WRIGLEY
ECONOMISCHE OPBOUW VAN
NEDERLAND
BINNENLAND.
MAANDAG 19 JUNI 1933
TWEEDE BI AD PAG. 5
ECONOMISCHE PROBLEMEN
DE EERSTE STAPPEN
I
Vanzelfsprekend heeft Nederland af te
wachten, wat de economische wereldconfe
rentie zal brengen. De delegatie staat onder
leiding van onzen minister-president, die
eohter het grootste gedeelte van den tijd in
Nederland zal blijven om vanuit den Haag
de richtlijnen aan te geven. Het ziet er naar
uit, dat deze conferentie zeer langen tijd in
beslag zal nemen en Dr. Col ij n kan juist in
deze critieke periode niet worden gemist.
Intusschen dient men den economischen
opbouw van Nederland voor te bereiden; de
eerste stappen, welke gedaan moeten worden
om een krachtige eenheid tegenover het bui
tenland te vormen, is het nauwer aanhalen
van de economische banden met onze Over-
zeesche gebieden, Nederlandsch-Indië, Suri
name en Curasao.
Ten tijde van de overheersching van den
vrijhandel beschouwde Nederland het groote
afzetgebied in die gewesten als een soort in-
cidenteele markt, waarmede wij bedoelen,
dat wanneer de in Indië te maken prijzen
in vergelijking met andere martcten hoog
waren, de exporteurs hun goederenzendingen
daarheen richtten. Liepen de noteeringen
echter terug, dan verwaarloosde men die
markt om elders een beteren prijs te ma
ken. Hieruit volgt, dat de Nederlandsche pro
ducent zich niet hecht nestelde in het gebied,
dat voor ons juist zoo veel zou kunnen be-
teekenen. Het kon ons niet zoo veel schelen,
of andere naties zich ook voor den handel
op onze Koloniën gingen interesseeren. Want
er was nog een factor welke ons
onvoorzichtig maakte
en wel de groote geneigdheid van de ingeze
tenen in Nederlandsch Oost-Indië om zich
tot „merk-artikelen" te bepalen. Het was
uiterst moeilijk een nieuw „merk" in Indië
in te voeren, ook al bij een beduidend lageren
prijs. Men dronk bijv. Apolinaris „tjap
(merk) Bolah", welk merk belangrijk hooger
in prijs was dan het inheemsch geprodu
ceerde spuitwater. Het was dus steeds loo-
nend om „tjap bolah" te blijven invoeren,
ook al deed men er geen moeite voor. Men
liet de behartiging der Nederlandsche ex-
porteurs:belangen over aan in Indie gevestig
de importeurs die een behoorlijke commis
sie genoten, hun vrijheid op bijna elk ge
bied behielden en slapend behoorlijke win
sten maakten door de reeds genoemde nei
ging om zich bij Lekende merken te
houden.
Geleidelijk kwam ook hierin verandering.
Vooral na en gedurende den oorlog. Men
werd gevoeliger voor prijs, naarmate Indië
in het wereldverkeer getrtokken werd. Men
bemerkte, dat de goedkoopere artikelen in
kwaliteit niet bij de oude „merken" onder
deden en met groote energie trachtten onze
concurrenten wél een permanente markt te
scheppen. Onze goederen begonnen er hoe
langer hoe meer uit te raken.
Was de Nederlandsche industrie destijds
niet zoo laksch geweest door zich geheel en
al toe te vertrouwen aan de Indische ex
porthuizen, maar had zij zelf gezorgd geheel
op de hoogte te blijven van hetgeen zich in
Indië afspeelde, dan zou de
in Indië vermoedelijk niet zulke groote ver
houdingen heibben aangenomen. De Indische
importhuizen hadden, nét ais elke handelsin
stelling, het doel voor oogen winst te maken
en liefst zoo veel mogelijk. Zij hebben natuur
lijk méér profijt van een goedkoop artikel,
dat geleidelijk algemeen afzet vindt, dan bij
een kwaliteitsgoed, dat niet meer gevraagd
wordt Vandaar, dat de Indische huizen zich
meer en meer op Japan gaan instellen en
het Nederlandsche product verwaarloozen.
De Overzeesohe importhuizen van eenige
beteekenis bezitten op het moment kanto
ren in Japan en zij breidden den Japanschen
handel zooveel mogelijk uit Nederland kan
op het moment nog zoo zijn best doen, maar
het zal er niet in slagen om het verloren ge
bied, zonder meer, terug te winnen!
Elke commissie, in Nederland ingesteld
met betrekkelijk eenzijdige belangen nl. om
den Nederlandschen export naar Indië te ver
grooten, moet schipbreuk lijden. Want Indië
is geleidelijk tot een economische zelfstan
digheid opgevoed en het zal zich niet meer
laten beïnvloeden door hetgeen nuttig en
noodig is voor het Moederland zonder tegen
prestaties te willen erlangen. Wij vinden dit
niet alleen logisch, maar ook volkomen bil
lijk!
De heer Colijn zal dan ook ongetwijfeld zijn
eigen weg al hebben afgebakend hoe dit pro
bleem op de juiste wijze op te lossen, want
het moet worden opgelost. Nederland en
zijn Overzeesche gebieden vormen in een
autarkisch gerichte wereld een
tè belangrijke eenheid
om niet alle mogelijke moeite te doen deze
tot stand te brengen en liefst zoo spoedig
mogelijk.
Het lijkt ons het verstandigste toe een Ne
derlandsch Ottawa bijeen te roepen. De Re-
geering moet in Den Haag om de ronde tafel
vertegenwoordigers van alle Nederlandsche
gebiedsdeelen om zich vereenigen; alle be
drijfstakken dienen er vertegenwoordigd te
zijn. In die rondetafel-conferentie moeten
alle economische problemen worden bespro
ken en men zal dieneü te komen tot een
soort tol-unie, waarbij de belangen van an
deren niet mogen worden geschaad. Want
Nederland en Indië zullen een gebied blijven
vormen, dat op den export is ingesteld. Ne
derland kan niet alle koloniale producten,
uit Indië afkomstig, in eigen land verbrui
ken, terwijl omgekeerd Indië geen voldoende
markt heeft om de Nederlandsche agrarische
en industrieele producten te kunnen afne
men in zulke hoeveelheden ,dat ons export-
surplus grootendeels in die richtig zou kun
nen verdwijnen. Maar tezamen vormen wij
een eenheid van circa 60 millioen zielen;
werpen wij elkaar den bal toe, dan kan de
wederzijdsche consumptie van elkanders goe
deren beduidend toenemen, terwijl wij naar
buiten onze gezamenlijke koopkracht kun
nen benutten om voor elkander de meest
gunstige handelscondities te kunnen ver
krijgen.
Hierbij doen zich enkele belangrijke fac
toren voor. Ten eerste zal Amerika en Enge
land in een economischen oorlog worden
gewikkeld, want beide landen, die steeds el
kanders rivalen zijn geweest, getuige den
economischen strijd bijv. in Zuid-Amerika,
waar Washington in vele opzichten Enge
land verdrongen heeft, zullen elkander steeds
verder bestrijden, nü met hun munt, later
met andere wapenen. Duitschland heeft groo
te hoeveelheden koloniale waren noodig, ter
wijl Berlijn onze bjnnenl. markt niet kan
missen. Door een gezamenlijk optreden zul
len Nederland en Indië een krachtiger
druk kunnen uitoefenen op de Duitsche auto
riteiten. Door compensatie zullen wij onze
goederen naar andere markten kunnen bren
gen in ruil voor de artikelen, welke op die
markten worden verhandeld en zoo kunnen
wij doorgaan met het opnoemen van de groo
te voordeelen, welke een nauwere band tus-
schen Nederland en Indië zal kunnen teweeg
brengen.
De heer Colijn, Indië-kenner bij uitne
mendheid, rechterhand destijds van wijlen
Gouverneur-Generaal van Heutz, de openleg
ger van onze Buitenbezittingen, zal voor een
vervolmaking van zijn vroegere taak staan.
Hij heeft destijds den geheelen Archipel be
reisd hij weet, wat Indië kan bieden en
wat ons mooie tropenland noodig heeft. Hij
beseft, als elk rechtgeaard oud-inwoner van
Indië, hoe weinig werkelijke belangstelling
er in Nederland voor Indië bestaat behalve
dan voor winst, die men eruit trekken kan
en hij zal geen middel ongedaan laten om
den band, die er tusschen economisch Ne
derland en economisch Indië niet bestaat,
te helpen vormen. Vooraanstaande Neder
landers zullen in direct contact komen met
vooraanstaande Indiërs, met welke laatste
woord wij bedoelen ingezetenen van Indië,
van welken landaard ook.
Er is op dit gebied veel te doen!
OFFICIEELE BERICHTEN
RECHTERLIJKE MACHT
teekenon:
Dr S Stur
Orde van hei
J H Muldc
der Orde vai
Herstelde Pofjn;
Officier der
■echt: Ridder
BU beschikkin;
'elegrrafle en Telefonie,
ugustus 1933 aangewen
t Post-, Telegraaf-
RIJKSVERZEKERINGSBANK
BU Kor
1933 aan
RUksverz
duit is met Ingang van 16 Juni
G Plasmeyer, op haar verzoek
nd. als adjunct-commies bij de
INSPECTIE HAVENARBEID
Het hoofd van het 2e en 3e district der In
spectie van den Havenarbeid te Amersfoort zal
van 19 Juni tot en met 13 Juli 1933 als zoodanig
worden vervangen door den hoofdinspecteur
van den Havenarbeid C Mörzer Bruyns to Rot-
EEN NIEUWE INDUSTRIE
TE DOETINCHEM?
De gemeenteraad van Doetinchem heeft
geheime zitting gehouden, ter bespreking
van regelingen in verband met de vestiging
van een nieuwe industrie in de gemeente.
Na een geheime zitting van rum een uur
deelde de voorzitter in de heropende verga
dering mede. dat er plannen bestaan voor de
vestging van een nieuwe industrie in de
voormalge electromotorenfabriek „De Vijf',
maar, dat daartoe in verschillend opzicht de
medewerking van de gemeente noodig is.
Deze voorwaarden betreffen den toegangs
weg tot de fabriek en de verlichting daar
van. het vergrooten van de haven tot aan de
fabriek op vaardiepte van den Ouden IJssel
en het tot 1943 in optie geven van een aan
grenzend terrein ter grootte van ruim 10.000
vierk. meter tegen den koopprijs van 1 per
vierk. meter.
De voorzitter verklaarde op een desbetref
fende vraag, nog niet in staat te zijn mede-
deelingen te doen omtrent den aard der te
vestigen industrie.
Uit de debatten viel nog op te maken,
dat er door deze industrie circa 400 arbeiders
zullen worden tewerk gesteld, hetgeen be-
teekent dat voor Doetinchem het werkloozen
vraagstuk ongeveer wordt opgelost
WRIGLEY'S
KAUWGOM
IN OE MONO
JCAUNUI
TEGEN ROODE TERREUR
Dezer dagen plaatste Ds. J. Hetebrij, te Ril
land, in enkele Christelijke bladen een op
roep, om hem bewijzen van instemming te
zenden me een plan voor de vorming van
een comité van actie tegen roode terreur.
Vele blijken van instemming werden ge
zonden. Thans wordt ons echter, mede na
mens Ds. Hetebrij geschreven dat aan den
wensch reeds voldaan wordt door het op
treden van het Hoofdcomité van Actie uit
de Christelijk-Sociale organisaties. Dit co
mité, waarin zoo goed als alle Christelijk-
Sociale organisaties (de algemeene Christe
lijk-Sociale Bonden, de Christelijke arbei
dersvakbeweging, de Christelijke organisa
ties van werkgevers, middenstanders
boeren) vertegenwoordigd Rijn, heeft ten
doel, in eendrachtige samenwerking w
zaam te zijn en zoo noodig daadwerkelijk
op te treden tegen revolutionaire woelingen.
Aan de terreurgevallen, die het comité ter
kennisse wordt gebracht, wordt eveneen
noodige aandacht besteed.
Het Foofdcomité kcra in het verleden en
kan vooral nu, door verzameling van feiten
materiaal, aanhangig maken van deze feiten
ter plaatse waar dit beteekenis heeft en
zoo noodig publicatie er van bevorderen,
dat, indien andere groepen door daadwerke
lijk optreden den Christenen zouden willen
beletten hun belijdenis te beleven, dene be
lemmering wordt weggenomen.
Medede»1 ngen of opmerkingen, die voor
den arbeid van het Hoofdcomité beteekenis
hebben, kunnen worden toegezonden
het bureau: Abstederdijk 204 Utrecht.
Als Deventer pierewaait
de hoeveel-
DEVENTER. 16 Jun
de kermisweek, welk
hot verleden behoort.
hoeveelheid poffertjes
heid verorberde g(
consumptie van bier liet ook niets te
wenschen. Vermoedelijk is niet min
der gedronken en geschonken dan
circa 100.000 liter! „Tel."
Deventer! dit moet ik zeggen:
Ondanks alle crisisleed
Huldig je het schoon principe:
Lach, Paljasso! en vergeet!
Ach wat zou 'et! Armoe? Zorgen
Kommer om het aardsche slijk?
Keer je rug naar de ellende!
Als je lacht dan hen je rijk!
Laat de heele boel maar waaien!
In de groote caroussel
Op een houten hobbelpaardje
Hobbel je je uit de knel!
In de schiettent schiet je vroolijk
Heel de santenkraam kapot!
In de lachtent is je buurman
Nog belachelijker zot!
Wil de bakker niet meer poffen
Trek je daar geen laars van aan:
Laat hem met z?n bakerpraatjes
Naar de spullenbazen gaan!
Die gaan met de duiten schuiven
Van de kermiskoeksche stad;
Deventer in crisisdaaen
Kijkt niet op eer ton of wat-
Vijf en twintig duizend gulden
Schuimend bruisend kermisbier
Is nog maar een simpel slokje
Uit de beker van plezier!
Zeur niet, klaag toch asjeblieft niet
Om dat kleine frutje poen!
Als de kermis morgen weer kwam
Zou ik 't nog es over doenI
(Nadruk verboden)
LEO LENS
EEN VASTE BRUG BIJ
DOESBURG
KOSTEN UIT TOLHEFFING
De mogelijkheid sahijnt te bestaan, dat
de bouw van een vaste brug te Doesburg
zal worden bespoedigd, omdat een Haag-
sche firma daaromtrent voorstellen heeft
gedaan. De financiering van dezen bouw
zou namelijk geschieden door handhaving
van het tolrecht, waarvan de jaarlijksche
opbrengst meer dan voldoende is.
Een zuster van het Harrow-hospitaal (bij Londen) die Te Den Haag kwamen ten gevolge van waterbederf groote scholen visschen aan de oppervlakte van den Hofvijver,
met haar medezusteren brandweeroefeningen houdt t Was een heel attractie, niet alleen voor de eenden die gem akkelijk aan den kost kwamen, maar ook voor kijklustigen.
Williams uit Los Angeles heeft 'n buitenboords
motor aan zijn zweminrichting geconstrueerd