Waf zal Genève brengen?
BINNENLAND.
Uit de Pers.
Radio Nieuws.
MAANDAG 1 FEBURARI 1932
DERDE BLAD PAG. 9
DE GEHEELE WERELD
IN SPANNING
Mislukking der Ontwapeningsconfe
rentie een ramp voor de Menschheid
MAAR GOEDE HOOP IS NIET
ONGERECHTVAARDIGD
„De geweldige financicele, mo-
reele en economische nood. van
het oogenblik zullen misschien
de grootste drijfveer zijn, om niet
met leege handen uit Genève
t terug te keeren."
Mr. J. LIMBURG.
In onze steeds dieper wegzakkende samen
leving mag het zeker als een lichtpunt wor
den beschouwd, dat de roep om vrede hoe
langer hoe sterker doorklinkt. F.eni treffend
staaltje daarvan vormde Zaterdagmiddag
de demonstratieve vergadering te Den Haag
alwaar het Gebouw voor Kunsten en Weten
schappen tot den nok was gevuld met men-
schen van de meest uiteenloopende levens-
en wereldbeschouwing, teneinde de eerste
mannen van het land een uitspraak te hoo-
ren doen over de vraag, wat de Ontwape
ningsconferentie te Genève die morgen
een aanvang neemt brengen zal.
De bijeenkomst, georganiseerd door
Vcreeniging voor Volkenbond en Vrede,
werd o. m. bijgewoond door den minister
president Jhr. Mr. Ruys de Beerenbrouck, en
minister Verschuur, benevens tal van an
dere autoriteiten en stond onder leiding van
den oud-minister van Buitenlandsche Zaken
Jhr. Mr. Dr. H. A. van Karnebeek.
Nadat laatstgenoemde de aanwezigen had
verwelkomd en het doel der vergadering
uiteengezet, trad als eerste spreker op di
minister van Staat,
Dr. H. Colijn.
De heer Colijn, die een beschouwing gat
over het ontwapeningsprobleem met betrek
king tot de economische crisis, merkte bij
het begin van z'n rede op, dat de buiten
landsche politiek en economie elkander
voortdurend ongunstig beinvloeden. Derhal
ve moet verbetering der politieke verhoudin
gen een opleving van den economischcn toe
stand met zich brengen. Met name de ver
mindering der oorlogsuitgaven zullen den
druk, waaronder de geheele wereld gebuk;
gaat, aanmerkelijk verlichten. Voorts is noo-
dig vrijheid in het goederen-, geld- en per
sonenverkeer.
De economische crisis houdt ten nauwste
verband met de crisis in Duitschland, waar
van de kern ligt in de aan dat land opgeleg
de herstelbetalingen. Zoo was algemeen het
oordeel in de Bazelsche commissie.
De conferentie van Genève zal de hefboom
kunnen zijn om de openbare meening in
Amerika zoodanig te beinvloeden, dat het
komt tot een finale. Een betere regeling der
herstelbetalingen is voorwaarde om te ge
raken tot beperking der bewapening.
Zulk een betere regeling is echter alleen
dan te venvachten, indien Amerika van de
noodige bereidwilligheid tegenover z'n schul
dènaars blijk geeft
Amerika is inderdaad niet zoo ongenegen
als wel eens wordt gemeend. Doch een voor
aanstaand Amerikaan heeft spr. eens ge
zegd, dat elke kwijtgescholden dollar aan z'n
land twee dollars kost, omdat de Europee-
sche staten het geschonken geld aanwenden
tot uitbreiding van hun bewapening, wat
omgekeerd Amerika tot verdere bewapening
noopt.
Aldus is Amerika's tegemoetkomendheid
.vrijwel afhankelijk van de resultaten te Ge
nève en daarom bidden we den Almachtige,
onze delegatie lichamelijke en geestelijke
kracht en wijsheid te geven, om haar zoo
zware taak naar behooren ten uitvoer te
brengen.
Rede Prof. Dr. J. A. Cramer.
Volgende spreker was Prof. Dr. J. A. Cra
mer, voorzi'ter der Nederl. afdeeling van
den Wereldbond van
Kerken.
Deze begon met te
zeggen dat velen
geen vertrouwen heb
'ben in de mannen
van Genève. Ontwa
pening wordt als on
mogelijk beschouwd.1
waarbij dan gewezen
wordt op conflicten,
zooals er thans weer
tusschen China en
Japan zijn ontstaan.
Een zoodanige re
deneering is fataal
en moet plaats ma
ken voor de vaste overtuiging: „Wij wil
len vrede". Niets kan worden bereikt zon
der, idealisme en dit idealisme behoort z'n
oorsprong te vinden in het vertrouwen op
God. Daarom is hier ook voor de Kerk een
taak weggelegd.
Rede Mr. C. M. J. F. Goseling.
Door Mr. C M. J. F. Goseling, lid van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal, werd
herinnerd aan de woorden van Jhr. Loudon,
die als president der voorbereidende confe
rentie duidelijke taal heeft gesproken, toen
hij verklaarde, dat slagen onomstootelijk
moet vaststaan en een falen der Ontwape
ningsconferentie een geweldigen schok zou
toebrengen aan het vertrouwen der volkeren
in den arbeid te Genève. Een rotsvast geloot,
dat een goed resultaat bewerkstelligd zal
v,-orden, is onmisbaar. Het werk, dat Dins
dag wordt aangevangen, staat in het teeken
des woords van de Kerstboodschap. Zoo ooi?,
dan ligt nu de conclusie voor het grijpen,
dat niets mag worden nagelaten, om de oor
zaken der ellende, die over de wereld geko-i
Rede Mr. J. Limburg.
Mr. J. Limburg, lid van den Raad van
State, noemde de komende conferentie de
grootste uit de
wereldhistorie en
stelde een mis
lukken er van op
één lijn met een
K. L. M. DEMONSTRATIE TE
BRUSSEL
Mr. J Limburg
Prof. Dr. Cramer
ramp.
Maar er is goe
de hoop, want de
geweldige finan-
cieele, moreele en
economische nood
van het oogenblik
zullen misschien
de grootste drijf
veer zijn om niei
met leege handen
uit Genève terug te keeren.
Er zijn wel is waar pessimisten, doch
reeds in liet Kellogg-pact is vastgelegd, dat
iedere aanvalsoorlog een misdaad is, m. a.
w. moreel zijn de Staten tot onwapening
verplicht. Volgens art. 8 van het Volken
bondsverdrag zijn zij dat echter ook juri
disch, gezien daarin uitdrukkelijk vermeld
staat, dat de Staten hun bewapening tot
d h t. minimum terug moeten brengen, het
welk met de nationale veiligheid in over
eenstemming is. Door 55 staten zijn deze
moreele en juridische verplichtingen onder
teekend!
Nu is het veiligheidsargument een zeer
rekbaar begrip en geeft zeer zeker tot eer;
wedloop in bewapening aanleiding, doch i:
dien de volkeren er hun Regeeringen van
weten te overtuigen, dat slechts bewape
ningsbeperking de nationale veiligheid be
vorderen kan. dan eerst zal te Genève de
goede geest zijn, die voor het slagen der con
ferentie noodig is.
Schrapping der oorlogsschulden en vermin
dering der bewapening zijn twee factoren,
die er heel veel toe kunnen bijdragen, om
een angstige wereld van haar ondergang te
redden
Rede Dr. J. Schokking.
Het Tweede Kamerlid Dr. J. Schokking
zeidie. dat er een eng verband bestaat tus
schen de begrippen
Luchtlijn Belgisch Congo.
Het Holland-Indië-vliegtuig de „Ekster'
heeft thans het vourgenomen bezoek aan het
vliegveld Haren bij Brussel, waar een de
monstratie voor Koning Albert van België
zou plaats hebben, ondanks het niet al te
ongekende wereld gunstige weder kunnen brengen. Het vlieg
tuig wern bestuurd door den piloot D u i m e-
laar, en had verder aan boord de heeren
I'lesman en M a rt i n, directeur en s»
taris van de K. L. M., benevens een redac
teur van het Ned. Correspondentie Bureau
De Belgische Koning verscheen op het
vliegveld, vergezeld van zijn adjudant graaf
tie Patoul. Met zeer veel belangstelling hoeft
Z. M. kennis genomen zoowel van de kaar
ten en statistieken, welke op de Indië-rouio
betrekking hebben, als van het in- en
cxferieur van dc „Ekster".
In den loop van een gesprek, dat de redac
teur van het corr. bureau met Koning Al-
bert mocht hebben, verklaarde deze opgeto
gen te zijn over de tropen-uitrusting der
K. L. M. vliegtuigen. Men heeft in België
het voornemen een lijn te openen naar den
Belgischen Congo, welke in étappes zal
worden gevlogen, daarbij gebruik makende
van andere machines en andere piloten. Z.M
was zeer te verrast te vernemen, dat d*
K.L.M. de heele route vliegt met dezelfde
piloten en hetzelfde vliegtuig.
De Koning bedankte de heeren Plesma» en
Martin zeer voor alle moeite, welke zij zien
voor hem gegeven hadden en uitte nogmaaN
zijn bewondering voor „de Ekster", welk
vliegtuig hij voor het eerst in tropenuit
rusting had gezien.
Terwijl het vliegtuig over het veld voort
rolde, wuifde dc Koning den inzittenden een
vriendelijk vaarwel toe.
Om half vijf landde „de Ekster" weer op
Dr J Schokking
Volkenbond
de. De spanning, wel
ke aan de Ontwape
ningsconferentie
voorafgaat, sluit den
wensch naar de ver
wezenlijking der ont
wapeningsgedachte
in zich.
Het zwaartepunt
van de conferentie is
niet van materieelen
of financieelen, doen
van moreelen aard.
Zullen de geschillen
in het vervolg langs
Dr. F. M. Wibaut
den weg van overleg of langs dien van wa
pengeweld worden weggeruimd?
Waar een ongunstige uitslag dezer confe
rentie, al dan niet gecamoufleerd, van ge
weldigen invloed op den loop van het we
reldgebeuren zal zijn, heeft men zich reeds
angstig afgevraagd, of zij nog niet beter
eenigen tijd kon worden uitgesteld.
Op deze vraag wil spr. geen antwoord
geven, maar de hoop uitspreken, dat te Ge
nève een ernstige wil zal blijken te bestaan,
om tot ontwapening te geraken.
Rede Dr. F. M. Wibaut.
Laatste spreker was Dr. F. M. Wibaut.
lid van de Eerete Kamer, die zeide dat men
de komende conferen
tie behoorde te zien
als het ec I .e streven
om via stelselmatige
vermindering der be
wapening te komen
tot ontwapening.
Men mag haar zoo
zien, omdat de zucht
naar vrede 'n kracht
is die groeiende is.
Die kracht is even
wel nog niet sterk
genoeg, dat zij het
leven beheerscht.
Wanneer dus be
wapening verkregen
wordt, is dit niet direct een gevolg van den
redewil der volkeren, doch een eisch van
economische noodzakelijkheid. Oorlog is te
duur! Z'n lasten zijn ondragelijk geworden.
In Frankrijk bijv. vordert de oorlogstoe
rusting 60 procent der staatsuitgaven. In
Amerika en Italië de helft.
Te betreuren is het echter, dat terwijl de
rechtvaardigheid om een oplossing smeekt,
de zedelijkheid een oplossing eischt en de
gebiedende noodzakelijkheid tot een oplos
sing dwingt, thans alleen nog maar de laat
ste gewicht in de schaal legt Niettemin,
moge die noodzakelijkheid verhaast worden.
Jhr. Mr. Dr. H. A. van Karnebeek.
Het slotwoord werd gesproken door Jhr.
Mr. Dr. H. A. van Karnebeek. Deze legde er
den nadruk op. dat ontmoediging
misplaatst zou zijn, want de saamhoorig-
heidsidee der volkeren neemt voortdurend
toe. Dat het nationalisme hoogtij viert, valt
niet te ontkennen, doch daartegen verheft
zich de drang der zooeven genoemde feiten.
Gelijk bij alle sprekers werden ook de slui
tingswoorden van den voorzitter met luid
applaus begroet, terwijl de vereeniging ..Die
Haghe Sanghers", welke het gesprokene met
enkele liederen afwisselde, alom waardee
ring vond.
Moge God aan het werk te Genève Zijr.
zegen geven, want daar gaat het tenslotte
toch alléén om!
Waalhaven.
VERITAS VINCENT
HET RAADSGEBED IN
DRIEBERGEN—RIJSENBURG
Onder het motto „Veritas Vincit", de
waarheid zal het overwinnen, zendt de heer
A. Jansen te Haarlem ons een lang inge
zonden stuk over de behandeling van een
voorstel inzake het sluiten der raadsverga
deringen in Driebergen met dankgebed. Het
stuk is vergezeld van een verklaring van
den heer G. vanLeersum, anti-rev. raads- van een zoo oprecht en trouw kameraad.
huisgezin. Wie dat niet begrijpt doet schade
aan de goede zaak. En het is droevig, dat
de Banier weigert om onware voorstel
lingen te rectificeeren. Daarom moest ik el-
dens plaatsing vragen; want, zoo eindigt de
heer Jansen: Recht gaat voor allés, èn;
Veritas Vincit!
VIJF EN TWINTIG JAAR
KERKNIEUWSREDACTEUR
Heden was de heer D. de Wit 25 jaar
werkzaam als Iverknieuwsredacteur van „Dc
Rotterdammer". Wars van alle huldiging en
jubileumviering had hij gehoopt dat deze
dag onopgemerkt zou passeeren. Maar dat
was van hen die met hean samenwerken, te
D. DE WIT
veel gevraagd en daarom werd een beschei
den huldiging in intiemen kring voorbereid,
echter op zoo bedekte wijze, dat de jubilaris
niets „kwaads" vermoedde tot op het moment
dat hij werd binnengeleid in de commissaris
kamer van het Rotterdammer-gebouw, waar
zich de redactie en deputaties van het admi
nistratief en technisch personeel hadden ver
zameld.
Toen hij naast zijn vrouw had plaats ge
nomen, voerde allereerst het woord de heer
H. D i e m e r, als directeur en hoofdredac
teur.
Deze wees er op hoe de heer De Wit
vanaf het begin van zijn werkzaamheid aan
de krant dezelfde rubrieken had verzorgd.
Nooit is er over gedacht hem anderen ar
beid op te dragen. Daaruit kan blijken dat hij
de rechte man is op de rechte plaats. Het is
spr. een vreugde op dezen dag de groote
waardeering te mogen uitspreken die het
bestuur der N.V. „De Rotterdammer" heeft
voor de arbeid van den jubilaris. Onder diens
leiding is de rubriek Kerk en School gewor
den een der best verzorgde in de Chr. Pers
in Nederland. Spr. wenscht hem toe, nog
vele jaren met dezelfde opgewektheid zijn
arbeid te mogen verrichten.
Na den heer Diemer sprak de oudste
collega van den jubilaris, de heer IJ. G.
Kuiper, hem toe.
Wij konden, aldus spr., den jubileumdag
lid aldaar, dat c«e mededeelingen geheel over
eenkomstig de waarheid zijn.
Uitsluitend om deze te dienen, geven we
het lange ingezonden artikel zoo kort mo-
gellijk weer.
De heer Jansen, die overtuigd lid is van
de St. Geref. Partij, heeft zijn artikel eerst
ter plaatsing aangboden aan zijn partijor
gaan de Banier, doch zelfs na een per
soonlijk bezoek aan de redactie is plaatsing
geweigerd.
In de raadsvergadering van bovengenoem
de gemeente deed de heer van Dolderen
(s.g.p.) het voorstel om de raadsvergaderin
gen met dankgebed te sluiten. Hoe het
daarmee ging, vermeldt de Banier, van
22/23 Dec. 1931 als volgt:
Ten slotte kwam Ln behandeling het voor
stel van den heer van Dolderen ^s.d.g.) om
de raadsvergaderingen met dankgebed te
sluiten. De heer v. Leersum (a.r.) is tegen
dit voorstel omdat hij het dankgebed te hei
lig acht. (nota bene! Redactie) en rekening
wil houden met de omstandigheden.
Ook de heer de Greef (a.r.) deelt ditzelfde
standpunt, alsook Weth. v. d. Kaade (a.r.)
„Het voorstel werd dan ook helaas met op
één na, algemeene stemmen verworpen.
Duidelijk kwam nu openbaar de klove tus
schen de A.R. en de S.G.P. Eerstgenoemde
partij houdt geen rekening met Gods
Woord, een zeer droevig verschijnsel, en tooh
heft men de christelijke vlag hoog in top,
meer om een vuile lading te dekken. De af
gevaardigde der S.G.P. mocht zijn voorstel
overeenkomstig te beginselen getrouw ver
dedigen. Ligt hierin weer niet een ómidelijk
beroep wat het praal-Christendom in de prac-
tijk beteekent als het op de handhaving van
Gods geboden aankomt?"
Niet lang geleden, aldus vertelt de heer
a n s e n dan, kwam er in de Banier
een zeer onware voorstelling voor van het
geen de heer van Leersum in een roomsch-
getint weekblaad'je geschreven -had. Waarom
men ddt anti-rev. raadslid telkens persoon
lijk aanvalt, weten alleen de ingewijden in
Driebergen énde redactie van de Ba
nier Ik heb toen, aldus vervolgt onze
schrijver, getracht de „Betrouwbaarheid"
van mijn partijblad te redden, door de Re
dactie gelegenheid te geven, haar (naar ik
meende) schromelijke vergissing, door mid
del van mijn „ingezonden" recht te zetten.
Dit is niet gelukt. Wat ik meende een ver
gissing te zijn, bleek zelfs Redactioneele op
zet! Mijn stuk toch, werd netjes in de prul-
Iemand geworpen. Mijn vertrouwen in de
Banier is toen gaan wankelen.
En nu de kwestie van het raadsgebed.
De Banier verzwijgt opzettelijk, dat de
anti-rev. raadsfractie, den heer van Dolde
ren in overweging heeft gegeven om zijn
voorstel in te trekken en gezamenlijk een
beter geformuleerd voorstel te doen en daar
bij een formuliergebed te voegen, dat pas
send zou zijn voor elke vergadering. In dat
geval zou men, zeer waarschijnlijk succes
gehad hebben.
Maar de heer van Dolderen wilde dat niet
Hij wenschte de eer voor zich alleen om dan
later te kunnen verklaren ,dat hij zoo'n
zware en moeilijke strijd moet voeren.
Waarheid is echter, dat hij het goede be
ginsel van het raadsgebed1 niet behoorlijk
kan verdedigen en alles dooreengemengd
had, zoodat zijn voorstel noch van vorm,
noch van inhoud deugde en aanvaardbaar
was. Aan een raadsgebed moet men andere
eischen stellen dan het bidden in kerk of
zoo bekwaam collega niet stilletjes
voorbijgaan. Dat zou te veel van ons ge
vergd zijn geweest
Spr. prees de verschillende eigenschap
pen van den jubilaris en haalde daarna
de herinnering on aan diens komst op het
bureau aan de Hoofdsteeg, het laatste sta
tion voor de verhuizing naar den Goudsche-
singel
Voor hét technisch en administratief per
soneel voerde het woord de bedrijfsleider,
de.heer D. Bak, die namens allen er zijn
blijdschap over uitsprak thans eens gele
genheid' te hebben eens spontaan uiting te
geven aan de waardeering en hoogachting
die allen voor persoon en werk van dgn
jubilaris hebben. Tenslotte sprak de heer
G. de Kievit namens de leden van het
technisch personeel, die het lanigst met
den jubilaris samenwerkten, nog een woord
van persoonlijke herinnering.
Verschillende geschenken werden aange
boden.
De heer De Wit heeft daa/rop, zeer ver
rast, maar toch hartelijk dankbaar, allen
zij'n dank betuigd voor deze warme huldi
ging. Hij is er zeer door getroffen en voelt
zioh meer dan klein bij aJ het goede dat
hem ten deel viel.
Hierna was er gelegenheid den jubilaris
persoonlijk geluk te wenschen.
MOLENS DIE LANGZAAM
MALEN
Ook ondergeteekende heeft gesolliciteerd,
maar tevens richtte hy een brief aan Z. E. den
Perzischen gezant in Parijs, met verzoek om
eenige speciale inlichtingen.
Het antwoord hierop was een buiteneewoon
verwonderde brief waarin de gezant mede
deelde, dat inderdaad door de Perzische re
geering aan de Nederlandsche regeering het
verzoek was gedaan om eenige artsen in haar
dienst te doen treden dat hierop geantwoord
was, dat zy niet disponibel waren; dat de Per
zische regeering zich daarop tot een ander
land had gewend met hetzelfde verzoek, en dai
hy my tot zijn spijt moest melden, dat in ge-
noemde betrekkingen reeds was voorzien.
Op het oogenblik derhalve, dat door dr Ter-
burgh nog alle moeite werd gedaan om de be
langen der Nederlandsche collega's te behar
tigen, was deze zaak al lang door het optreden
van den een of anderen beambte op een
ministeries gesaboteerd.
Het verwondert my niet het ereert mil
alleen maar!", aldus besluit de inzender zjjn
klacht.
Deze foto werd genomen tijdens de rede van Dr. Coiijn f geheel links). Aan de tafel ziet men de andere sprekers zitten.
In het „Vaderland" schryft „medicus":
„Eenigen tyd geleden heeft de Perzische re
geering zich via onzen gezant te Parijs tot
de Nederlandsche regeering gewend met het
verzoek of eenige Nederlandsche artsen ge
negen zouden zijn om in Perzischen dienst te
treden en wel: le. een officier van gezondheid
met speciale kennis van interne ziekten, om
de directie op zich te nemen van de medische
afdeeling van het centrale militaire hospitaal
te Teheran, en 2e. een geneesheer van den j
militair-hygiënischen dienst en de leger-sta-
tistiek
By dit verzoek was duidelijk aangegeven,1
dat de artsen in quaestie officieren van ge-1
zondheid of oud-officieren van gezondheid zou
den zyn.
Uit een dergelyk verzoek blykt, dat de re
putatie van onze Nederlandsche artsen in den
vreemde zeer gunstig is. Een klein land als
het onze, dat geen internationale politiek
voert, maakt speciaal in dezen tyd in het
nabije Oosten een goede kans, en reeds meer
dere malen is het in de laatste jaren gebleken,
dat de regeeringen van die landen op het bezit
van Nederlandsche raadgevers op verschillend
gebied grooten prijs stellen.
Ook voor Nederland zou dil, een schitterende
kans geweest zyn, om op deze wijze connecties
met Perzië, welke op het oogenblik zoo goed
als niet bestaan, aan te knoopen. Men zou
derhalve verwacht hebben, dat deze quaestie
door buitenlandsche zaken (departement van
Buitenlandsche Zaken) met de noodige voort
varendheid en accuratesse zou zijn behandeld
en dat het verzoek van de Perzische regeering
direct in de „Staatscourant" zou zyn gepubli
ceerd met opgave, dat eventueele sollicitaties
op het ministerie van buitenlandsche zaken
werden ingewacht.
Dit is niet geschied. Blijkbaar heeft men het
verzoek verder doorgegeven aan Defensie of
aan Ondenv'J en het is niet meer dan begrij
pelijk, dat Defensie op dit oogenblik geen ac
tief dienende officieren van gezondheid vooi
Perzië beschikbaar heeft en zulks ook heeft
medegedeeld.
Ten slotte heeft het verzoek langs vele
schijven, den hoofdinspecteur van de volksge
zondheid dr J. T. Terburgh, bereikt, die oog°n
blikkelijk een oproep in het Ncderhndsche tyd
schrift voor c j geneeskunde heeft geplaatst
en zich veel moeite voor deze zaak heeft ge-
geven.
Verschillende artsen hebben zich daarop by
hem aangemeld, waaronder verscheidene oud- j
officieren van gezondheid die in alle opzichten
voor bovengenoemde functies in aanmerking
i-.vamen.
LEEST UW CHRISTELIJK
DAGBLAD
Toenadering, 't orgaan van de Chr.
Fabrieks- en Transportarbeiders, schrijft:
DINGEN. DIE GEBEUREN
Wij willen nogmaals op een paar van
die inconsequente zaken de aandacht
vestigen, omdat wij uit eigen leven weten
hoe gemakkelijk in den sleurgang van 't
leven, wij vasthouden aan bepaalde in
geroeste gewoonten.
Wij zien wel eens, komende in de ge
zinnen van onze leden, een z.g. neutrale
krant op de tafel liggen.
Alhoewel dit niet een zaak is, welke
direct onze vakbeweging raakt, meenen
wij toch, dat er verband tusschen het
een en het ander bestaat
Wij zijn om des beginsels wille lid van
de christelijke vakbeweging geworden
Om des oeginsels wille aanvaarden wij
ook hier de smaad van 't kruis. Wilden
wij het gemakkelijk hebben in 't leven,
wildon wij, voor hel oog van anderen,
doorgaan voor menschen van „breede'
levensopvatting, dan waren wij geen lid
van de christelijke vakbeweging ge
worden.
Hier is de voor ons geen keus; onze
plaats is in de christelijke vakbeweging,
omdat wij de vragen van het maatschap
pelijk leven willen bezien bij het licht
van ons christelijk beginsel.
Dat kost strijd, dat kost moeite, dat
kost smaaJi en verguizing, doch dat
alles aanvaarden wij, omdat de nood
ons is opgelegd.
Al mag het dan zijn, dat wij door ons
lidmaatschap van de christelijke vakbe
weging minder aangenaam bejegend
worden, ook hier geldt het woord: Eeri
dienstknecht is niet meerder dan zijn
heer.
Wij willen immers, en daar is het werk
van de christelijke vakbeweging een
deel van, heel het leven opeischen voor
onzen Koning.
Pro Rege is onze leus.
Alles voor onzen Koning!
En dan komt daar in onze gezinnen
zoo'n neutrale krant Zoo'n krant, die ons
wil wijsmaken, dat er een deel van ons
menschenleven is, waarop dat Pro Rege
niet van toepassing is.
Heel het levep voor onzen Koning, be
halve datgene, wat door zoo'n krant be
streken wordt
Gevoelt ge de inconsequentie?
Wanneer ge zoo'n blad als uw huls
vriend beschouwt, en zoo moet het toch
wezen, dan spreekt ge het uit, dat gij
het met de levensbeschouwing van dat
blad eens zijt
Durft ge uw kinderen zoo'n blad geven,
wanneer zij met hun levensvragen tot u
komen?
Wanneer gij het zoo nog nooit hebt
bezien, mag ik dan eens met u zoo'n
neutrale .krant lezen?
Lees uw krant dan eens goed, en wat
leest ge dan?
Dan lezen vij onder de rubriek buiten
land van de verwikkelingen tusschen
China en Japan. Van de toenemende be
roering onder de Aziatische volken. Van
de jammerlijke ellende in Duitschland en
het groote gevaar van ineenstorting van
midden-Europa.
Dan lezen wij op schier elke bladzijde
van economische inzinking, ondanks con
ferenties van de leidende staatslieden uit
de verschillende landen.
En verder onder de rubriek binnenland
lezen wij van crisis en werkloosheid van
stopzetting der bedrijven en loonsverla
ging, van economische conflicten met
alle gevolgen, welke daarmede gepaard
gaan.
Bij dat alles komt nog een opsomming
van ongelukken, met en zonder doode-
lijke afloop, om dan op de laaiste hlad-
zijde het sedert eeuwen terugkeer.nde
refrein „en hij stierf" te lezen.
Wat een weedom, wat een jammer,
wat een ellende lezen wij in de krant.
Maar en daar komt het voor ons
op aan spreekt uw neutrale krant, I
DINSDAG 2 FEBRUARI
A.V.R.O.: Gramof.muzlek
A.V.R.O.: Gramof.muziek
g: Strijkjrkeat
13.30 H 1 1 v
13.45 H i 1 v
13.45 Hu i Z
14.20 K a 1 u
14.30 H 1 1 v
rsum A.V.K.O.: Zangrecital
rsum A.V.RII: Grumnf.mijzlek
n K.R.O.: Gramoroonmuzlek
id borg: Om-oeporkest
rsum A.V.KO.: Gmmof-muzlek
rsum A.V.R.O.: Holl. halfuur
rsum A.V.R.O.: Radio Kinder
iS
rsum A.V.R.O.: Gnunni" mus-iek
rsum A.V.R.O.: Jiktst
n K.R.O.: Kunstensentble
rsum A.V.R.O.: Moderne Fran-
mermuaiek
n K.R.Ü.: Salonorkest
n K.R.O.: Mlssa Topull
era urn A.V.R.O.: Omr.ieo-nrkest
rsum A.V.R.O.: Hongaarsch Ork.
rsum A.V.R.O.: Gramof.muzlek
14.00 Hulzen K.R.O.: Leven van Schumann
15.UO Hulzen K.RO.: Knipcursus
A.V.R.O.: Knipcursus
15.45 Huizen K.R.O.
15.50 Hulzen K R.O.
18.45 Hulzen K.R.O.
19.10 Hulzen K.R.O.
Hoeden maken
Cursus Engelsch
De Ontwapenlngsconfe»
V.V.R.O.: Kleeding
K.R.O.: Politieberichte
spreekt uw huisvriend ook bij al die
ellende, over dat ontzaggelijke feit, over
de oorzaak van alle leed, over het „op
den bodem aller vragen, ligt der wereld
zondeschuld"?
En spreekt uw neutrale krant dan ook
over het „alzoo lief heelt God de wereld
gehad'
'k Weet het wel, ook de neutrale krant
geeft een kerstmedidatie, maar dan een
medidatie, waarin voor Jezus, voor den
Verlosser, voor den Redder der wereld
geen plaats is.
Zoo ziet men het Kerstfeest niet, omdat
men de erkenning mist van „een wereld
verloren in schuld", en mitsdien ook niet
uitziet naar de vervulling van de Gods
belofte.
Dan vult men de krant met een kerst
medidatie en met „Kersiverhalen", medi
taties overvloeiende van dat weeïg-zoete,
wat u innerlijk zoo ledig en koud laat
omdat het u geen weg aanwijst wanneer
de stormen des levens u beangstigen.
Wij zouden hier nog heel wat van
kunnen zeggen; laat deze enkele opmer
king genoeg zijn.
Consequente menschen hebben wij te
zijn.
Lid van de christelijke vakbeweging,
zeer zeker! maar dan ook lezer van onze
eigen pers.
Hierin geven de socialisten ons een
beschamend voorbeeld, waar zij sedert
lang den strijd voeren voor hun eigen
pers.
Lees uw krant, omdat ge mede uit de
krant lezen kunt hoe God de wereld
regoert. Lees uw eigen, lees uw christe
lijke krant
Durf werkelijkheidsmensch te zijn.
Durf de ellendezijde van het leven te
zien, omdat de kennis van de ellende
aan de verlossing voorafgaat
Doch vraag, wanneer de wolken zich
samenpakken, of 't Licht der wereld da"»r
door de glans der hope wil doen stralen,
want dan kunt ge zingen:
Straks komen al Gods kinderen thuis,
Wat zal dat heerlijk zijn.
BOEKEN EN GESCHRIFTEN
OFFICIEELE ALGEMEEXE AUTOBUS
REISGIDS. Uitgave v. Drukkerij V.D.B.
te Eindhoven.
Autobusdlonet.ondernei
kaartjes,
lijnen aangeven, welke plaat:
Langs do lijn vindt
loorboekjes vinden
nder de betreffende i
j vinden Is. Het
naakte het echte:
gids -ekost h<
kleine land btjni
noodzakelijk elf kaartjes te
provincie afzondorlflk.
de samenstelling van dezen
ft. zal eenlgszlns duldeltJk
»ar deze gids voor het eerst verschijnt zal
Ier en daar nog wel een leemte In voor.
sn. Zoo vonden we In 't alfabetisch plaats
ter bh ..Nlgtcvecht" tabel VI—43 aange-
n. doch we misten in het boekje de tabel,
len VI41—4243 geheel. Wel vonden we N'lg-
:ht ln tabel VII—6a. Maar alle begin Is
HJk. En we kunnen voorlooplg dankbaar
voor dezen gids, die menigeen bijzonder
NIEUWE AVONTUREN VAN PIEPNEUS EN BIBBERSNOET
25. Eén, twee, drie glipten we door het I 26. „Ach, |o" zei Bibherennet, „hoe kan
hek, liepen naar den poppenwagen en gingen j eer hott'en pon nou praten!" Maar net had
elk op een der houten voeten van de po|i
zitten. „Goeiendag!" zei ik. terwijl Ik beleefd
m'n pet afnam. „Mooi weertje vindt U niet?"
Maar de pop zei geen stom woord en staarde
ons onbeweeglijk aan.
ze 't gC7.cgd of daar hoorden we 't grint in
den tuin knareen. 'I W as 'n meisje, zeker de
eigenares van de poppenwagen. Wip! Wip!
doken we weg tusschen de kleeren van do
pop.
Wordt Woensdag vervolgd