Jlirtuur $>iJkscl)e CTmtraat
BINNENLAND.
ABONNEMENT:
Per kwartaal i 3.25
(B-scliikkingskosten f 0 15.)
Per week 0-25
Bij dugolijksrhe zending 7.—
Alias bij vooruitbetaling
Losse nummers 5 cent
met Zondagsblad 7Vï rent
Zondagsblad niet afzonder lijk verkrijgbaar
Dagelijks verschijnend Nieuwsblad voor Leiden en Omstreker
jlureau: Breestraat 123 Telefoon 2710 (na 6 uur 3166) Postbox 20 Postgiro 58936
MAANDAG 26 OCTOBER 1931
No. 3491
ADVERTENTIEN
Van 1 tot 5 regels1.1'li
- 0-22Vi
van 1—5 regels 2.30
Elke regel meer0.45
Bij contract belangrijke korting.
Voor het bevragen aan 't bureau
wordt berekend 0.10
12e Jaargang
Uit nummer bestaat uit VIER blader
EERSTE BLAD.
ARBEIDERSPERS EN MEDE-
ZEGGENSCHAP.
Dn propaganda voor de sociaal-dcmocrati-
sche beginselen zou heel wat gemakkelijker
zijn wanneer er geen werkelijkheid in de
wereld was en niet iedereen, dagelijks,
tegen die onwrikbare muur moest aanbot-
sen
Immers, de voormannen der S.D.A.P. zijn
met zilveren, soms wel gouden koorden
aan het „kapitalisme" gebonden; en de
roode beweging leunt in al haar uitingfcn,
met volle zwaarte op de geldzak.
En nu gaat het met de SD.A.P. als in
de bekende rijmlooze strophe:
„Zij dronken heimelijk wijn; en predikten
openlijk water". Of, om het duidelijker te
zeggen: naar buiten gaat men te keer tegen
de kapitalistische wanorde en uitbuiting cn
in eigen huis predikt men het systeem als
democratische orde aan.
De medezeggenschap bij de Arbeiderspers
is daarvan het klaarste bewijs. Dat zeggen
niet wij maar dat is het oordeel van hen,
die het 'weten kunnen en die langzamer
hand tot de overtuiging komen: Arbeiders
pers beteekent de pers van de arbeiders,
welke bij, over en zonder de eigen arbeiders
heerscht.
Een zeker collegiaal gevoel belette ons
onlangs melding te maken van het feit, dat
de arbeidersinspectie op de drukkerij van
een roode krant ernstige overtredingen der
Arbeidswet moest constateeren; wellicht, zoo
spotte toen een blad terecht, waren die
arbeiders juist druk bezig aan een artikel
over het uitbuitsysteem onzer kapitalisti
sche werkgevers.
Doch, 't zou wel in orde komen, dachten
wij. Er is immers medezeggenschap inge
voerd bij de Arbeiderspers". Als we ons
£oed herinneren, dan heeft Het Volk
er hooggestemde lofartikelen over geschre
ven. Nu ja, 't was nog niet volmaakt, want
men moet altijd nog rekening houden met
de concurrentie; maar de arbeiders in dit
modelbedrijf hadden een rechtspositie en
een invloed gekregen, welke hun door alle
ander© journalisten typografen enz. benijd
zou worden.
Er gebeurden wel enkele dingen, welke
onze twijfel opwekten; doch alweer zwegen
wij: hij persoonlijkeconflicten zijn er al
tijd twee, soms wel drie mogelijkheden en
de buitenstaander moet daarom voorzichtig
zijn in zijn oordeel.
Doch nu het „Grafisch Weekblad"
de zaak in bespreking brengt, kan niemand
het ons euvel duiden, dat. wjjdit goede
gezelschap even opzoeken. Immers:-in het
Graf, Weekblad schrijven uitsluitend
roode typografen; dat zijn dus menschen,
die het roode beginsel en de roode pers
liefhebben doch tevens door hun. dagelijk-
srhe arbejd de macht van de in lood ge
stolde gedachte kennen- Vandaar ook, dat
de schrijvers trachten om „zoo sober
mogelijk de meening van het overgroote
deel van het technisch personeel te ver
tolken". Deze verstandige menschen hou
den niet van sensatie; die is goed voor
demonstratieve congressen.
Wij zullen ook sober zijn en niet te veel
citeeren; maar de schrijvers vragen elkaar
of „medezeggenschap wellicht beteekent-
verslechtering van arbeids-voorwaarden
voor de medezeggers??" En iemand, die het
reeds gebracht heeft tot „Lid-Ondernemings
raad" (die dus heel wat te zeggen moet
hebben), zet uiteen, dat juist nu, bij de
opbouw van de nieuwe organisatie had kun
nen blijken, wat medezeggenschap betee
kent; doch dat de arbeiders „in niets, i
dan ook in niets werden gekend".
En zijn sobere, maar sombere conclusie
luidt:
Zooals de medezeggenschap nu wordt
toegepast is zij veroordeeld vroeg ten
grave te gaan, omdat in het tijdsver
loop wat achter ons ligt tot aan de tot
standkoming van het instituut van over
leg, voldoende is gebleken, dat de leiding
van de N.V. „De Arbeiderspers" de mede
zeggenschap niet wenscht.
't Is tragisch gezegd: vroeg ten grave da
len; en het moet een heel groot graf zijn.
waarin de mummies der socialistische Uto
pia's bijgezet worden. Maaraan roode
rozen is er nog geen gebrek.
MEER NACHTARBEID.
Het Grafisch Weekblad moet in
één nummer niet te veel geven over de
idpale verhoudingen bij de Arbeiderspers.
Anders is het niet te verduwen.
Men zou zoo zeggen, dat een kolom zake
lijke opmerkingen over de medezeggen
schap, welke toch zoo schoon zou kunnen
zijn, voldoende was voor één week. Doch
het is niet alzoo. Het overkropt gemoed
moet zich over meer narigheid luchten.
De man, die over de arbeidsregelingen
aan de nieuwe groote drukkerij schrijft, is
uitermate bescheiden- Hij zal er zich niet
mee bemoeien. Maar hij kan niet zwijgen.
Want, als zijn inlichtingen juist zijn,
cn er is geen enkele reden om hieraan te
twijfelen, dan ligt het in de bedoeling
van de directie van „De Arbeiderspers"
om straks ook voor de handzpttcrs en
opmakers don nachtdienst om de week
in te voeren, in afwijking van de wette
lijke voorschriften, dat deze arbeiders
eenmaal in de drie weken, één week
nachtarbeid mogen verrichten. Al is hier
voor dan van den minister toestemming
gevraagd, dan wordt dit een verslechte
ring van den nachtarbeid.
Ja, dat is zoo duidelijk als wat. Voor zijn
plezier gaat men 's nachts niet werken.
Zelfs niet op het Hekelveld.
Er is echter nóg een ander bezwaar. De
schrijver ziet het heel goed: Deze nieuwe
regeling bij de Arbeiderspers bergt het
groote gevaar in zich, dat straks ook andere
vvreede kapitalistische, directies naar den
Minister gaan cn op gelijke behandeling
aandringen. Thans houden zij zich aan het
wettig voorschrift doch men begrijpt het
van zulke uitzuigers, die niets van mede
zeggenschap willen weten: als ze de kans
krijgen, dan gaan ze ook tot uitbreiding
an nachtarbeid over.
Daarom doet deze schrijver een ernstig,
vriendschappelijk beroep op de directie van
de Arbeiderspers:
„Laat zij deze verslechtering niet invoe
ren, want zij dupeert daarmee niet alleen
haar eigen, maar ook andere arbeiders aan
ochtendbladen."
Of het veel zal baten, ondanks de
„groeiende" medezeggenschap? Wij durven
het niet beloven. Doch wij zien wel iets
anders. Dit n.l-, dat de niet-roode Minister
van Arbeid de roode arbeiders tegen hun
roode heerschers beschermt; öf, als dat
niet het geval mocht zijn, dat dan de
S.D.A.P. later dezen Minister de slappe
handhaving der Arbeidswet verwijt en op
meer ambtenaren voor controle aandringt;
zoodat, hoe het ook loopt, er een mooi
stukje propaganda in schuilt.
De roode pers zal wat krom is, wel recht
praten.
OFFICIEELE BERICHTEN
RAAD VAN BEROEP.
Bij Kon. Besluit zijn benoemd tot plaats
vervangend voorzitter van den Raad van
3p (O.) te 's-Gravenhage mr. C Maris
en mr. C. L. Eld<eringr beiden advocaat en
procureur te Utrecht
ZEEDIENST.
Bij beschikking van den minister van De
fensie zijn de kapitein-luitenant ter zee 3.
S. C Olivier, de luitenant ter zee der le
klasse W. Harmsen, de luitenants ter zee
der 2c klasse J. P. van Doorn, II. C. Acker-
raann, J. K. Muller, A. J. Quanjer, jhr. H. A
N. A. van Adrichem Boogaert, J. H. P. van
Rosevelt en W. van Haaften, de officieren
den Marine-Stoomvaartdienst der 2e
klasse W. van Leeuwen Hermzn., J. B. Berck
■n de officier van gezondheid der le klasse
S. van Dam, overgeplaatst a. b. van Hr. Ms.
achtschip te Willemsoord;
is de luitenant ter zee der le klasse J.
Fruin geplaatst bij de marine kazerne te
Amsterdam
zijn de officieren van den marinestoom
vaartdienst der 2e klasse C. L. H. Vinckeu
en M. A. W. Bos overgeplaatst réspectieve-
lijk aan boord van Hr. Ms. Van Speijk en
naar de onderzeedienstkazerne te Will
is de luitenant ter zee der 3e klasse H. A.
V. K. baron van Lawick, dienende aan boord
Ilr. Ms. Gelderland ter beschikking gesteld
is de officier van gezondheid der 2e klasse
A. W. Mellema met een door den comman
dant der 'Marine te Willemsoord te bepalen
datum overgeplaatst aan boord van Hr. Ms.
wachtschip te Willemsoord;
is de luitenant ter zee der le klasse H.
Pitlo ter beschikking gesteld;
zijn aan boord van liet gouvernements
stoomschip tevens mijnenlegger Rigel ge
plaatst de luitenants ter zee 2e klasse A.
Kroese cn H. Isbrücker, de luitenant ter zee
der 3e klasse E. M. Homsoeld, de officier
van den Marinestoomvaartdienst der 2e
klasse G. de Jongh en de officier van admi
nistratie der 2e klasse J. C. W. Jobse.
Bij beschikking van den minister van De
fensie zijn de volgende mutaties gelast:
de luitenant ter zee der 2e kl. G. N. H.
baron van Till is geplaatst bij de Marine
kazerne te Amsterdam;
is de officier van den Marinestoomvaart-
dienst der 2e kl. ir. W. J. C. Smit geplaatst
a. b. Hr. Ms. Van Speijk;
is de officier van administratie der 2e kl.
P. Smit geplaatst bij de onderzeedienst
kazerne te Willemsoord;
is de officier van administratie der le kl
F. C. II. Schlamilch geplaatst a. b. Hr. Ms.
Schorpioen;
is de officier van administratie le kl. W.
Baars geplaatst bij de afd. Mariniers te Rot
terdam; is de officier van administratie 2e
kl. N. B. Spoor geplaatst bij de Marine
kazerne te Willemsoord; is de officier van
administratie 2e kl. S. Groot geplaatst a. b.
Hr. Ms. wachtschip te Willemsoord;
ie de officier van administratie le kl. J. G
N. Walter, dienende bij de afd. Mariniers te
Rotterdam, ter beschikking gesteld en is de
officier van administratie 1e kl. H. J. G. van
Giessen geplaatst te Willemsoord en toege
voegd aan den intendant der Zeemacht
CONSULAIRE DIENST.
De consul der Nederlanden te Winnipeg.
Canada, mr. L. J. F. van Riemsdijk, is met
verlof naar Nederland vertrokken.
De heer W. Th. Schortinghuis is belast
met de waarneming van het vice-consulaat.
Bij Kon. besluit is dr. C. Mcinecke be
noemd tot consul der Nederlanden te Bres
lau, buiten bezwaar van 's lands schatkist.
I-Ict ressort van hf.t "=nsulaat strekt zich
uit over de provincie Silezië.
ONZE MINISTERS
Minister Reymer zal zich heden naar de
Wieringermeer begeven, teneinde zich te
vergewissen van den voortgang der werk
zaamheden voor het in cultuur brengen van
den grond. De directie uit Alkmaar zal den
linister daarbij voorlichten.
Vervolgens zal de minister een bezoek
hrengen aan de overige Zuiderzeewerken,
in bet bijzonder aan die nabij Kornwerder-
zand, waar het dichten van een der sluis-
gaten van den afsluitdijk onderhanden is.
De havenbelangen van Rotterdam
VERSLAG DER RIJKSCOMMISSIE
DE FRANSCHE GEZANT
RECEPTIE DER ALLIANCE FRANqAISE.
In de salons van het restaurant „De oude
Doelen" te Den Haag heeft de Alliance
Fran^aise gegeven, aangeboden aan den
Franschen gezant en Mevrouw Kammerer,
tevens aan het bestuur en leden van de
Alliance FranQaise om aan de talrijke vrien
den gelegenheid te geven afscheid te ne
men van den. heer Kammerer bij diens ver
trek naar Brazilië.
SURINAMb
UITGAVEN EN ONTVANGSTEN 1928
Ingediend is een wetsontwerp tot vaststel
ling van het slot der rekening van de kolo
niale uitgaven en ontvangsten voor Suri-
ame over het dienstjaar 1928. De uitgaven
d f 8.212 706 hebben de ontvangsten ad
f 4.573.595 met f 3.639.111 overtroffen, liet
bedrag dat door een bijdrage uit 's Rijks
schatkist behoort te worden gedekt, is
f 2.835.255, d. i. f 72.870 minder dan het ge
raamde. In de dekking van het overige '.ai
nader door leening behooren te worden
voorzien.
BEGROOTING STAATSMIJNEN
1932
VOORLOOPIG VERSLAG
Volgens het voorloopig verslag over het
ontwerp tot vaststelling van de begrooting
van de Staatsmijnen in Limburg voor 1932
merkten sommi.ee leden op, dat hüikens het
•ermelde in het jaarverslag der Staatsmü
nen over 1930 de Staatsmijnen voor f 200 000
hebben deelgenomen in de N.V. Nedorland-
sche Steenkolen Handelmaatschappij te
Amsterdam. Zij vroegen, of het wel op don
weg ligt van de Staatsmijnen om zich hij
een onderneming, die biiitenlandsche kolen
invoert, te intcresseeren en aldus met riiks-
geld do concurrentie te steunen van die on
derneming tegen de eigen mijnindustrie.
Voorts achtten zij het een bezwaar van ne
deelneming door de Staatsmijnen in parti
culiere ondernemingen, dat regeering eti
Kamer geen controle hebben op de onder
nemingen, waarin die ondernemingen wem
op haar beurt deel hebben
Aan dit voorloopig verslag is toegevoegd
een nota van de lieeren Drop en Van dor
Heide over het opnemen van posten fen
laste van de Staatsmijnen voor ..jaarlijk-
sche subsidie aan kerkgenootschappen",
steun bij de stichting van nieuwe kerken
of nabij huizengroepen der Staatsmijnen
van patronaten enz. Zij zijn van oordeel,
dat thans de vraag of met deze subsidies,
die langzamerhand een aanzienlijk bedrag
ertegenwoordigen, moet worden voortg
aan, onder de oogen moet worden gezien
De beeren Drop en Van der Heide achten
het karakter, dat deze subsidies thans h°b
verkregen, in strijd met art. 172 der
Grondwet.
HAVENGEWEST GEWENSCHT
Verschenen is het Verslag van de Com
missie tot onderzoek naar de Havenbelangen
van Rotterdam en omgeving, welke commis
sie werd ingesteld bij beschikking van de
Ministers van Waterstaat, Binnenlandsche
Zaken en Arbeid, om een onderzoek in te
stellen naar de wijze waarop, zoo noodig met
toepassing van art. 194 der Grondwet, de
havenbelangen van Rotterdam en omgeving
het best kunnen worden behartigd, welk on
dorzoek mede had te omvatten de voorzie
ning in de behoefte aan handels- en indu
strieterreinen in verband me* de verscheping
an grondstoffen en goederen, aan verbin
dingen te land en te water en aan terreinen
oor huisvesting van degenen, die in het ha-
enbedrijf of de industrieën werkzaam zijn,
één en ander zooveel mogelijk in onderling
erband gefcien. m
Lid en voorzitter der commissie was mr.
P. Droogleever Fortuyn. burgemeester van
Rotterdam, terwijl voorts als leden zitting
hadden de heeren J. Brautigam, voorzitter
an den Centralen Bond van Transportar
beiders, te Rotterdam; ir. L. W. H. v. Dijk,
directeur van Gemeentewerken te Rotterdam
mr. dr. K. J. Frederiks, toentertijd admini
strateur bij het Departement van Binnenl
Zaken en Landbouw te 's Gravenhage; A.
J. M. Goudriaan, voorzitter van den Raad
Beheer van Van Nievelt. Goudriaan en
Co's Stoomvaart Mij.; prof. mr. dr. J. v. d.
Grinten, hoogleeraar aan de R.K. Universi
teit te Nijmegen; J. Wijnand Pippel, refe
rendaris bij het Departement van Arbeid,
Handel en Nijverheid (thans overleden); ir.
J. F. Schönfeld, hoofdingenieur van den
Rijkswaterstaat in het 4e arrondissement der
directie Groote Rivieren, te Rotterdam en A.
v. Walsum, burgemeester van Vlaardingen
Secretaris der commissie was mr. J. 't Veld,
administrateur ter gemeente-secretarie te
Rotterdam.
Het verslag op zichzelf is verdeeld in vier
hoofdstukken. Hoofdstuk I geeft een objec
tieve beschrijving van den bestaanden toe
stand, hoofdstuk II wil de bij de commissie
'ngebrachte bezwaren zooveel mogelijk ob
jectief weergeven. In hoofdstuk III deelt de
commissie mede. welke bezwaren zij zelf
den bestaanden toestand verbonden
ziet en doet zij voorstellen, strekkende (vn
tot opheffing van die bezwaren te geraken.
Hoofdstuk IV geeft ter wille vaTi de over-
ichtelijkheid een korte samenvatting van
de' voorstellen en conclusies der commissie.
Deze laatste zijn de volgende:
DUITSCHLAND EN DE BENZINE
De Kamer van Koophandel te Venlo heeft
een adres gericht aan de Ministers van
Arbeid en van Buitenlandsche Zaken waar
in in den breede wordt betoogd, dat naar
haar meening het heffen van invoerrecht
op benzine in reservoirs van auto's bi
binnenkomst in Duitschland niet is ge
rechtvaardigd, wanneer de in het reservoi
aanwezige hoeveelheid benzine enkel dient
voor eigen gebruik. Adr. verzoekt den mi
nisters dan ook met aandrang te willen
bevorderen, dat de toepassing van dezen
thans vanwege de Duitsche Regeering ge
nomen maatregel wordt gewijzigd en be
perkt tot die gevallen, waarin inderdaad
van invoer van benzine kan worden ge
sproken.
RIJKSPOSTSPAARBANK
Met ingang van 1 Januari 1932 treedt de
gewijzigde Postspaarbankwet in werking,
Dientengevolge zal met ingang van genoem
den datuni het rentegevend maximum niet
lanerer f 1200. resp. f 2400 bedragen, doch
f 2500, zoowel voor gewone inleggers als
voor vereenigingen, stichtingen en fondsen,
Ter wegneming van twijfel wordt er
drukkelijk de aandacht op gevestigd, dat de
rentevergoeding onveranderd op 2.64 pet
blijft gehandhaafd.
GESCHIEDENIS DER
HDLLANDSCHE ZEEVAART
NIEUWE AFDEELING IN RIJKSMUSEUM
Zaterdagmiddag heeft onder groote be
langstelling de opening plaats gehad van
een nieuwe afdeeling van het Rijksmuseum
gewijd aan de Nederlandsche geschiedenis
ter zee. Minister Terpstra sprak hierbij
de openingsrede uit. Ook Prof. J. H u i z i n-
ga voerde het woord, terwijl de plechtig
heid besloten werd door een korte toespraak
van den heer Schmidt Degen
hoofddirecteur vn het Rijks-Museum,
harte'ijke woorden van dank richtte tot
len. die aan de slichting van cleze nieuwe
v.'dce!iop> hebben medegewerkt
derrtaad in de ontwikkeling van het geheele
havengebied niet passen, het havengewest
daaraan paal en perk stellen. De bewuste ge
meente kan daaraan dus niet meer een ar
gument voor wijziging harer grenzen ont-
leenen.
Wanneer echter een gemeente voor de uit
voering van haar eigen plannen zich ge
noodzaakt ziet het oog te richten naar hui
ten haar grenzen gelegen gebied, rijzen
moeilijkheden, waaraan het havengewest
geen oplossing zal kunnen gevèn en die in
het algemeen alleen grenswijziging zal ver
mogen op te heffen.
Een dergelijke groei van de stad over
haar grenzen zal in vele gevallen met zich
mede brengen dat het lokale karakter van
de aangrenzende gemeente, op wier grond
gebied die uitgroei plaats vindt, geheel ver
andert, en daarmede ook de mootieven, die
pleiten voor handhaving van de bestaande
gemeente grenzen verloren gaan.
De commissie spreekt de meenlng uit, dat
Dk wanneer tot instelling van een havenge
west is overgegaan, het vraagstuk der ge
meentelijke indeeling daarmede niet is op
gelost.
Hooding der Regeering
Zonder in een beoordeeling te treden van
de bezwaren, welke van de zijde van B. en
W. der gemeente Rotterdam zijn ingekomen
inzake de door de Regeering tegenover die
gemeente aangenomen houding, veroorlooft
de commissie zich evenwel voor deze bezwa-
de ernstige aandacht van de regeering
te vragen.
Wegen in het havengebied
De commissie is voorts van meening, dat
de verbindingswegen in het havengebied
hooge eischen dienen te beantwoorden,
aangezien de verschillende havenbekkens
op betrekkelijk grooten afstand van elkaar
verwijderd liggen en de aard van het haven-
verkeer uitwisseling van goederen tusschen
deze havenbekkens onderling veelal noodig
maakt Zij meent, dat de hieruit voortsprui
tende bezwaren slechts kunnen worden ver
minderd door een soepel verkeersapparaat
De commissie erkent in dit verband de d*rin-
gende behoefte aan een tweede oeververbin
ding, welke een kortere weg zal beteekenen
van de havens aan den rechter Maasoever
naar den linker oever.
Wat betreft het verkeer te water acht zij
't wenschelijk, dat het verkeer op de rivier
de Nieuwe Maas wordt ontlast en zij kan
dan ook de bij de gemeente Rotterdam be
staande plannen tot het graven van een ka
naal van de Oude Maas naar de geprojec
teerde Rijnvaarthaven, afgezien van de tech
nische uitvoerbaarheid, welke nog in onder
zoek is, slechts toejuichen.
De Rljn-Maas-delta
Het is gewenscht, dat de eenheid' in de
ontwikkeling van het havengebied, gevormd
door de Rijn-Maas-delta bevorderd wordt en
alle in dit gebied werkzame krachten ïoo-
vecl mogelijk op hetzelfde doel gericht wor
den. Te dien einde zal een openbaar lichaam,
genaamd Havengewest voor het gebied
de Nieuwe en de Oude Maas, moeten worden
Ingesteld.
De twee voornaamste organen van
lichaam zullen zijn een Gewestelijke Raad
en een Dagelijksch Bestuur.
De Gewestelijke Raad zal de bevoegdheid
he 1 en een ontwikkelingsplan voor het ge
bied van het havengewest vast te stellen.
Tusschen eenerzijds de gemeentelijke uit
breidingsplannen en de krachtens de arti
kelen 45 e.v. der Woningwet vast te stellen
streekplannen en anderzijds het ontwikke
lingsplan. dat niet openbaar zal zijn e
zich zelf niet van rechtskracht voorzien
wordt, zal overeenstemming bereikt moeten
worden.
Wordt overeenstemming niet in der minne
bereikt, dan zullen Gedeputeerde Staten be
houdens beroep op de Kroon, beslissen.
Voor zoover en zoo lang de gemeentebe
sturen met betrekking tot de vaststelling er
herziening van uitbreidingsplannen actief
zijn, kan met het vorenstaande worden vol
staan. Met het oog echter op de mogelijkheid
dat zij de daartoe noodige medewerking niet
willen verleenen, is het van belang, dat de
Gewcestelijke Raad bovendien de bevoegd
heid verkrijgt om zelf streekplannen op den
voet van de Woningwet vast te stellen, ter
wijl Gedeputeerde Staten dien Raad de
plichting tot het vaststellen van zulk een
streekplan zullen kunnen opleggen. Heeft de
Gewestelijke Raad eenmaal een streekplan
ter inzage gelegd, dan zullen de bepalingen
der Woningwet inzake de vaststelling
streekplannen (>oor de daarin genoemde
commissies ten deele buiten werking treden
Bestonden voor dit gebied reeds streek
plannen. dan wordt het door den Geweste-
lijken Raad vastgestelde streekplan als
herziening van die plannen beschouwd.
Een belangrijke aanvulling op deze be
voegdheden vormt de eisch, dat voor den
aanleg van havens e.d. en de vestiging van
scheepswerven en fabrieken buiten bebouw
de kommen aan rivieroevers een vergunning
van den Gewestelijken Raad noodig zal zijn
welke alleen zal worden geweigerd,
neer door dien aanleg of die vestiging het
belang van een doelmatige ontwikkeling van
het geheele havengebied zou worden ge
schaad. Ook hier staat van de beslissing be
roep open.
Het havengewest zal nog met een aantal
andere bevoegdheden van minder gewicht
worden toegerust Teneinde te geraken tot
de instelling van een havengewest stelt de
commissie de regeering derhalve voor bij de
Tweede Kamer der Staten-Generaal eer
werp van wet in te dienen, waarvan de com
missie een voorontwerp overlegt, vergezeld
van een memorie van toelichting.
De annexatie-kwestie
De instelling van een havengewest zal de
tendentie tot grenswijziging verzwakken
doch grenswijziging zal in bepaalde geval
len noodig blijven.
Wanneer een gemeente bemerkt dat pi;
nen worden gemaakt voor buiten haar
grenzen uit te voeren werken en zij acht d
plannen met het oog op de ontwikkeling,
zooals z'i zich die voor het huiten haar gron
zen gelegen gebied gedacht heeft, onge
wenscht. dan kan, wanneer de plannen in-
Voornaamste Nieuws.
fblx 1).
Verschenen is het Verslag van de Com
missie tot onderzoek naar de havenbelangen
an Rotterdam en omgeving.
Grandi op bezoek in Berlijn.
De voorzitter van de Internationale Kamer
van Koophandel geeft de oorzaak van en de
remedie tegen de wereldcrisis aan.
Volgens bericht uit Stavanger zou een
Noorseh chemicus de Vitamine C ontdekt
hebben.
van het Belgisch brood.
Spoorweg-organisatie.
De commissie heeft kennis genomen van
de resultaten van het overleg, hetwelk heeft
plaats gevonden tusschen het gemeentebe
stuur van Rotterdam en de Nederlandsche
Spoorwegen en wenscht de uitvoering van
het daarbij ontworpen plan, dat voorziet in
een op zichzelf volledige spoorwegorganisa
tie aan beide oevers van de Nieuwe Maas,
zonder in de details te treden, aan te be
velen.
Zij meent, dat hierdoor voor het haven
gebied in de naaste toekomst een vlot spoor
wegverkeer mogelijk wordt gemaakt.
Waar de Spoorwegen voorts een zeer be
langrijke verbinding vormen van het haven
gebied met het achterland, heeft de commis
sie ook nagegaan, in hoeverre deze verbin
dingen wellicht nog verbetering behoeven.
dient, weshalve zij wil wijzen op de Zuide
lijke wegen, welke leiden naar het Duitsche
achterland en voor het verkeer met dit be
langrijke industriegebied de voorkeur ver
dienen boven de thans in hoofdzaak gebruik
te lijnen. Zij meent de vraag te moeten stel
len, of het niet wenschelijk is deze routes te
verruimen.
Het achterland.
Naast de Spoorwegen acht de commissie
ook de water- en landwegen, welke de ver
binding vormen met het voor de moderne
haven onmisbare achterland van groote be-
teekenis. Zij heeft dan ook gemeend in het
bijzonder te moeten aandringen op moder
niseering van de verbindingen met het Wesi
land, met de Zeeuwsche eilanden en met
Noord-Brabant In het bijzonder met deze
laatste provincie en met Limburg acht zij
goede verbindingswegen van groot belang.
Waar het verkeer te water voor het haven
gebied overwegend is te noemen, spreekt de
commissie de hoop uit dat het Julianakanaal
en het Twenthe-Rijnkanaal, welke water
wegen een verruiming van het achterland
van het onderhavige gebied brengen, spoe
dig voltooid zullen zullen zijn.
Industrialisatie van 't havengebied.
Ten slotte meent de Commissie te moeten
wijzen op de noodzakelijkheid van bevorde
ring van industrialisatie van het haven
gebied. Zij meent, dat de aard van het goe
derenverkeer niet in alle opzichten een ze
kere basis biedt voor de welvaart van Rot
terdam en omgeving en acht het mogelijk,
dat het verkeer door de vestiging van ver-
edelings-industrieën aan het havengebied
meer dan tot dusver gebonden wordt. Zij be
veelt de hiermede samenhangende proble
men in de bijzondere aandacht der betrok
ken autoriteiten aan.
Afwijkende meeningen.
De heer Brautigam acht op grond van
verschillende overwegingen niet te ontkn
men aan een ruime toevoeging van gebied
zoowel op den linker- als op den rechter
Maasoever, bij Rotterdam. Wordt hieraan
uitvoering gegeven, dan is een havengewes
voor het gebied van de Nieuwe en de Oude
Maas alleen dienstbaar ter breideling van
een onbeteugelde concurrentie tusschen Rot
terdam en Dordrecht, en indien deze ge
meente huiten de samenvoeging met Rotier
dam wordt gehouden, Vlaardingen.
Het komt den heer Brautigam voor, dat
hier wordt gestreefd naar een grootscheep-
sche regeling van een beperkt belang, waar
bij naar zijn overtuiging het beoogde doel
niet zal worden bereikt, doch wel het voor
gestelde havengewest een ernstige belemme
ring in het leven der genoemde gemeenten
zal zijn. Hij is dan ook geen bewonderaar
van het gedachte havengewest en kan met
zijn instelling niet instemmen.
Ir. Schönfeld knn met de hoofdlijnen van
het verslag instemmen, doch er is een be
langrijk punt ten aanzien waarvan hij een
zoodanig van dat der commissie afwijzend
standpunt inneemt, dat het hem niet moge
lijk is, dat verslag zonder voorbehoud te on
derteekenen.
Dit punt betreft de samenstelling van de
vertegenwoordigende organen (Raad en Da
gelijksch Bestuur). Van het dagelijksch be
stuur zou hij niet de volstrekte meerderheid,
maar een i. c. zoo groot mogelijke min
derheid willen doen kiezen uit de door de
gemeente Rotterdam benoemde leden van
den Gemeentelijken Raad, terwijl de benoe
ming var» deze iaatsten zoodanig dient te
geschieden, dat elk der drie groepen t. w. de
gemeente Rotterdam, de groep der andere
gemeente en de door dj Kroon of Ged. Sta
ten aangewezen groep voldoende van de
volstrekte meerderheid verwijderd is, waar
door het overheerschen van het belang of de
belangen van ee.iig onderdeel van het ge.
west zooveel mogelijk wordt voorkomen.
Indien aan de door de commissie voorgVï-
stane samenstellingen der organen zou moe
ten worden vastgehouden, dan zou misschien
een z. i. aannemelijke oplossing mogelijk
zijn door het gewest niet autonoom doch
zuiver adviseerend te maken. De besluiten
zouden dan in handen van de Kroon kunnen
worden gelegd, na hooren al of niet voor
geschreven van Ged. Staten van Zuid-
Holland. Hij zou dit echter slechts als een
noodoplossing kunnen beschouwen en aan
een veranderde samenstelling der vertegen
woordigende organen en een autonoom ha
vengewest verre de voorkeur geven, al ware
het alleen maar wegens den last, welke in
het andere geval op de centrale administra
tie zou warden gelegd.
NAT. VEREENIGING TEGEN
WERKLOOSHEID
De Nationale Vereeniging tegen werkloos
heid heeft Zaterdag te Amsterdam verga
derd, teneinde van gedachten te wisselen
over de wettelijke regeling van de verzeke
ring tegen werkloosheid, zullen naar aan
leiding van uitgebrachte prae-adviezen van
de heeren I. G. Keesing en mr. P. W. J. II.
Cort v. d. Linden.
Na een uitvoerig debat waarin men niet
tot een eenparige conclusie vermocht te ko
men, heeft Mr. Cort v. d. Linden er op ge
wezen dat verschillende sprekers wel bepleit
hebben wat zij wenschelijk achten, maar zich
niet hebben afgevraagd of die wenschelijk-
heden te verwezenlijken zijn in de maat
schappij waarin wij nu eenmaal leven, en
dat pogingen, om het koste wat het kost.
zijn ideeën te realiseeren, onherroepelijk zou
den moeten uitloopcn op vergrooting der be
staande ellende.
AMSTERDAM
VERKEERSVEILIGHEID VOOR DE JEUGD
Evenals verleden jaar zal ook in dit win
terseizoen voor ouderavonden en voor ver
gaderingen van buurt- en speeltuinvereeni-
gingen de gelegenheid openstaan zich omtrent
het verkeer en de verkeersgevaren, vooral
voor de kinderen, te doen voorlichten.
Eenige onderwijzers zullen aan de hand
van een serie lichtbeelden voor bovengenoem
de bijeenkomsten van ouders het verkeers-
vraagstuk en de verkeersveiligheid behandelen
Aanvragen tot het houden van zulk een
lezing met lichtbeelden moeten schriftelijk
worden ingediend bij de Onderwas-Subcom
missie der Verkeerscommissie Bureau Ver
keerswezen, Overtoom 37/43.
HELPT ALLEN MEE
ONS BLAD
IN DE GEZINNEN TE BRENGEN
WAAK HET BEHOORT