Dr. H. Colijn over de Millioenennofa In tfroofe lijnen eens mef de richtlijnen DONDERDAG 22 SEPTEMBER 1932 DERDE BLAD PAG. 9 i/itt VERBAND VAN ANTI-REV. PROPAGANDACLUBS Verdere bezuinigingen dringend noodzakelijk Voortzetting van inpoldering der Zuiderzee gewenscht Beter twee gulden voor arbeid, dan een gulden voor steun Geen verhooging der tarieven Verhooging van tabaksaccijns en een couponbelasting beter Gisteren hield het Verband van Anti- Rev. Tropagandaclubs in hot Jaarbeursge bouw een drukbezochte vergadering, welke des morgens werd geopend op de gebruike lijke wijze door den heer J. Schouten. Zijn openingswoord ving de voorz. aan met do opmerking dat de samenkomst bedoelt inleiding tot den ar- in don herfst en den winter on in den politieke» stembusstrijd cn schetste den die pen stoffelijken nood van dezen tijd welke ech ter ons den geestelijken nood niet ma^ doen vergeten. Het stoffelijke is nimmer primair; ook hot stoffelijke vindt zijn uitgangspunt in het centrum, in het hart der menschen. Onze propagandisten moeten zich vanuit dat ge zichtspunt op de hoogte stellen van do cri- sispolitiek der regeering en de inzichten ten dezen van de A. R. Partij en de Staten Gene raal, Werkverschaffing, handelspolitiek enz. komen daarbij onder do aandacht. Sommigen gaan uit van de gedachte dat de ontwikke ling der sociale en geestelijke zedelijke cri sis tot gevolg zal hebben dut wo een nieuwe maatschappelijke organisatie gaan verkrij- !n. Maar het geven eener nieuwe maatschap pelijke organisatie is niet de taak der regee ring. Wij Anti-Rev. gaan er van uit dat de maatschappij een eigen leven heoft en als de maatschappij tekort aan levensenergie 1 De financieele regeeringspolitiek moet medé onze aandacht hebben. We moeten een goed inzicht hebben in de werkeiijkbeid, het verloop der staatsuitgaven en -inkomsten. En daarbij moeten we hebben -en overzicht van hetgeen gedaan is en gedaan wordt om aan die werkelijkheid het hoofd te bieden door verlaging der rijksuitgaven ón vönhooging der rijksinkomsten. -J We zien op dit'gebied zich hierin openbarend dat men in te sterke mate op „zien komen" speelt, innerlijk toe gevend noodzakelijkheid van onaangename maatregelen maar er voor passend dit naar buiten uit te spreken. Dat vluchten voor de verantwoordelijkheid wordt een macht die sterk hot politieke leven gaat belagen. Er is een vlucht uit het concrete, zich hierin open barend dat men de werkelijkheid weigert te zien en men zichzelf en anderen suggereert dat wo de moeilijkheden nog wel te boven zullen komen zonder op grond der werkelijk heid pijnlijke maatregelen te nemen. De grootste vijand is de S.D.A.P. Het communisme laat zich zien zooals het is. Maar met de sociaal democratie is het anders. Naarmate do resoluties langer wor den, de demonstraties menigvuldiger, naar die mate openbaart zich in de sociaal-demo cratie de strijd tusschen ernst en fraseologio, tusschen een aanvaarden van en een vluch ten voor de verantwoordelijkheid. Do vlucht voor de verantwoordelijkheid is onder de S.D.A.P. zeer groot en de zweepslagen i het communisme J. SCHOUTEN heeft nimmer de regeering bij wijze van de creet oen nieuwe maatschappelijke organi- •atie kan opleggen. Bovendien verliest men uit het oog dat stol dat het kon nimmer een maatschappelijke organisatie nationaal kan worden gegeven terwijl men Internationaal er vrij ver van af is de be lemmeringen in het handelsverkeer op te heffen mi men dus stellig niet internationaal bereid is tot een nieuwe maatschappelijke organisatie. Een maatregel als men wil zou zoo'n con- eüo. centratie van macht meebrengen dat we zou den krijgen vernietiging der vrijheid niet do vrijheid in chaotischen zin maar de vrijheid volgens de Schrift waarbij we le ven onder gehoorzaamheid onder do van God gesteldo macht. De algomeene gedadhte dat de regeering allerwegen door steunmaatregelen den nood moet lenigen is onmogelijk te verwezenlijken [fl omdat de lasten voor de regeering niet to dek Jt ton zouden zijn. Alle gevol.-en der crisis in °or goldelijken zin nemen voor rekening van 'r2?«3en Staat zou 2oodanigo lasten meebrengen dat ze niet te dragen zouden zijn voor het volk en nog grooter stoffelijke misère daar van het gevolg zou zijn. Bovendien zou daar door worden weggenomen de mogelijkheid om de gezondmaking in de maatschappij zelf te bewerken omdat er dan een leunen op de krukken van den Staat zou ontstaan waar door men hot loopon zou vorleoron. Men wil dLonze regeering in hoofdzaak de verantwoordelijkheid draagt (door haar sociale politiek dat de inzinking in land- en tuinbonw Een dergelijke beschouwing is in den meest volstrekten zin van het woord totaal onjuist. De hoofdmoeilijkheid van den land en tuinbouw is een onmiddellijk gevolg van do gewijzigde verhouding der koopkracht en van het goederenverkeer op het vasteland van Europa. Onze land- en tuinbouw heoft zich do laatsto veertig jaren speciaal Inge richt op de behoeften van Duitsohland. Dat heoft con reeks van jaren welvaart gebracht Als land- en tuinbouw zich moeten inrich; ten op Nederlandsche behoeften dan men moeten komen tot fundamenteele wijzi gingen. Allen die de hoofdmoeilijkheid zoeken in de sociale politiek der regeering belemmeren Zichzelf en anderen in het zien van de tolijkheid. De goedkoope opvatting dat Nederland in slaat zou zijn door handelspolitieke maatre gelen (b.v. de devlezcnregeling) Dultschland «rtoo te dwingen onze producten af te ne- .i-men tegen loonenden prijs ziet niet de ont- Mie, zaglijko veranderingen die zich voltrekken in hot handelsverkeer. We moeten ervoor zorgen dat de werkelijk beid onder oogen wordt gezien. Wat de crisispolltlek der regeering. betreft moet de hoofdgedadhte zijn de eigen roeping der Nedorlandsche maatschappij, der Nederlandsche burgers, de eigen roeping der organisaties, der leiders van den Nederland- echen handel. Die eigen roeping der maat schappij moet in het centrum der belangstel ling worden gesteld. en de O.S.P. op den rug der S.D.A.P. zullen het proces vfan de vlucht voor de verantwoor delijkheid in de S.D.A.P. nog verhaasten. Het wezen der A.R. methode beetaat hier in det men tewerk gaat in gehoorzaamheid het beginsel en niet Ln gehoorzaamheid aan zekeren waan van dan dag. In het leven werken allerlei gedachten waardoor de ontbinding op gezagögebied wordt bewerkt. De do >r.\« erking d-ei ontbin dende factoren werkt altijd mee tot de dicta tuur, hetzij de dlcta.uu'* van c-en enkete, hetzij van een partij, ate in Ruskind en in Italië, en die dictatuur komt naderhl! in Duitoeblamd. Niet alleen met communisti sche en socialistische elementen hebbed we hier te rekenen, maar ook met nationaal- aocialistiftche cn fascistische elementen. Er is op dit gebied ,veel nood. Geon ding, zoo gek kan het niet wezen of mon kan er op het oogenhldik een organisatie voor vormen. Ben kampioen op sport- of epelgebied te bin nen 24 uur een vorst im het leven en werke lijke vorsten op gez-a ge-gebied worden om huid door don mist der valsche democratie van dezen tijd. Do meeat eenvoudige, die uit alle macht werkt om voor zich en zijn gezin de moeilijkheden hel hoofd te bieden, is van veel hooger waarde en van veel grooter beteekenis, dan een wereldkampioen op hqt gebied;;yon sport en $pel. Wij moetéir naar voren biéngatf, ddt'lm A.R. begipeel Jnlhcudt dat de oyei-hekl eo*| eigen roepinglfeeft en eon eigen récht op het gebied van het gezag. Met'inzet onzer beste krachten moeten we voorstaan dé ge dachte, dat da overheid er zal zijn of niet zijn al naar ze zich bewust is van hoa eigen recht.- Wij hebben noodig, een sterk gezag en een sterke regeering, maar die moeten zich openbaren in gehoorzanniheid aan God. We hebben noodig een krachtig volk. maai de kracht van flat Volk bestaat hierin, dat hat gelooft dat God regeert ook als Hij slaat en niiet alléén ln Zijn zegeningen. Onze taak' om dit uit te duagen kunnen we vèrvuiWctt, ais we ons steeds ervan be- vvust zijn dat het licht schijnt. De Waar heid ie er, ook in deze donkere tijden. Ik ben de Waarheid' én het leven, heeft Christus gezegd, en als wij gelooven. dat onze A.R. beginselen geformuleerd "zijn in het lldht der Waarheid van Jezus Christus, dan mogen we metpdfe beginselen tot ons volk gaan, want die beginselen wijzen naar dé waaéheid en naar het leven. Het maar gebonden aan Gods Woord en aan de geschiedenis der mcnschheid. Geen kracht zal houdbaar zijn, tenzij ze wordt gebruikt in gehoorzaamheid aan den Gever van alle kracht En n>u klinkt geen mobi-lisatiebevel van een menseh of van het Verband onzer organisatie. Wij moeten allen zijn dienst knechten in het Koninkrijk van Jezus. Stu deert en propageert, en wat er moet bewe zen is kort saamgeva-t dit: Geeft den Heere do eere 'Zijné Naams. Dit is het bewegend beginsel onzer partij. Ook ons staatkundig en politiek werk moet uitgevoerd worden in gehoo-rzaamhei-d aan Zijn wil, zoodat men be vordert de eere Zijns.Naams. Zoo i6 er tus schen politiek werk on persoonlijk geloof een hechte ba-nd. Gebruik de kracht, die God u geeft om in de plaats uwer inwoning to staan gezamenlijk als een rots temidden van de woelingen van het leven. Blijke straks van een opgewekt leven, een streven van een krachtig geloof. Win terug wat af- zwerft en verhelde* wat door allerlei pro paganda tot verduistering gekomen is. Telegram Besloten werd eon telegram te zenden aan den heer Wernaar. ldd der Verbandscom- miesie, die door ongesteldiheid de vergade ring niiet kon bljwonon. De Voorzitter heette welkom den heer Kaajan, namens de A.R.J.A. Bestuursverkiezing De beido aftredende leden der Commissie •on Uitvoering, de heeron Mr E. P. Verkerk te Hedel en Mr D. H. Okma to Leeuwarden, werden bij a cola ma tic herkozen. Jaarverslag Uit het jaarverslag van den .secretarie, den heer R. A. d e n O u d e n, bleek, dat bij hot Verband zijn aangesloten 116 clubs, twee provinciale verbandon, een centrale en zr* kringen. In voorbereiding i$ een kring Don Haag. In den kieekrlmg 's-Hertog.enbosch mocht het gelukken door de ijverige bemoeiingen van den heer C. B. v. d. Wol, een comité ie vormen, dat zal trachten tot de oprichting van clubs en het houden van cunsu^verga- d«ringen te geraken. Op een in do vorige week gohdiidon vergadering is het program ma opgemaakt, dat ertoe lolden moet reeds In de volgende maand aan het wérk te be ginnen. Plannen tof oprichting eenër P.C. bestaan te Nieuwer-AmePd, er is reeds een comtnls- 'eie werkzaam; Zlerikzee «n Alblaeserdam. Voorts bestaat het voornemen om in het komende najaar te geraken tot een vaet verhand tusschen de bestaande clubs in de provincie Groningen, allereerst met hot doel orn in dat gewest zoo mogelijk meer clubs ■op te .richten. In eon schrijven van het Prov. Comité Groningen va.n A.R. K.V. werd sympathie voor dot plan uitgesproken In den afgeloopcn winter werden cursus sen gegevon aan de hand van de verstrekte schema's over „Het Socialisme" in Dor drecht. Rotterdam, Asson, Enschedé. Neede en Ede. Het verslag vermeldde in ontvangsten en uitgaven een bedrag van 12260.07. Het werd goedgekeurd. DE MIDDAGVERGADERING De .middagvergadering, welko nog druk ker bezocht was dan do morgenbijeenkomst werd aangevangen met het zingen van het „Gij toch, Gij zijt hun roem, de kracht van hunne kracht". De Voorzitter las daarna een telegram -voor, dat aan H.M. de Koningin was ver zonden namens het Verband, waarna men staande het Wilhelmus zong. en heette ver volgens welkom allereerst het oud-lid der Verbandscommissie, de heer de Bruyn, ver der mr. de Wilde, die tusschen de A.R. Partij en het Verband hot contact tot stand brengt, waarna hij speciaal welkom heette Dr. H. Colijn. den leider onzer partij en van de A.R. Kamerclub. (Applaus). Uit het groote getal hier aanwezig, spreekt de belangstelling, voor uw persoon cn arbrid aldus richtte zich spr. tot Dr. Colijn, en nog in sterker mate de eenheid tusschen den leider en degenen, die door hem worden geleid. Spr. uitte de verwachting, dat de komst van don leider den kring der propa gandisten zal aanvuren om nog meer te doen dan in het verleden, ton bate van het A.R. beginsel. Rede van Dr. H. Golijn Hierna ving Dr. Coljjn zijn rede aan met de opmerking, dat er geen verhand bestaat tusschen het Verkiezingsmanifest der A.R. Partij on de Millioenon-nota. Op 6 Soptem ber werd het manifest opgesteld en op 20 Soptember verscheen de Millioenon-nota. Spr. formuleerde zijn onderworp aldus „Ons orkiezingsmonifest gezien in het licht van do Millioenon-nota". Het licht zal op alle punten niet stralend kunnen zijn, omdat pas eenigo uron geleden do Mllliocnennota aan Spr. hekend word, en Spr. zou daarom voorzich tig zijn met het uitspreken van zijn oordeel over dit staatsstuk en den inhoud der voor stellen, welke daarin worden aangekondigd. Spr. zou informntorisch te werk gaan en zich in zijn critiek tot het uiterste beperken. Do eerste gedachte, welke opkomt is, dat de Millioenon-nota in het algemPcn op onwedcrlegbare wijze bevestigt de opvattin gen, welke ten grondslag hebben gelegen aan. de redactie „van ons Verkiezingsmani fest.reder uaebsfch ln Nederland, die niet een de kapitaalswaarde dier fondsen tot 1500 millioen gedaald, dus een vermindering met 3500 millioen of 70 pet. Deze vermindering stemt overeen mot de totale waarde van de in Nederland In cultuur gebrachte grond met gebouwen en alles erop, welke men op f1750 per H.A. kan schatten, wat neerkomt op 3500 millioen gulden. Onder zulke omstandigheden was niet anders mogelijk dan ln ons Verkiezings manifest uitdrukking te geven aan den eipch, welke onzerzijds omtrent het finan cieel beleid moet worden gesteld. De tweede vraag Is, wat ons Verkiezings manifest terzake van de financieele toestand behelst en wat de Millioenon-nota te dier zake voorstelt. In het Manifest wordt ge wezen op het groote gevaar voor ons land verbonden aan het niet in orde hebben van '9 lands financiën en wordt volstrekte hand having van het Hdns-kijk-ln-de-Iucht over de nördo wandelt, maar mot heide voeten stevig op den bodem der werkelijk heid staat, ziet den toestand van ons land als bijzonder ernstig, terwijl met name de toestand van 's lands financiën zorgwek kend blijkt to zijn. De heer Welter geniet zoo langzamerhand het voorrecht, dat aan weinigen ten deel valt, dat zijn naam tot een werkwoord vervormd ls (gelach). Het rapport dor Commlssle-Weltor heeft geleord dat de toestand zoo was, als wij venvacht- ten. In redevoeringen in Overschie en in Allernaar had ik reeds oen schets gegeven aldus spr. van den economlschon en financleolon toestand, waarin ik dezen als zeer zorgelijk beschreef. Ik heb aangetoond na het verschijnen van het rapport-Wolter, dat de ramingen dier commissie inzake het te verwachten tekort te optimistisch waren en 't tekort niet zou moeten worden gesteld Dr. 11. COLIJN op 103 millioen gulden, maar op 150 millioen gulden voor den gewonen dienst, en dit cijfer wordt In de Millioenon-nota volkomen gerechtvaardigd. De Minister van Finan ciën becijfcit een tekort voor 1933 van 147% millioen. Dat deze toestand te verwachten was, kon voor niemand een verrassing zijn. Als onze blik gaat over het economische leven van ons land, dan zien we. dat er geen enkele bedrijfstak von eenige beteekenis is, welke niet in moeilijkheden verkeert Land- en tuinbouw en veehouderij zijn nog nood lijdend, nadat steunmaatregelen genomon zijn. Do toestand der groote scheepvaart is zoo angstig dat men zich moet afvragen of het in Ne derland, het land dor zeevaart zooveel eeuwen, nog mogelijk zal zijn groote scheepvaart to houden. In 1929 waren do netto overschotten in hot scheepvaartbedrijf 200 millioen gulden in onze betalingsba lans met hot buitenland en thans kan dit cijfer worden geacht geheel te hobhen op gehouden te bestaan. Het binnonlandsch vervoor verkeert eveneons in moeilijkheden. Mot Rijnvaart en binnonschipperij is het droef gesteld. Zeevisscheiij evenzoo. De nijverheid is op het oogenhlik In een toestand, dat do ver liezen met den dag grooter worden. Men zegt, dat er nog altijd menschen In ons land zijn, op wie men kan terugvallen, en dat zijn don, naar men ze noemt, de kapitalis ten. Van vier en tachtig aan do Amsterdam- sche beurs genoteerde fondsen was de knpl- tnnlswiarde aan het einde van 1020 vijf qa'.lliard. Aan het begin van dit jaar was Het is niet onverschillig hoe dat even wicht wordt verkregen. Men kan het gapen de tekort vullen door de drukkende uit gaven te verminderen of nieuwe lasten op het volk te leggen. Mon kan ook een mid denweg kiezen en een deel van het tekort dekken door bezuinigingen, een ander deel door nieuwe lasten. Zoo is de regeering te werk gegaan in de eerste fase van deze crisis, welke in 1921 een aanvang nam, zich In 1922—'24 ofteekende toen een deel door bezuiniging, en een deel door nieuwe hef fingen gevonden werd. Ons manifest stelt vooroo, dat dekking van het te kort in de eerste plaats moet wor den gevonden door sterke bezuinigingen In de uitgaven cn dat verhooging van don zwaren belastingdruk zooveel mogelijk moet worden vermeden. De Minister van Financiën heeft volgens de Millioenon-nota door bezuiniging gevon den 57 millioen. Daarbij moet worden ge boekt 14% millioen. welke bezuinigd zullen worden op de salarissen van het rijksper soneel, dus tezamen 71% millioen. Dat is nauwelijks de helft van het tekort. Maar de Minister had nog een potje. In 1029 was bedrag overgebleven en uit die reserve wordt 18 millioen gulden geput In totaal is dus 90 millioen gedekt. Daarm-.e waren klaarblijkelijk de bazuint gin gsmogelijkheden uitgeput Sommige maatregelen zullen na eenigen tijd een grooter effect verkrijRen, dan ze thans hebben, zooals b.v. de opheffing van inrichtingen, de afvloeiing van personeel, enz. Nog ongeveer twintig millioen zal daar door in perspectief worden bezuinigd. De Minister stelt voor verhooging van de tarieven op dc invoerrechten, waardoor men 2G millioen gulden zal vinden. Verder zal hij bij de Staten-Generaal in bchande ling brengen de door mij ontworpen Weclde- verterlngsbelasting, waaruit tien millioen zal kunnen worden geput, en tezamen is zoo een 125 millioen gulden dan gevonden. Deze begrooting sluit dus met een tekort van 25 millioen guldon, ln den gedachten- gang van den Minister. Dat is niet erg [raai Tot nog toe hebben we altijd ernaar ge streefd om de bogrooting werkelijk sluitend te maken Dat mag een allereorste eiscb van gezond financieel beleid genoemd wor den, dat ook ten goede komt aan de minst bedeelden van ons volk. Vraagt men, of- ik in dit bijzondere geva] een tekort van 22 millloon bijzonder ernatig vind, dan ant woord ik onder één voorwaarde geen be zwaar tegen dit tekort te hebben en die voorwaarde is, dat men ervoor zorgt, dat in dén loop van 1033 het tekort op de Ned. Spoorwegen verdwijnt. Op de begrooting voor 1033 komt voor een extra post van 20 millioen voor dekking van de verliezen bij de Spoorwegen Als men zorgt volgend jaar, 1933, geen tekert bij de Spoorwegen te hebben dan behoeft men voor de begrooting 1934 geen post van 20 millioen voor dekking van ver liezen bij dc sporen op te nemen en dan is dit dus geen blijvend tekort, maar een tekort voor één jaar. De regeering stelt twee nieuwe belastln- :n voor. Dertig opcenten to leggen op de hoofdsom der Gemocntofondsbclasting voor alle inkomens tot f 80.000 en na f30.000 per duizend een opcent meer tot een maximum van f150. Hoewel economisch daartegen bedenkingen in te brengen zijn. heb ik, en waarschijnlijk gij allon ook niet, toch nog geen medelijden met menschen met f 150.000 inkomen, omdat ze 150 opcenten zullen moeten betalen. Het resultaat is dus, dat bezuinigd werd 71% millioen, en nieuwe belastingen wordt gevorderd millioen. Beantwoordt dit nu aan onze wenachen in 't Verkiezingsmanifest, waarin wordt gezegd: in de eerste plaats bezuini ging zooveel mogelijk met vermijding van nieuwe heffingen? Aanvankelijk zal men zoo wordt in het Manifest gezegd niet zonder bolastlngverhooping kunnen, maar die moet dan slechts tijdelijk zijn en dan nog voorzoover ze onvermijdelijk is. Naar het mij voorkomt is de verhouding tusschen 71 millioen bezuiniging en 63 millioen nieuwe lasten niet zoo gunstig. Het ls'niet zoo heel eenvoudig, en zeker niet voor wie niet midden in de zaak inzit, om aan te geven, wat dan moet wonten gedaan, en ik wil dozen raad geven: wees in dit opzicht een beetje voorzichtig om niet te zijn als de stuurlui aan den wal In het algemeen wil Ik wel dit zeggen, dat er zeer ernstig naar moet worden ge groefd om de bezuinigingen voort te zetten, omdat ik niet geloof, dat hand having van 63 millioen nieuwe lasten in het belang van ons volk zal kunnen zijn. De bezuinigingen zullen doorgezet moeten wor den ook, omdat men niet altijd kan putten uit het reservefonds, waaruit men thans 18 millioen put, maar dat dan nog maar een half millioen bevat en ten tweede, omdat men niet kan voortgaan met aan het ver zekeringsfonds ruim zes millioen gulden 's jaarlijks in te houden en die ten goede te doen komen aan de gewone begroot! ng. Reeds daarom zal men nog 24 millioen moeten vinden door nieuwe bezuinigings maatregelen. Een andere vraag Is hoe we staan tegen over de nieuwe heffingen, welke door de regeering worden voorgesteld. Over de op centen op de gemeontefnnrtsbelastlng zal wel veel critiek komen en niet ongerecht vaardigd, omdat bij de heffing van opcen ten elke fout ln de heffing nog eens ge accentueerd wordt. Behoudt uw eindoordeel hierover echter voor. om eerst te zien van welke zijdo de critiek komt on welken inhoud ze heeft. Wat do betreft, staat de zaak anders. Op 18 Juli j 1 heoft de Nederlandsche regeering een ver drag gesloten, wat l>ekond staat ate het ver drag vnn Ouchy. en dat inhoud» dat Neder land met België en Lux -mburg ln'uToIuulr overeenkomt, tot verlaging der tarieven over te gaan. Ons tarief is door opcenten tijdelijk verhoogd tot tien procent, als we dus, als het verdrag in werking treedt, ver lagen moeten, dan komen we weer op acht &rocent, hetgeen het vroeger was, en waar encden men volgens het Verdrag niet be hoeft te gaan. Maar over het Verdrag is veel ophef gemaakt, in de geheele wereld. Nederland zou een voorbeeld stellen en de tarieven zouden verlaagd worden. Nu is het twee maanden later en nu kondigt de Ned. regeering een niet onbelangrijke ver hooging der tarieven aan. Maar noe is dat vereenigbaar met het Verdrag? Het wets ontwerp. dat tot tariefsverhooging is inge diend, voorziet er in door te bepalen, dat als het Verdrag ln werking treedt, de ta riefsverhooging niet zal gelden voor België. Wel tegenover andere landen. Dat betoe- kent een tarief van 13 pet. voor andere lan den, en voor België wordt het, als 't Ver drag in werking treedt, eerst tot negen en dan tot acht. procent teruggebracht Maar dan tegenover de andere landen, welke we meestbegunstiging, d.w z. gelijkheid van be handeling hebben toegezegd? Van het Ver drag van Ouchy zal niets terecht kunnen komen op deze wijze. Deze handelwijze ba- teekent dat de Ned. Regeering in Septem ber torpedeert een maatregel die ze in de de maand Juli nam ter verbetering van den economischen toestand, en die toen door de geheele wereld begroet werd als de dage raad van een nieuwen dag. Ik heb ernstige bezwaren tegen droe ver hooging en vraag me af of het niet doelma tiger ware geweest over te gaan tot verhoo ging van de accijns op de tabak en als men daaruit geen 26 millioen had kunnen vinden, of dan niet daarnevens invoering van een couponbelasting had kunnen worden ter hand genomen. In an dere landen neemt men thans zijn toe vlucht tot conversie van leeningen in lee ningen van pen lager rentetype. Engeland converteerde van 5 in 3% procent, Fran krijk van 6 in 4% en in Italië is een groot conversieplan aan de orde. Bij ons is een vrijwillige ennvereie epn uiterst gewaagde maatregel omdat ik bang ben dat de moe-de Nederlanders dan het converteeren zullen overlaten aan hun buunnan. Een gedwongen leening, met de stok achter de deur helpt niet voor het doel want wil men het staatscredlet niet ernstig schokken, dan moet een ge dwongen leening worden uitgegeven togen den gangbaren rentevoet en die is op het oogenhlik in ons land 4% ti 5 pet. Juist om dat men dit experiment niet wagen kan, zou ik geen bezwaar hebben tegen een cou ponbelasting. Kan Ik me dus in het algemeen wel ver eenigen met wat de regeering meent te moe, ten voorstellen terzake van den gewonen dienst, teleurstelling is bij mii opgpkomen bij het vernemen, wat ze hij den buitenge- wonen dienst aan de orde stelt, met betrek king tot het verschaffen en verruimen van werkgelegenheid in ons land. Onder andere wordt op deze bogrooting geen geld uitge trokken voor Dat er thans een landbouwmalaise ls en de grond nu zoo goed als niets waard Is. kan geen argument zijn om de voortzetting van dit groote werk stop te zetten. Want dit mag niet beoordeeld worden naar de waarde welke de grond op een bepaa'dc dag heeft In 1820 was de grond ln de Deem ster f 700 per "H.A. waard en In 1920 f <1500 per H.A. De gemiddelde waarde was f S090 per H.A. Als men de rendabiliteit van de Zuiderzeewerken vast wil sts'len, moet men niet vragen: wat is de waarde van den grond in do diepste periode, maar de waar de in de periode van een eeuw. En nu is tusschen 1700 en 1S00 de gemiddelde waar de van den grond in ons land driemaal zoo hoog geworden, en hetzelfde geschiedde in den loop der 19e eeuw. Is het te venvachten, dat de stijging van de waarde van den grond twee eeuwen lang regelmatig voortgezet wordt, cn dat dit 'Ju met 1930 uit is voor alle tijden en óf zich zal bewegen op horizontaal niveau óf ln de diepte afdaalt zooals thans? Dit is toch Im mers niet aan te nemen. De oorzaak dor stopzetting der inpolde ring kan dus alleen maar wezen, dat men met peen mogelijkheid ans ziet om de gel den te leenen, voor de Inpoldering noodig, Ik heb getoetst den toestand In verban'I met de en ben tot de slotsom gekomen, dat na af trek van de vorderingen welke het Rijk kan doen gelden tegenover anderen, en waar voor het Rijk geleend heeft, er slechts ze ventig millioen gulden overblijft welke eigenlijk als vlottende schuld kan worden aangemerkt. De Inpoldering van den N.O. polder zal gedurende tien k elf jaar een tien millioen gulden per jaar vorderen, wol ke men dus leenen moet. Meent men nu werkelijk, dat de toestand zoo is, dat Ne derland, als men de financiën van den ge wonen dienst in orde houdt, gedurende- eenige jaron niet tien millioen zai kunnen leenen? Ik meen, dat dit wel kan worden gedaan. Dit is een geheel normale wijze van arbeid verschaffen aan ons volk. Duizenden zijn betrokken hij de voortzetting dezer wer ken en lk acht twee gulden, uitgegeven voor nuttigen arbeid, beter dan een gulden voor steun. (Applaus). Met deze punten is eigenlijk elke relatie tusschen ons Verkiezingsmanifest en de Millioenennota uitgeput. De verdere punten van het Manifest hebben geen betrekking op de Millioenennota. en ook de belde eerste punten niet Moest aan het punt: handhaving van het gezag wel een zoo vooraanstaande plaats in het Manifest worden gegeven? Do toe standen van ons land ontwikkelen zich zoo, dat het inderdaad noodig ia, dat w« het A.R. beginsel van handhaving van het gezag weer in het centrum van ons verkiezinps program plaatsen Het is ongelooflijk voor ie de verschijnselen nauwkeurig nagaat, hoe doorloopend, dag aan dag. on aller'el vormen aan hot gezag wordt geknaagd, en hoe ten eenenmale uit het nog wordt verlo ren hoe voor elk gemeenschapsleven hand having van orde en rust en veiligheid van persoon en goed een eerste elsch is. Of dat nu geldt voor het feit, dat communisten vanuit Amsterdam komen demonstree ren hij do opening der Staten-Generaal in Den Haag, of 't niet voldoende beschermen van hen, die willen werken en die daarin wor den verhinderd, het blijkt steeds, dat de juiste onderscheiding op dit nunt ook onder ons aan het verdwijnen is. En als dit aan het groene hont geschiedt, wat zal dan aan het dorre geschieden? Wij moeien In dezen tijd van grenzelooze verwording op menigerlei gebied tegenov-r Iedereen het noen hnoren, dat gezag en orde in staat en maatschappij In A.R. handen veilig zijn. (Daverend apnlads). Het punt, waarmee one manifest begint, bevestigt, dat temidden van allerlei aard- ache verschijnselen en alle mooilllkhedon ot stoffe'ijk gebied voor cm tijde.'ijk leven menigeen, er ook belangen aan onze zorgen zijn toevertrouwd, vsaurvoor we kun-nen en moeten opkooien, ondanks alle verBchijnoelen. Als Het materieel een voik good gaat, als de dagen van voorspoed cn welvaart over ons komen, dan zijn wo licht geneigd te v eng eter. uit Wiens hand we dit goeds ont vingen. En daarom mieeen we in dagen ven tegenspoed kracht van geloofsovertuiging, welke ons stalen kan in de stoffelijke moeiten en tor pen. We steLlon in ons Manifest terecht voorop, dat aan de algemeene geestelijke en zedelijke belangen voortdurend aandacht moet worden geschonken, cn we brengen daarbij naar voren de eisch, dat cn beschermd wórde tegen alles, wat er van buiten tegen aan stormt, en de staat, alles wat op zijn terrein ligt. moet doen om dat geaïm vast te stellen Het Christelijk gezin Is het redoiit van de oude vestingen, waarin men zich terugtrek, als dc vijand de wallen had overmeesterd. Het Christelijk gezin is het reduit in ons maatschappelijk en staatkundig leven cn al! wat he-t Christelijk gezin bevestigen en schragen kan, is het eerste wat onze roe- pim0 meebrengt te vervullen. Er zullen er onder ons zijn, die daarmee niet aceoord gaan en die van ons zullen gaan, als we met dien etech komen. Laat ze gaan. ze zijn nooit van ons geweest. Ate we op deze wijze de verkiezingen tegemoet gaan, dan mogen we de overtuiging hebben, dat God de Heere ons -egenen en schragen wil, al zouden we dan rok verzwakt uit aen verkiezingsstrijd komen. Ik roep u toe. dat God zelf u schrage en sterke in uw werk van propaganda voor de Antlrev. partij. (Daverend applaus). Bespreking. Nadat de voorzitter aam Dr. Colijn flank gebracht had voor zijn rede, vond de be spreking plaats. De heer Peereboom van Eie vroeg nadere inlichtingen over de weeide-verte- rlnpsbelasting. De Voorzitter interrum peerde: Zeker ot radiotoestellen er ook onder vallen? (GelacJu) De heer v. d. Dool, van Berg-Ambacht vroeg hoo Dr. Colijn zich de werkverruiming ten piitte- lando dacht; en merkte op, dat ten plaite- lande veel gemeentebesturen daaraan niet doen. De heer Ouwerkerk van Ede zei- de, dat de algeaneene opvatting is, dat do Staat verplicht zou zijn werkloozenuitkee- ring te geven. Op welke beginselen rust dat? De heer Vogelaar van Sassenheiru meende, dat de Regee-ring haar gezag eigon. lijk al kwijt is, als hij zag die betoogers die op weg naar Den Haag waren, en las de opschriften op de doeken, die ze mei zloh voerden. Het wordt hoog tijd. dat de Regeering het gezag strenger handhaaft. De hr. V e r s p u y van Rotterdam vroeg nadere inlichtingen over het financieele beleid in Indië. De heer Brands van Amsterdam Zuid hesprak de onderwijsgelijkstolling; het bijzonder onderwijs, dat goedkooper :s, wordt afhankelijk gesteld van het openbaar ouderwijs, dat duureler is. D s. do Jager uit Putten vroeg of het wel mogelijk is om het tekort op de Spoorwegen weg te wei- ken, als men geen einde maakt aan het knagen van allerlei ander vervoer aan hei spoorwegbedrijf, vrachtverkeer per auto, autobussen enz. De heer De Wit van Haarlem vond een zeer uitvoerig rtembus- program beter dan een Manifest zooals thans, en misfe in dit Manifest het con crete. Ook vroeg hij waarom er bezwaar :s tegen 't heffen van belustingen op bezittin gen in de doode hand. Bij de werkloosheids voorziening wordt verwaarloosd Ja moreel» steun. Wij als Anti-Rev. komen altijd ach ter de feiten aan. Dc Troonrede was uiterst vaag cn materialistisch. Do heer Riet kerk van Boskoop had gehoord, dat hei Manifest wil bij de harde crisismaatregelen, sociale rechtvaardigheid en vond het niet billijk, dat de pensioenen onnang9tast wer den gelaten. De heer Smallebroek van Gouda vroeg, als de couponbelasting niet zou kunnen worden ingevoerd zonder op heffing van het bankgeheim, of de Spr. dan tegen opheffing van 't bankgehhim bezwaar zou hebben. De heer V e s s e u r van Zaan dijk informeerde naar 't toezicht op de ge meenten. Bedoelt het Manifest, dat het toe zicht op de gemeenten onvoldoende was, ot dat de wettelijke bepalingen een scherper toezicht nriet toelieten. En als dit laatMo zoo is, moeten die wettelijke bepalingen dam niet uitgebreid worden? Beantwoording door Dr. Colijn. D r. C o 1 ij n beantwoordde de sprekers. Spr. wist niet of Minister do Geer Spr.te ontwerp der weelde verteringsbelasting on gewijzigd heeft overgenomen, niaar geloof de niet, dat daar radiotoestellen in zoudeu worden opgcniotnen, want die waren toen Spr. het ontwerp maakte, niet z .o talrijk, als tegenwoordig. De werkverscüaffiug ten plattelande loopt voor verschillende doeten van het land uiteen. Voor één inst>»ctie dcc werkverschaffing deed Spr. eens een becij fering maken en toen bleek hem. dat men in die Inspectie alleen reeds kom komen tot uitvoering van werken, buiten die welke 1-n uitvoering waren, waarbij aan loon al leen een bedrag van 22 millioen gu:den zou kunnen worden uitgekeerd. Metterdaad heeft Spr. de indruk, dat voor werkver ruiming ten plattelande te weinig go laan worth. Spr. zou er tegen zijn om particu liere bedrijven een bijslag in de loonrn te geven, opdat die bedrijven meer arbeiders te werk zouden kutolen stallen; dit om do konsekwenties welke er aan verbondon zijn. Men kan niet coostrueeren, dat ae Staat verplacht Is tot uitkeering bij werkloosheid. Maar zoo eenvoudig is de zaak niet. We moeten uitgaan van de gedachte, dat w© hebben al is het in gebrekkigen vorm de werkloosheidsverzekering; de gedachte staat dus voorop, dat uit het uedrijf zeil maatregelen genomen moeten w >rden or.x do gevolgen van werkloosheid :e .>eslrijden. Maar dit instituut is onder aileron.i me naamste omstandigheden geboren en heeft zich ontwikkeld. De maatregelen van (Hm Staat moet men dus in de allercerete pluat» zien als middel om het teere pta.itje der werkloosheidsverzekering, dat tot 'n boom moet opgroeien, te behoeden voor vere sohrompelen en ondergaan in deze tijden. Hoe ver men daar nu in moet gaan, is moeilijk te zeggen. De tijd kan komen, dat men zich bij de ultkeeringen nv-et afvra gen of we op den goeden weg zijn, of we niet bezig zijn met permarum e armenzorg. Het is verkeerd om wat in den grond der zaak armenzorg is te bedekken me: de vlag der workloozenzorg. Is de Regeering tiaar gezag al niet kwijt? Spr. tou niet gaarne zich np dat stand punt stellen, dat we nic:is meer te romman deeren zouden hebben tegenover de ele menten van wanorde on onrust. Wel is er alle aanleiding tot het krachtig naar voren brengen van handihaving van het gezag. Het heeft Spr. uitermate be droefd, dst namen van Anti-Rev. gezagsdragers verbonden zijn aan het opzettolljk gemakkelijk gemaakte vertrek van commu nisten uit Amsterdam naar Den

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1932 | | pagina 9