TWEEDE KAMER BILDERDIJK-HERDENKING Wrijf pijnlijke spieren AKKE/ïs Kloosterbalsem "czZn&t°dd' VRIJDAG 18 DECEMBER 1931 TWEEDE BLAD PAG. 5 ONDERWIJSBEGROOTING Z.H.ST. GOEDGEKEURD SCHEPENWET HET ZENDERVEAAGSTUK Vergadering van 17 Dec. 1931 OVERZICHT Vergadering van 17 De-c. 1931 In één ruk achter elkaar heeft de Kaïmer gisteren de Onderwijsbegrooting afgedaan pins nog een wetsontwerp je. Haar agenda was toen uitgeput voor Donderdag. De voor zitter kon om één-minuut voor achten de vergadering schorsen, onder rneidedeeling, dat de avondvergadering om. 8 uur niet zou doorgaan. Op zoo'n manier zit er wel opsehieten in, maar daarmee i6 dan ook allies gezegd. Ge meenschapsbelangen lijden er vermoedelijk niet onder. De opgeschreven redevoennkjes komen tooh in de Handelingen en in voort durend beperkten' mate im de pers. Hulde brengen we aan den minister, die in.goede verhouding alle geachte afgevaar digden weet te beantwoorden en dank zij zijn deugdelijke kennis van zaken daarbij kort weet te zijn, zonder aan de helderheid van zijn antwoorden te kort te doen. Men heeft a.l gauw afgeleerd dezen be windsman te willen overrompelen, gelijk 'n enkele bij zijn eerste begrooting o-p niet zeer geslaagde wijze poogde te doen. De minister toonde ook nu weer volkomen berekend te zijn voor zijn parlementaire taak. Hij weet met de Kamer om te gaan en de Kamer w.eet wat zij aan hem heeft. *Z.h.s. ging zijn begrooting'er door. Wel bleef nog een motie-Ketelaar 'liggen, maar daarover heben we geen zorg. Ér is geen reden, waarom die niet den weg van zoovele moties zou gaan. Een wetsontwerpje betreffende een wijzi ging der Schepenwet passeerde na kort dehat eveneens z.h.s. den hamer. Dr. Beamier bracht den Minister van Waterstaat op het goede staatsrechtelijke pad met betrekking tót de regeling van een beroepsinstantie. De heer v. Dijk verraste de Kamer met een interpellatie-aanvraag over het zender- vraagstuk. Deze kwestie was aanvankelijk opgeno men in de interpellatie-aanvraag van Mr. Boon. Gisteren had hij echter dit onderdeel er uitgelicht. De heer v. Dijk zorgde er voor, dat het toch aan de orde komt VERSLAG d. HEIDE (S.D.) besprak de vra p een betrekking Is .adslid •heJds- school op goede gronden weigerde aan een leeraar om Ud van den Raad te worden. Zijn eigen antwoord luidde ontkennend. De MINISTER VAN ONDERWIJS merkte op. dat de afd. Nijverheidsonderwijs nog 2 is dan verleden ja; (toei wil in het leerMngw Er is gevraagd srhoo- vijl alle andere af in wel bezulni- ultgang. Op de begrc langrijk bedrag vooi i allerlei nieuwe sub; n na^ 1 Jan. a.s. doo dap wordt toegepast, wil de mlnist dat onder De minister is Kweekscholen to Korting op de Het Georg. Ovt Het ispht i kon de Je ziektei vorden gevondi ^Het^ verliooere i plan subsidies voor ién werd niet onbillijk onderwijzers zal niet uitgebreid. De bestaande bijzon kan over alles oordeelen. ister niet doen. Ing voor de onderwijzers is min- bestaat bij ziekte het recht der e doen keuren. Overigens is de het Bezoldigingsbesluit niet de inister. Alleen bij invoering van misschien een oplossing kunnen "'van den minimumleeftijd voor platteiande ichtei Het 5 De heer v. DIJK (A.R.) vroeg ij iet feit, dat de 1 jchen zendeo- nii -erband t Op dit verzoek de Onderwljsbei terking de verwacintangen neon at Interpellatie over der rdt heden beslist tegrootlng vnn Onderwijs arna de behandeling var MINISTER TERPSTRA beantwoordde de spre kers van Woensdag. Inzake de toelating tot de H.B.S. heeft he' regeling, er weinig herzien. O nister lie\ baar kom •endeel behoud van de bestaand >k wat de schoolexamens betreft, 1 Lanlelding. de bestaande regeling t 'Van groot belang was den minister, n.l. dat al dam. den Haag en Haar regeling voor het M.O. ring, dat van zooveel b gaarne bereid is, die ger aanmerking te doen kor si dié. •Over het befai Naarden. sprak die dit blijkbaar hard had overge De MINISTER niet 3ij d. afd et antwoordde, dat de weigering ,t de richting van het lyceum heeft „Nijverheidsonderwijs" Mej. WESTERMAN (Lib.) hoe het iet de uitbreiding ijsinrichtin-i allerlei nijverheids 3 Rotterdam, naar we v< rede zelf was vrijwel r wat Mevr. BAKKER—1 had, vangei mmoedden. Wai Me MEYER (R.K.) ■ingsclrculaire van bijzonder rwijs vot d. BILT (Lib.) 3l ook aan op de be- /an aen minister en klaag- ver het tekort aa.n nljver- idsonderwijs voor jongens te Rotterdam. besprak de belangen inisch onderwijs. Hij formltelt dn einddiplo- >dat men bij de T.H.S. .1 zijn zioh een oordeel die zich daar aanrnel- heer KETELAAR (V.D.) ziede, dat reeds verklaarde zioh ma's der M.T.-Si gemakkelijker ii tijd j isteld wijs. Hij betreurde mididelba* er den ai >rdt. Kan de Rot- toneelsbela Mej. GROENEWEG (S.D.) besprak enk -n bestreed de bezudnigin ;nde, dat bij het vakondi terdam te weinig ontvangt Ijs. schuwde de heer TILANUS dat Roi 'akondei ladrulc Opdrijving van de Intellectueele elschen i e M.T.S. is den minister niet bekend. De minister heeft in het door den heer e avondscholen bespre- -• er op, dat zij noodig bezuiniging. Er moest "zuiinigd -linister de bijdrage verhoogen, dat is eisch van echtvaardigheid. De heer DE BOER (S.D.) wensohte leerplicht •oor schipperskinderen. De MINISTER was verbaasd over de klachten. 3r is een regeling ontworpen overeenkomstig iet rapport der Commissle-Smeenge en op de i-itgaven voor 1932 (f 267.950) is niet besnoeid. Bij de afd. „Kui geldt het bijbet nolen ia daardoor het ndscholen hebben aan vo-nden per nemen. Er m seerd worden bij het avoi oodig hebben. Bij de replieken vroeg de heer KETELAAR m de toepassing der circulaire uit te stellen het slot der - heer W eiijst te De MINISTER kor De heer Ketela: ook kan hij het geld diende e>en motie in ïestemd. isprak Mej. van sohool die bij de WESTERMAN (Lib.) h- bouw. Verder roerde zi. a.s. herziening der L.O. wet aan de orde zulle: De heer v. ZADELHOFP (S.D.) zag geen schoolhervormingen en was daarom ontevreden met het beleid van den mln.iste-1. Het land'bouwverlof moet verdwijnen en de Leerplichtwet moet strenger werden toegepast. Ook d< In somm godurenc ting is. Onderwijs in hi gere scholen was DE BOER (S.D.) 'IEYiSr lig Zij: mjarigen leerplli landbou- het jaar een aanflui- Frl&soh op de Friesche Ia- lating op de lagi den heer "hooi de hartewensoh Mej. MEYER "(R.K.) ijarigen leeftijdi" in" '(C.H.) wilde bij de a.s. swetne-rzienmg het Frlesch als faoulta- zien erkend. Hij waarschuwde tegen in- van lichamelijke oefening als verplicht 1 Jan. 1936. Voor het platteland zal dat KETELAAR izien van het landbouw (loot hij zich bij di De het oholei niet betee latlonaal verband hand- beginselei wake mei vak Licha iltrzfj° z< De het •ndslag ligg( vreezen. Da icherp oordeelde Dat bewijst rdeelde over lijn oordeel over z.l. verkeerd, nieit e ►ngepas uitbreiding i het jlijke oefening, die vijs zal zijn. SURING (R.K.) wensohte geen invloed lariskorting op de wachtgelden der ins. Hij zou willen, dat de bijzondere voor de onderwijzers gelegenheid zou in de Centrale Commissie voor Georg. blijken, door 'ordei >rd. TILANUS (C.H.) ir°nfeuwe "kweek- uwe onderwijswet de christelij-ke Verder werö de oprieti chool te Vierhouten ter sprake gebra/oht. raagd werd hoe de gang van zaken gewee; De heer K. TER LAAN (S.D.) protesteerd' Het hoofdat ictiseh niet mogelijk. )ver Vierhouten hee uws te zeggen, na zij van den heer Boon. De handihavinj toen de MI- i beter bij de t ligt bul- i den mlnlstei aanwijst in welke inspectie de i VERBINDING HOLL". 1JSSEL EN GOUWE Ter verbetering van den vaarweg tasschen Amsterdam en Rotterdam is men bij Aioor- drecht bezig een Icanoal te graven vanaf de Gouwe naar de Hollandsclie IJssel. Ren overzicht van de werkza. heden aan het nieuwe kanaal. (zuinlgd is op de Kunst, ken scheen hot ons veel >rdde kort. De artikelen ien niet lang op. We genoten van een 3nd betoog van den heer TER LAAN (S.D.) den toren van Slochteren, z'n geboorte- half 8 werd het wetsontwerp z.h-s. a a n- Was vroeg en dus stelde de VOORZITTER .40 uur nog aan de orde een wijziging der Schepenwet, loeisel van het Veiligheidsverdrag van Lon- van 1929. Te laat cn te vroeg rerscheen dé heer zijn ng. Hij mderd. 'ondvergadei seldde jeduidde kamp ging toen kalmpjes de pre- ïerdë de heei' KNOTTENBELT - de Schepenwet en wel In het bijzon- ezoldlgd vi MINISTER REYMER Het aanwijzen van een definitief 'acht op sollicitanten; er as nu een g Bij de artikelen verdedigde Dr. De MINISTER t BEUMER jrbereidlng uitgeput, verklaarde TE DEN HAAG BIJEENKOMST IN DE REGENTESSE- KERK 't Was stampvol in de Regentessjiierk, to^u gisterenavond de door het Bilderdijk Comité 1931 georganiseerde samenkomst werd gehouden ter herdenking van den lOOsten sterfdag van Mr. Willem Bilderdijk. Onder de aanwezigen waren de minister van Justitie, mr. J. Donner, dr. W. J. L e y d s de heer P. J. de Kanter, voor zitter van het algemeen Nederlandsch ver band en enkele nazaten van Bilderdijk. i een orgelsolo van den heer H. Schou t e n organist alhier, hield Dr. J. Th. de Visser, eerelid van het Bilderdijk-Comité 1931, een rede over: Spr. wil de aandacht vestigen op den mo narchist Lilderdijk tegenover de republikei- van zijn tijd. In zijn dagen vierde de omwentelingsge zindheid haar triomfen. Wat nationaal was en Orahje heette, was in discrediet Maar Bilderdijk heeft zich als een held princi- SOCIALISTISCHE OPVOEDING Woensdag vergaderde de Nederlandsche Verecniging van Spoor- en Tramwegperso neel te Utrecht onder leiding van het sociaal democratisch Eerste Kamerlid, den heer P. Mnltmaker, Het meerendeel der leden van dezen bond in dienst van de Spoorwegen, dus bij een semi-publiekrechtelijk bedrijf. De regeering heeft sanctie te verleenen aan de arbeids voorwaarden. Het ging er nu over de bestaande arbeids voorwaarden voor een jaar te verlengen. Een alleszins aannemelijk voorstal van de Direc tie der Spoorwegen, natuurlijk met 't voorbe houd, dat bij sterk gewijzigde omstandig heden deze Directie recht heeft over verande ring zich te beraden. Nadat de heer Moltmaker natuurlijk de regeering allerlei verwijten naar het hoofd had geslingerd, kwamen de afdeelin- gen aan het woord. Haarlem pleit voor, zoo noodig, buiten parlementaire middelen en georganiseerd verzet Gouda is bevreesd, dat de leden terug zullen deinzen voor openlijken strijd. Rotterdam hoopt op sterker machts ontplooiing. Amsterdam wil buiten-parlementaire actie. i Stadskanaal wil internationale actie. Leeuwarden is het meest radicaal en vraagt om een handleiding, let wel, getiteld: „Hoe pleeg ik lijdelijk verzet?" Wat antwoordt het Eerste Kamerlid Molt maker, ook een ij veraar voor medezegging schap in dit soort bedrijven op deze schun nige vraag om les te ontvangen in genie pige methoden? Geen stom woord. Alleen zal het Bestuur de buiten-parlementaire middelen niet verwaarloozen, als het noodig mocht zijn. Ziehier een staaltje der socialistische op voeding. Is het wonder, dat het één bonk verwarring is in de socialistische groep de leiding steeds iferder weggedrongen wordt? In het vrije Nederland wordt er duchtig op los gestookt. Inmiddels zijn de spoorw gen er nog steeds zoogenaamd ten dienste van het publiek. Dr. J. Th. DE VISSER pieel gesteld tegenover de geest van zijn tijd. Hij was in merg en been monarchist. De vorst, die zijn macht aan God dankt, is alleen aan God verantwoording schuldig. Daarom mag zijn macht niet door een grondwet zelfs worden beperkt. Geheel deze beschouwing heeft bij Bilder dijk een godsdienstigen achtergrond. Wat de vader, krachtens goddelijke ordening is in het huisgezin, is de vorst in den staat. Naar Gods wil moeten gezin en maat schappij en staat op deze twee grondzuilen rusten: gezag en verdrag. Tegenover het atomió'isch en individualis tisch streven zijner dagen zag hij in al het bestaande den samenhang door God en uit God. Spr. herinnert aan de smaad die zijn beginselvastheid Bilderdijk bracht. Ook na zijn ballingschap werd hij miskend. Het is geeh wonder, dat een kleine kring vaji ge trouwen hem als een martelaar vereerde. Bilderdijk blijft bij al zijn gebreken d"e man die „bij de poort zijner eeuw het schijnbaar kinderachtig christendom over -den revolu- tiêstroom dorst heen beuren". -In zooverre is Willem Bilderdijk de geeste lijke vader van het Reveil. Het Bachkoor en Orkest Euterpe, onder leiding van Henk van den Berg, bracht qa de gloedvolle rede van den eminenten spreker ten gehoore Kantate No. 44 van Joh. Seb. Bach; als solisten traden daarbij op Mevr. J. KrantzRoosenburg (sopraan), Mevr. Jeanne van de Rosière (alt), Henk Gregoor (bas), terwijl de heer J. Schouten, organist te Rijswijk, het orgel bespeelde. Nadat de heer Willem Niestadt een vier tal gedichten van Bilderdijk had voorge dragen en de heer H. Schouten nog een orgelsolo ten gehoore had gebracht, nam de heer August He ij ting, voorzitter van het Bilderd'ijk-comité, het woord. Hij schetste eerst de groote belangstelling, welke er voor de Bilderdijkherdenkingen blijkt te bestaan en zeide. dat het Comité tevreden meent te mogen zijn over de roering, welke het teweeg bracht en welke iederen Nederlander duidelijk maakt, dat hij in Bilderdijk een groot, zeer groot land genoot heeft te zien. Vervolgens hield de heer Heyting een rede over Bilderdijk als strijder en lijder. Hij stelde daarbij den mensch, den dich ter. den Nederlander en het verschijnsel Bilderdijk in het licht der eeuwen en vol ken. waarvoor, nu zijn sterfdag een eeuw voorhij is. de tijd rijp lijkt. Uitvoerig schetste spr. hem als een man van schitterende kwaliteiten en prachtige oogemblikken, die in sommige daden en AUGUST HEYTING werken de onafgebroken noodige controle en zelfcritick, welke zijn persoon en arbeid tot een harmonisch, onaantastbaar geheel zou den hebben gevormd, mist. Ten slotte gaf spr. een beeld van den gekerstenden oud-Germaanschen geest in Bilderdijk. die van hem.een onvermoeid en onvervaard strijder maakte, een Neder landsch heldendichter, die zelf een held en martelaar was. Deze rede duurde wel wat lang, zoodat. reeds tijdens het uitspreken er van verschil lende aanwezigen het kerkgebouw verlieten cn na het beëindigen een ware exodus be- gon. Het koor Aeolusharpe, dir. Jan Bartels man, zong alsmi een drietal liederen, daar na declameerde Willem Niestadt nogmaals. Als slotzang diende het Kerstoratorium van J. S. Bneh, uitgevoerd door het Bach- 1 koor en Euterpe. TE ROTTERDAM REDE Prof. Dr. F. 0. GERRETSON Ter herdenking van Bilderdijks sterfdag 18 Dec. 1831 hadden de afdeelingen hier ter stede van het Alg. Nederl. Verbond, de Mij. tot Nut van 't Algemeen en de Mij. tot be vordering-van woordkunst gisteravond een samenkomst belegd in het Nutsgebouw aan de Oppert. Een aangrijpend moment was het toen vlak voor den aanvang de gordijnen open gingen en men plotseling op het podium dat met rouwfloers was afgeschoten, temidden een sobere groep groene planten de beel tenis zag van genoemden genialen vader lander. Als tweede voorzitter van de afd. van het Alg. Nederl. Verbond opende Mr. H. van Haeringen de vergadering, waarna hij terstond het woord verleende aan Prof. Dr. F. C. G e r r e t s o n, vanUtrecht voor het uit spreken van een herdenkingsrede. Over het feit. aldus spr. van Bilderdijk's grootheid is men het meestal meer eens dan over die aard ervan. Veelal heeft men het over zijn gecompli ceerdheid, over de tegenstrijdigheden in zijn karakter, maar volgens spr. is zijn karakter juist erg eenvoudig. Bilderdijk is juist groot om en door zijn gebreken. Uit dit gezichtspunt wil spr. verklaren de Dr. F. C. GERRETSON richtende invloed van Bilderdiijk op de ge schiedenis van onze natie. Het medium daar toe was zijn dichterschap. Reeds in de 18e eeuw liep 'het vast met onze specifiek Nederlandsche cultuuront wikkeling. Fransohe invloed belemmerde ROFFEL-RIJMEN. ELLENDE-W EELDE De meeste arbeiders vreten niet wat een fauteuil is en hebben er in g-ezeten Men vindt over het alge- ztin. Zoo zitten •andeling heel Voorwaartsheeft aan zijn redactie Minstens ook één dominee; Deze predikt Onder 't Zoeklicht' En zijn naam is J. A. B. Ook zijn zoeklicht is gevallen Op het Crisis-Comité; Hij zag er de divaaste dingen, En daar grapt hij even mee: De fauteuils, die 't comité in Zijn vergaderzaal bezit Hebben zijn verklaarde hersens Voor een oogenblik verhit. Arbeiders, als Duijs en Vliegen, Kennen zelfs zoo'n voorwerp niet; De gebouwen van hun kranten En op hoog bestuursgebied, Staan vol kale houten banken, Hier en daar een harde stoel; (Dat geeft aan de roode billen Wel een arm, maar koel gevoel!) Al die dikke groote heeren Leven op te groote voet, Zie maar, hoe De Zeeuw het ook met Stoelen zonder zitting doet; Op de-laatste kruk van Suze Komt nou nieuwe overtrek; Albarda brak, met zijn driepoot, Pasgeleden haast zijn nek; Op zijn afbetalingsmeubels Zweet Ter Laan gemeenschapszweet; Ja, het is een gammel zoodje In de proletarenkeet Lui, die lui in auto's rijden Als de wethouders van Rood) Deden beter uit te stappen Voor wie werken voor hun brood Ditmaal ben ik het es eens met Dezen rooden dominee: In de weelde der ellende Baadt het Crisis-Comité. (Nadruk verboden.) LEO LENS. Deze regel heb ik zelf bedacht. fÊtm Stramheid, rheumatiek en spierpijn verdwijnen even vlug als ze kwamen, als Ge U vanavond eens grondig Iaat wrijven met de diep in de huid dringende Akker's Kloosterbalsem. Uw pijn verdwijnt. Uw spieren worden lenig. Ge slaapt vannacht weer heerlijk rustig en morgenochtend zult Ge de verrassende uit werking eerst goed waardeeren. Pijn en stramheid zijn dan weg. het eigen nationale. In deze tij<J wordt Bilderdijk geboren, de dichtersgeest met geniale zelfbewustheid. Weldra ontstaat de innerlijke spanning tusschen zijn ménsche- lijkheid en zijn maatschannelijkheid welk conflict vooral op politiek terrein tot uiting kwam. Bilderdijk wordt verbannen en deze breuk met de nationale samenleving smart hem meer dan wij ons kunnen voorstellen. Als oorzaak van die smart noemt hij zelf zijn hoogmoed, het figuur dat hij slaat tegen over de natie. Hoogmoed, hybris, is ook de wortelzonde der menschheid, slechts te overwinnen door wegcijfering der persoonlijkheid. Dit is bok de kern van het Grieksche drama, en naar spr. opmerkt, van alle ware religiositeit; in zooverre is Bilderdijk ook Calvinist, want dit is volgens spr. een der voornaamste en diepste inziohten van het Calvinisme. Teruggekeerd in het vaderland, volgt een belangrijke periode in zijn dichterlijke werk zaamheid. Hij schept dan zijn „Ondergang der eerste wereld". Er moet volgens spr. iets ontbreken bij de mocterne critiek, indien ze onmachtig is de beteekenis van dit werk ten volle te verstaan Dit werk is niet voltooid. Spr. ziet hiervan als oorzaak, dat de epische sfeer tijdens den arbeid een te sterk autobiografische en lyri sche inslag kreeg. Een belangrijk moment is het jaar van de ondergang der natie en tegelijk van den burger Bilderdijk. Hier ligt de aanleidting voor zijn geschiedbeschrijving. En in de ja ren van neergang die volgen spreekt Bilder dijk zijn treffende voorspelling van herstel. Die profetie werd vervuld. Oranje en Ne derland werden hereenigd'. Tevergeefs hoopt Bilderdijk dan op een leerstoel. De Amster- damsche regenten onthouden deze aan hun felle tegenstander. En men kan hen dankbaar zijn. Als officieel professor zou Bilderdijk een pasquil zijn geweest, en zou hij niet als pri vaat dbcent in Leiden de nationale leeraar en voorganger zijn geworden die hij nu werd, en waardoor hij een zoo invloedrijke school vormde. De invloed van Bilderdijk moet volgens spr. niet te zeer worden gezocht in een negatief stelling nemen tegen de tijd geest. Niet de inhoud maar d"e methode van zijn onderwijs is in dezen het belangrijke. Positief beïnvloedde hij vooral door zijn leven, zijn zijn, zooals dit zich vertoonde in zijn laatste levensjaren. In sterke tegenstelling met zijn eerste pe riode is er tegen het eind van zijn leven een tweede Bilderd'ijk ontstaan, een Bilderdijk die van het leven afstand deed en zich ken merkte door vriendelijke eenvoud. Hierdoor heeft hij naar uit de laatste onder zoekingen vooral blijkt, op zijn kring steeds meer invloed uitgeoefend. Merkwaardig is dat bij zijn graf in de St. Bavo niet stonden de dichters en geleerden en staatslieden, maar de vrienden van den mensch en van dten christen. In Bilderdijks menschelijke lijdensweg ligt zijn blijvende nationale beteekenis. Uit 'het hart zijn de uitgangen des levens en ook van de nationale wedergeboorte. Spr. eindigde met het reciteeren van het nieuwe slot van de Ondergang der eerste wereld. Na de pauze heeft A1 b e r t V o g el op zijn bekende meesterlijke wijze eenige verzen van Bilderdijk voorgedragen. Hij koos daar voor „Uitvaart"; „De dood van Pelias" en het bekende slot van „Afscheid". DE RIJN-SCHELDE VERBINDING BELANGEN VAN N.-BRABANT BERGEN OP ZOOM ZEEHAVEN? In de zitting van de Provinciale Staten van Noord-Brabant werd door den heer v. id. P o e 1 de kwestie van de RijnSchelde- verbanding ter sprake gebracht en de be langen van Noord-Brabant, welke hierme de gemoeid zijn, nl. de ontwatering van West-Brabant en de verbetering van het scheepvaartverkeer met de zee. Teneinde het scheepvaartverkeer met West-Brabant naar de zee mogelijk te ma ken, zou het volgens Spr. noodig zijn, dat het kanaal in kwestie niet voorbij Barth in de ópen Wester-Schelde worde afgeslo ten. en het in de toekomst mogelijk zal zijn Bergen op Zoom in haar vroegere positie van zeehaven te herstellen. Zooals in de plannen van ir. Bongaerts en ir. van Ko nijnenburg is voorzien, kan dan een uit stekende verbnding met Zeeuwsch-Vlaan- deren tot stand worden gebracht. Wanneer dan de uit het oogpunt van ont watering reeds noodzakelijke verbinding van Mark en Vliet tot stand zal zijn ge komen, dan eerst zal Brabant, met zijn op komende industrie, zijn ontwikkelenden tuinbouw, zijn s^eds in belangrijkheid toe- nemenden landbouw en veeteelt een water- verkeersader hebben gekregen, welke het dringend noodig heeft, die zal bestaan uit Wilhelmina-kanaal, met eenerzijds de aan sluiting op Limburg en het Luiksche ge bied, en anderzijds de verbinding met Mark en Vliet-Eendrachtskanaal zeehaven Bergen od Zoom. Mocht een kanaal aangelegd wox*- den, dat op de Westerschelde oversteekt, tot aan de Belgische grens en op die wijze de Brabantsche wal van dé open zee afge sloten wordt, dan is de mogelijkheid: Ber gen op Zoom zeehaven, met Brabant, als achterland voor goed uitgesloten. De voorzitter zeide in ae beantwoording dezer interpellatie o.m., dat naar aanlei ding van besprekingen, welke het College van Gedoputeerden met de Regeering heeft gehad, de provinciale waterstaat een diep gaande studie is begonnen. Aan het kanaal zijn groote afmetingen toegedacht, ongeveer die van het Amster damRijnkanaal en berekend voor schepen van 4000 ton. Dat brengt mede, dat er niet zeer veel bruggen in zullen kunnen komen. De daardoor afgesneden landstreek zal nog al geïsoleerd worden. Dat is een reden geweest om aan te dringen dat het kanaal zooveel mogelijk naar het Westen ontwor pen zal worden en liever beperkt tot Din- telas dan doorgevoerd tot Willemstad. Voor zooveel noodiig is nog gewezen op de belangen van de sehelpdierencultuur en de ansjovis-visscherij en verzocht daarme de zooveel mogelijk rekening te houden. Bij de regeering is erop aangedrongen do kansen van Bergen op Zoom zoo gunstig logelijk te maken. God. Staten houden zich ervan overtuigd, dat dit ook zal ge schieden. Welke de oplossing voor deze zijde van het vraagstuk zal kunnen worden, daarom trent zijn thans nog geen inlichtingen te geven. De plannen hebben nog geen vol doende vastheid. De studie van den Prow Waterstaa: is nog nie-t beëindigd, liet over leg met de regeeriivr evenmin. Op dit oogenblik kunnen Ged. S'aten slechts vei^ klaren, dat dit belangrijk deel hun volte aandacht heeft

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1931 | | pagina 5