Kerkelijke vraagstukken
in Duitschland
WOENSDAG 22 N.
IJ
E BLAD PAG. 10
Het stenografisch verslag van de rede van Dr. Krause
■DE ARIER-PARAGRAAF VOORLOOPIG BUITEN WERKING
elceji (Van onzen Duitsehen correspondent.)
Vooj* mij lipt de authentieke tekst eener
is j, redevoering, welke den 13en Nov. op een
ac Algemeene Ledenvergadering der „Dintsche
Christenen" in het Sport palast te Berlijn
werd gehouden door den gouwleider der
„Duitsche Christenen" in de rijkshoofdstad,
Stud enassessor dr. Krause, lecraar aan een
3 nc Middelbare School te Berlijn. Daar deze
tekst uiterst moeilijk verkrijgbaar is en
veie onjuiste citaten binnen en huiten
Du'tschland gepubliceerd worden, houd ik
het voor juist, van deze terecht officieel
20 j gewraakte voordracht een paar zinnen
weer te geven; het merkwaardige hierbij
is, dat op dezen historischen avond nie-
I mand het gewaagd heeft, in de ooi liet
publiek niet toegankelijke dicht bezette
vergaderzaal protest aan te teekenen tegen
aanvallen op de Heilige Schrift, zooals die
in het nationaal-socialistische Duitschland
nimmer tevoren vernomen werden. Dr.
Hossenfelder, de eigenlijke leider der
„Duitsche Christenen bisschop der mark
Brandenburg, kan dit verwijt niet treffen,
daar hij na een korte toespraak voor drin-
gepde kerkelijke aangelegenheden naar
München moest vertrekken; wel bevonden
zich andere hooge kerkelijke autoriteiten
onder het publiek, onder meer bisschop
Friedrich Peter, de kerkelijke president dr.
Werner, D. Freitag, dr. Friedrich Koch, dr.
ThümmeL
Volgens het nauwkeurig stenografisch
verslag werd dr. Krause herhaaldelijk toe
gejuicht, moest hij ontelbare malen zijn
redevoe.ring onderbreken wegens stormach
tig applaus en krijgt men dus den indruk,
dat hij de opvattingen zijner geloofsgenoo-
ten heeft weergegeven. Hij zeide onder
meer:
„De storm der nationaal-socialistische re
volutie is ook voor de Kerk niet blijven
stilstaan. Het groeiende volk wil een nieu
we kerk hebben, geen luthersche, geen ge
reformeerde, geen „uniierte", geen syno
dale, geen consistoriale, geen kerk van bis
schoppen of „Generalsuperintendenten"
maar een geweldige nieuwe, alles omvat
tende Duitsche Volkskerk. Deze nieuwe
kerk kan nooit naast, maar slechts in den
staat groe;en en voor haar gelden in vollen
omvang dezelfde levenswetten.
„Uit naam van de Berlijnsche beweging
moet ik duidelijk zeggen: wij kunnen geen
predikantenkerk gebruiken. Wij kunnen
slechts een kerk aanvaarden, welke het
oude woord tot uitgangspunt heeft: de kerk
wordt opgebouwd uit de gemeente. Officieel
bevel kunnen wij in de kerk niet erkennen.
(Tusschenroep: „Wij hebben geen blanke
joden noodig. Wij willen heelemaal geen
joden meer in de kerk".) Wanneer het op
regeeren aankomt, dan hebben wij maar
één regeering noodig, het bewind van Adolf
Hitler en diens raadgevers. Wij hebben
slechts een opvoeding van de jeugd noodig
in den zin van Adolf Hitler. Wij hebben
slechts een enkele missie: onze Duitsche
menschen tot in de ziel op te voeden als
nationaal-eocialisten.
De eerste stap tot herleving van het na
tionaal bewustzijn is de verwijdering van
alle oiet-duitsche elementen uit het reli-
gieuse leven, bevrijding van het Oude Tes
tament met zijn joodsche loonmoraal, zijn
verhalen ven veehandelaars en souteneurs.
Terecht heeft men dit boek als een der
meest bedenkelijke werken der wereldge
schiedenis gekenschetst
„Wanneer wij nationaal-socialisten ons
geheeren, een das bij een jood te knopen,
dan moeten wij ons nog veel meer ervoor
schamen, iets, dat tot onze ziel spreekt van
joden aan te nemen. Onze kerk mag geen
menschen van joodsche afkomst meer in
haar gemeente opnemen. Wij hebben niet
slechts de zending onder de joden van de
hand gewezen, wij hebben ook altijd ge
zegd: joodsche menschen hehooren niet in
onze volkskerk, noch op, noch onder den
kansel.
„Het zal ook noodig zijn, dat alle bijge-
loovige berichten uit het Nieuwe Testament
verwijderd worden, dat afstand gedaan
wordt van de zondenhok- en minderwaar-
digheidstheorie van den rabbijn Paulus.
welke een vervalsching is van de blijde
boodschap: gij zult uw naaste liefhebben
gelijk uzelf. De zuivere Jezusloer moet op
nieuw de basis der kerk worden. Wanneer
wij uit het evangelie halen, wat tot onze
Duitsche harten spreekt, dan treedt de kern
uit deze leer naar voren, welke en daar
mogen wij trotsch op zijn in vollen om
vang de eischen van het nationaal-socialis-
me dekt. Heilige plaatsen moeten gevonden
worden in ons eigen land. Heldenvereering
moet Godsvereering worden. Wannéér onze
Leider zegt: de mensch heeft het vertrou
wen op zichzelf noodig! dan willen wij
zulks opvatten in dien zin, dat wij den
juisten godsdienst hebben, wanneer wij on.<»
verplicht voelen tegenover onzen Vader en
ons volk.
„Wij willen liederen zingen, bevrijd van
tsraéliti^chen invloed, ons vrij maken van
de tale kanaans".
Om den storm van verontwaardiging en
protes', welke deze redevoering over heel
Duitschland veroorzaakte, tot stilstand te
brengen, heeft rijksbisschop Müller in o\er-
leg met zijn medewerkers dr. Krause op
staanden voet uit zijn kerkelijke waardig
heid ontslagen. Door dit besluit wordt zijn
werkzaamheid als leeraar niet beinvloed.
Voorts werd door den „Oherkirchonratliet
wettelijk, besluit afgekondigd, dat de veel-
bestreden „Ariërparagraaf" voorloopig niet
van werkende kracht wordt. Op initiatief
van rijksbisschop Muller is het kerkelijk
ministerie tot dit besluit, met medeweten
en onder medewerking van bisschop Hos
senfelder, hiertoe overgegaan, „zur Beruhi-
gung dep gesamtkirchlichen Lage". Een op
lossing bcteekent dit besluit weliswaar niet,
maar de vergadering in bet Sportpalast en
de uitlatingen van dr. Krause hebben er
ongetwijfeld toe bijgedragen, dat de hoogste
kerkelijke overheid in overleg met den
rijkskanselier besloten heeft, het arische
vraagstuk tot 'nader order onbehandeld te
laten.
Het effect van het besluit.
Om het effect 'van dit belangrijk besluit
in den kerkdijken dienst vest te stellen,
begaf ik mij naar Dahlem, waar ds. Nie-
moller voor de gemeente der Jezus Chris
tus-Kerk werkzaam is. In Engélsche en Ne-
dcrlandsche bladen werd beweerd, dat ds.
Niemöller, dr. von Rabenau, predikant aan
de Apostel-Paulus-kerk in Schöneherg en
ds. Scharf ,uit Sachsenhausen (bij Oranien-
bubg) van hun ambtelijke waardigheid ont
heven zouden zijn. Ik heb persoonlijk vast
gesteld, dat dit bericht onjuist is. Ds. Nie
möller behoorde dezen Zondag in zijn kerk
onder de luisteraars, terwijl de dienst werd
waargenomen door ds. Miiller uit Steglitz.
Aan het einde van den dienst deelde hij
mede, dat den betrokken predikanten van
een „Disziplinarverfahren", laat staan van
ontslag, niets bekend is. Met bevreemding
stelde ds. Mtiller vast, dat dc „Oberkirchen-
rat" van deze onjuiste melding geen noti
tie genomen heeft en zich niet tot officieele
tegenspraak verplicht achtte. Ds. Niemöller
en de met hem genoemde predikanten von
Rabenau en Scharf behooren tot een orga
nisatie van ruim drie duizend dienstdoen
de geestelijken, welke protest hebben aan
geteekend tegen sommige uitlatingen en
eischen van de „Duitsche Christenen". Om
verdere onrust in de gemeente te voorko
men, achtte ds. Müller het wenschelijk. dit
van den kansel te zeggen.
Als tekst van deze Luther-herdenking
had ds Müller gekozen Math. 22 vers 21 b:
„Geeft Gode, wat Gods is". Hij herinnerde
eraan, dat de eigenlijke Luther-herdenking
uitgesteld moest worden terwillo van de
verkiezingen en betreurde het, dat ook op
dezen Zondag door een officieele demon
stratie der jeugd velen niet ter kerke kon
den komen. Liefde voor het eigen volk en
gehoorzaamheid tegenover de overheid
spreken voor eiken Chrisen vanzelf en be
hoeven dus niet telkens op den voorgrond
geplaatst te worden. De vreeze Gods daar
entegen laat steeds meer te wenschen over.
Eigen plannen worden met Gods Woord
bemanteld. Feest op feest vindt plaats en
over de zonde mag niet meer gesproken
worden. De trotsclio mensch treedt naar
voren, de onaantastbare held voert het
woord. Voor het woord der boete is geen
belangstelling. Er bestaat een opvallende
behoefte aan dc noorsclie ziel. En dit alles
wordt door een kerkelijke overheid geduld!
Hoe diep is men gezonken! is het Duitsche
volk gezonken, wanneer de zuivere Chris-
tusleer wordt aangetast! Met de. liefde Gods
heeft dit alles niets uitstaande. Het is af
godendienst. Wij herdenken Luther in een
tijd van zwaren geestelijken nood en wij
hooren hem waarschuwend zeggen: dc po
litiek moet buiten ch kerk blijven. Geef'
den Keizer, wat des Keizer is en Gode, wat
Gods is!
Berlijn, 20 November 1933.
Kunst en Letteren.
DS VIER HEEMSKINDEREN
De legende van de vier dappere ruiters en
het edele paard, spelende ten tijde van Karei
de Groote, is algemeen bekend. Het verhaal
is vooral gelocaliseerd in de Fransche Ar
dennen.
Naar verluidt zal men thans op een rots
aldaar een geddikteeken oprichten voor de
Vier Heemskinderen en het paard Beiaard,
vervaardigd door Albert Poncin.
werd 5 Nov. jl. geopend door den Antsyerp-
sclien burgemeester Camille Huvsmans. Josef
Muls hield een rede, waarin hij vooral ge
lukkig prees het feit, dat de leiding van het
Museum berust in handen van Lode Baekel-
mans.
HERDENKING CONSCIENCE
3 December a.s. zal de Kon. Ylaamsche
Academie een groote hulde brengen aan de
nagedachtenis van Conscience. Sprekers:
Dr. J. Muls, Prof. Vermeelen, Dr. M. Sabbe
en Felix Timmermans.
KORTE LEVENSBERICHTEN
Mr. FRANS ERENS
Frans Erens werd geboren in het jaar 1S57
te Schaesberg in Zuid Limburg. Na aldaar
zijn eerste opvoeding te hebben genoten, stu
deerde hij te Leiden, te Amsterdam en een
half jaar te Bonn.
Van de grootste beteekenis voor Erens' ver
der leven, speciaal voor zijn leven als kun
stenaar, was een verblijf van 5 jaar te Parijs
Hij was daar lid of habitué van verschil'en-
dc literaire clubs, waardoor hij op zeer in
tieme wijze in aanraking kwam met
Fransche kunst en kunstenaars.
Toen Erens uit Parijs in Amsterdam terug
kwam, waar hij een paar jaar in de advoca
tuur werkzaam was, maakte hij al spoedig
kennis met de tachtigers Kloos, Van Deys-
nerva" en in de
„Groene Amster
dammer" maar
zijn eigenlijke op
treden als letter
kundige valt sa
men met de stich
ting van „De
Nieuwe Gids'
waaraan hij
trouw wat niet
wil zeggen: ge
regeld mede
werkte en waar
van hij tot op. dit
oogenblik nog re
dacteur is. Aan de
betere kennis en algomcener waardeering
van de Fransche kunst in de Tachtigerkring
heeft Erens ten zeerste meegewerkt Hij was
de eerste Nederlander die een studie
Baudelaire schreef.
Mr. Frans Erens (die na zijn Amsterdam-
sche tijd nog dr e en een half jaar griffier
in Oostburg is geweest, waarna hij zich ge
heel aan de literatuur gaf) was Katholiek
van geboorte, evenals Van Deyssel, doch
heeft zijn katholicisme gehandhaafd.
Dat hij als katholiek in den kring van
Kloos een aparte positie innam, spreekt van
zelf. Sterker misschien dan in zijn schep
pend werk, kwam zijn diepere gcloovige we
zen uit in de keuze der werken, door hein
in hedendaagsch Nedcrlandsch overgebracht:
Augustinus' „Belijdenissen"; Thomas h Kern-
pis' „Imitatio"; Ruusbroecs „Geestelijke
Bruiloft" (aan de Confessiones werkte Erens
tien maanden) en Silvio Pellico, Mijn Ge-,
vangenissen (uit het Italiaansch). Met de
katholiek-literaire opleving van „Van o
Tijd" heeft Erens geen contact gehad.
Erens' werken zijn, behalve de bovenge
noemde vertalingen:
1893. „Dansen en Rhytmen" een echt
Tachtiger proza-poéem, door Van Deyssel en
Schanen uitstekend beoordeeld.
1906. „Literaire Wandelingen: een bloem
lezing uit het verspreide werk in „De nieu
we Gids" en „De Amsterdammer": kritie
ken, reisimpressies enz.
1911. „Gangen en Wegen", eveneens reis
indrukken, boekbesprekingen, brokken proza
1921, „Toppen en Hoogten", opstellen over
literatuur.
1921. „Vertelling en Mijmering", bevat no
vellen, dagboekbladen, gedachten.
Frans Erens
OP DE GLADDE BAAN
Radio Nieuws.
DONDERDAG 23 NOVEMBER
Hulzen 187G M.) N.C.R V. IU.00 Gramofooc
ln.15 Murtjenflienvt door D?. G. J. Dl vendaV
te Haarlem 10.IS G.amofoon 2.uU V'raaif
band werken 3 00 Grawofoon 1-00 Zee-
O. 8 00 Concert 11.00 Gramofoon
i Concert 8.90 Opera 10.05 Gran
10.30 Muzikale «.oxnedle 1L3Q i
en ouden vun dagen 1.30
inofoon 5.00 Voor gTOOte-
.5ü Orkest 7.00 Orkest
8.uö Kadlo-tooneel 11.00
iüel rV'aamsch) <337.8 M) 10.20
i i 20 Orkest 5 50 Graiuofopn
eert 9 20 Concert
anach) (509 M.J 12.20
i kunstijsbaan der wereld, die te Veenen, geeft de wereldkampioen schoon-
e Sch&fer, instructie aan leerlingen-.
1924. .X'tteraire Meeningen", opstellen
over stukken litteratuur en schrijvers
1924. Herdruk „Dansen en Rhythmen".
1927. „Litteraire Overwegingen", indruk-
len van belangrijke stukken litteratuur.
1908. „Rocmsch Katholicisme" en 1909
.Heiligen-Vereering" (twee brochures).
De laatste jaren houdt Erens zich be/.ig
met de studie van bepaalde letterkundige
problemen, waarover hij in „De nieuwe Gids"
eeu serie „Invallen" publiceert. In „De
Maasbode" is hij sedert eenigen tijd begon
nen zijn herinneringen aan de periode^ van
het ontstaan van „De Nieuwe Gids" te
schrijven, een publicatie, welke in literaire
kringen zeer groote aandacht trekL
In 191 i stond Mr. Erens een interview toe
aan André de Ridder (te vinden in „Den G.
Winckel" van 15 Mei 1915), kort geleden
aan A. v. Sassen (verschenen in Roeken-
schouw" van 15 Sept. 1933).
Over de „Belijdenissen" schreef Kloos in
„Nieuwe Literatuurgeschiedenis" deel V bl.
171—190; over Erens als kunstenaar en
mensch vindt men een opstel in Querido's
„Karakteristieken" blz. 40—51; over Erens'
kritische arbeid in Eeckhout's „Literaire
Profielen" I blz. 173183.
BEDREIGING TEGEN HET LEVEN
Aangehouden werd een 22-jarige kantoor
bediende, die ervan verdacht wordt zich aan
bedreiging tegen het leven te hebben schul
dig gemaakt.
UIT DE ANTI-REV'. PARTIJ
AMSTERDAM
BETOUGING VOOR HET STADHUIS
Dinsdagavond reeds vóór den aanvang vi
de tweede zitting van den Gemeenteraad ter
behandeling van de begrooting 1934 w
Damstraat, Hoogstraat en omgeving zwart
van betoogers, die uiting wilden geven aan
hun misnoegen over de maatregelen van de
regeering inzake de werkloozenzorg en wat
daarmede samenhangt. Van het hoofdbureau
van politie uit werden dadelijk maatregelen
getroffen om elke poging tot het ontketenen
van wanordelijkheden onmiddellijk den kop in
te drukken, waarbij de nieuwe uitrukauto's
hun bijzondere waarde opnieuw bewezen. Er
rnofr-t ecnige malen met sabel en gummistok
worden opgetreden teneinde de betoogers te
verspreiden. Zooals te doen gebruikelijk is,
verzamelde het meerendeel der verjaagden
zich weer op andere punten in de omgeving;
de politie zorgde er echter voor, dat zy over
al mede van de partij was, zoodat pogingen
van de zijde der demonstranten om op het
Muntplein een flinke heme te ontketenen,
bijtijds werden gesmoord.
Tegen half elf concentreerde het lawaai zich
op den Dam, waar o.a. spreekkoren werden
gevormd. De politie, w.o. eenige ruiters, was
daar in versterkten getale aanwezig om elk
oogenblik met kracht te kunnen ingrijpen.
Van achter de rij taxi's, die hun standplaat*
hebben op den Vijgendam, werd een ijzeren
moer naar een tweetal politieruiters gegooid.
Het projectiel suisde gelukkig langs de po
litiemannen en verbrijzelde de ruit van een
oppersery. De dader werd niet gevonden.
OPHEFFING DER GEM. BEROEPSKEUZE
Op 16 September 1932 dienden B. en W. b\j
den Raad een voordracht in, tot opheffing van
het gèmeentebureau voor beroepskeuze. De
behandeling dier voordracht werd aangehou
den, om nog eens te onderzoeken, of door
reorganisatie beperking mogelijk zou zijn. B.
en W. deelen thans mee, dat dit onvoldoende
besparing geeft, waarom opheffing opnieuw
wordt voorgesteld.
OPLICHTING?
Een lunchroomhoudster deed aangifte, dat
iemand door middel van valsche wisseln haar
vermoedelijk voor 800 Mark heeft opgelicht.
HET VEERGELD VOOR DE PONTEN
De commissie voor de bedrijven zal B. en
W. voorstellen hot tarief voor het veergeld
op de IJponten op 10 cent te stellen voor
stadgenoot-en, in het bezit van een kaart,
kostende f2.50 en voor een jaar geldig. Niet-
stadgonooten betalen een kwartje pep rit.
's-HERTOGEN BOSCH. De kiesvereeni-
ging vergaderde Maandagavond onder leiding
van den voorz., den heer C. 3- van de Wal.
Als spreker trad op de heer R. A. den
Ouden met het onderwerp: „Antircv. begin
selen en de staatsleer van Fascisme en
Socialisme".
In een keurige rede zette spreker de zaken
uiteen en boeide hij zijn aandachtig gehoor
van het begin tot het einde- Van de gelegen
heid tot \Tagen bellen werd door een vier
tal aanwezigen gebruik gemaakt.
Een zeer druk bezoek getuigde van de
groote belangstelling voor spreker en on
derwerp.
GOES. Maandagavond hield de A.-R. kies
vereeniging alhier onder voorzitterschap van
den heer R. Zuidcma, haar goed bezochte
6Sste jaarvergadering.
De secretaris, de heer W. L. B. J. Dekker,
herinnerde aan den met élan gevoerden ver
kiezingsstrijd en aan het optreden van Dr.
H. Coliin, to Goes. Ook hier is hard ge
werkt. Vele vergaderingen zijn gehouden. De
opkomst der leden was beter dan in vorige
jaren. Het ledental steeg van 130 tot 147.
Zoowel voorzitter als secretaris wezen op
den hechten and met den Zeeuvvschen at'
gevaardigdc, den heer J. J. C. van Dijk,
wien door beiden hulde werd gebracht 1
zijn optreden in de Tweede Kamer de
nge week tegenover de heer Vliegen. De
heer Van Dijk hoopt in Januari voor de kies-
vereeniging te spreken.
De penningmeester, de heer M. Arnolds,
kon een batig saldo boeken van f 146 09 (vo
rig jaar f 134.01).
Ten slotte hield Ds. W. H. van der Vegt
een rede over: „De Militia-Christi".
inofoon 3 20 Vei
teit lO.oo (June
11.05 Oi kc-st
0 Concert
1.25 Orkest
10.50 Kerk-
t' 1.40 Zang 7.20
i Piano 3.30 Concert 10.30
Bonden Reg. (355.9 M.) 12.20 Orgelconcert
12 ö0 Orkest 1.35 Concert S.20 Gramo
foon s 30 Concert 7.50 Concert 8-20
Concert 10.00 Gramoïoon
Faillissementen
Afd. HandelBlnform
Vltgemp'
DEN HAAG. Th. M.
Delft. Gaat*
der Velde, slager,
- aan 227. Rechtor-
mr J. R. Thorbecke; cur mr E H Th
st. Den Haag. _iw
H van Wagoi
C H E NdrU Thomi
J Linthorst, broodbakker te
huislaan 166. R.-c. mr H Haga;
der Chiis te Delft.
P. J. Ketelaar, de Ztlk. te NoordwtJker
R.-c. mr H W E Klomp cur mr P K Rei
bach de Haan te Lelden.
A. G. van Zwet. melkbezc
straat 33 te Delft. R.-c. mr G Scholten
mr M Cr J Bevers te Delft.
NV. Tieederü en Handel Maatschappfl
firma Wed Jac Zuurmond Am. te Scheyenlngen
VI ss
A. J. Uldei ink Welssenbruchstraat 3o0,
Haag. handelende onder do firmanaam Mi
de Kourrurns. Heerengracht 3, Den Haag.
jlir mr H O Feith; cur mr C C Blclcpr Coi
wlnckel-
218. 11.-0. mr
cur mr J F
B. Rleckei
i YrUberghe de ConJngh
i het Deauidenboi
DE GEBROEDERS KMOOPENSCHAAR
Door G. TH. ROTMAN
103. Op lat oogenblik was juist beneden
op straat een auto gepasseerd, die den em
mer meegesleurd had. Maar, daar het uit
einde van het touw stevig aan een der poo-
ten van Pieters led'kant gebonden zat, had
de auto meteen ook het heele ledikant mee
getrokken, totdat het touw afknapte. De
chauffeur had do., emmer ov- r zijn hoofd ge
kregen en nu stond de auto recht overeind
tegen een lantarenpaal aan
10L „Daar zal wat opzitten!" mompelde
Pieter. En gelijk had hij Even later ver
scheen er een politie agent aan de deur, die
Pieter en Jodoeus allelic meenam naar het
bureau. Ze hadden nauwelijks den tijd, hun
pantoffels aan te schieten en hun bril op te
zetten en moesten zoo maar in hun pyama
mei over straat! „Het is zoo net een mooi
gevangenispt-kje!" zei de agont „houdt liet
dus maar aan!"
(Wordt Vrijdag vervolgd)
DE SPAANSCHE CAVALIER
Door B. WARSTADT
Maar het ging niet zooals Theresia het
wel had gewild, tenminste niet in den nacht
die op den droeven dag volgde. Lucius deal1
dè mot Inez den langen nacht van waken
aap het bed van den lijder En daar zijn
aanwezigheid de zuster van zijn riend niet
onwelgevallig scheen, bleef hij op zijn post
tot aan den morgen.
Hoe dikwijls kwamen in latere jaren
Lucius beelden uit deze ziekenkamer vcur
deü geest, ja de kleinste bijzonderheden
waren onuitwischbaar in zijn geheugen ge
grift. De groote, schier armelijk gemeuli-
leerde kamer was door een kleine lamp zoo
zwak verlicht, dal de hoeken g.heel in Int
donker waren gehuld. De wanden ver
toonden scheuren en de groote vierkanten
met gaten in den muur, toonden aan waai
vroeger schilderstukken gehangen hadden.
Thans waren deze verdwenen on konden zij
geen getuigenis moer afleggen van den
smaak en den rijkdom van den laatsten
eigenaar. Er hing nog slechts een familie
portret, blijkbaar door een meester geschil
derd; maar dat had den Franschen zekpr
tot schietschijf gediend, toen dezen Sevi'la
hadden bezet; want het was dooi vele koge's
doorboord. De deken was eenmaal rijk he
uchilderd geweest en met goud gesierd, maai
het goud had reeds lang zijn glans verloren
en het verbleekte schilderwerk maakte hij
't zwakke schijnsel der lamp meer den in
druk van vlekken van verschillende groot'e
Op den vloer lag geen kleed; dal zou trou
wens in een warm klimaat ais dat van
Audalusië ook niet precvs noodig geweest
'ijn; maar ook de planken waren op velt-
plaatsen reeds beschadigd. Wat op het
oogenblik de meeste belangstelling vvekve,
was echter het ziekbed van Alcala, die daar
lag met een gezicht, zoo bleek, dat men hem
voor een marmeren beeld zou hebben kun
nen houden. Schier oven onbeweeglijk en
bleek zat Inez bij het bod van haar broeder
on wendde geen oog van hem af. Inez be
merkte de aanwezigheid van den vreem
deling nauwelijks, alleen als hij haar
behulpzaam was bij het omkeeren van den
zieke, of wanneer hij haar het koortsmiddel
toereikte, dankte zij hem met een nauv
merkbare beweging. Uur na uur verliep
zonder dat een ander geluid in de kamer
hoorbaar was dan het ruischen van The-
resia's kleed of het kraken der planken
onder haar voet. De oude dienstbode bewoog
zich onrustig heen en weer, zooals een voge'
rondfladdert, wiens nest in gevaar is van
geplunderd te worden. Zij yond het heele
maal niet passend, dat deze Engelsche ketter
in de ziekenkamer bleef en dat ook Inez
hem niet had bewogen te vertreicken; maar
zij waagde het toch niet in het bijzijn var
Lucius I.epine haar meening k°nbaar te
maken, zeer zeker niet in deze plechtig-
stille kamer. Ja, Theresia moest zelfs Inzien
al zou zij het voor niets ter wereld hebben
willen erkennen, dat de diensten van dn;
jongen vreemdeling, tenminste voor dezen
nacht, zeer pas van kwamen. Chico zou men
niet in de ziekenkamer hebben kunnen
toelaten en voordat de nacht om was. zou -te
slaap ook Theresia's eigen oogen wel hebten
toegesloten; de oude dienstbode was door
den angst en de vermoeienissen van dun
dag uitgeput
Alcala gaf niet veel tee-kenen van leven
in de lange, pijnlijke uren. Soms balde hij
de vuisten, soms bewogen zich de lippen
eenigszins, of zijn voorhoofd rimpelde zirs
van de pijn. Eenmaal stiet hij nauwelijks
verneembaar een paar woorden uit: „Nie
in een klooster! Neen, niet in -:en kloo«
ter!". Tegen den morgen viel de gewonde in
een rustigen slaap en Lucius geloofde, dat
hij thans rustig kon heengaan.
„Het daagt. Het is goed, dat u thans
heengaat Dank, duizendmaal dank oor ir.v
vriendelijkheid tegenover hem!" mompelde
Inez, daar zij aan een lichte ritseling merkte
dat Alcala zich bewogen had. De Engelseh-
man boog zich en fluisterde de arme een
troostwoord toe: „Mejuffrouw, vertrouw ïp
Gods barmhartigheid. Ik ben ervan over
tuigd, dat uw broeder ditmaal zal bohnu
den worden."
Toen Lucius het huis Aguilera verlaten
had en zijn weg vervolgde door :'e frisscho
morgenlucht, was hij eerst duizelig: hij kon
goed merken, dat hij dien nacht niet gj
slapen had. Hij had echter geen tijd n>e-
om aan slapen te denken. Hij nam in zijn
woning slechts vluchtig een ontbijt voordat
bij zijr dagelijksch werk in de Caccle San
Francisco opnam. Zijn aanwezigheid op hei
kantoor was thans nog meer noo.Iig d n
anders, wijl hij zijn eigen werk en dat van
den jongen Spanjaard moest verzorgen, ten
minste zoolang tot voor Alcala een ander
was aangenomen.
Lucius Lepine was in zijn gedachten veel
met zijn vriend bezig Wat hij in het huis
in cte San Joséstraat gezien had dat had
zijn vermoeden nog versterkt, dat Alcala dr
Aguilera, trots zijn hooge geboorte zeer arm
was. Hij betwijfelde of de familie van den
gewonde in staat te zou zijn ook maar de
geringste kosten te maken voor de ver
pleging. Nog nooit had Lucius zoozeer ge
wenscht rijk te zijn als nu. Met geld kon
hij niet meer helpen, voor zichzelf had hij
niet veel noodig, maar nog slec'ns korten
tijd geleden waren zijn spaarpenningen naar
Engeland verzonden, daar waren ze noodig
als schoolgeld voor een jongeren broeder.
Lucius wist geen uitweg om in de behoeften
van zijn vriend te voorzien. De hter Pasz-
more had een goedgevulde beurs, en zijn
inkomen was van dien aard, dat een cadeau
van dertig of veertig goudstukken hern in
geene deele zou hebben gehinderd. Maai
Peter Paszmore was niet de man er naar om
een ander iets ten geschenke te geven
Wanneer Lucius dan ook het besluit nam
iets voor Alcala te vragen, dan deed hij iets
dat hij voor zichzelf slechts iu geval van
den bittersten nood zou hebben gedaan.
Lucius was reeds twee uren lang op hst
bureau, toen hij eindelijk den zwaren step
van den heer Peter Paszmore voroam.
„Uw vriend, den stiorvechter, heeft mer.
dus gisteren dood naar huis gedragen
waren (je eerste woorden, waarnvvle hij /iin
kantoorbediende begroette.
„Dood is hij niet. mijnheer, óaa'van knn
ik u gelukig de verzekering geven; rr.au:
zeer gevaarlijk verwond" luidde het ant
woord.
„Dat hij het er levend heeft afgebracht is
werkelijk een wonder", betuigde de koop
man, „maar de chulo's kwamen hem geluk
kig te hulp Het was werkelijk een ontzK-
tend gezicht, men hield den adem in De
stier, een prachtig dier, stortte ziel» op hem
als een stoommachine. Het paard kreeg dim
stoot direct in het hart, dat had dus geen
pijn meer. In dit geval had hi| werkel'jl:
een beter lot dan zijn arme baas. Van al Ie
bnrbaarsche spelen, die de menschen of de
duivel hebben uitgevonden, is hei sticreu-
gevedht wel het gemeenste."
„Het lijden, dat ik in don ifgelocpen
nacht heb gezien", zei Lucius, gnaakt mij
meer dan anders bereid deze Qieening te
deelen". En thans gaf hij een nauwkeurige
beschrijving van alles wat hij in de Cal;e
de San José had gezien, doch zoo kort mo
gelijk; want Paszmore was niet de meest
geduldige toehoorder, vooral niet als het
lijden van anderen betrof. Maai de zni
speling op de armoede in de woning van
Alcala maakte den fabrikant verdrietiger
dan al het andere.
„Geen middelen om zich iets aan te schaf
fen?" riep hij uit, en sloeg met zijn dikke
vuist op zijn lessenaar. „Maar hor kon toch
iemand *oo dwaas zijn, niet alIèHii zichze'f
maar ook zijn familio te verwoesten, terwijj
hij toc.i een goed loon had, dat ou tijd wer i
uitbetaald."
„Ik geloof, dat Alcala een andere mecnirg
had over wat de eer hem voorschrijft" be
gon Lucius weer; maar de patroon had uict
zooveel geduld het slot van zijn betoog te
hooren. „Do eer? Onrin. Geld' kreet te
heer Poazmorc. ,Wat heeft een kantoor
bediende van een ijzerwarenfabnek met eer
te mak«n! Neen, wind je maar niet op,
jongeman, dit was niet op u geotrnL Mijn
opinie over de eer is, dat een man -ijn weg
rochttoo rechtaan inslaat en betaalt hetg- en
hij schuldig is, en het doet mij viel genoe
gen, dat u beide doet. Maar met cien ellen-
digen Spaanschen hoogmoed heb ik ge^a
medelijden. Dat is alles behalve cerge\o*i,
dat een man zijn familie hot broed uit J-n
mond neemt, en daarvoor allertei dingen
koopt, die alleen tooneclmenschen noodig
hebben Het is allesbehalve eergevoel, ira
zijn tijd to verknoeien met het hevecln^ii
van stieren, inplaats van zich met boek
houden te bemoeien, wat een veej verstan
diger werk is, terwijl het eon zekerder be
staan geeft en voor Iemand die met verstand
begaafd is, veel aangenamer".
Lucius begon in te zien, dat hei gesprok
een zeer verkeerde wending gi:ie nemen,
waardoor het hem wel eens niet mogelijk
kon worden om een onkelen dollar te
vragen. Hij was temeer geslagen maar iu
het geheel niet verrast Op dit oogenblüc
was het niet mogelijk de beweriugen vin
den fabrikant te weerleggen en bovendien
lag er veel waars in.
Nog een ontgoocheling wachtte hem. Na
een dag van buitengewone inspanning, waar
bij de drukkende hitte zijn vermo'id lichaam
nog zooveel te meer had vermoeid, ging
Lucius naar de Calle do San José.