och, wat de Oostenrijkers deden was wel
jnoedig, maar aleveleen beetje dom.
2e moesten het toch verliezen en do aan
voerders konden slechts door een gevaar
lijke vlucht het levén redden. Met een lapje
voor zijn linkeroog laat de voornaamste
volksleider zich in Tsjecho-Slowakije kieken
en een groote foto prijkt zoo spoedig moge
lijk In de roode pers.
En diezelfde pers schrijft dan, „dat er
ook onder ons zijn, die uit den heldenmoed
onzer Oostenrijksche makkers afleiden, dat
ook de Nederlandsche arbeidersbeweging
zich wapenen moet".
Dat is verkeerd geredeneerd. De Oosten
rijksche les leert, dat de wapenen der bar-
bareu niet deugen. Welke dan wel? De
laatste zin van een artikel geeft hei ant
woord. Het luidt als volgt:
Niets kunnen wij vuriger hopen, dan
dat. als ook' voor ons, wat het lot ver
hoede, het onzalige uur mocht slaan, dat
de vrijheid der arbeidersbeweging en de
burgerrechten der arbeidersklasse aan
getast werden, wij ons niet gedwee zul
len laten onderdrukken en afslachten.
Maar tot ons verweer kan de gewapende
strijd niet behooren. Alle fantaseeren
daarover leidt slechts af van de eenige
verweermiddelen, die aan de strijdende
arbeidersklasse door haar economische
plaats in de maatschappij en door haar
bezield geloof en haar offerbereidheid
geschonken zijn.
Lees en herlees het en vraag aan de
roode arbeiders, of zij' er iets van begrijpen.
Zij moeten, zoo staat er elders, van eer
bied vervuld zijn voor „de grenzenlooze of
fervaardigheid der Oostenrijksche makkers
die liever een doode leeuw dan een levende
hond waren", doch tegelijkertijd begrijpen,
dat gewapend verweer het slechtst denk
bare middel is. Het hangt er natuurlijk
van af, hoe sterk men is.
We zouden op deze kronkelredeneerine
niet zoo nadrukkelijk de aandacht vestigen,
als men van soc.-dem. zijde ooit eenig res
pect had betoond voor onze overtuiging,
dat verdediging van „het erf der vaderen'
naar de mate onzer krachten een plicht i»
welke van Godswege op ons gelegd werd
Het tegendeel was het geval: wie zoo iets
betoogde, werd gehoond en voor moorde
naar gescholden. Dat was, wat grieft.
Altijd meten met twee maten.
Uit West-Indië.
ONTSLAG BIJ HUWELIJK
Bij resolutie van het Gouvernement van West-
Indië is bepaald, dat aan vrouwelijke landsdiena
ren. nadat zij in het huwelijk zijn getreden, met
ingang van den lsten van de maand volgende op
die waari het huwelijk is voltrokken, eervol
slag uit den dienst zal worden verleend, tenzij
zij naar het oordeel van den gouverneur als
kostwins er van het gezin kunnen worden aange
merkt. Van dezen regel zal slechts in zeer bijzon
dere gevallen, ter becordeeling van den gouverneur
kunnen worden afgeweken.
In de Tweede Kamer heeft de minister van
Koloniën 7»r H. Colijn een rede gehouden,
waaraan het volgende is ontleend;
Dr. Co I ij n zou wat in het debat ter
sprake is gebracht en alleen de Indische re
geering raakt, aan den gouverneur-generaal
overbrengen.
Enkele opmerkingen van den heer Kupers
zal de pers wel aan de betrokkenen doorge
De economische toestand In Indië
is algemeen slecht. Dat erkent iedereen.
Met cijfers aan in- en uitvoer ontleend werd
dit toegelicht Sedert 1928 nam de uitvoer af
van 1590 tot 490 millioen, de invoer van 10:30
millioen tot 330 millioen. We staan daarmee
op het peil van 19ll.
Vroeger was er van Java een etnigralie-
overschot van 40.000; nu is er een immigratie
erschot van 100.000.
Intusschen zijn de kosten.van het levens
onderhoud ook sterk teruggeloopen: voor
de inheemsche bevolking met 60%
De oorzaken van de crisis zijn de
zelfde als elders. Alleen is de toestand nog
geaccentueerd door dat het eigen verbruik
niet kan worden opgevoerd.
De afzetmogelijkheden vooralle
productie zijn sterk afgenomen.
Hët heeft weinig zin om in te gaan op
de vraag of een ander beleid in het verleden
de catastrophale daling van nu had kunnen
voorkomen. De minister gaf op de vraag een
ontkennend antivoord.
Allerm nst is aan het grootbedrijf alles op
geofferd. De heer Rutgers heeft dat volko
men juist uiteengezet. In ieder geval heeft
do regeeringsbemoeiing er toe geleld, dat
het gevaar "voor honger vrijwel is voork»
In haar eentje kan de Regêering niet
veel doen om
het welvaartspeil weer op te
voeren.
De export moet omhoog. Wat kan Nederland
daartoe doen? Men verwachte er niet al te
veel van. Met onze 8 mill oen menschen kun
nen we van de enorme productie van Indië
maar betrekkelijk weinig afnemen. We hen
ben bovendien ook onze eigen moeilijkheden
Van onze industrieele producten kan Indië
weer niet veel afnemen; voor de sterk ver
armde bevolking zijn d e veel te duur.
In Indië is de aanpassing veel verder
gevorderd dan hier, ivaar allerlei bedrijfs
takken aan alle kanten met krukken ge
steund worden.
Ook moet gerekend met het stelsel van
3 moderne handelspolitiek, dat
een stelsel van afwegen
is van in- en uitvoer tusschen landen, die
handelsbetrekk ngen met elkaar hebben.
Men moet zich daarom voor goed uit het
hoofd zetten, dat Indië alleen uit Nederland
zou kunnen invoeren.
Vroeger is aan deze dingen niet veel aan
dacht geschonken Het ging toen gemakkelij-
Onmiddellijk na zijn optreden heeft de
minister deze zaak aan de orde gesteld. Hei
departement van Koloniën was op een bele-d
in deze richting heelemaal niet inge
richt; en in Indië had men wel gegevens,
maar had zich nooit in de nieuwe richting
bewogen.
Wat Indië deed
Er is toen overleg geweest. Als resultaat
daarvan zijn Indische tarieven ver
laagd voor Nederland en voor anderen ver
hoogd. Er zijn contingenteerings- en ander"
maatregelen genomen. (Daarover hehbpn we
nog kort geleden uitvoerige mededeelingen
gedaan na een persconferentie met Prof. v.
Gelderen te dezer zake.)
Hulp voor Indië
Voor zijn mais heeft Indië van deze maal
regelen reeds sterk geprofiteerd. Geprobeerd
wordt nog den uitvoer van rijst naar
Nederland te stimuleeren. De export van
veekoeken naar ons land beweegt zich ocU
in stijgende lijn.
Met do suiker zijn we bezig. Het is een
moeilijk vraagstuk. Onze inlandsche su ker
kost tweemaal zooveel als elders. Dat is van
beteekenis en duurzaam niet te handhaven.
De Suriname-suiker is reeds tot loonenden
prijs op de markt gebracht Er is echter in
ons land zoo'n groot overschot aan suiker,
dat het wel moeilijk zal zijn.in 1934 veel voor
de Java-su ker te doen.
Bij de handelsbesprekingen met
Duit6chland zullen ook de handelsbe
trekkingen met Indië onder het oog worden
gezien. Er is een belangrijk onderhandeling*
object door Nederland ter beschikking ge
steld.
Ook met Japan zal worden onderhan
deld. Bij de besprekingen met Italië en
Frankrijk zal eveneens met Indië wor
den gerekend, al kan het wel gebeuren, dat
ten slotte de Ind sche belangen geheel afzon
derlijk zullen moeten worden besproken.
Op de jongste persconferentie, waar »ver
deze dingen gesproken is, is niets gezegd
dat aan de Indische Regeering niet bekend
was. Het gaat te ver, dat vooraf ook de Volks
raad zou moeten zijn ingelicht.
Voor de rubber blijft een regeling noo
dig. al zal zij internationaal moeilijk te tref
fen zijn.
Wat de financiën betreft besprak de mi
nister eerst de vraag of het
De minister schenkt een
helder inzicht in de situatie
gerechtvaardigd is. Het cijfer is afkomstig
van den vor gen minister.
Genoemd cijfer zal wel niet in de onmid
dellijke toekomst worden verkregen. Als we
voor 1934 270 millioen aan inkomsten haien
zal. het heel mooi zijn Maar we mogen toch
aan 300 millioen aan inkomsten vasthouden
Om deze redenen: ons percentage in de t i n
restr.ctie is verbeterd en zal nog wel wor
den verhoogd. De thee gaat reeds beter;
er wordt weer verdiend, zoodat er metter
tijd weer belasting zal worden betaald.
Do aanpassingsmaatregelen zullen ook
geleidelijk meer effect eaan sorteeren. Alles
hijeen is de minister optimist genoeg
om aan te nemen, dat we weer aan de 300
millioen komen. Aan het uitgavenpe l van
300 millioen moet een lange reeks van jaren
onverbiddellijk worden vastgehouden. Zou
den we weer geld beschikbaar hebben 'an
moet in de eerste plaats de veel te hooge
schuld van het economisch zeer trefbare
Indië worden verminderd
Wat is er bereikt?
In Indië is bewonderenswaardig werk
verricht en ia geen geval planloos. Wie
het tegendeel meent, gelijk de heer
Westerman, heeft de begroptingscijfers
zeker nooit behoorlijk geanalyseerd.
Er is draconisch bezuinigd.
Met cijfers werd d'it aangetoond. Er is
ook harmonisch bezuinigd
Vergeleken met 1930 is in 1934 bezui
nigd op: Defense 29%, Welvaarts-
dionsten 20%, Peiswezen 35% en op Justi
tie, politie en bestuur 14%.
Resultaat is, dat van 1930 op 1934 de
uitgaven met 28% zijn gedaald, ondanks
het jaarlijksch accres der salarissen van
6% per jaar.
In Nederland zijn we zoover nog niet!
Wat moet er nog gebeuren!
Er moet nog 75 millioen van de
uitgaven af. Hoe?
Voor 1935 is gevraagd aan Indië om 'n be-
grootmg mot 300 millioen aan inkomstenen
geen vermeerdering van schuld. De uitga
ven ziullen 340 millioen zijn, heeft Indië mee
gedeeld.
We staan nu op 375 millioen, zoodat er
35 millioen nog gevonden moet worden. Ver
der is gevraagd om een schema, om van
340 op 300 te komen. Met gewone bezuini-
gingsmethuden is dat bijna onmogelijk. Er
is hiervoor echter reeds 15 millioen gevon
den door conversie der dollarleeningen.
De minister dankt 't heele Ne
derlandsche volk, voor de schit
terende wijze, waarop het aan de
conversie heeft meegewerkt
Verier zullen enkele millioenen op de pen
sioenlasten en de defensie gevonden worden.
De wachtgelden zullen ook dalen. En dan
hebben we nog 700 mill, schuld
boven 4 als we die kunnen con-
verteeren besparen we nog 20 25
millioen. Is er dan reden om zoo wan
hopig te zijn als de heer v. Poll?
Hulp aan Indië door het Moederland is
gevraagd. Deze kwestie is niet te beantwoor
den /.onder den financieelen toestand van
Moederland en Indië naider te kennen Vol
gend jaar kunnen we er nader op ingaan
Schuldverwerping aanvaardt de mi
nister nooit Schuldoverneming ware
niet in het belang van Indië; de auto
nomie zou er door worden ingekoit. Wel
zal Nederland Indië steunen met zijn
crediet
Conversie is nog niet zoo eenvoudig.
Men kan er gemakkelijk allerlei fond
sen en instellingen door dupeeren. Con
versie op een 4 basis acht de minister
redelijk
De helft van de Indische schuld (800
mill.) is thans door Nederland gegaran
deerd en we zijn bereid nog verder te
Voorloopig gaan we met z'n
allen op 'n paar na, naar pleis
terplaats 340. Ook de heer Cra
mer en z ij n fractie gaan mee.
Een officieele werkloozenznrg zou
in Indië iets geweldigs worden. Waar zou
het geld te vinden zijn?
Over de uit Indië gerepatrieerden
zal den minister worden gerapporteerd; hii
zal aan hun ondersteuning zijn aandacht
geven
De werkverruiming is een kwestie
van geld, crediet en schuldvergrooting, waar
we voorzichtig mee moeten zijn.
Een in- en uitvoercentrale is van
den minister niet te verwaehten.
De salarisregeling Iaat de minister voor
loopig aan Indië over; hij wil op de te nemer,
beslissing ook geen invloed uitoefenen.
Belasting op olie en Delitabak
die met verliezen werkt ware niet ver
stnndig. Olie kan men ook betrekken uit
streken, waar geen uitvoerrecht bestaat.
Waarom zouden we noodeloos ter wille van
een belasting een debiet verkleinen?
De politieke toestand
Over den politieken toestand zou de mi
nister kort zijn, na het debat bij de inter
pellatie-Cramer van ecnigen tijd geleden.
De heer Kupers moet die discussie nog maar
eens nalezen en bedenken, dat ook de sfee»
bij het nemen van bepaalde maatregelen
een groote rol speelt.
Waakzaamheid is in dezen tijd boven
alles geboden. We moeten preventief
optreden, maar zoo noodig ook repres
sief. Zoo is ook de Gonvernear-Generaal
opgetreden cn daarom was de heer Wes
terman met zijn aanval volkomen mis.
Hij heeft dat ook kunnen vernemen
uit de redevoeringen van hen. die be
toogden, dat te veel verboden was. Voor
komen is beter dan genezen, geldt ook
In dezen tijd van extremisme met reactie
daarop, moeten in Indië ambtenaren vooral
zwijgen. Zij moeten vormen: La grande
muetle. Het verbod voor ,De Stuw" kan
daarom zeer gemotiveerd en beleidvol zijn.
De wenk van den heer Rutgers omtrent
de perspropaganda in Nederland, die voor
Indië schadelijk werkt, zal onder do aan
dacht van den minister van Justitie worden
gebracht
F.en loyale volksbeweging moet
op den bodem der realiteit staande, tot de
volksontwikkeling bijdragen. De inlandsche
hoofden kunnen daarbij slechts een deel der
leiding hebben.
De middelen om in Indië inlandsch perso
neel op te leiden voor het bestuur, moeten
aanwezig blijven.
Onderwijs en Zending
De vrijheid van Onderwijs en Zending
werden voor het slot bewaard.
Er is In Indië geen financieele gelijkstel
ling voor het onderwijs. De bijzondere scho
len kunnen er schoolgeld heffen voor zich
zelf. In dezen bezuinigingstijd is daarop wel
eenige controle gemotiveerd. Men meende
in IndiP, dat in het verleden teveel geld i:
uitgegeven. Dat werd teruggevorderd, wat
tot moeilijkheden kon leiden. Er is echter
thans overeenstemming verkregen tusschen
de Regeering en het bijz. onderwijs.
Wat Bali betreft als gesproken is door
een bestuursambtenaar gelijk is beweerd,
dan ware dat met goed te keuren.
De Balische cultuur op zich zelf is geer,
reien om Bali voor de Zending te sluiten.
Bij instelling van een commissie voor
Indische zaken zal de minister loyaal
inlichtingen geven. Maar het mag niet zoo
worden, dat deze commissie op den stoel
der Regeerine wil gaan zitten. Dan zou 's
ministers medewerking niet heel groot zijn.
De samenwerking tusschen het
Nf.dcrlandsc h'e volk en Indic
moet in algemeenen zin beter worden. Men
moet elkaar beier leeren \erstaan en ivaar-
doeren en ook eikaars moeilijkheden beter
inzien om ze uit den weg te kunnen ruimen
voor zoover mogelijk.
Meer dan drie eeuwen behooren Neder
hnd en Tndië reeds bij elkaar. Er zijn in die
jaren fouten gemaakt, die men echter niet
naar de opvattingen van heden mag beoor
deelen. Er is evenwel ook veel moois. Vele
generaties zijn met toewijding voor Indië
werkzaam geweest. Vele mannen en ook
vrouwen hebben er groofe offers voor ge-
brarht. Tndië kan de vergelijking met den
arheid in andere koloniale gebieden vol
komen en glansrijk doorstaan.
We moeten dichter tot elkaar
komen.
Door die gedachte geleid Is de minister
ook tot het voornemen van een reis naai
Indië gekomen, welk voornemen tegeii
zijn wil is bpkend geworden. Eind April
of begin Mei denkt hij er heen te gaan.
Als symbool, dat beide deelen des Rijks
elkaar de hand drukken, kan deze reis be
schouwd worden. Met wederzijdsch begrijpen
en met Inspanning van alle krachten die
nen we elkaar, onder Gods hulp, door de
moeilijke tijden heen te helpen.
BINNENLAND.
INKRIMPING BIJ DE SPOOR
WEGEN
Gelijk men weet is op het oogenblik bij
de Tweede Kamer aanhangig een wets
ontwerp tot naasting van een aantal
spoorwegen. Wij hebben geïnformeerd
wat de bedoeling zou zijn als de naasting
tot stand zal zijn gekomen en kunnen
meedeelen dat geleidelijk aan de diensten
op de bedoelde lijnen zullen worden in
gekrompen om mettertijd tot opheffing te
komen. De opheffing zal niet ineens ge
schieden maar successievelijk. Als het
wetsontwerp tot wet zal zijn verheven,
dan zal men bij de Spoorwegen een plan
opmaken waarlangs die geleidelijke op
heffing kan geschieden.
DE BEGROOTING VAN SOCIALE
ZAKEN
De Minister en de werkloosheid
TARIEFSVERLAGINGEN VOOR DE
STEUNREGELING
Verschenen is de memorie van antwoord
op het voorloopig verslag der Eerste Kamer
nopens het wetsontwerp tot vaststelling van
de begrooting van het departement van
sociale zaken, waaraan wij ontleenen:
De leden, die blijkens het voorloopig ver
slag vernomen hebben, dat de minister aan
de commissie van advies, die op grond van
art. 8 der Bedrijfsradenivet werd ingesteld,
min of meer de vrije hand laat en dat die
commissie thans uit eigen beweging onder
zoekt, waar en in hoeverre de Bedrijfs
radenivet toepassing zou kunnen vinden,
zijn niet geheel juist ingelicht. De commis
sie omvat alleen de zoogenaamde vaste
kern. Op verzoek van den minister oriën
teert deze kern zich voorloopig omtrent de
bedrijven, waar de samenwerking tusschen
werkgevers en arbeiders zoover gevorderd
is dat zij eventueel voor een bedrijfsraad m
aanmerking zouden kunnen komen.
De collectieve arbeidscontracten.
Met de verbindendverklaring van de col
lectieve arbeidsoiereenkomst begeeft de
Overheid zich op het gebied der loonrege-
ring, een gebied, dat in het algemeen het
hare niet is, doch van nature behoort aan
de partijen van werkgevers en arbeiders.
De Overheid, die een collectief contract ver
bindend verklaart, neemt daarmede op zich
de verantwoordelijkheid voor de in /.ooda
nig contract neergelegde loonregeling, het
feit, dat reeds de groote meerderheid van
werkgevers en arbeiders uit het bedrijf die
loonregeling wenscht, verandert daaraan
niets. Die verantwoordelijkheid nu mug de
overheid, naar het gevoelen van den minis
ter, niet dragen tenzij gewichtiger redenen
dan die haar tot onthouding op dit gebied
nopen ingrijpen van de Overheid noodig
maken.
Arbeidstijd chauffears.
Hoewel de regeling van den arbeidstijd
van chauffeurs meer moeilijkheden met zich
brengt en dan ook meer tijd vordert dan de
minister aanvankelijk gedacht had. hoopt
hij toch binnen niet te langen tijd een voor
ontwerp aan den Hoogen Raad van Arbeid
te kunnen toezenden.
Internationale arbeidsconferentles.
Wat betreft de gemaakte opmerkingen
inzake de internationale arheidsconferen-
ties, wijst de minister er op, dat hij uitgaat
van de overtuiging, dat het een wereld
belang is, indien van de in 1919 verkregen
internationale organisatie ook op het ter
rein van den arbeid zooveel mogelijk
stand blijft en dat hij de groote waarde
van het internationaal sociaal overleg er-
De minister acht het zeker gewenscht,
dat de regeeringsafgevaardigden indien zich
daartoe de gelegenheid voordoet, op dc be
zwaren van overladen agenda's wijzen, op
beperking aandringen en zoo daartoe aau
leiding is, met andere regeeringsafgevaar
digden ter zake contact zoeken. Het ligt in
zijn voornemen dit punt in het bijzonder
met de regeeringsafgevaardigden te bespre
ken.
Rijkskinderbijslagfonds.
Hoewel ook de minister de instelling van
een Rijkskinderbijslagfonds een vraagstuK
lan groote pnncipieele en maatscnappe-
lijke beteekenis acht, moet hij van eei
dachtenivisseling over dit onderwerp afzien
omdat in ieder geval aan de invoering van
zulk een fonds in de huidige omstandig
heden geenszins te denken valt. Intusschen
onderzoekt de minister of op dit gebied wel
licht ten deele iets gedaan zal kunnen
den, bijvoorbeeld met betrekking tot «Ie kin
dertooslagregeling, welke thans in enkele
bedrijven voor de in die bewijzen werkzame
arbeiders geldt.
Arbeldsverzekering.
De minister deelt vervolgens mede, dat
hij voornemens is een wijziging te bei orde-
ren van de industrieele Ongeval
lenwet, waarbij, naar het voorbeeld van
hetgeen in de Ziektewet is bepaald, aan
door samenwerking van centrale organisa
ties van werkgevers en van arbeiders tot
stand gekomen bedrijfsverenigingen onder
bepaalde voorwaarden aandeel zal worden
gegeven in de uitoefening van de verzeke
ring.
De minister is gaarne bereid het denk
beeld te overwegen of ook de I n v a 1 i d i
teitsverzekering bij de gecombi
neerde ongevallen- en ziekteverzekering
zou kunnen worden getrokken.
Arbeiderswoningen.
De regeering beraamt ten eerste verla
ging, waar noodig, van de huur der be
staande zg. Woningwetwoningen; ten twee
de bevordering van don bouiv van ivonin
gen met lage huur. Zij zal daarbij de be
hoefte als norm aannemen en de mogelijk
heid van iverkierruiming en werkverschaf
fing, die aldus ontstaat, als een gelukkige
bijomstandigheid aanvaarden. Echter kan
de minister er niet toe meewerken, dat d«
bedragen, die aan steun zouden worden uit
gespaard door vermindering van werkloos
heid in de bouwvakken, in mindering wor
den gebracht op de bouwkosten, omdat die
praktijk zou leiden tot een economisch g"
flatteerde uitkomst. Wel zal het gehepl der
bouwkosten mede kunnen verminderd wor
den, doordat bij den bouw werkverschaf
fingsloonen worden betaald.
De minister meent, kort samengevat, zijn
taak ten opzichte van het vraagstuk van de
werkloosheid aldus op te moeten i alten
dat hij, naast hetgeen de regeering inzake
iverkierruiming doet voor ouderen en ieiig-
digen, binnen het raam van het mogelijke,
al zijn krarhten moet aanwenden om het
meest ernstige leed te lenigen, mede door
te bevorderen, dat gestcunden arhei«1 ver
richten en niet in ledigheid omgaan; ter
wijl hij daarnaast alle aandacht te geven
heeft aan omstandigheden en voorzieningen-
Voornaamste Nieuws.
Dit nummer bestaat uit DRIE bladen
Blz.1
Minister Colijn heeft bij de behandeling der In
dische begrooting in de Tweede Kamer een rede
gehouden.
Verschenen is de Mcjiorie van Antwoord aan
de ^Eerste Kamer over de Bzgrooting van Sociale
DE INHULDIGING VAN LEOPOLD HI ALS
KONING DER BELGEN.
Zeer bezwarende veronderstellingen te Parijs
tegenover politie-autoriteiten naar aanleiding van
den moord op raadsheer Prince.
Italië, Oostenrijk en Hongarije hebben een blok
gevormd naar het voorbeeld van cn als tegen
wicht de Kleine Entente.
De Nicaraguaansche rebellengcneraal Sandino
n ecnigen van zijn handlangers overvallen en ver-
Voor het Hoog Militair Gerechtshof is tegen de
oormalige commandant van De Zeven Provin-
icn cén jaar gevangenisstraf geëischt.
Het valt niet te ontkennen, dat
oogenschijnlijk een regeling, waarbij
met steun van de Overheid de werk
gevers in den landbouw en in de in
dustrie gelegenheid krijgen arbeiders
in het bedrijf te plaatsen, veel heeft
dat aantrekt. Men moet echter niet
uit het oog verliezen, dat als dit stel
sel algemeen wordt toegepast, de nij
verheid en de landbouw hoe langer
hoe meer met zilveren koorden aan de
Overheid en de subsidieering dreigen
te worden gebonden, met alle ernstige
nadeelen daarvan.
De minister wil zich dan ook voor
loopig beperken tot het nemen van
een proef in eenige gemeenten van
ons land, waarvan in twee de land
bouw domineert en in één de tuin
bouw. Zoodra het overleg met de be
trokken gemeentebesturen tot resul
taat heeft geleid zal van deze proef in
het openbaar mededeeling worden ge-
Lagere steunregelingen.
Voor verschillende gemeenten zal
tariefsverlaging voor de steunregeling
moeten geschieden o. m. in verhand
met de plaatshebbende loondalingen
in het vrije bedrijf, waardoor de be
staande tarieven zich in vele gevallen
niet meer aan die loonen laten aan
passen. De minister kan voorts niet
besluiten terug te komen op zijn be
slissing inzake de intrekking van de
bepaling, waarbij een gedeelte van de
verdiensten van de vrouw van een
gesteunde met kinderen tot aan een
bepaald bedrag bij den aftrek van de
gezinsinkomsten buiten beschouwing
mocht worden gelaten.
Tot het verleenen van steun in
natura meent de minister althans
voorshands niet te moeten overgaan.
NEDERL. LUTH. JEUGDBONDEN
De Ned. Luth. Jongelingsbond cn Nederl.
Luth. Meisjesbond hopen gezamenlijk hun
derde Paaschconferentie te houden op het
Luthersch Buiten-Centrum „de Burgh" te
Den Dolder, onder leiding van ds. J P.
van Heest te Amsterdam, van Zaterdag
avond 31 Maart tot Maandagnaimddag 2
April.
Het programma vermeldt als sprekers;
ds. J. P. van Heest te Amsterdam, ope
ningsrede; den heer W. ten Kate, lecraar
aan het lyceum te Bussum, oier het lité
rair onderwerp: „De Sage \an den wande
lenden Jood"; ds. G. J. D uyvendnk te
Haarlem, over „de Buchman-heweging en
ds. C. C. G. Visser te Botterdam oier het
onderwerp: „Overgave"
Het bureau der conferentie is gevestigd
hij den heer W. J. van der Lee. Paltzeriveg
24 te Den Dofder.