VESTIGT U TE S-G RAVEN HAG E Zeer gunstig gelegen BOUWTERREINEN bouwgrond: dienst S.env. in het dak. De toegang is geen andere dan de kleine deuropening, die men ziet boven liet bordes van bamboe; vensters zijn er niet behalve de met luiken gesloten spleten onder het dakoverstek. De spaarzame, maar zeer smaakvolle versiering, is van een geheel ander type dan de Balische of de Javaansohe. De versiering der topgevels boven het dak is uitgevoerd in gevlochten matwerk, de zware steunbalk onder den vloer is kleurig be schilderd. Voorts vindt men op vele plaatsen een Rijstschuur Padangsche Bovenlanden (Sum.). eigenaardig ornament in zwart touw (tali doeg), voorstellende een gesty leerde hagedis. Als wij den grooten hof verlaten, vraagt ter rech terzijde op den hoek van den tempelhof de Baleh Tegel of hoogc zitplaats onze aandacht, die vaak op de hoeken van Balische tempelmuren of van de voor- li oven der vorstenverblijven, werd aangebracht. Het zijn de plaatsen waar de vorsten en rijks- grooten zich tijdelijk ophouden om recht te spre ken of het volk gade te slaan, bij feestelijke gele genheden. De tropische zon maakt een overstekend, schaduw rijk dak noodzakelijk. Het voornaamste versieringsmotief is de vogelkop; de houten stijlen rusten op sierfiguren. Ken groote hamhoeklok hangt onder het dak. Beeds van den Balineeschen tempelhof uit, ont waren we de sierlijk gebogen en gebreken daklijn vaji het Sumatra-Huis, de familiewoning der Minangkabauers. Dit huis is afkomstig uit de Padangsche Boven landen (Sumatra) en geheel volgens den adat, de oude rechtsregels van het land gebouwd. Het staat op palen, die tot den grond toe zijn afge schut. De wanden zijn van hout, rijk met snij werk en heldere kleuren versierd. Het dak is zadel vorm ig gebogen, met idjoek gedekt; het be staat schijnbaar uit meerdere gedeelten, die elk in hoornvormig gdbogen ijzeren punten eindigen. Het huis wordt door een groot-familie bewoond. Het inwendige van dit huis gelijkt niet op de binnenruimte van een door Minangkal>aucrs be woonde woning. Evenmin worden aan de echte woning glazen ramen gevonden, alleen openingen, die door luiken gesloten worden. Recht tegenover dit Sumatrahuis staat een rijst schuur (loemboeng), eveneens op palen, terwijl de wanden schuin naar buiten staan. Met het sierlijke dak en de rijke kleurige versiering, vormt het een juweeltje van volksbouwkunst. Hoofdgebouw Toen in 1931 de Exposition Coloniale te Parijs in haar hoogtepunt stond verspreidde zich plotseling de mare, dat het Hollqjidsche paviljoen was af gebrand. Diepe verslagenheid maakt zich meester van ieder, die deze fraaie afdeeling bewonderd had. Het scheen hopeloos nog verder aan deel name te denken, toen opeens de wereld verrast werd met de mededecling dat het paviljoen zou worden herbouwd. Inderdaad werd in 42 dagen een nieuw gebouw opgericht en geheel met ver- zamelingen gevuld. ILet gebouw zc-lf is geep Oostersch gebouw, doch de vele Balische motieven, de vorm van het dak en de dakbedekking doen eenigszins Oostersch aan. Het dak is gedekt met sirappen (dunne, schubvormige plankjes van gespleten ijzerhout, die dakpansgewijze op elkaar worden gelegd). Bij de ingangen beelden van raksasa's, demonen, die andere slechte geesten oji een afstand moeten houden. De ontvangstzaal van dit hoofdpaviljocn bevat de inzending van H.M. de Koningin, benevens inzen dingen van velschillende particulieren en van het Museum voor het Onderwijs. De inzending van H.M. de Koningin bestaat uit een aantal kostbaar bewerkte gouden en zilveren siervoorwerpen, benevens uit enkele bijzondere weefsels uit verschillende dcele® van den Archi pel. In deze afdeeling trekt een bijzonder mooie groote gong, hangende in een standaard met zeer kunstig houtsnijwerk, afkomstig uit de Vorsten landen, zeer de aandacht. Eveneens is dit het geval met het ameublement uit den tijd der 0.-I.« Compagnie. De achter de ontvangstzaal gelegen ruimte, de Volkenkundige zaal, is ingericht door de afdeeling Volkenkunde van Ihet Koloniaal Instituut te Amsterdam. In den gang staan aan weerszijden onder groote pajoens, zonneschermen, die tevens hoogste on- dersoheidingstcekenen zijn, vier groote Boeddha beelden. Deze stellen mijmer-Boeddha's voor met verschil lende houdingen van de handen, die oji de verschil lende taak van Boeddha duiden. Beide handen in don schoot met den rug naar beneden is de houding der „overpeinzing" of „meditatie". Beide handen voor de borst, de linker met rug naar beneden, duim en wijsvinger omhoog, rechter half geopend naar voren is de houding van het „prediken van de heilsleer". Het eerste vertrek rechts bevat een schitterende collectie Ikat-weefsels van Sumatra-Bataklanden; een model van een famibewoning der Karobataks en van hun vergaderlokaal. Het tweede vertrek rechts laat vlechtwerk zien, vervaardigd door de Dajaks op Borneo; verschil lende strijk- of tokkel instrumenten, die eenigs zins aan een viool doen denken en een collectie fijn gevlochten manden met eenvoudig, gekleur de motieven, van Bali. Een fraaie collectie wapens voor een Javaan en een Baliër is de kris een onmisbaar onderdeel van zijn nationale kleeding en schilden, die nog weer te onderscheiden zijn in dans- en afwecrschildon, completeert deze af deeling. Gebruiksvoorwerpen en producten van volks kunst uit den Oostelijken Archipel zijn in het derde vertrek rechts tentoongesteld, w aarvan JhrMr. Dr. L. H. NBosch Ridder van Rosenthal, Burgemeester van Den Haag. speciaal de trommen en schilden der Papoea's aller belangstelling hebben. Het geliefkoosde spel der Javanen de Wajang is in het vierde vertrek gelijk aan de opstelling van een Wajang-vertooning Een wit scherm, waarachter een koperen olie- damp in den vorm van den heiligen vogel; ga- roeda..Onder de lamp zit de vertooner, de dalang. Voor den vertooner zijn de poppen op een pisang- stam gestoken. De wajangpoppen uit buffelhuid gesneden, hebben losse armen, die door hoornen stokjes bewogen kunnen worden. Rechts de pop pen der edele figuren met wijkend voorhoofd, spleetoogen 011 gesloten, smallen mond, links de slechte personen met knobbelig voorhoofd, ronde uitpuilende oogen, open mond met slagtanden.' De dalang laat de schaduwen der poppen op het scherm vallen en vertelt tegelijk het verhaal, dat vertoond wordt. Gamelan-muziek begeleidt de voorstelling. De achterzijde van do afdeeling Volkenkunde wordt begrensd door een diorama van een land schap uit de Preanger-regentschappen van den schilder Eland. Het landschap stelt een terrein bewesten Galoeng- goeng voor met uitzicht over Garoct naar den Goentoer-Papandajankcten. Op den voorgrond een Soedanees met grooten veldhoed op aan het omploegen van het rijstveld, sawah. Karbouwen trekken den eenvoudigen hou ten ploeg. Links een inlandsch huisje. Een vrouw draagt haar kind in de slendang. Langs de sawah loopen een pad en een geul met water voor het irrigeereil der velden. Op het pad loopt een man met pikolan (venter) met zijn waren; vrouwen dragen de gesneden lijstaren. Verderop een groep woningen en aan alle zijden de trapsgewijze op de berghellingen aangelegde rijstvelden, omringd door lage dijkjes. In de vlakte middenin de plaats Garoct. De groote weg naar links voert naar den Papandajan. Op den achtergrond de vulkanen Gocntoer Donder) en Papandajan Smidse). In de linksche vertrekken ontmoeten we een col lectie steenen bijlen, die de Pajwiea's op Nieuw- Guinea gebruiken, hun bamboekokers en kale bassen. Aa.n de figuren, oji de kokers aange bracht is de landstreek te kennen, waar de koker vandaan komt. Elke Paiioeastam heeft zijn eigen patroon. Na nog een collectie ligmatten der Molukken en van Borneo te hebben bezichtigd, is men aan het einde van de rondwandeling door de afdeeling volkenkunde. De heide zijvleugels zijn ingericht door de af deeling Handelsmuscum van het Koloniaal Instituut Uit de groote Middenzaal komend, ziet men, do linkeizaul binnentredend, liet eerst een syanbo- lische voorstelling van de handelsbalans van Ned.-Indië voor het jaar 1931. Linksom loopend passeert men een voorsteling, betrekking hebbend op het bedrijf der Koninklijke Ned. Indische Luchtvaart Mij. en men ontwaart dan spoedig een groote plastische statistiek betreffende do 20 voornaamste uitvoerproducten, waarhij teveiis oen overzicht wordt gegeven van de percentages, wel ke Ned.-Indië van de wereldproductie van diverse artikelen voortbrengt. Aangrenzend is in den vorm van een theater een statitisch beeld gege ven van liet aandeel, hetwelk Europeaan en Inlander in de voortbrenging der voornaamste landbouwgewassen hebben. In de onmiddellijke nabijheid vindt men de plastische uitbeelding eener statistiek, welke de verschillende hoogten' hoven de zee aanduidt, waarop de voornaamste landbouwproducten gecultiveerd kunnen worden. Het productievermogen van Ned.-Indië wordt in zijn geheel gedemonstreerd op een producten- maquette waurop met behulp van geboetseerde figuren tevens is getracht, een statistisch overzicht !N DE NABIJHEID VAN ZEE STRAND, DUINEN, PARKEN BOSSCHEN IN RUIME, AANGENAAM AANGELEGDE WIJKEN VOOR VERSCHILLENDE BEURZEN PARK „OCKENBURGH" ERICALAAN IN HET WESTEN INLICHTINGEN BETREFFENDE v. SPEYKSTRAAT 75 TEL. 333850 VILLAPARK „MARLOT' PARK „MEER EN BOSCH" 9

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1932 | | pagina 12