Dagelijks verschijnend Nieuws blad voor Leiden en Omstreken EERSTE BLAD. BINNENLAND. Gemengd Nieuws. ABONNEMENT: Per kwartaal 3.25 (Beschikkingskosten 0.15.) Per week 0.25 .Voor het Buitenland bij Weke- lijksche zending 6.— Bij dagelijksche zending 7.— Alles bij vooruitbetaling Losse nummers 5 cent met Zondagsblad 7% cent Zondagsblad niet afzonderlijk verkrijgbaar BflKKSSjSSÉ Bureau: Breestraat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936 NO. 3534 DINSDAG 15 DECEMBER 1931 ADVERTENTIE 1. Van 1 tot 5 regelsXAlVt Elke regel meern 0.22Yt Ingez. Mededeelingen Van 1—5 regels *.30 Elke regel meerm 0.15 Bij contract belangrijke korting. Voor het bevragen aan 't bureau wordt berekend 0.10 12e Jaargang Onze Kerstbijlage zal dubbel zoo groot zijn als een gewoon Zondagsblad. De inhoud komt in hoeveelheid overeen met een boekuitgave van om en bij de honderd bladzijden. De samen stelling zal weer zóó zijn, dat hoofd en gemoed elk hun deel krijgen. Talrijke illustraties verlevendigen den tekst. Voor de eerste maal voldoen wij thans aan een ons vaak gedaan verzoek, om namelijk dit Kerstnummer ook afzonderlijk De lezers kunnen dus een nuttig, laten wij hoven dikwijls een gezegend werk verrichten door een aantal te bestellen en te verspreiden. Op Zondagsscholen om mee naar huis te geven voor ouders en familie; uitreiken in Ziekenhuizen, soldaténkamers, politie posten, evangelisatie-samenkomsten, scholen, vergaderingen van de jeugdbeweging, treinen of op schepenkantoren of fabrieken. Socialisten en communisten zullen hei Kerstfeest weer oxingrijpen om het evangelie van den haat te prediken. En dat gaat er helaas gretig in in deze moeilijke tijden. Stellen de Christenen hiertegenover wel voldoende hun Evangelie De prijzen stélden wij zóó, dat verspreiding in ieders bereik ligt. Dit is voor zoover wij weten de goedkoopste Kerstlectuur- verspreiding. Wij hopen, dat de proef slaagt, en dat Gods zegen moge rusten ook op dit werk. Zaaien aan alle wateren en dan de uitkomst in Gods hand geven. De prijs van 10 exemplaren is per stuk 10 ets.; van 1025 ex. 9 ets.; van 2550 ex. 8 ets.; van 50100 ex. 7 ets.; van 100250 ex. 6 ets.; van 250500 ex. 51/2 ets.; van 500 en meer 5 ets. De levering zal franco zijn. Waar de prijzen zoo laag zijn, verzoeken wij vriendelijk de betaling tegelijk te doen plaats Wij verzoeken dringend zoo spoedig mogelijk te bestellen. Men kan betalen aan ons Bureau, per postwissel of over ons giro-nummer 58986. DIRECTIE NIEUWE LEIDSCHE COURANT. Dit nummer bestaat uit DRIE bladen KONINGIN EN VOLK Een verblijdend bericht konden we gister middag nog in een deel onzer oplage door geven: op den Eersten Kerstdag, des mid dags tusschen 4 en 5 uur, hoopt H. M. de Koningin een persoonlijken Kerstgroet tot ons Volk te richten door middel .van de radio. Daarvoor zijn we uitermate dankbaar, om dat we bij voorbaat verzekerd zijn, dat onze Koningin het juiste woord weet te kiezen en haar Kerstgroet het hart zal raken. Haar woord wordt gesproken met het oog op der tijden nood; maar het zal heenwijzen naar Hem, die over alle tijden heerscht, in Wiens hand alle tijden zijn, ook deze. En daarom zal het koninklijke woord bemoedi gend en opbeurend zijn. Het zal óók als een vermaning klinken om te zoeken, naar wat vereent en gezamen lijk den nood te dragen; om te helpen en te redden, wat hulp en redding noodig heeft. Reeds eerder gaf H. M. een persoonlijke Kerstgroet aan ons volk, óók in moeilijke tijden: dat woord was een prediking en het heeft zegen gebracht. Doch toen werd haar woord slechts gelezen; nu hopen wij haar Stem te hooren. Het is de wondere weldaad van die radio, dat de Koningin tegelijkertijd al haar onder danen toe kan spreken. Het is het groote voorrecht van het Neder- landsche Volk, dat het koninklijk woord heenwijst naar den eeuwigen Koning, die in de kribbe kwam. Daarom zijn we dankbaar, nü reeds, voor dit koninklijk voornemen. EEN BELANGRIJKE CONCESSIE 1 wij onlangs, heden juist veertien dagen geleden, schreven als verdediging van en als critiek op de 45 leerlingenschaal uit het wetsontwerp-Terpstra vond weerspraak in het Correspondentieblad van de Vereeni- ging van Chr. Onderwijzers. De bekende paedagoog N. te Z. neemt onze artikeltjes geducht onderhanden; begint met de vrien delijke veronderstelling, dat er bij ons ^verbijsterende onkunde" is en eindigt met do nog vriendelijker vraag of we behoor lijk willen erkennen, dat wij ons vergist hebben. Hoezeer wij ook met de allergrootste welwillendheid tegenover de mannen der onderwijspraktijk vervuld zijn en gaarne alle bescheidenheid betrachten tegenover deskundigen van zoo hooge statuur, moe ten we toch den schrijver teleurstellen. Immers, onze vergissing ziou hierop neer komen, dat we in de meening verkeerden: op school kan elke klas even groot zijn; men kan ieder onderwijzer precies even veel leerlingen geven. En nu behoeft men deskundige, noch in gewijde te zijn; men heeft slechts een school van de buitenkant te bekijken of eenige kennis te nemen van de statistiek om te weten, dat een school precies is als het leven: den een is veel gegeven en den ander weinig. Bovendien, we zouden op het artikel over de „Leerlingenschaal" niet onmiddellijk een ander hebben laten volgen over de zeer groote moeilijkheden voor de kleine scholen indien we aan deze ongelijke verdeeling van het aantal leerlingen over de verschil lende ondenvijzers niet hadden gedacht. Nu zouden we kunnen zeggen: dat moeten de onderwijsmannen maar met een zeker soort „gedienstigheden der praktijk" oplos sen, doch we zijn bereid er straks op in te gaan. Vooraf echter willen we alle nadruk leggen op het verheugende feit, dat een deskundige van zoo groote vermaardheid als de schrijver van het artikel in het Cor respondentieblad een zeer belangrijke con cessie heeft gedaan. Immers, tot drie maal toe, met steeds sterker exponent, betuigt de schrijver, dat een onderwijzer wèl 45 leerlingen voor zijn rekening kan nemen; ja, als het minister Terpstra gelukken mocht om in de wet te brengen, dat „elk onderwijzer persoonlijk" voor 45 leerlingen mocht staan, dan zou er geen noemenswaardige oppositie zijn, „ge zien de bezuiniging" al was het geen „ideale" toestand. „Duizende onderwijzers zouden hem hulde brengen". De concessie stemt ons zeer dankbaar. Tegenover het groote kabaal in een deel der onderwijspers, dat een klas van 45 leer lingen naar niets lijkt, zullen we nu voort aan deze erkenning van gezaghebbende zijde kunnen plaatsen. Zijn wij dus een illustie rijker geworden; we gelooven, dat we goed doen den geach- ten schrijver er een te ontnemen om nog grooter teleurstelling te voorkomen. Zoo'n leerlingenschaal, voor elk onder wijzer persoonlijk en maximaal, moet er komen, doch zoo'n regeling is volgens den schrijver niet te treffen, als men er com missies voor benoemt, samengesteld door allerlei personen, die buiten het onderwijs staan. De deskundigen, de mannen van de praktijk moeten het doen. Naar onze meening kunnen deze mannen der praktijk het niet, anders zouden er thans, zooals gezegd wordt, geen duizende onderwijzers zijn, die thans 50, ja, tot 80 leerlingen hebben. Ze kunnen het ook dóarom niet, omdat o.i. zeer weinigen het royale standpunt van 'den schrijver deelen, dat 45 leerlingen nu 't noodig is wèl gaat; en voorts niet, omdat deskundigen nu eenmaal nooit tot praktische overeenstemming kunnen komen De regeering trekke dus de groote lijnen en de deskundigen voeren de regelen, ieder naar eigen inzicht, uit. Dan komt er iets goeds. OPDAT ER MEER GELIJK HEID ZIJ i Hoewel wij, naar de meening van der schrijver in het Correspondentieblad „ver: bijsterend onkundig" zijn, heeft hij toch wat goeds in onze artikelen gevonden. Zoo veel zelfs, dat hij in h 0 0 f d z a a k met ons mee zou kunnen gaan, als het maar rechtvaardige 45-leerlingen-schaal werd. Dat kan echter niet, omdat de wet met gemid delden rekent en daardoor krijgt men die schreeuwende ongelijkheid van onover ziénbaar groote en onnoozéle kleine klassen.1 De schrijver zal ons dat duidelijk maken met eenige voorbeelden, maar merkt van te voren op, dat hij niet krenterig is en niet doelt op de „kleine geschillen, die vanzelf ontstaan, omdat er niet precies zoo leerlingen op school komen, als er afgaan en er niet in elke klas altijd evenveel hoogd worden. Dat is ook reeds een factor, waardoor de een 43, een ander 38, een derde 48 en vierde er 51 heeft. Maar over deze geschillen komen we wel heen." Zóó dachten wij er ook precies over en op dit punt zijn we het dus weer roerend eens. Maar de zaak staat ènders! Gelijk uit de voorbeelden moet blijken. Achtereen volgens spreekt de schrijver van een school van 224 leerlingen met 5 leerkrachten en 7 klassen: gemiddeld 32 leerlingen per klas. De verdeeling wordt nu zoo, dat drie onder wijzers klassen krijgen van 32 leerlingen en twee onderwijzers ieder twee klassen met totaal 60 tot 70 leerlingen. Bij een school met 266 leerlingen en dus 6 leerkrachten, zal er één onderwijzer zijn. die 72 of 80 leerlingen voor zijn rekening krijgt. En, om alle schijn te vermijden, als zou hij eenzijdige voorbeelden zoeken, geeft de schi'ijver als derde voorbeeld 133 leerlingen voor 3 leerkrachten. Dan zal er één onder wijzer zijn, die in drie afdeelingen 57 of zelfs 65 leerlingen heeft. Na elk voorbeeld vraagt de schrijver dan, wat wij zeggen van zoo'n leerlingenschaal? Wel, in de eerste plaats, dat de schrijver precies doet als wij enmet gemid delden rekent. Zooveel leerlingen, veel klassen, is per klas zooveel leerlingen. Maar de praktijk is Anders. En, om bij 't eerste voorbeeld te blijven, wanneer de klasseverdeeling zou leiden tot het geven van 70 leerlingen in twee klassen aan onderwijzer, dan zal er wellicht een andere indeeling te vinden zijn, zoodat men nie mand met 70 leerlingen behoeft op te schepen, terwijl anderen er 26 hebben. Voorts zit er in de voorbeelden toch wel eenige eenzijdigheid. Men lette op de getal len: 224, 266 en 133 leerlingen. Op alle drie gevallen. In 't eerste behoeven er maar twee, in 'ttweede slechts vijf en in 't derda net drie leerlingen bij te komen om over te kunnen gaan tot uitbreiding van het perso neel; waardoor heel de situatie verandert. De schrijver kiest zijn voorbeelden dus zoo ongunstig mogelijk; terwijl het wetsontwerp nadrukkelijk bepaalt, dat bij daling van het aantal leerlingen even beneden de grens, er nog niét dadelijk een onderwijzer op wacht geld gaat Wat wij dus van deze leerlingenschalen zeggen? Dit: dat het in de praktijk nog al meevalt en dat men de allerongunstige ge vallen niet als regel moet nemen. Maar, zegt de schrijver, op 31 December 1929 waren er 400 leerkrachten, die geen klasse hadden en daardoor hadden duizende onderwijzers meer dan 50 leerlingen. (Dat woord duizende is wat- sterk: er waren 1254, die er meer dan 50 hadden). Nu, wat zegt dat? Was dat ambulantismc noodig? Kon men onmogelijk tot een andere verdeeling komen? Het antwoord op deze vragen kan evengoed ontkennend als beves tigend luiden Wat echter voor ons betoog volkomen be slissend is, en wat de schrijver geheel over 't hoofd ziet, is dit, dat we een scherpe schei ding hebben getrokken tusschen de groote stad en het platteland (in ruime beteekenis des woords genomen). En juist daarom kon den we precies doen als de schrijver zegt: de kleine verschillen in de klassen spelen geen rol en over moeilijkheden van groote afwijkingen spraken we apart In de groote stad toch kan men klassen maken van ongeveer 45 leerlingen, doch op 't platteland niet altijd. Daarom erkenden we de „ouherstelbare schade" voor de kleine scholen; wanneer de 45 leerlingen schaal zonder reserve wordt toegepast On danks het feit, dat een 45 schaal in de prak tijk vaak beteekent een gunstiger verhou ding: b.v. 4 onderwijzers voor 156 leerlingen is 39 per hoofd. Uit een en ander had de goedwillende lezer gemakkelijk kunnen concludeeren, dat wij niet op „laatdunkende wijze" schreven over de bezwaren in onderwijskringen, doch dat het misbaar van sommigen, die nu letterlijk elke maatregel afwijzen ons „vol komen koud" laat. Dat we op ernstige be- toogen ernstig reageeren, heeft de schrijver in het Correspondentieblad thans kunnen ervaren. Zelfs zullen vele lezers opmerken, dat we wel wat al te veel in bizonderheden zijn afgedaald. RAADHUIS TE MAARTENSDIJK Gisteren werd onder groote belangstelling het gerestaureerde Raadhuis te Maartensdijk heropend. Op bovenstaande foto ziet men het fraaie Raadhuis, opgetrokken in Renais sancestijl, een sieraad voor de gemeente. OFFICIEELE BERICHTEN AUDIËNTIE De audiëntie v«n den Min. van Water staat zal morgen (Woensdag) niet plaats hebben. ONZE GEZANT TE MEXICO Naar wij vernemen, is bij Kon. besluit van 11 December mr. J. E. H. baron van Nagell, buitengewoon gezant en gevolmach tigd minister der 2e klasse ter beschikking wederom in werkelijken dienst gesteld en benoemd tot buitengewoon gezant en gevol machtigd minister in Mexico. CONSULAIRE DIENST Bij Kon. besluit is de heer C. Castello Espi nosa erkend en toegelaten als consul van Columbia te Rotterdam; is het consulaat der Nederlanden te Du blin verheven tot een consulaat-generaal en is de consul ter plaatse, de heer L. R. A. W. .Weenink, bevorderd tot consul-generaal der 'Nederlanden aldaar, buiten bezwaar van 's Lands schatkist. De Iersche Vrijstaat is aangewezen als consulair ressort van dit consulaat-generaal. VREEMD EERETEEKEN Bij Kon. besluit is aan W. L. Utermark, algemeen conservator vah de Koninklijke Vereeniging Koloniaal Instituut, te Am sterdam, vergunning verleend tot het aan nemen van de versierselen van ridder <^jr Orde van de Kroon van Italië. ONDERSCHEIDINGEN. Bij Kon. besluit is bevorderd tot officier in de Orde van Oranje-Nassau dr. N. Groen, rector aan het gymnasium te Schiedam, en is toegekend de aan de Orde van Oranje- Nassau verbonden eeremedaille, in zilver, aan J. van der Heijden, te St. Oedenrode; C. van den Berg, te Boxtel; en in brons aan J. J. Stofmeel, te Breda. LEGER EN VLOOT. Bij Kon. besluit is benoemd tot reserve luitenant-kolonel, de eervol ontslagen luite nant-kolonel der genie van het leger in Nederlandsch Indië J. F. Beekman; is aan de res. eerste luits. ir. T. J. Roes, H. C. Afman, M. S. Koster en E. Kaars Sijpesteyn, eervol ontslag verleend. HET VRAAGSTUK DER WERK LOOSHEIDSBESTRIJDING EEN LOFFELIJK INITIATIEF Naar wij vernemen heeft eenige weken geleden een Hoofdbestuursvergadering plaats gehad van de Chr. Werkgeversver- eeniging in Nederland, tot welke vergade ring ook waren uitgenoodigd eenige voor aanstaande leidende personen uit de orga nisaties op Prot, Chr. sociaal-economisch gebied in Nederland (o.m. C. N. V. en Patri monium). In deze vergadering werd een klein permanent comité benoemd, waarin o.a. ook zitting hebben de voorzitters de diverse vertegenwoordigde organisaties, welk comité tot taak heeft binnenkort eenige vergaderingen uit te schrijven, waar in het vraagstuk der werkloosheidsbestrij ding in Nederland zal worden besproken. Tot deze vergaderingen zullen worden uit genoodigd de bestuursleden der diverse or ganisaties, alsmede de bestuursleden en leden der onderscheiden afdeelingen, die zijn aangesloten bij deze organisaties. De bedoeling is op deze wijze te komen tot een algemeen gangbare opinie, die er mo menteel in Nederland in deze kringen over dit vraagstuk bestaat, om zich daarna ge zamenlijk met concrete voorstellen tot de Regeering om maatregelen die kunnen lei den tot oplossing van dit vraagstuk, te wenden. NATIONAAL CRISIS COMITÉ Het Nederlandsch Bijbelgenootschap heeft aan het Nationaal Crisis-Comité te 's-Gra- venhage, het volgende schrijven gericht. In verband met Uwe bemoeiingen inzake moreelen steun, alsmede ontwikkeling en ontspanning ten behoeve van de vele getrof fenen door den nood der tijden, heeft het Hoofdbestuur van het Nederlandsch Bijbel genootschap d. eer U het volgende mede te deelen. Het Ned. Bijbelgenootschap met zijn 241 Afdeelingen, in 't geheele land verspreid, kan hulp bieden op tweeërlei wijze. Vooreerst door de vele uitgaven van den Bijbel in zijn geheel of gedeelten beschik baar te stellen, in de Afdeelingen zoo noodig tegen verminderde prijzen of ook gratis naar behoefte. Ook bij de opening van tijdelijke leeszalen zullen de Afdeelingen ongetwijfeld bereid bevonden worden, allerlei uitgaven gratis ter beschikking te stellen. Ten tweede echter door de „opwekkende redenen", door de \fdeelini,en toch reeds jaarlijks te houden ,uit te breiden met licht beelden of tentoonstellingen,' door Bijbel- dagen enz. gelijk reeds op verschillende plaatsen geschiedde ten genoegen van velen. Inclien de Af'eelingen voor het een of an der zich te zwak gevoelen, kunnen deze de hulp inroepen van het Hoofdbestuur, dat dan zooveel in >ijn vermogen is, aan zulke aan vragen hoopt 4e voldoen. Het zal ons aangenaam zijn, als U mede- deeling hiervan aan Uw plaatselijke steun- comité's wilt doen uitgaan. AFSLUITING RIJWEG RIJKSZEEWERING TEXEL De hoofdingenieur-directeur van den Rijkswaterstaat in de directie Noord-Hol land, te Haarlem, geeft kennis, dat. de rijweg op.en langs de kruin van de Rijks- zeewering langs het dorp Oude Schild op Texel nog tot 1 April 1932, of zoc\cel korter of langer als noodig mocht blijken, voor alle rij verkeer zal zijn geslulm. NIEUWE LEENING VOOR INDIE IS HET THANS DE TIJD? Verschenen is het verslag der Tweede Kamer over het wetsontwerp tot het aan gaan van een leening ten laste van Ned.- Indië. Daarin stellen sommige leden de vraag, of het wel een juiste politiek is, thans op nieuw een aanzienlijke leening ten laste van Ned. Indië aan te gaan, terwijl het bedrag der krachtens de Ned.-Indisohe Lee-ningwet 1931 uit te geven schuldbewijzen nog lang niet uitgeput is en Ned. Indië aan oen nieuwe leening van 150 millioen op het oogenblik nog geen behoefte heeft. Sommige leden hadden bedenking tegen de in het wetsontwerp voorziene mogelijkheid van verleening van garantie door het Rijk. Zij vroegen of daardoor niet een ongewenscht precedent wordt geschapen. Andere leden achtten deze garantie nood zakelijk. Gevraagd werd, of reeds zekerheid bestaat, dat de voorgenomen leening geplaatst zal kurmen worden. DE FINANCIEELE MOEILIJK HEDEN VAN PAPENDRECHT DE GEMEENTE ONDER „CURATEELE" De financieels positie van de gemeente Papendrecht moet van dien aard zijn, dat B. en W. bij het aanbieden van de gemeente begrooting o.a. schrijven, dat noodwendig de hulp van het Rijk moest worden inge roepen. Worden de hieruit voortvloeiende maat regelen door den Raad aanvaard, dan komt de gemeente, onder „curateele" te staan. De zelfstandigheid in het besturen wordt zoodoende wel prijs gegeven, doch voorko men wordt, dat de gemeente totaal in het moeras geraakt. De groote werkloosheid in deze gemeente (550 werkloozen op 5500 inwoners) is de voornaamste ooi-zaak van de financieele moeilijkheden. DE CRISIS EN DE INVOER ADRES VAN LAND- EN TUINBOUW De Chr. Boeren- en Tuindersbond in Ne derland, het Kon. Ned. Landbouw Comité en de Kath. Ned. Boeren- en Tuindersbond hebben tot den president van de Eerste Ka mer het -erzoek gericht te willen bevorderen dat met het oog op den hoogst kritieken toe stand van de veehouders- en gemengde land bouwbedrijven het wetsontwerp loudende toekenning van de bevoegdheid tot het tijde lijk .treffen van maatregelen ter beperking van den invoer van goederen zoo spoedig mogelijk door de vergadering van de Eerste Kamer in openbare behandeling worde geno- nomen. Voornaamste Nieuws. (blz. 1) De financieele toestand der gemeente Pa pendrecht, Een loffelijk initiatief van de Chr. Werk- geversvereen. inzake de werkloosheidsbe strijding. De tolkwestie te Maartensdijk. (blz. 2) Rede van Dr. Colijn in de Commissie der B.I.B. over de herstelbetalingen en de wereld crisis. Tsjang Kai Sjek als president van China afgetreden, onder drang van Kanton. De Duitsche socialisten besluiten te stem men tegen vervroegde bijeenroeping van den Rijksdag. Het proces tegen de Oostenrijksche Heim- wehrleiders. Verhoor van Dr. Pfriemer. Winston Churchill te New York overreden en ernstig gewond. (blz. 3) Rijkskanselier Bi-üning ontvangt (Van onzen Duitschen correspondent). (blz. 5) De 3 pet. korting op de uitkeeringen van het rijk aan de gemeenten en de provinciën- Steun aan de vlasteelt De strijd in de textielindustrie. De noodtoestand in het veehoudersbedrijf. H.M. DE KONINGIN RICHT PER RADIO EEN KERSTGROET TOT HAAR VOLK Naar wij vernemen heeft H.M. de Konin gin het voornemen om een persoonlijken Kerstgroet tot Haar Volk te richten in deze moeilijke tijden. De Koningin zal dien Kerstgroet op Vrij dag 25 December des namiddags ten 4 uur voor de radio uitspreken. Radio-golflengte 1875. RAADHUIS VAN MAARTENSDIJK WEER IN GEBRUIK GENOMEN Gistermiddag is het raadhuis der gemeente Maartensdijk dat een aanzienlijke verbou wing en uitbreiding heeft ondergaan, op eenigszins feestelijke wijze wederom in ge bruik genomen. Hierbij werd door Dr. H. Th. 's Jacob, commissaris der Koningin in de provincie Utrecht, nadat deze door burgemeester C. v. d. Voort van Z:;p was verwelxomd, een korte rede gehouden, waarin hij eenige pas sages uit de geschiedenis van het oude Maartensdijk naar voren bracht. Vervolgens werd door Dr. 's J a c o b de gedenksteen welke de weder ingebruikname memoreert ingemetseld in de voorpui van het raadhuis. Voor deze plechtigheid was natuurlijk zeer veel belangstelling. MAARTENSDIJKSCHE TOLLEN- KWESTIE NAAR OPLOSSING GEZOCHT Zooals bekend, wendden de A.N.W.B. en de K.N.A.C. zich dezer dagen andermaal tot een aantal colleges om een zeer spoedige opheffing van de beide tollen op den weg UtrechtHilversum onder de gemeente Maartensdijk te bevorderen. Van het ge meentebestuur van Maartensdijk ontvingen genoemde vereenigingen bericht, dat de kwestie ernstig zijn aandacht heeft en dat het niets liever wenscht dan een billijke oplossing van het tollenvraagstuk. Aange zien het zou worden betreurd, dat de tollen nog een zes- of zevental jaren zouden moeten blijven bestaan, heeft het gemeente bestuur aan den minister van Waterstaat verzocht het ten spoedigste een bespreking over deze zaak to willen toestaan. VERDUISTERING Een Haagsche bankinstelling, te wier 11a- deele door den kassier een belangrijk bedrag verduisterd werd, heeft thans aangifte bij- de politie gedaan. Nader kunnen we meedeelen, dat de bena deelde firma het bankierskantoor Heldring Pierson is. De gepleegde verduisteringen worden op ongeveer 40.000 geschat L. heeft eenigen tijd geleden zijn zilveren jubileum als kassier herdacht en is toen op bijzondere wijze gehuldigd. Hem werd toen o.a. door zijn patroons een gouden legpen ning cadeau gedaan. De verdachte is in bewaring gesteld en heeft een volledige bekentenis afgelegd. Een beweegreden van zijn handelingen wist hij- niet op te geven. Verduisteren was hem een gewoonte gewordfen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1931 | | pagina 1