t i.
BINNENLAND.
Huisinstorting te Leiden
Uit Jasper Nationaal Park
DINSDAG 5 JANUARI 1932
tWEEDE BLAD PAG. S
Een Tehuis voor bui-
tenlandsche studen
ten te Chicago. Deze
wolkenkrabber biedt
plaate aan 2000 per
sonen.
--
De overhaaste vlucht van inwoners der Fransche concessie van Tientsin, bevreesd voor oproer
der Chineesche inwoners tegen Japan,
CANADA
Canada is met zyi oppervlakte van
circa 3.750.000 viertante mijlen niet
veel kleiner dan geh«el Europa en zijn
bevolking van meer dan 9.800.000 zie
len, alhoewel relatief gering, mag er,
wat energie en stuwtracht betreft, we
zen. Een en ander bestempelt dit gebied
tot de grootste ondeide Britsche Domi
nions van het huidig? oogenblikzoodra
Britsch-Indië officieel tot Dominion ver
heven wordt, slaai het, in alle geval
wat zielenaantal beireft, Canada.
De dominions zjn, wat de centrale
bestuurs-organisatè betreft, in beginsel
een navolging van die van Groot-Brit-
tannië. Aan het hoofd staat een Gouver
neur-Generaal, door den Koning be
noemd, die hem vertegenwoordigt en
die in het staatsbestel dezelfde rol ver
vult als de Kroon in het vroegere Moe
derland. De Uitvoerende Macht bestaat
ook hier uit een zeker aantal Ministers
de Premier wordtdoor aen Gouverneur-
Generaal benoemd en kiest zijn verdere
collega's; het Kabinet is verantwoording
verschuldigd aan het Dominiaal Parle
ment, dat in elk dominion uit een Hoo-
ger- en een Lagerhuis bestaat, maar
waarvan de namen in elk Dominion ver
schillen. De Ministers moeten evenals in
Engeland zitting hebben in het Lager-
of Hoogerhuis.
In Canada heet het Hoogerhuis „Se-
aaat" en telt 96 leden, die voor hun le
ven door den Gouverneur-Generaal be
roemd worden, terwijl het Lagerhuis
.(House of Commons) van 181 leden in
.1867 uitgegroeid is tot 245 afgevaardig
den m 1925, welke door de bevolking
gekozen worden. Door de werking van
de democratische tendenz is de macht
van den Gouverneur-Generaal en den
Senaat ten gunste van die van het La
gerhuis aan het afnemen.
Naast deze algemeene Staats-regee
ring staan de Provinciale Gouvernemen
ten. Canada is namelijk verdeeld in pro
vincies. territories en districten, waar
van de eerste verreweg de voornaamste
zijn. Wij noemen: Nieuw-Brunswick,
Nova Scotia, Prince Edward-eiland,
Quebec, Ontario, Manitoba, Saskatche
wan, Alberta, Britsch-Columbia. In elke
provincie staat aan het hoofd een, door
den Gouverneur-Generaal in overleg
met het Kabinet benoemde Luitenant-
Gouverneur (Lieutenant-Governor) bij
gestaan door een Provinciaal Kabinet
(Executive Council), dat uit de pro
vinciale Assembly (Lagerhuis) wordt
benoemd. Deze wijze van besturen
de Centrale Regeering boven de Provin
ciale Regeeringenis een zeer kost
bare, maar kan door de geschiedenis van
Canada verklaard worden. Immers na
dat Engeland Frankrijk in deze regio
nen voorgoed had verdreven en betrek
kelijk veel Engelschen zich er gingen
vestigen, deed het nationaliteits-pro-
bleem zich gelden. De Fransche emigres,
die zich gewillig onder de Engelsche
heerschappij hadden geschaard, ver-
cngelschten niet en wenschten evenmin
onder Engelsche rechtspraak te staan
zonder dat gelet zou worden op hun tra
dities en gewoonten. De nieuw-aangeko-
men Engelschen daarentegen waren
evenmin genegen zich te bukken voor de
Fransch-Katholieke mentaliteit en zoo
kwam de Regeering in het Moederland
voor een moeilijk vraagstuk te staan,
dat zij oploste door de oude Provincie
Quebec (destijds het bewoonde gedeelte
en het tegenwoordige Quebec en Ontario
omvattende) te verdeelen in Opper-
(Ontario) en Neder-Canada (Quebec).
In Neder-Canada, dat hoofdzakelijk
door Fransch-Canadeezen werd be
woond, bleven de Fransche rechtspraak
en tradities gehandhaafd, terwijl in Op-
per-Canada, waarvan de bevolking uit
Angelsaksers bestond, de Engelsche wet
werd ingevoerd. Bovendien kregen bei
de provincies vertegenwoordigende
lichamen, omdat algeheele samenwer
king destijds ondoenlijk was.
Naarmate de andere gebieden zich
ontwikkelden werd hetzelfde stelsel toe
gepast; pas in 1867 bij de British North
American Act kwam de federatie van
alle provincies tot stand, waarbij de
Centrale Regeering in het leven werd
geroepen. New-Foundland slechts bleef
tot nu toe een afzonderlijke Provincie
met een benoemd Hooger-huis (Legisla
tive Council) en een gekozen Lagerhuis
(House of Assembly), dat uit 36 leden
bestaat.
Wjj hebben de staatkundige bestuurs-.
organisatie van Canada wat uitvoerig
behandeld, daar deze veel overeenkomst
met die der andere dominions vertoont
en daar Canada de oudste dominion is,
welke het eerst in ontwikkeling was,
ontstonden de problemen, die zich na
tuurlijk bij elke nieuwe fase in de ont
wikkeling tot volkomen zelfstandig rijk
moesten voordoenwerden zij ook
hier het eerste opgelost en waar de ge
vonden oplossingen logisch waren, wen
den deze daarna, in de mate zulks noo-
dig bleek, ook op de andere dominions
van toepassing verklaard.
Wij willen nog even vermelden, dat
bij de Bestuurs-organisatie Canada mo
menteel haar eigen vertegenwoordigers
in het buitenland heeft, waarvan vooral
de vertegenwoordiging in de Vereenigde
Staten van groot belang kan worden ge
noemd.
Bezien wjj het land economisch, dan
valt de groote rijkdom op.
Canada bezit een reeks van kostbare
mineralen, waarvan wij slechts goud,
zilver, platina, nikkel, zink, lood, koper,
steenkool, petroleum, grint, minerale
wateren opnoemen, terwijl de bodem
zeer vruchtbaar is.
Van de algemeene productie vormt de
landbouw de voornaamste tak; daarna
komt de industrie en de mijnbouw, ter
wijl de visscherij en het electriciteits-
bedrijf aan het toenemen zijn. Wjj laten
hieronder een tabel der verschillende
productie-takken volgen in duizenden
Canadeesche dollars
1921 1925 1928
landbouw 1.485.110 1.792.829 1.905.312
boschbouw 348.032 434.746 423.560
visscherij 43.456 61.896 70.668
pelsjacht 9.527 14.778 16.601
mijnbouw 171.923 253.913 308.251
electriciteit 73.377 102.588 143.692
totaal primaire
productie 2.131.426 2.660.740 2.918.0S7
tot. afgewerkte
artikelen 2.883.066 3.355.040 4.387.313
Nadere officieele cijfers zijn niet be
kend, want deze gegevens zijn ontleend
aan het jaarboek van Canada over 1931,
het laatste officieele werk, dat over deze
interessante Staat is uitgegeven.
De Canadeesche handel.
Onder het Fransche Regiem was de
handel in handen van monopolistische
ge-octrooieerde maatschappijen, terwijl
na de verovering van Canada op de
Franschen de handel tot circa 1822
bijna uitsluitend tusschen het Moeder
land en de Kolonie plaats vond; de na
bijheid van het nieuwe Rijk der Ver
eenigde Staten kon natuurlijk niet zon
der gevolgen voor de handelsbetrekkin
gen met Canada blijven. Hoewel Canada
de eerste was om den handel van het
Britsche Empirium onderling te propa-
geeren, kon het niet verhinderen, dat
ook de andere landen hun aandeel op-
eischten, waardoor het percentage van
Groot-Brittannië geleidelijk achteruit
ging. De laatste jaren nam de export
vanuit Canada naar Engeland relatief
meer af; de import vanuit Engeland
bleef vrijwel constant, hoewel wij ook te
dezen opzichte de allerlaatste cijfers
niet bij de hand hebben. In een volgend
artikel zullen wij de voornaamste cijfers
geven en daaruit enkele conclusies
trekker-
ONGELIJKE BEZUINIGING
DE RE CLASSEERINGS ARBEID WORDT
TE ZWAAR GETROFFEN.
Het „Maandblad voor Berechting en Re
el asseering" erkent ten vol la, dat beruimging
overal en over de geheele linie noodzakelijk
is; doch de klacht rijst, dat op reclassee-
ring zoo onevenredig veel bezuinigd wor
den; n.l. in totaal bijna 4 De redactie
ontleedt de Justitiebegrooting en komt dan
tot de conclusie, dat op reclasseering bezui
nigd werd, percentsgewijze, driemaal zooveel
ais op gevangenissen; bijna viermaal zoo
veel als op kosten van L>epartement; zeven
maal zooveel als op de totaal uitgaven van
da Justitiebegrooting; dertien maal zoove l
als op de uitgaven voor Politie; en zesentwin
tig maai zooveel als op de uitgaven voor
rechtspraak.
De bestrijding der misdadigheid zal hier
onder zeker lijden, gelijk nu reeds uit een
Voorlichtingsrapport blijkt. De voorwaarde
lijk veroordeelde zal zich verongelijkt ge
voelen en het zal grooter moeite kosten hein
in 't rechte spoor te houden.
Ook de positie van den Kinderrechter
wordt moeilijker en het Maandblad merkt
naai- aanleiding van een bezuinigingscircu
laire van den Minister op:
Als bezuiniging noodig is en wij zijn
de laatsten om dat tegen te spreken zou
het dan niet een betere tactiek zijn met de
Kinderrechtere in overleg te treden over de
middelen, waardoor bezuiniging bereikt zou
kunnen worden; in plaats van hun eenvou
dig een agent van de verkeerspolitie met het
stopteeken voor den neus te zetten?
SNIPPERS
DE S.D.A.P. EN ONTWAPENING.
Het orgaan van de vereeniging van Offi
cieren schrijft:
Er zijn velen opgeschrikt door de mede-
deeling van Ir. Albarda, dat de S.D.A.P. zou
voorstellen 25 van de Defensie-begrooting
te schrappen. Maar waarom?
Vroeger heette het .geen man en geen
cent". We gaan dus reeds 75 vooruit!
Wat wil men nog meer?
Een voorzichtige Dominé.
Hetzelfde orgaan spreekt over Ds. Faber
fs.d.) die inkwartiering weigerde aan een
soldaat en voegt er aan toe-
„Neen, dan is Ds. Th. voorzichtiger. Die
Het door anderen biljetten onder de
manoeuvreerende troepen verspreiden. Doch
ging zelf.- met vacantie".
ROFFEL-RIJMEN.
STERK!
Een tes-r-hJlstóraar &chrtftt dag
zijn grootmoeder van mtin grootvader
destijds de gedichten van Rhflnvts
Feith heeft gekocht en tóch 16
kiDderen heeft gekregen. ..Een zieke
lijke sentimentaliteit" zegt een ken
ner. „maakt de meeste ztiiêr gedichten
voor ons ongenietbaar".
Dat is niets voor ónze dagen
Dat is niets voor ons geslacht
Om een groot gezin te hebben,
Dat met vreugd wordt grootgebracht.
Zestien hinders van één moederl
Dat is iets, dat je.ontsticht
Maar, dat kan ik ook niet helpen
Feit is: dat het feit er ligt.
U gelieve te bedenken
Dit is geen bijkomstigheid!
Dot zóó groot gezin kon groeien.
Ondanks dichter Rhijnvis Feith!
Overmits, niettegenstaande
Grootmoe Feiths gedichten lasy
Zestien hinders konden komen
Pleit dit voor een krachtig ras.
'k Waag te vragen: hoeveel hinders
Zouden er gekomen zijn,
Als het destijds had geroffeld"
In Feiths dichterlijke brein?!
Mogen al mijn roffels vrij zijn
Van beschimmeld sentiment,
Desalniettemin verwacht ik
Niet zoo'n schittrend rendement.
(Nadruk verboden.) LEO LENS4
ACTIEVE HANDELSPOLITIEK
WE STAAN EB THANS MIDDEN IN.
Het laatste nummer in 1931 van het orgaan
der Vereeniging voor Actieve Handelspoli
tiek zegt, dat we er thans midden in staan.
De Eerste Kamer hield er zich tot drie maai'
tce mee bezig.
Eerst was het Verdrag van Oslo aan de
orde; toen volgde de verhooging der Invoer
rechten; eindelijk bet Contingenteerings-
wetje. Alle drie onderwerpen worden uit
voerig belicht; het laatste door de redevoe
ring, welke Prof. Diepenhorst in de Kamer
hield.
In de Boawelouwensteeg te Leiden stortte gisteren een oud huis in. Dit De heer J. A. Adriaanse
ongeval liep betrekkelijk goed 'n Meisje werd slechts licht gewond. van Alkmaar, de nieuw
gekozen Voorzitter van
het Ned. Chr. Gymnas
tiek Verbond.
atlabhai Patel, presi
dent van het Al-Indisch
Congres, die tegelijk
piet Gandhi werd get
arresteerd.
Aan de stembus voor den prohibitiestrijd in F'* 7and. Het volk verklaarde
zich met groote meerder heid tegen de prohibitie.
Zeldzame toto uU Kaümuuü Park (Alberta). Een echt talereeUje van rast en stemming.