Japans actie in het Verre Oosten
De internationale ontwapenings
demonstratie te Parijs
DINSDAG 1 DECEMBER 1931 DERDE BLAD PAG. 9
Mandsjoerije als Japansche opmarsch-
basis Vicieuse cirkel Petroleum
Indië's veiligheid
Mandsjoerije.
Wat is Japans bedoeling met dit gebied?
Reeds jarenlang redeneeren de Japanners
als volgt: Japan is een land met sterke over
bevolking (thans ongeveer 72 millioen inwo
ners) en bijna niet meer in staat aan allen
arbeid te verschaffen, waarom naar een ge
bied gezocht wordt om het bevolkingssur-
plus te loozen. Een dergelijk gebied zou dan
dun bevolkt en rijk aan natuurlijke hulp
bronnen fhoeten zijn en klimatologisch onge
veer met Japan overeenstemmen. Aan deze
voorwaarden nu voldoet Mandsjoerije in alle
opzichten: van de oorspronkelijke bevolking,
de Mandsjoeren, zijn er nog slechts een klei
ne 800.000 over op een oppervlakte van 30
maal Nederland, er bevinden zich voorts
rijke steenkoollagen te Toesioen en in de
prov. Kirin, ijzerertslagen te Anajan, goud
mijnen in de prov. Heiloengkiang, ook zijn
de mogelijkheden op het gebied van land
bouw en veeteelt aanzienlijk.
Ondanks deze natuurlijke voordeelen en
ondanks het feit dat China door afgedwon
gen verdragen Japan (op annexatie en ff1"1"
taire bezettingen na) zoo goed als geheel de
vrije, hand in Mandsjoerije had gelaten: Ja-
pansche onderdanen konden zich er naar be
lieven vestigen en land in eigendom verkrij
gen, ondanks dit alles bedroeg de Japansclie
bevolking in Mandsjoerije na jarenlange
propaganda en subsidies nog slechts 203.0UU
zielen, waarvan er 196.000 in het district
Kwantoeng wonen en 7000 over de groote
rest van Mandsjoerije verdeeld zijn, terwijl
daarentegen de Chineesche bevolking door
sterke immigratie in 1928 geklommen is tot
24 millioen zielen.
Hieruit blijkt ten eerste dat de Japanner
zeer hokvast is en ten tweede dat de Japan
sche regeering het overbevolkingsgeval han
dig exploiteert tot het verkrijgen eerst van
economische en daarna ook van politieko
concessies.
De hoofdbedoeling van Japan met Mand
sjoerije is dan ook van politiek-strategischen
aard n.l. Mandsjoerije in aansluiting nxet
Korea te maken tot opmarschbasis, voorbe-
reidingsgebied en rugdekking van de Japan
sclie troepen bij een omzwaai in de richting
van de groote Chineesche laagvlakte. Wat
Japan vandaag in Mandsjoerije doet is niets
anders dan de militaire consolidatie van
een opmarschbasis. Duidelijk is dit te zien aan
het karakter van de punten die Japan bezet
heeft Eerst M o e k d e n, het eindpunt van
de Zuid-Mandsjoerijsche spoorweg, vanwaar
een lijn ombuigt naar Centraal- en Zuid-
China. vervolgens vanuit Moekden via een
gedeelte van den Chineeschen Oosterspoor
weg de bezetting van Tsjang-tsjoen.
Eindelijk de bezetting van het spoorweg
knooppunt A g a n t s j i aan de Nonnirivier
en het iets noordelijker gelegen station
Tsitsikar, via een zijlijn vanuit Moek-
den.
De bezetting van de twee laatste plaatsen
is zuiver als rugdekking bedoeld. Vermoede
lijk zullen de Japanners niet verder in de
richting van Siberië marcheeren dan strikt
noodig is voor deze rugdekking, want prac-
tisch hebben zij nu reeds de ruggegraat van
Mandsjoerije, de hoofdspoorweg n.l., in hun
macht.
Heeft zich de militaire consolidatie van
Mandsjoerije voltrokken, dan vloeit daar lo
gisch uit voort een étappegewijze door-
marsch naai' het Zuiden via de lijnen van
het Trans-Chineesche spoorwegnet, dat op
zijn beurt de ruggegraat van China vormt
Voorboden van een dergelijke poging heeft
men reeds kunnen bespeuren in de diverse
pogingen om in Tientsin, Tsinanfoe,
Sjanghai en Hankau ongeregeldhe
den te provoceeren teneinde deze plaatsen
uit „politioneele" ovenvegingen te kunnen
bezetten. Te Hankau, hoewel pl.m. 700 K.M.
stroomopwaarts de Yang-tsé toch bereikbaar
voor zeeschepen en daarbij knooppunt van
spoorwegen in de richtingen Tientsin en
Kanton, is reeds een Japansche kruiser ver
schenen. Wanneer men de hier gespatieerd
gedrukte steden op de kaart nagaat, dan
ziet men van Noord tot Zuid door het cen
trum van China een halver cirkel van Ja
pansche bezettingen en voorgenomen bezet
tingen getrokken die aansluiting vindt aan
den reeds gevormden halven cirkel van ma
ritieme steunpuntenPort Arthur
Dairen Kiautsjau (Tsingtou
Sasebo Bioe Kioe eil. For
mosa Pescadores.
Zal Japan thans door een omzwaai door
China en door een run op de Chineesche ha
vens de sluiting van den cirkel tot stand
brengen, welke China geheel in de macht
van Japan brengt en het eerste groote deel
van Japans imperialistische ideaal tot wer
kelijkheid maken?
De Janansche zeestrijdkrachten liggen ge-
vechtsklaar in hun diverse bases, de Japan-
I stond in ons blad van Zaterdag j.l.
sche troepen staan gereed voor den op-
marsch!
Het. is niet te verwachten dat de Westcr-
sche mogendheden dit zullen toelaten. Zou
Jaoan hard tegen hard doorzetten dan is
een Pacific-conflict
geboren waarbij de belangrijkste staten dei
wereld betrokken zijn. Voor Japan is dit
oogenblik echter niet ongunstig, omdat het
weer een onbewaakt oogenblik is. Ame
rika en Europa worden zoodanig door de
economische crisis in beslag genomen, dat
zij, evenals tijdens den wereldoorlog, weinig
aandacht aan het Verre Oosten kunnen be-
De Engelsphe en Amerikaansche vloot-
«enheden in het Oosten zijn in vergelijking
met die van Japan uiterst gering. Een Engel-
sche of Amerikaansche vloot van voldoende
sterkte heeft een kleine drie weken noodig
om op het terrein van actie aan te komen.
Vooral de Amerikaansche vloot verkeert
in een ongunstige positie, in de eerste plaats
omdat zij bij haar sprong over den oceaan
na Hawaï geen enkel marinesteunpunt meer
ontmoet waar zij stookolie kan bijladen en
derhalve verplicht is een enorme vloot van
tankers mee te voeren, welke op hun beurt
weer nabij bescherming tegen mogelijke on-
derzeebootaanvallen noodig hebben. Een be
langrijk deel van het lichtere materieel zou
hierdoor worden gebonden en ontnomen aan
het verkenningsorgaan van de eigenlijke
slagvloot Ten tweede is het materieel aan
jagers en onderzeebooten verre van modern
meer tengevolge van seriebouw in 't laatst
van den oorlog (een oorlogschip is geen
Ford). De meeste andere mogendheden ver-
cteelen n.l. den bouw over een 15 of 20-ta'
jaren en hebben daardoor steeds modern
materiaal bij de hand. Ten derde heeft Ja
pan z'n quota toegestaan bij het Londensche
verdrag volgebouwd en Amerika bij lange
na nog niet.
Ook de positie van de Britsche vloot is
tengevolge van de crisisbezuinigingen niet
zoo bijster gunstig.
Een en ander zou Japan wel eens in de
groote verleiding kunnen brengen om alles
r-p alles te zetten en thans z'n kans te wa
gen.
de petroleumkwestie.
Zonder petroleum kan men heden ten dage
geen oorlog van beteekenis meer voeren, om
dat de geheele moderne oorlogvoering geba
seerd is op de petroleum en z'n derivaten*,
zware olie voor de marine, lichtere soorten
voor tanks, auto's en vliegtuigen, andere
oliederivaten voor de springstoffabricage.
Japans jaarproductie aan petroleum be
draagt pl.m. 2 millioen barrels, wat juist ge
noeg is om alleen de vloot een paar w e-
k e n in zee te houden afgezien nog van
land- en luchtmacht. De eenige plek in Oost-
Azië waar overigens petroleum aanwezig is
en waarvan de jaarproductie voldoende is
om een groote vloot als de Japansche per
manent in zee te houden en bovendien
ook land- en luchtmacht te voorzien, is Ne-
derlandsch-lndië en Britsch-Borneo.
Zonder de Indische petroleum is de ver
werkelijking van het einddoel der Japansche
politiek, de oppermacht in Oost-Azië en in
den Stillen Oceaan, onmogelijk. Zou ter kwa
der ure Japan de gelegenheid gunstig achten
om in het Verre Oosten een greep naar de
oppermacht te wa*en, dan zou een van z'n
eerste maatregelen kunnen zijn behalve
een run op de Chineesche havens en een
vermeesteren van de Philippijnen ook een
bezetting van de Nederlandseh-Indi-
sche oliehavens, in eenige snelle en
verrassende slagen. Het zou struisvogelpoli
tiek van de ergste soort zijn deze eventuali
teit niet nuchter onder de oogen te zien.
De verantwoordelijkheid ten opzichte van
het welzijn en de veiligheid van eigen rijk
zoowel als ten opzichte van den wereldvrede
heeft de regeering er toe gebracht om aan
de zeestrijdkrachten in onze Oost de meesi
noodige aanvullingen toe te voegen (vloot-
plan Deckers) en had de Indische regeering
het voornemen doen opvatten om over tt»
gaan tot bezetting van de oliehavens Tara-
kan en Balikpapan met artillerie en infan
terie. Helaas heeft de Indische regeering in
verband met de crisis dit voornemen weer
laten varen, is zelfs nog verder gegaan door
dc toch al op de minimumsterkte staande
2 Java-divisiën van het Indische leger, wel
ke dienen om de vlootbasis Soerabaja *1
tegen onverhoedsche landingen te bescher
men, met 4 infanterie-bataljons in te krim
pen. Dit geeft een besparing van eenige mil-
lioenen. Doch het is een zuinigheid, die juist
voldoende is om de wijsheid te bedriegen en
die wel eens als een verlies van Indië en de
opoffering van tallooze menschenlevens op
een onverwacht oogenblik meer dan duizend
voudig zou kunnen terugkomen.
De vlam, die uitslaat in Mandsjoerije, is
slechts een acte de présence van het overal
rond de Pacific, smeulende vuur. Zal de Vol
kenbond in staat zijn de vlam met vuur
definitief te dooven? Of zal de bond zich
met. schijnoplossingen tevreden stellen? Wat
dit laatste betreft, laten we hopen van niet!
GOEDGESLAAGDE TOLACTIE
TE MAARTENSDIJK
EEN AUTO MET EEN PAARD
ERVOOR
Was 't een mechanisch voortbewogen
voertuig of niet?
HET APPELTJE VOOR DEN DORST
VAN DEN TOLGAARDER
URENLANG GEWELDIGE VERKEERS-
STAGNATIE
DE MISLUKTE OPENBARE
BETOOGING
EEN GROOTE FOUT DER
ORGANISATIE
(Van een specialen correspondent).
PARIJS, 28 November.
Wat velen hehben gevreesd, is geschied:
de massale betooging tegen de voortduren
de bewapening en voor een spoedige ont
wapening is verloopen op een wijze, welke
in volkomen strijd is met het ideaal en
zeker ook niet. het minst met de waardig
heid van de stad Parijs. Toen op den eer
sten dag der conferentie tegen het ednde
der zitting naar aanleiding van de rede, die
Painlevè daar meende te moeten houden
hij was voor die studie-conferentie niet als
spreker uitgenoodigd! het reeds ge
melde incident, plaats had, nam de bezorgd
heid voor den goeden afloop der conferentie
ernstig toe.
Reeds geruimen tijd voordat de Openbare
Conferentie, die Vrijdagavond te half negen
in het Trocadero was georganiseerd, aan
ving, was het rumoerig in de omgeving van
het gebouw. Tot deze slotzitting werden
niet alleen d)a ongeveer duizend gedelegeer
den, gekomen uit 30 verschillende landen,
toegelaten, doch werden ook ruim vierdui
zend plaatsen tegen betaling van een ge
ringen entree-prijs voor het publiek beschik
baar gesteld.
De eerste fout
van hen. die deze conferentie hebben geor-
eaniseerd en die moesten weten hoe de
stemming in zekere Fransche kringen ten
opzichte van deze demonstratie vooj- cte ont
wapening was, is geweest, dat er geen
enkele controle op den verkoop van deze
kaarten was en dat dus iedereen, die er op
uit was de conferentie te saboteeren, op zeer
wijze een toegangsbiljet kon
RISICO OP ZEE
De bemanning van het zinkende Luitsche zeilschip Harmannihowordt door het
Engelsche sa: gSicilian Princegered:
krijgen. Had men deze toegangskaarten via
eenige organisaties, die zich althans niet
tegen het denkbeeld van ontwapening ver
zetten, onder het publiek gebracht, dan had
men voorkomen, dat honderden kwaadwilli
gen in het gebouw waren gekomen.
Van Engelsche zijde was reeds tevoren
aanmerking op de organisatie gemaakt Met
name Mr. Robinson had, naar wij verne
men, het Fransche Organisatie-comité ver
zocht er voor te willen zorgen, dat zich in
de zaal tusschen het publiek voldoende
politie in buigerkleeding zou bevinden om
eventueele onruststokers onmiddellijk te
kunnen verwijderen. Het Fransche comité
achtte dit evenwel niet noodig! Van dezelfde
zijde was verzocht in de zaal een goede luid
sprekers-installatie te doen plaatsen. Eerst
ongeveer een uur nadat de conferentie was
aangevangen, werden de luidsprekers aan-
gezpt Intusschen hadden de camelots van
de Action Frangaise en andere nationalisten,
versterkt ook door een aantal communisten,
gelegenheid gekregen tumult te veroorzaken,
waartegen de president Herriot absoluut
niet opgewassen bleek. Reeds zijn korte
openingsrede ging half verloren onder het
lawaai. Van de galerijen werd aangevangen
herhaald geroep „Viv® la France",
hetgeen uit de zaal beantwoord werd met
een „Vive la Paix!"
De aartsbisschop van Parijs kardinaal Ver-
dier was geheel onverstaanbaar. Daar de
luidsprekers toen nog niet werkten, kon de
kardinaal zich met geen mogelijkheid ver
staanbaar maken. Slechts korten tijd was
het vrij rustig: eerst toen Lord Robert Cecil
begon te spreken en een beroep op de Fran
sche hoffelijkheid deed, en daarna toen Pain
levè het woord voerde. Bij dezen laatsten
spreker zwegen de elementen, die die onrust
veroorzaakten, omdat zij van Painlevè ver
wachtten, dat hij geen pleidooi voor onmid
dellijke ontwapening zou 'houden en de goed-
willigen in de zaal wenschten niet het ver
keerde voorbeeld te volgen en bij dezen
spreker moeilijkheden te veroorzaken.
President Herriot trachtte de lijst van
sprekers af te werken en ook de radio-toe
spraak van Senator Borah zou voortgang
vinden. Het lawaai en het tumult wenden
echter steeds heviger:
anti-Doitsche uitroepen
werden afgewisseld met het „Vive la France"
en plotseling werden boven in de zaal de
opschriften, vermeldende dat meer dan dui-
zen*I gedelegeerden van ruim dertig landen
de ontwapening eischen, afgescheurd.
Eenige oogenblikken schorste Herriot de
zitting voor een bespreking met de gedele
geerden van de Vlaamsche oud-strijders.
Het tumult duurde echter voort en in enkele
loges ontstonden vechtpartijen. Het gelukte
een aantal herrieschoppers uit de zaal te
werken, doch aan de andere zijde kwamen
zij weer binnen.
Buiten het Trocadero bleef het rumoerig.
De politie, die in allerijl versterking had
gekregen, sloot de hekken in de doorgangen
van het gebouw om verderen aandrang van
het publiek te voorkomen. Een groote fout
was echter, dat te ruim negen uur, toen de
conferentie reeds lang begonnen was, nog
mensohen toegelaten werden.
Alle aangekondigde sprekers hebben ge
tracht het woord te voeren, doch zij waren
geen van allen geregeld te volgen.
Machteloos zat daar op het podium het
Fransche comité: Mile Weiss en Henry de
Jouvenel naast Herriot. Niets anders viel er
te doen, dan te trachten tot een goed einde
te komen van een conferentie, die een jam
merlijke mislukkig werd, ten aanschouwe
van meer dtui duizend gedelegeerden, ook
van zeer
vele goed-gezinde Franschen
die zich schaamden voor hun landgenooten.
Ten aanschouwe ook van vertegenwoordi
gers van andere mogendheden, onder wie
de Nederlandsche gezant Jhr. dr. J. Loudon.
Inleiding.
Vanuit Hilversum hadden wij een uit-
noodiging gekregen om eens te gaan zien
Maandagmiddag bij den Maartensdijkschen
tol, waar een bijzondere soort van tolactie
zou plaats vinden. Het toltarief van Maar
tensdijk is namelijk iets heel bijzonders in
ons land, en de wijze waarop dit tarief is
geredigeerd mag niet gelukkig heeten al
pleit ter verontschuldiging, dat de opstel
lers van 't tarief bij hun werk wel niet ge
dacht zullen hebben aan een tijd, die kon
komen, waarin de menschen een broertje
dood zouden krijgen om tol te betailen en
van alles zouden verzinnen om er onder uit
te komen.
In het toltarief staat, dat voor een me
chanisch voortbewogen voertuig moet wor
den betaald f 0.20 tolgeld, voor een met
paard bespannen voertuig zeven en een
Op advies nu van Mr. P. J. J. Westrik
werd besloten om een samenkomst van
auto's uit te schrijven bij den Kei te Hil
versum, om vandaar te gaan naar den tol
te Maartensdijk, waar
eenige paarden zonden staan
en dan zou de „zwarte" voor de auto wor
den gespannen en zoo zou men de tol pas-
seeren, met één P.K. dus door den tol, waar
bij men maar f 0.07behoefde te betailen.
Een groot aantal autobezitters en -be
stuurders had aan den oproep gevolg ge
geven, zoodat tegen kwart voor een bii de
Kei aan den 's-Gravelandschen Weg c.a.
honderd vijftig auto's gToot en klein, en
motorrijwielen vereenigd waren.
Voorafgegaan door een autobus, die het
opschrift droeg „Volgt mij niet", welk plak
kaat nu alle autobussen van den dienst
Hilversum—Utrecht voeren, ging de stoet
naar de richting Maartensdijk. De burge
meester van Maartensdijk, de heer Van der
Voort van Zijp, had maatregelen genomen
en verschillende manschappen.
politietroepen,
waren op den weg geposteerd of surveil
leerden aldaar, in afwachting van de din
gen die komen zouden. De beide tolbazen
waren mi in actie. Worden anders de twee
tolboomen door één man bediend, nu werd
elke tolboom bewaakt door een man. Te
ongeveer kwart voor twee kondigde een
laid getoeter
de komst van de verwachte gasten aan.
Een eindje vocy den tol werd halt en front
gemaakt en ging men krijgsraad houden.
De leider van de actie, de heer P. van den
Hoek Jr., reed in zijn auto, waarin ook
Mr. Westrik was gezeten, vooraar.. Nadat
was uitgestapt klom de heer van den Hoek
op een vrachtauto en sprak vandaar do
automobilisten toe, hun o.a. meedeelend
dat op 14 Dec. as. een protestvergadering
tegen de Maartensdijksche tollen in Hilver
sum gehouden wordt Mr. Westrik sprak
ook de menigte toe en daarop werd het
paard uit het weiland gehaald en onder
hoerageroep voor de auto gespannen. De
heer Van den Hoek werd
gepromoveerd tot koetsier,
hij greep de teugels en mende den i
nant tot voor den tol.
Er ontstond toen een groot geroep om
den tolgaarder, maar de brave man kon
bijna niet door dc volte heenkomen. De be
langstelling op den weg was zoo reusachtig
groot, dait mannetje aan mannetje stond,
en men zich bijna niet kon wenden of kee
Ook Mr. J. Limburg, die op den eersten dag
der conferentie gesproken had, zat op het
podium en zag een goed-bedoelde demon
stratie voor ontwapening mislukken door
het optreden van een aantal extremisten,
zonder eenige verantwoordlelijkheid!
In de kringen der Nederlandsche gedele
geerden ter conferentie was men zeer teleur
gesteld Dr. J t Meulen uit Den Haag schreef
de mislukking de in de voor-conferenties
behandelde resolutie werd niet eens in stem
ming gebracht, omdat de heer Herriot. daar
toe naar het schijnt geen kans meer zag
in de eerste plaats toe aan dc slechte orL
nisatie. Ds. J. B. Th. Hugenholtz, die als
secretaris was opgetreden van de Neder
landsche commissie van voorbereiding voor
deze conferentie, was zeer ontdaan; Toch
moet men verklaarde hij den moed niet
verliezen. De tegenstanders van de ontwa
peningsidee hadden zich tien jaar geleden
om een dergelijke demonstratie niet druk
gemaakt. Maar de idee wint veld ei
tracht, men te
Hetzelfde geldt voor de pers. Tien jaar
leden zou indien destijds een dergelijke
conferentie mogelijk zou zijn geweest de
rechtsche pers de conferentie doodgezwegen
hebben. Thans hebben „Ami du Peuple (van
Coty). de „Action Fran<jaise", waarmede
studenten druk langs de boulevards colpor
teerden, de „Echo de Paris" en andere bla
den de zaak eerst belachelijk trachten te
maken. Na het gebeurde in Trocadero ver
heugen zij zich over den gang van zaken.
Het Fransche satyrieke weekblad „Le Coup
de Patte" stelde Lord Robert Cecil deze week
als een roofvogel voor, die naar Parijs komt
om de Franschen iets af te nemen. De haat
keert zich bij allen tegen Duitschland in de
eerste plaats, welk land men er van be
schuldigt zich steeds sterker te bewapenen
De actie van de nationaal-socialisten in
Duitschland is hierbij koren op den molen
der Fransche rechtsche extremisten.
De linksche „l'Oeuvre" en „Republique"
keuren het optreden der aanhangers van de
„Action Frangaise" enz. ten sterkste af. Er
is echter niets meer aan te doen: het jam
merlijke is geschied en de goed bedoelde
demonstratie der volken voor ontwapening
is door het optreden van een handjevol on
ruststokers zonder resultaat geëindigd. Zij,
die vertrouwen hebben in de toekomst, zul
len zich echter door deze mislukking niet
uit het veld laten slaan en hun werk in het
belang v«i den vrede voortzetten!
Radio Nieuws.
ren. Eindelijk had hij zich geworsteld door
de drukte heen tot bij den „met-een-paard-
bespannen-vagen" welke de auto nu eens
klaps geworden was, en toen kwam
het groote moment
waarop ieder wachtte. De heer Van den
Hoek vorderde een tolkaartje van zeven en
een halve cent, omdat zijn voertuig een
voertuig met een paard bespannen was.
De tolgaarder zeide, dat het een auto was
en dat twintig cent moest worden betaald
en dat zijn opdracht was om voor auto
twintie cent te innen.
Er volgde eenige discussie, waarna Mi
Westrik vvorlas het toltarief van Maartens
dijk en daaruit aantoonde, dat daarin niet
werd gesproken van „auto", maar van een
„mechanisch voortbewogen voertuig". Wel
nu, de motor was afgezet, het voertuig
werd dus niet mechanisch voortbewogen
maar door een paard, en dies behoefde men
slechts drie vierduiten te betalen.
De tolgaarder weigerde evenwel dit be
drag in ontvangst te netnen, ook weigerde
hij om de tolboom open te doen, zoolang
geen twintig cent betaald was.
„Waar ls de veldwachter?'
Nu ontstond er een groot geroep om poli
tie, want de politie zou proces-verbaal moe
ten opmaken van dit feit, dat de voor den
tol staanden wèl tol betalen wilden, en nog
wel het volgens het toltarief verschuldigde
wilden betalen, maar de tolboom niet
opend werd. Dat was dus belemmering
van het verkeer door den tolgaarder. Onze
lezers verstaan, dat dit gedaan werd
een rechterlijke beslissing uit te lokken
herhaaldelijk werd gezegd, dat het niet
ging tegen den tolgaarder of de gemeente
politie of de gemeentelijke overheid, maar
tegen de tol'len.
De gemeenteveldwachter Klaassen stond
voor den tolboom. Toen men hem kwam
halen, schoot hij als een snoek eronder dooi
en onder hoerageroep verdween hij. Wat
nu te doen? Er werd luid geclaxonneerd
en gesignaleerd. De auto's standen in een
onafzienbare rij. Er ontstonden steeds meer
opstoppingen. Van dein Utrechtschen kant
kwam een Ford Je,
dat gebrek aan adem scheen te hebben.
Telkens stond de Ford stil. De motor wei
gerde, zei de bestuurder. Telkens moest cr
gezwengeld worden, want de starter leek
wel niet te werken. En als dan na veel
gewurm eindelijk de auto weer ging, stond
hij eenige oogenblikken later weer stiit
Er werden goede raadgevingen
vanuit h«t publiek. „Beur de motorkap
op". Je hebt geen water in den radiateur,
je bougies zijn vet, enz. enz.
..Daar moet je een Ford voor wezen", zei
n kenner en een ander mebkte op, toen
de auto weer ging: „Nou gaat het appa
raat" weer. Maar even later stond het ap
paraat weer, stil en onbeweeglijk. De ser-
van de militaire politie, die het spel
letje allang „door" had, zou toen beminnen
om den naam en adres enz. van den be
stuurder op te nemen, maar toen zette de
ze den motor van zijn wagen aan en onder
hoerageroep schoot de wagen weg naar
Hilversum heen.
Sommatie tot ontruiming.
Het was echter duidelijk, dat de stagna
tie, wélke ontstaan was, niet zonder meer
kon voortduren. Onder de bestormers be
vonden zich Floras Vos en Cllnge Dooren-
bos. De mensohenmenigte op den weg was
bij de tollen zoo dicht, dait er geen muis
meer doorheen kon. Toen kwam de veld
wachter en deze gelastte aan Mr. Westrik
om uit den volksoploop te gaan, welke
door hem veroorzaakt was.
„Hoe moet ik dat dan doen?" vroeg Mr.
Westrik, want het was hem totaal onmo
gelijk om heen te gaan.
moet van den weg af', commandeerde
de veldwachter en toen stapte Mr. Westrik
Ln zijn auto en was hij dus
gevangene in zijn eigen wagen.
De sergeant van de militaire politie, een
kalme verschijning, klom daarna op da
treeplank van de auto, die tot .gevangen
wagen' was gemetamorfoseerd en hield van
daar af een toespraak tot de menigte, ge
lastend, dat men den rijweg zou vrij ma
ken. Het was komisch om te hooren hoe
er gediscussieerd werd tusschen den pol
tieman eenerzijds en de heeren v. d. Hoek
en Westrik anderzijds, maar toen de heer
Westrik op de treeplank was gestapt en
gezegd had, dat de menschen moesten vol
doen aan de sommatie tot ontruiming,
werd daaraan voldaan.
Men kortte zich onderwijl den tijd met
het zingen van schoone liederen als „In
naam van Oranje doe open de poort" en
„We gaan nog niet naar huis, nog lange
Onderhond met den burgemeester.
Ondertusschen wachtte men steeds en
Mr. Westrik had een onderhoud gevraagd
met den burgemeester. De boodschap kwam
of Mr. Westrik maar op het raadhuis wou
komen. „Maar ik mag niet op den weg ko
men", zei hij. .jwant dan word ik gearres-
tered als een oproerkraaier". Dc politie
HUIZEN (1875 M.) NCRV. 8 Tijdsein. 8—8.15
Schriftlezing. 8.15—9.45 Morgenconcert. 10 TtJd-
lein. 1010.30 Zang door het NCRV.-Dames-
R. r Münhout—Ral
zwaaU-Möllenkarr
H. v. cL Honst Jr
—Bleekrode, piai
M. Wentlnk
Plano: Mej. To Stel
iterdam. Ondei
ln dien tUd" V. De i
7,307.45 i'olitieberich
i van het Ned. Chr Per
erwerp; „UUi
nderwüa en
peling te ge'
ger Onderwijs
9,3010.30 Orgelbe-
Lilehaj
on. VPRO. 10 Mc.;_
nding voor arbeider
12 Tijdsein. 12.0i
2.15 Onze K
3.30 Kindertoon
kuurtje. 5.45 Gre
Het Kapitalisme
racht. 9.30 Vervolg Muziek van dezen
Jitzending voor den Alg. Ned. Bond van
en Kantoorbedienden. 10 Persberichten
Dias. 10.15 Gramofoon. 10.25 Concert
amofoon. 12 Tüdseln
stond hem echter toe, dat hij naar het raad
huis ging, en toen ging de deur op een
kier op en kwam de boodschap, dat Mr.
Westrik erin mocht. „Neen, mijn cliënt
moet mee", zei Mr. Westrik en toen eerst
was gevraagd of dat goed was, mochten
beide heeren binnenkomen. Met belangstel
ling werd de uitslag van het onderhoud af
gewacht. Na ongeveer een kwartier kwa
men beide heeren buiten en beklom de
heer v. d. Hoek een auto. Hij deelde mede,
dat de burgemeester geweigerd had om
proces-verbaal op te maken tegen den tol
gaarder „omdat ook zijn veldwachter het
geweigerd had". Deze mededeeling werd
met veel enthousiaste hoeraroepen ontvan
gen.
Meegedeeld werd. dat men nu maar zou
betalen en dan zou wegrijden om een klartit
te dienen bij den Officier van Justitie
tegen den burgemeester.
Meerdere stagnatie
was intusschen ontstaan, doordat de be
stuurder van een chassis de politie had
verschalkt Gevraagd was n.l. ot men door
den tol mocht, als men wou betalen en dat
werd toegestaan. Maar toen het. chassis ge
reden was tot vlak voor de tolboomen, haal
de de bestuurder een biljet van dui
zend gulden uit zijn portefeuille te voor
schijn en bood dait ter betaling aan
Daarvan had de tolgaarder in letterlijken
zin „niet terug" en hij grinnikte: „Dat ls
een mooi appeltje voor de dorst, meneer".
„Ja. maar het is voor jou te zuur", ant
woordde de chassis-bestuurder en vroolijk
zwaaide hij met het biljet van duizend gul
den „wie of 't kon wisselen".
Men begreep echter zoo niet verder te
kun non en besloot toen maar
met gepast geld
te betalen, want men wnlde nog op tijd bij
den Officier van Justitie zijn. Nu kwam
echter de politie aan de beurt Wilden de
heeren er nu opeens zoo vlug van door
welnu de politie had nu den tijd en begju
te controleeren.
Er werd gevraagd naar wogen belas ting-
kaart, naar rij- en nummerbewijs, en de
nummers werden gecontroleerd op den
kop en op het chassis. Deze dingen hielden
natuurlijk ontzaglijk lang op, zeodat hier
door het moeilijk werd een stoet te formee-
ren. Eindelijk kon men vertrekken, en ei
kaar zooveel mogelijk volgend ging men
naar het Gerechtsgebouw
te Utrechft. waar de Officier Mr. Nyssingh
niet aanwezig was. De substitiuut-officier
Mr. FaLiius stond Mr. Westrik en den heer
v. d. Hoek te woord en de heeren deelden
ons mede, dat ze hun beklag hadden ge
daan over het feit, dat de burgemeester
van Maartensdijk zijn veldwachter niet had
willen gelasten proces-verbaal op te maken
tegen den tolgaarder en ook een klacht
hadden geuit tegen den burgemeester, om
dat deze op het raadhuis gezegd had: „als
ze het zoo denken te winnen, dan kunnen
ze stikken". De beide heeren deelden one
mee, dat Mr. Fabius hun gezegd had, dat
ze een schriftelijke klacht zouden indienen,
hetgeen door hen zou worden gedaan.
Met belangstelling mag het verdere ver
loop van deze zaak worden afgewacht
Het Comité van Actie tegen den tol op den straatweg Hilversum—Utrecht is gisteren
zijn strijd tegen den tol bij Maartensdijk be gonnen. Toen de tolgaarder weigerde den
tolboom te openen, zongen de honrtrrden geestdriftig „In naam van Oranje.'doe open
de poort!" Met als gevolgdat de tolga arder den boom met 'n extra slot verzekerde.