TWEEDE KAMER
Radio Nieuws.
VERKADCsjzOVTE P,NDAWAFELS
WOENSDAG 25 OCTOBER 1933
DERDE BLAD PAG. 9
Verschillende Wetsontwerpen - Actie
verbod voor ambtenaren - Wijziging
Crisisinvoerwet - Mededeelen of mede-
oordeelen? - Handelsverdrag met
Duitschland - Opheffing van twee
rechtbanken en 39 Kantongerechten -
De oppositie van 9 Februari maakt
rechtsomkeert - Reces tot 7 November
OVERZICHT
Vergadeirng van 2-1 Octdber 1933
Als het moet weet de Kamer tegen
woordig van opschieten. Dat is gisterep weer
gebleken Scheen het aanvankelijk dat de
vaststelling van het rechtsgelbied en de ze
tels van rechtbanken en kantongerechten
zou moeten overstaan tot vandaag, al
spoedig bleek dat het niet noodig zou zijn.
Resultaat was, dat de agenda geheel kon
worden afgewerkt en de Kamer tot 7 Nov.
a.s. op reces vertrok Zij keert dan terug om
de rijkslbegrooting voor 1934 in dag- en
avondvergaderingen onder handen te nemen
Ook in avondvergaderingen. We zouden
willen, dat de Kamer daaraan althans zoo
veel mogelijk 'n einde zou gaan maken en in
't bijzonder aan de nachtelijke verlengstuk
ken. De redenen daarvoor zijn bekend en
naar onze overtuiging zijn ze van dien aard,
dat hier een correctie van de parlementaire
practijk voor het grijpen ligt Het aan
brengen er van zou het parlement deugd
doen en in den lande een goeden indruk
maken. De Kamerleden mogen bedenken,
dat hun nachtelijke „vergaderingen" reeds
lang in opspraak zijn en alom slechts iro
nisch besproken worden. Serieus werk ge
schiedt er vrijwel zelden of nooit en daarom
te meer hopen we, dat eindelijk ook in dit
opzicht het tot daden komen zal, die politiek
en sociaal eisch des tijds zijn.
Aan een drietal onderwerpen heeft de
Kamer voornamelijk haar aandacht besteed
nl. een wijziging der Crisisinvoerwet, het
nieuwe handelsverdrag met Duitschland en
de rechterlijke reorganisatie.
Allereerst de Crisisinvoerwet.
De bestaande Crisisinvoerwet voldeed niet.
Haar korte practijk had aangetoond*, dat ze
veel te star was om bij de snel wisselende
toestanden op handelspolitiek gebied vol
doende bruikbaarheid te bieden in ons ver
weer tegen buitenlandsche economische be
lagers.,
Tegen die wijziging op zichzelf had de
Kamer geen bezwaar, maar wel bleek van
ernstig verzet bij een groot deel tegen de
nieuwe bepaling, dat van contingenteerings-
besluiten der Regeering aan de Kamer alleen
maar mededeeling wordt gedaan. Gaarne
wilde men der Regeering de vrije hand laten
bij het nemen van besluiten inzake propor-
tioneele en bijzondere contingenteeringen
het nieuwe systeem onzer actieve bandels-
politiek maar stond er op, dat niet zou
worden volstaan met een bloote mededee
ling aan de Stat en-Generaal, maar dat, als
voorheen, achteraf bij wet sanctie op.het be
sluit zou worden gevraagd.
De heer Schouten, als vooraltter der vaste
Kamercommissie voor handelspolitieke aan
gelegenheden, gaf aan de bezwaren uiting
en werd daarbij gesteund door alle Kamer
fracties, behalve de Roomsch Katholieke.
Ook de minister meende, dat de heer Schou
ten het verkeerd inzag en dat genoegen zou
kunnen worden genomen met mededeeling
aan de Kamercommissie, die dan op de hoog
te zou kunnen worden gesteld van alle de
tails, en ook van die overwegingen, welke
zich voor publieke besprekingen minder
tot daadwer
kelijke openbare bespreking wenschte voor
te behouden, al bleek daarnevens, dat zij
in dit opzicht groote beperking zal betrach
ten en contingenteeringen, evenals nu, in
den regel zonderopenbare bespreking zullen
passeeren.
's Ministère hardnekkig verzet mocht niet
baten en toen men ten slotte elkander in
een wederzijdsch bevredigende interpretatie
van den maatregel kon vinden, was de
strijd spoedig beslecht. Het nieuwe door den
minister voorgestelde wetsartikel werd met
groote meerderheid verworpen. Op den heer
v. Poll na stemden alle Katholieken er voor
en met hen nog negen andere verspreide
leden.
De toestand blijft op dit punt dus gelijk
<iie was. Een overwinning op fascistische ten
denzen zien we daarin niet. Ln een o.L min
der gelukkig oogenbLik scheen de heer v. d.
Waerden dat te meenen. We geyioven dat
hij toen even „bezeten" werd door de psy
chose, waaraan zijn partij op dit punt vrij
ernstig lijdende is.
Iets daarvan was ook merkbaar, toen de
heer Vliegen het nieuwe Duitsche douane
tarief meende te moeten bespreken. In de
eerste plaats toonde hij omtrent den inhoud
er van niet op de hoogte te zijn, maar bo
vendien gaf hij te kennen, dat onderhande
lingen over een nieuwe overeenkomst de
nu besprokene duurt slechts tot eind 1933
toch wel vruchteloos zou zijn met die slechte
Duitschers. Dr. Kortenhorst en de minister
wezen den soc. dem. woordvoerder terecht
op zijn onkunde en defaitisme. O.i. niet
zonder reden. Ook wij hebben sterk den in
druk, dat met Duitschland zaken zullen
kunnen worden gedaan. Meer dan vroeger is
men er bereid rekening te houden met het
feit, dat nog steeds Nederland de beste klant
van Duitschland is.
Versobering rechterlijke macht
Ten slotte: de opheffing van rechtbanken
i kantongerechten.
Men herinnert zich de kwestie.
Op 9 Februari jl. weigerde de Kamer mi
nister Donner te volgen, toen hij voorstelde
4 rechtbanken en 40 kantongerechten op te
heffen. De linkerzijde en de chr. hist, onder
de onvoorzichtige leiding van mej. Katz voer
den scherpe oppositie en namen ten slotte
met 51 tegen 3S stemmen de motie-Boon aan,
de noodzakelijkheid en mogelijk
heid van bezuiniging op de rechts
pleging en rechterlijke organisatie werd er
kend, doch de opheffing van vier rechtban
ken en zooveel kantongerechten on gewen se ftt
werd geacht. De aanneming van die motie
is, zooals men zich zal herinneren, gevolgd
door Kamerontbinding.
De tegenwoordige minister van Justitie,
ir. Van Schaik, die in vroeger jaren op ddt
punt minister Donner ook den voet davars
gezet had, maar in Februari als Kamerlid
tegen de motie-Boon gestemd heeft, had de
zer dagen het wetsontwerp-Donner weer in
gediend, zij het met enkele wijzigingen, waar
van de voornaamste zijn, dat de rechtban
ken te Zutphen en Dordrecht niet zullen
worden opgeheven en dat heit kantongerecht
te Oud Bpijerland gehandhaafd blijft
Bovendien stelde hij nog andere bezuini
gingsmaatregelen in het vooruitzicht
De heeren en dames van het vroegere ver
zet hebben hun draai te nemen. De heer
Boon deed het, gelijk te verwachten viel, op
vrij vlote wijze. Mej. Katz, had wat
meer tijd noodig. Ten onrechte trachtte ze
den indruk te wekken alsof minister Van
Schaik ongelooflijk tegemoetkomend was ge
weest Meer dan een half dozijn „conscien-
tie-stoppers" werden ontdekt en toen werd
haar principieel veranderde houding vol
doende verklaard geacht.
Minister v. Schaik liet al dat moois voor
wat het was, verdedigde kort de absolute
noodzakelijkheid der bezuingingsvoorstellen
en wees elke aantasting er van af.
Zijn partijgenoot Teulings deed nog een
poging om het onbeduidende kantongerecht
te Waalwijk te behouden, maar trok zijn
amendement onmiddellijk weer in. Aan de
eer was voldaan.
Z.h.s nam de Kamer de wetsontwerpen
aan. Alleen de heer v. Dis was er met den
heer Vervoorn tegen. Van de S.G.P.-fractie
was de heer Zandt reeds laing verdwenen
en de heer Kersten schittert reeds zoo lang
de Kamer weer bijeen is door afwezigheid.
Cumulatie van ambten valt niet mee!
Door de geschiedenis zijn thans de nega
tieve verzetplegers van 9 Fébr. 1933 geoor
deeld. Meer zullen .we er niet van zeggen.
Hun dag was gisteren in het aangezicht van
het gansche land, toch al slecht genoeg.
Tot 7 Nov. a.s. is de Kamer op reces. Dins
dag te 1 uur zullen de Algemeene Beschou
wingen over de Rijksbegrooting voor 1934 be
ginnen.
De heer Albarda heeft een interpellatie
Raad van Ministers waarbij den ambte
boden wordt deel te nemén aan elke
openbare actie tegen de regeering.
Hierover zou ln de volgende vergadering be-
Aan de orde was vervolgens de wijziging der
Crisisinvoerwet
Bij den heer SCHOUTEN (a-r.) bestonden
eorshands tegen de aangebrachte wijzigingéri
het systeem onzer handelspolitiek onover-
omelijke bezwaren. Men spreekt nu van een
•gelijk vastgesteld proportió-
bare actie tegen de Regeering.
•gadering z
ivrage worden beslist. D.w.z. de kwestie
bij de behandeling der begrooting kunnen
worden besproken, zoodat het interpellatie-
verzoek gevoegelijk achterwege had kunnen
blijven.
aan de orde gesteld. O.a. de
ten verdrag tot beslechting
arbitrage, rechtspraak en
goedkeuring van het op
i Nederland e^BBL
geschillen door
rechtspraak, arbitrage en verzoening,
bohoorend protocol.
adressants Ingetrokken pen-
B. van Vuurden, te NtJ-
der Wal te Oldeboor*; J. var
der Putten, te Haarlem en J. Snelter te Hoorn
gem. Wedde, met verzoek het daarheen te lel
den, dat hun alsnog ultkeering als zg. mobill-
satleslaohtoffera worde toegekend: W. J. Glas
te Haarlem, met verzoek, te bevorderen, dat
hem een ultkeering als zg. moblllsatleslacht-
offer worde toegekend; H. Kramer, gepenalon-
neerd wachtmeester der Konlnkl. Marechaus-
sée te Zaltbommel, houdende verzoek om her
ziening van ztjn pensioen; A. Brak, onderwijzer
Meppel, met verzoek, een aanvulling te be
rderen van art. 3 lid 1. van het Kon. besluit
n 27 Dec. 1924; van het hoofdbestuur der
;reen. van hoofden van scholen In Nederland
Amsterdam,'met verzoek te willen bevorde-
n, dat aan de laatste alinea van art. 6, bil
ge C, hoofdstuk V, van het bezoldlgingsbè-
.lit burgerlijke- rijksambtenaren terugwerken-
irlec
jchelkundlg ing.
hem een jaar
dr G. E. Hoef-
e Deventer, met
'teller, en
helkunde aan de H.B.S. te Deventer te De-
Deze werden z.h.st. goedgekeurd, evenals de
contingenteering
in overhemden en zakdoeken, van porselein.
chtsgebied en de ze
Interpellatie-Albarda
tellen -
bijzondei
zoo hoog i
tingent. r
Dm elke
aarde verplichting
*rlng achteraf door een wet te doen sane
ren, mag de Regeering niet ter zijde stel
len. Met de contingenteering ztjn groote volks
belangen gemoeid en het gaat niet aan. de
Staten-Generaal daarbij heeleraaal uit te scha
kelen. Zb moet haar verantwoordelijkheid be-
enkele „mededeë-
eringspolitlek
wenschelljk. Immers bU
'sluiting dreigen de i
gaan. Verzocht werd
desbetreffende1 \vUzlglng te willen
heer SCHILTHUIS (v.d.) sprak li
eigenlbk ln algemeene beschouwingen verviel.
KORTENHORST (r.k.) verdedigde de
emens van den minister. HU achtte con-
iteerlngen te behooren tot diens taak en
ot die van het parlement, dat zich dus in
de nieuwe situatie zal hebben te schikken. Par
lementaire bekrivhtlsingen vorderen veel tijd.
heer BIEREMA (lib.) was het eens met
degenen, die bezwaren hadden.
Ook de heer WIJNKOOP (comm.) was tegen,
ndat de Staten-Generaal te veel werden uit-
eschakeld.
De heer WESTERMAN (nat. herstel) vroeg
Inlichtingen hoe de minister aan rechtmatige
Jrlangens van Jong-gevestlgde importeurs zoi
lllen tegemoet komen bij de verdeeling de;
De heer VERVOORN (platte
jr van meer actief optredeL
•genover het buitenland, dat onze markten
Dr LOVINK (c.h.) was van meening, dat we
et het wetsontwerp nieuwe wegen opgaan
Z.l kan in de vlotte wijze, waarop het parle-
genteerlngen behandelt, geen aan
leiding worden gevonden om de Kamer achter
af er niet ln te blijven betrekken.
De heer SNEEVLIET (r.s.p.) zag ln de we!
een middel om de Internationale verslechterin
gen lr. de hand te werken.
MINISTER VERSCHUUR had begrepen, dal
de Kamer bereid ls achter de Regeering te
gaan staan bü de verandering van handels
politiek beleid. Men zou van „actieve handels
politiek" kunnen spreken ten aanzien van de;
wijziging.
Het begrip „overmatige Invoer* zal andei
wc-rden gehanteerd. De oude Crlslswet maak*
het niet mogelUk algemeen met lage contlngei
ten te werken. We krijgen nu een laag vast
niveau en daarnaast een aanvullend verander
lijk niveau. Ook zullen aanvullende bepalingen
------ "nneniandsohe doodei
voorkomen. Met de
>rden ge-
In de wet wordt
mtlngenteerlng
de meest-begunstiging losgelaten
Contingenteering naar het gewicht ls
alle artikelen niet mogelijk, mede d
i de
zou kunnen worden onderzocht. De dumping zal
niet uit het oog worden verloren.
De Regeering wenscht voortaan proportio
nele en btjzondere contingenten als systeem.
Wil de Kamer daarop toezicht houden, dan
moet daarvoor een geëigend middel worden ge
vonden. Hpt ls echter nog niet aangewezen.
Worden aan de Regeering grooter bevoegd
heden gegeven, dan moet men haar ook meer
MINISTER VERSCHUUR
•el te betrekken, moeilijk te ve
geschieden do<
e heer SCHOUTEN (a.r.)
langde bevoegdheden te g*
?t de Regeering het ulter:
t gebleken. Juist c
lej. KATZ (c.h.) ontdekte
die dienen i
v. d. HEIDE (s.d)
I de Regeering te
kERVOORN (plattel.) klaagde o-
'en van zoovele kantongereehtoi
ïadeele Is van het platteland.
o.V? Omdat zoo lui
anderd, dat hei
MINISTER VAN SCHAIK
d6 Kamer ln het wetsontwe
beteringen had ontdekt. Voo
hi? het vrijwel geheel eens
schi-n van gemeentebesture
houden, wat betreft de ln*
gerechten.
rheugde zich. dat
ls. Met de w
is rekening
eeling bö kanl
nuttig parlement
Dr KORTENHORST (r.k.) achtte 's minis-
srs systeem -efficiënter dan het systeem: goed-
eurlng door de Staten-Generaal.
De heer v. d. WAERDEN (s.d.) bestreed dit
de bezwaren tegen opheffing der
chten niet in dezen tüd van gems
netvormig verkeer.
De minister erkende van houding
anderd. maar zes Jaar geleden was
e omstandigheden z(jn veran.
heeft de competentieregeling
als hij ttJd van politiek leve
Dat de felle
gedraald, liet
Een poging
gelegenheden. Vla
Dr BIEREMA (11b.) hai
ngenteeringen kui
de handelspolitieke j
Daar bespreken wil. Doet hjj da'
tstaat eert schljn-debat. In de com
den heer TEULINGS (r.k.)
cht te Waalwbk te be:
n Heusden op te beffen, ontmoette
den MINISTER. Waalwijk ls een
imendement werd Ingetrokken,
•etsontwerpen werden z.h.st. goc
De heer v. Dis (s.g.p.) en Verv
(plattel.) verklaarden zich tegen een er
Van de s-g.p- was slechts de heer v. Dis
De VOORZITTER deelde ten slotte mede. dat
e Kamer tot 7 Nov. a.s. uiteen kan gaan. D:
ng te 1 uur zal behandeling der Rijksbeg
ng voor 1934 aan de orde worden ges*
re.lke in dag- en avondvergaderingen zal t
en voortgezet.
heer SCHOUTEN: Uw bezwaren zjjn te
vangen met behoud van art. 3; daarom
begrijp Ik niet. dat we zoo scherp tegenover
"kaar moeten staan.
D^ MINISTER bield vol. dat een wetsontwerp
slechts schijn zou behouden. Is de Kamer er
en aanleiding wil om
Het oude artikel blijft dus bestaan.
Het wetsontwerp werd z.h.st. goedgekeurd,
met aanteekening. dat de communisten en de
BU de goedkeuring van
het NederL-Duitsch douane-verdrag
vroeg de heer VLIEGEN (s.d.) ot> Indien het
verdrag dlt-Jaar afloopt en niet hernieuwd
wordt, de oude rente-standaard van pet.
van het bekende aan Duitschland verleende
crediet zal worden hersteld Overigens ver
wachtte hö van nieuwe onderhandelingen nle*
Duit-
_.i dit ontwerp be-
ihentöds de rechten op haring te
verhoogen.
De heer KORTENHORST (r.k.) vond de van
wantrouwen getuigende rede van den heer Vllr
gen niet zeer geschikt, nu we gereed staan m«
Duitschland nieuwe onderhandelingen te ope
nen. Men moet niet vooruit zeggen, dat het
toch op niets "uitloopt en er ztin aanwijzingen,
dat men ln Duitschland zal willen rekenen met
het feit, dat we nog steeds zijn beste klant zün.
Met ruzietj©3 van de S.D.A.P. moeten we onze
handelspolitiek niet vertroebelen.
De heer DROP (s.d.) hesprak de belangen
Van d*' „Hollandsche nieuwe".
MINISTER VERSCHUUR was overtuigd, dat
hoe onbevredigd -het verdrag ook laat, het beste
ls verkregen, wat mogelijk
In het verdrag
SM
Ten aanzien van de haringverpakking Is
de F.egeerlng niets verzuimd, maar we ko
niet verder komen. In de toekomst zal. naar
mag worden verwacht, nog wel
den bereikt.
Z li.st. word het wetsontwerr
Laatste punt der agenda was de befaamd»
i-ordt. Indien het verdrag niet
De bedoeling ls zoo te contingenteeren, dat
voor een bepaald artikel een bepaald land bij
zondere belangstelling krügt Er moet daarin
een maximum van ruilwaarde ztjn, zonder dat
de bedrijfsbelangen worden geschaad. Dat alles
mc-et geschat en ls voor bespreking In de
Kamer niet geyhikt^omdat bepaalde verwach-
belangrijke rol spelen. In
deze geheel andere sfeer dl
Crisisinvoerwet ls de wenst
i die
reorganisatie der rechterlijke indeeling
Februari z(jn nog wel
moet om bezulnlgings
9|u ..at gebeuren. Een drie-
deellge inrichting onzer rechtspraak lnplaati
van de vierdeelige van nu zal wellicht latei
aan de gebleven bezwaren tegemoet kunneT
komen.
nu ln eigen hand
Ij. 'Katz6 was
BEËINDIGING
ARBEIDSOVEREENKOMSTEN
De Minister van Defensie heeft bepaald,
dat arbeidsovereenkomsten gesloten met per
sonen die den 65-jarigen leeftijd hebben be
reikt of bereiken, behooren te worden beëin
digd, uiteraard met inachtneming van den
opzeggingstermijn.
NED. HUIS TE PARIJS
In een der zalen van het Departement van
Buitenlandsche Zaken heeft de plechtige in
stallatie plaats gehad van het Nationale Co
mité, dat zich gevormd heeft om gelden bij
een te brengen, welke benoodigd zijn voor
den afbouw en inrichting van het Nederland
sche Huis in de Cité Universitaire te Parijs.
De installatie geschiedde door onzen ge
zant te Parijs, Jhr. Loudon.
Vervolgens voerden nog het woord Mr. D.
Fock, voorztter van het Comité en Mr. A. R.
Zimmermann, voorzitter van het Werkco
mité.
lo'lVMorgêndlenst "door'Ds. H. L G. Ouw
kerk te Purmerend 10.45 Grainofoon
Fraaie handwerken 3.00 Grainofoon
Bijbellezing door D». N. Buffinga. van Rol
dam -- 5.00 Handenarbeid voor de jeugd
5.30 Zang 6.30 Gramofoon 7.15 Gran
foon 7 30 Weekoverzicht 8.00 Mandol
concert 8.15 Spr. dhr. D. Peereboom te I
8.30 Orgel 8.45 Mandoline 9.00 Oud
foon 10 30 Conc
11.30 Concert 1
3.00 Knipcursus -
Voor zieken en oi
ert 11.00 Voorlezen
2.01 Orkest 2.30 Orkest
3 45 Gramofoon 4.00
den van dagen 4.30 Or-
10 voor grootere kinderen 5.30
7.00 Concert 8.01 Vaz Dlas
rt 9.20 Zang 9.45 Radlctoo-
aventry (1554.4 M.) 12.20 Orkest 1.20
Gramofoon 3.20 Vesper 4.25 Orkest
6.50 Concert 10.00 Zang 10.50 Kerkdienst
11.05 Orkest
eutschlandsender (1634.9 M.) 7.20
Concert 11.20 Gramofoon 1.05 Gramo
foon 3.20 Concert 4.40 Concert
ialundborg (1153.8 M.) 11.20 Concert
2.05 Concert 7.30 Orkest
angenberg (473.4 M) 5.20 Gramofoon
mofoon 1120 Gramofoon 12 55
- 2.U0 Gramofoon 3.20 Koor
Orkest -
11.20 Gr;
I dl and Reg. (398. 9 M.) 12.20 Orgel
12.50 Orkest 1.40 Concert 6.50 Concert
7.20 Concert 8.20 Concert 9.35 Orkest
Midland Reg. (398.9 M.) 12.20 Orgel 12.50
0 Protestantsche ca
mofoon 8.20 Coi
(1411 8 M.) 4 15
Voordracht -
DE DRIE WEERSPANNIGE
ZAANDAMSCHE RAADSLEDEN
NOG GEEN BESLISSING
Gisteravond heeft de afdeeling Zaandam
an de s.d.a.p. een druk bezochte vergade
ring gehouden, naar aanleiding van liet feit
dat de drie raadsleden de heeren K. Prins
en L. Kelder, beiden wethouders en A. G.
Verbeek, oud-wethouder, die in strijd met
het verlangen van de partijafdeeling vóór
de bezuinigingsvoorstellen van B. en W. heb
ben gestemd, geen gevolg hebben gegeven
aan het verzoek om hun mandaat ter be
schikking van de partij te stellen.
Op deze vergadering waren ook de drie
genoemde raadsleden aanwezig. Na eenige
bespreking is een commissie van vijf per
sonen benoemd, die een onderzoek zal in
stellen en daarover rapport uitbrengen.
EEN KARTEL VAN SIGAREN
FABRIKANTEN?
Naar de „Msb." verneemt, bestaan er op
initiatief van den accountant J. E. M. Enge
len te Nijmegen, plannen tot vorming van
een kartel onder sigarenfabrikanten. De heer
J. Engelen zal als economisch-finantieel ad
viseur optreden.
DE GEBROEDERS KNOOPENSCHAAR
Door G. TH. ROTMAN
V I LEKKER BROS. MET ZOUTE PINDA'S
79. En mi, lieve kinderen, gebeurde er
een vrééselijk ongeluk, waarom je heusch
niet lachen mag, want dat zou niet mooi
zijn. De arme Pieter kreeg namelijk den steen
precies midden in zijn gezicht, zoodat hij
hardop „au!" riep. Hij had echter zoo'n
haast om uit den boom te komen, dat hij
verder niet eens op de pijn lette en dadelijk
het touw vastmaakte.
S0. De boer en Jodocus hielden 't andere
einde van het touw stevig vast, en nu begon
Pieter zich voorzichtig er langs naar den
overkant te werken. Het was een lieele toer
en Pieter stond duizend angsten uit, toen
hij daar zoo vlak boven het water zweefde.
Ach, nauwelijks was hij over de helft ge
komen, of er gebeurde alwéér een ongeluk..
(Wordt Vrijdag a.s. vervolgd).
FEUILLETON
WAT EEN KIND VERMAG
Naar het Engelsch
van FLORENCE MONTGOMERY
Boven aan de trap gekomen, stond hij een
oogenblik stil, liep de gang in, bleef weder
staan, stond eenige minuten onbewegelijk
voor de halfgeopende deur der kleine slaap
kamer en zijn lippen vast op elkander slui
tend, stootte hij haar open en trad binnen.
Een gevoel van groote verlichting maakte
zich van hem meester, toen het hem door de
stilte, die er in de kamer heerechte, duidelijk
werd, dat 't kind reeds sliep.
Het was in allen gevalle een uitstel en
John Ramsay haalde diep adem, naderde
daarop behoedzaam het bedje en" zijn eene
hand voor het licht van de kaars houdend
stond hij naar den kleinen slaper te kijken.
In scherpe tegenstelling met den stroom
van gedachten, die hem had overweldigd,
was de kalme, heerlijke rust van het slui
merende kind. Weinig dingen brengen zulk
een gevoel van kalmte en rust met zich.
Hij lag met den eenen arm boven de
dekens, met den anderen hield hij stevig
zijn laatste geliefkoosde bezittingen om
sloten.
Zijn blond haar lag over het kussen ver
spreid, zijn roode lipjes waren door een
glimlach gescheiden-
Droomde hij in dezen wannen, drukker.-
den avond yam
t Ver verwijderd koele woud,
Van kind'ren, blozend en gelukkig, die daar
spelend vóór hem staan.
En door de breede, groene lanen jublend
weder huiswaarts gaan,
Met voorjaarsbloemen aan heur takken en
met kransen rijk belaèn?
Lang stond John Ramsay te staren, alsof
hij de kalme rust inademde, waarvan de
aanblik bestemd scheen om zich aan an
deren mede tedeelen.
En wat zou hij nu doen?
Hem uit zijn slaap zoo smartelijk op
wekken? Hem roepen, om hem een pijn
lijke wond toe te brengen? Hem uit zijn
gelukkige droomen terugvoeren naar de
koude werkelijkheid van het leven en naai
de schaduwen van naderend onheil?
Neen! duizendmaal neenl
„Heer! indien hij slaapt, zoo zal hij ge
zond worden", fluisterde hij.
Met een onbeschrijfelijk gevoel van liefde
en medelijden boog hij zich over den klei
nen slaper; boog zich al meer en meer, tot
dat hij Gillie's voorhoofd met zijn bevende
lippen aanraakte.
„Slaap voort, lief kind" zeide hij,
droom nogmaals gelukkige droomen".
Kn Gillie glimlachte in zijn slaap en
stamelde zijn vaders naam,
HOOFDSTUK XVII.
De boodschap van de pastorie.
John Ramsay bracht een vreeselijkon
nacht door en wierp zich rusteloos heen en
weer, nu eens verlangend naar het einde
van den nacht, dan weder terugschrikkend
voor het onvermijdelijk naderen yan den
morgen-
Hij was vroeg op, in de hoop vóór Giliie
beneden te zijn. Maar het kind was hem
voor. Toen hij de trap afging, kon hij ergens
buiten op de plaats zijn vroolijken lach
hooren en zijn druk gebabbel met den huis
knecht over hun levende schatten.
De heer Ramsay zette zich neder en begon
a te denken over hetgeen aanstaande was.
Hij dacht er eens over, wat bij zeggen zou,
hoe hij zou beginnen, hoe hij zouO!
die vroolijke lach! Daar hoorde hij hem
weder! Hoe klonk het over de plaats. Hoe
helder! Hoe welluidend!
Hlij moest zich haasten. Elk oogenblik kon
de boodsdhap van de pastorie koimen en u<it
kind moest voonbereid zijn-
Weer klonk de gelukkige lach door de
kalme zomerlucht Hij moest er een einde
aan maken. Hij moest een koude hand gaan
leggen op de lachende lippen en alle vreug
de doen vlieden. Het moest geschieden.
En als in een droom, begaf hij zich naar
het einde van de gang, waax een venster
op de plaats uitzag.
„Gillie", riep hij door het open raam en
zijn stem klonk hem zelf hol en vreemd in
de ooren, „Gillie, kom in de eetkamer, ik
moet u spreken."
En zonder op antwoord te wachten, spoed
de bij zich naar de eetkamer terug en zette
hij zich neder. Zijn haat klopte snel en
hoorbaar
Zenuwachtig hield hij de oogen op de
deur gericht, waardoor het kind /ou binnen
treden. Hij behoefde niet lang te wnehte i.
De deur werd spoedig opengeduwd en Giliie
,k\vam binnen met van vreugdo stralende
oogen en iets in de armen dragend, dat hij
met de grootste zorg en teederheid lief
koosde.
„O, oom John! oom Johnl kijk eens hierl
Zie toch eens!"
En in een oogenblik bevonden zich visr
katjes op John Ramsay's knieën en knielde
de verrukte eigenaar naast hem neer, met
zijn heldere, vroolijke oogen, op iend tot
zijn ernstig, oud gelaat. „O, vmdt u ze niet
allerliefst, vindt u ze niet mooi-.' Er zijn
er vier, en ze zijn alle van mij. Zij zyn
pas geboren, tenminste eerst vannacht. De
knecht wilde ze verdrinken, die wreede
man, maar ik zeide, dat hij het niet deen
moest, vóór ik het u gevraagd had en u
zal niet zeggen, dat ze verdronken moeten
worden, oom John, dat weet ik wel, als ik
u vraag het niet te doen, niet waar?" En
die vertrouwende bruine oogen keken smee-
kend tot hem op.
De heer Ramsay wendde zich ai; hij kon
die uitdrukking niet verdragen-
Maar hij mompelde iets, dat, als er veei>
tien waren in plaats van vier, niemand ze
zou aanraken, als 1 et kind het niet wilde.
„Lieve, beste oom John, ik wist wel, dat
u goed zou zijn voor die lieve kleine katjes,
zooals u altijd is. En zij zullen heel warm
moeten gehouden worden, weet u, daarom
denk ik, dat twee in uw bed en twee in het
mijne zouden kunnen slapen, denkt u ook
niet? Ik heb het heel druk van morgen",
voegde hij er bij, „mag ik nu weer heen
gaan, als u mij op dit oogenblik niet noo
dig heeft?"
John Ramsay bewoog onrustig in zijn
stoel.
Hoe kon hij schaduw werpen op dat
vroolijke gelaat, hoe een tranenregen do au
vloeien uit die lieve, sprekende oogen?
Hij nam het kind in zijn armen en noem
de liem herhaalde malen zijn arm jongetje,
zijn lief, lief ventje.
Verwonderd over deze ongewone gevoels
uiting begon Gillie eenig kwaad te ver
moeden. „Wat scheelt er aan?" zeide hij
angstig; „well wel! wel, u huilt, oom
John. O, wat is er gebeurd?" En in de vrien
delijke bruine oogen blonken tranen.
John Ramsay beproefde te spreken, maar
iets in zijn keel verhinderde hem een wooid
te uiten- En in de korte stilte, die volgde,
drong door het open venster van uit het
verwijderde dorp op de vleugelen der zomer
koelte gedragen het eentonige gelui van
een kerkklok!
De heer Ramsay schrikte, werd doods
bleek eai greep met beide handen zijn sto°l
vast.
„Zet de katjes neer", zeide hij zachtjes,
„én koni eens hier."
„Gillie, mijn lieveling!" riep hij uit, he*
kind plotseling met hartstochtelijke teeder
heid in de armen sluitend. „Luister naar
wat ik u ga vertellen".
„Hoor eens, oom John", viel het knaapje
hem, op een toon die van groote opgewon
denheid getuigde, in de rede, terwijl hij
zich uit zijn ooms omhelzing losmaakte en
zijn hand ophief. „Luister hoort u dat".
Daar luidt de doodsklok!"Nog ve»-
moeddc hij niets. Het was een welbekend
geluid, voor het kind, dat altijd in de pasto
rie gewoond had.
„Luister, omn John!" zeide hij met vuur.
„Laat ons tellen, dan zullen wij weten, tu e
oud de man is, die juist naar den Hemel is
gegaan- Dat moeten wij altijd als vij het
hooren. Stil spreek niet, anders zal ik mij
vergissen. Twee!... daar gaat zij weer!
Drie...I
John Ramsay verloor zijn tegenwoordig
heid van geest geheel en al en zeide geen
woord.
Hij zat daar, als versteend, met zijn blik
op het kind gevestigd, woorden en zinnen
te bedenken, die hij zeggen zou wanneer do
klok haar geschiedenis verteld had.
Zoo bleven de twee in luisterende houding
over elkander zitten, de oude man recht op,
stijf en gedwongen, bijna verlamd door de
aandoening, welke hij onderdrukte; het
kind met gespannen aandacht de ernstige
oogen tot zijn oom opheffend, met open
mond en opgeheven hand.
Vier!...
Vijf!...
Zes!...
Zeven!...
Over de twintig nu! over de dertig!..,
over de veertig!... over de vijf-en-veertig!...
Een mist benevelt John Ramsay's oogen.
Hij sluit ze en omvat den stnc! nog vaster.
Zijn hoofd duizelt henn, hij raakt een
oogenblik den tel kwijt, de wo a-ien en zin
nen volgen elkaar snel op en vermengen
zich in wilde verwaï ring in rijn hoofd-
Met schrik opent 1 ij de oog*».- denkends
dat het oogenblik ii.iar is.
Gillie stsat nog in dezclfle 1onding met
ijver te tellen.
'Wordt vervolgd.)