llirtuiir (üoturuit
EM GIJ?
Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor L eiden en Omstreken
del 1
Vereeniging voor Chr. SVl,U,L.O.
EERSTE BLAD.
BINNENLAND.
tramnjuiimina ABONNEMENT»
j j er kwartaal In Leiden en In plaat-
IW ,n waar n ag-mtsrlinp gevestigd Is f2 35
raiirn per pi<sl 2.35 portokosten.
i ei week 018
ena^,r |1P| Buitenland bij wekelijk-
j -he zcmling „4 50
IllUcly dageiijkstho zending „5.50
nmiHminnnnai Allcs biJ vooruitbetaling
IlllllllilllH Lossp nummers 5 cent
met Zondagsblad iVz cent
^^ijndagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar
Bureau: Breestriat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936
NO. 3847 VRIJDAG 23 DECEMBER 1932
AD VERTEN. tEN
Van I tot 6 regelst-l'M
Elke regel - 0.22^
Ir.gez Morlnileelingen
van 1—5 regels 2.30
Elke regel meer1.45
Bil contract belangrijke korting.
Voor het bevragen aan 't bureau
wordt berekend f 0.10
12e Jaargang
-lil
m
stoffei §1
ncc 1
6892 jf
iiiimiiiiiiina P5
ruifjes
ïcilla's i
SEKi
LIEDIj
ardep j
We zeiden het reeds: onze winter-wedstrijd is ingeslagen!
Honderden van onze trouwe lezers doen dagelijks op hun kan
toor, fabriek of werkplaats, en 's avonds in hun kennissenkring
hun uiterste best om ons blad er in te werken.
Immers, hoe velen zijn er niet, die wel geregeld des Zondags
naar de kerk gaan, lid zijn van verschillende Christelijke
vereenigingen of organisaties, die hun kinderen een christelijke
opvoeding wenschen te geven en naar een Christelijke School
zenden, maar die dagelijks in hun huis, onder de oogen hunner
kinderen een blad toelaten, dat zoogenaamd „neutraal" is,
maar in woord en beeld propaganda maken voor opvattingen
en zaken, waar een Christen lijnrecht tegenover staat. Aan
bioscoop, schouwburg, sportverdwazing, Zondagsontheiligende
vermaken wordt een aandacht besteed, die op den duur invloed
op jonge kinderharten moet uitoefenen.
En dat probeert men dan nog goed te praten, zoolang tot men
er zelf de funeste gevolgen van ziet.
Thans nadert het Kerstfeest weer en kan men zien hoe arm,
hoe vreeselijk arm en leeg de inhoud van zoo'n blad dan is.
Zeker, men moet alle lezers tot vriend-houden en daarom geeft
men in deze dagen ook wel een „vroom" stukje. Daarop volgt
dan de aanbeveling voor het Kerst-programma der bioscopen!
Is het niet de taak van ieder Christen, van ieder strijder in
het leger van onzen Heiland, om positie te kiezen en ook op
het terrein van de pers voor Koning Jezus op te komen?
De naderende kerstdagen leenen zich daar in 't bijzonder voor.
Men spreekt en ontvangt veel kennissen. Bovendien kan men
nieuwe lezers er op wijzen dat zij alle tot 1 Jan. verschonende
nummers gratis krijgen, met inbegrip van ons schitterend
verzorgd kerstnummer.
DE DIRECTIE.
bestaat uit TWEE blaoei
TREURIGE GESCHIEDENIS
De burgemeester van Leeuwarderadeel
leeft onlangs verklapt, dat de roode partij-
■aad met. één stem meerderheid indertijd
•esloten heeft zich tegen elke loonsverla-
ing te verzetten.
Sterk gefundeerd i9 zoo'n voorstel natuur
lijk niet. Ziekte of uitlandigheid van een
jfenkel lid had de schaal naar de andere zijde
unnen doen overslaan.
zan<j Sterk gebonden kan de minderheid zich
biet voelen en bij zoo wankele stemming wa-
'an<Ve het verstandig geweest om de pertinente,
ixclusieve uitspraak te wijzigen. Een ver
jaring, dat loonsverlaging, zooveel doenlijk,
;erug gewezen moest worden, zou eerlijker
leweest zijn.
De commissarissen en directie van de Ar-
Jderspers lieten zich dan ook door het be
sluit van de Partijraad niet weerhouden,
pasten loonsverlaging toe.
j Dat was een treurige geschiedenis. Een
drietal sociaal-democraten in de Amsterdam-
sche raad had ten slotte met een loonkorting
ingestemd en zij worden de woestijn in
gestuurd.
Dat was ook een treurige geschiedenis.
De sociaal-democraten in de Provinciale
Staten van Groningen volgden; zij stemden
ook voor loonsverlaging.
Dat was eveneens een treurige geschiede
nis en de partijgenooten, bijgestaan door den
partijsecretaris, betreurden het zeer, maar
spraken meteen de hoop uit, dat de afge
vaardigden voortaan minder stout zouden
2ijn. Dan mochten ze blijven zitten.
Dan volgde Zaandam, daarna Hoensbroek
in Limburg, vervolgens Leeuwarderadeel
overal loonsverlaging en overal medewerking
van alle of enkele sociaal-democraten; hetzij
met volle, hetzij met getemperde bereidvaar
digheid. Al met al waren het treurige ge
schiedenissen; Jiep betreurd door bijeenge-
jaagde partijgenooten, die er maar niets van
begrijpen hoe een besluit van de partijraad
zóó gesaboltcerd wordt. Is dat de hoogge-
loofde discipline? Is dat de democratie, wel
ken men daar verlangt?
Het is treurig, diep treurig. Thans volgde
Weer Almelo. De roode wethouders hadden
de salarisverlaging meegewerkt. Maar
't eindresultaat is dan toch maar, dat de af-
deeling nu besloot om hun zetels prijs te ge
ven; ze moeten allemaal in de oppositie te-
ten genover de burgerlijke partijen. De S.D.A.P.
komt hier en elders tot de overtuiging, dat
zij slechts veilig is in de bomvrije casemat-
ten der negatieve oppositie; mee de verant
woordelijkheid dragen in moeilijke tijden,
>n| flót kan zij niet. Dat gaat wel in dagen van
di| hoogconjunctuur, als 't eene batige slot het
andere overtreft en als het geld oogenschijn
lijk geen rol speeltdan kan men het
roer ook wel recht houden. Zoodra echter het
'n schip in de branding raakt, rollen de roode
gezagvoerders over boord; ze spartelen naar
e( de veilige oever en dan verschijnen ze als...
stuurlui aan de wal.
Het moet gezegd; daarin steken ze ieder
een de loef af. Doch overigens blijft het een
treurige geschiedenis
NOG TREURIGER GESCHIE
DENIS
't Is een treurige vertooning, die zigzaglijn
der roode loonpolitiek in verschillende col
leges. Maar nog treuriger dan Amsterdam,
Groningen, Leeuwarderadeel, Hoensbroek en
Zaandam wasEnschede.
In eigen kring praat men er maar liever
niet over, want 't was ook al te gortig. Twee
brave roode wethouders toch verklaarden
dat zij in 't college van Burgemeester en
Wethouders meegewerkt hadden aan het
billijke voorstel tot loonsverlaging, maar.op
commando der partij stemden ze in de raad
er toch maar tegen.
't Hinderde niet, want er was toch een
meerderheid voor; en zij konden dus zonder
bezwaar het partij bevel gehoorzamen.
Treurig, ergerlijk treurig was die houding.
Maar, het moge ongelooflijk schijnen, hit
kon nog treuriger. Dat bewezen deze week
de roode leden van Gedeputeerde Staten van
Noord-Holland, de hceren Gerhard en Mi
chels. Laat de heer Gerhard het zelf maar
zeggen, dan behoeven wij het niet te om
schrijven.
Toen daar gestemd zou worden over eea
loonkorting voor drie jaar van zes procent,
en met vrijlating van de eerste duizend gul
den, legde dit lid van Ged. Staten, de vol
gende verklaring af:
Hoewel wij, de heer Michels en ik, van
oordeel waren en indien men uitsluitend
let op de verhoudingen in onze provincie
feitelijk nog zijn, dat een matige tijde
lijke loonkorting volstrekt te rechtvaardi
gen is, is het ons niet mogelijk gebleken,
dat inzicht te bljjven volgen, niettegen
staande onze medewerking tot het indie
nen der kortingsvoordracht, inclusief zelfs
de op bijzondere wijze gewraakte toelich
ting.
De in onze oogen funeste houding, door
zoo goed als alle overheidsinstanties en de
groote werkgeversorganisaties, vertegen
woordigd door een politieke partij, inge
nomen, die het zoo ver mogelijk neerdruk
ken van iet loonpeil der arbeiders als den
hoofdeisch, bijna den eenig noodzakelijken
eisch van economisch beleid propageeren
en inzonderheid ten aanzien van het over
heidspersoneel dien eisch op genadelooze
wijze doorvoeren, was van beslissenden
invloed op onze uiteindelijke houding.
Wijl men de door ons aanvankelijk in
genomen positie in onze provincie hard
nekkig wil doen beschouwen als de nood
zakelijke instemming met het algemeene
streven, waaraan wij in geen geval mede
plichtig willen zijn, kunnen wij onze stem
aan ueze voordracht niet geven.
Dit is nu de treurigste geschiedenis, wel
ke tot heden ten aanzien van deze materie
geboekstaafd is. Behoudens dan, dat we nu
het belachelijke naderen en tevens het
onwaarachtige in de motiveering.
Dat men van sommige zijden blijkbaar de
malaise aangrijpt om het loonpeil zooveel
mogelijk te doen drukken en de sociale wet
geving uit te hollen, is meermalen erkend en
niet alleen in de roode pers.
Mj ir het is een man als de heer Gerdhard
onwaardig, om zich uit z:jn moeilijke positie
te redden en 't wrekend zwaard zijner roode
;evers te ontgaan, Joo- in een, op het
laatste oogenblik gegeven stem-motiveering
zich ie verschuilen achter een onbewezen
beschuldiging tegen de overheid.
Dat deze tot overlpg bereid is, hebben de
ambtenaren-organisaties ondervonden en
heel het rcgceringsbeleid bewijst, dat de
overheid „op gen- 'denzo wi>'ze doorgevoerde
JAARVERGADERING TE UTRECHT
Bedreiging en doelwit der M.U.L.O.-
Scholen
TEEKEN- EN STELONDERWIJS
Heden werd te Utrecht de jaarlijksche al
gemeene vergadering gehouden van de Ver.
een. lot behartiging van de belangen der Chr.
Scholen voor M.U.L.O. in Nederland.
De heer J. Th. R Sc h reu der, van
Heemstede, Voorzitter der Vereeniging, hield
de
Openingsrede.
Spr. bepaalde de vergadering hij de ingrij
pende wijziging der L.O. wet. die 1 Jan. 1933
van kracht wordt en voor het M.U.L.0 ern
stige bedre gingen bc\at.
De verzoeken aan Minister en Tweede
Kamer hat den geen gevolg en de last der
bezuiniging komt nu geheel op de kleine
M.U.L.O.-schoien, terwijl de groole worden
begunstigd.
De invoering van de uniforme leerlingen-
schaal voor het M.U.L.O. beoogt niet enkel
bezuiniging, maarr, blijkens de Kamerstuk
ken, ook de betreffende scholen tot meer
J. Th. R. SCHREUDER
concentratie te dringen. Had die concentra
tie niet eer begonnen moeten worden, gelijk
het Comité-Feberwée beoogde, bij het L.O.
wijl vooral in de groote steden een groot aan.
tal kleine Openb. scholen bestaat, waardoor
het onderwijs noodeloos kostbaar wordt.
Spr. wees er op, dat er in heel Zeeland
slechts 5, in Noord-Brabant slechts 7 en in
Limbuig slechts 3 Chr. M.U.L.O.-schoien zijn.
Er zijn in h°el het land slechts vier plaatsen
waar twee kleine dergelijke scholen zijn, die
beide kwijnend zijn, of één er van. Concen
tratie zal hier weinig gevolg hebben, wegens
kerkelijke verschillen, localiteitsbezwaren,
enz. Schoolbouw, daardoor noodig geworden,
vergt nieuwe uitgaven. In de groote steden
zijn de meeste M.U.L.O. scholen gecombi
neerd met een school voor L.O. in hetzelfde
gebouw. Voor een geconcentreerde M.U.L.O-
school zou een derde gebouw noodig zijn. In
Arnhem werd voor de concentratie van een
paar Openbare M.U.L.O.-scholea een gebouw
an 3 ton gesticht.
Vereeniging van kopklassen door concen
tratie maakt drie hoofden noodig in plaats
an twee. Door die concentratie moet ook
meer aan salarissen uitbetaald worden door
de rijksvergoeding aaa verplichte onderwij
zers.
De uniforme 26-Ieerlingenschaal Is voor
scholen met meer dan 130 leerlingen gun
stiger dan de bestaande. Concentratie waar
door groote M.U.L.O.-schoien ontstaan, werkt
financieel nadeelig.
Verder wees spr. op bezwaren van de his
torische wording en den groei der scholen,
het onderwijsbelang met het verschil in ge
bruikte leerboeken, enz.
Het keuislijf der vereischte minima brengt
ooral de scholen met 3-jarigen cursus in
gevaar, die door overgangen naar H.B.S. en
Kweekscholen steeds leerlingen verliezen,
waarom spr. dan ook uitl>ouw tot een 4-ja-
rigen jrsus als eenigen uitweg ziet.
Wel behoeft men zich niet direct ongerust
te maken, wijl het stringente der nieuwe
eischen is verzacht, doordat voor scholen met
rijksvergoeding gedurende 1933 en '34 de
oude bepalingen gehandhaafd blijven en ook
daarna de rijksvergoeding niet direct ver
loren gaat, als men eens een jaar te weinig
leerlingen heeft. Mits het aantal niet heneden
van het vereischte getal daalt, heeft men
na de ovegangsjaren nog drie jaar den tijd
zich aan de nieuwe eisch ju aan te passen.
Spr. was erkentelijk dat de werking der
uniforme 2G-lcerlingenschaal tot de eerste 5
jaren beperkt bleef.
Verder zij men niet te pessimistisch. Blij
kens den groei der mulo-examens bezit het
M.U.L.O. innerlijke vitaliteit.
Moeilijke problemen worden gesteld door
den godsdienstlnozen-propaganda, verslap
ping van verantwoordelijkheidsbesef, wilde
jacht naar sport en spel en verwildering der
zeden.
Voor het Bijbelsch Onderwijs geven, blij-,
kens de uitgeschreven rijsvraag, de he-'
staande leer- en handboeken niet wat noodig
is. We staan met onze school midden in de
wereld en in het ongeloof. Het godsdienston
derwijs moet meer zijn dan het beoogen van
Bijhelsche kennis. De konnis is niet genoeg
om iemand tot een mensch Gods te maken.
Daarom is ook noodig het gebed, dat God liet
onderwijs daartoe gebruiken wil. We moeten
in de school Gods eisch doen hooren en uit
Zijn Woord spreken. Dat vraagt ernstige
die, echtheid en beslistheid in heel het Ie
en in de leligie. Alle halfheid wordt onder
den voet geloopen. In, met en achter de ken
nis van onderwijs in de Bijhelsche Geschie
denis moet de gehoorzaamheid des geloofs
werken.
Met.onze 18- a 20 leervakken wordt zoo ge
makkelijk het middel, doel, vooral wijl
een mensch niet enkel individu, maar ook
gemeenschapswezen is. Het examen worde
geen doel, al verhoogt het de spanning tus-
schen kenniSyaanhrcngen en karaktervor
ming. Spr. wees er tenslotte op, hoe die span
ning in verschillende leervakken aanwezig
is en eindigde met den w ,sch, dat de scho
len voor de practijk en Gode tot eer goede
vrucht mogen dragen.
De heer K. Ydenburg, van Amsterdam,
refereerde daarna over „de toenemende be
langstelling van den U.L.O.-onderwijzer voor
het Teekenen".
Belangstelling voor het teekenen.
Als oorzaken voor de toenemende belang
stelling van den U.L.O.-onderwijzer voor het
teekenen moeten genoemd worden:
Een doorwerken van de paedagogisch-psy-
chologische gedachte, die grondsiag was van
hen, die hebben aangedrongen op de in
ring van het teekencn op de Lagere School.
De onafgebroken rij van exposities van
kunstwerken op allerlei gebied, die den on
derwijzer dwongen zich rekenschap te ge
ven van de vraag, hoe het teekenen in de
school kan worden gebruikt om liefde voor
het schoone aan te kweeken.
De drang door uitgevers e.a. uitgeoefend
om hun uitgaven voor het teekenonderwijs
in de school te brengen.
Waar hit teekencn als vak van onderwijs
door bevoegde leeraren wordt gegeven, is
de kans groot, dat ueze uit liefde voor hun
speciale vak hieraan de grootst mogelijke
aandacht besteden. Bij hen vergeleken is de
gewone onderwijzer slechts een amateur, die
doordrongen moet worden van de gedachte,
dat
het vak tcekenen een goede afwisseling
biedt te midden van het groote aantal in-
tellectueele vakken van het U.L.O, „een
oase in de woestijn";
het onderwijs door hem met volle ambitie
kan gegeven worden, zelfs al is hij persoon,
lijk geen groot teekenaar;
de resultaten meestal moedgevend zijn,
voor hem zelf, alsmede voor zijn leerlingen.
De ambitie voor het teekenen is bij veel
leerlingen, als ze op de U.L.O. school komen
niet groot. Ze kómen dan meestal uil de 6e
klasse van een lagere school. Deze geringe
belangstelling is te wijlen
aan de opleidingsscholen voor onderwij
zers de goede niet te na gesproken;
aan het leerplan van de Lagere School, dat
meestal voor iedere klas het gebruik van
wandplaten, in methodische volgorde voor
schrijft
De taak van den U.L.O.-onderwijzer is nu:
het zelfvertrouwen van den leerling te ver
sterken, door hem hulpmiddelen te laten ge
bruiken;
de leerstof aantrekkelijk te maken door al
leen dat aan de leerlingen voor te leggen,
dat voldoet aan de hoogste ischen van vorm
schoonheid en kleurschakecring.
Daar van een methode, voor het U.L.O. ge
lukkig nog geen sprake Is, heeft de onderwij
zer bij het vaststellen van zijn lePrplan zelf
liet voorrecht te bepalen, wat hij wel en wat
hij niet wil teekenen. Daar evenwel een „ze
ker" leerplan moet worden gevolgd en of
ficieel vastgelegd, dient dit zoo algemeen mo
gelijk te zijn. Dit zelf ontworpen, met ambitie
en oordeel opgestelde leerplan, zal voor het
Hoofd der school een waarborg zijn voor goed
onderwijs. Wij denken ons dezen gang:
loonsverlaging" nigt als de eenig noodzake
lijke eisch voor economisch herstel be
schouwt.
De heeren Gerhard en Michels, die de vol
strekte rechtvaardigheid der loonsverlaging
erkennen en zelfs de zoozeer gewraakte to'
lichting voor hun rekening nemen, moeste
zich schamen om op deze wijze eigen pnsi-
silig te stellen en te buigen voor een val
sche democratie.
Ilet is eon treurige geschiedenis; zoo diep-
n a'-r «et Vdc niet werd geschreven.
t I: Veel lljnteekei
ondeiwtfM
i leerling moet
delen gehrul-
oorgeteekend: de leerlingen
onderdeoien naar eigen smaa
bevelen zijn- voor den ond
radlspen v
leurschnkee
icht der leerlini
kleurmenging
i doelmatige vestige
vlschkom; bol op
lUnteekenen hier minder A
mtvverpen; randversieringen,
teekenen naar wandplaten
uit de omgeving.
Klasse TTI: Het
de elgei
r voorwerpen
Ing der leer-
Zelfsn:<;.'n gde
ivsndplaten uit de
ving. huishoudelijk,
onderwijzer den 1.
huiskamerlamp. schoorsteenmanter'met "haard
edfng. palm ln pot. enz.
ngen gerust de moei
te. die men heeft
„M?JPPen. m<>t m0o'e voorbeelden, bltv. die van
bewijzen kunnen aJs aanvulling goede diensten
Op deze wijze wordt het doel van het tee
kenen een ontspanningsvak op onze U.
i..()-scholen het best bereikt. Aansporing
m dezen geest te probeeren.
o?.fiAeer N' H e 1 n e r' van Stadskanaal,
^prak daarna over: „Het opstel op onze scho
len en op het examen".
Het opstel.
Het stel-onderwijs In onze scholen, aldus
referent, heeft, als hoogtepunt van oefenstof
on vaak als voornaamste doel: het ops',el. in
'lil vorbnnd te definieeren als; een stuk ge
schreven taal in verhaal- of -ertoo-vorm,
noor de lecr'mgon in opdracht vervaardigd
Aangezien de nrartijk van het leven eer d r-
gehjk stuk we,', itli -n e rm-it o-, ev.Mulo-
lecrlingen -al ver-r., st ts ,ij„
d i t opstel in ons taalonderwijs inneemt te
groot.
Het stellen van brieven, van notulen, van
een kort verslag moet meer dan tot dusver
worden beoefend in het steluur. En om liet
onderwijs in deze richting sterker te stuwen,
kan h 1 Mulo-examen prachtig werk doen
wanneer hij de opgaven ter heoordpeling
van de stelkunst ook dergelijke dingen wor
den gevraagd.
Bovendien is het opstel, gemaakt „onder"
een opgegeven titel, bezwaarlijk voor wie
weinig of geen verbeeldingskracht bezit,
daarom moet worden gezoebt naar een vorm
van opgave, die de verbeelding zooveel mo
gelijk te hulp komt en daardoor gelegenheid
geeft, de aandacht voornamelijk te con
treeren op het eigenlijke stellen.
Als voorwaarden tot, tevens gevolgen van
het maken van een „schriftelijke taai-uiting"
worden genoemd: inzicht in conceptie; in
zinsbouw; in woordgebruik.
Om dit te bevorderen, te verdiepen, kan
gebruik gemaakt worden van andere
ken dan „Ned. Taal", b.v. het mondeling
weergeven van geschiedenis of aardrijkskun-
de-lessen, het vertalen uit de moderne talen.
Speciaal de schriftelijke vertaling kan hier
uitstekend werk doen.
De speciale voorbereiding tot „het opstel"
behoort natuurlijk bij het vak Ncderlandsch:
lezen, lexicologische oefeningen, verschillen
de „soorten" opstellen.
In het büzonder .noet worden gelet op de
invloed van lectuur: klasse-leesboek zoo
wel als bibliotheek-leeshoek. Een be
hoorlijk gevulde schoolbibliotheek van goede
(jeugd)-schrijvers is zeer belangrijk.
Wat dd eigenlijke „opstellen" betreft, de
verschillende wijzen van opgeven worden na
gegaan: de briefvorm; het opstel naar aan
leiding van een verhaal of een gedicht; het
opstel onder een gegeven titel. Van belang
is niet alleen hef leeren „opzetten" vaa een
stuk werk. eveneens de bespreking van het
„hoe" der uitvoering door en aan de hand
van de correctie. Hoewel in de eerste plaats
s t e l-oefening, kan goed opstel onderwijs de
leerlingen kijk geven op de opzet, de concep
tie van een novelle, een hoek. en op de taal
behandeling door den auteur, waardoor het
het letterkunde-onderwijs ten goede komt.
Maar dit is een neven doel; hoofddoel is:
de leerling moet zijn gedachten duidelijk, be
knopt, frisch weten weer te geven in ge
schreven taal, in de vormen, die het practi-
sche leven vraagt. Dót moet het eind van
dit onderwijs op de Mulo-school wezen, en
de exameneischen moeien hiertoe stimulee-
ren en tevens in staat stellen tot zoo zuiver
mogeliike beoordeeling van de bereikte r
sulfaten.
De heer A. v. d. W ij d e n sprak over:
De letterkunde op onze scholen en
op het examen, benevens het re-
citeeren van gedichten.
Een gevaar, waaraan de onderwijzer altijd
bloot staat, is aldus spr. dal zijn werk
betrekkelijk gemakkelijk in sleur ontaardt
Daarom is het gewenscht zich steeds weer
op dat gewone dagelijksche werk te bezin
nen. Zoo zijn wij ook genoodzaakt ons reken
schap te geven van de letterkunde cn het
reciteeren vau gedichten in onze U.L.O.-
scholen en op het examen.
Allerlei getheoretiseer over schoonheid en
kunst heeft tot weinig bevredigende resulta
ten geleid. Dus moeten wij voor ons zelf
vaststellen, wat wij met ons literatuur-onder
wijs beoogen. Dat kan natuurlijk niet in de
eerste plaats zijn een africhten voor een exa
men. Evenmin om de algemeene ontwikke
ling te dienen, een waan. waartegen geluk
kig meer en meer verzet rijst.
't Maken van kunst\ erken is alle eeuwen
door voor een waarachtig kunstenaar iets
noodwendigs, een levenswet, waardoor hij
met fijne intuïtie 't leven uitbeeldt zooals
hij 't in zijn bewogenheid heeft aanschouwd.
En daarvan willen we onze leerlingen, naar
de mate van h geestelijke ontwikkeling,
iets doen meevoelen.
Ook de onontwikkelde, met vaak ruwe en
ongevormde geest, heeft aestliotische behoef
ten. Dit leidt hij de groote massa tot 't ver
slinden van allerlei minderwaardige coipor-
tage-romans. De eerste taak, die elke opvoe
der heeft, is dus cultuurarheid. verheffing
van de nog ongevormde geest, ook die van
t kind, om deze vatbaar te maken voor de in
drukken van schoonheid in allerlei uitheel
ding. De ver doorgevoerde mechaniseering
van het leven vormt een groote belemmering.
De voornaamste beteekenis van 't goede
hoek ligt dus in z'n leven-schoppende en
daardoor leven-vormende waarde, of ook
zooals Henr. Roland Holst 't uitgedrukt heeft
liet versterkt liet gevoel van eenheid en
eenswillendheid met andere menschen. Het
moet ons bovendien de oogen openen voor
t rijke leven en de stralende schoonheid, die
God in Zijn algemeene genade den mensch
in schepping en schepsel gelaten heeft Daar
.an. f'e literatuur nooit de plaats van de
religie innemen. Deze vnornannivStc werking
der kunst echter i op geen enkel examen af
raaghaar. Daar bepal" men zich tot de fata
et fa< ta van 't gclezene.
't Milieu van vele leerlingen der U.L.O.-
school en de aard van haar streven, bene
vens een verkeerde interpretatie van 't le
ven, bemoeilijken dit onderwijs dikwijls.
In de practijk houden we dus rekening met
de ontwikkeling en leeftijd der leerlingen,
we willen i.un belangstelling opwekken door
teel voorlezen en laten voorlezen van boeien
de leesstof. Men beginne daarbij vooral niet
met individualistische of lyrische kunst,
maar met eenvoudige verhalen, waarin de
jeugd haar eigen levenswerkelijkheid weer
spiegeld vindt. Hiertegen zondigen tegen
woordig vele z.g. boeiende of „lollige" boe
ken, die een geforceerd en dus vervalscht
levensbeeld suggereeren en door de on moge
lijkste avonturen hun fantasie op ongeoor
loofde wijze prikkelen en daardoor van de
realiteit van 't leven afvoeren En als dan
een gedesorganiseerd arbeidsproces ze straks
nog bovendien de gelegenheid onthoudt zich
het leven op normale wijze te nrtiveerrn
en 't vergrovingsproces doorwerkt, zullen ze
te eenenmale onvatbaar zijn geworden voor
.erkelijk li.eraire kunst.
Laten we hij de keuze van leesstof dus voor
zichtig zijn. met oordeel kiezen en alles ver
mijden wal grof. banaal of valsch gevoelig
is, manr vooral alles, waf een zuiver leven
en een rein gevoel zou kunnen bezoedelen.
't I.ceren van gedichten is niet alleen een
nracfische inleiding tot beter spreken, maar
vooral nn in*-greerend ■'eel van hel lilera
tmironrlenviN omdat alli en e°n gi «d gezegd
-pdipht <lp .rli..nnl,«r* >ivpn bep-u kan ma
ken. Vmnl hieri" al' nTr» <gen var
Til- i' d is'
Voornaamste Nieuws.
(blz. 1)
Jaarvergadering te Utrecht van de Vereen,
voor Chr, Mulc.
(Blz 2)
Daar Roosevelt alle medewerking gewei
gerd heef'., zijn Hoover en zijn ministers
thans van hun onini-^ht ten aanzien van het
schulden vraagstuk overtuigd.
Boncour's regeeringsverklaring is door de
Kamer met 365 tegen 215 stemmen goedge
keurd.
Ook de Belgische remier De Brocqueville
heeft zijn regeeringsverklaring afgelegd.
Het Amerikaansehe congres is het eens
geworden over de onafhankelijk-verklaring
der PhiliDpijncn.
De Volkenbondshemoeiingen inzake het ge
schil tusschen Brazilië en Paraguay zijn
vruchteloos gebleken.
(blz. 5)
Verlaging der vrachttarieven: gewijzigde
berekening voor goederenvervoer per spoor
weg.
(blz. 3)
De Eerst3 Kamer heeft het wetsontwerp tot
tijdelijke hefling van opeenlen op sommige
invoerrecht°n en op de accijnzen aangenomen
De Tweedj Kamer heeft de onderwijsbe-
grooting aangenomen en vervolgens het wets
ontwerp tot contingenteering van de invoer
van schoeisel goedgekeurd.
(Blz 8)
Dr. D. Bakker, die 30 jaar in
Van even beslissend invloed op 't resul
taat is de keuze van 't gedicht; men wachte
er zich vooral voor een te moeilijk gedicht
te willen gaan „verklaren" of er een taalles
van t maken.
De boeken voor 't examen worden in de
klas gedeeltelijk gelezen en voorzoover noo
dig besproken, daarbij behandele men occa
sioneel wat in 't leven en 't oeuvre der
auteurs belangrijk is, in verband met 't ge
lezen werk.
Het streven van 6ommige opleiders om
meer literatuurhistorie te behandelen worde
hestrpdon, daar dit niet strookt met de e»rd
van onze scholen. De gelezen boeken moeten
primair blijven, ook op het examen, waar
men er altijd van doordrongen moet blij
ven, ook in deze tijd van kritiek en ont
wrichting, dat we te maken hebben met kin
deren, door collega's opgeleid.
HET VLIEGPLAN-ASJES
Naar gemeld wordt, heeft het comité Vlieg
tocht Nederland—Indië besloten, zijn steun
te verleenen aan het plan van luitenant-
vlieger D. L. Asjes, om met een speciaal
snel posttoestcl. ontworpen door den con
structeur der fa. H. Pander cn Zn., den heer
T. E Slut, naar Indië te vliegen. Het comité
heeft f 10.000 uitgetrokken, op voorwaarde,
dat de vlucht voor 1 Mei 1934 moet plaats
hebben.
TRAMWEG
MEPPEL-HIJKERSMILDE
Naar wij vernemen heeft de Directie van
de Nederlandsche Tramweg Maatschappij
thans definitief besloten tot opheffing van
den tramweg Meppel -Hijkersmilde. De
datum, waarop deze tramweg zal worden
opgeheven is nog niet vastgesteld. Men is
tot dit besluit gekomen in verhand met het
feit, dat de exploitatie niet loonend is.
GESLAAGDE NOODLANDING
Gistermiddag te omstreeks kwart voor 2
zagen tuinders op den 's-Gravenweg dat een
vliegtuig eenige zonderlinge manoeuvres
maakte. Blijkbaar had men een defect aan den
motor gekregen, want het vliegtuig majikte
aanstalten om een noodlanding te maken. Met
gvoote snelheid kwam het een grasland opry-
en even later stoof een waterkolom op,
waaruit men afleidde, dat het vliegtuig waar
schijnlijk in de Groene Wetering verongelukt
as.
Gelukkig bleek dit niet het geval te zijn.
Toen wy kort na het ongeval op de phints
des onheils aankwamen, het bleek te zijn een
stuk grasland achter de kwerkery van M. Volk
aan den 's-Gravenweg, ontdekten wy het \lieg-
tuig, een militair toestel dat piet den kop In
sloot was gedoken.
.vee militairen stonden er echter rustig
cigaretje by te rooken en dat <lced al zien
er n'ets prnstïtrs wee gpheurd Het vpeg-
tuig, de Fokker-jager 527, was gistermorgen
Sopsterberg opgestegen. Na een bezoek
Gilze-Rijen en Waalhaven was het op den
terugreis naar Roesterberg. Achter Kralineen
Iicmerkte de piloot, de 1ste luitenant Manten,
dat er een defect was aan den motor, waardoor
hii vemlicht was te dalen.
Het toestel had noe groote snelheid en lul-
tenant-vlie«*enier x'an4en zag met £én ootron-
•lag, dat hii rrvdden in de broeikassen van de
weekerii terecht zou komen. Met croote te-
•»onwno»-di«»hp'd v-^n reest wendde h?i da.nmm
stuur en 't viie«ztni«r mankte een züxvn.nrt-
rhe hewe^intr. Rct kwam terecht in een Ke-
rel-Votiilc small» sloot. De kon van het vl«eg.
uin- drnn» in den veenarMi~>n —ond on de
nneh.'ne stond met een ruk ef?l fin he.'de in-
'tterden, de ludenent en de «emMni.w»ir.
•ernen on—d^-d Ook het vlieg-
hed maar wefnlw schede.
Het hen.» ,.„n
de c
ven hef w-for de„d »eh-
n vvo«»en da» het toestel In
—hf frct-oreon.
"ewanrsehmvd,
^0»sterhev»»