O
Pachters, let op!
P, VAN BERK
NS PRAATUURTJE
LAM). EN TUINBOÜW No. 149
LlUM tkllAI, 2« Jl IJ 1932
BUREAU VOOR RECHTSBIJSTAND
„LINKER MAASOEVER"
Hillevliet 142, Rotterdam, Tel. 13224
Kantooruren: 9-5 en 7-9, Zaterdags 9-1 en 6-9
BEHANDELT ALLE RECHTZAKEN.
geene uitgezonderd
INFORMATIëN en INCASSO'S over het
geheele land.
mniiiiifiriiiflffifiii
imwiiiiB'UPPiif
iiiiiiiiHiii'BiiiiifiiiiiiiiiiPioiiiniiiiDiiPiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii'iiiiiii'i
.iiiiiiipiiMiiMiiiJiuimuiiiiim
Deze week nog kan men verlaging vragen voor de termijnen,
die tusschen 12 Februari en 1 Juli l.l. betaald moesten zijn.
Reeds enkele malen hebben wij, zoo hier
'als in de dagelijksche rubriek „Land en
Tuinbouw", een en ander medegedeeld over
de practijk van de Crisis-Pachtwet-1932.
Zooals de officieele naam is.
Meerdere belanghebbenden zijn door ons
ingelicht, 't zij dat ze persoonlijk kwamen of
dat ze ons per brief om advies vroegen.
't Blijkt ons echter dat er nog velen zijn,
'die gaarne de toepassing van de wet willen
weten, die belangstellend zijn te weten hoe
of ze moeten handelen om verlaging van de
overeengekomen pachtsom te verkrijgen.
Velen hebben indertijd voor 7 of voor 10
jaren gehuurd, en voor hen, die wat ver in
deze periode heen zijn, die dus al enkele
jaren geleden, hun pachtcontract teekenden
of pachtovereenkomst aan gingen, is het heel
zwaar de toen beloofde pachtsom thans op
te brengen.
Wij willen de velen, die om ons advies
vroegen, en nog meer dezen, die plan moch
ten hebben het alsnog te doen, terwille zijn
en zullen trachten zoo eenvoudig en toch zoo
beknopt mogelijk weer te geven, wat ons
lijkt de meest gewenschte weg te zijn.
Men moet niet vergeten, dat voor een goe
den gang van zaken, ook in de toekomst, noo
dig is dat men weet wat men aan elkaar
heeft. We bedoelen, dat er zooveel mogelijk
naar gestreefd moet worden om een goede
(verstandhouding tusschen verpachter en
pachter te,behouden.
Ons zijn vele gevallen bekend, dat zoo'n
goede verstandhouding van ouder tot ouder
bestaan heeft.
En nu lijkt het ons niet goed, dat de pach
ter dadelijk zegt: „ik kan niet meer betalen,
er is een pachtwet, dus ik ga naar den kan-
itonrecliter."
In de eerste plaats gaat dit niet, omdat er
iandere tijden kunnen komen en de pacht
over eenige jaren weer vernieuwd zal moe
iten worden, waarbij de eigenaar zich kan
herinneren, dat de pachter maar dadelijijk
,yzijn recht zocht." zonder eerst ee.is te pra-
/ten.
In de tweede plaats moet men bedenken,
Idat er bij een pachtcontract twee zijn, die
er geldelijk belang bij hebben. Dat de ver
pachter ook moet leven en vaak alleen de
pachtsommen als bron van inkomen heeft.
In de derde plaats zal naar het ons voor
komt de kantonrechter wel vragen of men
onderling al eens overleg gepleegd heeft
tvoor men zijn bemiddeling inriep.
Ons advies is dus: zoek niet dadelijk den
[weg, die de wet ons aangeeft, doch tracht
eerst eens met den landheer overleg te ple
gen. Maak de omstandigheden, waarin ge ver
keert, duidelijk en tracht het zoover te krij
gen dat er een minnelijke schikking tot stand
kömt. Het zekerst is, dat dit even op het con-
[tracht wordt aangeteekend en door beide
partijen onderteekend. Voor beide partijen
is, met het oog op eventueel overlijden, het
't beste dat de (tijdelijke) afwijking van het
eenmaal aangegaan contract, schriftelijk vast
gelegd wordt.
Wanneer er niet met den eigenaar uwer
landerijen is te praten en deze bij het een
maal vastgestelde contract blijft, dan kan
men als men overtuigd is, dat de indertijd
vastgestelde pachtprijs, de perken van de
thans normale opbrengsten, ver te buiten
gaat, zich tot den kantonrechter wenden.
Men moet zich wenden tot den kantonrech
ter van het kanton, waarin het betrokken
land ligt. De mogelijkheid is dus niet denk
beeldig dat men tot meer dan een kanton
rechter een verzoekschrift moet richten.
Nu rijst voor velen de moeilijkheid hoe zoo'n
{verzoekschrift ingericht moet worden.
Aan zulke heeren te schrijven is niet het
'dagelijksch werk der boeren en tuinders en
daardoor komt het dat ze het vaak niet goed
doen, sommige dingen onvolledig zeggen en
andere te wijdloopig behandelen.
Wij geven den raad dit verzoekschrift zoo
Meer dan ooit is het THANS noodig NAUW
KEURIG BOEK te HOUDEN. Laat het
doen door
VEEMARKT lb,
ROTTERDAM
TELEFOON 57796
Eiken Maandag en Dinsdag van 9—5 u. te
spreken. Zonder eenige verplichting ook
Jhuis te ontbieden.
eenvoudig mogelijk in te richten. Het be
hoeft niet gezegeld te worden, 't Kan dus op
een gewoon vel papier.
Wij zouden het aldus doen:
Aan den Heer Kantonrechter
te
Ondergeteekende (naam en
voornamen, voluit) wonende te
(duidelijk adres en huisnummer) verzoekt
U WelEdel Gestrenge beleefd medewerking
te willen verleenen tot gedeeltelijke onthef
fing van de betaling van pacht van de per-
ceelcn (het perceel) door hem gepacht van
(duidelijk opgeven naam, voor
naam en woonplaats van den pachter); welke
perceel (en) gelegen zijn (is) te
(opgeven, waar het gehuurde is gelegen).
De betalingstermijnen zijn (of de betalings
termijn is) 1932. De pacht
som bedraagt: (in letters) en de
grootte van de perceelen (het perceel) is
't Welk doende, enz.
(woonplaats) (datum)
(Handteekening.)
Nog eens willen wij nadrukkelijk er op
wijzen, dat deze pachtontheffing alleen ge
vraagd kan worden voor het geval de pacht
overeenkomst is aangegaan vóór 1 Januari
1932, en alleen dan, wanneer de huur betaald
moest worden na 12 Februari jl.
Voor het geval de vastgestelde betaaldag
viel tusschen 12 Februari en 1 Juli jl. moet
nog voor den 31sten dezer maand het boven
bedoelde verzoekschrift ingediend worden,
dus nog deze week.
Als de pachttermijnen betaald moeten wor
den na 31 Juni 1.1. moet uiterlijk 14 dagen
na het verstrijken van die termijn het ver
zoekschrift ingediend worden.
1-Iet doet er niet toe of de pacht reeds be
taald is of niet, als men zich houdt aan ge
noemde termijnen van inzending der verzoek
schriften kan men vermindering vragen. In
dien men al betaald heeft kan een eventueel
verkregen tijdelijke pachtverlaging in min
dering gebracht worden bij een volgende be
taling.
Wanneer men nog niet betaalde, dan heeft
men zoolang de uitspraak van den kanton
rechter nog niet plaats had, uitstel en be
hoeft dus niet eerder te betalen dan wanneer
de definitieve beslissing valt
Men lette er wel op, dat al heeft men maar
met één kantonrechter te doen men toch voor
iedere pachtovereenkomst voor ieder contract
dus een afzonderlijk verzoekschrift indient
Ook al huurt men al zijn landerijen yan
eenzelfden eigenaar.
Als men dus land heeft gehuurd van A„
waarvoor men op 1 Mei 1.1 pacht betaalde of
had moeten betalen; ook een stuk waarvan
men 1 Aug. moet betalen en nog een dat
1 Nov. betaald moet worden, dan moet men
drie verzoekschriften indienen, één voor 31
Juli het tweede uiterlijk 13 Augustus en
het derde uiterlijk 13 Nov. a.s.
Indien men meent, dat men een bepaald
voorstel kan doen hoeveel men billijkheids
halve dacht te betalen, dan kan dit even in
bedoeld verzoeksscrift vermeld worden. Noo
dig is het niet Want de kantonrechter roept
pachter en verpachter bij zich om samen te
overleggen. Komt de pachter niet, dan ver
valt zijn erzoekschrift, en wordt geen ver
mindering toegestaan.
Men lette hier wel op.
Komt het bij den kantonrechter tusschen
pachter en verpaohter niet tot een accoord,
dan wordt het gebracht voor de Kamer van
Crisispachtzaken waarvan de leden nog niet
benoemd zijn.
In dit geval duurt het wel een poosje voor
een definitieve beslissing volgt.
We hopen dat het belanghebbenden nu dui
delijk is geworden.
Vroeg-los
Op velerlei zaken moet men letten
De Rijkszuivelconsulent voor Zuid-Hol
land, Ir. W. J. Huisman schrijft over dit
thans weer veel voorkomend gebrek bij de
kaas het volgende:
Met de warmte is het gebrek vroeg-los in
sterke mate komen opzetten, tot groote
schade voor den kaasmaker. Het is niet ge
makkelijk aan te geven, waar de oorzaak
van het gebrek ligt, daar er vele oorzaken
aanwezig kunnen zijn. Ik iwdl echter op de
volgende punten wijzen:
Inspecteer nauwkeurig het gereedschap.
Ga na of alles vlug opdroogt. Dit moet ge
schieden. want op vochtige plaatsen ont
wikkelen de Coli-organismen zich in sterke
mate. Is b.v. de onderkant van het snijmes
hol en zijn enkele afzonderlijke messen los,
dan komt bij schuin zetten van het mes,
vocht uit den onderkant van het mes. Dit
vocht bevat zeer groote aantallen Coli-bac-
teriën. Verwijder den onderkant van hel
mes of laat het nauwkeurig soldeeren.
Beoordeel verder de teems en schepbak en
vooral ook de emmers en bussen. De z.g
melktonnen uit de Rijnstreek zijn vaak zeer
verkeerd, de diepe naad tusschen den meta
len rand en den houten bovenkant kan met
voldoende gereinigd iworden.
Het gereedschap moet zijn:
glad van oppervlak, naadloos, massief en
rond in kim en in hoeken, opdat nergens
vocht kan achterblijven en vlug opdrogen
mogelijk is.
De reiniging van het gereedschap moet
nu met de uiterste zorgvuldigheid geschie
den. Inspoelen met koud water, dan boenen
met heet sodawater en naspoelen met ko
kend of gekookt water is een vereischte.
Heeft men leidingwater, dan kan men dat
voor het naspoelen gebruiken en is voorat
koken niet noodig: heeft men daarentegen
slechts slootwater tot zijn beschikking, dan
is koken van het water noodzakelijk, tenzij
men chloorloog gebruikt, 15 gram chloor-
loog op een emmer met 15 L. water is vol
doende om alle bacteriën te dooden. Met
die 15 L. water kan men al het gereedschap
naspoelen, kaastobbe en zelfs het naspoelen
van de kaasdoeken inbegrepen. De lucht
van het chloor is reeds na een klein uurtje
verdwenen en oefent geen nadeel uit op de
later te maken kaas.
Na het naspoelen met chloorloog dus met
géén ander water meer aan de gereedschap
pen komen.
Verder is zindelijkheid bij het melken
noodzakelijk.
Handen wasschen vóór, maar ook ti]dens
het melken.
Het gebruik van een zindelijk doekje of,
zoo noodig, zuiver water voor het reinigen
van den uier en omliggende deelen, kan
zeer noodzakelijk zijn.
Zijn echter alle voorzorgen genomen voor
het verkrijgen van een goede grondstof en
heeft men nog met „los" te kampen, dan
moet de bereiding van de kaas nauwkeurig
worden nagegaan.
De aard van het boorsel moet behoorlijk
stevig zijn, is het te zacht, of zakt de kaas
uit. dan is stevig maken noodzakelijk. Dit
kan men bereiken door b.v. 5 minuten lan
ger te roeren, nadat het laatste heete water
is toegevoegd of in plaats van langer roeren
kan men de tobbe een poos laten staan,
daarna de wrongel eens flink losroeren en
verder op de normale manier de bewerking
vervolgen. Helpt één maal laten staan niet
of onvoldoende, dan moet deze tijd worden
verlengd.
Hooger opwarmen, waardoor de wrongel
ook steviger gemaakt kan worden, is in
deze verkeerd, daar een hooge opwarmings-
temperatuur het „vroeg-los" in de hand
werkt. 37 graden Celsius is een geschikte opj
warmingstemperatuur. Velen warmen lager
op en ondervinden daarbij goede resultaten.
Bij een lagere opwarmingstemperatuur be
hoort een langere bewerkingstijd.
Men gebruike op 100 L. melk 30 gram
(een eetlepel met een flinken kop) salpeter.
Dit wordt vóór het stremsel aan de melk
toegevoegd.
Ten slotte is verandering of vermeerde
ring van de hoeveelheid „zuur-toevoegsel"
noodzakelijk.
Heeft men zeer „losse kaas", nadat de
kaas één dag in de pekel drijft, dan raad
ik aan het zure toevoegsel niet langer te
gebruiken. Gebruik eens „niets", ook geen
salpeter.
Helpt dit niet. gebruik dan een ander
zuur-toevoegsel, waarvan u weet dat het op
een ander bedi'ijf goed voldoet. Velen heb
ben baat door melk uit zich zelf „dik" te la
ten worden. Is de melk dik, dan neemt men
het roomlaagje eraf, klutst het goed door
een en gebruik hiervan 50 tot 200 gram per
100 L. melk.
De manier, om dit „zuursel" te verkrij
gen, is aldus:
Men zet 's morgens en 's avonds in een
schoon wedkglas of kannetje, melk van een
gezonde koe weg. gebruik het niet voordat
het dik is. Men heeft alzoo steeds 3 4 kan
netjes staan te zuren. Dit moet geschieden
op een niet al te koude plaats. Is de melk
dik, dan moet zé verder zoo koud mogelijk
bewaard worden.
Het karnen van de dik geworden melk
zooals ook door velen geschiedt, geeft geen
andere bacterie-flora aan de melk. De wei-
afscheiding wordt evenwel verminderd, zoo
dat karnemelk wel gedurende en tweetal
dagen gebruikt kan worden.
Het z.g. kaaszuursel kan eveneens zeer
goede diensten belwijzen. Doorgaans kan
men dit bij een melkcontroleur bekomen.
VVenscht men het echter zelf te maken, dan
verzuime men niet eerst inlichtingen om
trent de bereiding daarvan te komen in
winnen aan het Zuivelconsulentschap, Kar-
nemelksloot 20, Gouda,
Het gebruik van zure-wei, ofschoon voor
het „Vroeg-los" soms een goed middel, moet
worden afgeraden, daar deze vloeistof het
ontstaan van „Laat Los" in sterke mate in
de hand werkt.
De veehouder is vaak geneigd de voor
naamste oorzaak van het „los" bij zijn
koeien te veronderstellen. Deze opvatting
acht ik niet juist, ofschoon de geringe mo
gelijkheid bestaat dat een koe, die slecht
stremmende melk levert, een wrongel geeft,
die het vocht niet goed laat schieten; door
dat te hooge vochtgehalte kan de kaas „los"
worden. Door langere bewerking van de
wrongel had het gebrek dus voorkomen
kunnen worden.
Heeft men over het algemeen „slecht
stremmende melk" dan kan men dit verhel
pen door aan de melk toe te voegen per
100 L. 15 gram van een bijna verzadigde op
lossing van caicium-chloride in water,
welke bij drogisten en apothekers verkrijg
baar is.
Het toevoegen van calcium-chloride moet
geschieden voor het stremmen der melk.
Melk met afwijkende kleur of melk van
een koe, die uit één of meerdere spenen zeer
weinig geeft, moet echter buiten de kaas
tobbe worden gehouden.
Ten slotte merk ik nog op dat een enkele
losse kaas niet ten gevolge moet hebben
dat men de bereiding verandert
Komt „pekel-los" in geringe mate voor,
hetgeen vooral het geval is als men de kaas
gekruimeld in het vat brengt, dan ver
dwijnt dat gewoonlijk wel weer, dat is du?
ongevaarlijk. Door te zorgen dat tijdens het
kruimelen meer wei in het kaasvat is, kan
men dit ,ypekel-los" in sterke mate vermin
deren.
Zoo ziet men, dat er verschillende oorza
ken van het ontstaan van „vroeg-los" ziin
aan te geven, de kaasmaker moet doorpro-
beeren zelf uit maken wat op zijn bedi'ijf
het beste bevalt en dan volgens dat systeem
doorgaan.
Tot nadere inlichtingen gaarne bereid.
Een groote tarweoogst
De Tarwe-Centrale te Rotterdam brengt
het volgende ter kennis van belanghebben
den:
Het is bekend, dat van de te velde staande
tarwe een zoo groote opbrengst is te ver-
wachten, dat het bij het thans in de Tarwe-
wet bepaalde maximum-mengpercentage van
25 niet mogelijk is het geheele kwantum in
het brood te laten verwerken.Er zal vermoe
delijk meer dan 100.000 ton tarwe op de vi*ije
markt moeten worden verkocht.
Teneinde toch een behoorlijken prijs aan
de verbouwers te kunnen uitkeeren is door
de Minister van Economische Zaken en
Landbouw bepaald, dat voor de Vita-tarwe
f 15 (excl. kosten) mag worden berekend.
Hierbij is uitgegaan van de gedachte, dat
het dan mogelijk zal zijn voor tarwe, die
aan de gestelde eischen voldoet, gemiddeld
f 12 per 100 Kg. te kunnen betalen. De te
genwoordige marktpositie is echter dermate
ongunstig, dat genoemde f 12 zeer zeker niet
bereikt zal worden, in tegendeel misschien
nauwelijks f 11 aan de boeren kan worden
uitgekeerd.
Ten aanzien van den verkoop van vrije
tarwe (T.C.-tarwe) zijn door het bestuur der
Tarwe-Centrale voorloopig de navolgende
voorschriften gegeven.
De te leveren kwaliteiten en de verkoop-
condities worden door de Tarwe-Centrale in
overleg met de Gewestelijke Tarwe-Organi-
satie vastgesteld.
De T.C.-tarwe wordt door tusschenkomst
van de Tarwe-Centrale verkocht, waarbij ze
zich kan bedienen van de bemiddeling van
de Gewesten of andere door haar erkende
personen.
Er zullen twee soorten T.G-tarwe worden
onderscheiden, nl.: a. ongedenatureerac
tarwe, b. gedenatureerde tarwe. Van de on
der a. genoemde soort moet de Tarwe-Cen
trale kunnen controleeren of deze inderdaad
wordt verwerkt of zoodanig gemengd dat te
ruglevering aan landbouwers of erkende
handelaren is uitgesloten.
Voor de controle bij het eventueel derna-
tui'eeren dezer partijen groot of klein, wordt
door de Tarwe-Centrale f 25 per partij aan
het gewest in rekening gebracht, welk be
drag aan konners wordt door berekend.
De onder b genoemde soort wordt door,
vanwege, of onder conti'ole van de Tarwe-
Centrale gedenatureerd door kleuren of men
gen, waarna deze tarwe verder in den han
del geheel vrij is.
Voor de controle op deze denaturatie war-
den gee kosten in rekening gebracht.
Het kleuren zal geschieden door toevoe
ging van een absoluut onschuldige kleur
stof, welk procédé i"eeds veelvuldig in de
practijk met succes voor een dergelijk doel
einde is toegepast.
Het mengen kan met gebroken mais, gerst
of dergelijke geschieden, geheel in overleg
met den kooper, mits de bedoeling de tarwe
te denatureeren wordt bereikt.
De Tarwe-Centrale kan onder bepaalde
voorwaarden een landbouwer zijn eigen
tarwe laten behouden, door deze tarwe aan
hem zelf te laten verkoopen, waardoor de
landbouwer toch in het bezit van de „kop"
kan komen. De kosten voor monsterneming
en controle op de in dit geval verplichte de-
nutaratie door vermengiing komen voor re
kening van den landbouwer.
Er zal zoo veel mogelijk op monster wor
den verkocht, zoowel voor directe levering
als in voorverkoop, een en anuer uil de
hand of doormiddel van veiling. De provisie
voor tusschenpersonen is bepaald op f 0.50
per 100 K.G.
Behalve voor de prima-krop partijen zal
als regel in eenheden van 10.000 Kg. woi'den
verkocht. Bij het koopen van meer eenhe
den, welke in eens worden ontvangen, zal
voor iedere meerdere een korting op den
prijs van pet., tot een maximum van 4%
pet over de geheele partij worden toege
staan.
Voor partijen grooter dan 500 ton kan een
afzonderlijke reductie-regeling worden over
eengekomen.
Verkoop-condities, ve/ilingvoorwaarden en
arbitrage-bepalingen zullen na bekendma
king voor belanghebbenden bij de Tarwe-
Centrale verkrijgbaar zijn.
Er zal geen tarwe worden verkocht aan
hen, die geen voldoende zekerheid bieden,
dat de tarwe zijn juiste bestemming zal ver
krijgen.
Vanaf 1 Augustus 1932 zal met het verihan-
dele der T.C.-tanve een aanvang worden ge.
maakt.
De Wereldgraanoogst
Mededeelingen uit Amerika, Sovjet-
Rusland, Noord-Afrika en Britsch-
Indië.
De directie van den Landbouw deelt in
Handelsberichten mede wat het Interna
tionaal Landbouw-Instituut in vei'volg op
hetgeen ter zake reeds is gepubliceerd ten
aanzien van Europa, weet met betrekking
tot de vooruitzichten van den graanoogst
in andere landen.
In Noord-Amerika is Mei niet gunstig ge
weest voor de wintertarwe in de Vereenigde
Staten. Men vermoedt, dat de productie een
van de geringste der laatste 20 jaren zal
blijken. Daarentegen wordt de oogst van
zomertarwe op ongeveer 7.000.000 ton ge
schat, terwijl verloden jaar nauwelijks
1.800.000 ton werden geproduceerd in ver
band met de buitengewone droogte, waar
door de opbrengst gevoelig werd geschaad.
Verwacht wordt, dat de tarweproductie in
de Vereenigde Staten niet voldoende zal zijn
voor het normale binnenlandsdhe verbruik,
dat thans begroot wordt op 19.000.000 ton
per jaar. De voorraad van den ouden oogst,
welke naar schatting meer dan 10.000.000
ton bedraagt', zal echter dan niet alleen vol
doende zijn om het betrekkelijk kleine te
kort te dekken, maar bovendien nog gele
genheid geven nog vrij belangrijke hoeveel
heden uit te voeren.
In Canada was de stand der gewassen
reeds goed aan het eind van Mei. Door veel
neerslag en overvloed van vocht in den bo
dem is deze nog verbeterd gedurende ae
eerste twee weken van Juni in de Prairie
provinciën is voldoende regen gevallen. Deze
was ook vrij goed over de in aanmerking
komende oppervlakte verdeeld. In verband
met een en ander wordt een oogst venvacht
boven het gemiddelde. Naar verluidt bedra
gen niet-officieele sohattingscijfers 12
13.000.000 ton tegen 8.300.000 ton in 1931.
In Sovjet-Rusland is de maand Mei vrij
gunstig geweest voor de ontwikkeling van
het wintergraan, daar de regen voldoende
w-as en goed vei'deeld over het beteelde
land. Men rekent ten minste op een gemid
delde opbrengst op een opnervlakte, welke
grooter is dan verleden jaar. De uitzaai van
de zomertarwe heeft met groote vertraging
plaats gevonden, maar daai'entegen heeft de
voor een regelmatige ontkieming noodige
vochtigheid niet ontbroken, hetgeen in 1931
wel het geval was. Het eerste stadium van
den groei kan dan ook bevi-edigend worden
genoemd. Er dient echter niet uit het oog
te worden vei'loren, dat de met zomertarwe
beteelde oppervlakte ongeveer 3.000.000 H.A.
kleiner is dan verleden jaar. Naar schatting
is het in totaal met tarwe bezette aantal
H.A. ongeveer 2.000.000 H.A. kleiner dan ln
1931. Gedurende de eerste twee weken van
Juni wasde stand van de gewassen bij
voortduring bevredigend. Daarna begon men
echter in enkele productie-gebieden van de
zomertarwe te klagen over onvoldoenden
regen en hevige warmte.
De schatting van den tarwe-oogst in
Britsch-Indië is van 9.460.000 tot 9.280.000 ton
verminderd. Verleden jaar bedroeg de pro
ductie daar te lande 9.450.000 ton. Onder de
andere productielanden van Azië is van
Syrië en Palestina bekend, dat daar wordt
verwacht, dat de tarweproductie ten gevolge
van de droogte in het voorjaar een tekort
zal opleveren.
In Nood-Afrika schijnt de oogst overvloe
dig te worden in Tunis en Egypte, vrij goed
in Marokko en ongeveer gelijk aan het ge
middelde in Algei'ië.
Op grondslag van de beschikbare gege
vens is er aanleiding te venvachten, dat op
het noordelijk halfrond, met uitzondering
van Sovjet-Rusland, de totale tarweproduc
tie eenigszins minder groot zal zijn dan die
van 1931 en dat de rogge-opbrengst daai'en
tegen grooter zal zijn dan die van verleden
jaar.
De uitzaai op het zuidelijk halfrond vindt
onder zeer gunstige omstandigheden plaats
op oppervlakten, welke grooter zijn dan ver-
leden jaar.
MARKTOVERZICHT
Medegedeeld door het Centraal Bureau i
VOERARTIKELEN.
De maisvraag was de laatste dagen nog
zoo goed, dat, ondanks de groote aankom
sten en de ruime aandieningen op de ter-
mijnmarkt, de prijzen zich niet alleen hand
haafden. doch nog een weinig hooger lie
pen. Een aangekomen partij Besseraabmais
was goed, een andere daarentegen weer
minder. Gerst bleef nog steeds hoofdzakelijk
voor directe levering als Canadagerst ge
vraagd; de prijzen handhaafden zich even
eens, ondanks groote aankomsten. De Do*
naugerst bleef prijshoudend, doch de offer
tes loopen uitsluitend op Augustus aflading
en verder, zoodat wij voorloopig op de Ca
nada zijn aangewezen. Tarwe liep de laat
ste dagen veel vaster, vooral de zeer ge
wilde Australische tarwe. De nieuwe oogst
Duitsch/Poolsche trok eenige attentie. Ca-
nadarogge eveneens iets hooger met goede
vraag. De Duitsch/Poolsche van den niou-
wen oogst komt concurreerend aan da
markt. Haver was in Canadasoorten slechts
schaarsch aangeboden. Ook de betere par
tijen Russische zijn geruimd. Men biedt
thans druk aan Roode Texas haver op Aug.-
aflading.
Voor lijnkoek, cocos- en grondnotenkoeK
is de markt geheel en al onveranderd ge*
bleven.
MESTSTOFFEN.
Stikstofmeststof f en. De dagbla*
den hebben ons bericht, dat er een voorloo
pige overeenkomst is bereikt tusschen de
producenten van chilisalpeter en die van
synthetische stikstof. Er is dus kans, dat
wij binnenkort resultaten zien in den vorm
van prijzen van die meststoffen, die in het
nieuwe seizoen zich nog afzijdig hadden
gehouden, n.l. de chili, dé kalksalpcter en
ten slotte de kalkstikstof. In het belang van
de producenten dier meststoffen lijkt ons
dit lang uitblijven minder gewenscht.
Wel was er de laatste weken niet zoo erg
veel belangstelling voor het nieuwe seizoen,
doch er was een goede vraag voor direct ge
bruik en daarvan profiteerden kalksalpeter
en chili resp. weinig en zeer weinig wegens
de minder gunstige prijsverhouding. Zwavel
zure ammoniak en ammonsalpeter gingen
met de orders strijken van de voor dezen tijd
werkelijk uitstekende vraag. Misschien, dat
er ook reeds iets gekocht wordt voor de
herfstmaanden .hetgeen onzes inziens het
best op de prijzen, die voor Juli en Augustus
gesteld zijn, gebeuren kan.
Thomasmeel. Ondanks het feit, dat er
zeer weinig kooplust is, heeft de markt zich
volkomen gehandhaafd. Ook in de loopende
maand hebben er weinig verschepingen naar
Nederland plaats. Uit Frankrijk en Luxem
burg komt niets, uit Duitschland ook slechts
zeer weinig en van België komen er ook niet
veel geladen schepen naar Nederland.
Het vorige jaar was er, den voorraad mee
geteld, op 1 Juli reeds 70.000 ton beschikbaar,
dit jaar slechts 30.000 ton. Bij een te ver
wachten omzet van c.a. 300.000 ton, moeten
Ier dus nog 270.000 ton aangevoerd worden
vóór einde Maart Zooiets is natuurlijk in
het geheel niet onmogelijk, maar toch is dia
hoeveelheid te groot om in een kort tijdsbe
stek aangevoerd te worden.
Voor Duitschland bedraagt het invoerover-
sohot in Juni 1932 66.600 ton tegenover 85.000
ton in Juni 1931. Over drie maanden zijn de
cijfers: April/Juni 1932: 127.800 ton; April/
Juni '31: 194.200 ton.
In het Noorden des lands is een geringe
kooplust waar te nemen, doch overigens
wacht men nog af, zelfs voor
hoefte.
Nauwlijks had, na het praatje van de vo
rige week, genoten van mijn kopje thee, dat
nergens lekkerder dan op mijn eigen depar
tement, door mijn eigen minister van bm-
nenlandsche zaken (en financiën,nou!)
geserveerd wordt en dat mij, volgens diezelf
de ministers, na zoo'n gebabbel, toekomt, en
nauwelijks had ik mijn kopje, met een veel
zeggend gebaar van: 'k lust er nog wel
eentje, op tafel teruggezet, of ik werd door
aoo'n vinnige slag van onze kamerklok, die
je natuurlijk anders nooit hoort, er aan her
innerd. dat ik naar een vergadering moest.
Geen tien minuten later trad ik de vergader-
Knal binnen en nauwlijks had ik een tip van
mijzelf laten zien of het nogal vrij drukke
gebabbel verstomde ineens.
Dat is steeds een verdacht verschijnsel: ze
hebben het dan over je of over je werk of
over het terrein, waarop je doen en denken
voornamelijk gericht is.
Om die plotselinge stilte en die glim
lachende gezichten (dat was een goed tee-
ken) wat weg te werken, vroeg een der aan
wezigen mij dadelijk, hoe het met mijn gal
was. Dit was, had ik immers zoo net verteld,
door het bloed geloopen,
Wat een belangstelling voor mijn gezond
heid, nietwaar.
'k Was er 2Qcr gevoelig voor en dat maakte
dat meteen al de gal weer terugkeerde naar
de plaats waar ze behoorde.
'k Was dus gauw weer genezen, niet omdat
de oorzaak der kwaal is weggenomen, doch
omdat ik die zwartgalligheid niet gebruiken
kan. Die past niet bij mij.
Maar, dat fruit eten wel past in een café-
restaurant, bewijst wel
Ge weet wel, ik had het de vorige week
juist over „de Turk" te Leiden, (dat die
„verguld" is laat men meestal weg, en
spreekt kortweg van de Turk), waar enkele
jaren geleden een paar dames ieder een peer
bestelden. Welnu, daar wordt me van be
vriende zijde (dat moet er bij, want ik heb
ook andere zijden) een Nieuwe Leidsche
Courant toegezonden. Die lees ik anders ook
wel eens, dat begrijpt ge. Doch de adverten
ties niet altijd zoo nauwkeurig. En daarom
was die bevriende zijde zoo goed een adver
tentie met blauw potlood te merken, niet
om deze blauw-blauw te laten, doch om mijn
aandacht te trekken.
Daar stond wat ik zoo graag van vele res
taurants en lunchrooms zou lezen, dat er
„ia den vergulden Turk" gelegenheid was
dagelijks verscbe druiven tegen Westland-
sche prijzen te eten.
Als mijn vriend „uit den polder" mijn gal-
kwaal al niet genezen had met zijn vraag,
dan had mijn vriend „in den vergulden
Turk" het vast wel gedaan.
Zooiets zal het publiek ook wel bevallen.
Als ik in Leiden kom ga ik „in den vergul
den Turk" druiven eten. Zooals ik in Gouda
en Alkmaar steeds kaas bestel.
Maar nu vertel ik feitelijk privé-aangele-
genheden.
Zooals het ook privé-aangelegenheden wa
ren van die Engelsche dame, die
HAAR ROZEN MET OUDE
PARASOLS BESCHERMDE
TEGEN DE FELLE ZON.
Bedoelde dame legde zich op bijzondere wij
ze toe op de verzorging van rozen. Zij zond
geregeld en met veel succes in op de plaat
selijke tentoonstellingen.
En welke waren de cultuurgeheimen, wel
ke zij toepaste?
Bij haar kennissen bedelde zij om afge
dankte parasols. Eenigen tijd vóór de ten
toonstelling en naar gelang van het weer,
spande zij die parasols uit boven de bloemen,
die zij wilde inzenden, om ze te beschermen
tegen te felle zonnestralen of regen.
Nu zullen er wel amateurs zijn, die dat
leuk vinden en het voorbeeld zullen willen
navolgen, doch ik hoop niet, dat onze bloe
mentuinen met oude parasols zullen ontsierd
worden. Stel je voor! En wat moest je deze
week beginnen met al die afwisselingen van
regen en zonneschijn. Van de eerste kregen
wij echter het meeste. De aardappels zul
len er niet beter van kwaliteit op worden.
Misschien, voor de goede kwaliteit, zal de
prijs iets beter worden.
Doch daarover praten we maar niet Van
daag voor twee weken deelde ik mede, dat
minister gezegd had geen re
den te hebben om tegen den Nederlandschen
aardappelinvoer in Engeland onmiddellijk
maatregelen te nemen. Maar Dinsdag kwam
plotseling een besluit om
VANAF HEDENMORGEN HET
AARDAPPEL-INVOERRECHT
TE VERHOOGEN.
En niet zoo'n klein beetje ook. Per ton, dat
is duizend kilo, waarvoor momenteel op de
Langendijk 8 tot 23 gulden voor gemaakt
wordt, komt thans een pound of ongeveer
8.80 invoerrecht op. Tot dusver was het 10
percent van de waarde ,dus, bij genoemde
prijzen, 80 cent tot 2.20.
Nu zal misschien de noodkreet weer door
sommigen aangeheven worden: Erna, wat
dan beteekent: eet meer aardappelen.
Enfin,
te zullen worden.
Zooiets te lezen doet je weer goed, bij al
de misère, die je hoort Moet ge niet meenen,
dat het nu zooveel veranderen zal aan de al-
gemeene malaise, doch ieder vleugje van
verbetering geeft toch weer een prettig gevoel
omdat je zoo goed als niets anders dan ma
laise en crisis en voor de afwisseling crisis
en malaise onder de oogen krijgt Dan vat
je elk gunstig berichtje met meer dan de
noodige interesse op en gaat het bekijken
alsof je een wondere vondst had gedaan.
De proportioneele contingenteering zal ons
als de periode waarover de berekening ge
maakt wordt, niet al te ongunstig gekozen
wordt, geen kwaad doen. Wel goed.
Maar 't gaat soms zoo vreemd.
Doordat de Engelsche regeering ook in
voerrecht ging leggen op eieren uit Ierland
komen
De eerste lading van eventjes 3 millioen
eieren moet al onderweg zijn. Dat kan wat
worden; b.v. voor Denemarken, dat wel de
grootste buitenlandsche leverancier van eie
ren op de Londensche markt is.
Het totale eierenverbruik van Engeland,
met uitzondering van den invoer in vloei
baren vorm, bedroeg in het afgeloopen jaar
4.300.000.000 stuks, waarvan de helft van
boerderijen in Engeland en Wales afkom
stig was, terwijl ruim 925.000.000 eieren uit
Denemarken werden ingevoerd. De waarde
van den invoer van eieren bedroeg in het af
geloopen jaar f 13.768.038.
Natuurlijk speelt zoo'n zending van 3 mil
lioen eieren uit Brazliië thans nog geen roj,
doch als eenmaal de gang er in zit. De groo
te vraag is nu maar, hoe het Engelsche pu
bliek de Braziliaansche eitjes zal vinden.
Wat we anders van Brazilië hooren is
thans niet veel goeds. Maar dat ligt niet aan
de eieren, doch aan het volk.
In Rusland ligt het weer niet zoozeer aan
wij zeggen, dat het daar op landbouwgebied
het volk als wel aan het systeem. Zouden
niet botert, 't Is er nogal eens hommeles.
Nu weer
Dat zult ge wel gelezen hebben. In Oekraïne
en het Wolgabekken moeten reeds twee i
millioen jonge communisten zijn, die de ko-
renvelden moeten bewaken tegen plunderin
gen van hongerige boeren en tevens moeten
zorgen voor een uitbreiding van den graan
oogst, door het organiseeren van z.g. „inza
melingsdetachementen", welke de koren
velden nog eens zorgvuldig moeten afzoeken
nadat de boeren den oogst hebben binnen
gehaald,
Volgens het departement van statistiek te
Moskou kunnen aldus nog verscheidene mil-
lioenen tonnen graan verzameld worden.
De communistische jeugdbrigade's moéten
eveneens toezicht houden op de boerenbe
drijven en „geheime ;jraancomplotten" trach
ten op te sporen, daar de autoriteiten ont
dekt hebben, dat de boeren in vele distric
ten voor hun eigen gebruik meer gezaaid
hebben dan zij hebben opgegeven en de
oogstovenschotten in het geheim inzamelen,
om ze op de particuliere markt te verkoo
pen.
Als je zoo iets leest en dan ook nog zoo'
beetje de kunst verstaat om tusschen de rt
gels door te lezen dan prijs je de zegeningen
van de Sovjetrregeering nog niet.
Nu zou ik wel eens willen eindigen, want
ik ruik de thee, maar ik moet nog even de
bloemenliefhebbers en -hebsters ter wille
zijn. Want
'T IS NU TIJD OM VOOR DEN
VOORJAARSBLOEI BLOEMZA
DEN TE ZAAIEN.
Wie het volgend voorjaar graag vroeg iu
zijn bloementuin de silene, vergeet-mij-niet,
viooltjes en primula's wil zien bloeien moet
nu gaan zaaien. En daarbij geef ik den
welgemeenden raad om niet te dik te zaaien.
Werk het fijne zaad door wat zand, meng
het er goed door en zaai zoo met zand en
al het zaad uit Ge kunt dan beter acht ge
ven of alles regelmatig uitgezaaid wordt.
En verder, mijn mede-liefhebbers van Moe
der Natuur, zorg goed voor Uw bloemper
ken, Uw randen, Uw borders. Alles wat uit
gebloeid is of bijna zoover, moet ge weg
nemen. 't Staat zoo welgekleed als alles zoo
welverzorgd is.
'k Wensch je een prettigen arbeid.
Tot de volgende week,
PRAATJESMAKER