llirtuiir (üoturuit EM GIJ? Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor L eiden en Omstreken del 1 Vereeniging voor Chr. SVl,U,L.O. EERSTE BLAD. BINNENLAND. tramnjuiimina ABONNEMENT» j j er kwartaal In Leiden en In plaat- IW ,n waar n ag-mtsrlinp gevestigd Is f2 35 raiirn per pi<sl 2.35 portokosten. i ei week 018 ena^,r |1P| Buitenland bij wekelijk- j -he zcmling „4 50 IllUcly dageiijkstho zending „5.50 nmiHminnnnai Allcs biJ vooruitbetaling IlllllllilllH Lossp nummers 5 cent met Zondagsblad iVz cent ^^ijndagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar Bureau: Breestriat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936 NO. 3847 VRIJDAG 23 DECEMBER 1932 AD VERTEN. tEN Van I tot 6 regelst-l'M Elke regel - 0.22^ Ir.gez Morlnileelingen van 1—5 regels 2.30 Elke regel meer1.45 Bil contract belangrijke korting. Voor het bevragen aan 't bureau wordt berekend f 0.10 12e Jaargang -lil m stoffei §1 ncc 1 6892 jf iiiimiiiiiiina P5 ruifjes ïcilla's i SEKi LIEDIj ardep j We zeiden het reeds: onze winter-wedstrijd is ingeslagen! Honderden van onze trouwe lezers doen dagelijks op hun kan toor, fabriek of werkplaats, en 's avonds in hun kennissenkring hun uiterste best om ons blad er in te werken. Immers, hoe velen zijn er niet, die wel geregeld des Zondags naar de kerk gaan, lid zijn van verschillende Christelijke vereenigingen of organisaties, die hun kinderen een christelijke opvoeding wenschen te geven en naar een Christelijke School zenden, maar die dagelijks in hun huis, onder de oogen hunner kinderen een blad toelaten, dat zoogenaamd „neutraal" is, maar in woord en beeld propaganda maken voor opvattingen en zaken, waar een Christen lijnrecht tegenover staat. Aan bioscoop, schouwburg, sportverdwazing, Zondagsontheiligende vermaken wordt een aandacht besteed, die op den duur invloed op jonge kinderharten moet uitoefenen. En dat probeert men dan nog goed te praten, zoolang tot men er zelf de funeste gevolgen van ziet. Thans nadert het Kerstfeest weer en kan men zien hoe arm, hoe vreeselijk arm en leeg de inhoud van zoo'n blad dan is. Zeker, men moet alle lezers tot vriend-houden en daarom geeft men in deze dagen ook wel een „vroom" stukje. Daarop volgt dan de aanbeveling voor het Kerst-programma der bioscopen! Is het niet de taak van ieder Christen, van ieder strijder in het leger van onzen Heiland, om positie te kiezen en ook op het terrein van de pers voor Koning Jezus op te komen? De naderende kerstdagen leenen zich daar in 't bijzonder voor. Men spreekt en ontvangt veel kennissen. Bovendien kan men nieuwe lezers er op wijzen dat zij alle tot 1 Jan. verschonende nummers gratis krijgen, met inbegrip van ons schitterend verzorgd kerstnummer. DE DIRECTIE. bestaat uit TWEE blaoei TREURIGE GESCHIEDENIS De burgemeester van Leeuwarderadeel leeft onlangs verklapt, dat de roode partij- ■aad met. één stem meerderheid indertijd •esloten heeft zich tegen elke loonsverla- ing te verzetten. Sterk gefundeerd i9 zoo'n voorstel natuur lijk niet. Ziekte of uitlandigheid van een jfenkel lid had de schaal naar de andere zijde unnen doen overslaan. zan<j Sterk gebonden kan de minderheid zich biet voelen en bij zoo wankele stemming wa- 'an<Ve het verstandig geweest om de pertinente, ixclusieve uitspraak te wijzigen. Een ver jaring, dat loonsverlaging, zooveel doenlijk, ;erug gewezen moest worden, zou eerlijker leweest zijn. De commissarissen en directie van de Ar- Jderspers lieten zich dan ook door het be sluit van de Partijraad niet weerhouden, pasten loonsverlaging toe. j Dat was een treurige geschiedenis. Een drietal sociaal-democraten in de Amsterdam- sche raad had ten slotte met een loonkorting ingestemd en zij worden de woestijn in gestuurd. Dat was ook een treurige geschiedenis. De sociaal-democraten in de Provinciale Staten van Groningen volgden; zij stemden ook voor loonsverlaging. Dat was eveneens een treurige geschiede nis en de partijgenooten, bijgestaan door den partijsecretaris, betreurden het zeer, maar spraken meteen de hoop uit, dat de afge vaardigden voortaan minder stout zouden 2ijn. Dan mochten ze blijven zitten. Dan volgde Zaandam, daarna Hoensbroek in Limburg, vervolgens Leeuwarderadeel overal loonsverlaging en overal medewerking van alle of enkele sociaal-democraten; hetzij met volle, hetzij met getemperde bereidvaar digheid. Al met al waren het treurige ge schiedenissen; Jiep betreurd door bijeenge- jaagde partijgenooten, die er maar niets van begrijpen hoe een besluit van de partijraad zóó gesaboltcerd wordt. Is dat de hoogge- loofde discipline? Is dat de democratie, wel ken men daar verlangt? Het is treurig, diep treurig. Thans volgde Weer Almelo. De roode wethouders hadden de salarisverlaging meegewerkt. Maar 't eindresultaat is dan toch maar, dat de af- deeling nu besloot om hun zetels prijs te ge ven; ze moeten allemaal in de oppositie te- ten genover de burgerlijke partijen. De S.D.A.P. komt hier en elders tot de overtuiging, dat zij slechts veilig is in de bomvrije casemat- ten der negatieve oppositie; mee de verant woordelijkheid dragen in moeilijke tijden, >n| flót kan zij niet. Dat gaat wel in dagen van di| hoogconjunctuur, als 't eene batige slot het andere overtreft en als het geld oogenschijn lijk geen rol speeltdan kan men het roer ook wel recht houden. Zoodra echter het 'n schip in de branding raakt, rollen de roode gezagvoerders over boord; ze spartelen naar e( de veilige oever en dan verschijnen ze als... stuurlui aan de wal. Het moet gezegd; daarin steken ze ieder een de loef af. Doch overigens blijft het een treurige geschiedenis NOG TREURIGER GESCHIE DENIS 't Is een treurige vertooning, die zigzaglijn der roode loonpolitiek in verschillende col leges. Maar nog treuriger dan Amsterdam, Groningen, Leeuwarderadeel, Hoensbroek en Zaandam wasEnschede. In eigen kring praat men er maar liever niet over, want 't was ook al te gortig. Twee brave roode wethouders toch verklaarden dat zij in 't college van Burgemeester en Wethouders meegewerkt hadden aan het billijke voorstel tot loonsverlaging, maar.op commando der partij stemden ze in de raad er toch maar tegen. 't Hinderde niet, want er was toch een meerderheid voor; en zij konden dus zonder bezwaar het partij bevel gehoorzamen. Treurig, ergerlijk treurig was die houding. Maar, het moge ongelooflijk schijnen, hit kon nog treuriger. Dat bewezen deze week de roode leden van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland, de hceren Gerhard en Mi chels. Laat de heer Gerhard het zelf maar zeggen, dan behoeven wij het niet te om schrijven. Toen daar gestemd zou worden over eea loonkorting voor drie jaar van zes procent, en met vrijlating van de eerste duizend gul den, legde dit lid van Ged. Staten, de vol gende verklaring af: Hoewel wij, de heer Michels en ik, van oordeel waren en indien men uitsluitend let op de verhoudingen in onze provincie feitelijk nog zijn, dat een matige tijde lijke loonkorting volstrekt te rechtvaardi gen is, is het ons niet mogelijk gebleken, dat inzicht te bljjven volgen, niettegen staande onze medewerking tot het indie nen der kortingsvoordracht, inclusief zelfs de op bijzondere wijze gewraakte toelich ting. De in onze oogen funeste houding, door zoo goed als alle overheidsinstanties en de groote werkgeversorganisaties, vertegen woordigd door een politieke partij, inge nomen, die het zoo ver mogelijk neerdruk ken van iet loonpeil der arbeiders als den hoofdeisch, bijna den eenig noodzakelijken eisch van economisch beleid propageeren en inzonderheid ten aanzien van het over heidspersoneel dien eisch op genadelooze wijze doorvoeren, was van beslissenden invloed op onze uiteindelijke houding. Wijl men de door ons aanvankelijk in genomen positie in onze provincie hard nekkig wil doen beschouwen als de nood zakelijke instemming met het algemeene streven, waaraan wij in geen geval mede plichtig willen zijn, kunnen wij onze stem aan ueze voordracht niet geven. Dit is nu de treurigste geschiedenis, wel ke tot heden ten aanzien van deze materie geboekstaafd is. Behoudens dan, dat we nu het belachelijke naderen en tevens het onwaarachtige in de motiveering. Dat men van sommige zijden blijkbaar de malaise aangrijpt om het loonpeil zooveel mogelijk te doen drukken en de sociale wet geving uit te hollen, is meermalen erkend en niet alleen in de roode pers. Mj ir het is een man als de heer Gerdhard onwaardig, om zich uit z:jn moeilijke positie te redden en 't wrekend zwaard zijner roode ;evers te ontgaan, Joo- in een, op het laatste oogenblik gegeven stem-motiveering zich ie verschuilen achter een onbewezen beschuldiging tegen de overheid. Dat deze tot overlpg bereid is, hebben de ambtenaren-organisaties ondervonden en heel het rcgceringsbeleid bewijst, dat de overheid „op gen- 'denzo wi>'ze doorgevoerde JAARVERGADERING TE UTRECHT Bedreiging en doelwit der M.U.L.O.- Scholen TEEKEN- EN STELONDERWIJS Heden werd te Utrecht de jaarlijksche al gemeene vergadering gehouden van de Ver. een. lot behartiging van de belangen der Chr. Scholen voor M.U.L.O. in Nederland. De heer J. Th. R Sc h reu der, van Heemstede, Voorzitter der Vereeniging, hield de Openingsrede. Spr. bepaalde de vergadering hij de ingrij pende wijziging der L.O. wet. die 1 Jan. 1933 van kracht wordt en voor het M.U.L.0 ern stige bedre gingen bc\at. De verzoeken aan Minister en Tweede Kamer hat den geen gevolg en de last der bezuiniging komt nu geheel op de kleine M.U.L.O.-schoien, terwijl de groole worden begunstigd. De invoering van de uniforme leerlingen- schaal voor het M.U.L.O. beoogt niet enkel bezuiniging, maarr, blijkens de Kamerstuk ken, ook de betreffende scholen tot meer J. Th. R. SCHREUDER concentratie te dringen. Had die concentra tie niet eer begonnen moeten worden, gelijk het Comité-Feberwée beoogde, bij het L.O. wijl vooral in de groote steden een groot aan. tal kleine Openb. scholen bestaat, waardoor het onderwijs noodeloos kostbaar wordt. Spr. wees er op, dat er in heel Zeeland slechts 5, in Noord-Brabant slechts 7 en in Limbuig slechts 3 Chr. M.U.L.O.-schoien zijn. Er zijn in h°el het land slechts vier plaatsen waar twee kleine dergelijke scholen zijn, die beide kwijnend zijn, of één er van. Concen tratie zal hier weinig gevolg hebben, wegens kerkelijke verschillen, localiteitsbezwaren, enz. Schoolbouw, daardoor noodig geworden, vergt nieuwe uitgaven. In de groote steden zijn de meeste M.U.L.O. scholen gecombi neerd met een school voor L.O. in hetzelfde gebouw. Voor een geconcentreerde M.U.L.O- school zou een derde gebouw noodig zijn. In Arnhem werd voor de concentratie van een paar Openbare M.U.L.O.-scholea een gebouw an 3 ton gesticht. Vereeniging van kopklassen door concen tratie maakt drie hoofden noodig in plaats an twee. Door die concentratie moet ook meer aan salarissen uitbetaald worden door de rijksvergoeding aaa verplichte onderwij zers. De uniforme 26-Ieerlingenschaal Is voor scholen met meer dan 130 leerlingen gun stiger dan de bestaande. Concentratie waar door groote M.U.L.O.-schoien ontstaan, werkt financieel nadeelig. Verder wees spr. op bezwaren van de his torische wording en den groei der scholen, het onderwijsbelang met het verschil in ge bruikte leerboeken, enz. Het keuislijf der vereischte minima brengt ooral de scholen met 3-jarigen cursus in gevaar, die door overgangen naar H.B.S. en Kweekscholen steeds leerlingen verliezen, waarom spr. dan ook uitl>ouw tot een 4-ja- rigen jrsus als eenigen uitweg ziet. Wel behoeft men zich niet direct ongerust te maken, wijl het stringente der nieuwe eischen is verzacht, doordat voor scholen met rijksvergoeding gedurende 1933 en '34 de oude bepalingen gehandhaafd blijven en ook daarna de rijksvergoeding niet direct ver loren gaat, als men eens een jaar te weinig leerlingen heeft. Mits het aantal niet heneden van het vereischte getal daalt, heeft men na de ovegangsjaren nog drie jaar den tijd zich aan de nieuwe eisch ju aan te passen. Spr. was erkentelijk dat de werking der uniforme 2G-lcerlingenschaal tot de eerste 5 jaren beperkt bleef. Verder zij men niet te pessimistisch. Blij kens den groei der mulo-examens bezit het M.U.L.O. innerlijke vitaliteit. Moeilijke problemen worden gesteld door den godsdienstlnozen-propaganda, verslap ping van verantwoordelijkheidsbesef, wilde jacht naar sport en spel en verwildering der zeden. Voor het Bijbelsch Onderwijs geven, blij-, kens de uitgeschreven rijsvraag, de he-' staande leer- en handboeken niet wat noodig is. We staan met onze school midden in de wereld en in het ongeloof. Het godsdienston derwijs moet meer zijn dan het beoogen van Bijhelsche kennis. De konnis is niet genoeg om iemand tot een mensch Gods te maken. Daarom is ook noodig het gebed, dat God liet onderwijs daartoe gebruiken wil. We moeten in de school Gods eisch doen hooren en uit Zijn Woord spreken. Dat vraagt ernstige die, echtheid en beslistheid in heel het Ie en in de leligie. Alle halfheid wordt onder den voet geloopen. In, met en achter de ken nis van onderwijs in de Bijhelsche Geschie denis moet de gehoorzaamheid des geloofs werken. Met.onze 18- a 20 leervakken wordt zoo ge makkelijk het middel, doel, vooral wijl een mensch niet enkel individu, maar ook gemeenschapswezen is. Het examen worde geen doel, al verhoogt het de spanning tus- schen kenniSyaanhrcngen en karaktervor ming. Spr. wees er tenslotte op, hoe die span ning in verschillende leervakken aanwezig is en eindigde met den w ,sch, dat de scho len voor de practijk en Gode tot eer goede vrucht mogen dragen. De heer K. Ydenburg, van Amsterdam, refereerde daarna over „de toenemende be langstelling van den U.L.O.-onderwijzer voor het Teekenen". Belangstelling voor het teekenen. Als oorzaken voor de toenemende belang stelling van den U.L.O.-onderwijzer voor het teekenen moeten genoemd worden: Een doorwerken van de paedagogisch-psy- chologische gedachte, die grondsiag was van hen, die hebben aangedrongen op de in ring van het teekencn op de Lagere School. De onafgebroken rij van exposities van kunstwerken op allerlei gebied, die den on derwijzer dwongen zich rekenschap te ge ven van de vraag, hoe het teekenen in de school kan worden gebruikt om liefde voor het schoone aan te kweeken. De drang door uitgevers e.a. uitgeoefend om hun uitgaven voor het teekenonderwijs in de school te brengen. Waar hit teekencn als vak van onderwijs door bevoegde leeraren wordt gegeven, is de kans groot, dat ueze uit liefde voor hun speciale vak hieraan de grootst mogelijke aandacht besteden. Bij hen vergeleken is de gewone onderwijzer slechts een amateur, die doordrongen moet worden van de gedachte, dat het vak tcekenen een goede afwisseling biedt te midden van het groote aantal in- tellectueele vakken van het U.L.O, „een oase in de woestijn"; het onderwijs door hem met volle ambitie kan gegeven worden, zelfs al is hij persoon, lijk geen groot teekenaar; de resultaten meestal moedgevend zijn, voor hem zelf, alsmede voor zijn leerlingen. De ambitie voor het teekenen is bij veel leerlingen, als ze op de U.L.O. school komen niet groot. Ze kómen dan meestal uil de 6e klasse van een lagere school. Deze geringe belangstelling is te wijlen aan de opleidingsscholen voor onderwij zers de goede niet te na gesproken; aan het leerplan van de Lagere School, dat meestal voor iedere klas het gebruik van wandplaten, in methodische volgorde voor schrijft De taak van den U.L.O.-onderwijzer is nu: het zelfvertrouwen van den leerling te ver sterken, door hem hulpmiddelen te laten ge bruiken; de leerstof aantrekkelijk te maken door al leen dat aan de leerlingen voor te leggen, dat voldoet aan de hoogste ischen van vorm schoonheid en kleurschakecring. Daar van een methode, voor het U.L.O. ge lukkig nog geen sprake Is, heeft de onderwij zer bij het vaststellen van zijn lePrplan zelf liet voorrecht te bepalen, wat hij wel en wat hij niet wil teekenen. Daar evenwel een „ze ker" leerplan moet worden gevolgd en of ficieel vastgelegd, dient dit zoo algemeen mo gelijk te zijn. Dit zelf ontworpen, met ambitie en oordeel opgestelde leerplan, zal voor het Hoofd der school een waarborg zijn voor goed onderwijs. Wij denken ons dezen gang: loonsverlaging" nigt als de eenig noodzake lijke eisch voor economisch herstel be schouwt. De heeren Gerhard en Michels, die de vol strekte rechtvaardigheid der loonsverlaging erkennen en zelfs de zoozeer gewraakte to' lichting voor hun rekening nemen, moeste zich schamen om op deze wijze eigen pnsi- silig te stellen en te buigen voor een val sche democratie. Ilet is eon treurige geschiedenis; zoo diep- n a'-r «et Vdc niet werd geschreven. t I: Veel lljnteekei ondeiwtfM i leerling moet delen gehrul- oorgeteekend: de leerlingen onderdeoien naar eigen smaa bevelen zijn- voor den ond radlspen v leurschnkee icht der leerlini kleurmenging i doelmatige vestige vlschkom; bol op lUnteekenen hier minder A mtvverpen; randversieringen, teekenen naar wandplaten uit de omgeving. Klasse TTI: Het de elgei r voorwerpen Ing der leer- Zelfsn:<;.'n gde ivsndplaten uit de ving. huishoudelijk, onderwijzer den 1. huiskamerlamp. schoorsteenmanter'met "haard edfng. palm ln pot. enz. ngen gerust de moei te. die men heeft „M?JPPen. m<>t m0o'e voorbeelden, bltv. die van bewijzen kunnen aJs aanvulling goede diensten Op deze wijze wordt het doel van het tee kenen een ontspanningsvak op onze U. i..()-scholen het best bereikt. Aansporing m dezen geest te probeeren. o?.fiAeer N' H e 1 n e r' van Stadskanaal, ^prak daarna over: „Het opstel op onze scho len en op het examen". Het opstel. Het stel-onderwijs In onze scholen, aldus referent, heeft, als hoogtepunt van oefenstof on vaak als voornaamste doel: het ops',el. in 'lil vorbnnd te definieeren als; een stuk ge schreven taal in verhaal- of -ertoo-vorm, noor de lecr'mgon in opdracht vervaardigd Aangezien de nrartijk van het leven eer d r- gehjk stuk we,', itli -n e rm-it o-, ev.Mulo- lecrlingen -al ver-r., st ts ,ij„ d i t opstel in ons taalonderwijs inneemt te groot. Het stellen van brieven, van notulen, van een kort verslag moet meer dan tot dusver worden beoefend in het steluur. En om liet onderwijs in deze richting sterker te stuwen, kan h 1 Mulo-examen prachtig werk doen wanneer hij de opgaven ter heoordpeling van de stelkunst ook dergelijke dingen wor den gevraagd. Bovendien is het opstel, gemaakt „onder" een opgegeven titel, bezwaarlijk voor wie weinig of geen verbeeldingskracht bezit, daarom moet worden gezoebt naar een vorm van opgave, die de verbeelding zooveel mo gelijk te hulp komt en daardoor gelegenheid geeft, de aandacht voornamelijk te con treeren op het eigenlijke stellen. Als voorwaarden tot, tevens gevolgen van het maken van een „schriftelijke taai-uiting" worden genoemd: inzicht in conceptie; in zinsbouw; in woordgebruik. Om dit te bevorderen, te verdiepen, kan gebruik gemaakt worden van andere ken dan „Ned. Taal", b.v. het mondeling weergeven van geschiedenis of aardrijkskun- de-lessen, het vertalen uit de moderne talen. Speciaal de schriftelijke vertaling kan hier uitstekend werk doen. De speciale voorbereiding tot „het opstel" behoort natuurlijk bij het vak Ncderlandsch: lezen, lexicologische oefeningen, verschillen de „soorten" opstellen. In het büzonder .noet worden gelet op de invloed van lectuur: klasse-leesboek zoo wel als bibliotheek-leeshoek. Een be hoorlijk gevulde schoolbibliotheek van goede (jeugd)-schrijvers is zeer belangrijk. Wat dd eigenlijke „opstellen" betreft, de verschillende wijzen van opgeven worden na gegaan: de briefvorm; het opstel naar aan leiding van een verhaal of een gedicht; het opstel onder een gegeven titel. Van belang is niet alleen hef leeren „opzetten" vaa een stuk werk. eveneens de bespreking van het „hoe" der uitvoering door en aan de hand van de correctie. Hoewel in de eerste plaats s t e l-oefening, kan goed opstel onderwijs de leerlingen kijk geven op de opzet, de concep tie van een novelle, een hoek. en op de taal behandeling door den auteur, waardoor het het letterkunde-onderwijs ten goede komt. Maar dit is een neven doel; hoofddoel is: de leerling moet zijn gedachten duidelijk, be knopt, frisch weten weer te geven in ge schreven taal, in de vormen, die het practi- sche leven vraagt. Dót moet het eind van dit onderwijs op de Mulo-school wezen, en de exameneischen moeien hiertoe stimulee- ren en tevens in staat stellen tot zoo zuiver mogeliike beoordeeling van de bereikte r sulfaten. De heer A. v. d. W ij d e n sprak over: De letterkunde op onze scholen en op het examen, benevens het re- citeeren van gedichten. Een gevaar, waaraan de onderwijzer altijd bloot staat, is aldus spr. dal zijn werk betrekkelijk gemakkelijk in sleur ontaardt Daarom is het gewenscht zich steeds weer op dat gewone dagelijksche werk te bezin nen. Zoo zijn wij ook genoodzaakt ons reken schap te geven van de letterkunde cn het reciteeren vau gedichten in onze U.L.O.- scholen en op het examen. Allerlei getheoretiseer over schoonheid en kunst heeft tot weinig bevredigende resulta ten geleid. Dus moeten wij voor ons zelf vaststellen, wat wij met ons literatuur-onder wijs beoogen. Dat kan natuurlijk niet in de eerste plaats zijn een africhten voor een exa men. Evenmin om de algemeene ontwikke ling te dienen, een waan. waartegen geluk kig meer en meer verzet rijst. 't Maken van kunst\ erken is alle eeuwen door voor een waarachtig kunstenaar iets noodwendigs, een levenswet, waardoor hij met fijne intuïtie 't leven uitbeeldt zooals hij 't in zijn bewogenheid heeft aanschouwd. En daarvan willen we onze leerlingen, naar de mate van h geestelijke ontwikkeling, iets doen meevoelen. Ook de onontwikkelde, met vaak ruwe en ongevormde geest, heeft aestliotische behoef ten. Dit leidt hij de groote massa tot 't ver slinden van allerlei minderwaardige coipor- tage-romans. De eerste taak, die elke opvoe der heeft, is dus cultuurarheid. verheffing van de nog ongevormde geest, ook die van t kind, om deze vatbaar te maken voor de in drukken van schoonheid in allerlei uitheel ding. De ver doorgevoerde mechaniseering van het leven vormt een groote belemmering. De voornaamste beteekenis van 't goede hoek ligt dus in z'n leven-schoppende en daardoor leven-vormende waarde, of ook zooals Henr. Roland Holst 't uitgedrukt heeft liet versterkt liet gevoel van eenheid en eenswillendheid met andere menschen. Het moet ons bovendien de oogen openen voor t rijke leven en de stralende schoonheid, die God in Zijn algemeene genade den mensch in schepping en schepsel gelaten heeft Daar .an. f'e literatuur nooit de plaats van de religie innemen. Deze vnornannivStc werking der kunst echter i op geen enkel examen af raaghaar. Daar bepal" men zich tot de fata et fa< ta van 't gclezene. 't Milieu van vele leerlingen der U.L.O.- school en de aard van haar streven, bene vens een verkeerde interpretatie van 't le ven, bemoeilijken dit onderwijs dikwijls. In de practijk houden we dus rekening met de ontwikkeling en leeftijd der leerlingen, we willen i.un belangstelling opwekken door teel voorlezen en laten voorlezen van boeien de leesstof. Men beginne daarbij vooral niet met individualistische of lyrische kunst, maar met eenvoudige verhalen, waarin de jeugd haar eigen levenswerkelijkheid weer spiegeld vindt. Hiertegen zondigen tegen woordig vele z.g. boeiende of „lollige" boe ken, die een geforceerd en dus vervalscht levensbeeld suggereeren en door de on moge lijkste avonturen hun fantasie op ongeoor loofde wijze prikkelen en daardoor van de realiteit van 't leven afvoeren En als dan een gedesorganiseerd arbeidsproces ze straks nog bovendien de gelegenheid onthoudt zich het leven op normale wijze te nrtiveerrn en 't vergrovingsproces doorwerkt, zullen ze te eenenmale onvatbaar zijn geworden voor .erkelijk li.eraire kunst. Laten we hij de keuze van leesstof dus voor zichtig zijn. met oordeel kiezen en alles ver mijden wal grof. banaal of valsch gevoelig is, manr vooral alles, waf een zuiver leven en een rein gevoel zou kunnen bezoedelen. 't I.ceren van gedichten is niet alleen een nracfische inleiding tot beter spreken, maar vooral nn in*-greerend ■'eel van hel lilera tmironrlenviN omdat alli en e°n gi «d gezegd -pdipht <lp .rli..nnl,«r* >ivpn bep-u kan ma ken. Vmnl hieri" al' nTr» <gen var Til- i' d is' Voornaamste Nieuws. (blz. 1) Jaarvergadering te Utrecht van de Vereen, voor Chr, Mulc. (Blz 2) Daar Roosevelt alle medewerking gewei gerd heef'., zijn Hoover en zijn ministers thans van hun onini-^ht ten aanzien van het schulden vraagstuk overtuigd. Boncour's regeeringsverklaring is door de Kamer met 365 tegen 215 stemmen goedge keurd. Ook de Belgische remier De Brocqueville heeft zijn regeeringsverklaring afgelegd. Het Amerikaansehe congres is het eens geworden over de onafhankelijk-verklaring der PhiliDpijncn. De Volkenbondshemoeiingen inzake het ge schil tusschen Brazilië en Paraguay zijn vruchteloos gebleken. (blz. 5) Verlaging der vrachttarieven: gewijzigde berekening voor goederenvervoer per spoor weg. (blz. 3) De Eerst3 Kamer heeft het wetsontwerp tot tijdelijke hefling van opeenlen op sommige invoerrecht°n en op de accijnzen aangenomen De Tweedj Kamer heeft de onderwijsbe- grooting aangenomen en vervolgens het wets ontwerp tot contingenteering van de invoer van schoeisel goedgekeurd. (Blz 8) Dr. D. Bakker, die 30 jaar in Van even beslissend invloed op 't resul taat is de keuze van 't gedicht; men wachte er zich vooral voor een te moeilijk gedicht te willen gaan „verklaren" of er een taalles van t maken. De boeken voor 't examen worden in de klas gedeeltelijk gelezen en voorzoover noo dig besproken, daarbij behandele men occa sioneel wat in 't leven en 't oeuvre der auteurs belangrijk is, in verband met 't ge lezen werk. Het streven van 6ommige opleiders om meer literatuurhistorie te behandelen worde hestrpdon, daar dit niet strookt met de e»rd van onze scholen. De gelezen boeken moeten primair blijven, ook op het examen, waar men er altijd van doordrongen moet blij ven, ook in deze tijd van kritiek en ont wrichting, dat we te maken hebben met kin deren, door collega's opgeleid. HET VLIEGPLAN-ASJES Naar gemeld wordt, heeft het comité Vlieg tocht Nederland—Indië besloten, zijn steun te verleenen aan het plan van luitenant- vlieger D. L. Asjes, om met een speciaal snel posttoestcl. ontworpen door den con structeur der fa. H. Pander cn Zn., den heer T. E Slut, naar Indië te vliegen. Het comité heeft f 10.000 uitgetrokken, op voorwaarde, dat de vlucht voor 1 Mei 1934 moet plaats hebben. TRAMWEG MEPPEL-HIJKERSMILDE Naar wij vernemen heeft de Directie van de Nederlandsche Tramweg Maatschappij thans definitief besloten tot opheffing van den tramweg Meppel -Hijkersmilde. De datum, waarop deze tramweg zal worden opgeheven is nog niet vastgesteld. Men is tot dit besluit gekomen in verhand met het feit, dat de exploitatie niet loonend is. GESLAAGDE NOODLANDING Gistermiddag te omstreeks kwart voor 2 zagen tuinders op den 's-Gravenweg dat een vliegtuig eenige zonderlinge manoeuvres maakte. Blijkbaar had men een defect aan den motor gekregen, want het vliegtuig majikte aanstalten om een noodlanding te maken. Met gvoote snelheid kwam het een grasland opry- en even later stoof een waterkolom op, waaruit men afleidde, dat het vliegtuig waar schijnlijk in de Groene Wetering verongelukt as. Gelukkig bleek dit niet het geval te zijn. Toen wy kort na het ongeval op de phints des onheils aankwamen, het bleek te zijn een stuk grasland achter de kwerkery van M. Volk aan den 's-Gravenweg, ontdekten wy het \lieg- tuig, een militair toestel dat piet den kop In sloot was gedoken. .vee militairen stonden er echter rustig cigaretje by te rooken en dat <lced al zien er n'ets prnstïtrs wee gpheurd Het vpeg- tuig, de Fokker-jager 527, was gistermorgen Sopsterberg opgestegen. Na een bezoek Gilze-Rijen en Waalhaven was het op den terugreis naar Roesterberg. Achter Kralineen Iicmerkte de piloot, de 1ste luitenant Manten, dat er een defect was aan den motor, waardoor hii vemlicht was te dalen. Het toestel had noe groote snelheid en lul- tenant-vlie«*enier x'an4en zag met £én ootron- •lag, dat hii rrvdden in de broeikassen van de weekerii terecht zou komen. Met croote te- •»onwno»-di«»hp'd v-^n reest wendde h?i da.nmm stuur en 't viie«ztni«r mankte een züxvn.nrt- rhe hewe^intr. Rct kwam terecht in een Ke- rel-Votiilc small» sloot. De kon van het vl«eg. uin- drnn» in den veenarMi~>n —ond on de nneh.'ne stond met een ruk ef?l fin he.'de in- 'tterden, de ludenent en de «emMni.w»ir. •ernen on—d^-d Ook het vlieg- hed maar wefnlw schede. Het hen.» ,.„n de c ven hef w-for de„d »eh- n vvo«»en da» het toestel In —hf frct-oreon. "ewanrsehmvd, ^0»sterhev»»

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1932 | | pagina 1