BNRBCHTSNG CH ESTAAN Jacobus Hervey D Het oude huis in de Brouwerstraat. k, Wie op het erf der Christelijke barmhar- itigheid geen onbekende is, heeft meer dan eens den naam gehoord van Joh. van 't Li n den ho ut Deze naam is onlosmake lijk verbonden aan de Weesinrichting ^Neerbosch". In 1863 kocht de heer van 't Lindenhout een oud huis in de Brouwerstraat te Nijme gen, en richtte dat tot Weeshuis in. Het dus dit jaar zeventig jaar geleden zijn, dat deze Inrichting tot stand kwam. De heer van 't Lindenhout, die in 181 iBeuningen bij Nijmegen werd geboren, werd op 16-jarigen leeftijd hij het sterfbed van zijn eenigen broeder krachtig in het hart gegrepen. Eerst als colporteur en daarna als Evangelist van de Ned. Ev. Prot. Vereen, was hij met veel zegen werkmam. Hij kwam op zijn reizen in aanraking met Jhr. IA. M. C. v a n A s c h van W ij c k, te iUtrecht, van wien hij warme vriendschap ondervond, en die hem in zijn arbeid steun de. In de Betuwe ging groote invloed van hem uit en overal waar hij in de Evangeli satiesamenkomsten optrad bleken de plaat sen van samenkomst te klein. Te Randwijk maakte Van 't Lindenhout kennis met Mej. Hendrina Sipman, met wie hij in 1S61 huwde. Hun huwelijk werd ingezegend door Ds. O. G. Heldring in het kerkje te Hemmen, wiens stichtingen hij in Zetten had leeren kennen. Van 't Lindenhout vestigde zióh au te De oude bewaarschool Nijmegen ,waar in dien tijd moderne pre dikanten arbeidden, tegenover wie hij den Christus der Schriften predikte. Het werk van Van 't Lindenhout breidde zich steeds uit. Hij zocht naar een grooter huis dat tevens kon dienen voor vergader plaats van Evangelisatie en Zondagsschool. Dit vond hij in de Brouwerstraat en in 1863 [werd dit gebouw betrokken. De oprichting van het Weeshuis Van 't Lindenhout, die. als boerenzoon was Opgegroeid, was steeds getroffen geweest door het droevig lot dat vele weeskinderen jte plattelande toen ondervonden. In de ste den had imen weeshuizen, maar waar moest men met de kinderen van den behoeftigen handwerksman en boerenarbeider op de dorpen heen? Door Christelijke liefde daartoe gedron gen, besloot Van T Lindenhout in Juni 1863, een aantal weezen, wien geen goed thuis kon worden aangeboden, tot zich \e nemen en op te voeden. Het werk van August Hermann Fran- c k e te Halle en van George M 11 e r te Bristol, (van den laatste had hij gehoord doordat Ds Buddingh een bezoek bij hem had gebracht), heeft er zeker toe bijgedra gen, dat Van 't Lindenhout tot dit besluit kwam. Door uitbesteding trachtten destijds de armbesturen de weezen zoo goedkoop moge lijk geplaatst te krijgen, waarvan de kin deren meermalen de dupe werden. De geest van 't Reveil, van de geestelijke opwekking in de eerste helft der 19e eeuw, werkte nog in den heer Van 't Lindenhout Hij deed zijn hart ontvlammen in liefde voor des Heeren dienst, en zoo werd deze Johannes een Christenphilantroop. In lielde bloeiende Vele vrienden van Van 't Lindenhout brachten bezwaren in tegen hetgeen hij be oogde en de eerste gave die hij voor r.ijn doel ontving bedroeg slechts f4.60. Toch konden op 1 November 1863 de eerste wee zen worden opgenomen. De diaconieën durf den echter geen kinderen te zenden, omdat Van 't Lindenhout niet over vaste inkom sten kon beschikken. Van 't Lindenhout ging evenwel van het standpunt uit: „Wee zen gratis opnemen en met hen leven uit 'loosde weezen in Nederland", die konink lijk werd goedgekeurd. In hetzelfde jaar werd een aanvang gemaakt met de uitgave van het blad „Het Oosten", dat gedrukt werd op de drukkerij der Inrichting, onder leiding van den heer P. J. Milborn. Mede verscheen hier het bekende tijdschrift „De Vriend des Huizes" onder redactie van J. van 't Lind enhout en E. Gerdes. Dit tijdschrift, dat «zeer bekend is bij ons Chris telijk publiek, vierde verleden jaar zijn vijf tigsten verjaardag. Van jaar tot jaar vermenigvuldigden zich de behoeften, een klompenmakex-ij, een kleermakerij en een boekbinderij werden gevestigd en zoo zouden we door kunnen gaan. Er is bijna geen vak of ambacht, of men kan er in Neerbosch onderricht in ont vangen. Waar zoovele jonge menschen bijeen wa ren, ontstond als vanzelf de behoefte aan ontwikkeling en ontspanning. Zoo werd in 1878 een muziekgezelschap opgericht en 3en begin gemaakt me^ de uitgave van de „Neerbosch' Zangen", onder redactie van Ds. C. S. Adama van Scheltema, den bekenden voorvechter op het gebied der drankbestrijding. Niet alleen de instrumentale, ook de vo- ale muziek werd beoefend. Een zangkoor werd in 't leven geroepen, waarmee de heer Van 't Lindenhout rondreizen maakte door ons land. Tot op heden is men hiermee gegaan en jaarlijks worden een aantal plaatsen door Neerbosch' Zangkoor bezocht. >it heeft een tweeledig doel. Ten eerste om met de weejzenvrienden contact te hou den. In de tweede plaats doet de predikant directeur dan mededeelingen over het werk te Neerbosch, om zoodoende hen, die nog rm HENDRINA VAN T LINDENHOUT—Sipman JOHANNES VAN T LINDENHOUT de hand des Heeren". Dat dit werk werd gend bleek wel uit het feit dat groote huis in de Brouwerstraat weldra te klein werd. In het begin van 1866 was de woning in Nijmegen overvol. Waar moest men heen? Er kwam echter uitkomst! Een paar vrien den, de gebroeders Jansen, werd in het hart gegeven onder Neerbosch een stuk land te koopen en dit te bestemmen voor het bouwen van een Weeshuis waarin 100 wee zen onderdak zouden kunnen vinden. Den 9den Mei 1867 werd dit weeshuis reeds betrokken door 34 meisjes, nadat Ds F. P. L. C. van L i n g e n van Zetten met de weezenvrienden een bid- en dankstond had gehouden. De jongens bleven voorloo- pig bij de familie Van 't Lindenhout te Nijmegen, totdat ook voor hen een gebouw was gesticht. Steeds breidde deze Inrichting zich uit. Een school werd gebouwd waarvan de heer Bloemendal de leiding kreeg, een timmer- winkel werd ingericht onder leiding van br. v. Yperen, en eveneens een boerderij. Het Moederhuis voor de kinderen beneden vijf jaar, kon in October 1869 worden ingewijd. Men had het echtpaar Van 't Lindenhout erop gewezen, hoe noodzakelijk het was dat ook zij te midden van de weezen te Neerbosch zouden wonen. Niemand was daarvan meer overtuigd dan Van 't Linden hout zelf. Maar de middelen ontbraken nog. De Heere gaf echter weer uitkomst! In 1870 kwam de woning voor de weezenvader en -moeder gereed en deze konden in 1871 i Neerbosch verhuizen. Toch was dit jaar één van de moeilijkste uit de be periode der stichting. In 1870 werd opgericht de „Vereeniging tot opneming en opvoeding van verwaar- Hef zangerskoor 'der weezen. (Een foto uit de oude doos). te weinig dezen belangrijken philantropi- schen arbeid kennen, tot meerdere liefde aan te sporen. Waar men in Christelijken geest opvoedt, moet gelegenheid zijn Gods Voord te hooren. Daarom werd in 1882 de 'vapel gebouwd. Dit wil natuurlijk niet zeg gen dat men plm. 20 jaar zonder predikinj was geweest, maar het aantal verpleegden werd zoo uitgebreid, dat een speciaal ge bouw voor »le godsdienstoefeningen noodig bleek. Het oude ziekenhuis, dat ondoelmatig was werd in 1894 door een nieuw vervan gen. Nog verschillende nieuwe gebouwen ver- izen er en zoo langzamerhand ontstond er m heel „Weezendorp". Met zijn zoon Jacob maakte Vader van 't Lindenhout in 1886 een reis naar Ameri ka, met het doel, aan de ontslagen weezen ginds werkgelegenheid te verschaffen, zoo deze in het Vaderland niet in toereikende mate te vinden was. In dalende lijn Steeds meer weezen vonden in „Neer bosch een tehuis. Van 1893 tot 1900 was het aantal geklommen tot 1000 a 1100. Daar de inrichting op de verzorging van een zoo groot aantal niet was berekend, kwamen daaruit ongewenschte toestanden voort. Zware stormen gingen toen over de Stich ting en haar leiding heen. Van 't Linden- hout's naam kwam in discrediet. Kinderen werden teruggenomen en ook de gaven lie pen terug. Wat toch was het geval? De fouten van Van t' Lindenhout, en welk mensch heeft die niet, werden breed uitgemeten; maar de liefde en energie, waarmee hij een reeks jaren, vaak met primitieve middelen had gewerkt, was men vergeten, .Van de geld zorgen die Van 't Lindenhout in die jaren heeft gekend willen we hier één staaltje noemen, om te illustreeren welke toestan en hij heeft meegemaakt. Ia 1871 'e Zaterdags voor Paschen had hij nog f0.12y2 in kas en dat bij de zorg voor een gezin van 330 personen. En dan beteekent het wat, om blijmoedig te blij ven en geloovende in Gods werk bezig te zijn, aan den Heere alles in vertrouwen over te geven. Behoeft het nog gercegd, dat od het vertrouwen van den Directeur niet heeft beschaamd? Hij, Die een Vader der VVeezen is, heeft ervoor gezorgd, dat eer hel een week verder was, er f2800 in kas was. Uit het kwade werd echter het goede ge boren. Aan de eischen, waaraan een In- ichting als Neerbosch moet beantwoorden, kon meer en meer worden voldaan. De oud-weezen hebben ook getoond dat zij het werk van Vader van 't Lindenhout wisten te waardeeren. Bij het 50-jarig be- taan van Neerbosch boden zij een borst beeld van den stichter aan, dat geplaatst werd in de Moederhuistuin. Het stekje dat de heer Van 't Lindenhout plantte, heeft hij bovenmate mogen zien groeien. Na veertigjarigen arbeid vroeg hij ont slag, hetgeen hem in 1903 eervol werd ver leend. Hierna heeft hij nog een 15-tal jaren vaa welverdiende rust mogen genieten. In de nabijheid van zijn geliefd Neerbosch heeft hij die doorgebracht. Op 22 Januari 1918 ontsliep hij na een arbeidzaam leven; zijn stoffelijk overschot werd op het kerkhof van de Weesinrichting in den familiegrafkelder bijgezet Bij zijn leven had de Regeering zijn verdiensten erkend door hem te be noemen tot Ridder in de orde van den Ned. Leeuw. Nieuwe banen De opvolger van den heer Van 't Linden hout was Ds. J. Schrijver, eertijds pre dikant te Schiedam. Dat deze geen gemak kelijke taak had, laat zich denken. De Heere iet zich niet onbetuigd, want een schuld van ongeveer f 100-000 werd door een Natio nale Coyecte gedekt Onder de leiding van Ds. en Mevrouw schrijver heeft Neerbosch zich weer kun nen herstellen. Beperking van het getal pezen tot een 500 was echter noodzakelijk. Neerbosch' Stichting werd gestichtsgemeen te der Ned. Herv. Kerk. In den loop der tijden werd de Stichting voorzien van elec- triciteit, gas en centrale verwarming. Na de invoering der Kinderwetten werden ook voogdijkinderen opgenomen. De tegenwoordige directie Ds. en Mevr. H. KluinSpijkervet, kwam in Mei 1928 te Neerbosch. Deze leider heeft met helpers ongeveer 450 kinderen op te den. Voorwaar geen gemakkelijke I Vooral in onzen tijd, nu er aan de opvoedi zooveel eischen worden gesteld! Werd reeds in den tijd van den heer Van 't Li denhout iets gedaan ter verpoozing van Weezen na hun school- en arbeidstijd! ook thans geschiedt dit nog, «zij 't op w moderner wijze, door muziek en sport en spel. We kunnen hier niet al de gebouwen c sommen die het complex Neerbosch bev Vermelden wij slechts, dat zij een opp=. vlakte beslaan van 10 II.A., waarbij dan c de verschillende terreinen komen. Elk tehuis staat onder leiding van e echtpaar, geholpen door andere kracht? De ouderlooze kinderen en jonge mi schen missen veel, maar veel wordt hun Neerbosch vergoed. Het voornaamste, de prediking vi Woord van Hem, die een Vader der Weejt is, wordt hier steeds gevonden. Zelfs zieken kunnen 's Zondags de prediking luisteren door de ziekentelefoon. Men zij* dat Neerbosch met den tijd meegaat. Van degenen, die Neerbosch verlietlg hebben velen een goede positie in de Ma g schappij gevonden, maar wat meer is, hun opvoeding in de Inrichting van Van l Lindenhout, de goede keuze gedaan voor t en eeuwigheid. Dat de maatschappelijke nood van di Jj* lagen ook Neerbosch niet voorbij gaat, jn' ieder wel duidelijk «zijn. Zeker, we mogen gelooven, dat God i au voor Neerbosch' inrichting zal zorgif) Maar dat ontheft ons Christelijk volksd *>c niet van de plicht om te doen, wat de haj^ vindt om te doen. Bij het zeventigjarig bestaan van Ne| bosch, mogen de tegenwoordige leiders 1 Het oude Moederhuis, thans kleermaken medearbeiders terug zien op een schoen historie op philantropisch gebied en het hun toegeroepen: O, werk voort in den kring, dien Uw Lii zich schie] Steeds geloovend en minnend en hopend, Tot de Heer, die U hier tot Zijn navolgi rie Ginds de nkring der voleinding U opent. Een „oude" schrijver figuur uit een voorbijgegane periode, maar tevens een auteur, wiens geschriften Nederland gaarne werden gelezen, s de Engelschman Jacobus Hervey, die in het jaar 1714 te Hardingstone werd geboren, in de nabijheid van Northampton, in een welvarende, mooie landbouwstreek. Hervey's ouders waren zeer godvruchtig van aard en stamden uit een oud Engelsche geslacht. Zijn vader was predikant te Col- lingtree, maar tijdens de geboorte van Jacobus woonde men te Hardingstone. De zevenjarige Jacobus werd naar school gezonden, waar hij behalve in de meer gebruikelijke lager-onderwijsvakken, ook onderricht kreeg in het Grieksch en het Latijn. Op zeventienjarigen leeftijd verliet hij deze onderwijsinrichting, voonzien van uitstekende getuigschriften, en meldde hij ich als student aan bij de Oxfordsche Uni versiteit. Aanvankelijk gevoelde de jonge Hervey zich tot de rechtswetenschappen aangetrok ken. Hij liet zich dus bij deze faculteit in schrijven, en legde zeer voorspoedig zijn amens af, zoodat hij op 21-jarigen leeftijd ?ereed was voor 4e advocatuur, wel een be wijs, dat hij iemand van buitengewone tellectueele begaafdheid was. Nog tijdens zijn studiejaren kwam Hervey echter in Oxford in aanraking met enkele jongelui, die het leven zeer ernstig opvatten en zich nauwgezet met het bestudeeren van den Bijbel bazig hielden. Hij werd daardoor ten zeerste aangetrokken, en het is ongetwijfeld voor een niet gering deel aan dezen omgang te danken, dat Hervey ten slotte zich niet aan de balie wijdde, maar voor den kansel koos. Van zijn godsvrucht in deze periode zijn de Brieven (1733—1735), die hij van Oxford uit aan zijn zuster schreef, een welsprekend getuigenis. Met groote toewijding wierp hij zich vervolgens op de studie der godgeleerd heid, en reeds op den 19den September 1736 werd hij door den Bisschop van Oxford tot predikant geordend. Spoedig daarop werd hij beroepen als hulpprediker in het plaats je Dummer, een dorp in Hampshire, in de nabijheid van het eiland Wight gelegen, in een van de mooiste en vruchtbaarste stre ken van geheel Engeland. Nog maar kort had hij daar gearbeid, of zijn naam kreeg alom bekendheid, door den ernst en de welsprekendheid zijner prediking. Op 25-jarigen leeftijd werd hij door Paul Orchard, van Stoke Abbey, aangezocht ais Portret Jacobus HeroeU huispredikant op te treden op diens ridder goed. Hervey nam deze uitnoodiging aan, want zijn gezondheid had de laatste jaren eel geleden, zoodat de gemeentelijke arbeid hem zwaar was begonnen te vallen. Te Stoke-Abbey vertoefde Harvey twee aren. In deze mooie landstreek verzamelde ïij ongetwijfeld de bouwstoffen, die hij voor zijn lateren literair-godsdienstigen arbeid •zou benutten. In deze twee jaren knapte hij zeer wel op, zóódat de gemeente van Biddeford onder richt over zijn begaafdheden en vriendelij- omgang, hem beriep. De familie Orchard had er ook ten zeerste aan meege werkt, dat hij dit beroep zou krijgen. Biddeford was een kleine, doch nering- rijke koop- en marktstad. Al heel gauw was hij hier ingeburgerd en zeer gezien. Geduren de zijn verblijf aldaar ruim vijftig uren van het ouderlijk huis verwijderd, ont ving hij twee tijdingen, n.l. dat zijn zuster gehuwd en dat zijn vader ernstig ziek was, een «ziekte die zich gevaarlijk liet aanzien. Nu kwam er een moeilijke keuze. De kerk in Weston zag zich nu van alle herderlijk werk verstoken en toen Hervey zijn Vader bezocht, verzocht deze of zijn zoon de arbeid van hem voorloopig wilde voortzetten. Dit verzoek ,dat bij de Gemeente in goede aarde viel, nam Hervey aan. In doze plaats begon hij zijn arbeid, om geestelijke geschriften op de pers te leggen. Een dezer boeken is een verhandeling over de Grafsteden, Bloemen en de Werken der Schepping. Dit boek maakt een geweldig opgang. In dit boek toont hij zijn geestelij opmerkingsgaven. Op kalme, overtuigen wijze brengt hij tusschen alles verband. Ook op organisatiegebied was hij kracht. Hij richtte o.a. op een Maatschap voor Christelijke bevordering van het Ge telijk leven, welke eiken eersten Dinsdag de maand bijeen kwam. Het stroomde led f maar Hervey deelde ze allen in groej van twaalf personen in. wr< Het agendum van iedere maandelijks? "n bijeenkomst der Herveyanen, zooals men h »tw noemde, was het lezen van. twee Hoofdsti r ken uit de Heilige Jchrift één uit het Ou en één uit het Nieuwe Testament, beneve 4 bespreking van de godsdienstige boeken, i men in de afgeloopen maand had gelez Een vast openings- en dankgebed werd gesteld. Ieder moest zich eerbiedig gedrag J om alle aanstoot te vermijden, aangez lUni men zich, naar het gebruik dier tijden, i j£je, een Koffiehuiszaal moest bedienen. ut Het duurde niet lang of een tweede gr '*rd' werk van «zijn hand verliet de pers, n.l. bespiegelingen van den nacht- en den st renhemel". Ook dit geestelijk boek maal n- n Engeland (en vertaald in Hollai grooten opgang. In enkele jaren verschel niet minder dan dertien drukken wat 1 dien tijd heel wat zeggen wilde. Zijn gezondheidskuur, waar hij zoov baat bij had gehad, bleek niet van blijver uitwerking. In Augustus stortte Hervey ïieuw in en werd tot den rand des grafs bracht. Hij was volkomen bereid heen gaan. Toch bleef hij, dan op zijn stoel, dan zijh bed, Ijveren voor Gods eer. Kon hij n meer preeken, «zijn pen kon hij dan te ln dienst stellen van 's Heeren dienst, zijn bed hing een Latijnsche spreuk, hem geheel typeerde, n.l. „Nulla dies fi Linea Nulla epistola sine Christo", d.« ilder Geen dag ga voorbij zonder (geestelijk1^ vordering, en geen brief schrijve mijn ptsnd zonder dat er iets van Christus inkome. Het kostte heel wat moeite aan den 1 gelschen kunstschilder Wililams om portret te schilderen. Inmiddels bleef pen vaardig. Een zijner juweeltjes is w T „De Heilige Week of Nieuw Avondma boekje", dat ook in Holland goed verkoif», dl werd. Wij zullen thans geen opsomming gev i van zijn werken. Zijn Godvruchtige Briev zijn alom genoegzaam bekend. Op Maandag den 25sten December 11 stierf hij met de woorden van David op lippen: Bezwijkt mijn vleesch en mijn ha fl zoo is God de Rotssteen van mijn hart 52r mijn deel in eeuwigheid. «n i Hij werd op Vrijdag 29 Dec. d.a.v. in fc koor der kerk van Wcston Tavell begrave er

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1933 | | pagina 10