Jilicawr (ümtrant
Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor L eiden en Omstreken
EERSTE BLAD
Gemeentepersoneel
en wettig gezag
ABONNEMENT»
Per kwartaal In Lelden en In plaat-
sen waar 'n agentschap gevestigd ls ƒ2.35
Franco per post 2.35 portokosten.
Per week 1
Voor het Buitenland bij wekelijk-
»che tending „4.50
Bu dageiijksche zending „5.50
Alles bi] vooruitbetaling
Losse nummers 5 cent
met Zondagsblad 7Vfe cent
Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar
Bureau: Breestr-iat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936
N°. 3990 'WOENSDAG 14 JUNI 1933
ADVERTENTIEN
Van 1 tot 5 regels.
urn
Elke regel meer0.22ty
Ingez. Mèdedeellngen
Van 1—5 regels 2J0
Elke regel meer0.45
Bil contract belangrijke korting.
Voor het bevragen aan 't bureau
wordt berekend 0.10
14e Jaargang
Dit nummer bestaat uit TWEE bladen
Wie zich heden
abonneert,
ontvangt de tot 1 Juli a.s.
verschijnende nummers
ons blad GRATIS
De Administratie
WERKELIJKE LEIDERS!
Om de vrienden te winnen gaat Mr. Duys
in zijn brochure de politieke vijanden zoo
veel mogelijk te lijf. Dat is onbillijk, maar
het is te dragen, gezien het feit, dat de
schrijver zijn partij voorhoudt hoe zij tel
kens aanleiding gaf tot „onjuiste" beoordee
ling. Zoo zal het nimmer in het hoofd van
een sociaal-democraat opkomen om „de
mobilisatie te saboteeren" en met de mui
terij was- men het niet eens; maar...... toe
gegeven moet worden, dat de partij na 1918
met een compromis-resolutie kwam, welke
„reserves maakte en zinswendingen en uit
drukkingen bevatte, welke alles te wen-
schen overlieten"; en na de muiterij had
de S.D.A.P. sterker gestaan, door „een dui
delijker, voor geen tweeërlei uitleg vatbare,
onomwonden uitspraak der Partij, in het
algemeen ten opzichte van onze verhou
ding tot het wettig gezag".
O zoo; maar stel, dat de S.D.A.P. verkeerd
beoordeeld is, bij wie ligt dan de schuld?
Toch zeker niet bij ons.
En de oorzaak van deze reserves, deze
zinswendingen, „deze slagen om de arm,
waardoor de Partij in een onmogelijke posi
tie geraakt?" Waarom erkent de schrijver:
„de verhoudingen in onze samenleving spit
sen zich zóó toe, dat punten, die men wel
licht vroeger eenigszins en bagatelle kon
behandelen, of waarover men met een of
andere algemeene frase j(waardoor men nog
alle kanten uit kon) kon heenglijden, thans
om een duidelijke uitspraak vragen, wil
men het verwijt van dubbelzinnigheid, „on
betrouwbaarheid" enz. ontgaan?"
Omdat hij ook erkennen moet, hoezeer
men werkt „met het volkomen vooze argu
ment", dat wanneer de partij „zich correct
tegenover de Koningin gedroeg, die zich zóó
constitutioneel tegenover de partij ge
draagt", dat dan vele arbeiders het niet
zullen „begrijpen" en afgestooten worden.'
Maar, aldus vervolgt hij: „Ik geloof daar
niets van, daargelaten dat voor werkelijke
.Leiders" eener partij deze vraag geen
vraag behoort te zijn, als men overigens het
feene standpunt juist en het andere ver
keerd acht. Het zal dan eenvoudig onze
taak zijn de niet-begrijpenden tot begrij
penden te maken. Er zullen er misschien
ook zijn, die hier niet willen begrijpen,
maar zou het voor een goede stevige
sociaal-democratische beweging zoo erg zijn
deze elementen te zien verdwijnen?"
Dat is dappere taal, doch hoe denken de
iorde wethouders en raadsleden in Amster
dam er over, die met kokkers van letters
in de roode pers laten publiceeren, dat zij
legen loonsverlaging zijn, nadat ze met
de roode federatie overleg hebben gepleegd?
En die het tolereerden, dat een drietal
raadsleden smadelijk werd weggezonden,
omdat zij stonden vóór hun overtuiging. De
partij vond dat zeker geen „dappere onge
hoorzaamheid" maar strafbare wederspan-
nigheid.
En het zal nog heel lang duren, voor
men de heusche waarheid welke Duys hier
spreekt, durft aanvaarden. De redactie der
arbeiderspers vindt het veel gemakkelijker
de „burgerlijke leugenpers" met een onna
volgbaar taaltje te lijf te gaan dan iets van
<le waarheid in eigen kring te zeggen. Er is
immers zie het hoofdartikel van 9 Juni
geen sprake van een „ernstige gisting"
in de partij"
DE LOTING VOOR DEN DIENST
PLICHT
MORGENMIDDAG TE DEN HAAG.
De jaarlijksche loting voor den dienst
plicht zal morgenmiddag om 2 uur plaats
vinden in de Rolzaal, Binnenhof 8, te Den
Haag.
Deze loting zal worden gehouden voor de
lichting 1935, waartoe in het algemeen per
sonen komen te behooren, die zijn geboren
in 1915. Deze personen worden eerst in Ja
nuari 1934 voor den dienstplicht ingeschre
ven. Dat de loting aan de inschrijving voor
afgaat houdt verband met de vooroefenin
gen ter verkrijging van verkorting van eer
ste oefening, voor welke vooroefeningen
men zich ook reeds vóór de inschrijving
moet aanmelden.
De loting heeft tegenwoordig ten doel,
den ingeschrevene aan te wijzen, die in elke
gemeente het eerst in aanmerking komt
om tot gewoon dienstplichtige te worden
bestemd. Alleen degenen, wier geslachts
namen alphabetisch voorafgaan aan
den uitgesloten naam en niet ver van de
zen naam verwijderd zijn, hebben kans op
vrijlaten. Het vorig jaar was het de naam
Wouters, Gerrit William, die door
de loting als nr. 1 werd aangewezen.
Onder vrijloten moet men verstaan het
bestemd worden tot buitengewoon dienst
plichtige, waaraan alleen opkomst bij bui
tengewone omstandigheden yerbonden kan
worden.
De loting wordt in t openbaar gehouden.
BINNENLAND.
OFFICIEELE BERICHTEN
RECHTERLIJKE MACHT
Bij K. B. ls aangewezen voor een tijdvak,
hetwelk eindigt 1 Sept. 1934, in de enkelvou
dige kamer voor de benandeling van burger
lijke kinderzaken, tevens belast met de behan
deling van kinderstrafzaken van de arrondisse
mentsrechtbank te Winschoten, tot lid Mr J. F.
23. J. Godding, rechter; ht j t
CONSUL VAN SIAM
Bij IC. B. is de heer P. H. baron Taets van
rongen erkend en toegelaten ala consul
Siam te Amsterdam.
DE WEELDEVERTERINGS-
BELASTING
WETSONTWERP INGETROKKEN.
De minister van financiën heeft aan den
voorzitter der Tweede Kamer medegedeeld,
dat hij, daartoe door de Koningin gemach
tigd, het wetsontwerp betreffende heffing
eener weeldeverteringsbelasting intrekt.
DE NIEUWE Z.-AFRIKAANSCHE
GEZANT
Dr. H. D. VAN BROEKHUIZEN.
Als opvolger van Z.Exc. Dan. J. deVil-
l i e r s als buitengewoon gezant en gevol
machtigd minister van de Unie van Zuid-
Afrika te Den Haag, is volgens „Die
Volksstem" benoemd dr. H. D. van
Broekhuizen.
Naar de correspondent te Pretoria van
het „Vad." schrijft is dr. van Broekhuizen,
voormalig predikant, gehuwd met* een
kleindochter van President Kruger, en
steeds een steunpilaar der Nationale Partij
eweesi.
Dr. Van Broekhuizen, die te Leiden is
gepromoveerd, heeft vele vrienden in Ne
derland.
VEREENIGING VAN NEDERL.
GEMEENTEN
DE ALGEMEENE VERGADERING
Te Utrecht werd gister de algemeene ver
gadering gehouden door de Vereeniging van
Nederlandsche Gemeenten.
De voorz., mr PDroogleever ror-
t u y n, burgemeester van Rotterdam, opende
de bijeenkomst met een woord van welkom
aan doe aanwezige leden en aan de over
heidsvertegenwoordigers.
Op voorstel van den voorzitter werd aan
H.M. de Koningin een telegram van hulde
Als bestuursleden werden gekozen: in de
vacatures ontstaan door het aftreden van
de heeren C F Klaar, secretaris van En
schede en mr dr W G A van Sonsbeeck,
burgemeester van Breda (beiden niet her
kiesbaar), de heeren mr G Jansen, burge
meester van Hengelo (O.) en A Verdijk,
burgemeester van Eindhoven en in de vaca
tures, ontstaan door het aftreden van de
heeren M G de Kruyff, burgemeester van
Franeker en F C van Lith, burgemeester
van Veghel (de laatste niet herkiesbaar), de
heeren M G de Kruyff, burgemeester van
Franeker en G M Sutorius, burgemeester
van Teteringen.
Bij do behandeling van het jaarverslag
over 1932 kwamen ter sprake de financieelc
moeilijkheden, die een groot deel der ge
meenten ondervinden en in het bijzonder
de positie der gesaneerde gemeenten.
Daarna sprak mr A Koelma, secretaris
m Alkmaar, over: Samenwerking van ge
meenten met het oog op de behoeften van
den tegenwoordigen tijd.
Om kwart over vijf had de officieele ont
vangst van het gezelschap door 't Utrecht-
sche gemeentebestuur in de St- Michaels-
kapel plaats. Het Utrechtsche gemeentebe
stuur was vertegenwoordigd door den bur
gemeesters en de wethouders Smulders,
Botter weg en Bekker.
Dr J P Fockema Andreae hield een
:est- en beeldrijke begroetingsrede, die werd
beantwoord dóór den voorzitter mr P Droog-
leever Fortuyn. Daarna werden verver-
schingen aangeboden.
Vanmorgen negen uur werd opnieuw ver
gaderd. Mr J J P C v K u y k, burgemees
ter van Veenendaal, hield in deze vergade
ring een inleiding over „De organisatie der
gemeentepolitie".
Vanmiddag werd een autotocht gemaakt
naar het vliegveld te Soesterberg, aangebo
den door het gemeentebestuur van Utrecht.
Na de bezichtiging van het vliegveld, reed
het gezelschap naar het landgoed Rhijnau-
wen, eigendom der gemeente Utrecht, waar
in het theehuis door het Utrechtsche ge
meentebestuur een tl: 2e werd aangeboden.
DE AFSLUITDIJK OPENGESTELD
VRIJ VOOR ALLE VERKEER.
De Afsluitdijk langs het IJsselmeer zal
naar wij vernemen op 1 Juli a.s. definitief
alle verkeer worden opengesteld zon
der de verplichting een bijdrage te storten
ten bate van het N. C. G.
WELKE MAATREGELEN KUNNEN
GEMEENTEBESTUREN
NEMEN?
REDE VAN Mr. Dr. BEUMER
Vereeniging „Groen van Prinsterer"
Gisteren hield de Vereen, van Calvinisti
sche Burgemeesters Wethouders en Secreta
risseri „Groen van Prinsterer" een vergade
ring te Utrecht, die goed bezocht was. De
voorz. de heer Dommisse van Maassluis
zette uiteen hoe het bestuur ertoe gekomen
om de vraag te doen behandelen, welke
in deze vergadering, besproken zou worden,
deelde mede, dat Z. Exc. Minister de Wilde
't plan had gehad zelf de vergadering bij te
wonen, maar bij verhindering wegens ambts
heiligheden den afdeelingschef van zijn de
partement, Mr D. G. W- Spitzen gezonden
had, wien hij welkom heette. Spr. las Psalm
67. ging voor in gebed, en gaf daarna het
woord aan Mr. Dr. E. J. Beumer, vice
president van den Centralen Raad van Be
roep, die als onderwerp voor zijn inleiding
had: „Hoe kunnen gemeentebesturen, ge
zien de bepalingen der Ambtenarenwet-1929,
zich ontdoen van personeel, dat niet bereid
is tot steun aan het weittig gezag?"
Rede Dr. Benmer
Spr. ving aan met op te merken, dat de
Ambtenarenwet 1929 weinig te maken heeft
mei de zaak waarom het hier gaat. Het ge
zag moet gehandhaafd worden. Dat zeggen
niet alleen Anti Revolutionairen, maar ook
tal van andere volksgroepen onderschrijven
dit. Maar voor de A. R. heeft dit bijzondere
beteekenis. Die bijzondere beteekenis is derce,
dat naar ons belijden de overheid regeert
bij de gratie Gods. Zij is dienaresse Gods,
ontleent haar gezag aan Hem en heeft dien
tengevolge rechten en plichten. Abdiceeren
is haar verboden. Zij heeft van ieder te vor
deren eerbied voor en gehoorzaamheid aan
het gezag. Dat is allereerst de plicht voor
ambtenaren, die in moeilijke tijden den
plicht heben het gezag te steunen. Lieden
die niet zijn te vertrouwen op dit punt, zijn
als ambtenaren niet te gebruiken. Dit is
geen uitspraak welke we met vreugde doen,
-in wij genoegen hebben. Het is hoogst
onaangenaam, dat we een dergelijke eenvou
dige waarheid moeten uitspreken. Maar het
staat onomstootelijk vast, dat de over
heid personen, op wier hulp en medewer
king zij ter handhaving van de openbare vei
ligheid en orde niet kan rekenen, als zij ze
juist noodiig heeft, niet kan handhaven. Het
is niet onze schuld, dat hierop moet wor
den gewenen, maar het is de schuld van
hen, die er prat op gaan, dat zij niet onder
alle omstandigheden te vertrouwen zijn.
In dezen tijd, die in menig opzicht merk
waardig is worden tal van uitvindingen
op ergerlijke wijze misbruikt
en komen grove naturen tot ontplooiing. Het
autoverkeer bijvoorbeeld wordt overheerscht
door onbeschaafde individuen, die een ge
vaar vormen voor den netten autorijder en
voor den wandelaar. De radio is een enorme
uitvinding, maar men ontdekt, dat z.g. cul
tuurdragers haar misbruiken door vulgaritei
ten de lucht in te slingeren zulks dikwijls
tot ondermijning van het gezag. Er is een
bioscoopwet, maar een film wordt niet al
tijd gebruikt tot ontwikkeling. Velen zien
er een goed middel in tot opruiing, en als er
een film wordt vertoond, die militaristisch is
staan er jongeren klaar, die dreigen met
terreur. De Arbeiderspers is in de breedte
uitgegroeid, maar in de diepte gezonken Som
mige groote bladen geven correspondenties
van heele of halve communisten, die op den
argeloozen lener van invloed zijn, en ook in
de kolommen der gewone berichtgeving der
bladen wordt vaak de goede toon verloren.
Een geestelijke en zedelijke verwording
komt tot ontwikkeling, welke niet gunstig
is voor betooning van eerbied jegens het ge
zag. Allerwege komt tot uiting
een geest van verzet
die niet wil weten van eerbied voor het ge
zag. In breeden kring is de platste utiliteit
tot beginsel verheven. Dit dateert niet van
vandaag of gisteren. In 1906 schreef Dr. Pan-
nekoek reeds in Het Volk, dat elk middel
om tot het doel van den klassestrijd te ge
raken, geheiligd is. In 1909 schreef mevrouw
Roland Holst in Het Volk, dat het doel de
middelen heiligt. Op 23 Dec. 1914 schreef de
regent Wibaut, dat er geen enkel middel
binnen het bereik van het proletariaat niet
zou mogen worden gebruikt. In 1917 schreef
de redactie van Het Volk, dat zij principieel
geen enkel strijdmiddel afkeurde. In 1923 gaf
de leider van den modernen bond van metaal
arbeiders Dans een interview aan het Volk
het colectief contract. Hij zeide toen,
dat geen solidariteits- of politieke staking
volgens de overeenkomst geoorloofd was,
dat hij had gezegd, dat als het N.V.V.
riep naturlijk wel tot solidaritedtsstaking
zou worden overgegaan. Dat zijn allemaal
bedenkelijke verschijnselen, dat officieele
vertegenwoordigers van groote groepen nich
aldus uitlaten, dat elk middel goed is. De
konsekwentie daarvan is bij staking een ter
reur als in IJmuiden te zien gegeven is- Het
lid der Tweede Kamer, de heer Amelink,
heeft vragen daarover gesteld, maar de Min.
an Staat, Minister van Koloniën, Voorz.
an den Raad van Ministers deed antwoor
den, dat het overleg nog niet beëindigd was,
en dat de vragen dus niet binnen den be
paalden termijn konden worden beantwoord.
Het is te hopen, dat de heer Amelink een
bevredigend antwoord krijgt, maar de bur
gemeester van Velsen heeft zich in elk ge
val goed gedragen en getoond, dat hij zich
niet laat overweldigen (applaus).
Maar kan dat altijd van de ondergeschik
ten van een burgemeester gezegd worden?
De politie bleek niet altijd even krachtig te
kunnen optreden. Dit was niet altijd gebrek
aan energie, er was ook wel eens een andere
reden. Als de vraag gesteld wordt: hoe kun
nen gemeentebeesturen zich ontdoen yan
Mr. Dr. E. J. BEUMER
de sociaal democraten zenuwachtig
Zij schijnen te denken dat dit bijzonderlijk
op hen slaat. Voorzoover zij dit meenen heb
ben ce dit aaa zichzelven te wijten. Hun ge
drag is dan onbetrouwbaar geweest. Spr. gaf
weer eenige citaten van Kuiper, Troelstra en
een citaat uit „Vooruit" in 1932. Het land
bouwvraagstuk zou vanwege de s. d. a. p.
bestudeerd worden. Voorzitter der commissie
de partijvoorzitter. De vraag van confis
catie van den grond werd besproken. Daar
zat men mee, men wilde de kleine boeren
wel in de partij hebben, en toch laten zien,
dat men de grootgrondbezitters wel wilde
onteigenen. Dat werd er op gevonden, dat
uitgesproken werd, dat slechts als de partij
door omstandigheden den revolutionairen
weg zou worden opgedrongen, volledige con
fiscatie mogelijk zou zijn. Dit beteekende:
we kunnen alle kanten uit, ook dea revolu
tionairen kant zullen we graag opgedrongen
worden.
De Politiebode had een artikel, waarin
stond: „Ook onze dag zal komen." De mi
nister van justitie deed eens informeeren
wat daarmee bedoeld was, of dat soms re
volutionair was. De redactie haastte zich te
verklaren, dat het artikel niet de meening
weergaf van de redactie, maar van meneer
P. En ze had gezegd, dat meneer P niet
meetr mocht schrijven! Te zijner tijd heeft
men dan meneer Q hij de hand (gelach).
Gemeentedienst
Alsnu komende tot de beantwoording van
de in zijn onderwerp gestelde vraag, herin
nerde spr. eraan, dat in de Gemeentewet
verschillende bepalingen gesteld zijn betref
fende benoeming en ontslag van personeel.
In art. 179 komt de bepaling voor, dat de
Raad benoemt en ontslaat. Voor den secre
taris den ontvanger en de ambtenaren van
den burgerlijken stand zijn afzonderlijke be
palingen getroffen, en hierin is de Raad eeni
germate gebonden. Omtrent de andere ge
meente ambtenaren kan de Raad beslissen
zonder de goedkeuring van Ged. Staten te
behoeven. In art 209 wordt de benoeming en
het ontslag van wijk- en brandmeesters en
van personeel der secretarie aan B. en W.
opgedragen In art 224 worden ten aanzien
der politie verschillende bepalingen getrof-
De Hoofdcommissaris en de Commissaris
sen worden door de Kroon benoemd, de
overige politiedienaren door den burgemees
ter, den Commissaris van Politie gehoord, de
veldwachters door den Commissaris der Ko
ningin, den burgemeester gehoord.
Daarnaat staat art. 125 (ter
Ambtenarenwet 1929
dat vermeldt, dat voorzoover deze onderwer
pen niet reeds bij of krachtens wet geregeld
zijn, vanwegee het Rijk voorschriften wor
den gesteld. Het bevoegd gezag in provincies
of gemeenten stelt bepalingen vast intake
het ontslag van ambtenaren. In de Pandhuis
wet, de Vleeschkeuringswet, en de Waren
wet wordt de materie ten aanzien van amb
tenaren in deze functies behandeld
Het is het beste om gemeentelijke veror
deningen altijd zoo nauw mogelijk te doen
aansluiten aan de regelingen, welke het
centraal gezag getroffen heeft. Artikel 98
van het Ambtenarenreglement besprekende,
zeide spr., dat onbekwaamheid of ongeschikt
heid tot het ambt ook kan blijken uit een
weigering om een verklaring te ondertee-
kenea als bedoeld in art. 97 b volgens het
welk eervol ontslag kan worden verleend
op grond van revolutionaire gezindheid of
het lid zijn eener vereeniging, waarvan de
Minister verklaard heeft, dat zij revolutio
nair is.
Soortgelijke bepaling kan de Raad muta
tis mutandis ook maken.
Onderdanen en ambtenaren
Het reoht van vereeniging en vergadering
is door de -vet erkend, maar zij regelt en
beperkt het ook, in het belang der openbare
orde. Men spreekt van vrijheid van drukpers
Noch art. 7 noch art 9 der Grondwet hebben
iets te maken met ambtenaren die de over
heid in haar dienst neemt.Ambtenaren ne
men een bijzondere positie in. De Grondwet
regelt ten aanzien van de genoemde
punten de verhouding van de overheid tot
de ondrdanen en men kan niet zonder meer
gezien de bijzondere positie welke de ambte
naren tegenover de overheid innemen de arti
kelen verklaren betrekking te hebben op de
ambtenaren. Wie zich als ambtenaar op deze
bepalingen beroept geeft daarmee blijk dat
hij zijn positie niet begrijpt
Ook als men zich beroept op den geest der
Grondwet, dan kan men die bepalingen daar
op niet betrekken. Bij de samenstelling der
Grondwet is nooit gedacht aan teas tan den
als die we au k-urnen.
Verdacht beroep!
De revolutionaie bedreigers van vrijheid
en recht moeten zich niet te druk maken
met een beroep op de grondwelteiijke vrij
heid. Dat beroep is verdacht. Als men een
aanhanger is van de leer der dappere on
gehoorzaamheid, dan is men ongeschikt
om te behooren tot het personeel van poli
tie, electriciteitsbedrijven, spoorwegen en
waterleiding e.d. waarop men moet kunnen
rekenen als ze noodig zijn. In moeilijke
omstandigheden is het voor de regeering
een absoluut vereischte dat zij kan reke
nen op de trouw dergenen, die bij levens
wichtige bedrijven betrokken zijn. Er moet
voor gezorgd worden, dat die bedrijven
functionneeren ook als men in moeilijkhe
den zit De politie is juist noodig in moei
lijke omstandigheden.
Revolutionairen zijn niet aan evolutio-
nairen gelijk, al is het revolutionaire van
velen niet anders dan evolutionair met een
airl (gelach).
Duidelijkheid en eerlijkheid
Spr. eindigde met erop te wijzen, dat de
gemeentebesturen vooral de bepalingen,
welke ze willen nemen duidelijk moeten
stellen. Ze moeten niet slinks de bepalin
gen misbruiken van schijnbaar onschuldige
regelingen ,doch duidelijk voorliggende be
palingen, op het geval betrekking hebben
de, stellen. Ook hierin houde de overheid
haar gezag hoog (applaus).
De Voorz. bracht den spreker dank
voor diens schoon en duidelijk betoog,
waarop eenige bespreking volgde. De vra
gen werden door Dr. Beumer beantwoord.
Voorzitter gehuldigd
De heer Talsma sprak als waarnemend
voorzitter hartelijke woorden tot den heer
Dommisse, die zijn ambtsjubileum mocht
vieren en gemeend heeft zich uit zijn anibt
te moeten terugtrekken. Wij betreuren het,
dat gij niet meer in actieven dienst zult
zijn, aldus spr. maar we gunnen U gaarne
de rust, welke "we bidden' dat God U nog
jaren mag schenken. God heeft U de ge
nade geschonken, dat U in vele gemeenten
het roer in handen mocht hebben. En Hij
gaf het U ook als een eere, dat het H. M.
de Koningin behaagd heeft u te benoemen
tot Officier in de Huisorde van Oranje
Nassau. Ik ben de tolk der vergadering,
wanneer ik U van harte gelukwensch met
de onderscheiding, welke aan U werd ver
leend. (daverend applaus).
Mr Dr Beumer ging na de sluiting der
vergadering voor in dankzegging.
DE ZEVEN STELLINGEN
WELKE Mr. DUYS AAN DE ROODE
PARTIJMUUR PLAKTE
In den vorm van
een documentatie
van zeven stellin
gen heeft de heer
mr. J. E. W. Duys
zijn brochure doen
/erschijnen getiteld
„Ter oriënteering,
eenige beschouwin
gen naar aanlei
ding van enkele
vragen van demo
cratie".
Hier volgen de
zeven stellingen:
I. De Partij spreke zich duidelijk en
klaar uit, dat onder geen enkele voor
waarde ooit van eenige samenwerking,
verstandhouding, „Eenheidsfront" of
wat dan ook met Communisten sprake
kan en zal zijn.
II. De Partij stelle een onderzoek in naar
de vraag, of de Communisten niet on
der zoodanigen invloed (resp. bevelen)
staan van een buitenlandsche Mogend
heid (Rusland), dat zij daardoor in en
Nederlandsch Parlement eigenlijk niet
kunnen worden getolereerd, tenzij dui
delijk kome vast te staan, dat zij eiken
band, zoowel direct als indirect met
dien buitenlandschen Staat hebben
verbroken en Nederlandsche volksver
tegenwoordigers zijn, in staat in volle
onafhankelijkheid van buitenlandsche
Mogendheden, Nederlandsche belan
gen te behartigen.
III. De Partij spreke het duidelijk uit en
brenge practisch haar optreden daar
mede in overeenstemming, dat zij te
genover het Koningshuis in Nederland
inneemt hetzelfde loyale standpunt als
onze Zuster-Partijen in Engeland, De
nemarken, Zweden enz.
IV. De Partij spreke zich duidelijk en klaar
uit hierover, dat zij haar doel niet an
ders dan met wettige middelen wenscht
te bereiken en zich volkomen stelt op
den bodem der Legaliteit
V. De Partij spreke zich eveneens klair
en onomwonden uit, dat zij het wettig
gezag steeds wenscht te eerbiedigen,
zulks onder geen enkel voorbehoud,
dan zooals ook vanzelfsprekend ieder
(ook b.v. de Anti-Revolutionnrlre
Partij en alle burgerlijke partijen)
natuurlijk maakt.
VI. De Partij verkiare uitdrukkelijk, dat
wanneer ons land in gevaar mocht ko
men, zij onvoorwaardelijk achter de
Regeering staat wanneer het er
gaat die gevaren van ons land af te
weren of to'. een minimum te beper-
ken\ ^'ke gedachte aan sabotage v_n
mobilisatie of handelingen van derge-
lijken aard, wanneer een oorlog, on
danks al onze pogingen om dien te
keeren, eenmaal een feit is geworden,
worde door haar onherroepelijk en
met den meesten nadruk veroordeeld.
VII. De Partij benoeme een commissie,
teneinde te onderzoeken, of, gegeven
de veranderde internationale omstan
digheden, het standpunt van eenzijdige
ontwapening nog wel juist mag wor
den genoemd.
Voornaamste Nieuws.
De minister ^an financiën heeft het wets
ontwerp tot heffing van een vseeldeverterings
belasting ingetrokken.
Gister is te Utrecht de vergadering gehou
den van Calvinistische burgemeesters, wet
houders en secretarissen. Dr. E. J. Beumer
heeft een rede gehouden.
De eerste werkdag der Londensche confe
rentie werd overschaduwd door het oorlogs-
schuldenvraagstuk.
Von Neurath spreekt over het groote be
lang der politieke kwesties voor het resul
taat der conferentie.
Nederland, België en Scandinavië over^
wegen reeds nauwer samenwerking ingeval
de conferentie geen resultaten oplevert
De politieke moeilijkheden in Oostenrijk.
IJmuider stoomtreiler op de kust van Jut
land vergaan.
De Nederl. Bank stelt een enquête in naar
het Nederlandsche belang, betrokken bij het
Duitsche transfermoratorium.
Te Utrecht is de 74ste algemeene verga
dering gehouden van de Utredhtsohe Zen-
dingsvereeniging.
HEB MEDELIJDEN!
MET DE LEZERS DER ROODE PERS
Hoe houden die lezers het uit, mag men
wel vragen. Ze worden dagelijks van links
naar rechts gebalanceerd, vice versa. Al
leen hebben ze de genoegdoening, dat de
roode redactie onder alle omstandigheden
een hooghartige houding aanneemt tegen
de „flodder-journalisten" aan de „burger
lijke" pers.
De brochure-Duys zou verschijnen; aldus
werd bericht.
't Zit nog, antwoordt HetVolk;
„Wij kunnen niet aannemen, dat dit
bericht juist is. Deze uitgave zou in
strijd zijn met een nadrukkelijke ver-
klaring door p.g. Mr. Duys na een on
derhoud met het Partijbestuur in de
jongste vergadering van den Partijraad
afgelegd".
Een onvoorwaardelijke verkla
ring na een onderhoud; dat lijkt toch veel
op een afspraak. En ter verduidelijking
schrijft de roode pers even later:
„Op ons partijsecretariaat is zelfs niets
hoegenaamd van ,.en plan van Duys tot
toch-publicatie bekend en evenmin van
eenigen, al dan niet „onafgebroken" aan
drang van Duys tot publicatie.
Wat een verhalen! De kletstafel is in
volle werking. Men kwekt er maar op
los, tegen de partij".
Gekwek aan de kletstafel! Keurig gezegd,
nietwaar? Het partij secretariaat weet er
niets van en dat moest het, krachtens de
afspraak, toch wel weten!
Pardon, een afspraak? Weer kletspraat,
Want op 13 Juni schrijft Het Volk:
Van een afspraak met Duijs in of
door het Partijbestuur is echter geen
sprake. Er is niets met Duijs afgespro
ken. Nadat het partijbestuur op het on-
gewenschte van publicatie der brochure
gewezen had, heeft Duijs den volgenden
dag in den Partijraad medegedeeld, dat
hij bij nader inzien de brochure inhield.
Dat is alles.
Dat is alles. En dat weinige werd door de
roode pers met veel bombast als een „on
voorwaardelijke verklaring" aangeduid.
Doch weet de redactie dit alles wel goed?
Want op 10 Juni wist ze ook nog niet, dat
Mr. Duys op 6 Juni aan hel partijbestuur
de verschijning van zijn brochure had mee
gedeeld!
Heb medelijden met de lezers, die zóó be-
kwekt worden.
COMMISSIE BEDRIJFSRADENWET
DE NIEUWE VOORZITTER.
Naar wij vernemen heeft de Minister van
Sociale Zaken Prof. Mr. A. C Josephus Jit-
ta. buitengewoon hoogleeraar te Delft, ver
zocht te willen optreden als voorzitter van
's in te stellen Commissie bedoeld in Art.
der Bedrijfsradenwet.
De heer Josephus Jitta heeft zich hiertoe
bereid verklaard. De taak der Commissie is
o.m. den Minister te adviseeren omtrent de
wenschelijkheid van het instellen van be-
drijfsraden en omtrent andere onderwerpen
welke met die instelling verband houden.