RIJDAG 19 AUGUSTUS 1932
NED. HERV. KERK
dankt: Voor Ouderkerk a. d. IJsspI
IJssc-lmuideri, A. F. P. Pop te Monster.
Voor Ooltgensplaat, W. Wesseldijk te
i Ilam (O.).
GEREF. KERKEN
e roep en: Te Warns, cand. E. A. van
te Leeuwarden.
VHllE GEREF. GEMEENTEN
oepen: Te Utrecht,'W. Blaak, vbor-
Kerknieuws.
iger te St. Philipsland.
candidatenovervloed.
>e lieer'H. Oosterhof f, hoofd eenei
School te Iiaulerwijk (J?r.), schrijft ons
..rekking tot de onderscheiden beschou-
cn over den candidatenovervloed in de
ef. Kerken nog het volgende;
ben 't eens met dien candidaat, die op
_.;te, dat men met beklagen moest op-,
uien en beter deed tot daden te komen,
liet huis van een gehangene moet niet te
er den galg worden gesproken.
laar toch meen ik ook, dat men evenmin
het andere uiterste moet vervallen van
n inzender, die meende, dat de klachten
beschouwingen overdreven waren. Een
r schrale troost voorwaar voor die men
en, die zelfs vele maanden naar een be-
n uitzien en nog niet eens tot de minst
aafden behooren. Het is toch niet te loo-
ncn, dat het vooruitzicht somber is.
[et gebed voor enkele jaren opgezonden
meer arbeiders in den wijngaard is ver-
ird en nu ze er zijn, kunnen of willen
3 vacante Kerken niet beroepen. Grootere
neenten halen de predikanten van de
inere Kerken, en.deze hebben veelal niet
moed of de lust de vacature weer te
n vervullen.
f de voorgenomen plannen van Ds. Bruins
Ds. Prins kans van slagen zullen hebben?
[aar is het nu werkelijk zóó erg, dat nu
candidaten zichzelf aanmelden bij een
ba van een vacante Kerk, dat ze wel
s een beurt willen vervullen? Ik kan er
ts stuitends in zien. Dan zijn er m.
erger dingen gebeurd, dat bijv. een
nstdoend predikant per advertentie be
id maakt, dat hij nog een Zondag vnj
It of dat hijmaar ik ga niet ver-
De predikanten, die deze gewoonten bij
hand gehad hebben, kunnen wel aan-
!f6Ial dit schrijven verbetering zal bren-
betwijfel ik. Ds. Laman schreef inder-
„We leven in het tijdperk der verhar-
g. De menschen lezen het en gaan Jiun
ïg". Of 't waar is?
AFSCHEID BEVESTIGING, INTREDE
Hen schrijft ons:
s. Jongeleen, gekomen van de Ghr.
ref. Gemeente te Grdningen, deed gister-
>nd in de Chr. Geref. Gemeente van Apel-
irn zijn intrede, na Zondag jl. bevestigd
zijn door Ds. J. H. Geels, van Hilversum.
tekstwoorden had de nieuwe predikant
lozen de woorden uit Jesaja 40 68,
tereen volgens behandelende: 1. het bevel
te prediken gegeven; 2. het thema der
diking omsohreven; 3. den zegen der pre-
ing gewaarborgd. Na beëindiging van
i dienst sprak hij eerst den Kerkeraad toe,
volgens de afgevaardigden der Classis
eldoom, het college van professoren en
studenten der Theol. School, de afgevaar-
[den der Classis Groningen, de catechi-
iten en onderscheidene vereenigingen.
is Jongeleen werden vervolgens hartelijke
oorden toegesproken door ouderling Van
iitókhuijzen namens de Gemeente; namens
Classis door Ds. J. Tamminga, van Har-
rivijk; door Prof. P. J. M. de Bruin, als
dste der hoogleeraren; door den heer L.
©on namens de studenten en door
aixjigde der classis Groningen.
"oegezongen werden de verzen Ps. 134 3,
132 10 en Ps. 105 24.
Ds. JOH. LANGMAN
n verband met het feit, dat Ds. Joh. Lang-
n, Ned. Herv. predikant te Wassenaar,
iderom een benoeming tot lid van de
eede Kamer heeft aangenomen, heeft hij
het Prov. Kerkbestuur van Zuid-Holland
eritaat aangevraagd- De beslissing van
college is nog niet afgekomen.
,ondag zou Ds. Langman voorgaan in de
isdienstoefening In de Ned. Herv. Ge-
lenten te Voorburg. Aangezien Ds. Lang-
n de bevoegdheid van emeritus nog niet
ift en een benoeming als Kamerlid reeds
nnam, heeft de Kerkeraad, naar de „Tel."
it mee te deelen, geweigerd deze gods-
nstoefening als een officieele te erkennen,
mocht Ds. Langman wel voorgaan.
HERDENKING
'eWoubrugge werd bij de herdenking
er 350 jaar geleden de Reformatie plaats
i de gedachtenisrede gehouden niet door
J. G. L. Brouwer, ïriaar door Ds. J. de
PREDIKANTSWONINGEN
'e Sprang-Capelle (N.-B.), is Woens
i jl. bij de aanbesteding van een nieuwe
itorie voor rekening der Ned. Herv. Go-
ente het laagst ingeschreven door Van
(rtekom te Raamsdonksveer voor f 10.855.
ogste inschrijver was Wilton te Vught
>r f12.671
„jachin"
Bij Jachin's Uitgeversbureau A. Verleur
te Haarlem verscheen het Verslag van de
58ste Algem. Vergadering der Geref. Zon
dagsschool verecniging „Jachin", die 13 Juli
j.l. te Alkmaar gehouden is.
Na een kort historisch overzicht van Alk
maar volgen dc verslagen van begroetings
avond en vergadering. Financieel verslag,
mededeelingen over de boekbeoordeeling,
het referaat van Prof- Ds. F. W. Grosheide
over den „Rooster" van „Jachin" en dat van
Ds. J. A. Tazclaar over wat gedaan kan wor
den om de belangstelling in de Zondagsscho
len te verlevendigen, trekken de aandacht.
Voorts is opgenomen wat vorig jaar Ds. J.
Douma in causerievonn gezegd heeft over
de Kerstfeestviering der Geref. Zondagsscho
len.
GEREF. THEOLOGISCH TIJDSCHRIFT
De Juli- en- Augustus-nummers van het
Geref- Theol. Tijdschrift" vullen elkaar aan,
daar het eerste geen, het laatste louter boekbe
sprekingen bevat. Het Juli-nummer biedt al
lereerst het tweede gedeelte van het verslag
der laatste Predikantéhconferentie te Utrecht,
wel de weergave van het referaat van Prof
Grosheide over „De Gereformeerde Kerken en
de andere Kerken" en van dat van Dr. W. G.
Harrenstein, van Amsterdam, over de Kerke
lijke bearbeiding van de groote steden in ver
band met den toenemenden afval, benevens een
uitvoerig verslag van de besprekingen op deze
referaten gevolgd. Menige passage, niet het
minste in het referaat van Prof. Grosheide,
prikkelt tot nadenken en vraagt onwillekeurig
den lezer zich' rekenschap te geven. Verder
geeft Ds. A. B. W. M. Kok, van Zaamslag, een
en prettig te lezen artikel over Joh. Brug-
wiens naam algemeen bekend is, maar
wien byna niemand precies weet te zeggen
hij was. Een Kroniek van Ds. P. van Dijk
waarnaar velen misschien wel het eerst grij
pen, zoekt men, dank zij de vacantie, in beide
afleveringen tevergeefs
onbegrijpelijke
bijbeluitdrukkingen
Ds. D. van D ij k, van Zaandam, schrijft
in „Noord-Hollandsch Kerkblad" over tal
rijke en allengs meer onbegrijpelijke uit
drukkingen en zinswendingen, die in onze
tegenwoordige bijbels voorkomen.
„Ik noem die bijbels", aldus schrijft
Ds. van Dijk, „tegenwoordige, omdat er
reeds allerlei woorden in gemoderniseerd
zijn. Consequent is men niet geweest, maar
dat. was ook uiterst moeilijk.
De fouten die in de eene uitgave voorko
men mist men soms in de andere en omge
keerd. In een bijbel van het Rritsch genoot
schap leest ge Openb. 14 15: De oogst der
aarde is n u gekomen inplaats van „is U ge
komen". Die van het Ned. Bijb. Gen. heeft
„voor u gekomen".
Gebrek aan consequentie geeft soms tot
verkeerd verstaan aanleiding: b.v. in den
bekenden tekst uit 1 Tim.: Dit is een ge
trouw woord en aller aanneming waar
die, waar duidelijker zou staan: alle, want
dat heteekent het, en niet de aanneming
van iedereen.
Het is volstrekt niet moeilijk om een heel
lijstje van woorden, samen te stellen, die
voor ons, bij den Bijbel opgevoed van der
jeugd af. niet zoo zwaar méér zijn te ver
staan: we zijn ean het ouderwetsche zoo
gewoon, dat we niet eens merken, dat we
in onze taal zelf hij geregelde Schriftlezing
wat. ouderwetsch worden.
Maar leg nu een mensch uit 1932 die
deze ouderwetsche taal niet kent, omdat
hij ze nergens hoort en nergens leest, eens
de volgende verzen voor: Hand. 2014:
„Vandaar afgescheept zijnde kwamen te
gen Chios over". Ik meen, dat die kersver-
sche lezer heel wat anders van de reizigers
denkt, dan dat zij alleen maar weggevaren
zijn.
Leest hij van de menschen die geërgerd
worden, wanneer er vervolging komt, tien
tegen één, dat hij er bij denkt, dat het ge
lukkig is. dat zulke, menschen een aanstoot
aan Christenvervolgingen nemen.
In werkelijkheid bcteekent „ergeren" in
het ouderwetsche Nederlandsch, tot zonde
gebracht worden, ten val komenl.
Ik leg een nieuiw gewonnen Bijbellezer
Hand. 3 19 voor. En hij leest: Betert u en
bekeert u, opdat uw zonden mogen uitge-
wischt worden, wanneer de tijden der ver
koeling zullen gekomen zijn van het
aangezicht des Heeren!" Ik vraag hem: Wat
is „verkoeling" en hij denkt niet aan ver
kwikking, opleving, verfrissching, maar aan
een verkoeling zooals er in de vriendschap
komt Want verfrissching beteekent het
woord alleen nog maar. wanneer het van
het weer en de temperatuur gebruikt wordt
Hoe niet alleen jonge, maar ook gewende
Bijbellezers den tekst begrijpen: „Zij hebben
hun loon weg", is bekend. Maar gewoonlijk
vatten zij het niet op als: Zij hebben hun
loon reeds binnen, wat toch iwerkélijk de be-
teekenis is.
En zoo liggen de gevallen voor U grijpen.
De twee kleine penningen van Marcus 12
vs. 42 hadden twee eeuwen de voor ieder
verstaanbare waarde van een „oort", maar
niemand weet thans meer wat dit is, zelfs
niet als ik verklaar 2 duiten.
De Apostel in Romeinen 1515 zegt tot
de broeders: Ik zelf ben verzekerd van
u, dat gij ook zelve vol zijt van goed
heid, \ervuld met alle kennis, machtig
om elkander te vermanen, maar ik heb
u eensdeels te stoutelijker geschre
ven, broeders, u als wederom dit in
dacht ig makendeZelfs voor gewen
de Schriftlezers is deze zinsboüw stroef en
al de gespatieerde woorden en uitdrukkin
gen zijn allang uit onze taal verdwenen.
Ik zal geen voorheelden meer aanhalen:
niet spreken over het verouderde ..alzoo"
voor ..toen" in „Alzoo zij hem met de rie
men uitrekten" noch over „namaals" in
„Gij zult mij namaals volgen" over „nim
mermeer" in de plaats van „nooit"; wie op
lettend leest en zich afvraagt: Hoe zeggen
wij dit, kan geen hoofdstuk voor zich ne
men. of hij merkt het ouderwetsche cachet,
dat op de taal van den Bij'bel rust
En wanneer dan nu— niet naar het in
zicht van één enkelen uitlegger, hoe zeer
ij overigens de korte verklaringen met
nieuwe vertaling waardeeren maar door
het oordeel van een geheele groep van kun
dige mannen onder autoriteit van het al
oude instituut van het Nederlandsch Bij
belgenootschap, een ernstige poging wordt
gedaan om een vertaling te vinden, die met
behoud van de deftigheid en de eerwaar
digheid, het door veroudering onbegrijpe
lijke Nederlandsch verandert in de taal
van onzen tijd; en daarbij winst doet met
de meerdere kennis ook van de grondtaal,
dan aarzelen wij niet om niet alleen dit
werk broodnoodig te noemen, maar het ook
te zien als een Godverheerlijkend werk!
Een werk dat opgesloten ligt in het gebod
van den HeilancJ: Predik het Evangelie aan
Alle creaturen; niet alleen dus aan de Ne
derlanders van 17e maar ook aan die van
de 20ste eeuw. Of daar in him overzetting
van Mattheus en Romeinen de commissie in
geslaagd is, kan ik als predikant met niet
voldoende kennis zoowel van het Neder
landsch als van de oorspronkelijke talen be-
oordeelen. Het boekje is thans in het licht
gegeven en staat ter beoordeeling van taal
geleerden, die hetzij in onze taal hetzij in
het Grieksch en Hebreeuwsch of in beide
expert zijn. Maar kennisneming raad ik
ieder aan. Ik wil tenslotte Romeinen 1515
in de Nieuwe Vertaling geven:
„Ik heb echter, mijne broeders, zelf reeds
de overtuiging van u, dat gij zei ven reeds
vol van goedheid zijt. vervuld met al de
kennis, in staat ook elkander terecht te
wijzen.
Toch heb ik hier en daar bij wijze
herinnering wat vrijmoedig geschreven..."
Laat ik de hoop uitspreken, Amice, dat
we door den vereenigden arbeid van hen,
die deze vertaling gaven en van hen, die
ze straks nog eens op een goudschaaltje zul
len wegen, een Bijbel ontvangen, op welks
titelblad met even groote vrijmoedigheid als
in 1635 kan geschreven worden: Uit de
spronkelijke talen in onze Nederlandsche
getrouwelijk overgezet".
Schoolnieuws.
Gisteren is te Hilversum in het huwelijk ge
treden Br K. P. Groot, geneesheer-directeur
van het Petronella Hospitaal te Djokjakarta,
met mej. M. Oldenboom. Het bruidspaar
op weg naar de kerk.
rijksuniversiteit te leiden.
Dr. P. A. D i e t z, door den Minister van
Onderwijs toegelaten als privaat-docent aan
de Leidsche Universiteit om onderwijs te
de Parapsychologie, stelt zich voor
zijn openbare les tè houden op Donderdag
20 October a.s., des middags te 4.15 uur.
"landbouwhoogeschool
te wageningen.
Benoemd zijn tot assistenten voor het stu
diejaar 1932/33, de heeren Ir. R. H. J. Ro-
borgh, J. H. van Emden en A. M. Cornel is-
sen, en voor het tijdvak van 20 September
tot 1 Februari de heer A. Gover, allen te
Wageningen.
Tot tijdelijk assistente is wederom be
noemd mej. Dr. C. A. Gouwentak te Wage
ningen.
theologische school te kampen.
Door Ds. A. M. Donner, em.-pred. te Den
Haag, werd als penningmeester van de
Theol. School te Kampen een legaat, groot
f500, ontvangen van wijlen mevr. P. D.
ZijlmansKonings, overleden 17 April 1932.
onderwijzersbenoemingen
Vlaardingen (Marnixschool, hoofd
chr. landbouwonderwijs
Te Kollum (Fr.) aan de Kellylaan zal
vanwege de afd. Kollumerland van den Chr.
Boeren- en Tuindersbond een nieuwe La
gere Landbouwschool geopend worden. Het
bouwen van de school en de woning van
het schoolhoofd zal 30 Augustus a.s. door
architect O. Offringa, van Kollum, aanbe
steed worden.
onderwijs op 31 December 1931 trekt de „Ne
derlander" deze slotsom:
„De cijfers, verstrekt door de afdeeling
Omderwijsstatistiek van het Centraal Bureau
voor de Statistiek, wijzen vooreerst op een
hernieuwde stijging van het aantal leerlingen
by beide takken van onderwijs. Bij het gewoon
lager onderwijs kwamen er in 1931 1S.394
en bij' het uitgebreid lager onderwijs kwa
men er 1324 leerlingen bij. Dit beteekent:
nieuwe scholen en meer onderwijzers. Dus ook
hoogere kosten. Het aantal scholen vermeer
derde met 97 gewone en 6 uitgebreid lagere
scholen- Het aantal onderwijzers bij het ge
woon lager onderwijs steeg met 677, bij het
uitgebreid lager onderwijs met 122.
Het is goed hierbij even stil te staan. Maar
al te licht wordt de voortdurende stijging der
onderwijsuitgaven geweten aan de financieele
gelijkstelling van openbaar en bijzonder onder
was. Men verlieze niet uit 't oog, dat een
normaal accres, als het onderhavige, het Rijk
gauw een paar millioen aan salarissen
kost om van de uitgaven der gemeenten voor
den noodzakelijken schoolbouw nu nog maar
niet te spreken!
Een tweede punt, dat de aandacht ver
dient, is dat ook in het jaar 1931 de achter
uitgang van het openbaar onderwijs niet is
gestuit. De verhouding tusschen openbaar en
bijzonder onderwijs is thans, bij het gewoon
lager onderwijs, genieten naar het aantal
leerlingen, als 36.7 63.3 (vorig jaar 37.8
62.2). De groei van het bijzonder onderwijs is
vooral aan het Roomsch-Katholiek onderwijs
ten goede gekomen. Dit omvat thans 36-6
der leerlingen (vorig jaar 35.7 9ó). De Prot-
Christelijke scholen tellen ongeveer 14 gedeel
te van het totaal (in 1930: 25 in 1931:
25.2
Het aantal leerlingen der openbare u.l.o.-
scholen beweegt zich, in tegenstelling met dat
by het gewoon lager onderwijs, nog in
gende lyn. Deze stijging blyft echter bene
den de totale procentsgewijze toename,
dat ook hier het aandeel van het by zonder
derwijs, en wederom in het bijzonder van
Roomsch-Katholiek onderwijs, groeide.
Een laatste opmerking geldt de grootte der
scholen by de verschillende richtingen. Onder
de neutrale bijzondere scholen, een onbedui
dend aantal in vergelijking tot het totaal,
vindt men in doorsnee de kleinste scholen.
Daarna volgen by het gewoon lager onderwij
de openbare schelen. Hier komen gemiddeld
134 leerlingen per school. By de Protestantsch
Christelijke scholen is dit aantal 163, by de
Roomsch-Katholieken zelfs 195. Anders staat
het bij het uitgebreid lager onderwijs. Hier
zijn de openbare scholen de grootste. Zy tel
len gemiddeld 110 leerlingen per school. Dan
volgen naar grootte de Protestantsch-Christe-
lyke met 77 en daarna de Roomsch-Katholieke
met 70 leerlingen per school. Voor de beoor
deeling van de efficiency onzer onderwys-i
ganisatie zijn deze cyfers uiteraard van bij
zonder gewicht".
schoolreisje voor ouders.
Te Doetinchem is op een der Open
bare Scholen naast een schoolreisje voor de
kinderen een schoolreisje voor de ouders
georganiseerd. De proef heet uitstekend ge
daagd.
examen in een vreemde taal
Charivari us bepleit in de „Haagse hc Post"
de afschaffing van het maken van een ver
taling in de moedertaal bij examens in een
vreemde taal.
In elk geval moet het Nederlandsch bij
deze vertaling niet beoordeeld worden. Want
voor de beoordeeling van zijn kennis der
vreemde taal heeft de candidaat slechts te
toonen, dat hij het oonspronkolijke niet mis
verstaat, onverschillig hoe hij dit den exa
minator aan het verstand brengt. Al is het
Nederlandsch nog zoo onbeholpen, als het
duidelijk, ontwijfelbaar blijkt, dat het in de
vreemde taal uitgedrukte volkomen begre
pen is, moet het cijfer 10 zijn. Want anders
krijgt, wie beter thuis is in het Nederlandsch
de taal waarin hij geen examen doet, een
beter cijfer voor de taal waarover het exa
men uitsluitend loopt, en omgekeerd.
En wie waarborgt de bevoegdheid van den
examinator het Nederlandsch te beoordee-
len? Hij is benoemd als deskundige in de
vreemde taal, niet in het Nederlandsch.
„Ik ben eens lid geweest van de commis
sie, die de ambtenaren van een bekende
staatsinstelling examineerde. Succes verze
kerde den stumpers een salarisverhooginkje.
Ik vroeg Staatswetenschappen, maar stak
als gewoonlijk mijn neus in dingen die me
niet aangingen, bestudeerde de EngeLsche
cijferlijst, die mij de bekende melodie van
„Alle eendjes" op de lippen bracht, en vroeg
het werk ter inzage. Eenvoudig Engelsch
ter vertaling. 1, 2, 3 bij de dozijnen.
Wat bleek mij Dat de dame, die exami
neerde, maar streep na streep had gezet
onder ieder Hollandsch woord, dat haar niet
beviel.
Twijfelt u, vroeg ik, of de candidaat deze
passage begrepen heeft?
Neen, maar dat zeg je zoo niet
Dat ontken ik, maar het doet niet te zake.
Deze woorden bewijzen u dus, dat zijn be
grip van dit Engelsch voldoende is?
Hm. ja.
Uw gom-elastiek, alsjeblieft.
Zoo ging het. Ik bracht de zaak ter ver
gadering en met algemeene stemmen op één
na groeiden al die 1, 2, 3's welig op tot
7, ,8, 9's."
grootte der klasse
Het is bekend, dat de klassegrootte der
scholen voor gewoon Lager Onderwijs in ons
land bi/ die in Duitschland zeer gunstig
afsteekt De noodtoestand, waarin het Duit-
sche Rijk verkeert, heeft daar tot vergaande
bezuinigingen op het lager onderwijs geleid,
welke ook het aantal leerlingen per onder
ijzer in ongunstigen zin hebben beinvloed.
Volgons een mededeeling van de afdeeling
Onderwijsstatistiek van het Centraal Bureau
voor de Statistiek bedroeg het gemiddeld
aantal leerlingen per leerkracht in ons land
op 31 Dec. 1932 32.6. Sommige provincies,
gelijk Noord- en Zuid-Holland, Utrecht
Friesland blijven wat beneden dit getal,
diere komen er boven, soms zelfs vrij
gelijk Noord Brabant en Limburg met
gemiddelde van 36.5 leerlingen per leer
kracht.
Hetzelfde bureau geeft thans een overzicht
in de klassegrootte in de Duitsche landen.
De stad-staten welke in deze opgave voor
komen, kunnen voor een vergelijking met
onze provincies niet meedoen. Letten wij
echter op de voornaamste landen dan
den wij voor Pruisen een gemiddelde
40.6, voor Beieren 45.1, voor Saksen 36.4, voor
Wurtemberg 38.9, Baden 44.2 enz. Van het
geheele Duitsche Rijk wordt de gemiddelde
klassegrootte op 40.4 leerlingen becijferd.
Dit wordt niet geschreven met de gedachte
dat in het licht dezer gegevens ook ten on
zent zonder bezwaar eenige vergrooting der
schoolklassen zou kunnen plaats vinden.
Wanneer de nood daartoe ook ons land
dringt, zal het besef, dat daardoor schade
wordt toegebracht, niet verloren mogen gaan
Wellicht kan echter de wetnschap, dat de
toestanden bij onze Oostelijke naburen nog
zooveel slechter zijn dan bij ons ook na de
door de Regeering beoogde wetswijziging het
geval zal zijn, liet iets gemakkelijker ma
ken om het leed, dat ons treft, te dragen.
EXAMENS
acad. examens
RIJKSUNIVERSITEIT TE LEIDEN. Gesl.:
eneeskundei artsex., de heer Mar Zoekl te
Scheveningen.
universiteit
••OORT. IS Aug Voor diploma A ztln
agd de heeren; K. G. Scheepetra en
C. P. Weiter.
examens-nijverheidsonderwijs
DEN HAAG. 18 Aug. Akte NJ. Ceëx. 7. gesl.
erdam; P. L. Verli'nde Schiedam: J. I- van
'ingerde. Rotterdam: en J. Zwart. Zwolle,
eze examens zün hiermede afgeloopen.
examens-lichamelijke oefening
UTRECHT. 18 Aug. Akte M.O. Geëx. S. nl.
m. en 7 vr. cand., gesl. 1 cand., nl. mej W.
examens fransche taal
UTRECHT. 18 Aug. Akte L.O. Gesl. de hee-
n: J. M. Overmen. Haarlem; D. H. Veen
mstcrdain; B. M. P. Velt man. Den Haag: G. D
Weekhout, Rottei
steeds staat de oude beproefdr
kwaliteit van HAVERMOU'l
R. O. bovenaan.
dan elk andei
merk en niet duurder,
want een pak H.O. weegt bijna
6 ons (netto 570 gram)
der Wey. Vluardln,
Paris. Laren C. A. van I'.
de Vrlea, Oude-Leüe J. de Wa.
Enschede
k, Veen-
ra, Britaum; en L Zuid weg. Middelburg.
examens-engelsche taal
UTRECHT. 18 Aug. Geëx. 34. gesl 11 ca
de dames; C. P. van der Meer, den Haag
B. Kraanen, Alkmaar; C. H. M. G. Ramaek
Maastricht; en de heeren: H. J. van Kemi
Groningen: J. Kruyswijk. Amsterdam; D. Ti
examens-hoofdakte
BREDA 18 Aug. Geëx. 8 gesl. 1 cand., nl. de
eer A. M. Janssen. Den F""'u
's-GRAVENHAGE. Geëx.
B jsl. 2 cand., nl.
Blokland. Den Haag; G. C. van
Druten. Saasenhelm.
GRONINGEN. Geëx 7. nl. 4 vr. en 8 n».. geel
vr. cand., nl. de dames; H. J. Zulderweg. J.
Zorge. beiden Belllngwolde; en W. Wierlnga.
Droch teropslagen.
HAARLEM. Geëx. 7, Gesl. 4 cand. nl. de
•eren A. Tack, Haarlem: J. Teberwee, Waag-
Jk; A. v .d. Meer, Amsterdam; A. v. d. Bijl,
Bergen.
ROERMOND. Geëx. 8, gesl-. 3 cand.. nl. de
imes; A. M. H. Puts St Odiliënberg E.
laessen. Herkenbosch; A. M. Chr. Akkers. Ot-
ROTTERDAM L Geëx. 7.
»1. 8 cand..
M. M. Kal
eeren: B. M. Wensing. J. A. u. Bonder, Deiaen
[otterdam M. Prins Maassluis; C. J. Theunos-
en. Rotterdam.
UTRECHT. Geëx. 8. gesl. 4 cand.. nl. de hee-
- - - - H. F. de Min
ZWOLLE. De totaal-uitslag van de alhlei
houden examens ls als volgt: Geëx. 146
ruggetr. 19. afgew. 115 en gesl. 12 can<
examens-handen arbeid
GRAVENHAGE. 18 Aug. Akte L. O.
dames; A van
C. Fuyk-
ffneuL a"
iJer, C.
de di
Berg. Den Haag; H. M. Grashof f.
schot. f. M. Bekink A. C. Verheul.
Delft; NH'Kortei
Dordrecht.
HAARLEM. Geëx. 18.
si pen
gesl. 8
RoC-
Cordia, belden
E. C. Pool.
rand., nL do
Priester. H.
M. Meüers.
den Den Helder.
MAASTRICHT. Geëx. 14. gesl. 9 car
de dames: J. M. J. Bovee; K. A. Breu-
Keeken, Ven-
Bouwman Oud-Alblas: B. J. Elsman.
donk; A J. A van der Heijden Dinthei
en mej. L. M. A. van Erp, Heesch.
KAPITEIN KLAKKEBOS GAAT NAAR AMERIKA
79. Toen allen veilig en wel binnen boord
waren, wou kapitein Klakkebos, dat ook he»
bootje aan boord geheschen werd. Maar do
bemanning wilde er niet van weten, en vol
ontzetting zagen ze het mooie bootje vvi
drijven, en dat nog wel met den beer er
dien ze zoo graag mee naar huis genomen
haddenValsch grinnekend stond de be
manning, die er nu niet bepaald vertrou
wenwekkend uitzag, er naar te kijken.
S0. Hierop werden de reizigers naar den
kapitein van het schip gebracht Tot zijn
grooten schrik herkende kapitein Klakkebos
een zeeman in hem, die vroeger in lijn
dienst op zijn schip gevaren had en die hij
wegens zijn slecht gedrag weggejaagd had.
„Aha, daar heb je zoowaar m'n ouwe vriend
Klakkebos!" riep de booswicht uit. „Nu zijir
de rollen omgedraaid, hè, Klakkic!" Kapi
tein Klakkebos sidderde.
(Wordt Maandag vervolgd.)
DE VAL VAN KONSTANTINOPEL
Door LEWIS WALLACE Naar het Engelsch door ALMA
(113
58ste HOOFDSTUK.
De dood van den Abt.
)e groote brand nam zijn weg over twee
heuvelen, waarop Byzantium gebouwd
s. totdat hij op den tuinmuur bij het oos-
i]k front van Blacherne stuitte. Hoe de
ind was aangekomen, hoeveel huizen ver-
est werden, hoeveel slachtoffers in de
izen omkwamen, of hun leven lieten bij
reddingswerk, was gedurende vele da-
c het onderwerp der gesprekken.
)m de dakloozen te helpen stelde Kon-
ntijn zijn eigen beurs ter beschikking,
rsoonlijk hield hij toezicht bij 't wegrui-
in van de puinhoopen, en aangevuurd
or zijn voorbeeld hield de gansche bevol-
)g dapper mee bij dezen droevigen arneid.
in Galata, haar ijverzucht terzijdestellen-
bijdragen in geld zond en gans oh e se ha-
arbeiders, had het er waarlijk veel van
ef de langvergeten eeuw van Christelijke
ederliefde teruggekeerd was. Maar he
ls! deze eenheid, voortgekomen uit zoo-
el lijden, déze heerlijke rust na strijd en
ist verdweenniet langzaam, maar in
n oogwenk.
was de tweede dag na den brand. De
die sinds den vroegen morgen te
ard geze en had. gevoelde groote behoefte
a rust, en keerde tegen den middag naar
1 paleis terug. Bij de poort wachtte hem
n bode van prinses Irene met dringend
verzoek om audiëntie. De Keizer ontving
haar dadelijk. Wij begrijpen gemakkelijk
welke tijding zij hem kwam brengen, en
ook hoe gnoot de verbazing was, waarmee
haar vorstelijke bloedverwant de ontdekking
en bevrijding van Lael vernam. Voor een
oogenblik verloor hij zijn zelfbeheersching.
Met het oog op de te verwachten ontroering
van de bevolking riep hij zijn raadslieden
bijeen en benoemde na gemeen overleg een
commissie, om de zaak te onderzoeken. Dt>
toegang tot het reservoir werd onmiddellijk
afgezet.
Evenmin als hun meester hadden de com
missieleden ooit iets gehoord van de eerste
ontwijding van het oude reservoir. Als mis
daad was deze herhaling dus voor hen in
alle bijzonderheden oorspronkelijk, en zij
begonnen het onderzoek zender er veel ge
loof aan te hechten; maar na Sergius ge
hoord, em met het Jodinnetje gesproken te
hebben, begrepen zij dat het gebeurde een
veel ernstiger karakter had: een samenzwe
ring tegen de maatschappij en godsdienst.
Zij vreesden de gevolgen. Wie waren de
schuldigen?
De naam Demedes verschrikte hen niet
weinig. Sommigen .waren eerst geneigd
in dat feit een goede gelegenheid te zien
voor den Keizer, om de Akademie van Epi
curus te vernietigen, maar een tweede ge
dachte bekoelde hun ijver. De Broederschap
s ""er machtig, en zou
het stellig zeer kwalijk nemen zoo hun eer
waardige abt vernederd werd in zijn zoon.
Niet weinig verlegen begaf de commissie
zioh van het paleis der prinses naar het re-
oir. Hoewel zij het voor elkander niet
weten wilden koesterde ieder voor zich de
geheime hoop, dat er, voor zoover Demedes
betrof, eigens een vergissing schuilde, en
Nilo, in wien zij reeds een geschikten
zondebok zagen, niet uit het oog te verliezen,
drongen zij er op aan, dat hij hen zou ver
gezellen.
Op de binnenplaats vonden zij het lijk
van den bewaarder. Het gelaat drukte ont-
zettenden schrik uit, onmiskenbaar de oor
zaak van den dood, en bereidde de commis
sie eenigszins vóór op wat verder zou kun
nen volgen.
Er was een kloek besluit noodig om den
akeiigen tocht te ondernemen /an aen ster-
ger in de boot, maar het geschiedde, en Nilo
nam de riemen.
Was de verbazing der bezoekers groot
toen zij het gebouwtje aanschouwden, hun
verwondering steeg ten top toen zij het wa
ren binnengegaan. Maar waar was de ont
werper van het boevenstuk? Waar is hij?
die vraag ging van mond tot mond. Terwijl
een haak en een dreg gehaald werden be
zag men de vertrekjes, en maakte rneii een
inventaris van alles wat er in was. Daarna
verzamelden allen zich op de aanlegplaats.
Wel was hun hoop zeer verflauwd, want toi
nu toe was alles waar bevonden, en (te
zwarte reus wees hun triomfantelijk de plek
waar hij den jonkman verdronken had. Zij
gaven hem de haak en het duurde niet lang
of hij haalde het lichaam op. Zij verdron
gen zich om hem, sprakeloos van ontzetting,
en met de stille verzuchting: o Heilige Moe
der, geef dat het iemand anders is, dan de
zoon vam den Abt!
Met schitterende oogen trok de neger het
lijk verder op, en legde het met het getaat
naar boven gekeerd, opdat-het te beter zou
kunnen bezien worden. Eeu der commissie
leden nam de lamp, bukte, en riep: 't Is De
medes!
Zij zagen elkander aanspreken was
onnood'ig; gelukkig, want op dat oogenblik
vertrouwde niemand ziohzelven.
Gevreesde verwikkelingen te voorkomen
was niet meer mogelijkzoo scheen hei
hun althans toe. In de kamer van den be
waarder, waarheen zij zoo spoedig mogelijk
terugkeerden, besloten zij een bode te zen
den naar den Keizer, met verslag van de
gedane ontdekkingen en een verzoek om
verdere bevelen.
Konstantijn begreep terstond, dat hier een
ruim veld was voor de rustverstoorders en
nam dienovereenkomstig zijn maatregelen.
De geheele stad was door het gebeurde be
leedigd, de inwoners moesten zien hoe wei
nig zij in tel waren bij de samenzweerders.,
aan welk gevaar zij ontkomen waren, en
hoe men den hoogen God had durven be
spotten. Zoj cr dan oproer volgde was zijn
geweten vrij. Hij zond Phranza om de droeve
tijding aan den Abt te brengen, ging een
weinig later in persoon naar het klooster,
en kwam nog juist bijtijds om een laatstcn
handdruk van zijn hooggeechatten vriend te
ontvangen, die den schok niet kon weer
staan- en in zijn armen stierf. Bedroefd
keerde de Keizer naar Blacherne terug, be
val dat de lijken der twee schuldigen twee
dagen lang tentoongesteld zouden worden
I voor de deur van het bewaardershuis. en
J dat het iedereen vrij stond het Paleis der
Duisternis, zoo noemde hij de drijvende wo
ning, te gaan bezichtigen. Hij vaardigde ook
een proclamatie uit, waarbij de opheffing
van de Epicureesche Akademie bevolen
werd, en schreef een Dank- en Bedestond
uit, om God te danken voor de tijdige ont
dekking der samenzwering. Op zijn bevel
werd Nilo in een cel van het Cynegion op
gesloten, zoo het heette tot nader onderzoek,
maar in werkelijkheid om hem te behoeden
voor mogelijke wraak. In stilte bewonderde
hij zijn moed en beleid, en hoopte dat de
dag zou aanbreken, waarop hij hem naar Ce
inspraak zijns harten kon beloonen.
Wat het volk betreft, de opgewondenheid
was groot Zij lieten de puinhoopen voor
wat zij waren en trokken in dichte drommen
langs de tentoongestelde lijken, zagen er
naar, huiverden, sloegen een kruis en gin
gen huns weegs, klaarblijkelijk dankbaar
voor den spoed, waarmede liet vonnis ge
veld was. De misdadigers werden 's nachts
in alle stilte, zonder kerkelijke plechtigheid,
begraven.
Eindelijk brak de Dankdag aan. Nergens
was een spoor van ontevredenheid te ont
dekken. De meest vreesachtigcn onder de
commissieleden waren gerust gesteld. De S.
Sophia was aangewezen voor den dienst, en
Konstantijn had bekend gemaakt dat hij
hem zou bijwonen. Hij droeg het gewaad
van den Basileus, zijn draagstoel stond ge
reed, de wacht te paard en te voet was op
gesteld, toen eensklaps de dienstdoende of
ficier niet de onverwachte tijding vet-
soheon: Majesteit, er is groot tumult In
de stad.
Hét gelaat des Keizers betrok.
M ie dunt een dag, aan God gewijd,
ontheiligen doo<- tumult.
Ik heb het slechts van hooren zeggen,
Majesteit. De begrafenis van den Abt \an
Manganese had in den vroegen morgen
plaats
Ja, zeide Konstantijn met een diepen
zucht Ik was voornemens geweest de Broe
derschap bij te staan. Maar ga voort
De Broeders en talrijke afgevaardigden
van de andere kloosters waren bij het grat
vergaderd, toen Gennadius verscheen en het
woord nam. Hij wond zijn hoorders der
mate op, dat zij de kist in den grafkelder
duwden, en de stad in gingen om het \olk
op te ruien.
Bij deze woorden ontstak de Keizer in
toorn. Bij de beproevingen en hel Jijden der
Heilige Moeder Gods! riep hij, zijn wij
beesten, ongevoelig voor verwoesting? Ox
idioten, vrijgesteld van de straffen voor
zonde en Godvergetenheid? En hijdie
geest van onrust en gistingGod van
genade, wat l^zielt hom toch, dat hij zoo
vele verstandige lieden mee kan sloepen
om hun eeden te breken, en de rozenkran
sen aan hun gordel door het slijk te ha
len? Zeg mij... spreek, mijn geduld raakt op!
Eén oogenblik. dat is zoo, zag de zwaar
beproefde monarch een sterke hand inge
st ken npi hem te helpen. Jammer da: hij
ze niet kon aannemen! Voor hoeveel ellen
de zou hij dan bewaard zijn gebleven;
Konstantinopel zou waarschijnlijk nie! ver
loren zijn gegaan voor de Christenheid, ds
Grieksche Kerk had haar zuiverheid irerea
door de eenheid met de Latijnen t<- erken
nen. zooals zij vastgesteld was p het Con
cilie van Florence, de Chn- enheid zou
mot voor vele eeuwen naar het Oosten, haar
i kornet, teruggedreven zijn-
Wordt vervolgd