m H" HET CONFLICT IN TWENTE I Het stroopersdrama bij Echt DINSDAG 1 DECEMBER 1931 TWEEDE BLAD PAG. 5 ECONOMISCHE WERELDPROBLEMEN VERLIES VAN DE NEDERLANDSCHE BANK Een zeer duistere transactie Opheldering noodig II.*) Afgezien van het weinige serieuze in de destijds afgelegde verklaring van de in, doch de slechte financieele toestand trouwen schenken, wanneer met mede weten van onze Regeeringen door offi cieuze mannen communiqués in de we reld worden gezonden, die zoodanig ha peren, dat men a priori kan zeggen, dat zij in het luchtledige hangen? Er is ge vaar vele autoriteiten van naam heb ben daarop gewezen. Enkele maanden geleden zag men dit nog niet algemeen Nederlandsche Bank over de Ponden- saldi, zijn er nog andere onduidelijk heden in de mededeeling, dat de Neder landsche Bank haar ponden heeft ver kocht. Immers zij heeft een termijn-trans actie met de Nederlandsch-Indische Re geering afgesloten per 1933; in dat jaar vervallen, zooals wij hebben vermeld, de twee Indische Ponden-leeningen. Met .vervallen bedoelen wij, dat ze alsdan vervroegd mogen worden afgelost, een bepaling, die men, gezien de Ponden depreciatie, natuurlijk zal benutten. Vandaar, dat wij van „vervallen" spre ken. Waarom verkoopt de Nederlandsche Bank haar Ponden? Omdat zij dit bezit té riskant vindt. Waarom koopt de Ne derlandsch-Indische Regeering Ponden? En hier stuiten wij op het eerste ondui delijke. De Nederlandsche Bank heeft het niet verder te dragen risico erkend. Omtrent de bedoelingen van Indië tas ten wij in het duister. Achtte deze Re geering het Pond eveneens gevaarlijk, dan had zij in het belang van haar in gezetenen moeten wachten zich te dek ken. Men mag toch niet verwachten, dat Buitenzorg ter wille van de Nederland sche Bank een transactie zal aangaan, die voor haar onvoordeelig is. De uiterst slechte conditie van Gfooter-Nederland gedoogt geen douceurs aan de particu liere Nederlandsche Bank. Heeft onze Regeering wellicht de garantie overge nomen, wanneer de Ponden verder mochten dalen? Hebben de vertegen woordigers der bank, der Nederland sche en der Indische Regeering een ob ject gezocht, dat zou kunnen dienen om den stand aan de Turfmarkt plausibel te maken? Heeft men dus te maken met een faciliteit aan de Nederlandsche Bankeen fixeering van de valuta winst voor de Indische Regeering en een garantie van de Nederlandsche, wan neer de Ponden-koers eventueel nog verder daalt? Het is dringend nood zakelijk, dat hierover klaarheid gaat heerschen. Doch met die vragen zijn wij er nog niet van af. Indië heeft voor één dag den gouden standaard opgeschort. Hierover is veel te doen geweest en door het ingrijpen van de Nederlandsche Bank is aan deze, overigens volkomen iogische geste een einde gemaakt. Doch wat geschiedt er, wanneer èn Nederland èn Indië het goud laten vallen, gedwon gen door de omstandigheden? Dan zal, vermoedelijk door de onvermijdelijke depreciatie van den gulden, zij het ook binnen nauwe grenzen, het Pond ten opzichte van den gulden gaan stijgen. De nu afgesloten transaciie zou alsdan voor Indië voordeelig worden (aangeno men, dat het Pond niet een drastischen val maakt, zoodat de bovengenoemde stijging de waarde-daling niet kan com- penseeren), terwijl de Nederlandsche Bank met leede oogen zou hebben aan te zien, dat zij zich opnieuw vergist heeft. Zoowel de Nederlandsche Bank als de Javasche Bank zijn dé monetaire ad viseurs der Regeering. De Nederland sche Bank is uiterst bang voor het Pondzij ziet een grootere depreciatie dan momenteel het geval is. Goed. Doch dan heeft zij de Javasche Bank en onze Regeering van haar inzicht in kennis te stellen. De Javasche Bank adviseert op haar beurt Buitenzorg. Hoe komt het dan, dat Buitenzorg de af te stooten Ponden door de Nederlandsche Bank opneemt? Omdat zij geen daling ziet? Of omdat zij het zekere voor het on zekere neemt en haar ponden-winst wil vastleggen? De transactie een mystificatie. Wij vinden de geheele transactie een mystificatie, die o. i. niet bevorderlijk i om de rust in Nederland, die begon terug te keeren, te vergrooten. Wij heb- Iben destijds in onze artikelen-reeks ge suggereerd tot de instelling van een competente commissie, die het geheele monetaire vraagstuk zou bestudeeren om onze Regeering hierover van advies te dienen. Dan zou tevens de verwachte koersloop van het Pond onder de loupe zijn genomen. Wat heeft onze Regee ring in deze gedaan? Is de millioenen-; transactie geschied als uitvloeisel van| een serieus onderzoek of heeft men slechts een modus gezocht om de Neder landsche Bank te steunen? Het is o. i. noodzakelijk, dat hierover een duidelijke officieele verklaring wordt gepubli ceerd. Immers wij staan aan den voor avond van groote moeilijkheden. In het zicht van deze moeilijkheden behooren wij ons om onze Regeering te scharen, opdat wü haar taak gemakkelijker kun nen en moeten maken. Maar het steu nen van de Regeering dient op vertrou wen te zijn gebaseerd. Kan men ver van ons land, zoowel op budgetair ge bied (regeering en gemeenten) als ten opzichte van onze handels- en betalings balans heeft velen de oogen geopend voor het acute gevaar. De geste onzer Regeering en van de Nederlandsche Bank heeft weer duide lijk gedemonstreerd, dat wij door tal van gevaren omringd zijn. Wanneer wij op de hoogte van die gevaren zijn, dan is de kans eronder te bezwijken, ge ringer. „Un homme averti en vaut deux" heeft nog niets van zijn waarheid ingeboet. Wij moeten weten, wat er dreigtwij moeten het inzicht van onze Regeering kennen om te kunnen oordeelen en maatregelen, als de onder havige op hun juiste waarde te leeren schatten. Wij blijven bij onze opinie, dat de transactie zeer duister is en noodig moet worden opgeklaard. Het standpunt van het bescher- mings-comitê Ten slotte een laatste opmerking. Er is onlangs een beschermings-comité op gericht voor de leeningen, die nu in 1933 door het verkregen Ponden-bedrag zullen worden gedelgd. Dit comité gaat van het standpunt uit een standpunt, dat wij niet deelen dat de Indische Regeering niet mag profiteeren van,een koersdaling van het Pond, waarin die leeningen waren uitgeschreven. Het was volgens de opvattingen van het' Comité de bedoeling, de houders der obligatiën te vrijwaren voor valuta-ver hezen, die men bij het Pond uitgesloten achtte. Ontkend kan echter niet worden, dat Indië ten slotte de verplichting op zich had genomen Ponden terug te be talen, om het even of die Ponden gede- precieerd dan wel geapprecieerd waren. Niemand zou guldens geaccepteerd heb ben, wanneer onze munt sterk in waar de was gedaald. Obligatie-houders zou den zich in de handen hebben gewreven over hun wijsheid, dat zij tijdig Ponden hadden gekregen. Nu het omgekeerde heeft plaats gehad, mag men van de Regeering niet eischen, dat zij terwille van de geldschieters van de depreciatie zou afzien. Doch hoe 't ook zij, door den Ponden-koop per 1933 .is de wind uit de zeilen van het Comité gehaald. Deze aangelegenheid is hiermede afgedaan, tenzij een rechterlijke beslissing zou worden uitgelokt. Alhoewel dit ons uit gesloten ljjkt en wanneer men ertoe zou overgaan, is bovendien de rechter lijke beslissing nog een groot vraagtee- ken kunnen wij theoretisch niet ont kennen, dat er nog een uiterst geringe mogelijkheid bestaat dat Indië in goud- waarde zal hebben te betalen. Dan zou de geheele transactie een speculatie ge worden zijn, die een serieuze regeering niet had mogen entameeren. Trouwens was het niet logischer en billijker ge weest, wanneer Buitenzorg de regeling aan de toekomst had overgelaten? Eindelijk nog eens de daad \vd?i Engeland. Ten slotte willen wij nog eens her halen, dat de daad van Engeland tegen over zijn buitenlandsche relaties cir culatie-banken zijn bevriende instellin gen over en weer ons alles behalve moreel hoogstaande voorkomt te zjjn. Er schijnt in alle geval een soort af spraak te zijn geweest. Natuurlijk is in het zakenleven, wanneer het om mil lioenen en millioenen gaat, een gesprek tusschen een paar personen niet vol doende, integendeel, er dient een con tract geboren te worden, maar weder zij dsch vertrouwen wordt op deze wqze toch zeker niet versterkt. KALMEERENDE PROCLAMATIE VANDAAG VEEL MINDER STAKERS DAN GISTER Enschedé, 30 Nov. '31. De toestand in Enschedé is in d'en loop van Maandagmiddag nog ernstiger gewor den, zoodat men zich hier met groote be zorgdheid afvraagt, wat er verder zal gebeu ren. De situatie van zoo'n bijzonder ingewik- kelden aard geworden, doordat bleek, dat de organisaties geen voldoenden invloed had den op hun leden om hen te bewegen, geen gehoor te geven aan den oproep om het werk neer te leggen. Voor den Ned. Chr. Textielarbeidersbond „Unitas" moeten we echter een uitzondering maken, want de Prot. Chr. arbeiders, die allen in dezen bond zijn georganiseerd, volg den bijna allen het devies van hun organi satie en ze lieten zich niet beinvloeden door de suggestie van communisten en syndica listen. Zeer uitdrukkelijk had het bestuur van „Unitas", evenals dat van „St. Lamber- tus" zijn leden voorgehouden, dat degenen, die niet aan het werk gingen, géén uitkee- ring zouden ontvangen. Alleen zij, die door dat de fabrieken wegens gebrek aan perso neel gesloten moesten worden, gedwongen werden buiten te blijven, zouden voor steun in aanmerking komen. Men kent verder de geschiedenis: De bij het N. A. S. aangesloten Landelijke Federa tie van Textielarbeiders greep de gelegen heid, door de spontane stakingen van Zater dag, aan om te trachten haar invloed op de textielarbeiders te vergrooten. Zij besloot reeds Zaterdagmiddag tot staking op te wek ken, waarbij ze zich op het standpunt plaatste, dat nu de arbeiders getoond had den, direct in verzet te willen komen, er lei ding aan die stakingsbeweging moest wor den gegeven. De zeer verbitterde stemming onder de ar beiders, ontstaan door de aankondiging van j.l. Zaterdag, w.as aanleiding dat de Federa tie gemakkelijk succes kon hebben, temeer daar de communistische R. V. O. een handje hielp. Doch ook al zouden Federatie en com munisten zich buiten de zaak hebben gehou den, dan zijn we er nog van overtuigd dat op verschillende fabrieken zou worden ge staakt Zaterdag b'etoogde men reeds dat de arbeiders zélf desnoods maar de leiding in handen moesten nemen. Het N. A. S.'bestuur had een heele collec-i tie agitators naar Enschedé gestuurd, die bij de fabrieken, waar ze strooibiljetten ver spreidden, luidkeels opwekten tot staking. De politie liet de heeren rustig hun gang gaan, maar de heer Sprenger van Roover uit IJmuiden maakte het wat al te bar, toen hij voor de fabriek der firma Blijdenstein vanuit een lantaarnpaal een toespraak tot de menigte hield. Het IJmuider bestuurslid van de Federatie van Transportarbeiders wend gearresteerd en naar het politiebureau overgebracht ,Na eenige uren werd hij weer in vrijheid gesteld. Vanmorgen was de staking verre van al gemeen en een belangrijk deel van de arbei ders was de fabriekspoorten binnengagaan. Toen wij vanmorgen in de vroegte een tocht langs de fabrieken maakten, bleek ons dui delijk, dat 90 procent van de arbeiders nog niet wist, welke houding men zou aannemen. De meesten hadden hun werkkleeding en lcoffiebusje bij zich en men kon overal con- stateeren dat het een kwestie van het laat ste oogenblik zou zijn en dat, wanneer een deel de poort zou binnengaan de anderen wel zouden volgen. Zoo was het o. m. bij d'e grootste fabrieken, die van Van Heek en Co. waar op het mo ment, dat de stoomfluit het sein tot den aan vang gaf, plotseling een beweging onder de menschen voor de poorten ontstond, die daarop allen naar binnen gingen. Slechts op een vijftal fabrieken ging het grootste deel in staking, op de anderen werd of geheel ol voor het grootste deel gewerkt. De situatie was vanmorgen in elk geval zóó, dat de samenwerkende besturen van lrDe Eendracht", „St. Lambertus" en „Unitas", die in het R.K. Vereenigingsgèbouw bijeen kwamen, den toestand nog lang niet hope loos achtten. Men had vele redenen om aan te nemen dat des middags een groot deel dei stakers weer aan het werk zou gaan. Beslo ten werd de volgende proclamatie uit te geven: „Aan de arbeiders! Volgens aankondiging in de fabrieken zal Maandag 14 December weer een loons verlaging van 5 procent worden toegepast. De besturen der drie arbeidersorganisa ties zullen alle maatregelen nemen om dezen aanslag op de loonen af te slaan. Morgen, Dinsdagmiddg, komen de geza menlijke besturen bijeen ten einde een de finitief standpunt te bepalen. Wij drin gen er daarom nogmaals met kracht op aan om aan het werk te blijven of te gaan en de beslissing der drie organisa ties af te wachten. Arbeiders! Wij verwachten van u, dat t- SSFmm. En niet minder voor de fabrieken der firma 3. F. Schollen Zn. a. d. Haaksbergscheweg. gij het parool der drie samenwerkende besturen zult volgen en niet de leiding van R.V.O. en andere onverantwoordelijke elementen. De Hoofdbesturen van „De Een dracht", „St. Lambertus" en „Unitas". De uitwerking van deze proclamatie is op het oogenblik nog niet na te gaan, maar een feit is, dat de toestand vanmiddag in plaats van gunstiger zeer slechter is geworden. Zelfs het feit, d'at vanmiddag de loonen zou den worden-uitbetaald, was van geen in- Het aantal stak'ers breidde zich beduidend uit, want ook op de fabrieken waar vanmor gen niet werd gestaakt legde een deel der arbeiders het werk neer. Zoo bleef ongeveer de helft van het personeel der machtige fa brieken van Van Heek en Co. buiten de poor ten, zoodat het aantal stakenden naar onze schatting vanmiddag wel ongeveer het dub bele bedroeg. Wellicht zal idit 4000 hebben bedragen. Enschedé, 1 December. Vandaag minder stakers. De stakingsbeweging heeft zich vandaag te Enschedé niet uitgebreid. De kalmeererude aankondiging van de drie samenwerkende organisaties om af te wachten wat de heden middag te Utrecht te houden hoofidbestuurs- vérgadering zou besluiten, heeft niet nagela ten invloed uit te oefenen. Voornamelijk als gevolg van deze aankondiging ging bij de vier fabrieken van Van Heek Co. bijna het geheele personeel naar binnen. Ook op de andere fabrieken zijn veel minder stakers dan gister. Van invloed was ook, dat be paald was, dat men niet meer voor de fa brieken mocht blijven staan. Politie en ma rechaussee te paard hielden de menschen- menigte voortdurend in beweging. Daardoor werd, zooals gister gebeurd is, voorkomen dat velen die gaarne aan het werk wilden, werden tegengehouden. Vast staat, dat het aantal stakers beduidend minder is dan gis termiddag. Gestaakt wordt voornamelijk op de fabrieken van N. ter Kuile Zn., Blijden stein Co., J. F. Scholten Zn., Spinnerij Oosterveld, Enschedsche Katoenspinnerij, Spinnerij Roombeek. Op andere fabrieken is slechts een klein deel van het personeel niet aan het werk gegaan. Zoo heeft op Schut tersveld, waar Unitas zeer veel leden heeft, bijna het geheele personeel het werk hervat. Het was in de stad vrij rustig. Ook staking te Winterswijk. Het conflict in de textielindustrie heeft zich ook tot Winterswijk uitgebreid en Maan dagmorgen zijn de arbeiders der firma H. Willink Co. in staking gegaan. De arbei ders van de bontweverij „De Batavier" gin gen wél aan het werk. Bij de firma J. H. Meijerink Zn. d'reigde ook een staking doch nadat een der direc teuren de arbeiders had toegesproken, gin gen zij toch aan het werk. De staking bij de fiima Willink Co. om vat zestig wevers, 's Middags te half twee trokken de -stakers van de firma Willink Co. naar de fabriek van de firma J. H. Meijerink Zn. Hoewel de getouwen liepen ging een deel der arbeiders niet aan het werk. Een van de directeuren stond de beiders te woord, doch niet kon worden voorkomen, dat een deel der arbeiders in staking ging. Het resultaat was, dat bijna net geheele personeel, voornamelijk de we vers, de spoelers en een deel der confectie- afdeeling, riiet aan het werk gingen. De staking omvat hier» honderdvijf tig man Een groot aantal stakers verzamelden zich gisterenmorgen op het Van Heekplein te Enschedé, waar zij door den heer Exter, lid van het N.A.S., werden toegesproken. I stond in ons blad van 30 November. Voor de fabrieken der firma's Van Heek. êCo. en Nico ter Kuile was de drukte geweldig DE DOODEN IN DE WOLFSKUIL „ALLEMAAL GOEIE MENSCHEN, MAAK ALLEMAAL STROOPERS" Omtrent het drama, dat zich afgespeeld heeft in de bosschen bij Putbroek, een ge hucht in de gemeente Echt (L.), waar drie jongemannen dood in een z.g.n. wolfskuil werden gevonden, zijn nog eenige bijzonder heden mee te deelen. De Tel. vangt aan met een beschrijving van de landstreek, waar het drama plaats vond. De menschheid, zegt het blad, is 'er niet dik gezaaid. Alhoewel Echt een gemeen te is van ongeveer 7000 zielen is het grond gebied zeer uitgestrekt en neemt een reus achtige hap uit de smalle laars van Lim burg. Er staan vele van zulke gehuchten en huisjes verspreid in dit land van bosschen en akkermaalshout, met geen andere verbin dingen bijna dan de diep doorvoorde land wegen, waarin iedere primitieve boerenkar moeizaam het spoor van den voorganger volgt en aldus bevestigt en verdiept En dit deze groep huizen in den nacht, met zijn kale boerenerven en blaffende hon den, met zijn karresporen en diepe greppels langs de huizen met hier en daar een licht je in de verte en verder niets, geen geluid en geen gerucht dat aan de nabijheid der wereld herinnert is dit dan Putbroek, ge meente Echt Ik had nooit van Putbroek gehoord en wie, die geen Limburger is of een knappe kop in aardrijkskunde, kende het bestaan van dit gehucht? De duistere bosschen. bij Putbroek waren in den nacht van Vrij dag op Zaterdag getuige van een slachting, zooals alleen de geroutineerde „gangsters" van de New-Yorksche onderwereld, de ban dieten van de dranksmokkelarij, op elkan der plegen uit te oefenen. Koelbloedig leg gen zij een hinderlaag en schieten op hun gemak de lieden die hen in den weg staan overhoop. Doch iedereen, die zich met dit rapalje afgeeft, is gewaarschuwd en weet dat elk oogenblik het vonnis van haat en concurrentie-nijd uitgeoefend kan worden. Doch hier gold het drie ongewapende jon gens, die op konijnenjacht gingen en eens wilden zien of er wild in de strikken geko men was. En onder den rook hunner eigen wonin gen werden zij „geliquideerd" in den rug geschoten, weggesleept in het bosch, opdat dit de sporen van de schanddaad zou doen verdwijnen. De familieleden en menschen uit de buurt hebben de 15 schoten hooren knallen, zonder er overigens veel aandacht aan te wijden. De bosschen weerkaatsen zoo menigmaal de echo van een schot - het behoort tot de na tuurlijke geluiden en het behoort tot de en tourage. Het is minder zeldzaam dan de zang van den nachtegaal. Het zegt niets ten opzichte van den misdadigen of hevigen aanleg der Limburgsche boeren het stroo- pen zit er in en van generatie op generatie wordt het bedreven. De straf door den stren gen rechter aan den strooper gegeven geen onteerende straf in de oogen van diens verwanten en vrienden. Hij heeft ongeluk gehad Wat voor menschen wonen daar? Allemaal goede menschen maar alle maal stroopers. De schoten In het donkere bosch En daarom Ls een schot in het donkere bosch geen alarmeerend geluid. Het kan een brave man zijn met een lichtbak het kan een jachtopziener zijn een bloedig drama, déaraan denkt men het laatst En zoo liep altijd alles bevredigend af. Er liepen er ve len tegen de lamp een maand hechtenis is gauw verdiend in een land van groot grondbezitters, waar de rechter niets anders doen kan dan maar straffen uitdeelen en dan nog-het gevoel hebben dat het niets helpt Niet dat de jachtopzieners buitengéwoon mild zijn, doch „executies" kwamen hier niet voor, zooals aan de overzijde van de grens, waar iederen nacht stroopers en smokkelaars op het veld van on-eer vallen, geëxecuteerd door politiemannen, zonder voorafgaand vonnis en voor 'n misdrijf waar hoogstens enkele maanden gevangenisstrat op staat. Er werd wel meer geschoten. En de ouders, die met het inheemsche lboerenflegma hun zoons tegen middernacht d'e donkerte hadden zien ingaan, dachten er niet aan, dat die schoten de uitvaart be- ■tieeikenden van hun ji/nge Kinderen. Ze gin gen rusbiig naar bed. terwijl de moorde naars zich hebben ontdaan van het zand offers door het kreupelhout droegen en ver der zwoegend en geheimzinnig het graf dolven dat de lijken vam drie jonge men schen voor altijd zou omsluiten. Doch het was een korte rustpooze in de aarde onder de boom en. Want hoe knap en zakelijk ook het graf bedekt was niet mos en bladeren op hpe onbegrijpelijke wijze de moorde naars zich hebben ontdana van het zand dat overbleefdrie lichamen nemen plaats in onder den grond, en de sinistere kerels hebben wat begrepen, zoodat zij op de een of andere wijtoe het zand naar een verdere plek getransporteerd moeten hebben. Het graf zweeg nlot. menschen die de taal van het bosch niet kennen, doch de boschloopers, de jachtop zieners, de mensohen die aan iedere tak, aan iedere beweging in het hout iets waar nemen. zagen ji? plek en openden de groeve De rest werd verteld door de lijken zelf. De schoten in den rug de proppen van het geweer die in het lichaam waren ge drongen, dat alles vertelde van den sluip moord, zoo goed als ware er een ooggetui ge geweest De moord op de jongens moge een raad sel schijnen voor die deze streek kennen schijnt het geen raadsel te zijn. Vijanden hadden zij niet. Hadden de jongens zich op smokkelgebied bewogen, dan zou men kunnen denken aan de wraak van concur reer einde benden. Doch zij stroopten niet meer of minder dan anderen en aan smok kelen dieden «ij niet. Zij waren ook geen ernstige rivalen van andere stroopers al leen Willem kende het geheimzinnige mé tier behoorlijk, doch de beide andere jon gens, Mattis en Merend, hadden nog nooit gestrikt zij waren novices naar 't scheen. Zoo lijkt het uitgesloten dat men de moor denaars onder de andere stroopers moet zoeken en eerder richten zich vermoeden naar den anderen kant waar men al met het onderzoeg begonnen is trouwens. En de N. R. C. schrijft het volgende: Ten Oosten van den Rijksstraatweg van Roermond nalar Sittard strekt zich kilome ters ver naar de Duitsche grens toe, eeu zer mooie, maa ook wel eenzame streek uit Een paar kilometers voorbij den spoor wegovergang op den rijksstraatweg kruist een landweg de hoofdbaan. Aan de rechterzijde, dus naar het zuiden, liglt een groot dennenbosch. Aan de linker zijde strekken zich wijde bouwlanden uit. Aan deze zaj-dle liggen wat i den weg een stuk of tien huisjes* en in twee daarvan heerscht diiepe rouw: in het eene, dat van de familie Kerstens, omdat er twee zoons op gruwelijke wijze zijn ge dood; in het andere, dat van het gezin We- rens, omdat de 27-jarige Frans om het leven is gebracht en nog iets verder langs den weg wijst men ons de plek waar bloedspo ren zijn gevonden in de greppel, zuidelijk langs den weg. Uit deze richting heeft, men in den nacht van Vrijdag op Zaterdag schoten gehoord, maar omdat er wel meer wordt geschoten, in dit dorado voor stroo pers, heeft men er toen geen aandacht aan geschonken. Loodrecht op den weg komt, een weinig iten Oosten van de plek, waar de bloed sporen zijn gevonden, een branddreef door het bosch op den weg uit. Deze dreef vormt d'e grens tusschen de bezittingen van graaf Phons van Aefferden, burgemeester van Geulle, en baron Michiéls van Kessenich te Roermond, en in het b09ch van eerstge noemde. op 200 meter van den weg en 20 meter van de branddreef, ligt de kuil, waar in men het stoffelijke overschot van de drie gedoode jongens heeft gevonden. Als men den kuil ziet kan men zich nau- welijks indenken, dat hierin de drie licha men verborgen zijn geweest Het gat in den grond is ongeveer een meter diep, een me ter breed en mogelijk, 1.20 meter lang. Het is een kuil, die speciaal voor dit doel moet zijn gegraven. Het merkwaardige is even wel, dat men het uitgegraven zand niet heeft kunnen terugvinden. Blijkbaar is dit dus oyer een grooten afstand verspreid. Hoe de daders te werk gingen, - De daders alles wijst er op, dat hier meer dan één persoon a^n het werk zijn geweest zijn met ontstellende koelbloedigi heid te werk gegaan. Uit .de gevonden bloed sporen valt af te leiden, dat de drie jongens op den weg zijn neergeschoten. Daarna heeft men de slachtoffers via de branddreef naar dé plek gebracht, waar men het graf heeft gegraven. De lijken heeft men met geweld in den kuil geperst, waarna men hen met een dun laagje zand heeft bedekt. Vervolgens is men dieper het bosch ingegaan, waar men mos en dennenaalden heeft gehaald om hiermee de kald zandplekken te bedekken. De plaat sen waar het mos en de naalden zijn weg gehaald, zijn duidelijk te zien. De daders moeten met de situatie ter plaatse buitenge woon goed op de hoogte zijn geweest en men neemt aan, dat zij, na des nachts de lijken in den kuil te hebben gedaan, den volgen den morgen bij daglicht zijn teruggekomen, om de sporen van hun misdrijf uit te wis- schen. De doodelijke strooptocht De twee gebroeders Wilem en Mattias Kerstens zijn Vrijdagavond laat met hun neef Frans Werens er op uitgegaan om in het nabijgelegen bosch de strikken na te zien, die Willem 's morgens had geplaatst. Aan den vrij breeden weg, die van Puts- hroek loopt, wonen de families van de slachtoffers. Het bosch loopt evenwijdig aan dezen weg. Er staan hier acht huisjes, waar van in <het eerste de familie Kerstens woont. Wat verderop woont de familie Werens. Het zijn beide groote gezinnen. Kerstens werkt op de staatsmijn Maurits. Zijn zoon Willem is het oudste kind van het gezin en is 22 jaar oud. Mattias, de derde zoon, is 19 jaar. Frans Werens is de eerste' zoon van het ge zin van dertien kinderen en is 27 jaar oud. Hij was bij zijn yader als boerenarbeider werkzaam. De moeders van de jongens zijn zusters. Vrijdagavond zaten de jongens bij de fa milie Kerstens te kaarten en om kwart voor twaalf gingen zij op weg naar het bosch. Frans ging dit keer voor het eerst mee op den strooptocht. Vrijwel vast staat, dat niet één dader aan het werk is geweest, daar men hulzen van verschillende grootte heeft gevonden, zoowel van geweer- als van revolverkogels. Boven dien is er met hagel geschoten. Een der lij ken had 19 schotwonden. Bij een onderzoek werden voetsporen, een zak» es en een zaklantaarn gevonden. Later werd onder een bos hout een schop gevon den, waarmee waarschijnlijk de kuil is ge graven. Nog is een huiszoeking geschied bij den jachtopziener H. v. d. E. den opzichter van de jachtgoederen van graaf Van Aefferden. Deze woont te PosterholL Bij hem werden eenige wapens in beslag genomen, o.a. vuur wapenen. Deze v. d. E. moet ook betrokken zijn geweest bij de schietpartij van enkele jaren geleden op de gebroeders v. H. De man staat bij de bewoners bekend als bui tengewoon streng, en treedt steeds krachtig op tegen de stroopers, die hier in grooten getale wonen. Vrijwel alle arbeiders in do omgeving van dit gehucht maken zich van tijd tot tijd wel schuldig aan het stroopen van konijnen. Zondag werd door de marechaussee drie maal een boodtchap gezonden aan v. d. E., die ook een grooten zoon heeft, welke hem ■aak assisteert, om zich bij de marechaussee aan te melden. Hieraan gaf hij geen 'ge hoor. Tenslotte is hij dan ook door de ma rechaussee gehaald. Na verhoor heeft men hem weer op vrije voeten gesteld.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1931 | | pagina 5