IHetturr $>iftsrl)r (üaumiit n Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreken EERSTE BLAD T Dr. Colijn begint de Verkiezingscampagne De Inzet voor de komende strijd 15 A BONNEMBNTi per kwartaal In Leiden en In plaat- gen waar 'n agentschap gevestigd is f 2.35 Franco per post 2.35 portokosten. Per week ƒ0.18 Voor het Buitenland bij wekelijk- gche zending .4.50 Bij dagetijksche zending „5.50 Alles bij vooruitbetaling Losse nummers 5 cent met Zondagsblad 7Vi cent Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar Bureau: Breestnat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936 NO. 3881 DONDERDAG 2 FEBRUARI 1933 1DVZRTEN.tEN Van 1 tot 6 regelsl.in* Elke regel mper....n.mn.m 022Yi Inger Mededeelingen van 1—5 regels 2.30 Elke regel meer 0.43 Bil contract belangriike korting. Voor het bevragen aan 't bureau wordt berekend 0.10 13e Jaargang Oil nummer bestaat uit TWEE blader D01 m die 21b 1 V* VERLOREN STEMMEN Velep schijnen bezorgd te zijn over het feit, dat er bij de verkiezingen heel stemmen doelloos verloren gaan, omdat ze uitgebracht worden op dwergpartijen, die de kiesdeelcr niet kunnen halen en dus ge<-.n politieke buit in de schuur brengen. Al die kiezers, misschien wel 20 A 30.000 op één lijst zijn voor niets naar de stembus ge weest, In het laatste nummer van de V r ij h e 1 d worden twee manieren besproken, waarop men die kiezers nog eenig soelaas zou .kun nen geven. Zij zelf, dat wil zeggen, de gang makers van de nuttelooze lijst, zouden eeni- ge invloed moeten hebben op de onderbren ging van deze stemmen bij een andere lijst. Wij zijn het volmaakt met de redactie van de V r ij h e id eens, dat we die weg niet op moeten. Dat-zou heelemaal verkeerd zijn veel geharrewar, indien al niet politieke cor ruptie, sterk in de hand werken. Wij maken ons heelemaal niet bezorgd over de naloopers van dwergpartijtjes, die ondoordacht maar met iedereen meedraven en niets bereiken. Als hun stem waardeloos verloren gaat, is dat eigen schuld. Vroeger stond de zaak anders. Toen gin gen in verschillende districten vele stemmen verleren, omdat men eenvoudig beneden de meerderheid bleef. Men bracht zijn stem uit op een candidaat van een serieuze, in den lande veel beteekenende partij, maar in 't district zelf ging een ander met de zetel strijken en men wist reeds bij voorbaat, dat men een vergeefsche reis naar de stembus deed. Dat was onrecht en dat Is veranderd. Nu heeft elke stem waarde, onverschillig welke hoek van het land de kiezer woont Maar er zijn nu eenmaal minder Kamerze tels dan kiezers en zelfs voor elke duigen kiezers is geen zetel beschikbaar. Daarom kan een lijst die beneden de kiesdeeler blijft (straks) niet meer in aanmerking komen. Uitstekend. Een partij, die zoo weinig kie- zers heeft, moet eerst nog maar wat groeien. En zoo'n dwergpartijtje behoeft, men geen invloed op de gang van zaken te verleenen. Daarvoor is geen enkel motief. De Evenre dige Vertegenwoordiging hééft de kleine partijen recht gedaan. En bevoorrechting is overbodig. I Maar dan gaan al die stemmen éénvoudig verloren; klaagt men. Och, is dat zoo erg? De evenredigheid komt er al heel weinig door in 't gedrang. En men moet al tot de politiek-onnoozelen behooren om niet vooruit te kunnen beseffen: dat wordt niets met ize candidatenlijsL Welnu, wie de zaken zoo weinig ernstig neemt, verdient niet anders, dan dat hij na afloop der stemming met Vader Cats zegt: „Nu ick maer joech al lyck een dwaes, J Naar deesen en naar genen haes; """I Nu was 't om niet al, dat ik draaf'. Waarlijk, het is nergens toe noodig het vormen van dwergpartijtjes nog eens extra aan te moedigen door maatregélen om elk belangengroepje invloed te verzekeren. Men sture liever aan op een beginselstrijd bij de stembus. 1 ■1 I lam BINNENLAND. EERSTE KAMER KOMT BIJEEN OP 7 FEBRUARI. De Eerste Kamer zal worden bijeengeroe pen tegen Dinsdag 7 Fabruari, des nam. =4 ie halftwee, ter behandeling van het wets ontwerp tot wijziging van de Tarwewet. MILITAIREN EN WEERBAARHEIDS ORGANISATIES VERBOD VAN DEELNEMING. Binnenkort is te venvachten een legeror der, bevattende een ministerieele beschik king betreffende verbod van deelneming enz. aan zoogenaamde weerbaarheidsorga nisaties. Hierin wordt bekend gemaaJct. dat het, als strijdig met de belangen van de krijgs tucht. den militair verboden is deel te ne men, leiding te geven of eeniger.lei mede werking te verleenen aan eenige zooge naamde weeriiaarheidsorganisaties als die, welke in den laatsten tijd in het leven zijn geroepen en welke plegen te worden aan geduid als „frontstrijdersbond", „garde", „militie", „wacht", „weer", en dergelijke, (Bijvoorbeeld Arbeiders-vredeswacht; zoomede de weerbaarheidsvereenigingen. .Verbonden aan: a. de Algemeene Nederlandsche Fascisten bonden; b. de Communistische Partij Holland; c. de Nationaal Socialistische Beweging; d. de Nationaal Socialistische Nederland- fiche Arbeiderspartij; e. de Nationaal Socialistische Partij; f. de Onafhankelijk Socialistische Partij; g. het Verhond van Nationaal Solidaris- len in Nederland; en dergelijke). Het bovenbedoelde verbod geldt uit den aard der za"k niet ten aanzien van die weerbaarheidsvereenigingen. welke van Rijkswege medewerking ontvangen of wor den gecfonnd. Gistermiddag sprak zijne Excellentie Dr H. C o 1 ij n in de groote Koepelkerk te Leeuwarden. Deze rede was de eerste van een twintig tal, die in de maand Februari door den lei der der A.R. Partij zullen worden gehouden als inzet van de komende verkiezingsstrijd in 1933. Reeds ver van te voren was de kerk met ongeveer 1400 partijgenooten gevuld, die den tijd kortten met het zingen van bekende vaderlandsche en christelijke liederen Toen Dr Colijn het kerkgebouw binnen trad werden spontaan twee coupletten van het Wilhelmus staande gezongen. Het samenzijn werd geopend door Ds H. M. D e t h m e r s, van Sncek. Na het gebed werd gelezen Jes. 4026 tot het einde. Vervolgens heette spr. allen hartelijk wel kom, zijn blijdschap er over uitsprekend, dat niettegenstaande het slechte weer, het kerkgebouw overvol is. Dat is een bewijs dat do Friezen hoog tegen hun leider op zien. Het is ook een reden van blijdschap, dat in Friesland de eerste rede gehouden zal worden, maar, zei spr., we hebben er ook eenig recht op. Daarna werd een kort overzicht gegeven van den toestand, die er geweest is tusschen deze rede en de vorige, die in ditzeltde ge bouw door Dr Colijn is gehouden. Een wei nig verademing is er gekomen, maar nog is de toestand donker. Spr. wekte allen op nooit de hoop laten varen, die geeft moed, die geeft krachten. Hierna werd het woord aan Dr H. Colijn gegeven. REDE DR. H. COLIJN Spr. zei, dat met deze rede de officieele A.R. verkiezingscampagne aanvangt. Zelden zal een verkiezing gehouden zijn onder zoo donkere omstandigheden, als die dezen ïr gehouden wordt Daar wijst ook wel de vorm op. Waar we vroeger steeds tekst en uitleg gegeven hebben van wat men wilde voorstaan, hebben we nu geen uitvoe rig program gegeven. Slechts enkele richt lijnen. Men kan vragen, waarom heeft men dus ïdaan? Het antwoord is, dat we de gave ?r profetie niet bezitten en dat we nie! weten, wat in dekorperide vier jaren komen zal. Daarom komen we nu met een kort verkiezingsmanifest. Het is echter niel vol doende, dat we zeggen, dat de volgenlo vier jaar in het teeken der wereldcrisis zul ten staan, maar, op welke gronden berust, dit? Daarom wil spr. beknopt een onderzoek instellen, op welke gronden onze overtui ging berust, dat we nog jaren in de crisis zullen zitten. De aard der crisis. Dat kunnen we toetsen aan het karakter, den aard en het wezen van de crisis, daar deze beslissend zijn voor de duur en de kenmerkende eigenschappen. Na 1857 keerden om de 7, 8 10 jaren de crisissen terug, met een tijdsduur van 18— 19 maanden. Dat was een periodiek ver schijnsel en dit gaf aanleiding om hierin een zekeee wetmatigheid te bespeuren. Toen 1921 in het najaar de crisis optrad, meen de men met gewone conjunctuurcrisisver- schijnselen te doen te hebben Spr. heeft ter stond die zienswijze betwist In 1922 heeft spr. in de eerste redevoering in de Kamer gehouden, er op gewezen, dat de crisis niet was een periodieke verschijning, maar dat we te doen hadden met een s t r u c t i e e 1 e crisis en dat het was een principieele ver andering in de economische toestand der wereld en dat we zouden afglijden naar een lager plan. Die overtuiging was ook de oorzaak van 't gevoerde beleid in dien tijd. De goede jaren lagen achter ons en er moest rekening ge houden worden met een soberder leven. De tevenstanders geloofden slechts aan een ge wone depressie en men heeft dit beleid voortdurend becritiseerd. De ingrijpende maatregelen heetten onnoodig. De uitkomst bek aanvankelijk aan de rritiek gelijk te geven. In 1925—1928, een stuk nog van 1929, kwam de verheffing. De fout was, dat de verheffing aangezien werd voor een herstel van een betere tijd, maar men zag niet, dat dit toe te schrijven was aan een roekelooze politiek, een opbloei met behulp van geleend geld. Afglijden in sneller tempo Duitschland leende na den oorlog 15000 millioen golden en deze zijn verteerd ge worden. Duitschland was het niet alleen Andere landen volgden en naast de hooge belastingen werd al dit geld uitgeleend. Dat moesten de volkeren merken. Nu het leen en is gestaakt en de leeningen terug betaald moeten worden, blijkt het, dat er geen koop kracht is en de schijnwelvaart is opgehou den. De verbetering is dus geweest een onderbreking van de afglijding naar bene den en in sneller tempo volgt men thans. Er is dus geen reden om te zeggen, dat in 1922, 1923 en 1924 van A.R.-zijde de toestand te donker is ingezien, neen, eerder niet duister genoeg. Nu is iedereen-wel overtuigd dat we sinds 1921 in een doorloopende afwikkelingscrisis gewikkeld zijn en dat we op't oogenblik bereikt hebben de bodem van de laagte, mits men daaruit niet de gevolgtrekking maakt, dat het nu weer omhoog gaat. Men is gekomen op een stabilisatievlak, een horizontale lijn is be reikt. Dat heeft spr. terstond gezien en mei hem de A.R .Kamer-fractie. Men is in het economische wereldgebouw aan het vertim meren, aan het afbreken, aan het bijbou wen en het wordt zoo, dat men de oude zoning er niet meer in terug zal kennen. Waarom is dat zoo plotseling gekomen? Men zal steeds weer terug moeten naar de geweldige wereldworsteling, die het econo- Vervolgens schetste spr. hoe de wereld er .oor 1914 uitzag. Men kon binnen de lijn Zweden, Danzig, Italië en verder tot het westen een groot wereld-magazijn vinden. Toen de oorlog uitbrak ging het magazijn „Wij beloven dat wij ons best zullen doen het volk van Nederland door de moeilijkheden heen te helpen, zoo goed als het kan" Crisis der maferieele zaken en geestelijke Crisis Beginselen zullen zegevieren op slot Men maakte wel vernielingswerk tuigen, maar de normale functie hield op. De behoeften bleven echter gelijk, en toen men ze niet uit West-Europa kon betrekken heeft de wereld zich zelf geholpen, üe in- dustrieele capaciteit der andere landen nam geweldig toe. Toen de oorlog voorbij was, miste Europa echter zijn markten en daarmee trad de noodzakelijkheid in om rekening te houden met de veranderde omstandigheden. Dat heeft men niet gedaan. Men heeft toen staatsmacht gevraagd om onder en achter de volken te staan. Maar waar alle landen dit deden, om vast te houden, wat men in het leven geroepen had, moest volgen, dat de toestand veel verslechterd werd voor allen. In Japan en Britsch-Indië wordt 120 pet van het vermogen ,dat in 1913 in die landen aanwezig was, meer verwerkt en ge produceerd. Waar nog geen industrie was, heeft meri die gesticht en waar de levensstandaard van sommige volken zeer laag is, zal Eurooa onmogelijk kunnen concurreeren. Het volg voor ons land is, dat de landen, die niet konden uitvoeren, ook niet meer konden invoeren en zoo kan Nederland aan zijn eigen buren de producten niet kwijt Men beperkte de invoer, maar alleen op dat ter rein, waar men alleen zich zelf kon helpen. Dat lag vooral op het terrein van de voedingsmiddelen. Geen wonder, dat de voorraadschuur van deze goederen, Nederland, werd getroffen Ook dat heeft spr. zien aankomen. Spr. heeft vaak vriendelijke verwijten gehoord in den tijd, dat hij in het buitenland werkte dat hij op andere plaatsen beter werk kon verrichten, maar spr. heeft daar gestreden voor ons land, om de handels-belemmerin gen weg te nemen, of tegen te houden. Van ruime uit- en invoer van ons land hangt veel meer af. De spoorwegen kunnen niet uit, het goederenvervoer staat stil, de sche pen worden opgelegd, ja geen enkele tak van welvaart ontkomt aan de depressie Spr. is niet geslaagd. De waarschuwingen heeft men in ons land en in Europa niet willen aanvaarden en nu voert dit ons tot andere consequenties. Allerlei kunstmatige maatregelen worden genomen en er kan geen beterschap komen, indien die maat regelen niet worden verbroken. Dit zal nog wel eenigen tijd duren. Daarop grondt spr. zijn stelling, dat het niet spoedig weer om hoog zal gaan. Wil men in de politiek eerlijk zijn, dan kan men niet veel beloven. Velen reizen met een zak vol beloften door het land, terwijl ze weten, dat ze niet vervuld kunnen wor den. In de Kamer durft men vragen om een achtste leerjaar, om schoolvoeding enz. Anderen zeggen, dat de crisis gauw over zal zijn en dat men maar moet leenen om de gaten te vullen. Daartoe wil spr. niet behooren. Voor droomerijen zijn wo te nuch ter. Wat men belooft moet men houden. Wat Spr. beloven kan. Wij beloven, dat we ons best zullen doen het volk van Nederland door de moeilijk heden heen te helpen, zoo goed als het kan. Dat is het eenigste, wat spr. te brengen heeft Is dat genoeg? We hebben een verleden als politieke partij. We zijn vijftig jaar oud, ge hebt ons aan het werk gezien in dagen van voor- en tegenspoed. Ge weet, wat we zijn. Ge weet, dat de A.R. zich in het verloop der dingen niet hebben vergist Ge weet, dat de A.R. partij van 1921 af door de feiten is in het gelijk gesteld bv. op het gebied der finan tiën. Er moet zelfs nu nog dieper worden ingegrepen, omdat verschillende maatrege len door spr. genomen, ongedaan zijn ge maakt. Daarom, weest tevreden als we zeg gen, dat het ons onmogelijk is te zeggen, water in de toekomst moet gebeuren, alleen we willen ons best doen er door te komen. Spr. wil de nadruk leggen op de toestand der finantiën. Tal van brieven worden door spr. ontvangen, waarvan de schrijvers mee- nen, dat spr. niet genoegzaam zijn aandacht aan dit onderwerp schenkt. Men vraagt of men de gouden standaard niet moet los laten. Dat is moeilijk. Niemand is er afge gaan maar er zijn wel landen geweest, die er afgejaagd zijn geworden. Het goud is hij ons, waarom dan de gouden standaard ver laten? Sommigen willen het goud uit de Ned. Bank gebruiken voor dekking der crisis- kosten. Maar dit gaat niet. Het is goud van de beleggers en niet van de Bank en dezen hebben het noodig voor hun bedrijf. Spr. wi) de raad geven, dat indien deze middelen werden aangeprezen, te denken aan het acht ste gebod, indien men dit goud wegneemt pleegt men diefstal, en men besteelt hen, die hun geld in de bank hebben belegd Men zegt ook, dat er geld genoeg is. Zie maar naar de geldlecningen. Maar daar zit geen geld in. Men zette alleen een leening van 5 pet om in een van 4 pet De eerste eisch voor een particulier, maar ook voor de staat, is dat men leeft binnen de grenzen van zijn inkomen. Er moet gelijk heid zijn tusschen inkomen en uitgaven. De groote ramp moet vermeden worden, dat men zijn belegde geldswaarden niet tot nul ziet dalen door inflatie. Verder moeten de handelsbelemmeringen weggenomen worden De deuren moeten weer wijd open staan en alle krachten moeten ingespannen worden, maar veel kans van slagen is er niet. I)e moed moet men echter niet opgeven. Een omvorming van de bodemcultuur zal nood zakelijk worden, indien de grenzen niet open komen. Gemakkelijk is dat niet. Men moet nu steun geven, maar welke? Spr. wil zich niet laten verlokken nu reeds maatregelen aan te wijzen. Men kan die pas nemen op het oogenblik, dat die noodzakelijk zijn. Negentien steunmaatrege len zijn reeds genomen. Zal het noodig blij ken, dat er nog 19 andere moeten komen, dan zal spr. ook daarvoor werken. Ook naar andere maatregelen moet men zien, naar omvorming-onzer bodemcultuur. Dat moet de regeering steunen, niet wat klaarblijkelijk ten doode is opgeschreven, maar datgene wat brengen kan tot omvor ming. Een groot belang is ook het vraagstuk der werkloosheid. Dat is bet moeilijkste van alle, omdat er grond is voor de vrees, dat ze voor een niet onbelangrijk deel blijvend zal rijn, omdat dit samenhangt met het verbroken evenwicht tusschen het landbouwbedrijf en het in- dustriebedrijf. De producten zijn goedkoo- per dan in 1870'90, de loonen driemaal zoo hoog; onmogelijk i3 het, het loon van den landarbeider te verlagen. De prijs der producten moet dus omhoog. Dat zal mee brengen, dat we onze producten op uitge breider schaal dan tot nu toe op de natio- le markt moeten brengen. Eens kon Nederland aan al zijn inwoners voedsel verschaffen. Dat was toen er weinig inwoners waren. Er bestaat dus behoefte bodemuitbreiding, wat ook dienen kan om de werkloozen weer aan het werk te krijgen. Verder zegt het manifest, dat de mogelijkheid bestaat weer opbouwend te werken Het program van 1929 geeft voldoende punten aan naar welke we willen streven. Sürekende over de crisispachtwet, zeide spr., Jat dit een maatregel is van de crisis, maar dit wil niet zeggen, dat we nu hierin uitspreken, dat we 't in beginsel met deze maatregelen eens zijn voor normale tijden. Daarom kan men niet meegaan met de idee, dat de staat overal de prijs zal zetten. Dat is niet A. R. Daarom is men te gen de pachtwet geweest zooals de regee ring die voorstelde. Dat er een pachtwet komt is voor spr. zeker, maar dan met ver mijding van beginselen, die funest zullen blijken te zijn voor liet maatschappelijk leven. Spr. wil niet uitsluitend spreken over de crisis der materieele zaken, er is ook nog een geestelijke crisis. Geestelijke crisis. Het duidelijkst komt dit uit bij het gezag De houding van het volk tegenover de over heid. Men roept om een krachtiger leiding, en een krnchtmensch. Maar we hebben een geschiedenis. Men heeft vaker ons volk aan banden willen leggen ten behoeve van een krachtiger gezapshandhaving. Het vrije woord en het recht van vereenigen en ver gaderen moet zijn beloop hebben, al zijn er grenzen, b.v. het beleedigen en smalen van overheid Daar moet moet kracht en klem tegen worden opgetreden. Spr. staat sceptisch tegenover bewegingen, die ge- importeerd zijn uit Italië of Duitschland. Laat men staan blijven bij hetgeen het A. R. program geeft, dan heeft men meer dan genoeg. Verder besprak spr. de verschillende systemen als socialisatie en de corporatie ve staat en de technocratie. In deze syste men zit wel iets aantrekkelijks, maar de staat is steeds de oppermachtige. Systemen hereiken niets, alleen de beginselen. Die moet men uitdragen en brengen in debree- de lagen van ons volk. Vroeger bracht druk vaak versterking van beginselen. Helaas thans blijkt het tegengestelde waar te zijn De ijzeren noodzakelijkheid. Met ijzeren noodzakelijkheid komt de wer kelijkheid. dat we aanmerkelijk lager zul len moeten leven. Geen politieke partij zal het kunnen keeren, ook de A R. partij niet. Maar we kunnen zorgen voor nivelleering van den druk. Maar ook hier moeten de beginselen spre ken. Naar ons menschenhart zouden w potverteren willen en ons nageslacht laten zorgen voor hun tijd. Dat is niet A. R. Over kleine dingen moet men kunnen heenstappen. Niet de eenling die een he- lange.ipolitiek voert zal iets kunnen berei ken. Aaneengesloten, in gemeenschappelijk samenwerken met alle welgezinden moet men opkomen voor de belangen van ons volk. Ook hier weer de beginselen die op den voorgrond moeten komen. Spr. wees op Prins Willem I, wiens be ginselen tenslotte ook hebben gezegevierd Die beginselen zijn beproefd gebleken en spr. wekte allen op voor deze beginselen in 1933 in de bres te willen staan. Gezongen werd nog Ps. 118 8. waarr spr. de vergadering met dankgebed sloot. Gisteravond trad Dr Colijn voor de tweede maal in het niet minder bezette kerkge bouw op. Voornaamste Nieuws. CRISIS-ZUIVEL-CENTRALE COMMISSIES VAN ADVIES BENOEMD. Door den Minister van Econ. Zaken zijn in verband met de uitvoering van de Cri- siszuivelwet verschillende Commissies van Advies benoemd en wel voor boter, voor kaas, voor melkpoeder, voor gecondenseer de melk, voor melk voor koelhuisboter. voor margarine, voor oliën en vetten, voor in dustrie, voor consumentenbelangen, voor algemeene regeling: in totaal dus 11 com missies. DE KAMERS VAN KOOPHANDEL EN HET STAATKUNDIG LEVEN ONGEWENSCHTE INMENGING. Het N. V. V., het R. K. Werkliedenverbond en het Christelijk Nationaal Vakverbond vestigen in een adres aan den Minister van Economische Zaken er diens aandacht op, dat de activiteit van de Kamers van Koophandel een verkeerde richting heeft genomen. Er wordt misbruik gemaakt van het gezag, dat aan de Kamers van Koop handel en Fabrieken als wettelijk ingestel de lichamen toekomt, om bijzondere poli tieke en sociale meeningen te lanceeren. Is dit reeds velen personen uit de kringen van handel en industrie zeiven een doorn in het oog, in het bijzonder zijn ook adressan ten als sociale organisaties gegriefd door het feit. dat bepaalde politieke groepen zich bediend hebben van de Kamers van Koop handel en Fabrieken om hare opvattingen betreffende de zorg voer' werkloozen, de vaak diep in de bestaansmogelijkheden van werknemers ingrijpende voorstellen der Commissie-Weiter en de totstandkoming van sociale wetten te uiten. Adressanten zijn overtuigd, dat zulks niet in overeenstemming is met de wette lijke positie der Kamers van Koophandel. Hare werkzaamheden behooren zich te be perken tot de eigenlijke aangelegenheden van handel en nijverheid, derhalve tot zui ver commercieele en industrieele zaken. Adressanten verzoeken aan den Minister zoodanige maatregelen te willen nemen als noodig zijn om de Kamers van Koophandel binnen de perken der haar opgedragen werkzaamheden en bevoegdheden terug te brengen. POST VOOR URK Aangezien de postverbinding van Urk met den vasten wal tengevolge van den ijs gang verbroken is, zal vandaag getracht worden de post per vliegtuig over te bren gen. INTERPARLEMENTAIRE UNIE De Nederlandsche groep der interparle mentaire Unie heeft benoemd tot haar voor zitter Dr. H. Colijn en tot lid van haar be stuur Mr. C. M. J. F. Goseling. AMSTERDAM GEM. WERKINRICHTING VOOR BLINDEN Uitbreidingsplannen De tegenwoordige Gemeentelijke Werkin richting voor Blinden heeft groot gebrek aan ruimte. Uitbreidingsplannen zijn in vo rige jaren ontworpen, maar de tijdsomstan digheden maakten het niet mogelijk die thans uit te voeren. Aan B. en W. is het ge lukt een zeer geschikte gelegenheid te vin den voor het onderbrengen van de Werkin richting, in de voormalige bijremise van de tram aan den Amsteldijk. e® kosten van verbouwing zijn geraamd op f 64.000, waarbij nog komt een bedrag van f 5000 voor verhuiskosten en inrichting. In deze nieuwe werkplaats kunnen 25 blin den meer geplaatst worden, terwijl de alge meene kosten per blinde zullen afnemen. Als het noodzakelijk blijkt zal deze nieuwe werkinrichting nog uitgebreid worden. HUURDERSSTAKING De geruchten omtrent de nieuwe „huur- verordening" nemen vasteren vorm aan. De heer De Miranda schijnt er hard aan te werken. Het is de bedoeling dat de Raad zich eerst over het principe uitspreekt, en dat daarna de commissie voor de strafverorde ningen een goede redactie vaststelt. De Tribune noemt het een „verkiezings manoeuvre" van de sociaal-democraten. In dien er groepen zijn die van reclame maken verstand hebben en demagogie kunnen be- oordeelen, dan zijn zij het ongetwijfeld Infusschen breidt de s'nking zich uit, In Dr. H. Colijn heeft gister te Leeuwarden een rede gehouden als inzet van de verkil zingscampagne. Bij legerorder zal aan militairen worden verboden deel te nemen aan zgn. weerbaar heidsorganisaties. (Blz. 2) Hitiers regeering ontbindt den Rijksdag en roept het Duitsche volk op haar te steunen in haar strijd tegen het communisme. Zij vraagt een mandaat van vier jaar om in orde te brengen wat door de linkerpartijen in veertien jaar bedorven is. Te Homberg zijn in een straatgevecht een gendarme en drie nazi's gedood Göring schorst de betrokken politie-mannen. In Ulster is in verband met de spoorweg staking, een sneltrein tot ontsporing ge bracht. Verwacht wordt, dat de Volkenbondsver gadering de houding van Japan in het con flict over Mandsjoerije zal veroordeelen. In de Belgische Kamer is tumult geweest over het verbod van „Le Peuple" voor de kazernes. (blz. 3) Op de burgemeester van Nederweert is een aanslag gepleegd. (blz. 8) De Tweede Kamer heeft de behandeling van de wijziging van de kieswet voortgezet. Het amendement-Beumer tot afschaffing van de opkomstplicht werd verworpen. Gisteravond heeft te Rotterdam weer een zware brand gewoed. Een lompenpakhuis werd totaal verwoest. West is een groot deel in opstand. Het is onze nieuwe Jordaan en een buurt waar de communisten veel invloed hebben. Het gemeentebestuur heeft getracht de geit en de kool te sparen. De huurtoeslag kan aan de ondersteunden niet worden ge geven. Maar ze zal ook niet worden gewei gerd, doch in een reservepot gestort om na afloop van het conflict te verrekenen. Men zal wel naar een solutie moeten zoe ken wil niet heel het leven ontredderd wop- den. Maar alleen in den weg der gerechtig heid zal men de oplossing kunnen vinden. In aansluiting op het telegram uit Ban doeng verneemt Aneta-Holland dat de heer E. Gerzon vanuit het ziekenhuis te Bandoeng met relaties te Amsterdam telefoneerde en bij die gelegenheid mededeelde dat bij onder zoek is gebleken, dat het ongeluk geen ge volgen heeft gehad. De heer Gerzon verkeert in goeden welstand. ROTTERDAM GEMEENTERAAD Goed en kwaad is er gisteren over de politie gesproken, en daarmee ziin middag- en avondvergadering bijna geheel gevuld. Goede woorden werden gesproken door den beer D i e m e r, die terecht meende, dat andere klanken gehoord moesten worden, dan die van de heeren Menist en Reuderink. Eerlijk gezegd begrijpen we niet goed, dat de Voorzitter het toelaat als deze heeren spreken van fascist Sirks en met een stalen gezicht beweren: de Burgemeester en de Hoofdcommissaris provoceeren relle tjes om daarna op de bevolking te kunnen inhakken. De vreedzame bevolking heeft van dat provoceeren heelemaal geen last; J"frelletjesmakers natuurlijk wel. Doch, hoe het zij, het was goed, dat de heer Diemer verklaarde: in 't algemeen kan de burgerij' volle waardeering hebben voor de politie en haar optreden en hij mocht er aan toevoegen: Natuurlijk ver wachten we in de eerste plaats van de su perieuren, dat zij een goed voorbeeld geven. Dai spreekt: als de politie fouten maakt, zijn in de allereerste plaats de superieuren aansprakelijk- De Voorzitter sloot zich bij deze hul de gaarne aan en voegde er, naar aanleiding van gedane vragen, aan toe. dat de burgerij gerust kan zijn op de politie-beschermincL ook in moeilijke tijden; terwijl hij verzeker de, dat een ontwerp-verordening voor de rechtspositie van het personeel den raad binnen afzienbare tijd zal bereiken. Deze laatste toezegging is 0. i. wat vaag. Waarom is elders deze zaak afdoende gere geld en gaat het hier van uitstel tot uitstel? De Burgemeester moge wèl bedenken: Uit gestelde hoop krenkt het hart! 't Was overigens merkwaardig, dat er wel een lange rij sociaal-democraten aan bod kwam over verkeersregeling en verkeers ongelukken; over arrestanten-lokalen en huisvesting der politie; maar dat niemand van hen het waagde om ook maar met één woord te spreken over het optreden der politie. Na relletjes is de roodo pers soms lang niet malsch, doch in de raad geen woord. Echter, evenmin een woord van lof. Waarom niet? Er zijn weinig moderne rakhladen, die zóó rood-revolutionair. zóó duhhelovergehaald soc-democratisch zijn als het orgaan van het „modern" georganiseer de politic-personeel; waarom is de 100de fractie dan zoo ondankbaar? Moet de politie soms opk demonstreeren om te bevorderen, zooals de Voorzitter zei, dat hun vertegenwoordigers in do raad hun „zegje zeggen" En ironisch voeg de hij er aan toe: daarop kunnen de do« nionstranten gerust zijn! Dat is in 't algemeen wèl waar. doch ior de politie schoot de roodo fractie toch wel wat in waardeering te kort. 't Is blijkbaar een moeilijk geval. Enfin, die heeft men meer hii

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1933 | | pagina 1