iter tkVraa^
Handwerken
Het jongemeisjes kamertje
MODE - VAKSCHOLEN
VRIJDAG 20 NOVEMBER 1931
j. r '(Vervolg).
'(He! eerste stuk van dit artikel plaatsten
we 14 dagen geleden).
En nu moeten moeders niet zeggen: och,
wat al die onzin!, een slaapkamer is en blijft
een slaapkamer, maar waarom, als er maar
een tafel en een stoel staat en het er netjes
is, zou een kind er niet evengoed kunnen
huiswerken?
Want, al een heel jong meisje, soms zelfs
nogmaar een kind van 'n jaar of twaalf, er
zooveel meer schik in heeft het huiswerk te
maken in een gezellkr knus hokje, in plaats
van in een gewone slaapkamer, of de drukke
huiskamer dan kan het toch van veel
invloed zijn op het werk, als men aan zulke
redelijke verlangens tegemoet komt. natuur
lijk alleen als de resultaten aantoonen dat
p.r niet geknoeid wordt en het niet gaat om
alleen en vrij te zijn, voor andere dingen
danswerken.
Maar men zij hier vooral ook voorzichtig
met-wantrouwen. Een beetje afzondering
yrvor kinderen die daar soms behoefte aan
hebben, kan menigmaal de huiselijke vrede
redden. Daarom is er veol voor to zeggen
aan-redelijke natuurlijk niet aan buiten
sporige wenschen een weinig toe te
geven.
Vergeten we toch niet, dat het eigenlijk
'een aardige trek is in een jong meisje, als
zij plezier heeft in het aanklemden van een
Jtnus eigen kamertje er zijn al te veel
vervelende en verveelde kinderen, die het
heelemaal niet hebben, en nergens voor
warm loopen of het moeton uithuizige pret
jes zijn. Wel, ik zou joggen: de begeerte
raar een eigen interieur met non zelfee
kweekte sfeer, belooft méér voor de toe
komst van het kind.
Wat natuurlijk niet wil zeggen dat zoo'n
aanleg persé zal moeten aangewakkerd en
anders zal doodgaan, maar.... voor eigen
kinderen heeft men toch graag wat over
ZELFGEMAAKTE SCHAALLAMP.
Bij het opknappen van het eigen kamertje
tnag het meisje vooral wel niet. vergeten
Ivoor een passende lamp te zorgen. Ook hier
aan is wel goedkoop te komen als ze zelf de
handen uit de mouwen steekt
Wat is gezelliger dan het gedempte licht
yan een schaallamp? O. we weten wel, dat
die juist niet zoo goedkoop zijn, maar we
gaan immers zelf aan het werk en dan wordt
't wel goedkoop, 't Is namelijk volstrekt niet
noodig. hiervoor een gekochte lamp of
zelfs om enkel een hangende schaalkap te
.koopen, wanneer we genoegen nemen met
een lamp als we hieronder op ons plaatj-e
Ook deze is niet moeilijk na te maken.
Van stevig iizerdraad buigen we twee hoe
peltjes, de een iets kleiner dan de ander
Om ze goed in cirkelvorm te houden, om
winden we de plaats waar de uiteinden bij
eenkomen goed met dun ijzerdraad of touw.
Door dwars draden houden we de hoepeltjes
op den gewenschten afstand van elkaa'
maar zorgen, dat de kleinste bovenkomt.
Dan maken we aan den bovensten cirkel de
touwen of koorden vfist, waaraan we de
lamp zullen ophangen. We kunnen hiervoor
koord nemen in de kleur van onze lampe
zijde, of anders de .touwen omwinden met
de zij. Dan overtrekken wa de kap met een
breede strook zijde, die we eerst om den
bovensten hoepel vastnaaien en zorgen, dat
!de ruimte overal, gelijkelijk is .verdeeld. Op
den tweeden hoepel hechten we de zijde ook
rondom vast en halen den onderrand dan in
waar we een rozetje bevestigen ter afsluiting
en een kwast maken. De aanhechtingen
worden verborgen onder een ruche zijde, een
galonnetje of andere liefst zwarte, garneo-
ring, die langs beide hoepels wordt gezet
Nu nog de draad met het electrische lampje
erin geleid en onze gezellige lamp is klaar
en het jongmeisje dat er een eigen kamer
op na houdt, hoeft nu niet meer met een
ontevreden gezicht naar haar ongezellige
lamp of flodderig kapje te kijken. Ais ze er
wat moeite en tijd voor over heeft, kan ze
binnenkort in 't bezit zijn van de gezelligste
lamp, die ze zich wenschen kan.
Zorgt men nu maar dat het snoer, waar
het lampje aan hangt lang genoeg is (de
lamp kan toch rusten op den bodem van de
kap) dan kan men, als er eens wat meer
licht noodig is bij het kappen bijv., of bij
het maken van huiswerk eenvoudig het
lampje even uit de kap lichten en er naast
laten hangen, zoolang men bezig is.
Een vierde -handigheid voor het meisjes
kamertje is het veranderen van een ouder
wetsch, ongezellig ledikant.
Natuurlijk gelden deze bezwaren voor
het bed, althans niet in die mate, wanneer
de kamer uitsluitend als slaapkamer
wordt gebruikt, maar hindert het pas bh
gebruik als zit- en studeerhokje.
Zie nu bijv, op het eerste plaatje zoo'n
echt forsch ledikant dat een meisje op haar
kamertje wel weg zou willen kijken, terwijl
het moeder toch maar niet dadelijk schikt
voor haar een divan- of opklapbed te
koopen.
Het is dan, wamneer het een houten ledi
kant is, niet zoo'n groot kunststuk voor een
handdgen knutselaar om er de ééne staande
kant af te zeggen. Het meisje zelf, kan
dan wel zorgen dat de andere tegen den
muur wordt geschoven en bekleed wordt
met een aardige cretonne, zooals die tegen
woordig wezenlijk goedkoop genoeg te ver
krijgen is. Een groote losse lap, zoo mogelijk
met een rand, wordt dan bij wijze van divan
kleed, overdag eroverheen gelegd. Kan men
het zoo schikken, dat hier een rand van
hetzelfde patroon is op te werken of te
stikken, en dat er óók zoo'n rand komt op
de bekleeding van de eene nog opstaande
kant, dan staat het wel zoo aardig. Voor die
bekleeding is het wel aan te bevelen om
boven tussohen de knoppen van het bed nog
een verbindingslat te spijkeren, dan ziet de
stof strakker en staat he.t solider. Men zal
het misschien jammer van een ledikant
vinden er een stuk af te zagen, maar als
het nu jaren achtereen een kamer ongezel
lig maken zal, als men het héél laat en om
gekeerd evenveel jaren plezier geven kan,
na de verandering? Als we eene kant laten
blijven is het bed altijd zonder eenig be
zwaar later weer uitsluitend als ledikant tp
gebruiken, want dan kan men ook de lage
kant tegen den muur zetten en als hoofd
eind grebruiken zoodat er dan toch altijd
nog een voetbord overblijft.
EEN INTERESSANT BORDUUR
WERK EN TOCH GEMAKKELIJK!
Tasch voor breiwerk.
Hier nog een tasch! Maar heel iets anders
dan anders!
Het is een flinke, praktische maar toch
smaakvolle handwerktasoh. te gebruiken in
de warme winteravonden (zijn ze niet war
mer dan onze zomers van tegenwoordig?)
maar die door haar fleurige bloemgar-
neering, gedachten oproept aan nazomer-
bloei.
De tasch is bedoeld voor het bewaren
en natuurlijk ook voor het meenemen van
de eene naar de andere kamer, zoowel als
naar gezellige praatavondjes waar men
tevens handwerkt van omvangrijk breiwerk,
zooals frocks, kinderbroekjes, spreitjes, e.a.
We zullen de tasch beschrijven zooals het
model gemaakt werd, hoewel men natuur
lijk in vele onderdeelen kan wijzigen naar
helieven en naar omstandigheden. Maar
zelfs voor degenen die heel geen plan heb
ben zoo'n tasch te maken, mag ik er hier
v/el eens apart op wijzen, dat we hier een
eigenaardig borduurwerk beschrijven gaan.
dat zeker wel op andere manieren, kussen
of zoo, is toe te passen. Ook zal men het
idee kunnen gebruiken voor andere bloem-
teekeningen dan de hier aangegevene.
Hier werd de tasoh gemaakt uit raffia-
linnen men kan ook gewoon handwerk
gaas nemen of gewoon fijner linnen of
geheel andere stof.
Er was hier: ongeveer 75 c.M. van de stof
breed ongeveer een el. Verder strengetjes
borduurwol als volgt:
drie str. in drie verschillende tinten geel,
twee str. in twee tinten groen,
een str. bruin.
Dan ongeveer driekwart meter satinet voor
voering, een halven meter kleermakerslin
nen, een maatje uit zaoht bordpapier geknipt
en metende: 10 c.M. lang en iy2 a 2 c.M
breed, tenslotte nog een flinke haaknaald.
Geheel afgewerkt meet de tasch ruim 60
c.M. in omtrek en ongeveer 35 c.M. diep.
En nu het werk: Knip een ovaal uit
papier als patroon voor de twee helften der
tasch: ongeveer 35 c.M. lang en een kleine
25 c.M. breed in het midden.
Knip twee stukken van de linnen stof
hiernaar na, en zorg aan alle kant een in
slag van goed ee.i centimeter eraan te
knippen.
Knip verder twee reepen van de zelfde
«tof elk ongeveer een el lang en 7 10 c.M.
breed. Ook van de voeringsatinet twee zulke
precies eendere reepen en bovendien twee
ovalen van de voeringstof, eveneens met
Inslagen aangeknipt.
Dan uit 't kleermakerslinnen twee ovalen
zonler daar naden aan te knippen.
Nu het borduurwerk.
Ga over het bordpapieren maatje met de
lichtste kleur geel 50 stokjes haken, schuif
ze van de maat af, haak ze tot een rondje
door het eerste stokje in te steken en breek
dan den draad af en haal die door en
hecht af. Nu wordt dit rondje in een keurig
precies cirkeltje opgenaaid op de ovaal van
raffialinnen precies om het middelpunt van
de ovaal heen (dat men dus eerst bepalen
moet) door een lengte- en breedtevouw. Dit
cirkeltje nu is de buitenste gele rand van
de zonnebloem.
Ga nu met de volgende kleur geel (mid-
dengeel) over het maatje 40 st. haken, sluit
ze weer na het afschuiven tot een rondje,
en naai dit rondje nu ook in een mooi cir
keltje, binnen het vorige op de stof.
Dan met det donkerste geel 30 st. over het
bordpapier, afschuiven, sluiten tot een
rondje, opnaaien binnen het vorige cirkeltje.
Nu wordt het middelste ronde vakje dat
op de stof nog bloot blijft binnen het geel,
geheel gevuld met groote knoopsteken
(men slaat nl. de draad niet drie maar zes
maal voor elke steek om de naald heen)
van de bruine wol. Trek verder met een
potlood een gebogen lijn op de stof die van
boven uit de bloem komende ongeveer 8 cM.
tang wordt en de steel voorstelt, die den
knep draagt.
Daarvoor worden weer stokjes over het
maatje gehaakt nu 10 en van het donkerste
geel, schuif ze af, breek draad af, vouw het
reepje even in de helft om het midden te
vinden, dat ge nu speldt, precies op de top
van de pas geteekende bloemsteel, en naai
het reepje nu in eenigszins gebogen lijn
(zie afb.) op de stof vast. Met het donker
ste groen worden nu spansteken gewerkt
van, de top van de steel af, naar den onder
rand van de zoo pas opgenaaide gele reep
dit is dus de kelk van de bloemknop. Ga
nu met smalle dwarse steekjes de steel bor
duren naar de groote bloem toe (stelen met
het lichtere groen, ook nerf).
Trek met potlood een gebogen lijn op de
stof vanuit de bloem naast de steel van de
knop, en gebruik deze lijn (ongeveer 7 c.M.
lang), als hoofdnerf voor het groene blad, dat
ge nu in spansteken gaat borduren.
Onder de bloem zien we ook twee stelen,
een van de bloem en de andere denke men
zich als verlengd (onder de bloem door) tot
aan de knop. Het is this volstrekt niet noo
dig dat de gegeven teekening precies even
redig vergroot nageteekend wordt, men tee
kent vrij en zorgt alleen maar niét iets on
mogelijks te krijgen
Ook die onderste Stelen worden nu met
groen geborduurd, daarna werkt men ter
weerszijden van de knoop waar de stelen sa-
menloopen een groen blad in spansteken.
Pers het borduurwerk ten slotte op aan
den achterkant van het raffialinnen.
Men kan nu naar oelieven het andere
ovaal ook bewerken of vrijlaten.
Neem nu de ovaalstukken van het kleer
makerslinnen en leg de raffiastof erop, sla
de randen van het laatste om het eerste
heen en zoom ze voorzichtig vast zonder
door te steken op den rechterkant.
Verbind nu met gewone Engelsohe naadjes
de twee smalle einden van raffiastof tot een
rondje en sla de rafelkanten 1 c.M. in, rijg
die even vast. Zoek precies het midden van
den bodem van het gewerkte ovaal (dit doet
men door even een lengte vouw te leggen)
en speld daai dan op vast één van de
naadjes van de reep en zoom zoo de twee
randen van de reep en van ovaal aan den
averechtschen kant tegen elkaar, rechts en
links naar boven gaande, waar men onge
veer 27 c.M. loslaat voor de opening van de
Naai nu de tweede ovaal, die ook vooraf
op het stijve kleermakerslinnen is gezoomd
eveneens aan den anderen kant van de
reep, weer natuurlijk precies op het naadje
van de reep.
Nu worden de twee smalle reepen voering
ook aan elkaar genaaid tot een ring, ook
ingeslagen langs de randen en dan aan de
ovalen van de voering.
Pers dit geheel een beetje plat met een
lauwwarm ijzer en schuif dan de vooraf
apart klaar gemaakt voeringtasoh erin en
hecht die op de enkele plaatsen aan den bo
dem en aan de zijkanten vast, zoodat alles
netjes op de plaats blijft.
Sla de overgebleven einden van de voe-
ringreepen in en voor zoover dit nog niet
is gebeurd zoomt ge die met nette steekjes
in dezelfde kleur tegen. Doe zoo ook met de
bovenranden van de voeringtasoh en dan
zijn we „eindelijk" klaar.
Deze tasch kan nu een flink breiwerk ber
gen, waarbij de naalden niet dadelijk door
heen zullen steken, en ook zal ze voor jonge
huishoudens praktisch kunnen blijken voor
verstelwerk bijv. van enkel kousenstoppen
of zoo, dat men wel eens 's zomers mee
neemt als men naar bosch of naar „de bui
ten" gat. Ze is wel wat „reusachtig" maar
zonder dat dit grof aandoet.
We hebben het werk nu weer eens voor
een keer zoo uitvoerig besproken, dat ook
dames, die geen handwerken gewoon zijn
er geen moeiten mee behoeven te hebben,
maar kunnen dit natuurlijk lang niet altijd,
of met alle werkjes doen. Daarom wijs ik or
hier nog in het bijzonder op, dat men dit
borduurwerk ook zou kunnen toepassen in
het klein op kleiner taschjes of in het groot
op kussens of dergelijke handwerken
NOG EEN GROOTE TASCH
Een soortgelijke, wellicht voor sommigen
iets gemakkelijker te werken tasoh is de
volgende, die men ook met raffia borduren
kan, wat in het voorbeeld is gedaan.
Hier neemt men grof handwerkgaas, voe-
riiragsatin-et- liefst in een mooie warme
kleur, donker oranje verder weer kleer
makersgaas voor stevigheid en strengen
wol of raffia om mee ie borduren.
Het gaas moet van die grofte zijn, dat met
drie gaatjes ongeveer een centimeter vol is.
Wol of raffia van deze kleuren: bruin, wit,
groen, geel, donker-rood, donker-oranje, oud
goud) vain alles bijv. één strengetje.
Men gebruikt een lap gaas van ongeveer
70 c.M. lang en 30 a 35 c.M. breed, een
30 c.M. kleermakerslinnen (stijf voering
gaas), een halven meter voeringsatinet.
De tasch zal afgewerkt, (dubbel) meten:
ongeveer 30 bij 35 c.M., dus een flinke bood-
schappentasch voor de huisvrouw, als men
er niet een handwerktasoh van maken wil.
Vcoral in den zomer, staan zulke kleurige
tasschen zoo leuk, maar ook 's winters wil
men wel zoo'n fleurighendje. Daarom rekene
men ermee dat er veel van de gekleurde
voering door het grof gaas heen komt
kijken. Afwerking van de tasch, voering
enz. komt zooveel overeen met die van de
eerder behandelde, dat we dit niet hoeven te
herhalen. Ook de dubbele zijreepen worden
hier toegepast, die de tasch zooveel inhoud
geven.
Wat het borduren betreft: men werkt ver
schillende bloemtakjes-composieten in ver;
schillende kleuren, elk met een klein steeltje
en daartegenover een paar groene blaadjes.
Het aardige is hier nu, dat ze in bonte
afwisseling, zcowel wat kleuren aangaat, als
stand, over de tasch liggen verspreid. Men
teekent ze uit de hand en zorgt dat er geen
twee eender zijn of eender geplaatst staan.
Borduur telkens eerst de bloem, begin
met de stralen in platte, niet al te gelijk
matige steken te werken rond een open
cirkelvlakje, dat later gevuld wordt met
knoopsteken in bruin, een enkele maal des
noods met het donker-oranje. Voor de blaad
jes gebruikt men cok platte steken, hier
dichter op elkaar. Werk vooral niet te stijf,
laat de steken als goed losse lussen boven
blijven liggen, vooral voor raffia geldt dit
nog sterker.
Op het origineel werden 17 bloemen ge
plaatst ove>r de heele lap dat is de twee
helften samen verdeeld (z>ie afb. die één
kant vertoont).
Wie het verkieselijker vindt, kan echter
cok deze tasch in twee helften afwerken,
wat een weinig andere, misschien gemakke
lijker verdeeling der bloemen geeft, en dan
de dubbele zij-reep hier ook laugs onderzijde
laten doorloopen. Voor deze afwerking zie
men bij de vorige tasoh (zonnebloem).
Alleen het hengsel is hier nog iets bijzon
ders. Werk als volgt daarvoor: Knip twee
reepen kleermakerslinnen van 50 c.M. lang
en 21/s c.M. breed, bedek die geheel met een
dubbel zoobreede reep (plus inslagen), sta
de kanten in en zoom die met nette steekjes
MARIA MAGDALENA
„Ach 't helder licht, dat gaat ten Oosten
Hoe zal ik wéér den luiden dag verdragen?
Mij gruwt het licht, en 't bont gewoel
der dagen.
Straks glinsteren de gouden tempeldaken,
Dan zal met dof rumoer de stad ontwaken
En 't wufte nachtgespeel ten einde raken.
Zóó zag ik menigmaal de zonne rijzen
Bij zoet gevlei van zangerige wijzen
Op 't rijk getooide dak van mijn paleizen.
O, dat ik steeds den weg, dien 'k heb
getreden,
Terugga in gedachten, en 't verleden
Blijft kloppen aan de poorten van het heden!
Och, dat de Heiige, Dien ik zag geheven
Aan 't bloedig kruis, weer sprak:
,,'t Is u vergeven."
O God, mijn God, zoo duister is mij 't leven.
'k Heb U gezien, verscheurd door
'k Heb U gezien, te zwèk om 't kruis te
dragen,
Ik hoorde U droevig tot den Vader klagen!
Rabbonil zagen uw verduisterde oogen
Mij in het stof vóór 't kruishout
neergebogen,
Waart Gij toen nóg voor mij vol
mededoogen?
Of zaagt Gij in de bitterheid dier stonde
Tè goed den trotsohen waan van mijne zonde,
En dat geen boete die verdelgen konde?....
En wordt mij daarom ook de troost
ontnomen
Om nog een laatste maal tot U te komen
O Heer, mijn Heer, wiè heeft U
weggenomen?
Waart gij het? Ach zoo voer mij toch
tot Hem"
In zoet verbazen blijft zij roerloos staren,
Een morgenwindje ritselt door de blaren,
„Maria 1" zegt de wèlbeminde stem.
ALB. STEENHOFF—SMULDERS.
Uit: „Holland", 1909.
in de kleur, tegen elkaar langs den rand.
Maak dan twee smalle ringetjes van dub
bel kleermakerslinnen 1 c.M. breed en 7
wijd in de rondte, schuif die over de twee
afgewerkte reepen, om daarmee de hand
vaten of slingers bij elkaar te houden en de
tasch te helpen sluiten; het staat heel aar
dig, zoo men ziet.
De bovenrand der tasch wordt na het
afwerken (d.i. inslag over het stijf gaas
tegenzoomen der voering) nog steviger
maakt door ze met steken van drie of vier
draden diep, om te naaien (als ge raffia
bruikt) of met w 0 1 om te festonneeren.
vond toen, dat ze maar onschuldig zijn,
maar ja, het is natuurlijk niet prettig ze in
je huis teveel te zien loopen. Zelf heb ik er
ook een jaar last van gehad in een huis
waar vóór onze komst niet zoo erg schoon
gemaakt was, maar ze verdwenen met het
geregeld stofzuigeren, 't Zijn heel smalle,
heele vlugge diertjes met lange glanzende
staartjes waarmede ze zich sturen en waarom
ze ook „zilvervischjes" heel»n. „Boeken-
vreters" noemt u ze niet ten onrechte, omdat
ze veel op oud papier voorkomen, maar er
zijn evenzeer soorten, die je in oude matten
enz vindt (of meebrengt) en er zijn er ook,
die het speciaal op de provisiekasten hebbei
voorzien, en geregeld tusschen je borden
enz. kruipen (rennen of schaatsenrijden is
hier een beter woord dan kruipen). Dat
natuurlijk een nare ontdekking, hoewel
laten we dat maar niet vergeten toch
oneindig veel onschuldiger zijn dan de meer
gedulde (wijl meer gewende) vliegen,
omdat de laatsten speciaal op aas, en op
rottende, bedorven stoffen vastgezeten heb
ben eer ze weer in onze huizen komen. De
zilvervischjes leven alleen van plantaardige
stoffen en komen niet op vleesch enz.
Een bepaald middel weet ik niet: groote
zindelijkheid natuurlijk, maar van men-
schen die raad vragen voor deze dingen
kunnen we natuurlijk die zindelijkheid bij
voorbaat veronderstellen. Zooals ik een vorig
maal reeds schreef: doe je bij avond zoo'n
donkere kast of zoo open, en belicht fel met
een electrisch licht bijv. dan zie je er in
eens een massa wegschuiven, Te vangen zijn
ze moeilijk; 0, zoo vlug zou je ze dan met de
hand moeten neerrukken. Maar ze geregeld
j verontrusten helpt ook veel. Als u dan met
een zachtharige veger plotseling goed langs
alle kieren en naden gaat, (waar ze subiet
in wegkruipen), en dat geregeld telkens
weer doet, dan verdwijnen ze vanzelf zonder
oen bepaalde bestrijding, en zoeken plaatsen
op waar ze meer kans en meer rust krijgen
dat is mijn ervaring. Dat verontrusten gaat
het best en gemakkelijkst met een stofzuiger.
Daarom heb ik ook aangeraden: huur eens
af en toe een stofzuiger (wat dan toch met
een voor kleeden enz. zijn geld wel waard is,
als ge er (reen bezit). Dit is de eenige raad
die ik er toen voor heb gegeven.
Drogistenbrieven. Veel dank. Volgende
week, daar bovenstaande corresp. reeds
stond te wachten. Ook nog enkele vragen-
brieven volgende week.
CORRESPONDENTIE
Aan Mw, V. Over het wasschen van hand
schoenen zonden we vorige week reeds een
artikeltje in, dat u dus deze week wel zult
zien, en dat we met opzet wat in 't oog
vallend zetten en plaatsen omdat daarin
tevens het benzine-gevaar (wie ergert zich
niet die dagelijks van die roekelooze on ge
lukkigen in de krant leest?) er ook uitvoe
rig in behandeld Wordt
Nu is er ook nog een middel om speciaal
vochtvlekken uit glacé te trekken, ik meen
dat men de handschoenen ophangt (aan een
spijkertje bijv.) midden in een blikken kistje
dat men goed afsluiten kan, na op den
bodem bijv. op een schoteltje, wat for
maline geplaatst te hebben. Nu weet ik niet
héél zeker meer of het formaline was, maar
geloof het wel en heb ik elk geval vroeger
hier dit middel besproken, maar het is nog
al ingewikkeld zooals u ziet, men moet dan
dagen die handschoenen zoo laten hangen,
waarna door de formaiinedampen de vocht-
plekken zijn weggetrokken. (Ik zou niet de
brutaliteit hebben van hier een middel te
noemen, waarvan ik niet absoluut zeker
was, ware het niet, dat ik nu bii evcntueele
vergissing durf rekenen op vriendelijke hulp
van vakmenschen).
U schrijft, dat u de handschoenen droog
hebt weggelegd en dat het daar dus niet aan
kan liggen, dat het eene paar wél vlekken
kreeg en het andere niet. Maar de hoofd
zaak is niet, dat de dingen droog zijn bij 't
opbergen maar schoon. Want waar de ver
borgen misschien nog onzichtbare vlekjes
zitten, daar grijpt hot vocht ze aan tijdens
het stil liggen. Probeer eens of goed in de
zon uithangen een paar dagen, en daarna
borstelen, niet al voel holpen zaL
Aan Mw. v. K. Dat lk een recept voor
die beestjes zou gegeven hebben, kan ik
me niet herinneren en is ook niet zoo. Ik
heb toen naam en levenswijze ragezocht en,
HUISHOUDING EN KEUKEN
SCHAPENVLEESCH
ALS TRACTATIE IN DEN HERFST
1 Martine Wittop Koning)
1 ln Nederland niet
2n er toch ove
ook zeker de
-eekt vanzelf, dat tets met eei
en smaak zich onderscheidt
vroolijk gloeiend open
vuurGemakkelijk -
Zindelijk - veilig en daar
bij zuiniger dan eenig
pai
Vraagt prljsc. met adr. van wederverlc. a.d. Import.
MEYER CO. - ENGROS - AMERSFOORT
1 kunnen wijzen op vlsch, op krulden, op
z.)
en als het gebruik met zich
ylpesch en wild opgediend
;pljzen, die den smaak ver
sachten of zelfs overheerschen varkensvlecsrh
kool of met uien. wild met compöte). zuo
len we ook het schapenvleesch laten profl-
jn van de bijgerechten de groentei
de krulden die w
vleesch klat
eió'lng 1
1 of ardere si
bij
De Engelsche keuken, die het schapenvleesch
de dagelijks voorkomende levens
middelen, weet op dit gebied heel v - jj"
te gw
-eemd lijken, andere schotels, waarin het scha
;nvleesch een hoofdrol speelt, komen wel doge
lk in aanmerking voor een blijvende ploata
onze Hollandsche keuken.
Als we daarbij weten, dat de herfst be-
net de volgende 1
600 Gr. (6 ons) schapenvleesch (niet te vet).
40 Gr. boter, margarine of vet. 1 groote ul, 1
kleine eelderljknol. I groen savoyekooltje, 1
groote wortel (of een twintigtal kleine wor
teltjes). 1 K.G. aardappelen, wat peper en zout,
2 theelepels Maggi's Aroma.
Snijd het schapenvleesch ln nette blokjes
(als poulet) of laat dit door den slager doen.
Wasch het vleesch. zet het op met zooveel ko
kend water, dat het even bedekt is en voeg er
wat zout bij: laat het In de goed gesloten pan
Maak lntusschen de groenten schoon en schil
de aardappelen. Leg, nadat het vleesch 1 uur
gekookt heeft het ln vieren gesneden kooltje
er op. daarop de worteltjes, de in reepjes gesne
den selderijknol en de gesnipperde ul. Laat ol
ies samen uur zachtjes doorkoken, leg er dan
de ln vierdeparten gesneden aardappelen op en
onderzoek, of er nog voldoende vocht op den
bodem is. Leg bovenop de boter of het vet on
laat alles samen verdor gaar worden (nog on
geveer h uur).
Haak het gerecht op smaak af met de Maggi'B
Aroma en misschien wat peper en zout: schop
het met een schuimspaan over op den vleeeuh-
schotel (of in een dekschaal) en presenteer er
het nog ln de pan overgebleven kooknat ln een
sauskom bij.
GERECHTEN VAN SCHAPENVLEESCH
MET TOMATEN (4 personen)
600 Gr. (6 ons) mager schapenvleesch (tot
poulet gesneden) 60 Gr. boter, margarine of
vet (3 afgestreken eetlepels), 2 groote u-len. 2
dappelen. 4 flinke tomaten (of 4 eet-
ten pan ln de boter of het vet gaar smoren (I
uur). Voeg er het gewasschen vleesch bij. den
azijn en wat peper en zout; laat alles zachtjes
in de goed gesloten pan uur smoren, voeg er
latenpurée (of de
1 bij. de In vierdepi
lorzlen. Laat alles samen nog een goed half
uur zachtjes stoven, roer er ten slotte de Mag
gi's Aroma door en misschien wat peper en zout
en ijlen het gerecht dan op ln een dekschaal.
Presenteer er droge rijst, marcaroni of ge
kookte aardappelen bij.
GESTOOFDE SCHAPENLAPJES (4 personen)
4 schapenlapjes van 150 Gr., ongeveer 10 Gr,
(1 afgestreken eetlepel) zout, wat peper, 60 Gr.
(3 afgestreken eetlepels) vet. boter of marga
rine, 4 eetlepels dikke tomatenpurée. 1 ul. 1
kleine winterwortel, 4 dL. water met 2 Maggi's
bouillonblokjes.
Wasch de lapjes, droog ze af, wrijf ze In met
gesloten pan zachtjes gaar stoven (ongi
uur); schik dan de lapjes op een vleeachschotel
en presenteer de rest van de saus er afzonder
lijk ln een sauskom bij.
Geef bij dit gerecht gekookte aardappelen of
KOUDE APPELPUDDING
rr. zure appelen. 200 gr. suiker. 2 dL.
i lepel citroensap, 100 gr. geconfljte
w rmen tot de suiker opgelost Is. De appelen
schillen, van klokhuis ontdoen, in dunne schljf-
o... ilkerstroop toe-
i zijn ingekoo
appelen tot een jamachtige
iskende gerecht te zijn: de voorbeelden
oor'het grijpen, dat juist de ..sterlc'
remlddelen ter afwisseling
genoemde wild- i
irkensvleeschsooi
Men kan de kei
ten, die men zelt
weglaten. Men kan ook gedroogde appels
iaakt heeft of 2
PRflRFFRT Reclame MAATSCHOENEN
I IUULLI vannf f 20 bckro„nd J0H>
FFN^ MIIM KNETEMANN Voctkundlge
"I' Batavierenstraat 19a fb.d.
West Kruiskade), Rotterdam, Telefoon 32129
voor DAMES en JONGE MEISJES,
te ROTTERDAM, UTRECHT en 's-GRAVENHAGE.
aangesloten bij de in 1911 Kon. Goedg. Vereen, v. Modevak
scholen in Nederland. Opleidingsscholen voor Examen
KNIPPEN, NAAIEN en HANDWERKEN
voor eigen gebrnik. OCHTEND-, MIDDAG- en AVOND-, ln
CURSUS-, CLUB- en PRIVELESSF.N SCHOLEN te:
ROTTERDAM: Directrice Mevr. S. A. v. AMIJDE—PORS, Schietbaanlaan 99.
Spreekuren Donderdags van 24 en van 7—8 uur; Annastrca\ 5 (bij Av
Concordia), Spreekuren Dinsdags van 7-8; Boijerlandschelaan <0, Spreek
uren Dinsdags van 4—5 en Vrijdugs van 6-7 uur; Hillegersbsrg, Straat
weg 127, Spreekuren 's Maandags van 8—9 uur. Correspondentie-adres:
Schietbaan laan 114, Telefoon 33739.
Te UTRECHT: Directrice Mejuffrouw J. W. LAGENDIJK, Nieuwe Gracht 74,
Spreekuren: Dinsdags- en Donderdags van 4—7 uur.
Te 's-GRAVENHAGE: Directr. Mejuftrou'
Spreekuren: Dinsdags en Donderdags
FROSPECTI OP AANVRAGE AAN DE DESBETREFFENDE ADRESSEN