MAANDAG 25 APRIL 1932
Van en over de Ontwapenings
conferentie
NIEUWE VOORSTELLEN
INGEDIEND
DE LIJN DER BESPREKINGEN
X')
Op dit oogenblik vertoeft de keur der
Staatslieden weer te Genève.
Stixnson heeft Tardieu en Macdonal'd, die
hij beiden reeds te Genève sprak, in kennis
gesteld met het nieuwe Amerikaansche ont
wapeningsplan, geheel opgebouwd op dc
door Amerika ingeleide procedure van de
kwalitatieve vermindering der bewapenin
gen. Amerika gaat daarbij uit van het
denkbeeld, dat in de toekomst de Staten
slechts zullen mogen beschikken over dat
materieel, dat overeenkomstig de bepalin
gen, aan Duitschland en de andere over
wonnen Staten opgelegd, slechts kan dienen
voor de grensverdediging en handhaving
van de orcle in het binnenland. Dat echter
kwalitatieve vermindering een begrip is,
voor verschillende uitlegging vatbaar, heeft
de Fransche delegatie te Genève naar voren
trachten te brengen, toen zij betoogde eener
zijds, dat het Fransche zwaar geschut in
den oorlog eigenlijk slechts door locomo
tieven naar het front kon worden gebracht
Anderzijds, dat tanks moeilijk op zichzelf
als aanvalswapenen kunnen worden ge
rekend. Maar er is de Amerikaansche prof.
Mills, scheikundige \an grooten naam. die
juist dezer dagen heeft betoogd, dat chemi
sche en bacteriologische middelen aller
minst uitsluitend als aanvalswapenen moe
ten wordien beschouwd, integendeel veel
meer verdedigingswapenen bij uitnemend
heid zijn, omdat dc kracht ervan afneemt,
naarmate men ze verder van de laboratoria
moet brengen. Mills gaat zelfs zod ver, dat
hij een verbod van chemische en bacterio
logische oorlogsvoering, waarover in Genève
vrijwel eenstemmigheid bestaat, slechts
aanvaard zou willen zien onder het voor
behoud, dat or in een verdedigingsoorlog
gebruik van mag worden gemaakt.
Teekening in de beraadslagingen
Intussohen, de aanwezigheid te Genève
van al deze Staatslieden, die aan de directe
discussion slechts een ger.ing aandeel nemen
terzijde gelaten, moge worden vastgesteld,
dat er nu althans eenige teekening in de
beraadslagingen begint te komen. Scheen
het aanvankelijk, dat in de algemeene com
missie opnieuw algemeene beschouwingen
zouden worden gehouden; dienden verschil
lende landen, waaronder thans ook Neder
land te vermelden is, nieuwe voorstellen
jn voor de procedure is thans eenigszins
een lijn getrokken. In het Bureau van de
'Algemeene Commissie heeft een oratorisch
duel van bijna drie uren tusschen den alge-
meenen rapporteur Benesj en den Russi
sch en gedelegeerde Litwinoff plaats gehad,
dat daarmede eindigde, dat president Hen
derson zich refereerde aan de beslissingen
der algemeene commissie. Dank zij het
vasthouden van Benesj is komen vast te
staan, dat de algemeene commissie thans
zal aanvangen met het bespreken van een
aantal der voornaamste principieele pun
ten, waarover resoluties zullen worden aan
genomen, die aan de technisfche commissiën
den weg zullen wijzen.
Het Duitsche voorstel
Reeds de voige week werd het Duitsche
voorstel besproken om art. 1 in zooverre te
wijzigen, dat niet beperking der bewape
ningen voorop zou staan en vermindering
daarop eventueel zou volgen, maar juist
omgekeerd zou worden gehandeld. Dit voor
stel is verder niet behandeld, maar de be
slissing, die ten aanzien van het étappes-
gewijze voortgaan met de vermindering
van bewapeningen is genomen, gaat wel
geheel in de richting van het Duitsche
voorstel. Tsjechoslowakije diende met Bel
gië, Denemarken, Spanje, Noorwegen, Est
land en Uruguay, wel een zonderlinge
objectieve combinatie een voorstel in,
inhoudende, dat de conferentie definitief t
beginsel van vermindering dor bewapenin
gen in étappes zal aanvaarden, al wordt
daarbij tevens gezegd, dat deze étappes be
hoorlijk snel op elkander zullen moeten
volgen. De Tjechische gedelegeerde Fierlin-
ger. de vroegere gezant van dat land te
Den Haag, heeft er dadelijk op gewezen, dat
da to sluiten overeenkomst, bevat zij inder
daad de vermindering in étappes, tevens
een herzieningsprocedure in het leven zal
moeten roepen, waardoor vaststaat, dat op
regelmatige tijden de ontwapeningsarbeid
wordt hervat. Daaraan zal de permanente
Ontwapeningscommissie, ook in het ont
werp van de Commissie-Loudon voorzien,
medewerking moeten verleenen. Tegen het
'beginsel van deze resolutie verzette zich
niemand, ook niet Rusland en Duitschland.
al gaven hun respectieve gedelegeerden toe,
dat zij er de voorkeur aan zouden hebben
gegeven, indien onmiddellijk de bewapenin
gen tot het laagst mogelijk peil werden
IX stond in ons blad van 18 April jl.
teruggebracht Hierbij wees de Duitsche ge
delegeerde Nadolny or niet ten onrechte op
dat in enkele jaren Duitschland zijn land
leger op 1/8, zijn vloot op 1/10 der sterkte
van het einde van den ooi-log heeft terug
gebracht, reusachtige hoeveelheden oorlogs
materiaal heeft vernietigd en eveneens zijn
groote oorlogschepen en duikbooten; tech
nisch onmogelijk is een dergelijke oplos
sing dus zeker niet. De vermindering in
étappes is verdedigd met een beroep op art.
8 van het Gron'dverdrag, dat inderdaad den
Raad opdraagt een plan te ontwerpen, dat
eens in de tien jaren naar de noodzake
lijke eischen zal moeten worden herzien,
dus het kenmerk in zich draagt van op
lossing in étappes te willen. Nadolny ver
zette zich daartegen dan ook niet. "maar
wel verlangde hij, dat de tusschenpoozen
zoo klein mogelijk zouden zijn en dat in
elk geval het eerste resultaat reeds een
flinke vermindering zal met zich dienen te
brengen.
De criteria
Met de resolutie ten aanzien van het
tweede der te bespreken punten is het niet
zoo gemakkelijk gegaan. Wij behoeven er
nauwelijks aan te herinneren, dat, wat dc
zgn. criteria van vermindering der bewape
ningen betreft, door tal van landien voor
stellen zijn ingediend, die onderling groote
verschillen toonen. Maar in hoofdzaak ging
het hierbij om de vraag of zou worden ge
volgd, wat Litwinoff noemde de objectieve
dan wel de subjectieve of individueele
methode d.w.z., of 'een algemeen criterium
zou worden toegepast, geldende voor alle
landen in alle omstandigheden, dan wel,
dat rekening zou worden gehouden met de
bijzondere omstandigheden, die ongetwijfeld
voor tal van landen aanwezig zijn. Van de
zijde van Titulesco, den Roemeenschen
eersten gedelegeerde en de Fransche dele
gatie werd met nadruk verlangd, dat naai
de criteria, die art. 8 van het Grondverdrag.
van den Volkenbond stelt, zal worden ver
wezen; criteria, waarbij vermindering dei-
bewapeningen wordt verbonden aan de
eischen van nationale veiligheid en van
nakoming van internationale verplichtingen
De vermelding alleen reeds van art 8 van
't Grondverdrag was voor Litwinoff voldoen
de reden om tegenstand te toonen, want
Rusland is nu eenmaal geen lid van den
Volkenbond cn wil niet. langs welken zij
weg ook, geacht worden aan eenig artikel
van het Grondverdrag van den Volkenbond
adhaesie te hebben geschonken.
Fransch verzet
Intusschen is men het over het tweede
punt nog vrij gemakkelijk eens geworden;
venvezen is naar art. 8 van het Grondver
drag cn erkend is, dat geographische om
standigheden voor verschillende Staten een
woordje meespreken. Maar het derde punt
waarbij allereerst de kwalitatieve verminde
ring aan de orde kwam. deed Fransch ver
zet in vollen omvang tot uiting komen. Het
heet, dat Tardieu. verstoord over het een
stemmig aannemen van het beginsel, in
punt 1 neergelegd, naar Genève is gekomen
om den Franschen aanval tegen verdere
uitspraken, die het Fransche plan voor een
politieleger in het nauw brengen, te leiden.
De Engelsche minister Simon stelde een
algemeene, vrij vage resolutie voor, waar
in een uitspraak wordt gedaan, dat het be
ginsel der kwalitatieve ontwapening wordt
aanvaard, cLw.z. de aanvaarding van-zekere
categorieën of typen van wapenen, waarvan
het bezit of het gebruik aan alle Staten
verboden zal worden. Tegen een dergelijke
uitspraak richtte zich namens de Fransche
delegatie Paul Boncour. De Mogendheden
moeten z.i. hun zware aanvalsmiddelenter
beschikking van den Volkenbond houden,
wanneer en indien een internationale actie
tegen den aanvaller ondernomen moet wor
den. Frankrijk acht liet buitengewoon be
denkelijk, wanneer de Ontwapeningsconfe
rentie den Volkenbond de wapens zou ont
nemen, die deze op een kwaden dag in het
belang van de internationale veiligheid
dringend zou behoeven. Schaft men de
zware aanvalswapenen af. dan laat men
de gelegenheid voorbijgaan den Volkenbond
van de noodige machtsmiddelen te voorzien
Daarenboven acht Frankrijk 't onmogelijk
onderscheid te maken tusschen aanvals- en
verdedigingsmiddelen; zelfs een technische
Commissie zal hierover niet kunnen beslis
sen. De Fransche delegatie verklaarde te
blijven vasthouden aan 't ontwerpverdrag
van de Commissie-Loudon, den eenigen
grondslag, dien zij juist acht voor de op
lossing van het oatwapeningsvraagstuk.
Begrijpelijk is dat niet, want dit ontwerp
verdrag bevat niets, wat in de richting van
het door Frankrijk gewenschte politieleger
De aanval, 'door Frankrijk op het overi
gens onschuldige Engelsche voorstel gedaan
leidde er Gibson, den Amerikaan, geens
zins toe om zijn instemming aan het Engel
sche voorstel te onthouden. Ook van andere
zijde werd die instemming gegeven. Yougo-
Slavië kwam met een nieuw procédé, en
bracht in deze beraadslaging, die nog slechts
over de beginselen loopt, een geheel uitge
werkt plan waarin is opgenomen, welke
wapenen te land, ter zee en in de lucht al
dan niet dienen te worden afgeschaft. Italië
stelde zich geheel aan de zijde van Amerika
gelijk ook de ïtaliaansche voorstellen gaan
in de richting van de Amerikaansche die
altruïstische!- nog zijn dan deze. omdat
Amerika bij het verlies van zware aanvals
wapenen te land weinig belang inboet.
Scheen bet op deze wijze, dat men, al was
het dan ook met een kleine meerderheid
een beslissing over de kwalitatieve vermin
dering in algemeenen vorm, door Engeland
voorgesteld, zou kunnen verkrijgen, de Röe-
meenscho gedelegeerde Titulesco greep met
een tusschenvoorstel
in.
Dit tusschenvoorstel is al dan niet als
bedenkelijk te beschouwen. Want Titules-
co's resolutie eischt voor de kwalitatieve
ontwapening eensdeels, dat zij niet zal
vooruitloopcn op de later in bespreking
komende methode van ontwapening, doch
anderzijds, dat zij ook niet. gelijk eigenlijk
bij het voorstel van Simon het.geval was,
zal bestaan uit een louter platonische be
ginselverklaring. Met instemming van 14
delegaties heeft Titulesco een omvangrijk
ontwerp uitgewerkt, waarin niet zoozeer
een wilsuiting van de conferentie, als wel
een met veel voorbehouden voorziene op
somming moet worden gezien van de uit
den boezem der conferentie naar buiten ge
treden mecningsverschillen. In hoofdzaak
stelt do resolutie van Titulesco vast. dat er
meeningsverschillcn zijn. en waar deze er
nu eenmaal zijn, is het beter er voor uit
te komen dan 't te verbloemen. Dat neemt
echter niet weg. dat het ontwerp van Titu
lesco den toestand, gelijk president Hen
derson het terecht inzag, wijzigde.
Vandaar, dat wel moest besloten worden
om zijn resolutie naar de Redactie-commis
sie terug te zenden. Het is waarschijnlijk
dat, met steun van den inmiddels uit Parijs
weer toegesnclden Tardieu deze resolutie zal
worden aangenomen, misschien niet een
stemmig. maar dan toch met een vrij groote
meerderheid. Beslist is er dan nog niets;
beslist is dan slechts, dat men inderdaad
tot een zekere mate van kwalitatieve ver
mindering van bewapening zal geraken;
beslist is echter evenmin, dat men niet tot
een internationaal politieleger zal overgaan
De bespreking van bijkans elk punt brengt
de Fransche voorstellen naar voren; doet
de tegenstelling zien, die deze voorstellen
bij elk belangrijk onderdeel van het ont-
wapeningsvraagstuk hebben geschapen, 't
Valt niet te ontkennen: de Fransche voor
stellen vormen een sluitend geheel; alleen
zij bieden het nadeel, dat zij de maatrege
len tot behoud van den vrede militariseeren
en zulks onder de hoede van degenen, die
overwinnaars zijn geweest in den laatsten
oorlog.
Bruning en MacDonald wonen een «deel
van de zittingen der algemeene commissie
bij. Het was een niet onaardig oogenblik
toen president Henderson een bijzonder
woord van welkom richtte tot den Engel-
schen premier, den strijdmakker van zoo
vele en zoo moeilijke jaren, thans in de
nationale politiek een tegenstander van on
gekende afmetingen!
Kerknieuws.
„HET OPENBARINGSBEGRIP"
Prof. V. Hepp sprak Vrijdagavond j.l.
voor het studentencorps ,,F. Q. I." te Kampen
over „Het openbaringsbegrip".
Na een inleidend woord behandelde spr. de
vraag: waar vind ik de openbaring en waar
zijn haar grenzen? Algemeen heeft men ge
zegd: we zouden God niet kennen, als Hy zich
niet had geopenbaard. «luist. Maar daaruit
trok men de conclusie: alle openbaring is er
ter wille van den mensch. Niet juist. Er is
ook openbaring Gods, die haar doel heeft in
Zichzelf. Terwille van Zichzelf openbaarde
God de Vader in de eeuwigheid zich in den
Zoon (cf. Hebr. 1 3), de volmaakte zelf
openbaring Gods. Dit is d e openbaring Gods,
de ontologische openbaring. (Proloog van het
Evang. Joh. Spreuken S 30).
Daarna objectiveerde God zich in Zijn
„Raad", die een eigen realiteit had en geen
schepping noodig had. Maar God wilde ook
Zichzelf zien in de schepping. Ook de openba
ring Gods in de schepping in de eerste plaats
om God zelf. Ook objectiveerde God zich in
den mensch. De mensch ontving zelf-mede-
deeling van leven, wat nog wordt verdiept,
na den val, bij de wedergeboorte. Maar dit is
toch slechts een afschaduwing van het God
delijk leven.
We kunnen niet zonder meer, de openbaring
Gods in de schepping de algemeene en in de
herschepping de bijzondere Godsopenbaring
noemen. We moeten wel onderscheiden de
z y ns-openbaring en de ken-openbaring.
Het is niet juist te zeggen: nadat God zich
had geopenbaard in de schepping, kreeg de
mensch vanzelf kennis van Go<L Hiervoor was
een bijzondere daad Gods noodig, waardoor Hij
zich aan den mensch openbaardede ken-
openbaring. Deze is te onderscheiden in alge
meene en bijzondere openbaring. In deze open
baring zit ontwikkeling. Zij begon bij de
schepping, maar eindigt niet bij de herschep
ping. Ook in den staat der heerlijkheid zal God
Zich openbaren. De openbaring is niet statisch,
maar dynamisch. Wy kunnen de ken-open-
baring indeelen in drieën:
le. revelatio specialis fundamuntalis, van
begin der schepping tot den dood van het
laatste openbarings-orgaan;
2e. revelatio specialis continua, daarin leven
wy nu;
3e. revelatio specialis finalis.
Als wy zeggen dat wy nu leven in den tyd
van de revel, spec, contmua, dan- moeten wij
in 't oog houden, dat openbaren nog niet
steeds is: iets nieuws openbaren.
Wat betreft het karakter der openbaring
Openbaring is zelfobjectivatie Gods,
als zoodanig steeds objectief. Nu de vraag:
is de openbaring transcendent of immanent
Transcendent is de openbaring Gods in God
den Zoon, en „concilium c-x decretum", en in
het scheppen der wereld. Wanneer God nu de
wereld bestuurt en zich openbaart in de his
torie is deze openbaiing Gods: immanent.
Verder wijst spr. er op, dat in de openba
ring ook een logisch element is, maar ze is
niet intellectualistisch. En ook is er in een
ethisch en een aesthetisch element.
Niet alle openbaring is historisch. De open
baring in den Zoon en in den Raad, staat bo
de historie. Ook de openbaring Gods ii
Na een korte pauze volgde bespreking.
EVANGELISATIE
Verband van Geref. Evangelisa
tie-commissies. De 4de jaarvergade
ring zal Woensdag 18 Mei te Utrecht onder
presidium van Ds. T. J. Hagen, van Delft,
worden gehouden. Bij het Verband zijn nu 142
commissies aangesloten. Het orgaan „Witte
Velden", verschijn* onder, redactie van Prof.
FW. Grosheide. Op de jaarvergaderingen
komt aan de orde, naast verschillende huis
houdelijke zaken, een bespreking over de nood
zakelijkheid van Evangelisatie onder studee
renden aan Openbare Universiteiten.
ZENDING.
Invloed van de crisis op het
Zendingsveld. Het Zendingsbureau te
Oegstgeest schrijft ons:
Dat de invloed der crisis zich ook op het
Zendingsveld zelf doet gevoelen, blykt uit on
derstaand bericht uit een jaarverslag:
Het afgeloopen jaar was een jaar van veel
beweging en afwisseling. De wereldcrisis heeft
ook merkbaar invloed gehad in deze streken.
Wel een bewijs, dat ook deze afgelegen land
schappen niet meer afgesloten gebieden zijn,
maar reeds verband houden met de groote
wereld er buiteh.
In Rampi was die invloed het meest te
merken en ook in Bada. De dammerpryzen
zyn zóó gezakt, dat het niet alleen meer de
moeite loont om da<gen lang de bosschen in te
gaan om het artikel te verzamelen, maar ook
de handelaren, die zich in Rampi reeds geves
tigd hadden, zyn nu byna allen verdwenen,
omdat de handel niet meer loonend was Voor
de menschen was het moeilijk om dit jaar
de belastinggelden te verdienen. Ook in Bada
g*af dat vele bezwaren.
Alleen Napoe maakte een uitzondering en
onderging in ander opzicht de gevolgen van
de crisis. Hier was welvaart. De koffieprijzen
bleven vrijwel op dezelfde hoogte, waardoor
Napoe het toevluchtsoord werd voor allen, die
wilden beproeven om daar voordeelen te ha
len. Vele vreemdelingen kwamen hier om hun
belasting te verdienen, door te weiken in de
koffietuinen of in de rijstvelden. Zij werden
dan met koffie betaald, wat hen een groot
voordeel bracht, zoodat de meesten een dag
loon maakte van f2.50 tot f3.50.
Zoo werd Napoe het land van belofte voor
de belastingzoekers. Op een oogenblik waren
hier menschen uit alle naburige streken by-
een, Rampiërs, To Bada, To Lindoe, To Sigi,
To Ivoelawi, To Tolee, Bar'e-sprekers, niet
meegeteld de opkoopers der koffie, waaron
der wij aantreffen een Japanner, een aantal
Chineezen, Boegineezen, menschen uit Masam-
ba, allen kooplieden, of helpers van hen.
Dat deze komst der vreemdelingen niet in
alles een zegen te noemen is, kan ieder wel
verstaan. Ik wil enkele van de nadeelen^noe-
men die er aan verbonden waren. De men
schen hier werden zorgeloos. Men het zijn la-
dang in orde maken en liet het kappen daar
aan de vreemdelingen over. Men betaalde dan
met een paar blik onontbolsterde koffie en
dat leek hen gemakkelijker dan zelf dat werk
te doen. Bovendien voelden onze menschen
zich nu eerst recht heeren en ik heb van velen
den indruk gekregen, dat zy lieten werken,
om voor de vreemdelingen zoowel als de land-
genooten te schijnen een man, die het doen
kon. Men kon soms met eenigen trots hooren
vertellen, dat men 10 vreemdelingen aan het
werk had. Van de voordeelen der koffieteelt
bleef niet veel over voor de eigenaars. Wel
zyn er ook weer veel nieuwe tuinen aange
legd, die ook weer vrucht zullen dragen na
enkele jaren, maar die eischen toch ook weer
onderhoud.
Van de menschen, die min of meer nader
staan tot onze menschen, zooals degenen af
komstig uit de naburige landschappen, is ver
der niet veel kwaad te vreezen. Zij brachten
niets nieuws mede, maar werkten hier aileen
om hun loon te verdienen.
Anders was dat het geval met de Boeginee
zen en him helpers, dia hier zich over het
land verspreidden, in byna ieder dorp het aan
tal toko's vermeerderden en daarmede de ver
leiding tot koopen voor onze menschen ver
grootten en ook zorgden dat van de belasting
zoekenden veel van de behaalde voordeelen
aan hen kwamen.
Bovendien brengen de kooplieden ook aller
lei minder gewenschte dingen mede. Zoo hoor
de ik van diefstal uit een Boegineesche Toko
in Woeasa; van een lotery bedacht door een
Chinees; van hooge schulden van onze men
schen aan de tokohouders. Allerlei dingen ge
beuren, die onze menschen in een richting
doen denken die hen niet opheft. Vooral het
dobbelen, dat zeer veel door de kooplieden
wordt gedaan, heeft ook velen onzer menschen
tot dat spel verleid. Op een nacht werd er in
Woeasa voor ruim f 1700 verspeeld.
GIFTEN EN LEGATEN
Te Amsterdam ontving de Geref. Kerk
van N.N. een gift van f 1000, gelykelyk te
verdeelen onder Kerk en Diaconie, en vj
mej. A. L. G. een legaat van f 1000 voor h
Petronella-Zendingshospitaal te Djogjacarta.
Schoolnieuws.
GEM. UNIVERSITEIT TE AMSTERDAM
Dr. M. V a 1 k h o f f te Hilversum is toege
laten als privaat-docent in de Roemeensche
Taal- en Letterkunde aan de Gem. Universi
teit te Amsterdam.
VRIJE UNIVERSITEIT TE AMSTERDAM.
Juridische Faculteitsvereeni-
ging. In de vergadering van de Juridische
Faculteitsvereeniging trad als spreker op Prof.
Jhr. Mr. B. C. de Savornin Lohmnn,
van Utrecht, met het onderwerp: „De staats
rechtelijke positie van den Nederlandschen
koning".
Spr. stond uitvoerig stil bij de probleem
stellingen inzake dit centrale staatsrechtelijke
onderwerp. jOp heldere wijze ontwikkelde hy
zijn bezwaren tegen vele gedachte oplossin
gen, waarbij een eigen oordeel naar voren ge
bracht werd. Spr.'s eindconclusie was, dat
onze geliefde Oranjevorstin ook thans nog
souvereine is, ook in den zin der Grondwet.
Daarbij wees hy erop, dat A.-R. en C.-H., zoo
wel de oudere als jongere generatie, nog gel
den als sterke steunpilaren van dit gezag bij
de gratie Gods.
De vergadering, die zeer druk bezocht was
en waar zich ook de Professoren Diepenhorst
en Gerbrandy bevonden, onderstreepte door
applaus den dank door den Praeses aan Prof.
Lohman voor zijn interessante lezing gebracht.
Hierna werden in het huishoudelijk gedeelte
voor gekozen verklaard als Bestuur voor den
cursus 1932/'33 den heer C. Abraham, praeses;
mej. G. H. Okma, ab'-actis; en de heer J. van
Andel, fiscus.
Tenslotte deed de ab-actis nog enkele mede-
deelingen over een enquête, die thans onder
pl.m. 1500 juristen in ons land wordt gehou
den, betreffende de opleiding. Deze enquête
woidt voor elke Jur. Fac. Ver. afzonderlyk
georganiseerd, terwyl de resultaten later op
een vergadering van afgevaardigden van alle
Jur. Fac. Ver. besproken zullen worden. Vooral
ook hoopt men, dat afgestudeerden aan deze
enquête zullen meedoen.
Prof. Mr. P. S. Gerbrandy heeft voor deze
enquête een voorwoord geschreven, waarin hij
weloverwogen, eerlijk en openhartig meewer
ken aan het ontworpen onderzoek krachtig
aanbeveelt. De enquête licht in over de belang
stelling van de studenten en is voorts var
waarde voor hen die de opleiding regelen.
HOOFDBENOEMINGEN.
Utrecht (met 1 Sept. a.s. twee te openen
Geref. Scholen), J. Brouwer, hoofd te Eind
hoven, en J. Leutscher, hoofd te Alteveer (by
II oogeveen).
ONDERWIJZERSBENOEMINGEN.
Klundert (Chr. Nat. School Molenstraat,
hoofd J. H. van Luin), mej. J. Bouman te Dor
drecht. Voor tydelyk.
Heerlen (Herv. School, Beersdalweg,
hoofd Joh. J. Meyer), mej. W. Meyer, aldaar.
(Overplaatsing).
Well-Am nier zoden (hoofd M. Jansen)
mej. A. Korrelboom te Muiden.
VERDWENEN.
Te Gendt (by Nijmegen) werd vorige
week een Herv. Chr. School geopend, waarmee,
naar het „Handelsblad" meldt, uit de Over-
P.etuwe het Openbaar Onderwijs geheel ver-
GEREF. SCHOOLVERBAND
District Rotterdam. De voorjaars
vergadering van het district Rotterdam heeft
plaats op Donderdag 2S April a.s. des avonds
8 uur, in Paul Kaiser's Lunchroom, Coolsingel.
De agenda vermeldt: bespreking van de
brochure: „Handenarbeid op de Geref. School";
„Is onderling schoolbezoek gewenscht?" inlei
ding van den heer A. Hogeweg; en „Het ge-
PACIFICATIE Op SCHOOLTERREIN
Ter 86ste Algemeene Vergadering van h
Ned. Onderwijzers-Genootschap, die 27 en
Juli te Den Haag gehouden wordt, zal in be
spreking komen een rapport van de Pacificatie
Commissie.
De afd. Noord-Beveland heeft een motie in-
Radio Nieuws.
i AVRO: Zan?v<
20.01 Hilversum AVRO: Ororoeporke6t
20.01 Huizen NCRV: Chr. Oratorium Vereen
HEndel's Jeftha.
21.00 Hilversum AVRO: GramofoonmuxIeV
21.30 Hilversum AVRO: Dordtsch Mannen.
AVRO: Groroofoonmuxfele
I Hullen KRO: Moreenconcert
Hilversum VARAOramofoonmuzlelc
Hilversum VARA: Kwintet
i Hulzen KRO: Gramofoo:.muziek
i Kalundborg: Strljkorkw
AVRO: Om roep-orkest
Politie- eo Perebertent
Hulzen KRO: Politieberichten
l Hulzen KRO: Politieberichten
Kerkdlen-ten ei
I Hilversum VPRO: Morgenwijding
i KRO: H. A. Breukei
gediend, er op aandringende dat de vergade
ring zich zal uitspreken over de beginselen
die aan de stellingen van het rapport ten grond
slag liggen.
De afd. Schagen stelt zich kortweg op een
standpunt, dat zijn uitdrukking vindt in het
volgende voorstel:
„Het N.O.G. plaatse zich op het standpunt,
dat uit de openbare kassen alleen bekostigd
wordt de neutrale directe overheidschool".
Deze afdeeling meent zich onomwonden te
gen de pacificatie te moeten verklaren, omdat,
volgens haar, duidelijk gebleken is, dat:
1. ze de nationale eenheid bedreigt;
2. ze onverdraagzaamheid kweekt;
3. ze millioenen verslindt zonder het on
derwijs op hooger peil te brengen.
Het N.O.G. moet zich daarom verklaren
vóór de neutrale directe Overheidschool, om
dat:
1. deze de nationale eenheid bevordert;
2. deze verdraagzaamheid kweekt;
3. gelden beschikbaar komen in ruime mate
ten bate van het onderwijs.
De motiveering en de conclusiën zijn weer
„prachtig"!
Men moet eens aanschouwen de „eenheid"
die uit de Openbare School- is voortgekomen.
Maatschappij en politieke wereld geven wel
een precies ander beeld te aanschouwen.
De verdraagzaamheid veilig alleen bij voor
standers van het Openbaar Onderwijs,
het voorstel Schagen zelf bewijst hoe er ont
zettende onverdraagzaamheid juist op hun erf
gevonden wordt.
En die millioenen! Nog altijd is het Open
bare Onderwijs minster duurder dan het
Bijzondere. Wat het laatste punt betreft,
schijnt de afd. Schagen van het N.O.G. van
oordeel te zyn, dat Bijzonder Onderwijs eigen
lijk geen Onderwijs is. De oude verwatenheid
leeft nog.
Dit is wel een houding, die de klok dus weer
zooveel jaren achteruit zetten wil. En als dit
een feit moest worden, zou dat opnieuw een
krachtigen Schoolstrijd onzerzijds doen ont
branden. 't Zou ook al te bar worden: nu nog
eens weer van voren aan beginnen met „het
schrikkelijk pleit van dwang en vrijheid".
De openbare onderwyzers van Schagen en
omgeving zouden dus nog eens weer het eene
deel van het v°lk (het grootste deel) aan het
andere willen opofferen!
Het Hoofdb^tuur van het N.O.G., herinne
rend dat het Genootschap na ernstige beraad
slaging van den beginne af de Pacificatie aan
vaard heeft en die houding steeds gehand
haafd heeft, ontraadt dan ook dit voorstel
Gely'k betamelijk is.
EXAMENS
Gesl.: Rechts\
'gêm.°u Diversiteit Tif'Amsterdam, oe-t.
Sociale Geoeraphle: cand. ex.. de heer J. P. D.
Aanmelding voor de examen» L. O.
moet geschieden vóór 30 April a.s. b|J: M. F.
Graafland. Insp. Lich. Opv. 2de Insp. te Den
Haag. Erlcnlaan 4. De schriftelijke examens heb
ben plaat^ In Mei. de practtschc en mondelinge
DE VAL VAN KONSTANTINOPEL
Door -LEWIS WALLACE Naar het Engelsch door ALMA
KORTE INHOUD VOOR NIEUWE LEZERS
Da schrijver van he-t beroemde boek „Ben
Sur" verplaatst den lezer in 't begin
groote verhaal naar 't einde dei
Toen hij daar aan land was geatapt, begaf
bij zich met zijn slaven naar een oude begraaf
plaats. HIJ bleek hier goed bekend te zijn. want
Sender zich eenmaal te vergissen wist hij door
te dringen tot de sarkophaag. waarin de mum
mie bewaard werd van Hlran. koning van Tyrus
Toen de vreemdeling d6 sarkophaag vernet,
i hij enkele
naar Konstantino-
i bij den koopman
U61. Diens dochtertje, de 14-Jarige Lael. her
innerde hem sterk aan zijn eigen kind van den
zelfden naam, dat ook 14 jaar was, toen 't hem
door den dood werd ontnomen. Hij wilde voor
dit kind oen tweede vader zijn.
Tijdens de roeitocht^ die de^ Vor*
werden zij doe
■vallen. Daa.rdoor
Ke-lze-r Konstantijn.
digd in het kasteel gunstiger weder
echter nie-
de vermomde Prins Mo-
i de Pluses den volgenden dag het Witte
>1 verliet, uitte zij den wensch. dat de
i haar paleis te Thenapia,
Welk geloof is hij dan eigenlijk toege
daan? vraagde zij met onverholen belang
stelling.
Was hij maar hier om het. u zelf uit
te leggen!Ik zal echter mijn best doen.
Luister! De zoon van Moerad gelooft in God.
da,gen later had dat bezoek inder- Hij gelooft in de Schrift en in den Koran
rn_ - en beschouwt ze als verschillende vlouge-
len van de goddelijke Waarheid. Hij ge
looft, dat er drie Profeten zijn geweest, die
meer dan anderen' Gods vertrouwen geno
ten. Mozes. Jezus, die grootcr was dan
Mozes. en Mohammed, de allergrootste, niet
omdat hij van betere of verhevener cjingen
daad plaats. En de „Arabische
de Prinses verschil lende bijzonderheden
n Prins Mohammed. Hij had
Zeker in de dicht- en vertelkunst?
Waarom niet? Onze geschiedenis wordt
in dien vorm bewaard en onderwezen. Als
een held niet zelf dichter is houdt hij e>
een od na. Od 's prinsen tafel liggen de
Koran en de Hebreeuwsche Bijbel, zooals
die dagelijks in de Synagogen gebruikt
wordt.
De Bijbel in 't Hebreeuwschl Leest hij
er wel eens in?*
Hij leest hem als een Schriftgeleerde.
En de Evangeliën?
De Sheilt keek haar verwijtend aan.
Prinses, behoort gij tot de zoodianigen,
die meenen, dat oen Moslim den Christus
verwerpt, omdat de Profeet van den Islam
na hom kwam met latere leeringen?
De Koran verwerpt Christus en zijn leerin
gen niet. Hoor slechts, wat er geschreven
staat: En deze Kors'.n is niet een onderge
schoven boek van een, die g^on God is.
muar gezonden als een bevestiging van de
boeken, die er eerder zijn geweest en een
verklaring der Schrift van den Heer des
Ileelals. Dit vers, prinses, overgeschre
ven door prins Mohammed zelf, ligt tus
schen den Bijbel en den Koran, die, zooals
ik reeds zeidc, altijd naast elkander op
tafel liggen.
getuigde, maar om-dat hij de laatste was in
de orde. Bovenal gelooft hij, dat den Aller
hoogste alleen lof en aanbidding toekomt,
en daarom bidt hij het gebed van den
Islam: God is God, en Mohammed is zijn
Profeet: hetgeen beteekent. dat de Pro
feet niet verward moet worden met God.
De Sheik sloeg zijn donkere oogen op, en
toen de prinses zijn blik ontmoette wendde
zij zich af en keek peinzend naar de baai
Hij wachtte totdat zdj zou spreken.
Er lagen nog andere boeken op de
tafel van den prins, nietwaar? Welke
waren dat?
Ik zie, dat Ebn Hanife niet te ver
geefs sprak. Mohammed zal nu getoetst
worden aan zijn smaak en voorkeur. Het
zij zoo.
Daar lagen behalve Grieksehe. Latijn-
sehe en Hebreeuwsche woordenboeken, de
Encyclopedie der Wetenschappen, een zeld
zaam en heerlijk boek van een Moor uit
Granada, Ibn Abdallah. Ik zag e- «le Ster
renkunde en de Sterrenkun.l -e Tafels van
Ibn Junis en een zilveren globe volgens de
berekeningen van den Kalif A'—nnom, die
ons leert, wat nog niet erkend is to Rome,
dat de aarde rond is. Ik zager het boek
van de weegschaal der Wijsheid door Alha-
zan, die de wetten der natuur onderzocht,
totdat er niets overbleef, dat niet verklaard
was. Ik zag er de Philosophie van den
Arabier Azazzali, die door Christen en
Moslim beiden dankbaar moest aanvaard
worden, omdat daarin aan de PlYosophie
de plaats is aangewezen, die haar toekomt:
dienstmaagd van den Godsdienst. Ik zag
er boeken over koophandel, over wapenen
en wapenrusting, over machines tot aanval
en verdediging van steden; over militaire
bouwkunst, over het aanvoeren van legers
in groote veldslagen, ook over het houwen
van bruggen, het aanleggen van wegen en
het bouwen van steden. Voorts zag ik er
tot verpoozing na den arbeid werken over
muziek en zang. en afbeeldingen van mos
keeën. kerken en' paleizen, meesterstukken
van Indische en Saraceensche kunst. Onder
vele dichtwerken vond ik een exemplaar
van Homerus in 't Arabisch, naar een ver
taling bevolen door Haroun Al-Raschid.
Dc prinses had dit alles bedaard aange
hoord. Dit was een geheel nieuwe lezing
van Mohammed, en de Sheik, wel voldaan
over zijn eerste onderwijs, begon aan de
toepassing: Mijn Heer verdiept zich gaarne
in droomerijen. In zijn studietijd noemde
hij dat: rusten. 1-ïij was gewoon te zeggen,
dat, wanneer zijn hoofd van te lange studie
duizelde, de droomerij hem als een donzen
kussen was; dat in oogonblikken van van-
hoop de droomerij zijn geest als een voed
ster allerlei liefelijks toefluisterde en voor
zong, totdat zijn hoofd weer sterk uus.
Weinige dagen geleden ontdekte hij 's mor
gens bij het ontwaken, dat in den slaan
een dienende geest tot hem gekomen was,
de deuren van zijn hart geopend had en
al zijn jongensphantasieën had laten ont
snappen. Sedert kent hij slechts urie
idealen. Zal ik ze u meedeelen. prinses? Zij
zullen de draden zijn. waaraan gij de paar-
len van Ebn Hanife's gezegde kunt rijgen.
Ik wil ze gaarne hooren. was haar ant
woord.
Eerste Ideaal: Hij wil een held worden
Als zijn ziel afkeerig was van oorlogvoe
ren zou hij zijn vaders zoon niet zijn. Maar
in tegenstelling mot zijn vader beschouwt
hij den oorlog als don dienstknecht van
den vrede, en vrede een noodzakelijke voor
waarde van zijn andere idealen.
Tweede Ideaal: Hij gelooft dat in zijn volk
het genie sluimert van de Mooren, en hij will
alles aanwenden, om het te doen wedijveren
met dat wonderlijke menschen ras.
Van de Mooren, Sheik? Die heb ik al
tijd beschouwd als plunderaars van heilige
steden, ongeloovigen, weggezonken in den
nacht van ontwotendheid, die den naam van
God gebruikten als dekmantel voor verrader
lijke invallen en het vergieten van stroomen
bloeds.
De Sheik hief het hoofd fier omhoog.
Ik lien een Arabier, en de Mooren zijn
Arabieren, van het Oosten naar het Westen
getrokken!
Vergeef mij, zeide zy zacht.
Hij bedaarde, en antwoordde: Als het u
verveelt, prinses, kan ik over andere onder
wei-pen spreken. Mijn geheugen is gelijk een
sandellhouten juweelkistje. Ik kun het naar
wilekeur openen en er iets uitnemen, dat u
beter behaagt
Neen. antwoordde zij argeloos, aan een
held in het werkelijk leven heeft men meer
dan aan de schoonste parabel. Daarenboven
moet ik nog het derde ideaal van uw vriend,
prins Mohammed, hooren.
Hij sloeg zijn oogen neer, opdat zij den
glans van genoegen, die er uit straalde, niet
zou zien.
Mijn Heer zegt, dat de oorlog een nood
zakelijk kwaad is, dat hij als Sultan niet
vermijden kan. Indien hij geneigdheid toonde
om zich tevreden te stellen met het keizer
rijk, zooals zijn grooto vader het hem zal
nalaten, zouden naijverige buren hem uitda
gen. Hij moet zijn beleid toonen in zelfver
dediging. Is dat gedaan, dan neemt hij zich
voor het pad te bewandelen door A Ivl er ra li
man, den edelste en beste der Westersche
Kal if en, wit en effen gemaakt. Hij zal be
ginnen met een hoofdstad te stichten aan «len
Bosporus. Dat, prinses, is het derde Ideaal
van prins Mohammed.
Neen, Sheik, aan de ree van Marmore,
misschien de stad Broussa?
Ik deel u zijn Ideaal mede, zooals hij
zelf het mij verhaalde. Want waar, zeide hij.
vindt men op deze schoone aarde heerlijker
natuur, dan an den Bosporus? Waar welft
een zachter hemel zich boven een schooner
kanaal, door de natuur bestemd tot de edel
ste doeleinden? Waar zijn do zeeën zoo ge
temd on binnen haar palen teruggebracht?
Bloeit do roos hier niet het geheole jaar
door? Ginds het Oosten, hier het Westen
moeten zij elkander altijd vreemd en vijandig
blijven! In zijn hoofdstad, wier muren steeds
zullen zijn als de grondvesten der bergen,
met onbreekbare ijzeren poorten, en torens
tot in de wolken, zal hij alles vergaderen
wat schoon en goed ls, wetende dat men. om
Alia goed te dienen, zijn mede menschen
moet dienen.
Al zijn medemensdien, Sheik?
Ja. allen.
Dat is goed. zeide zij zich, want indien
gij uwe broederen alleen groet, wat doet gij
boven andoren?
(Wordt v
TOlgd.),