Dagelijks verschijnend Nieuws blad voor Leiden en Omstreken
EERSTE BLAD.
BINNENLAND.
Gemengd Nieuws.
ABONNEMENT:
Per kwartaal 3.25
(Beschikkingskosten 0.15.)
Per week 0.25
.Voor het Buitenland bij Weke-
lijksche zending 6.—
Bij dagelijksche zending 7.—
Alles bij vooruitbetaling
Losse nummers 5 cent
met Zondagsblad 7% cent
Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar
BflKKSSjSSÉ Bureau: Breestraat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936
NO. 3534 DINSDAG 15 DECEMBER 1931
ADVERTENTIE 1.
Van 1 tot 5 regelsXAlVt
Elke regel meern 0.22Yt
Ingez. Mededeelingen
Van 1—5 regels *.30
Elke regel meerm 0.15
Bij contract belangrijke korting.
Voor het bevragen aan 't bureau
wordt berekend 0.10
12e Jaargang
Onze Kerstbijlage zal dubbel zoo groot zijn als een gewoon
Zondagsblad. De inhoud komt in hoeveelheid overeen met een
boekuitgave van om en bij de honderd bladzijden. De samen
stelling zal weer zóó zijn, dat hoofd en gemoed elk hun deel
krijgen. Talrijke illustraties verlevendigen den tekst.
Voor de eerste maal voldoen wij thans aan een ons vaak
gedaan verzoek, om namelijk dit Kerstnummer ook afzonderlijk
De lezers kunnen dus een nuttig, laten wij hoven dikwijls een
gezegend werk verrichten door een aantal te bestellen en te
verspreiden.
Op Zondagsscholen om mee naar huis te geven voor ouders en
familie; uitreiken in Ziekenhuizen, soldaténkamers, politie
posten, evangelisatie-samenkomsten, scholen, vergaderingen
van de jeugdbeweging, treinen of op schepenkantoren of
fabrieken.
Socialisten en communisten zullen hei Kerstfeest weer
oxingrijpen om het evangelie van den haat te prediken. En dat
gaat er helaas gretig in in deze moeilijke tijden. Stellen de
Christenen hiertegenover wel voldoende hun Evangelie
De prijzen stélden wij zóó, dat verspreiding in ieders bereik
ligt. Dit is voor zoover wij weten de goedkoopste Kerstlectuur-
verspreiding. Wij hopen, dat de proef slaagt, en dat Gods
zegen moge rusten ook op dit werk.
Zaaien aan alle wateren en dan de uitkomst in Gods hand
geven.
De prijs van 10 exemplaren is per stuk 10 ets.; van 1025 ex.
9 ets.; van 2550 ex. 8 ets.; van 50100 ex. 7 ets.; van
100250 ex. 6 ets.; van 250500 ex. 51/2 ets.; van 500 en
meer 5 ets.
De levering zal franco zijn. Waar de prijzen zoo laag zijn,
verzoeken wij vriendelijk de betaling tegelijk te doen plaats
Wij verzoeken dringend zoo spoedig mogelijk te bestellen.
Men kan betalen aan ons Bureau, per postwissel of over ons
giro-nummer 58986.
DIRECTIE NIEUWE LEIDSCHE COURANT.
Dit nummer bestaat uit DRIE bladen
KONINGIN EN VOLK
Een verblijdend bericht konden we gister
middag nog in een deel onzer oplage door
geven: op den Eersten Kerstdag, des mid
dags tusschen 4 en 5 uur, hoopt H. M. de
Koningin een persoonlijken Kerstgroet tot
ons Volk te richten door middel .van de
radio.
Daarvoor zijn we uitermate dankbaar, om
dat we bij voorbaat verzekerd zijn, dat onze
Koningin het juiste woord weet te kiezen
en haar Kerstgroet het hart zal raken.
Haar woord wordt gesproken met het oog
op der tijden nood; maar het zal heenwijzen
naar Hem, die over alle tijden heerscht, in
Wiens hand alle tijden zijn, ook deze. En
daarom zal het koninklijke woord bemoedi
gend en opbeurend zijn.
Het zal óók als een vermaning klinken
om te zoeken, naar wat vereent en gezamen
lijk den nood te dragen; om te helpen en te
redden, wat hulp en redding noodig heeft.
Reeds eerder gaf H. M. een persoonlijke
Kerstgroet aan ons volk, óók in moeilijke
tijden: dat woord was een prediking en het
heeft zegen gebracht. Doch toen werd haar
woord slechts gelezen; nu hopen wij haar
Stem te hooren.
Het is de wondere weldaad van die radio,
dat de Koningin tegelijkertijd al haar onder
danen toe kan spreken.
Het is het groote voorrecht van het Neder-
landsche Volk, dat het koninklijk woord
heenwijst naar den eeuwigen Koning, die in
de kribbe kwam.
Daarom zijn we dankbaar, nü reeds, voor
dit koninklijk voornemen.
EEN BELANGRIJKE CONCESSIE
1 wij onlangs, heden juist veertien
dagen geleden, schreven als verdediging van
en als critiek op de 45 leerlingenschaal uit
het wetsontwerp-Terpstra vond weerspraak
in het Correspondentieblad van de Vereeni-
ging van Chr. Onderwijzers. De bekende
paedagoog N. te Z. neemt onze artikeltjes
geducht onderhanden; begint met de vrien
delijke veronderstelling, dat er bij ons
^verbijsterende onkunde" is en eindigt met
do nog vriendelijker vraag of we behoor
lijk willen erkennen, dat wij ons vergist
hebben.
Hoezeer wij ook met de allergrootste
welwillendheid tegenover de mannen der
onderwijspraktijk vervuld zijn en gaarne
alle bescheidenheid betrachten tegenover
deskundigen van zoo hooge statuur, moe
ten we toch den schrijver teleurstellen.
Immers, onze vergissing ziou hierop neer
komen, dat we in de meening verkeerden:
op school kan elke klas even groot zijn;
men kan ieder onderwijzer precies even
veel leerlingen geven.
En nu behoeft men deskundige, noch in
gewijde te zijn; men heeft slechts een school
van de buitenkant te bekijken of eenige
kennis te nemen van de statistiek om te
weten, dat een school precies is als het
leven: den een is veel gegeven en den
ander weinig.
Bovendien, we zouden op het artikel over
de „Leerlingenschaal" niet onmiddellijk een
ander hebben laten volgen over de zeer
groote moeilijkheden voor de kleine scholen
indien we aan deze ongelijke verdeeling
van het aantal leerlingen over de verschil
lende ondenvijzers niet hadden gedacht.
Nu zouden we kunnen zeggen: dat moeten
de onderwijsmannen maar met een zeker
soort „gedienstigheden der praktijk" oplos
sen, doch we zijn bereid er straks op in te
gaan. Vooraf echter willen we alle nadruk
leggen op het verheugende feit, dat een
deskundige van zoo groote vermaardheid
als de schrijver van het artikel in het Cor
respondentieblad een zeer belangrijke con
cessie heeft gedaan.
Immers, tot drie maal toe, met steeds
sterker exponent, betuigt de schrijver, dat
een onderwijzer wèl 45 leerlingen voor zijn
rekening kan nemen; ja, als het minister
Terpstra gelukken mocht om in de wet te
brengen, dat „elk onderwijzer persoonlijk"
voor 45 leerlingen mocht staan, dan zou er
geen noemenswaardige oppositie zijn, „ge
zien de bezuiniging" al was het geen
„ideale" toestand. „Duizende onderwijzers
zouden hem hulde brengen".
De concessie stemt ons zeer dankbaar.
Tegenover het groote kabaal in een deel
der onderwijspers, dat een klas van 45 leer
lingen naar niets lijkt, zullen we nu voort
aan deze erkenning van gezaghebbende
zijde kunnen plaatsen.
Zijn wij dus een illustie rijker geworden;
we gelooven, dat we goed doen den geach-
ten schrijver er een te ontnemen om nog
grooter teleurstelling te voorkomen.
Zoo'n leerlingenschaal, voor elk onder
wijzer persoonlijk en maximaal, moet er
komen, doch zoo'n regeling is volgens den
schrijver niet te treffen, als men er com
missies voor benoemt, samengesteld door
allerlei personen, die buiten het onderwijs
staan. De deskundigen, de mannen van de
praktijk moeten het doen.
Naar onze meening kunnen deze mannen
der praktijk het niet, anders zouden er
thans, zooals gezegd wordt, geen duizende
onderwijzers zijn, die thans 50, ja, tot 80
leerlingen hebben.
Ze kunnen het ook dóarom niet, omdat
o.i. zeer weinigen het royale standpunt van
'den schrijver deelen, dat 45 leerlingen
nu 't noodig is wèl gaat; en voorts niet,
omdat deskundigen nu eenmaal nooit tot
praktische overeenstemming kunnen komen
De regeering trekke dus de groote lijnen
en de deskundigen voeren de regelen, ieder
naar eigen inzicht, uit. Dan komt er iets
goeds.
OPDAT ER MEER GELIJK
HEID ZIJ i
Hoewel wij, naar de meening van der
schrijver in het Correspondentieblad „ver:
bijsterend onkundig" zijn, heeft hij toch
wat goeds in onze artikelen gevonden. Zoo
veel zelfs, dat hij in h 0 0 f d z a a k met ons
mee zou kunnen gaan, als het maar
rechtvaardige 45-leerlingen-schaal werd. Dat
kan echter niet, omdat de wet met gemid
delden rekent en daardoor krijgt men
die schreeuwende ongelijkheid van onover
ziénbaar groote en onnoozéle kleine klassen.1
De schrijver zal ons dat duidelijk maken
met eenige voorbeelden, maar merkt van te
voren op, dat hij niet krenterig is en niet
doelt op de „kleine geschillen, die vanzelf
ontstaan, omdat er niet precies zoo
leerlingen op school komen, als er afgaan
en er niet in elke klas altijd evenveel
hoogd worden.
Dat is ook reeds een factor, waardoor de
een 43, een ander 38, een derde 48 en
vierde er 51 heeft.
Maar over deze geschillen komen we wel
heen."
Zóó dachten wij er ook precies over en
op dit punt zijn we het dus weer roerend
eens. Maar de zaak staat ènders! Gelijk
uit de voorbeelden moet blijken. Achtereen
volgens spreekt de schrijver van een school
van 224 leerlingen met 5 leerkrachten en 7
klassen: gemiddeld 32 leerlingen per klas.
De verdeeling wordt nu zoo, dat drie onder
wijzers klassen krijgen van 32 leerlingen
en twee onderwijzers ieder twee klassen
met totaal 60 tot 70 leerlingen.
Bij een school met 266 leerlingen en dus
6 leerkrachten, zal er één onderwijzer zijn.
die 72 of 80 leerlingen voor zijn rekening
krijgt.
En, om alle schijn te vermijden, als zou
hij eenzijdige voorbeelden zoeken, geeft de
schi'ijver als derde voorbeeld 133 leerlingen
voor 3 leerkrachten. Dan zal er één onder
wijzer zijn, die in drie afdeelingen 57 of
zelfs 65 leerlingen heeft.
Na elk voorbeeld vraagt de schrijver dan,
wat wij zeggen van zoo'n leerlingenschaal?
Wel, in de eerste plaats, dat de schrijver
precies doet als wij enmet gemid
delden rekent. Zooveel leerlingen,
veel klassen, is per klas zooveel leerlingen.
Maar de praktijk is Anders. En, om bij
't eerste voorbeeld te blijven, wanneer de
klasseverdeeling zou leiden tot het geven
van 70 leerlingen in twee klassen aan
onderwijzer, dan zal er wellicht een andere
indeeling te vinden zijn, zoodat men nie
mand met 70 leerlingen behoeft op te
schepen, terwijl anderen er 26 hebben.
Voorts zit er in de voorbeelden toch wel
eenige eenzijdigheid. Men lette op de getal
len: 224, 266 en 133 leerlingen. Op alle drie
gevallen. In 't eerste behoeven er maar
twee, in 'ttweede slechts vijf en in 't derda
net drie leerlingen bij te komen om over te
kunnen gaan tot uitbreiding van het perso
neel; waardoor heel de situatie verandert.
De schrijver kiest zijn voorbeelden dus zoo
ongunstig mogelijk; terwijl het wetsontwerp
nadrukkelijk bepaalt, dat bij daling van het
aantal leerlingen even beneden de grens, er
nog niét dadelijk een onderwijzer op wacht
geld gaat
Wat wij dus van deze leerlingenschalen
zeggen? Dit: dat het in de praktijk nog al
meevalt en dat men de allerongunstige ge
vallen niet als regel moet nemen.
Maar, zegt de schrijver, op 31 December
1929 waren er 400 leerkrachten, die geen
klasse hadden en daardoor hadden duizende
onderwijzers meer dan 50 leerlingen. (Dat
woord duizende is wat- sterk: er waren
1254, die er meer dan 50 hadden).
Nu, wat zegt dat? Was dat ambulantismc
noodig? Kon men onmogelijk tot een andere
verdeeling komen? Het antwoord op deze
vragen kan evengoed ontkennend als beves
tigend luiden
Wat echter voor ons betoog volkomen be
slissend is, en wat de schrijver geheel over
't hoofd ziet, is dit, dat we een scherpe schei
ding hebben getrokken tusschen de groote
stad en het platteland (in ruime beteekenis
des woords genomen). En juist daarom kon
den we precies doen als de schrijver zegt:
de kleine verschillen in de klassen spelen
geen rol en over moeilijkheden van groote
afwijkingen spraken we apart
In de groote stad toch kan men klassen
maken van ongeveer 45 leerlingen, doch op
't platteland niet altijd. Daarom erkenden
we de „ouherstelbare schade" voor de
kleine scholen; wanneer de 45 leerlingen
schaal zonder reserve wordt toegepast On
danks het feit, dat een 45 schaal in de prak
tijk vaak beteekent een gunstiger verhou
ding: b.v. 4 onderwijzers voor 156 leerlingen
is 39 per hoofd.
Uit een en ander had de goedwillende
lezer gemakkelijk kunnen concludeeren, dat
wij niet op „laatdunkende wijze" schreven
over de bezwaren in onderwijskringen, doch
dat het misbaar van sommigen, die nu
letterlijk elke maatregel afwijzen ons „vol
komen koud" laat. Dat we op ernstige be-
toogen ernstig reageeren, heeft de schrijver
in het Correspondentieblad thans kunnen
ervaren. Zelfs zullen vele lezers opmerken,
dat we wel wat al te veel in bizonderheden
zijn afgedaald.
RAADHUIS TE MAARTENSDIJK
Gisteren werd onder groote belangstelling het gerestaureerde Raadhuis te Maartensdijk
heropend. Op bovenstaande foto ziet men het fraaie Raadhuis, opgetrokken in Renais
sancestijl, een sieraad voor de gemeente.
OFFICIEELE BERICHTEN
AUDIËNTIE
De audiëntie v«n den Min. van Water
staat zal morgen (Woensdag) niet plaats
hebben.
ONZE GEZANT TE MEXICO
Naar wij vernemen, is bij Kon. besluit
van 11 December mr. J. E. H. baron van
Nagell, buitengewoon gezant en gevolmach
tigd minister der 2e klasse ter beschikking
wederom in werkelijken dienst gesteld en
benoemd tot buitengewoon gezant en gevol
machtigd minister in Mexico.
CONSULAIRE DIENST
Bij Kon. besluit is de heer C. Castello Espi
nosa erkend en toegelaten als consul van
Columbia te Rotterdam;
is het consulaat der Nederlanden te Du
blin verheven tot een consulaat-generaal en
is de consul ter plaatse, de heer L. R. A. W.
.Weenink, bevorderd tot consul-generaal der
'Nederlanden aldaar, buiten bezwaar van 's
Lands schatkist.
De Iersche Vrijstaat is aangewezen als
consulair ressort van dit consulaat-generaal.
VREEMD EERETEEKEN
Bij Kon. besluit is aan W. L. Utermark,
algemeen conservator vah de Koninklijke
Vereeniging Koloniaal Instituut, te Am
sterdam, vergunning verleend tot het aan
nemen van de versierselen van ridder <^jr
Orde van de Kroon van Italië.
ONDERSCHEIDINGEN.
Bij Kon. besluit is bevorderd tot officier
in de Orde van Oranje-Nassau dr. N. Groen,
rector aan het gymnasium te Schiedam, en
is toegekend de aan de Orde van Oranje-
Nassau verbonden eeremedaille, in zilver,
aan J. van der Heijden, te St. Oedenrode; C.
van den Berg, te Boxtel;
en in brons aan J. J. Stofmeel, te Breda.
LEGER EN VLOOT.
Bij Kon. besluit is benoemd tot reserve
luitenant-kolonel, de eervol ontslagen luite
nant-kolonel der genie van het leger in
Nederlandsch Indië J. F. Beekman;
is aan de res. eerste luits. ir. T. J. Roes,
H. C. Afman, M. S. Koster en E. Kaars
Sijpesteyn, eervol ontslag verleend.
HET VRAAGSTUK DER WERK
LOOSHEIDSBESTRIJDING
EEN LOFFELIJK INITIATIEF
Naar wij vernemen heeft eenige weken
geleden een Hoofdbestuursvergadering
plaats gehad van de Chr. Werkgeversver-
eeniging in Nederland, tot welke vergade
ring ook waren uitgenoodigd eenige voor
aanstaande leidende personen uit de orga
nisaties op Prot, Chr. sociaal-economisch
gebied in Nederland (o.m. C. N. V. en Patri
monium). In deze vergadering werd een
klein permanent comité benoemd, waarin
o.a. ook zitting hebben de voorzitters
de diverse vertegenwoordigde organisaties,
welk comité tot taak heeft binnenkort
eenige vergaderingen uit te schrijven, waar
in het vraagstuk der werkloosheidsbestrij
ding in Nederland zal worden besproken.
Tot deze vergaderingen zullen worden uit
genoodigd de bestuursleden der diverse or
ganisaties, alsmede de bestuursleden en
leden der onderscheiden afdeelingen, die
zijn aangesloten bij deze organisaties. De
bedoeling is op deze wijze te komen tot
een algemeen gangbare opinie, die er mo
menteel in Nederland in deze kringen over
dit vraagstuk bestaat, om zich daarna ge
zamenlijk met concrete voorstellen tot de
Regeering om maatregelen die kunnen lei
den tot oplossing van dit vraagstuk, te
wenden.
NATIONAAL CRISIS COMITÉ
Het Nederlandsch Bijbelgenootschap heeft
aan het Nationaal Crisis-Comité te 's-Gra-
venhage, het volgende schrijven gericht.
In verband met Uwe bemoeiingen inzake
moreelen steun, alsmede ontwikkeling en
ontspanning ten behoeve van de vele getrof
fenen door den nood der tijden, heeft het
Hoofdbestuur van het Nederlandsch Bijbel
genootschap d. eer U het volgende mede te
deelen.
Het Ned. Bijbelgenootschap met zijn 241
Afdeelingen, in 't geheele land verspreid, kan
hulp bieden op tweeërlei wijze.
Vooreerst door de vele uitgaven van den
Bijbel in zijn geheel of gedeelten beschik
baar te stellen, in de Afdeelingen zoo noodig
tegen verminderde prijzen of ook gratis naar
behoefte. Ook bij de opening van tijdelijke
leeszalen zullen de Afdeelingen ongetwijfeld
bereid bevonden worden, allerlei uitgaven
gratis ter beschikking te stellen.
Ten tweede echter door de „opwekkende
redenen", door de \fdeelini,en toch reeds
jaarlijks te houden ,uit te breiden met licht
beelden of tentoonstellingen,' door Bijbel-
dagen enz. gelijk reeds op verschillende
plaatsen geschiedde ten genoegen van velen.
Inclien de Af'eelingen voor het een of an
der zich te zwak gevoelen, kunnen deze de
hulp inroepen van het Hoofdbestuur, dat dan
zooveel in >ijn vermogen is, aan zulke aan
vragen hoopt 4e voldoen.
Het zal ons aangenaam zijn, als U mede-
deeling hiervan aan Uw plaatselijke steun-
comité's wilt doen uitgaan.
AFSLUITING RIJWEG
RIJKSZEEWERING TEXEL
De hoofdingenieur-directeur van den
Rijkswaterstaat in de directie Noord-Hol
land, te Haarlem, geeft kennis, dat. de
rijweg op.en langs de kruin van de Rijks-
zeewering langs het dorp Oude Schild op
Texel nog tot 1 April 1932, of zoc\cel korter
of langer als noodig mocht blijken, voor
alle rij verkeer zal zijn geslulm.
NIEUWE LEENING VOOR
INDIE
IS HET THANS DE TIJD?
Verschenen is het verslag der Tweede
Kamer over het wetsontwerp tot het aan
gaan van een leening ten laste van Ned.-
Indië.
Daarin stellen sommige leden de vraag,
of het wel een juiste politiek is, thans op
nieuw een aanzienlijke leening ten laste van
Ned. Indië aan te gaan, terwijl het bedrag
der krachtens de Ned.-Indisohe Lee-ningwet
1931 uit te geven schuldbewijzen nog lang
niet uitgeput is en Ned. Indië aan oen nieuwe
leening van 150 millioen op het oogenblik
nog geen behoefte heeft.
Sommige leden hadden bedenking tegen de
in het wetsontwerp voorziene mogelijkheid
van verleening van garantie door het Rijk.
Zij vroegen of daardoor niet een ongewenscht
precedent wordt geschapen.
Andere leden achtten deze garantie nood
zakelijk.
Gevraagd werd, of reeds zekerheid bestaat,
dat de voorgenomen leening geplaatst zal
kurmen worden.
DE FINANCIEELE MOEILIJK
HEDEN VAN PAPENDRECHT
DE GEMEENTE ONDER „CURATEELE"
De financieels positie van de gemeente
Papendrecht moet van dien aard zijn, dat
B. en W. bij het aanbieden van de gemeente
begrooting o.a. schrijven, dat noodwendig
de hulp van het Rijk moest worden inge
roepen.
Worden de hieruit voortvloeiende maat
regelen door den Raad aanvaard, dan komt
de gemeente, onder „curateele" te staan.
De zelfstandigheid in het besturen wordt
zoodoende wel prijs gegeven, doch voorko
men wordt, dat de gemeente totaal in het
moeras geraakt.
De groote werkloosheid in deze gemeente
(550 werkloozen op 5500 inwoners) is de
voornaamste ooi-zaak van de financieele
moeilijkheden.
DE CRISIS EN DE INVOER
ADRES VAN LAND- EN TUINBOUW
De Chr. Boeren- en Tuindersbond in Ne
derland, het Kon. Ned. Landbouw Comité
en de Kath. Ned. Boeren- en Tuindersbond
hebben tot den president van de Eerste Ka
mer het -erzoek gericht te willen bevorderen
dat met het oog op den hoogst kritieken toe
stand van de veehouders- en gemengde land
bouwbedrijven het wetsontwerp loudende
toekenning van de bevoegdheid tot het tijde
lijk .treffen van maatregelen ter beperking
van den invoer van goederen zoo spoedig
mogelijk door de vergadering van de Eerste
Kamer in openbare behandeling worde geno-
nomen.
Voornaamste Nieuws.
(blz. 1)
De financieele toestand der gemeente Pa
pendrecht,
Een loffelijk initiatief van de Chr. Werk-
geversvereen. inzake de werkloosheidsbe
strijding.
De tolkwestie te Maartensdijk.
(blz. 2)
Rede van Dr. Colijn in de Commissie der
B.I.B. over de herstelbetalingen en de wereld
crisis.
Tsjang Kai Sjek als president van China
afgetreden, onder drang van Kanton.
De Duitsche socialisten besluiten te stem
men tegen vervroegde bijeenroeping van den
Rijksdag.
Het proces tegen de Oostenrijksche Heim-
wehrleiders. Verhoor van Dr. Pfriemer.
Winston Churchill te New York overreden
en ernstig gewond.
(blz. 3)
Rijkskanselier Bi-üning ontvangt (Van
onzen Duitschen correspondent).
(blz. 5)
De 3 pet. korting op de uitkeeringen van
het rijk aan de gemeenten en de provinciën-
Steun aan de vlasteelt
De strijd in de textielindustrie.
De noodtoestand in het veehoudersbedrijf.
H.M. DE KONINGIN RICHT PER
RADIO EEN KERSTGROET
TOT HAAR VOLK
Naar wij vernemen heeft H.M. de Konin
gin het voornemen om een persoonlijken
Kerstgroet tot Haar Volk te richten in deze
moeilijke tijden.
De Koningin zal dien Kerstgroet op Vrij
dag 25 December des namiddags ten 4 uur
voor de radio uitspreken.
Radio-golflengte 1875.
RAADHUIS VAN MAARTENSDIJK
WEER IN GEBRUIK GENOMEN
Gistermiddag is het raadhuis der gemeente
Maartensdijk dat een aanzienlijke verbou
wing en uitbreiding heeft ondergaan, op
eenigszins feestelijke wijze wederom in ge
bruik genomen.
Hierbij werd door Dr. H. Th. 's Jacob,
commissaris der Koningin in de provincie
Utrecht, nadat deze door burgemeester C. v.
d. Voort van Z:;p was verwelxomd, een
korte rede gehouden, waarin hij eenige pas
sages uit de geschiedenis van het oude
Maartensdijk naar voren bracht. Vervolgens
werd door Dr. 's J a c o b de gedenksteen
welke de weder ingebruikname memoreert
ingemetseld in de voorpui van het raadhuis.
Voor deze plechtigheid was natuurlijk zeer
veel belangstelling.
MAARTENSDIJKSCHE TOLLEN-
KWESTIE
NAAR OPLOSSING GEZOCHT
Zooals bekend, wendden de A.N.W.B. en
de K.N.A.C. zich dezer dagen andermaal tot
een aantal colleges om een zeer spoedige
opheffing van de beide tollen op den weg
UtrechtHilversum onder de gemeente
Maartensdijk te bevorderen. Van het ge
meentebestuur van Maartensdijk ontvingen
genoemde vereenigingen bericht, dat de
kwestie ernstig zijn aandacht heeft en dat
het niets liever wenscht dan een billijke
oplossing van het tollenvraagstuk. Aange
zien het zou worden betreurd, dat de tollen
nog een zes- of zevental jaren zouden
moeten blijven bestaan, heeft het gemeente
bestuur aan den minister van Waterstaat
verzocht het ten spoedigste een bespreking
over deze zaak to willen toestaan.
VERDUISTERING
Een Haagsche bankinstelling, te wier 11a-
deele door den kassier een belangrijk bedrag
verduisterd werd, heeft thans aangifte bij-
de politie gedaan.
Nader kunnen we meedeelen, dat de bena
deelde firma het bankierskantoor Heldring
Pierson is. De gepleegde verduisteringen
worden op ongeveer 40.000 geschat
L. heeft eenigen tijd geleden zijn zilveren
jubileum als kassier herdacht en is toen op
bijzondere wijze gehuldigd. Hem werd toen
o.a. door zijn patroons een gouden legpen
ning cadeau gedaan.
De verdachte is in bewaring gesteld en
heeft een volledige bekentenis afgelegd. Een
beweegreden van zijn handelingen wist hij-
niet op te geven. Verduisteren was hem een
gewoonte gewordfen.