AKKER.CACHET5
KAPITEIN KLAKKEBOS OP DE LEEUWENJACHT
DINSDAG 24 OCTOBER 1933
Rondom Van der Lubbe
Wat beoogt hij met zijn hardnekkig
stilzwijgen
Krampachtig verzet der aanhangers
van Moskou tegen hun aartsvijand
Men schrijft ons uit Berlijn:
Het was een geraffineerde zet van de
marxistische propagandisten, toen zij in
den nacht van den rijksdagbrand 't gerucht
lieten verspreiden, dat de nationaal socialis
ten met medeweten van hun hoogste leiders
dit misdrijf hadden begaan. De vijandige
propaganda in het buitenland won h erdoor
aan beteekenis en het logisch gevolg hier-
was is de vermoeiend lange duur van het
proces.Want senaatspresident Bünger schijnt
het voor zijn plicht te houden, de onjuist
heid van al deze beweringen en beschuldi
gingen aan de hand van beëedigde getuigen
aan te toonen. Zijn streven naar volledig
heid gaat zoover, dat wij door de catacomben
van den rijiksdag moeten kruipen, om vast te
stellen hoe nu eigenlijk de verbinding tus
schen liet paleis van Goering en het Wal-
lothuis is. Wie zich de moeite heeft ge
troost, door deze lage onderaardsche gang
met ireboeen rug heen te worstelen, di»
wordt ook hier gewaar, dat er veel kostbare
tijd verloren gaat aan het weerleggen van
zotte beweringen. Zelfs de getuigen, die uit
Moskou naar Berlijn ontiboden werden, zul
len aan de
loqische gang van zaken
weinig kunnen veranderen.
Een Engelsche journalist, wien het gelukt
is. te Londen aan de geheime besprekingen
der veelgenoemde onderzoekingscommissie
deel te nemen, vertelde een en ander van de
li ierbij opgedane ervaringen: „Den 5en Sep
tember bevond ik mij tegen half acht op de
aangegeven plaats, op de tweede étage der
Livingstone Hall, 42 Broadway, Westminster.
Aanwezig waren veertien heeren en vijf da
mes, waarvan er zich twaalf als communis
ten voorstelden. Drie van de leden waren
joden en drie anderen hadiden althans een
joodsch uiterlijk. Dit comité bleek een on
derdeel te zijn van een grootere organisatie,
welke zich met den rijksdagbrand bezig
hield. Op de vergadering werd onder meer
besloten, een grootsch opgezette bijeenkomst
te houden en hierbij als sprekers lord Robert
Cecil, sir Hamilton, Bertrand Russcl, H. G.
Wells en lady Astor uit te noodigen. Op
mijn voorstel, vooral ook Bernhard Shaw
uit te noodigen, werd geantwoord, dat deze
reeds een invitatie van de hand had gewe
zen en op mijn verzoek kreeg ik het vol
gende antwoord van hem onder oogen: „Het
os mij onmogelijk, aan de vergadering deel te
nemen. Maar zelfs al zou ik het kunnen, dan
zouw ik het niet doen, want mij is geen geval
bekend, dat de inmenging in politieke pro
cessen van het buitenland voor de beklaag
den tot voordeel is gebleken. Wanneer een
gevangene als knuppel benut moet worden,
om op een regeering te ranselen, dan beze
gelt men hiermede zijn eigen lot!"
Mijn Engelsche collega vertelt verder:
„Onder leiding van de communistische miss
Hart wilde men een pensbureau oprichten,
waar studenten alle krantenberichten uit de
buitenlandsche pers moesten verzamelen,
welke ten nadeele van Duitschland uitval
len, om deze berichten dan weer in Enge
land te verspreiden. Volgens Georg Bern
hard, die ook 't woord voerde, is iedere Duit-
scher overtuigd, dat generaal Goering zelf den
rijksdag in brand heeft gestoken en achtte
hij het proces tegenover de beklaagden un
fair. Overigens moest hij toegeven, dat de
Red-Aid niet gelukkig is geweest in haar
streven, een groot aantal vooraanstaande
Engelsche juristen voor haar actie te win
nen. Wel is zij erin geslaagd, de openbare
meening in Holland, Frankrijk, Zwitserland,
de Vereenigde Staten en Engeland ten on
gunste van Duitschland te beïnvloeden.
Door de juridische afdeeling dezer com
missie is voorts besloten, de vrouw van
Torpler en diens zoon naar Engeland uit te
noodigen en hun een plaats op de tribune
aan te wijzen. Aan alle arbeidersorganisa
ties moet anti-Duitsch pronaganda-mate-
riaal worden verstrekt en aan het ministerie
van buitenlandsche zaken moet meegedeeld
worden, dat heel Engeland over de Duitsche
onrechtvaardigheid in opstand is gekomen".
Wie zich de
getroostte, dag in, dag uit aan het Van der
Lufobe-proces deel te neimen, wie het om
slachtig getuigenverhoor uren achtereen met
de hiertoe vereischte inspanning volgde, die
ivindt voortdurend zijn aanvankelijken in
druk bevestigd, dat langs juridischen weg de
strijd wordt voortgezet, welke in politieken
vorm Januari 1933 tusschen het nationaal-
socialisme en het marxisme tot uitbarsting
is gekomen. Krampachtig trachten de aan
hangers van Moskou zich nog eenmaal tegen
hun aartsvijand te weren, maar diens macht
is te groot, dan dat er voor hen nog een
kans van slagen bestaat
In het buitenland vooral, maar ook nog in
Duitschland, blijken er communisten te zijn,
die met den nieuwen toestand allesbehalve
tevreden zijn. In Alt-Moabit vindt op het
oogenblik het Maikowski-proces plaats,
staan de communisten van den staffel „Max
Hölz" terecht, die den 30en Januari, toen
tienduizenden S.A. en S.S.-mannen door de
Wilhelmst rasse marcheerden, om Hinden
burg en Hitier voor de overwinning der na
tionale revolutie te huldigen, in de Wall-
strasse op huiswaarts keerende nationaal-
socialisten hebben geschoten. Het is typee
rend voor de oogenblikkelijke verhoudingen,
dat ée voorzitter thans, negen maanden la
ter, nu het Derde Rijk aan stabiliteit heeft
gewonnen, communisten op de tribune tot
de orde moet roepen, terwijl de officier van
justitie waarschuwend tot de beklaagden
zegt: „Het wil mij voorkomen, dat enkele
beklaagden zich in deze zaal erg op hun ge
mak voelen. Ik geef hun den laad, afstand
te doen van hun vroegere vloekwaardige
politieke zienswijze. Wee hem, die deze zaal
verlaat met de gedachte, dat er ook nu nog
erstokte communisten zijn, want de vuist
an het Derde Rijk rust op zijn schouders!"
Zulk een ernstige waarschuwing zou wel
licht ook voor Dimitroff en zijn beide land
en partijgenooten wenschelijk zijn, want de
brutaliteit van dezen intelligenten anarchist
ondanks alle vermaningen van den -boven»
menschelijk geduldigen senaatspresident
Bünger dezelfde gebleven.
Eenigszins anders schijnt het met Marinus
van der Luhbe te staan. In een gesprek met
do advocaten der verschillende beklaagden,
dr. Seuffert, dr. Teiohert en dr. Sack (ons
nog hekend uit het veemproces van Ober-
leutnant Eckermann) vroeg ik om
een verklaring
optreden:
i diens passief
„Waarom houdt hij zijn hoofd zoo diep
gebogen en waarom geeft hij op de hem ge
stelde vragen zulke onbevredigende antwoor
den?" Men antwoordde mij: .Hoogstwaar
schijnlijk heeft beklaagde de jammerlijke
mislukking van zijn daad ingezien. Hij wil
de iets enorms ondernemen, de wereld op
stelten zetten, een revolutie teweeg brengen
en nu is alles heel anders geloopen dan
li ij verwachtte. Hij is zich do ernst van deze
nederlaag bewust, weet. dat elk door hom
gegeven antwoord zijn situatie kan benadee-
len en hult zich liever in een hardnekkig
stilzwijgen. Voor hem zelf is dat misschien
nog het beste."
Ik dacht aan deze uiteenzetting van be
oegde zijde toen graaf Helldorf als
eerste erin slaagde, van der Lubbe tot hei
heffen van zijn hoofd cn het openen vao
xijn mond te bewegen. Zijn „Donnerwetter
daverde door de geluidlooze rechtzaal en
plotseling ontwaakte Marinus uit zijn apa
thie, keek hij zijn partner in 't gelaat fin
gaf een verstaanbaar antwoord. Dr. Alfons
Sack is mij door zijn activiteit allang op
gevallen. Hoewel hij van der Lubbe niet
verdedigt, bekommert hij zich meer om den
cliënt dan dr. Seuffert, die met het geval
zijn maag schijnt to zitteu. Dr. Sack
verzoekt van der Lubbe, zoo dicht mogelijk
naar graaf Helldorf toe te gaan en de arme
stumper schijnt schik in 't geval te krijgen,
want hij grinnikt Natuurlijk wil men we
ten, waarom hij glimlacht, maar dat ver
telt hij aan niemand. Senaat Bünger tracht
den knaap te kalmeercn en vraagt hem, of
hij angst voor graaf Helldorf koestert. Maar
dat helpt al evenmin. Totdat graaf Hell
dorf hem tnehrult: „Mensch, nimm doch
mal deinen Schadel hoch, los!!"
Dit militair commando was voldoende, om
ons allen van den wepkelijken toestand te
overtuigen. Van der Lubbe hoort alles, wat
er om hem heen gebeurt, hij verstaat uit
stekend Duitsch en staat allerminst onder
den invloed van narcotische middelen. Hij
heeft echter beseft, dat hij in jeugdige licht
zinnigheid op een valsche kaart speculeer
de en alles hopeloos verloren heeft Hoog
stens een hardnekkig doorgezet stilzwijgen
(zoo redeneert hij) kan hem nog voor d«;
dreigende galg bewaren!
Berlijn, 21 October 1933.
klasse H.B.S., Mulo en oudste jaar der Am
bachtsschool bevolkten deze jeugdafrleeling.
Het Hoofd heeft van dit deel der organisa
tie veelplezior beleefd. Voor het overbrengen
van berichten en bevelen, lichte werkzaam
heden waren en zijn ze uitstekend te gebrui
ken.
Hebben we hiervoor eénage practJsche
punten besproken, dan geschiedde dit uit
lust om mee te bouwen aan het groo'sche
werk: een Nederlandsche organisatie tegen
de gevolgen van luchtaanvallen ten bate
van ons vreedzame en vredelievende volk
En een woord van hulde mag ook hierom
niet achterwege blijven, wijl in W interswijk
ook duidelijk is getoond, dat deze oefenin
gen, evenals trouwens de geheele voorbe
reiding, met bescheiden middelen kunnen
•orden bewerkstelligd.
Moge het goede Winterswijksche voorbeeld
volk en vaderland tot heil strekken.
Bescherming tegen luchtaanvallen
OEFENINGEN TE WINTERSWIJK
GOED GESLAAGD
Waarmee men een volgende keer
rekening moet houden
Enkele practische opmerkingen
Men schrijft ons:
Wij hebben in ons artikel van 17 October
l.L- gewezen op het groote belang voor de
burgerij verbonden aan oefeningen in be
scherming tegen de gevolgen van aanvallen
uit de lucht. De eerste openbare oefening
heeft dan nu 19 October plaats gehad te
Winterswijk, onder terecht hooge en
groote belangstelling. Minister Deckers was
aanwezig en Minister De Wilde was ver
tegenwoordigd.
De aanwezigen nu hebben geen spijt ge
had. Er is wat te zien geweest, waaraan
degelijke voorbereiding niet vreemd was. In
Winterswijk was de zaak goed aangepakt en
grondig bestudeerd. Daarvoor een woord van
hulde aan burgemeester Bosma en zijn di
recteur van Gemeentewerken, het hoofd van
de Luchtbeschermingsdienst, den heer Kos
ter, hulde aan de in verschillende, hulp
diensten meewerkende 250 personen tellende
organisatie en ook hulde aan de burgerij,
die volmaakt correct de oefeningen volgde.
Wel hadden ongure elementen opruiende
pamfletten verspreid, doch het was alsof
de burgerij nadrukkelijk heeft willen toonen
den ernst van de zaak waarom het gaat
volkomen te beseffen.
Benige weken vooraf had het Gemeente
bestuur de bevolking ingelicht omtrent de
plannen.
Opgedane ervaringen
Wij willen naar aanleiding van deze oefe
ningen enkele punten bespreken, die èn voor
Winterswijk èn voor alle andere Burgemees
ters, die deze aangelegenheid ter hand ne
men van belang zijn.
Het bureel van het Hoofd" van den
Luchtbeschermingsdienst worde, zoo moge
lijk, ingericht in ruimten, waarop aanvallen
geringen invloed kunnen oefenen. Het be
veiligen van het centrale punt, waar alle be
richten binnenkomen en vanwaar uit alle
aanwijzingen uitgaan, is van veel belang.
De vraag is of met een indeeling van het
personeel op staten op den duur het alge
meen belang gediend is, waardoor het moge
lijk is om bij vertrek, overplaatsing naar
andere gemeenten, goede krachten voor ver
loren gaan te bewaren.
De uitkijk- en luisterdienst is bij uitstek
inlichtingsorgaan, mits aan de inwèndige
verbindingen in den dienst geen snipper
mankeert. Of nu door aanhoudend loeien van
stoomvfluiten en gillen van sirenes vooral bij
avond en in den nacht de luisterdienst niet
sterk in haar vermogen beperkt wordt is een
te stellen vraag. Bovendien lijkt een aan
houdend lawaai ingeval van alarm niet
te bevelen. Zeker niet bij sterke wind. De
vraag naar een van electrische netten onaf
hankelijk alarmapparaat blijft zich opdrin
gen.
De geneeskundige dienst, met inbegrip
van de transportploegen zal wel doen, de
transportploegen onmiddellijk spontaan te
laten uitrukken om te helpen waar dat noo-
dig is en te vervoeren, waar dat eisch is en
mogelijk. Verpleging en transport geschei
den, waarbij in den regel aan de transport
ploegen geen artsen zullen kunnen worden
toebedeeld. De opleiding van het transport-
personeel zal goeddeels hierop moeten
den ingesteld-
De ontsmettingsdienst bedenke dat mos
terdgas zeer gevaarlijk is en een bord met
opschrift „Mosterdgas, streng verboden toe
gang" stellig op 150 200 meter afstand van
den rand van het besmette terrein geplaatst
moet worden. In ieder geval kan met gewoon
schoeisel het werk in met mosterdgas
besmette terreinen niet plaats hebben.
De opruimingsdienst was in Winterswijk
wel zeer vlot. En toch blijft het beginsel: zoo
veel mogelijk e-erst gaszieken en gewonden
helpen, onverzwakt. Bovendien een deponee-
ren van gaszieken en gewonden in een (ver
ondersteld) vernield gebouw in afwachting
van transport lijkt niet een juiste oplossing
van het vraagstuk
De brandweer zal ook in kleinere gemeen
ten het groote materieel centraal beschik
baar moeten houden, gelijk juist geschiedde
in Winterswijk en voorts brandwachtposten
met eenig hulpmateriaal (oen standpijp met
1 a 2 slangen b.v.) op verschillende punten
opstellen, terwijl brandalarmposten, sterk 2
3 man, verspreid zijn opgesteld tot het
melden en blusschen (met zand de gevrees
de aluminium-bom) van begin van brand.
De brandweer kan evenmin als de transport
ploegen wachten tot het einde van de be
dreiging. Integendeel, deze diensten rukken
aanstonds, bij aanleiding daartoe, uit. De
brandweer moet begin van brand onmiddel
lijk stuiten, omdat een, in den nacht, vol
gende aanvaller zich niet mag oriënteeren
met behulp van branden. De transportploeg
gaat menschenl evens in gevaar helpen. Deze
diensten moeten van goed beschermende
kleeding worden voorzien om zelfs ingeval
van dichte concentraties van mosterdgas te
kunnen helpen en beveiligen.
Een voortreffelijk denkbeeld paste men
in Winterswijk toe door èen jeugdafdeeling
te organiseeren. De leerlingen der hoogste
HOE BEIS IK GOEDKOOP NAAB
DUITSCHLAND
Wie naar Duitschland reist, koopt op het
oogenblik zijn kaartje het goedkoopst bij een
reisbureau. Aan het loket in de stations
wordt hij veel duurder bediend. Amsterdam
Berlijn in de derde klas kost bij de reisbu
reaux b.v. f 15.20, maar aan de stations moet
je f 17.35 betelen. Voor hooge re klassen is
verschil naai- verhouding groot er. Hoe
au mogelijk is?Zopk de Sperrmark!
De Nederlandsche reisbureaux rekenen met
de Deutsche lteichsbann in Sperrmark af. en
laten hun clientèle van het voordeel me»
profiteeren: de Nederlandsche Spoorwegeu
betalen echter of met vrije Marken, of
ze steken ter vermindering van hun tekort
het valuLavoordeel in eigen zak.
Gemengd Nieuws.
IN EET BAD VERDRONKEN
De 15-jarige D. Millenaar, wonende in de
Rigestraut to Hilversum, is Zaterdagmid
dag in de badkamer van zijn ouderlijk huis,
verdronken. Vermoedelijk is hij bewusteloos
geraakt door de zich ontwikkelende verbrau
dingsgassen uit het doorbrand apparaat
waarna hij is verdronken
DOODELIJK AUTO-ONGELUK
Zondagavond 6 uur stek te Haarlem de
80-jarige heer A. B. den Wagenweg over bij
het Huis met de Witte Beelden, zonder op
of om te kijken. Juist passeerde 'n auto, be
stuurd door den 19-jarigen G., uit Santpoort
De oude man werd door de auto gegrepen en
bleef bewusteloos liggen. Met een schede1
fractuur is hij naar het Elisabethgasthuis
vervoerd, waar hij is overleden.
EEN RAT IN DE WIEG
Doordat een kind van den heer O. te Poel
dijk in de wieg vreeselijk lag te huilen, ging
de moeder snel zien wat de reden ervan was
Toen zij bij de wieg kwam sprong er
plotseling een groote rat uit Het ondier
bleek het kind, dat twee maanden oud is,
in het hoofd te hebben gebeten. Doordat men
spoedig naar het kind was gaan zien, is wel
licht erger voorkomen.
VERBODEN BLADEN AFGEVEN
Wie de Duitsche grens passeert, moet er
aan denken, dat talrijke Nederlandsche
kranten in Duitschland verboden zijn, b.v.
de Haagsche Post, de Groene Amsterdam
mer, en verder alle socialistische en com-
muniotische bladen. Wat nu te doen, wan
neer meu die bladen op Duitsch grondgebied
nog in zijn bezit heeft? Geeft ze gewoon aan
de douane af Die stelt ze de plaatselijke
propaganda-afdeeling der S.A. ter beschik
king, die er blijkbaar steeds emplooy voor
heeft.
BRANDEN
Te Apeldoorn is Zaterdagavond door
onbekendo oorzaak bran3 uitgebroken in de
garage van de auto-verhuur-inrichting van
den heer D. Waltner op het Stationsplein.
Door de aanwezige benzine greep het vuur
snel om zich heen De geheele garage brand
de uit a.'spïeae een gedeelte van de eerste
verdieping van het bovengelegen woonhuis,
waar drie kinderen, die in de badkamer ge
baad werdén, door hun vader met moeite
gcied werden. De vader moest eveneens
door den verstikkenden rook, om zijn jong
ste kind van drie maanden te redden, wat
hem gelukte.
Vier auto's, eenige motorrijwielen en een
paar rijwielen gingen verloren. Een tweetal
auto's werd op tijd uit de garage gereden.
Do brandweer bestreed het vuur met negen
stralen op de waterleiding en was na twee
uren meester van het terrein. De schade
wordt door verzekering gedekt.
Te Egmond aan Zee brak brand
uit in een winkelhuis aan de Voorstraat, be
woond door den heer B., waarin een choco
ladezaak werd gedreven. Binnen een uur
tijds brandde het geheele perceel uit De
oorzaak van den brand is het omvallen van
een petroleumkachel.
Verzekering dekt de schade.
Te Rij perk erk (Fr.) brandde de
autogarage van Koctstra geheel uit De
vrachtauto, twee rijwielen, tal van onder
deden, benevens 3000 K.G. hooi, gingen ver
loren. Verzekering dekt gedeeltelijk de
schade.
Tc Zaandam is door onbekende oor
zaak brand ontstaan in de woning van J
van Dijk, naarst den houtzaagmolen de
Veldmuis van de firma de Vries.
De woning brandde gedeeltelijk af. Een
aangrenzende schuur ging geheel verloren.
Hoewel de huizen daar alle van hout zijn
gebouwd, en dicht op elkaar staan, wist de
brandweer uitbreiding te voorkomen.
Geen wonder met al die
zieke menschen om U heen!
Weest Gij echter verstandig.
Neem dadelijk 'n "AKKER
TJE" en vanavond voor 't
naar bed gaan nog een. Tien
legen één dat Ge daarmede
alle narigheid voorkomt en
morgen gezond en fiksch
opstaat. "AKKERTJES" wer
ken buitengewoon bij Griep.
Per 12 stuks slechts 50 cent.
NIET OP HAAR MONDJE GEVALLEN
In het „Vad." lazen we het volgende:
Geachte Redactie,
Wij zocli'en een dagmeisje voor ons g
n, bestaande, uit man, vrouw en een baby
van 15 maanden, in een betrekkelijk klein
huis en boden aan een meisje van 19 jaar,
dat zich kwam aanbieden, f 5 per week met
verhooging na eenigen tijd. Werktijd: van
8.30 tot 4.30 uur. Mijn vrouw vertelde, wat
zij in dien tijd te doen had (een hoeveel
heid, die andere meisjes tot nu toe gemak
kelijk af konden); vroeg o.m. naar haar ge
zondheid en wie haar dokter was en deelde
haar me-le, dat zij graag zou willen, dat me
juffrouw katoenen japonnen droeg; dit, om
dat men tegenwoordig vaak dienstboden in
de meest fantastische kleeding, tot zelfs io
zijden japonnen, ziet.
Hierop kwam den volgenden dag een ant
woord, dat ik u gaarne, zonder commentaar
ter publicatie afsta.
Geachte Mevrouw,
Gisteravond ben ik bij u op die betrekking
af geweest, maar ik zie er maar van af
De eischen, die u stelt, mag u aan een
meisje wel f 10 geven en dienstboden ja pon
nen dragen zijn uit den tijd. Bij den dokter
heeft u geen informaties te nemen, aangc
ik zoo gezond ben als iets. Misschien go
zonder dan u ben. Mej. T
U dannend voor de plaatsruimte,
Hoogachtend,
Z.
ROFFELRIJMEN.
Dat niet!
Wou jij soms een standbeeld hébben
Vraagt een bitse lezer mij,
En ik mag hier eerlijk zeggen
Beste vrind, geloof me vrij,
Op mijn reeds gedunde schedel
Is me niet één haar bekend
Die er denkt aan zoo'n pompeuse
Afgegoten bronzen prent!
Eerstens krijgt na zijn verscheiden
Pas een schrijver of een held
Zulk een sprekend konterfeitsel;
Tweedens kost het hoopen geld;
En ten derde vraagt de kijker
Die voor zulk een beeld blijft staan:
Wat is dat nou voor een monster
Wat heit-ie voor mijn gedaan?
Voorts kan ik er niet voor voelen
Dat mij 't vooglenheir-be-zit
En voortdurend ongenoodigd
Mij de bol en schouders wit.
Verder: 'k zou de stad niet weten
Die er centen aan besteedt
Om te zorgen dat de schimmël
Zich niet in mijn kleeding vreet,
En bijtijds de dorre takken
Van mijn groene halskraag haalt,
Waar een stelletje vereerders
Heel veel geld voor heeft betaald.
Neen, mijn vriend, ik haak naar zulk
IJzeren ver-beelding niet [een
Die je in je booze droomen
Uit mijn asch verrijzen ziet.
Laat mij rustig mogen werken
Aan het beeld van onze tijd
Dat ook door veel schimmelzwammen
En verdorring wordt ontwijd.
(Nadruk verboden.)
LEO LENS.
»p veractitint van Leo I.cna
Roffclrünien, pcachlkt om
:n, l>ü IVcerho«eh, Roekhan-
Inriclitlnx er een keurig bo«
>rdt de prU« tn nrtlntiek omsli
gesteld, namelUk 80 ccnta. B
Uw boekhnndelni
DE SCHEIDSRECHTER „AFGEDROOGD*
Tijdens een voetbalwedstrijd tusschen de
V.V. LugdunumNaaldwijk te Leiden maak
te sen van de spelers zich kwaad over he£
feit dat een tegenspeler hem het leder wist
te ontfutselen, waarna hij den Naaldwijk
speler een trap tegen het scheenbeen gaf. De
scheidsrechter zag dit en stuurde den speler
uit het veld.
Dit was echter niet naar den zin van een
aantal toeschouwers, die dan ook het veld
bestormden en den scheidsrechter een flink
pak slaag gaven.
Laatstgenoemde vluchtte het kleedlokaal
binnen, waarmee aan het weinig sportieve
gebeuren een einde kwam. De wedstrijd
werd afgebroken, terwijl van het gebeurde
proces verbaal zal worden opgemaakt.
Voor de Winteravonden
moet U de jeugd verblijden met ons premieboekje
door G. TH. ROTMAN
Deze spannende geschiedenis die destijds als Kinderverhaal In ons blad
verscheen, en de jongens en meisjes zoo zeer boeide, is thans in boekvorm
verkrijgbaar. Om het onder ieders bereik te brengen hebben we de prys
zoo laag mogelijk gesteld. Het kan afgehaald worden aan ons Bureau, zoo
mede worden toegezonden na ontvangst van 40 cent per exemplaar in
postzegels of storting op ons gironummer. Men gelieve op de enveloppe ta
vermelden: „KLAKKEBOS".
Ook de Agenten en Bezorgers nemen bestellingen aan.
Ondergeteekende verzoekt toezending van exemplaar (en)]
Premieboekje „KAPITEIN KLAKKEBOS", waarvan bedrag bjjgaat:
in postzegels
per giro is verzonden
WOONPLAATS:
FEUILLETON
WAT EEN KIND VERMAG
Naar het Engelsch
van FLORENCE MONTGOMERY
(28
Juffrouw Pryor kon niet meer en weende
bitter. Ook John Ramsay's oogen waren be
neveld.
„Het zal hean nog vanavond mopten ge
zegd worden, mijnheer, hot is wezenlijk
nocdig".
,Heel goed, juffrouw Pryor zeide de
heei Ramsay m2t een stem, waa**aan hij
tevergeefs vastheid trachtte te gevm „dan
motst u maar naar boven gaan en er hem
op voorbereiden. Hij zal nog wel niet in
plaap zijn".
Maar juffrouw Pryor schrikte hiervoor
terug. Dat kon ze niet! dat kon ze niet!
riep zij handenwringend uit. Hoe zou ze het
kunnen doen? Zij, die beter dan iemand
anders wist, hoeveel het kind van zijn
vader hield, welk een vader dat was, er»
welk een teeder hart het kind bezat Neen-
neen! zij kon het hem niet vertellen. De
heer Ramsay moest het haar niet vragen.
dacht John Ramsay bij zich zielf
terwijl mj naar haar bevend gelaat keek en
naar haar hartstochtelijke beschrijving luis
terde van het huis en het gezin zooate zij
dio zoovele jaren gekend had; „zeker, als
de vreeselijke tijding aan het kind op deze
wijze moet worden medegedeeld, dan moet
iemand anders het doem" V
Hij wilde daarover niet verder denken en
ook niet nagaan wat dan alleen nog over
bleef, want anders zou hij zich niet hebben
kunnen beheerschen, zooals hij nu deed,
noch op dien bedaarden toon, die van onna
tuurlijke kalmte getuigde, hebben gesproken.
„Heel goed, juffrouw Piryor", zeide Ihdj, „ik
aal het niet vragen."
En toen gebeurde er iets zeer merk
waardigs.
De heer Ramsay stond van zijn stoel op
en nam de rol van trooster op zich, alsof dit
de natuurlijkste zaak ter wereld was-
Hij vatte juffrouw Pryors hand, sprak
haar vriendelijk en minzaam toe en raadde
haar aan naar bed te gaan en te beproeven,
wat te slapen. „Gij moet mij komen zeggen"
zeide hij, „wanneer het bericht komt"
hij hield op, want de gedachte kneep hem
de keel toe „morgen,"
Hij opende de deur voor haar met onge
wone beleefdheid, hetgeen niet zoozeer een
beleefdheid was, maar een waarachtige
uiting van welwillendheid en deelneming
en ging toen naar zijn plaats terug, terwijl
hij het gelaat met de handen bedekie. „Bin
nen een paar minuten zal ik tot een of
ander besluit komen", zeide hij half luid,
„maar eerst moet ik mijn gedachten ver
zamelen".
Maar verre van ze te verzamelen, be
merkte hij, dat ze hoe langer hoe verder
afdwaalden.
Hij begon te denken aan dat leven, dat
verloren ging, aan dien onbekenden broeder
zijn eenigen bloedverwant.
Hij had zich, onbewust, een voorstelling
van hem gevormd, door wat hij opmaakte
,uit gezegden van het 'and en uit het kind,
aelf, als de vrucht van zijn broeders leiding
en opvoeding.
Diens trouw jegens hem, die hem eens te
voren zoo getroffen had, kwam hem nu weer
in herinnering-
Die trouw, die er voor gehuiverd had, de
gedachten der kinderen tegen hun oom te
verbitteren, en die hen nooit had doen
gissen, hoezeer hij in hem was teleurgesteld,
die voor hen had verborgen gehouden, dal
de thuiskomst, waarnaar zoolang verlan
gend was uitgezien, slechts een ontgooche
ling en teleurstelling geweest was, ook voor
het visioen van een liefhebbend en teedei
bloedverwant, die hun jong leven door
liefde en vriendschap zou verhelderen.
Hoe anders hadden de laatste curie weken
kunnen zijn, zoo er ooit 'n woord tot Gillie
gezegd was, dat diens ideaal zou hebben
vernietigd!
Maar de vader had het kind nooit iets
verteld, wat het aanleiding zou hebben kun
nen geven, hem, John Ramsay te beschou-
weü als minder hartelijk dan hij zelf was.
Deze man, terecht zoozeer bemind, die zoo
noodig was, ging nu heen, als hij niet reeds
was heengegaan, terwijl hij, aan wierf nie
mand behoefte had, bleef leven!
Hij begon zich het gezin, dat de huis
houdster met zooveel warmte had beschre
ven, af te schilderen, ledig en vertaten door
de afwezigheid van den persoon,, die er fre:
middelpunt van uitmaakte.
En als een koude wind kwam over John
Ramsay de overtuiging, die hij zoolang be
dwongen had, dat hij de oorzaak en de
schuld was van alles. Het geluk van dat ge
zin was door zijn hand vernietigd.
Hij voelde het reeds, toen de huishoud-,
ster sprak, maar hij wilde niet bij die ge
dachte verwijlen.
Hij had haar op dat oogenblik kunnen
smeeken op te houden, hem te sparen, ni-j*
voort te gaan met hem op zoo levendige
wijze het gezin te schilderen, dat hij ver
woest had, den kring, dien hij vaneen had
gerukt, de harten, die hij zoo bedroefd had.
Ja, hij was de donkere schaduw, hij de
oorzaak van dit alles-
„Neen", zeide een oproerige stem in zijn
binnenste, „het is onrechtvaardig dit te
zeggen. Ik deed niets met mijn weten ik
stelde mij niet voor ik dacht niet Ben
ik mijn broeders hoeder?"
Tevergeefs. De zonde lag hier wellicht
niet in het bedrijven van een daaa, maar in
het verzuim daarvan, in nalatigheid, waai
het gold zijn eigen „ik" ter zijde te zetten
en zich in de plaats van anderen te stellen;
in de noodlottige gewoonte, om het leven
uitsluitend uit zijn oogpunt te bekijken; in
de wreede zonde der zelfzucht
En nu was de Nemesis nabij.
De gedachte, die hij eerst van zich had
gezet, moest hij nu onder de oogen zien.
Hij moest naar boven gaan en het kind
voorbereiden.
Dat was de straf, die hij nu zou onder
gaan.
Wie anders zou het doen?
Over het wezen, dat hij voor de geringste,
smart zou hebben beschut, had hij zelf het
naderende ve>rdriet gebracht en hij moest
hem vertellen, dat het daér was.
Hij moest de onschuld zien lijden- en al
dien tijd weten, dat het zijn eigen schuld
was.
Onstuimig kwaim fcfij tegen it onveumj-,
dclijke op, en zeide tot zich zelf, dat de ver
gelding niet geëvenredigd was aan hel
misdrijf, waarvan hij buiten zijn weten
slechts de middellijke oorzaak was.
Maar „de vreeselijke wet van oorzaak en
gevolg is onverbiddelijk, en een misdaai
brengt altijd haar eigen straf met zich en
straft ook niet alleen dengeen, die haar be
ging. Zelfzucht en kwaad hebben de nei
ging ellende te brengen over allen, dte
onder hun invloed komen en onze daden
moeten noodwendig haar vreeselijke gevol
gen met zich voeren, gevolgen, die zich bijna
nooit tot ons zelf bepalen".
Het is waar, zij springen niet altijd zoo
duidelijk in het oog als dit bij Jolm Ramsay
het geval was. „Want", dus gaat George
Eliot voort, „veel leed wordt zwijgend ge
dragen, en trillingen, die den mensch tot
vertwijfeling brengen, schijnen dikwijls
slechts een zwak gefluister, te midden van
den stormwind des levens".
Er zijn oogenblikken in het leven, waarop
wij wenschen geen gevoel te hebben, waaro,
wij ons gaarne zoo zouden harden, dat wij
niet meer konden voelen; wanneer de heme
len boven ons als koper zijn en de aarde
rondom ons in duisternis is gehuld; wan
neer ons gebed, „onstuimig in zijr innigheid
als dat der Syro-Phoenicische vrouw, het
zelfde gevolg schijnt te hebben: „Hij ant
woordde haar geen woord".
Zulk een oogenblik doorleefde John Ram
say nu.
„O God!" riep hij uit „Ik kan het niet
doen! Ik kan niet, ik kan niet!"
Hij snakte naar adem. Hij ging naar het
venster, oponde het en leunde er uit
Maar alma schoonheid van den Juni-,
avond deed niets voor hem; het tooneel
vóór hem maakte hem eer nog ellendiger.
Alles, waar hij naar keek, sprak hem van
den kindergeest, die in de afgeloopen drie
weken het leven voor hem had verheerlijkt
en alles, wat hem zoo treurig en moedeloos
was voorgekomen, had veranderd.
De tuin vó<Jr hem sprak overal van zijn
tegenwoordigheid. Het nu zoo stille terras
scheen nog het geluid van dansende voet'
stappen en van zijn vroolijke lach te weer
kaatsen.
Dansende voetstappen en een vroonjka
lach, die, zeide hij tot zich zelf, niet weer
gehoord zouden worden!
De avond was warm en drukkend; ei?
woei geen windje.
Geestelijk noch lichamelijk kon hij eeniga
vei lichting vinden.
Hij sloot hei venster.
„Ek moet naar hem toe gaan", zeide hij
eens of tweemaal tot zichzelf, maar hij be
woog zich niet. De gedachte ontzenuwd©
hem geheel en al.
Maar ten laatste, met een strak gezicht
dat van een genomen besluit sprak, ging hij
de gang in, stak een kaars aan en ging
langzaam naar boven.
De groote eikenhouten trap deed de wei-
felende voetstappen dof weerklinken. Zij
zag er geheimzinnig en droevig uit bij het
geflikker van de kaars.
(Wordt vervolgd.)!