llinuur gdtecift(üouraut Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken EERSTE BLAD BINNENLAND. iBONNCUENT» 'er kwnrtwii In Leiden en In plant en waar 'n agentschap gevestigd la f 2.35 Franco per post 2.35 portokosten Per week f 0.18 Voor het Rultenland bij wekelijk- iche tending 4-50 R" dagenjksche zending n5-50 Alles bij vooruitbetaling Losse nummers 5 cent met Zondagsblad 7V2 cent Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar Bureau: Breest<"iat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936 DINSDAG 17 OCTOBER 1933 ADVERTENTIEN Van 1 tot 6 regels..........- ETke regel meer ïr.gez. Mededeellngen Van 1—5 regels Elke regel meer Bil contract belangriikp korting. Voor het bevragen aan t bureau wordt berekend f 0.10 No. 4096 14e Jaargang Dit nummer bestaat uil GRIE bladen BIJ DE TWEESPRONG DE CRISIS DER HEDENDAAGSCHE S O CIAAL - DEMO ORATIE De sociaal-democratie maakt ook ten onzent een crisis door. Dit is buiten kijf. Zij staat voor een beslissende keuze en blijkbaar weten de leiders nog niet in welke richting het gaan moet. Zeer duidelijk komt zulks tot uiting in een hoofdartikel in de roode pers van Vrij dag 1.1., dat ons nu eens klaar en duidelijk zal zeggen, wat het beteekent als men zich zelf „revolutionair' noemt. Zie eens, zoo heet het, wij zijn nu en al tijd door en door democratisch, maar „een revolutie wordt niet „gemaakt" „Van democratische trouw is bij de bezitters geen sprake". „De burgerlijke democratie bergt altijd de mogelijkheid van het ontstaan eener revolutionnaire spanning in zich", en „wan- heer er een revolutionnaire situatie ont- staat, dan zal de sociaal-democratie ook op dat andere terrein moeten toonen, dat zij onder alle omstandigheden de politieke or ganisatie van de arbeidersklasse is." Na deze uitleg, welke sedert 191S honderd maal herhaald is, volgt de orakelspreuk: „Wie het begrijpen wil, moet het begrij pen: de sociaal-democratie is nu en ten allen tijde ten volle democratisch." En toen dachten wij aan de muiterij, en hoe de sociaal-democratie getoond heeft (juister: niet getoond heeft) dat zij onder alle omstandigheden de politieke organisatie van de arbeidersklasse is. Echter, het pas geciteerde hoofdartikel be wijst, hoe penible de politieke situatie voor de S.D.A.P. geworden is; speciaal voor dn roode pers, die de mond der partij moet zijn en daarom zoo vaak met twee monden moet spreken, wijl de eenheid op alle nunten, ja zelfs over de beginselvragen, zoek is. Terloops hebben we eenige dagen geleden reeds gewezen op het praeadvies, dat Dr. W. Banning op Zondag 29 Oct: a.s. voor de ver gadering der Socialistische Vereeniging tot bestudeering van Maatschappelijke Vraag stukken zal uitbrengen en dat opgenomen is in de „Soc. Gids" van deze maand. Het kan niet verhazen, dat onze sociaal democraten voortdurend bezig zijn met de Duitsche gebeurtenissen", speciaal met die afgrijselijk capitulatie dor roode Genossen. En niet iedereen denkt er zoo gemakkelijk over als Prof. Goudriaan, die hier onmoge lijk acht, wat in Duitschland geschiedde, eenvoudig, omdat hij Zevenaar Nederland begint. Vele van zijn voormalige partijge- nooten houden er ter dege rekening mee, dat de S.D.A.P. ten onzent immer zeer gevoelig was voor de Oostenwind en dat daarom de gevolgen van „Entscheidung" déar niet zon der beteekenis voor de verhoudingen hier zullen zijn. Met name wast dagelijks het aantal van hen, die nv wel eens precies willen, weten of de S.D.A.P. altijd „Janus met twee aangezich ten" moet blijven en de voorlichting van het partij-orgaan, dat sensatie-pers werd, heeft voor hen geen waarde meer. Zij zullen daarom ten volle onderschrijven, wat Dr. Banning ter inleiding zegt: Vermoedelijk zal wel aan den dag komen, dat ook binnen sociaal-democratische kring diepgaand meeningsverschil bestaat, dat her leid moet worden tot een verschil omtrent de inhoud en de grondslagen van het socia lisme, tot een verschil in levensbeschouwing. Dat hij zelf weinig optimistisch is, blijkt heel duidelijk uit zijn stelling, dat „het sociaal-democratisch stelsel, naar steunpunt, theorie en gedachteninhoud, tegen de vraag stukken sedert 1914 steeds minder opgewas sen bleek". Scherper veroordeeling van de partij, die de pretentie voert, de arbeiderspartij bij uitnemendheid te zijn, is wel moeilijk denk- „Niet dat de socialisten de oorlog niet konden tegenhouden, is hun schuld", zegt Dr. Banning terecht; hoewel hij daarbij uit het oog verliest, dat zijn partijgenooten met zwetsende arrogantie telkens de ministers van oorlog voorhielden: we hebben geen leger noodig; de internationale arbeiders beweging voorkomt de oorlog wel! En daarom was' de schok, vooral In de neutrale landen, zoo groot, toen men tot de ontdekking kwam, „dat de veronachtzaamde om niet te zeggen bespotte en verachte natio nale gevoelens oneindig veel sterker waren dan de in resoluties verheerlijkte internatio nale." Of, zooals de schrijver verder op merkt: „het socialisme als gezindheid was volledig weggeslagen door de vloedgolf van 't nationalisme". En Jaurès moest zijn leuze inslikken, dat „het socialisme de uitdruk king van sociale gerechtigheid was." Heel vaak, zegt Dr. Banning nu (het is sinds jaren door ons betoogd), wordt groe egoïsme met socialisme gelijk gesteld.' Geen wonder, dat de schrijver over Duitschland sprekend, maar het is een tneene waarheid erkent: Ik beweer alleen: de sociaal-democratie stond in 1918 met macht, die zij niet voor een doordacht plan wist te gebruiken. Leuzen, resoluties, frasen waren er genoeg; concrete vormgeving ont- Bovendien wemelde het van vergissingen. „De vanouds geliefde, marxistische gedachte (wij citeeren) dat tegenover de groeiende macht van het kapitalisme een steeds groeiend proletariaat als een machtige een heid zou staan, bleek illusie". „De klassen strijd blijkt gecompliceerder dan men dacht". In de huidige maatschappij zijn tenminste vijf groepen met aan elkaar vijan dige klassebelangen". „Het socialisme moet daarom gepropageerd worden als een volks belang, als consumenten-socialisme". „En tusschen het bestaande communisme en de bestaande democratie is geen eenheidsfront mogelijk, dat het teeken der waarachtigheid kan dragen." Waarlijk, er blijft mot veel aan de sociaal democratie' te prijzen over, als de schrijver zijn conclusie trekt: Mijn stelling luidt: de sociaal-democratie als stelsel heeft tegenover de groote gebeur tenissen der laatste kwart eeuw gefaald. Haar steunpunt zocht zij in het industrie- proletariaat, dat verhoudingsgewijs in de sociale positie achteruit gaat, dat innerlijk verscheurd is door confessioneele en politie ke tegenstellingen; zij heeft de anti-kapita listische gevoelens der middengroepen niet weten om te zetten in socialistische, en daar door deze groepen tegen zich laten organ i- seeren. Haar sociale theorie bleek gedeeltelijk onjuist, gedeeltelijk onvoldoende; de sociale eronderstellingen waarop haar reformisti sche politiek rustte, bleken in de tegen woordige fase van het kapitalisme niet uit te komen; een concreet economsch program, dat de overgang naar het socialisme kon uitdrukken, ontbrak; de vragen van het eigen politiek systeem waren veronacht zaamd; politieke macht wist men niet in nieuwe economische grondslagen om te zetten. Haar gedachteninhoud (Marxistisch rationalistisch) leidde er toe dat klassebe langen van het industrieproletariaat, eiger dikwijls: dat groepsegoïsme gelijk werden gesteld met socialisme; dat psychische en zedelijke waarden, levende in andere be volkingsgroepen, werden miskend; dat de zedelijke kracht in de beweging werd ver- 'akt door het optimistisch ontwikkelings gel oof; dat z.g. realisme de eisch der gerech tigheid negeerde. Scherper veroordeel ing is schier niet mogelijk. men bewondert de moed van den prae- adviseur als hij, ondanks al dit negatieve, nog de positieve belijdenis durft uit te spre ken: Wij zeggen dit alles „vanuit een onver zwakt geloof aan het democratisch socialis me." Maar de bange vraag rijst, waar de vaste basis ligt voor het nieuwe socialisme, waarin „de idee der gerechtigheid onze per soonlijke en collectieve gezindheid richten en bezielen zal". Ook Prof. Goudriaan schreef in gelijke test, al kwam hij niet tot de stelling: „het socialisme der 20ste eeuw zal religieus zijn, of het zal niet zijn". En de ruige voortrekkers van het socialisme beleden met dezelfde ge loofsovertuiging: het socialisme zal zonder godsdienst (indien niet erger) zijn, of het zal niet zijn. Men vergist zich zeker niet, als men hier uit de voor de hènd liggende conclusie trekt: het gebouw der sociaal-democratie, zooals dat met veel élan en niet weinig succes, ook ten onzent is opgetrokken, zal geen veilig onderdak bieden, omdat de onwankelbare hoeksteen ontbreekt. NIET ONOPGEMERKT Er Is reden om den dag van heden niet onopgemerkt te laten voorbijgaan, wijl een bekend publicist vandaag den 75-jarigen leeftijd mag bereiken. Het is mr dr H. Vos, die thans op den weg, die den leeftijd der sterken van dien der zeer sterken scheidt, reeds de helft heeft afgelegd. Wie weieens met het publieke recht, en nzonderheid met het administratieve recht in aanraking komt, zal moeten toegeven, dat de Leidsche jurist in de kringen der beoefenaars van het administratieve recht oen vooraanstaande plaats inneemt. In den strijd, die tientallen jaren lang erd gevoerd rondom het vraagstuk van de administratieve rechtspraak, heeft mr Vos zich doen kennen als een even vurig als deskundig voorstander van dit instituut Als redacteur eerst van het Weekblad voor do burgerlijke administratie, later van liet Weekblad voor gemeentebelangen heeft de jubilaris van heden grooten invloed uit geoefend op degenen, die zich met de studie en do practijk van het publieke recht bezig houden. Zijn oordeel had in wijden kring gezag, en zijn artikelen, die hem stempelden tot een zeer scherpzinnig jurist, die logische bewijsvoering paarde aan gedegen kennis en vastheid van geheugen, trokken steeds de aandacht Of men het met mr Vos eens was of niet en menigeen, die van een scherpe schei ding tusschen publiek en privaat recht niet weten wilde, verschilde met hem van in zicht naar zijn klemmende argumenten luisteren moest men. Aan den Leidschen leider op het gebied van het administratieve recht moge geen hoogleeraarszetel zijn ingeruimd, een feit is, dat hij meer dan een hooggeleerde, die zijn vakken doceerde, achter zich liet DE RIJKSMIDDELEN OVER SEPTEMBER Opbrengst 1.4 millioen boven de raming gebleven GEVOLG VAN GKOOTERE HANDELS BEWEGING Van wezenlijke verbetering nog geen sprake Vertoonde de opbrengst van de Rijksmid delen in de maand Augustus allerminst een fleurig beeld, met de maand September is precies het omgekeerde het geval. Daarmee wordt opnieuw bewezen welk een grillig ka rakter de maandelijksche staten der Rijks middelen bezitten, 't Eene oogenblik waant men de crisis overwonnen, 't andere oogen blik zit men weer diep in de put. Voor de maand September is het eindcijfer f 3,3 mil lioen hooger dan verleden jaar en f 1,4 mil lioen hooger dan 1/12 van de raming voor 1933, zoodat de opbrengst gestegen is van f 29,9 millioen h» 1932 tot f 33.2 nuillioen thans. Het nadeelige verschil voor de eersfp 9 maanden van 1933 bedraagt thans f 15 millioen, daar de opbrengst in dit tijdvak is gedaald van f 295 tot f 2S0 millioen. In werkelijkheid is dit verschil natuur lijk grootcr, omdat er 3 inkomstenbronnen op den middelenstaat voorkomen, die vorig jaar nog niet bestonden, n.l. de opcenten op de invoerrechten, de opcenten op de bieraccijns en de suikeropcenten. Bij elkaar hebben deze 3 heffingen in September f 2,6 millioen opgebracht (1/12 raming f 1,95 mill.) en over de eerste 9 maanden f 18,4 millioen, hetgeen zeggen wil dat we over dit tijdvak vergeleken met 1932 maar even tjes met f 33 millioen zijn achteruitgeboerd, om over een vergelijking met 1931 en 1930 nog maar niet eens te spreken. Komend tot de bespreking van de afzon derlijke cijfers van den Septembermiddelen- staat, dan valt op, dat het leeuwenaandeel van de verhoogde opbrengst wordt opge vraagd door de invoerrechten, die f 8.S mil lioen opbrachten (v. j. f 6,9 millioen). Voor de eerste 9 maanden is er thans nog een achterstand van f 3 millioen, daar er een daling is van f 57 op f 54 millioen. De be langrijk grootere handelsbeweging in Sep tember weerspiegeltzich ook in een ver hoogde opbrengst van het Statistiek recht, (lat 188 000 opbracht (raming 175.000) Voor de eerste negen maanden laat ook dit middel echter een achterstand, en wei wan ruim een ton, zien. Een buitengewoon goéden indruk maken ditmaal de loodsgelden, die een vooruil- gang toonen van 47.000,en van meei dan een ton voor negen maanden, daar de opbrengst over dit tijdvak steeg van 2.4 tot 2.58 millioen. De dividend- en tantièmebelasting, die het er vorige maand zeer droevig afbracht, vertoont nu een lichte stijging van 680.000 tot 724.000, waarmee bij de naming toch nog met IV2 ton werd achtergebleven. Voor de eerste negen maanden is de achterstand nu al meer dan 4 millioen. Het blijft met het Nederlandschc bedrijfsleven nog maar treurig gesteld. Tot de verbetering in September droeg met- bijna 2 ton ook bij de suikeracijns, die steeg van 4.4 tot 4.5S millioen. De successierechten verbeterden 3 ton. Ze kwamen van 2.5 op 2.8 millioen. Deze tendenz valt niet voor de eerste 9 maan den op te merken. Er is integendeel een achterstand van 3 millioen. Behoudens een paar kleine verbeteringen van enkele duizenden guldens bij de grond belasting en de domeinen, is er verder niets dan achteruitgang. Hetgeen maar zege wil, dat het lang nog niet alles rozengeur en maneischijn is. Wie dat op grond van enkele betere cijfers zou denken, heeft het glad mis. Met de inkomens- en vermogensbelasting blijft het droevig gesteld. September bracht een achterstand van 8 ton voor de eerstge noemde belasting. Voor de eerste drie kwar talen bedraagt de achteruitgang nu al li millioen, daar er een daling is van 57 op 43 millioen. Het eenige wat ei gunstig is aan deze cijfers, is de omstandig heid, dat het laatste cijfer nog 6 millioen boven de raming blijft. Er zal echter met een sterkere achteruitgang in de komende maanden moeten worden gerekend, ook al zullen de binnenkomende bedragen weei greoter worden vanwege de inning der gel den over het nieuwe belastingjaar. De vermogensbelasting leverde ditmaal 6 ton, d.i. 14.000 minder dan verleden jaar. Vcor de eerste negen maanden is de raming bereikt. De achterstand bedraagt echter 1.7 millioen. Met de accijnzen gaat het immer verder bergafwaarts. De zoutbelasting bleei io.OOO, de geslachtaccijns 2000. de ac cijns op wijn 2 ton, de gedistilleerd-accijns eveneens 2 ton en de bieraccijns 43.000 bi] 1932 ten achter. De tabaksaccijns liep van Het stemt tot groote voldoening, dat Hare Majesteit de groote verdiensten van dezen kenner van het administratieve recht heeft geaccentueerd door het verleenen eener hooge onderscheiding. Een andere, zeker niet minder passende hulde is den jubileerendo gebracht door de aanbieding en de uitgave van een boekwerk bevattende een bloemlezing uit zijn vele artikelen, die her en der verspreid liggen. Deze hulde aan Dr Vos is tevens een blijde feestgave- aan leerlingen, vrienden cn vereerders van den jubilaris. Als wij den publicist uit de sleutelstad ten slotto onze gelukwenschen aanbieden, zouden wij daaraan nog een wensch willen toevoegen: dat het Dr Vos gegeven moge zijn om onze rechtsliteratuur te verrijken met een inleiding tot het administratieve Zoo een, dan is hij de man, om in deze leemte te 2 tot 1.85 millioen terug. Voor de eerstt negen maanden is er thans een daling van 20.6 tot 17.2 millioen. Dat geeft bedroe vend weinig moed voor een nieuwe heffing'. De zegelrechten daalden van 1.5 tol 1.2 millioen en de registratierechten van 828.000 tot 814.000. De eerste daalde in r.egen maanden ruim 1 millioen, de laat- sien stegen met 4 ton. Men ziet, dat er nog allerminst reden is om een juichtoon aan Ie heffen. Het uitein delijk resultaat dezer middelenstaat moge niet ongunstig schijnen, in wezen staat de zaak anders. Tenslotte blijkt uit al dez* cijfert, dat van een werkelijke conjunc lureele verbetering nog allerminst sprakt is. Integendeel, uit alles blijkt, dat de crisis in ons economisch bestel steeds dieper ln vreet en dat tot nu toe alleen verhoogde heffingen de schokken konden opvangen. De inkomsten ten bate van het Wegen fonds bedroegen in negen maanden 18.1- milr'ocn (v. j. 17.6), ten bate van het Ge meentefonds 52.9 millioen (v. j. 60.8 mll- licen) en van het Leeningfonds 1914 3b.» millioen 44.4 millioen). Het laatste Fonds zal per 1 Januari 1934 gaan verdwijnen. Vanaf dat oogenblik zullen dus onze oogen niet meer weemoedig staren naar alle som berheid, die uit de opbrengst dezer midde len de laatste maanden spreekt. Dat is bij alle crisisnarigheid nog een groot geluk. Al zal dat tenslotte wel neerkomen op een verlegging van accent CREDIET VOOR HARING- REEDERS? DE LAGE HARINGPRIJZEN Daar de haringprijzen steeds lager loopen, hetgeen ook op de export-prijzen zijn in vloed uitoefent, vreest men in reederskrin- gen, dat Duitschland zijn invoerrecht op haring zal verhoogen. Men hoopt, dat de re geering evenals verleden jaar een crediet zal beschikbaar stellen, om den haring-aan voer tegen gematigde prijzen tijdelijk uit de markt te nemen. De Scheveningsche reedersvereeniging heeft besloten, voorloopig geen haring meer in publieke afslag te verkoopen. Ook in Vlaardingen en Katwijk worden maatregelen overwogen. Indien regeerings- steun uitblijft, zal het bedrijf spoedig ge dwongen worden de haringvisscherij stop te TERAARDEBESTELLING MEJ. H. S. S. KUYPER DONDERDAG A.S. OP OUD EIK EN DUINEN TE DEN HAAG Men meldt ons uit Den Haag: Omtrent de begrafenis van mej. H. S. S. Kuyper vernemen we nader, dat het stof felijk overschot hedenavond in de rouw kapel van Oud Eik en Duinen zal worden opgebaard. Donderdagmiddag om half twee zal ten huize van de overledene, Blanken burgstraat 27, een rouwdienst geleid wor- den door ds. A. G. Barkey Wolf, predikant bij de Geref. Kerk Den Haag-Oost, waarna om half drie de stoet naar de begraafplaats vertrekt. Aan de groeve zal vermoedelijk alleen als spreker optreden dr. K. Dijk, pre dikant bij de Geref. Kerk van Den Haag-W. De Bond van Meisjesvereenigingen op Geref. grondslag, waarvan de overledene eere-presidente was, zal te half twee in de Valkenboschkerk een korte herdenkings bijeenkomst houden. DEN HAAG GEMEENTERAAD Heel veel hebben we over de Raadsver gadering van gister niet te zeggen. Over de afgewimpelde annexatie wil de heer Joëls nog wat napraten. O.i. voorloo pig een nuttelooze liefhebberij. En dat de Scheveningsche jeugd vernielzuchtig is, is niet onbekend. Of zij in dit opzicht een uit zondering maakt op de overige jeugd, be twijfelen we. Onze indruk is, dat al ons mooie dure onderwijs op de verwildering der jeugd weinig invloed ten goede oefent. Hoofdonderwerp der vergadering was de interpellatie-v. Langen over de „verslech tering" der steunregeling. Wat daarvan te zeggen? Men kan haar betreuren, maar geen ge meenteraad heeft de macht er iets aan te veranderen. Er over gaan praten? Dat is heel eenvoudig. Maar kan het helpen? Slechts wie zich zelf en anderen wil mis leiden, kan daarvan positief resultaat ver wachten. De Regeering moet met haar uitgaven omlaag. Ook de gemeenten. Daar is niets, absoluut niets aan te veranderen. En ge schiedt het niet snel, dan staan we straks voor veel ernstiger dingen: men zie maar eens in de wereld rond, waar de niet-wer- kenden in doorsnee het 50 pet. slechter hebben dan hier te lande. De heeren v. Langen en Drees mogen zich daarvan thans weinig aantrekken en niet-reëele redevoeringen houden, de feiten zijn zooals we zeiden. Daar helpt geen camouflage of lievemoederen aan. Be ter dan verzet is medewerken in de eenig goede richting, willen we straks niet voor een chaos komen te staan. Economisch kunnen we niet op den ouden voet blijven leven en zelfs meenen we, dat we met ons huidig stelsel van steun op allerlei gebied zullen vastloopen. Er wordt genomen daar, waar steeds meer afgaat. Op die wijze ma ken we den put steeds dieper. We zuilen ons te groote huis voor een kleiner moeten inruilen. Wie deze waarheid te lang uit den weg gaat, loopt gevaar straks heole- maal geen huis meer te vinden. Wie zich aan een ander spiegelt, spiegelt zich zacht. Zie over onze oostergrenzen en laat ons tijdig wijs worden, opdat ons gespaard worde de economische jammer, waarvoor men daar Volgende maal stemmen we opnieuw over oen mofie-v. Langen, die niets dan een gebaar is. Wie dan aan den schijn wil of feren, krijgt zijn kans wederom. DE VLIEGRAMP IN DE BETUWE BEGRAFENIS DER VIER SLACHTOFFERS Gistermiddag werd op de Algemeene Be graafplaats te Brummen teraarde besteld het stoffelijk overschot van den Donderdag j.l. bij het vliegtuigongeluk in de Betuwe om het leven gekomen luitenant-vlieger Jhr. E. J. M. van Coehoorn van S m i n i a. De belangstelling van de zijde van auto riteiten en vereenigingen zoowel als van particulieren uit Brummen en Den Helder enorm. Ongeveer vijftig bloemstukken en kransen dekten de baar, die gedragen werd door oud-leden van de Voetbalvere niging „Brummania", waarvan de overle dene vroeger lid was. Als slippen dragers fungeerden een tiental vrienden en collega's van den overledene. Aan de groeve werd gesproken door over ste Van Santen, commandant der lucht- aartafdeeling, commandant v d. Mandele, commandant van het 4e halfregiment hu zaren te Deventer, den directeur van het Chr. Lyceum te Zutphen en Ds. Mudde uit Brummen. De vader van den overledene, Jhr. H. von Coehoorn van Sminia dankte voor de laat ste eer, zijn zoon bewezen. Bij de begrafenis van luitenant-vlieger Jhr. H. G. .T. A. van A s c h van W ij c k. welke te Woudenberg plaats had, was een groot aantal kameraden van den overlede ne aanwezig. Voorts een deputatie van liet Eerste Regiment Veldartillerie en een aantal vertegenwoordigers der huzaren, on der command! van de luitenants Jhr. Mi- chiels van Kessenich en Winckel. Ook uit den omtrek waren velen samengekomen om den overledene de laatste eer te be wijzen. Om kwart over elf bereikte de stoet de doodenakker. De baar was gedekt met de driekleur, waarop twee bloemstukken la gen en werd gedragen door tien vliegoffl- cieren. Aan de groeve voerde als eerste spreker het woord Jhr. van Asch van Wijck, groot vader van den overledene. Hierna sprak overste Van Santen, commandant van de Luchtvaartafdeeling Soesterberg. Uit naam van ouders en familie dankte een broer van den overledene, waarna ver volgens gelegenheid bestond den overledene een laatsten bloemengroet te brengen. Te Zeist is het stoffelijk overschot van sergeant-majoor A. G. V ermeulen ter aarde besteld. De haar werd door werktuig kundigen naar de laatste rustplaats ge dragen. Kapitein van Hevst sprak namens den commandant van de Luchtvaartafdeeling overste Van Santen, en herdacht den over ledene als een plichtsgetrouw ijverig en kundig werkman. Kolonel Oudendijk sprak namens het ge- heele personeel en herinnerde aan den schok, die door het geheele personeel was gegaan hij het vernemen van het ongeval. Officier-vlieger Schaper bracht een laat- sten groet, waarna Ds. Tuinstra het woord voerde. De broer van den overledene dankte. Te omstreeks kwart over elf had vanuit het militaire hospitaal te Utrecht op het oude Kerkhof te Utrecht de teraardebestel ling plaats van sergeant W. C. van Har- De baar werd gedragen door een tiental collega's sergeant-vliegers. Achter de baar sloten zich, naast vele familiebeden, mili tairen en burgerlijke autoriteiten aan. De eerste spreker was luit.-kolonel G. Doorman, namens den Minister van De fensie. Als tweede spreker voerde 't woord kapt F. A. van Heyst, namens den com mandant van de Luchtvaartafdeeling Soes terberg. Hij bracht een laatste groet aan seregant Hardeveld. Nadat nog een drietal sprekers het woord had gevoerd, strooiden de collega's en vele belangstellenden als laatst vaarwel bloemen in het graf, waar na een familielid voor de betoonde belang stelling dankte, in het bijzonder voor de aanwezigheid van den vertegenwoordiger van H. M. de Koningin. Kranslegging te Soesterberg Gisteren had te Soesterberg een krans legging plaats hij het gedenkteeken voor de gevallenen der luchtvaartafdeeling door de Algemeene Ver. van Nederl. Reserve- Offcieren in verband met het noodlottig on geval te Lienden. De kranslegging vond in alle stilte plaats, daar de Vereeniging meende op deze wijze de nagedachtenis het beste te eeren. Voornaamste Nieuws* (blz. 1) De teraardebestelling van de slachtoffers can het vliegongeluk in de Betuwe. De Rijksmiddelen hebben in September 33.255.400 opgebracht of 3.322.500 meer dan verleden jaar. (blz. 2) Henderson antwoordt Von Neurath ovec Duitschlands breuk met Genève. Von Neurath legt -.en verklaring af, waar- 1 de stap der Duitsche regeering nader wordt tc gelicht. De heer A. Pelt. directeur van de infor- matie-afdeeling van het Volkenbondssecreta riaat. (blz. 3) Financieele brief uit Amerika. Geen in flatie in de Vereen. Staten. De buitenlandsche handel vai. ons land toont een geringe verbetering in de maand September. (blz. 5) De viering van Koninginnedag door de Amerikaansche afstammelingen der Hollan ders in Chicago. (blz. 91 Te Winterswijk zullen oefeningen worden gehouden ter bestudeering van het vraag stuk der bescherming van de burgerbevolking tegen de gevolgen van aanvallen uit de lucht. Op onderzoek in Duitschland XLJ. F. M. KNOBEL t BEKEND NEDERLANDSCH CONSUL De Nederlandsche consul-generaal te Leip zig, de heer F. M. Knobel, die te Berlijn vertoefde om als vertegenwoordiger van de Nederlandsche regeering het proces over den brand in den Rijksdag te volgen, is gisteravond, terwijl hij een bioscoopvoor stelling bijwoonde, door een beroerte ge troffen en overleden. De heer Knobel werd in 1857 te Amster dam geboren. In 1883 werd hij vice-consul te Petersburg, in 18S9 consul-generaal te Te heran. Tijdens den Boxer-opstand woonde hij met den persoonlijken titel van minis ter-resident te Peking. In 1905 volgde zijiï benoeming te Pretoria. Daarna is de heer Knobel van 1913 tof 1918 lid geweest van de Tweede Kamer, waarin hij deel uitmaakte van de liberale Kamerfractie. HET GEBOUW VAN DEN OCTROOIRAAD DE OFFICIEELE OPENING Gistermiddag is te Den Haag in tegenwoor digheid van Minister Verschuur en van vele belangstellenden het nieuwe gebouw van den Octrooiraad officieel geopend. Door den voorzitter van dit lichaam, Mr. A1 i n g h Prins, wedr een welkomstwoord gesproken, waarna de Minister, met een korte verwijzing naar de vorige huisvesting van den Raad, het nieuwe gebouw officieel voor geopend ver klaarde. Gemengd Nieuws DOODELIJKE VAL De timmerman H. W. te Uithuizermeeden (Gr.) is, toen hij in de hanebalken van de schuur van een boerderij aldaar werkzaam heden verrichtte, naar beneden gevallen. De man was onmiddellijk dood. Het slacht offer was 34 jaar oud en laat een vrouw en vier kinderen achter. het vliegongeluk te lienden Te Woudenberg had gisteren de begrafenis plaats van het stoffelijk overschot van den Jr r' I™ Asch}'an ^ijck, een van de vier slachtoffers van het vreeselijk vliegongeluk te Lienden Aan de groeve spiak overste van Santen, commandant van het vliegerscorps te Soesterberg. 1

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1933 | | pagina 1