JHettwr |Triïtsdjr (Courant
Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden sn Omstreken
EERSTE BLAD
OVERHEID EN AMBTENAAR
Met het hoofd tegen de muur
N.V. HOUTHANDEL V.HJ. VAN SCHIJNDEL& CO.
ABONNEMENT
'per kwartna' In lalden en In plaat-
Dn waar n ajr"nt>rhnp itpvestigri Ij» f2 35
Franco per poel f 2.35 portokosten
Pd week f 0.18
Voor Iipi Ruitpnland bij wekelijk-
iche zending m 4.50
Bu dageiijkscho zending 5.50
Alles bij vooruitbetaling
Losse nummpr» 5 cent
met Zondagsblad 7V2 cent
Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar
Bureau: Breestriat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936
No. 5024 ZATERDAG 18 NOVEMBER 1933
ADVERTENTIEN
Van 1 tot B regels
f
922H
Elke regel
ïr.gez. Mededeelingen
Van 1—5 regels.-TT,„T„„ a 2.30
Elke regel meer 0.45
Bil contract bplangriikp korting.
Voor bet opvragen aan 't bureau
wordt berekend f 0.»0
14e Jaargang
Oit nummer bestaat uit VIER bladen
Geen uitputtende regeling
Het Regeeringsbesluit, dat zich tot de
ambtenaren richt met de wenk om zich
in deze critieke dagen te onthouden van
alle actie (de Minister-President is bereid
ter verduidelijking hier te lezen: a g i t a -
t i e) tegen de Overheid, bracht geen
nieuw recht, maar herinnerde aan
eischen, die ook voorheen aan het
optreden van den ambtenaar behoorden
en mochten worden gesteld.
Dat de herinnering aan dergelijke alge
meen geldende voorschriften eeniger-
mate teloorging, is te wijten aan de
houding van sommige ambtenaren, d2e
zich geleidelijk meer gingen veroorloven
dan toelaatbaar was, maar kwam zeker
niet minder voor rekening van de Over
heid zelf, die weieens wat te veel over
haar kant liet gaan en door verzuim van
ingrijpen op het juiste moment oorzaak
werd, dat bij den ambtenaar de meening
kon ontstaan, dat wat hij deed niet enkel
geschiedde bij gedoogen van de
kant van het bevoegde gezag, doch dat
dit ruimere gebruik der vrijheid hem
toekwam.
Beziet men nu heel het optreden der
Regeering in deze als een publieke daad
om het wat ingezonken geheugen eens op
te scherpen, dan bestaat er uiteraard geen
aanleiding om de handelwijze van den
Ministerraad te brandmerken als een
gloednieuw experiment, dat door vernuf
tige vonden de vrijheid van den ambte
naar poogt aan banden te leggen en
Waartegen uit dien hoofde luide alarm
moet worden geblazen,
Ook heeft het weinig zin om elk woord
der aankondiging met scherp vernuft te
ontleden en langs dien weg uit te maken,
Wat op grond van de letter van het
besluit de ambtenaar zich voortaan nog
veroorloven kan en wat niet. Hierbij
dringt zich onwillekeurig op de analogie
van den Farizeeër uit Jezus' dagen, die
uiterlijk met pijnlijke nauwgezetheid aan
de eischen der Wet scheen te voldoen,
maar wiens minutieus pluizerswerk prac-
tisch alleen tot gevolg had dat de Wet
van haar innerlijken zin en hooge gelding
werd beroofd. De beschouwingswijze, die
het kabinetsvoorschrift zou maken tot een
nauwkeurig afgebakend samenstel van
leefregels voor den ambtenaar, tot een
volledige handleiding voor zijn publieke
gedragingen, doet er m e e r in lezen dan
er redelijkerwijs in gelezen mag worden.
Maar ook voor onder schatting is
gevaar.
Deze voorschriften zijn gericht tot die
genen, over wie de Departementshoofden
maar eenige zeggingschap hebben, dit
genomen in den ruimsten zin. Het geldt
dus allen, die in Rijksdienst zijn. Dat het
besluit rechtsgevolgen zou hebben voor
alle ambtenaren, dus ook voor degenen,
die in dienst zijn van provincie en
gemeente, is een meening. die we ergens
lazen, maar die toch moeilijk houdbaar
schijnt. Zou de Overheid een dergelijke
bepaling voor alle ambtenaren zonder
onderscheid willen in het leven
roepen, dan ware dit enkel mogelijk door
opneming van een artikel in een wet,
bijv. het Wetboek van Strafrecht, waar
aan dan een strafrechtelijke sanctie ware
te verbinden. Nu het voorschrift is een
dienstvoorschrift, kan het zich uiteraard
slechts richten tot die ambtenaren, die tot
de Rijksoverheid in eenige dienstverhou
ding staan. Achten provincie en gemeente
voor hun ambtenaren den inhoud van het
voorschrift van beteekenis, dan zullen zij
eenzelfden maatregel hebben te treffen.
Wie intusschen aan het Rijksvoor
schrift het karakter toekent eener waar
schuwing, zal de beteekenis ervan
ook voor het personeel van provincie en
gemeente niet kunnen ontkennen. Immers
ook deze ambtenaren zullen uit het voor
schrift hun conclusie kunnen trekken, en
zij zullen zich herinneren, dat wat dan
wellicht in den positiefrechtelij-
k e n vorm van een verordeningsartikel
nog niet voor hen bestaat, toch als
ongeschreven recht aan de ver
vulling hunner functie mag worden ge
steld.
Onderschatting van de beteekenis der
verklaring van den Ministerraad zouden
wij ook aanwezig achten, wanneer men
aan het begrip „openbare actie" (het
woord agitatie is o.i. juister), waartegen
het besluit zich richt, een al te beperkte
beteekenis ging hechten. Zoo werd ver
nomen, dat het voorschrift alleen betrek-
kwing zou hebben op een publieke actie
in vergaderingen en door optochten en
andere demonstraties, niet op critische
artikelen in de pers. Hieruit werd dan de
conclusie getrokken, dat het element van
gemeenschappelijkheid aan
wezig moet zijn in een handeling, die
tegen de strekking van het besluit
druischt.
Ziehier nu een voorbeeld van de
methode, die ervan uitgaat, dat de
Ministerraad door zijn maatregel deze
materie uitputtend heeft willen rege
len. Voelt men nu niet, dat bijv.
beoordeeling in de pers van de gestie, der
Regeering door een ambtenaar zóó door
en door onbehoorlijk kan zijn, dat die
persoon duidelijk toont zijn positie als
orgaan der Overheid niet te kennen en
daarom, in het belang van het gezag dier
Overheid, op zijn plaats niet te handhaven
is!
De ambtenaar is in dienst van het
over hem gestelde gezag, heeft dat gezag
te schragen en niet de Overheid op
onbehoorlijke wijze aan de kaak te stellen
en tegen te werken, zoodat haar gezag
noodwendig wordt ondermijnd. Met
name in den hierarchischen weg en door
middel zijner organisatie kan de ambte
naar de belangen van hem persoonlijk en
van den dienst onder aandacht van het
bevoegde gezag brengen. De ambtenaar
heeft uit te voeren en niet. zooals weieens
voorkomt, te trachten bestuursdaden der
Overheid onmogelijk te maken buiten den
hierarchischen weg, omdat zijn inzichten
een andere oplossing prefereeren. Wie
het anders zegt, heeft het A-B-C der
ambtenaarstaak nog niet begrepen.
Of wij dit nu zeggen met de bedoeling
om aan te geven: Zóó zijn ze? Wie gere
geld ons blad leest, weet wel. dat het
anders is, dat integendeel ons oordeel
luidt: Zóó zijn ze, op een hooge uitzon
dering na, gelukkig niet.
Dit neemt evenwel niet weg, dat we
het voor hen, die blijkbaar meenen zich
een dergelijke uitzonderingspositie te
mogen stellen, zouden betreuren, wanneer
zij stuks tot hun schade zouden moeten
constateeren. dat een al te letterlijke en
mitsdien te beperkte interpretatie van dp
Regeeringsboodschap hun parten heeft
gespeeld.
Dat te verhoeden, is de strekking o
waarschuwing, waardoor wij poogden het
besluit van den Ministerraad tot zijn
dieperen zin en daarmee tot zijn recht te
doen komen.
Wij verstaan het zóó, dat de ambte
naar, in het bijzonder in dezen ontwrich
ten tijd, nu de taak der Overheid zoo
onnoemelijk wordt verzwaard, zijn plaats
zal weten, naast de Overheid zal staan
in dienst van het gezag, kortom, dat de
ambtenaar in den vollen zin a m b t e
naar zal zijn. Een Overheid, die dit van
haar ambtenaren vordert, vraagt toch niet
te veel? Liet zij het na, zij zou niet zonder
grond ervan kunnen worden beticht zelf
niet de plaats te weten, haar van Gods
wege aangewezen.
BINNENLAND.
HET RAPPORT
DER COMMISSIE-SCHOUTEN
AANGEBODEN AAN DE
REGEERING
Naar wij vernemen heeft de Com
missie-Schouten. belast met het
adviseeren omtrent toets'ngsnormen
voor de beoordeeling van de bezol
digingen van het personeel in dienst
van provincie, gemeente, enz., giste
ren haar rapport aan den minister
van binnenlandsche zaken aangebo
den.
DE CRISIS-ZUIVEL-CENTRALE
EN HET KERSTFEEST DER
ARMEN
Bij verschillende weldadigheidsinstellingen en
•vereenlgingen bestaat de gewoonte, omstreeks
Kerstmis pakketten met levensmiddelen uit te reiken
als Kerstgave.
Van meerdere zijden bereikten de Crisis-Zuivel-
Centrale aanvragen om ook dit jaar voor dat doel
onbelaste margarine en vetten beschikbaar te stel-
De Crisis-Zuivel-Centrale verklaart zich bereid
dergelijke verzoeken In welwillende overweging te
nemen en noodigt de vereeniglngen en instellingen,
die daarvoor in aanmerking wenschen te komen,
derhalve uit haar daarbij op te geven resp. over te
leggen:
a. een verklaring van het bestuur, waaruit
blijkt, hoeveel Onvermengde Margarine en/of Vet
andere jaren voor dat doel werd uitgereikt:
b. de hoeveelheid van deze artikelen, welke
thans benoodigd zal zijn onder bijvoeging van
een door het bestuur geteekend afschrift van den
orderbrief aan den leverancier;
een verklaring van den leverander, van welke
margarinefabrie': en/of vetsmelterij de artikelen
worden betrokken,
d. den datum, waarop deze artikelen geleverd
moeten worden:
e. den datum waarop en de plaats waar de uit
reiking der kerstgave zal plaats hebben.
Het is de bedoeling, dat zooveel mogelijk de
margarine en andere vetten zullen worden aange
kocht bij dezelfde leveranciers, van wie zij de
vorige jaren betrokken zijn.
Aangezien het vervoer der onbelaste artikelen
slechts mag plaats hebben onder dekking van een
door de C.Z.C. afgegeven geleidebiljet, dienen
aanvragen, als bovenbedoeld, zoo spoedig mogelijk
en in elk geval vóór 30 November 1933 te worden
ingezonden aan het adres der Crisis-Zuivel-
Centrale. te 's-Gravenhage, Laan van Meerder-
voort 84.
TWEEDE KAMER
De heer Van Dijk noemt 's Ministers
houding tegenover de heer Vliegen
onbevredigend
Nieuwe verklaring- maakt handhaving
in de Ontwapeningsdelegatie vrijwel
onmogelijk
De Noodlijdende Gemeenten en de
korting der Fondsuitkeering
Defensie.
De Defensiehegrooting is met 50 tegen 17
stommen aangenomen. Na vele jaren stem
den ditmaal ook de vrijz.-dem. er voor. Ter
motiveering van deze veranderde houding
beriepen ze zich op de instelling der com-
missie-Idenburg, waaraan ze in die mate
het karakter van een bezuinigingsinstantie
gaven, dat ze de begrooting als een „voor-
loopige raming van uitgaven" beschouw
den. Daarmee was hun geweten gerust. Van
de 22 soc.-dem. waren er slechts 14 aanwe
zig om hun partijplicht te vervullen en de
hper Vliegen had heusch niet noodig te
zeggen, dat dit tegenstemmen ook geschied
de om de houding, die door den ministei
van Defensie tegenover de soc.-dem. wordt
aangenomen. De S. G. P.-fractie achtte het
niet noodig bij deze bëgroóting zich van
haar nationalen plicht te kwijten. In haar
geheel ontbrak zij.
We willen, nu we toch over Defensie
spreken, met een enkel woord releveeren
<le uitstekende, heldere en kloeke rede door
minister Deckers Donderdagavond ge-hou
den. In keurigen vorm en met groote slag
vaardigheid trad hij op tegen den man der
S.D.A.P., die den minister „onze vijand"
had genoemd. Een hoog standpunt nam de
minister daarbij in, maar daarmee ging ge
paard een „striemende critiek" op de sofis
tische en onware beschouwingen van den
heer K. ter Laan: Scherp rafelde hij - om
eens de terminologie van de roode pers te
gebruiken diens gezochte argumenten,
met behulp waarvan hij den minister in
een hoek wilde dringen, uiteen. Met groote
resoluutheid handhaafde hij als zijn grond
wettelijke en nationale taak de zorg om i'e
weermacht hetrouwbaar te doen zijn. „Het
is goed, dat dit stoere geluid in 's lande
vergaderzaal weerklonken heeft".
De roode heeren weten precies wat ze aan
dezen minister hebben. En ook ons volk
verstaat, dat hij voor de revolutionaire taal
en dreigementen geen streep op zij gaat.
Met genoegen vernamen we dat de met
de christelijke organisaties van marine-
soneel ontstane moeilijkheden op misver
stand berusten. Het komt in orde, verzeker
de Dr. Deckers.
Minder prettig was de avond voor de zich
neutraal noemende onderofficierenvereeni-
ging „Ons Belang". Haar vrienden in de
Kamer hebben haar geen dienst bewezen
door het voor haar op te nemen, 's Minis
ters rede stond op dit punt vrijwel gelijk
met het zetten van een brandmerk op de
betrouwbaarheid in nationalen en ethischen
zin van deze organisatie, die zich steeds
sterk als strijdorganisatie heeft willen doen
gelden, ondanks herhaald krijgstuchtelijk
optreden tegeD verschillende bestuurders.
Buitenlandsche Zaken.
Ten aanzien van de begrooting van Bui-
Minister de Graeff
ting" het gevolg 1
DRIE SCHEPEN VOOR DE SHELL
WORDEN IN NEDERLAND
GEBOUWD
De Koninklijke Shell groep heeft in
Nederland orders geplaatst voor de
bouw van drie motor-tankschepen elk
van 12000 ton. Zeer waarschijnlijk zal
een dezer schepen gebouwd worden door
de Nederl. Scheepsbouw Mij., terwijl
eveneens waarschijnlijk „Werkspoor" de
motor-installatie zal leveren.
DE ZEEUWSCHE
BURGEMEESTERSSALARISSEN
MOETEN VERLAAGD WORDEN
Gedeputeerde Staten van Zeeland hebben zich
tot de gemeenteraden in die provincie gewend met
schrijven, waarin zij de noodzakelijkheid aan-
en, om de jaarwedden van burgemeesters, ont
vangers en secretarissen met 12J^% te vermin-
DE BOOTDIENST
VLISSINGEN-TERNEUZEN
De Kamer van Koophandel voor de Zeeuwsche
eilanden te Middelburg heeft zich met een adres
tot de Prov. Staten van Zeeland gewend naar aan
leiding van het voorstel tot opheffing van de lijn
Vliss-ngen-Neuzen van den Provincialen Stoom-
bootdienst op de Westerschelde.
Zij verzoekt daarin den Staten geen definitieve
beslissing ten dezen te willen nemen alvorens
Ged. Staten de zekerheid hebben gegeven, dat ook
het goederenvervoer van Vlissingen v.v. een
aannemelijke regeling zal worden getroffen.
NIKKELEN MUNT IN PLAATS VAN
ZILVEREN?
In het voorloopig verslag der Tweede Kamer
nopens het wetsontwerp tot vaststelling van de
begrooting van het staatsmuntbedrljf voor het
dienstjaar 1934 wordt gezegd dat verschillende
leden het op prijs zouden stellen te vernemen, hoe
de Minister denkt over vervanging van de zilveren
munt door nikkelen. De indruk dezer leden is. dat
daaruit een belangrijke bate voor 's Rijks schat-
st zou zijn te verkrijgen
De vraag werd gesteld of de aanmunting van
gouden tientjes door particulieren tot een bedrag
van 43 millioen gulden het hamsteren niet ia de
hand werkt.
tcnlandsche Zaken, die ook werd afgedaan,
kunnen we kort zijn.
Met voldoening zal *s ministers verkla
ring vernomen zijn, dat de Rijnvaartcom
missie de positieve instructie heeft nm zich
tegen elke aantasting van onze souvereini-
teit over onze eigen binnenwateren te ver
zetten.
Dat niet alleen tegen onrust verwekken
de nationaal-socialisten in ons land stieng
wordt opgetreden, maar ook tegen uit
Duitschland uitgeweken elementen, die in
ons land stoken tegen de ons bevriende
Duitsche regeering, achten we het voldoen
aan een eisch van rechtvaardigheid.
Vliegen vloog tegen de lamp.
De clou van den middag is geworden
wat we maar zullen noemen „het incident-
Vliegen".
Minister de Graeff heeft deze aangelegen
heid met groote openhartigheid behandeld.
Op 14 Fcbr. 1933
had de heer Vlie
gen zijn ontslag in
gediend als gedele
geerde ter Ontwa
peningsconferentie.
Om de bom der „Ze
ven Provinciën", die
toch met de inter
nationale ontwape
ning niets te maken
heeft. De heer Vlie
gen sprak in zijn
brief van „een daad
van onbezonnen
heid" der Regeering,
waarvan een niet te
verdedigen „slach-
Wat de Regeering te
Genève deed moest bij velen, de heer Vlie
gen natuurlijk voorop, welverdienden weer
zin wekken en elk moreel gezag missen.
Zoo schreef hij althans.
In plaats van onmiddellijk aan het ver
zoek van den heer Vliegen te voldoen, is
minister Beelaerts van Blokland met hem
in contact getreden om de ontslagaanvrage
in te trekken.
Deze houding dunkt ons minder juist,
ook al heeft men op zich zelf tegen ontwa
peningsgedelegeerde Vliegen geen bezwaar.
De inzichten der Regeering toch en die van
den heer Vliegen zullen ter oorzake van de
internationale ontwapening wel vele pun
ten van overeenstemming vertoonen, ter
wijl bovendien de delegatie slechts de in-
zlehtcn der Regeering zal hebben te ver
tolken.
Toen minister de Graeff optrad, vond hij
het verzoek-Vliegen onafgedaan. Er is toen
correspondentie gevolgd in de lijn van de
voorheen gevoerde besprekingen, waarvan
het gevolg was, dat de heer Vliegen zich
met behoud van eigen overtuiging op
nieuw beschikbaar stelde. Hij wilde ook
niet graag uit de delegatie met het oog op
zijn partij, heeft hij te Tilburg verklaard.
Die Tilburgsche rede was voor den minis
ter aanvankelijk aanleiding om tot het be
sluit te komen het mandaat van don heer
Vliegen terug te nemen. Deze was er echter
als de kippen bij om schriftelijk te verkla
ren. dat de in zijn pers verschenen woorden
in besloten kring waren gesproken, zeer
onvolledig waren en net accent verkeerd
legden, zoodat do heer Vliegen er gcenerlei
verantwoordelijkheid voor aanvaardde.
Een soc.-dem. journalist was tot zonde
bok gemaakt en hij zelf geraakte huiten
schot zonder te verklaren, dat hij de ge
wraakte woorden niet gezegd had. Zij zijn
natuurlijk wèl gesproken. Het is prachtig
revolutionair pathos in een arbeidersverga
dering!
De minister was van oordeel, dat hij bij
dezen stand van zaken, den heer Vliegen
moeilijk kon heenzenden.
De heer v. Dijk toonde zich echter niet
tevreden en noemde ook uiteindelijk 's mi
nisters houding onbebredigend. Men weet,
dat we het met deze opvatting eens zijn.
fn dit stadium van het debat ging de
heer Vliegen vermoedelijk denkende dat
hij al binnen was er toe over met eenige
hooghartigheid te verklaren, dat hij geen
verantwoording wenschte af te leggen over
wat binnenskamers door hem gesproken
was en dat hij bij zijn meening bleef. Dat
was hem evenwel blijkbaar nog niet ge
noeg. Want er overheen kwam nog eens
de betuiging, dat het optreden der Regee
ring een „schandvlek" was.
Daarmee sprak hij zijn eigen vonnis uit
Het was het loopen met het hoofd tegen
den muur.
In de Kamer ontstond groote beroering.
Ook de minister zag in, dat hij nu den heer
Vliegen moeilijk meer handhaven kon. Bij
zijn repliek verklaarde hij dan ook, na de
uitlating van den heer Vliegen diens her
benoeming in nadere overweging te moeten
nemen.
We zullen het wel niet mis hebben, als
we aannemen, dat deze parlementaire for
mule in dit geval beteekent: de heer Vlie
gen gaat niet naar Genève.
We zeggen: volkomen juist; deze man
was, door eigen schuld, niet meer te hand
haven. Alleen hem en de zijnen treft daar
voor de schuld en niemand anders.
Geconstateerd zij ten slotte, dat toen de
post voor den Volkenbond in stemming
werd gebracht, de S.GP.-fractie niet aan
wezig was om tegen te stemmen. Zij praat
alleen maar wat er tegen.
Met den steun voor de Nederlanders in
Duitschland 'iep het wat vreemd. Den
ouden subsidiepost herstellen scheen moei
lijk. Vermoedelijk zal deze nu bij een sup-
pletoire begrooting weer herleven. We ho
pen het voor de Nederlandsche Vereeniging
in Duitschland en haar nuttig werk. De
geheele Kamer wenscht het in stand te
houden, vermoeden we.
Aan het slot van den middag kwamen
de wetsontwerpen betreffende steun aan
noodlijdende gemeenten en de korting op
de uitkeeringen uit het Gemeentefonds in
behandeling.
Het eerste wil voor steun aan noodlijden
de gemeenten, waarvoor f 575.000 op de be
grooting voor 1933 staat, f 6V-> millioen be
schikbaar stellen. Uit den aard der zaak op
bepaalde voorwaarden.
Het tweede wetsontwerp komt met
progressieve tot 28 oploopende korting
naar belastingdraagkracht op de uitkeerin
gen der gemeenten uit het Gemeentefonds,
nu de Regeering voor het a.s. jaar bijna 25
millioen in dat fonds zou moeten bijpassen
uit de gewone middelen. Per slot van reke
ning zou deze korting voor bet Rijk f 10.9
millioen besparing beteekenen, waarvan
f 7*4 millioen aan het dienstjaar 1934 ten
goede zou komen. De wet van 18 Maart
1932 betreffende de tijdelijke korting op de
uitkeeringen zou tevens vervallen, omdat
op het stuk van de gemeentelijke salari
eering een nieuwe wettelijke regeling zal
gaan gelden.
Voornamelijk dit laatste wetsontwerp
stond en dat is te verslaan in het
midden der belangstelling.
De heer Drees wou er niets van weten,
maar verzuimde te vertellen wat er dan
gebeuren moet. Ook ecnigszins critisch
stond de vrijz.-dem. Kooiman- evenzeer de
R.K. heer IJsselmuiden. Maar het draait
misschien nog wel bij.
De heer Smeenk wees op de bittere nood
zakelijkheid van deze en andere maatrege
len. Niemand wil ze gaarne, maar niemand
ook ziet een weg om er aan te ontkomen.
Dat is wel het doorsnee-gevoelen van allen,
die noodgedrongen ten slotte de Regecring
in haar saneeringspolitiek zullen willen
steunen.
'(Voor verslag zie men blz. 9)
Voornaamste Nieuws.
DER FRIESCHE JONGELINGEN
TOOGDAG
VIJFDUIZEN GEREF. JONGEREN TE
LEEUWARDEN IN VERGADERING BIJEEN
Vijfduizend Gereformeerde jongeren zijn In vijf
groote gebouwen te Leeuwarden in toogdag bijeen
geweest. Nog nimmer werd zulk een hoog aantal
bereikt. Het is een bewijs van het hoogstaand
vereenigingsleven in de afdeeling Friesland
den Ned. Bond van J.V. op G.G., dat zoo1
vamen om de herfstmecting 1933 bij te woni
De vergaderingen werden gehouden iri de Peli-
kaankerk, de Noorderkerk, de Koepelkerk, de Har-
anie en in de Huizumerkerk.
De meeting ving aan 's middags om half twee.
Evenals op de groote Bondsdagen zong men het
Bondslied en de Vaderlandsche liederen. Toch
de stemming gedrukt. Reeds waarden de ge
ruchten rond over het vreeselijk ongeluk dat aan
enkele meetinggangers op weg naar Leeuwarden
was overkomen, en waarvan wij gister reeds mel
ding maakten. Na de pauze werd zekerheid ver
kregen, dat er bij dit ongeluk dooden te betreuren
waren en dat maakte dat er over dezen zoo blij
begonnen dag een droeve schaduw viel.
In de Koepelkerk heeft Ds. S. W. Bos, de
Voorzitter der afdeeling, het openingswoord ge
sproken.
In de verschillende gebouwen hebben een tiental
sprekers het woord gevoerd.
Ds. D. van D ij k van Groningen sprak ove
.Honear en mei wha moat ik troue?" Ds. M. d
loer van Oudeschoot over: „Onze roeping in
lagen van wereldontbinding". Mr. H. B ij 1 ev elc
•an Amsterdam over: .Jeugd en Crisisverschijn
selen." Dr. K. D ij k van 's-Gravenhage, over
„Het bloed van den Staat". Ds. N. J. Hommer
Ijlst over: „Ijzer scherpt men met ijzer". Mr.
E. Visser van Arnhem, over: „Us striid yn
dizze tiid". Ds. I. K. Wessels van Harlingen
„Krachtsvernieuwing". Dr. K. Schilder
Kampen over .Jeugd en kerkbesef". De heer
H. A1 g r a over: „De libbensspreuk fen Willem
Lodewljk". Ds. H. Veldkamp van Sneek
.Rijken in nood".
Telegrammen van hulde en trouw werden ge
zonden aan H. M. dc Koningin en Dr. H. Galijn.
Aan het eind van de vergadering werd in alle
kerkgebouwen mededeeling gedaan van het droevig
auto-ongeluk aan drie jongens en twee meisjes uil
Rottevalle en Houtigehage op weg naar Leeuwar-
:n overkomen, waarvan toen reeds S. van Dijk
in Houtigehage was overleden. Staande werd dit
eeselljke gebeuren herdacht.
Diep onder den indruk ,in alle stilte, is
huiswaarts gegaan.
HET DIENSTBODEVRAAGSTUK
Onjuiste mededeelingen
Een artikel in De T ij d (r.k.) bespreekt
het dienstboden vraagstuk in verband met
de steunverleening. Betoogd wordt, dat niet
de pedanterie der meisjes de oorzaak is,
want „Not lihrt beten, awer ok sich weh-
ren" zegt een Duitsch dialectisch spreek
woord. De oorzaak schijnt te zitten in de
steunregeling.
„In" de werklooze gezinnen Is de toe
stand namelijk zoo: verdient een der le
den van het gezin, dan wordt het bedrag
van deze verdienste geheel afgetrokken
van den steun.
De vroeger bestaande maatregel, dal
tenminste enkele guldens mochten wor
den behouden is als overbodige „franje"
wee-geknipt
Met het gevolg, dat de werkschuw
heid der wcrkloozen en hun gezinsleden
niet weinig toenam.
Beschouwt men nu in dit verband het
feit, dat een dienstbode gewoonlijk een
deel van haar loon in natura als kost
(hlz. 1)
De Tweede Kamer heeft de begrootingen
van Defensie en Buitenlandsche Zaken aan
genomen. De regeering zal overwegen of de
lieer Vliegen ais Nederlandsch gedelegeerde
ter Ontwapeningsconferentie is te handha
ven De Kamer heeft een begin gemaakt
met de behandeling der wetsontwerpen tot
korting op de uitkeeringen uit het Gemeen
tefonds en tot steunverleening aan noodlij
dende gemeenten.
Het rapport de commissie-Schouten is
aan de regeering aangeboden.
De Koninklijke ShJl-groep zal in Neder
land drie schepen laten bouwen van 12.000
ton elk.
(bit 2)
De Vereen. Staten hebben de Sovjet-Unie
erkend.
Een bezwarend getuigenis k charge in
het Rijksdagproces.
Engelsche en Fransche plannen voor Ge
lieve. En hoe men daar te Berlijn over
denkt.
De Duitsch-Poolsche toenadering.
Het Engelsche parlement verdaagd.
Een scheepsramp op den Oceaan.
Concentratiekampen in Saksen opengezet,
(bit 91
Vandaag wordt de nieuwe verkeersbrug
over de Waal bij Zaltbommel opengesteld.
Vierde zitting van de Algemeene Syno
dale Commissie der Ned. Herv. Kerk.
(bit 10)
Tegen de verdachte in de Mijdrechtsche
millioenenzaak is drie jaar geëischt.
Damrubriek en schaakrubriek.
Rust, kalmte en
zelfbeheersching
keeren weer terug na liet gebruik van
Mijnhardt's ZenuwtaBIctten
Glazen Buisje 75 ct.
Bij Apoth. en Drogisten.
Ingezonden Mededeeling.
verdient en de geschatte waarde van.
deze vergoeding in natura bij het loon
wordt gerekend en dus mee wordt afge
trokken van den steun aan het gezin,
dan komt er wel eenige klaarheid in het
dienstbodentekort, dat enkele tienduizen
den buitenlandsche arboiirikrachten
naar ons land heeft gelokt.
Het bedrag, dat van het gezin wordt'
afgetrokken als „verdiend aan kost"
schijnt vaak van dien aard te zijn, dat
de ouders voor aanmerkelijk veel niinder
geld hun kind kunnen onderhouden als
het mee eet aan de huiselijKe mfel.
Op die manier gaat dus het gezin van
den werklooze. erop achteruit, wan
neer de dochters in een „dienst" gaan
werken".
Tot zoover het artikel in D e Tijd: Er
schuilt natuurlijk wel eenige waarheid in;
maar bij eenig nadenken had de schrijver
direct kunnen vaststellen, dat hij mis is.
Immers, de „franje" is er pas afgeknipt
en dat er een aanmerkelijke verandering in
het dienstbodenvraagstuk is gekomen se
dert October—November, zal hij moeilijk
kunnen bewijzen.
Echter en dat is erger de schrijver
Ls z a k e 1 ij k absoluut mis.
Het is, ten eerste niet waar, dat het ver
diende geldloon geheel van dc steun wordt
afgetrokken. Er gaat twee derde deel
af.
En, ten tweede, de „kost" blijft geheel
buiten beschouwing. Daarvan wordt geen
cent in mindering gebracht
Aldus: heeft de dienstbode vrije kost be-
ivens f4.50 loon, dan heeft het werklooze
gezin het voordeel van dio kost benevens
f 1.50 per week.
Of dit genoeg of te weinig is, kan hier
buiten beschouwing blijven; maar dc Tijd
zijn conclusie op dit punt moeten her-
AMSTERDAM
HET VERDWENEN TAFELZILVER
Zooals wij hebben gemeld, is bij do politie
in het bureau Singel aangifte gedaan van
diefstal van een rartij tafelzilver ter waarde
f 4000. De diefstal zou geschied zijn
tijdens het transport van de partij van het
Oost-Indisch Huis naar de woning van den
eigenaar in de Amstelstraat, Laatstgenoem
de had medegedeeld dat de kist, vvaarin het
zilver verpakt was, bij de ontvangst leeg
bleek te zijn. De politie is echter overgegaan
tot de aanhouding van den eigenaar zelf,
aangezien op den zolder van zijn woning de
partij zilver, die uit Palestina kwam, in liaar
geheel is aangetroffen.
Reeds is gebleken dat de waarde van het
zilver belangrijk minder was dan f 4000.
dit verband wordt vermoed dat de
eigenaar een hooge verzekeringssom in han
den heeft willen krijgen.
Het onderzoek wordt voortgezet,
DE VOORGESTELDE SALARISKORTINGEN
Het gemeenteblad bevat thans de voorstellen
tot verlaging der salarissen van het gemeente-
personeel. In het algemeen wordt het loon der
werklieden met 12'2 verlaagd en de salarissen
de lagere ambtenaren worden teruggebracht
op het peil van 1919. Het salaris der hoogere amb
tenaren wordt van f 100 op f 700 lager gesteld
can in 1919. Gratificaties zullen nier meer wor
den gegeven en in 1934 zullen ook dc periodieke
erhoogingen achterwege blijven.
HOOFDKANTOOR OPSLAGPLAATSEN
OOSTZEEDIJK No. 288, R'DAM
ZAGEFI.T F ?CHAVERIJ
NASSAUHAVEN B0EREGAT
Ingezonden Mededeeling