a Villa- en Landhuizenbouw ie Oegstgeest ;,-.>dPICU« l: in het PRINS HENDRIK-, JULIANA- en ORANJEPARK Geverssfraaf 61 (e Oegsfgeesf BOUWCREDIETEN BESCHERMT ALLE GEBOUWEN TEGEN HlTTE - KOUDE - VOCHT - LAWAAI aBATIS 6ESKUNDIO AOVIES N.V.ProduchnSGrondstoffenHmij. AMal ErfOAMSarphatikade - Tal. 34824 - ót824 ROTTERDAM: Stationsweg 37o - Tslat. 11690 BOUWBLAD No. 126 (Verschijnt eiken Maandag) MAANDAG 26 OCTOBER 1931 ^TRIPIEX! Plan voor goedkoope woningen Hoogere lasten voor de thuiswerkers. Rapport van Ir. Keppler Naar aanleiding van de berichten omtrent «en door den directeur van den Woning dienst te Amsterdam, ir. A. Keppler sa mengesteld rapport over bewoningstoestan- den in Oost en West aldaar, reeds uitvoerig in deze kolommen besproken, verzocht de architect C. Hellingman Jr., om plaats om de in genoemde berichten gegeven cijfers en conclusies nader te bezien. Aan zijn beschouwingen in „De Tijd" ontleenen wij het volgende: Uit de buurt rondom het Mercatorplein en in de nieuwe Indische B:urt, heeft men tus schen 250 en 300 willekeurige perceèlen onderzocht, zonder dat vooraf ecnige bijzon derheid over de daarin gelegen woningen bekend was. Aangenomen 3rd. dat vier kinderen in één slaapkamer konden slapen, hetgeen even j wel in verband met de afmetingen van de vertrekken niet steeds mogelijk was. De j werkelijke toestand was dus in sommige gevallen ongunstiger dan in dit rapport wordt voorgesteld. Waar de bestaande vereenigingswoningen gemiddeld ten minste f ö.üU moeten kosten, hetwelk voor de toekomst tot f 0,30 zal dalen, en volgens oflicieele gegevens een grootere woning, voor gezinnen met zes of i meer kinderen f 1.40 per week méér aan j huur zal kosten, wordt de zelf dekkende! huur van een grootere woning in vereeni gingsbouw f 7.70 per week. Waar de lagere huren in West en Oost voor het meerenueel vaneeren resp. om f 8.en I 7.25, zullen J de bewoners bij een groote toepassing van vereenigingsbouw niets van een huurver- laging merken, want de huren van de groote vereeniginswouingen zijn niet lager dan de goedkoopere woningen van de particuliere bouwnijverheid, waarin de prijsverlaging van de laatste maanden nog niet verdiscon teerd is, zulks in tegenstelling met de ge noemde t ïkomstige hu_rpri. .1 va., ue ver eenigingswoningen, waarbij dit wèl het ge- Maar er is nog een ander facet. Aan wo- Dingen met een lagere huurwaarde dan f 8 per week is, gezien het zéér geringe aantal leegstaande woningen, een groot gebrek. Van de woningen in huren tot f 8 per week staan slechts driekwart procent leeg. Terwijl een percentage van 3 door velen als wenschelijk beschouwd wordt. Uit het rapport blijkt, dat er vele gezinnen zijn,, die het bedrag van de huur van hun woning niet kunnen verwonen, maar door onderhuur en gebruik als werkplaats van een der vertrekken, het door hen gehuurde perceelsgedeelte meer productief moeten maken, hiernaast is nog een groote groep van gezinnen, die blijkbaar geen hoogere huur kunnen betalen en daarom in te kleine woningen huizen; terwijl er bovendien nog zeer velen zijn, die een te nooge huur ver wonen. Waar de te verdrijven gezinnen in Oost en West naar verwachting resp. ong. f 7.25 en I 8 per week huur betalen en de woningen voor gezinnen met 6 of meer kinderen van de woningb-uv creer'gmg.n v^io-ons Ue ai- verse publicaties f 7.70 per week moe ten doen, is het niet te vcrwacnien dat de te verdrijven gezinnen voor dezelfde kosten als zij nu -rwonen een nieuwe grootere woning zullen kunnen betrekken, want be halve de te betalen woninghuur moeten zij ook een bedrijfsruimte hur.n en dt ■ven zij bovendien ook de inkomsten van de onder huur. De voorgestelde regeling zal dus veel zwaardere lasten op de schouders van de gezinnen leggen. Zeer '.ek«-r zullen Ue om standigheden in een woning zonder een inwonend persoon en waar binnenshuis geen bedrijf wordt uitgeoefend beter zijn dan in fie onderzochte gevallen, ook zullen deze betere omstandigheden de meerkosten wel waard zijn, echter bestaat het bezwaar dat de betreffende gezinnen meerdere kosten krijgen. Hiermede is deze in het rapport aan bevolen oplossing, omdat deze voor de be treffende gezinnen meer kosten medebrengt \eroordeeId. Het zal mogelijk wezen de betreffen Je ge zinnen voor de door hen betaalde nuur in \oldoenue groote woningen van won'ng- bouv vereonigingen onder te brengen, n aar net is op deze wij te niet mogelijk om de «- verdrijven gezinnjn voor de dooi ten erwtendb huur, dus i a aftrek van hel door l en ohtvargene wegens ondaibuur, behalve oen wor.ing óók nog een wukplaats te geven Verbetering zonder verhooging. De oplossing van de moeilijkheden van de onvoldoende huisvesting dient te worden gezocht in verbetering van de huisvesting zonder verhoogingpder kosten. Het verschaf fen van een woning en van een geschikte bedrijfsruimte dient zelfs te geschieden voor een lageren prijs dan nu door deze gezinnen besteed wordt, omdat de omstandigheden uitwijzen dat vele gezinnen reeds nu boven hun draagkracht wonen. De in het rapport geboden oplossing geeft wel woningen voor den prijs die tot nu toe door de gezinnen besteed wordt maar de gcmeentcl.^ve werk plaatsen kc '.en f 2 50 ner week, v.elk be drag de lasten van de gezinnen te zeer zou verhoogen, bovendien zijn, gezien de be staande onderhuur en het uitoefenen van bedrijf binnenshuis de tegenwoordige lasten voor deze gezinnen reeds te hoog. Dat in deze richting een oplossing gevon den kan worden volgt uit de verslagen van de behandeling van de gemeentebegrootin- gen der laatste jaren en uit het verslag van het onderzoek in de afdeelingen van de begrooting voor 1932. Te dier plaatse worden verschillende plannen en ontwerpen ge noemd, waarover, niettegenstaande een wethouderlijke toczaggine. nog gc.n ._pport openhnnr gemaakt is. De H deze .s.agen genoemde huurprijzen -vijzen erop dat het door deze ontwerpers mogelijk geacht word» om in West en elders op opgehoogde gronden woningen met drie slaapkamers te bouwen in huurprijzen van gemiddeld f 6.60 per week en om op onopgehoogde gronden der gelijke woningen te bouwen in huurprijzen van gemiddeld f 5.35 per week. Tellen we bij het laatstgenoemde bedrag nog do huur voor een werkplaats ad f 1,75 per week op, dan zal in deze complexen een woning met drie slaapkamers èn een afzonderlijke werk plaats komen op f 5.35 plus f 1,75 is f 7.10 per week; hewelk nog beduidend lager is dan de huur van een enkele groote woning in den vereenigingsbouw. O nze huidige binnenhuiskunst Men kan wat de binnenhuiskunst ten onzent betreft, de laatste jaren duidelijk drieërlei richting herkennen, welke zich aldus onderscheidt: le. die van de Klerk (Kramer e.a.); 2e. die van W o u d a (Spanjaard e.a.) en 3e. die van Rietveld (v. Ravesteyn e.a.) Elk hunner stelde zich een scherp om lijnd beginsel. Vergelijkende komt Otto van Tussenbroek in de Groene tot het volgende Inzicht: a. Er is bij eerstgenoemde groep steeds een neiging merkbaar tot wat men zou kunnen noemen: het uitbuiten der vorm- mogelijkheden van het houtmateriaal enz. in een verlangen naar verrijking en versie ring van het meubel dat als zoodanig wordt opgevoerd tot een kunstwerk waarin de ont werper zijn gansche persoonlijkheid en kunstzinnig vermogen uitspreekt. De lijnen zijn zwenkend en buigend, een donkere soms zwoele kleur overheerscht en het binnenshuis maakt steeds een vollen indruk. Men dicht als het ware de beschik bare ruimte, met zwaar meubilair. Een zekere geslotenheid is hier het treffend kenmerk. b. Bij laatstgenoemde, derde groep, lijken veeleer de vertrekken van het binnenhuis ietwat leeg. Tegenover de artistieke vrijheid, ja schilderachtige, romantische wanorde, welke bij eerstgenoemde richting wordt aangetroffen, is bovenal systematiek en or delijkheid bij hetgeen deze groep bereikt opvallend. Men heeft meer eerbied voor de ruimte (in navolging van de Duitsche na- huren noemde men ook ten onzent de nieuwe richting: Ruimte-Kunst) en men schiep meubels waai men, althans voor liet grootste deel, dwars doorheen ziet, immers men maakt bij tafels veelvuldig gebruik van spiegelglazen bladen, gedragen duoi betrekkelijk dunne stalen buizen. Ook de zitmeubels zijn lichter en open. Het binnen huis maakt een minder gesloten indruk, de kleur is licht en het is in wezen overzich telijk als e: l machine want er is niets te veel maar ook niets te weinig in verband mot hetgeen men bij de functie der bewo ning noodig heeft. Rationaliteit is hier het sterkste kenmerk. c. Tusschen deze belde groepen in staat het streven van Wouda. Men zou hetgeen hij in zijn binnenhuiskunst bereikt kunnen rangschikken als zijnde beheerscht door de zelfde beginselen, welk levend zijn in den archiiectonischen arbeid van een Berlage. een Dudok. De door hem ontworpen meu belen en de naar zijn aanwijzingen ver zorgde intérieurs zijn strak en streng, er is steeds een samenspel van onversierde vlak ken en klaar en overzichtelijk wordt aldus het eindresultaat, waarin een verlangen valt af te lezen naar een aaneensluitende rankschikking van het meubilair dat steeds een vierkant karakter vertoont waarbij ten slotte beheerschte eenvoud aan de orde i« Zoo is dus Wouda als binnenhuiskunsxe- naar een zoeker naar rust en naar even wicht Ook op doelmatigheid is zijn streven gericht en menig vertrek, dat aanvankelijk zonder eenig stijlbegrip was gemeubeld heeft hij kunnen omtooveren tot een woon ruimte, waarin het goed is te vertoeven, menige doodgewone suite werd door doel bewuste rangschikking van het meubilair met veel succes verbeterd en steeds trefl daarbij het zuivere gevoel voor verhouding en de opmerkelijke aanleg voor ruimte- beheersching. Wouda's voorkeur gat uit naar het blanke eiken. Wie dat eikenhout (naar vaderland- schen trant!...) donker gerookt wensclu kan op zijn mede erking niet rekenen! Het gaat hem om de lichte kleur van het hout, onderbroken door donker palisander en hier en daar een vlak van effen, sprekende kleur, rood of blauw, in z.g. slijplak (dat is lak- verf welke in dunne lagen telkens geschuurd wordt) of wel in snuitlak (cellulose-verf, welke wordt opgespoten); het gaat hem om rustige tegenstellingen van licht en donker, ook de bekleedingsstoffen zijn steeds effen evenals de gordijnen en vloerbedekking, terwijl de wanden licht-getlnt zijn. Er is eenheid tusschen deze laatste en uen vloer en het plafond. Het grondplan van het vertrek als zoodanig, waar dus „verkeers ruimte" moet open blijven, is op een zoo danige wijze ingedeeld dat men nimmer den indruk van opzettelijkheid of gewild heid verkrijgt (het bizarre ligt Wouda niet)' en wie zulk een grondplan op teekenin? beziet krijgt den indruk dat alles in zulk een kamer staat, zooals het staan moet gehoud van werkgelegen heid voor eigen volk Behoud van werkgelegenheid voor eigen volk. We zoutten het ook wat minder parlemen tair kunnen uitdrukken: „het hemd zit nader dan de rok". 't Is een Nederlandsch spreekwoord, ont staan naar aanleiding van eigen opvattin gen. verhoudingen en zeden. Naar vermogen dient men de werkgele genheid voor eigen volk te behouden. Wij zeggen naar vermogen, omdat wij het ver staan dat aan dat vraagstuk meer dan één zijde zit Op'een gewestelijke vergadering van den Bouwvakarbeidersbond te Sittard werd in een motie het verlangen belichaamd en ter kennis van de Regeering gebracht om maat regelen te nemen tegen buitenlandsche werkkrachten. Een in Limburg ingesteld onderzoek wees n.l. uit dat daar ettelijke duizenden buiten landsche arbeiders in het bouwbedrijf werk zaam waren. Het geuite verlangen was dus redelijk te noemen. Veel resultaten van deze actie zijn echter niet bereikt Wel heeft de Minister van Prijzen van f lO.-- tot f IS.— per M2. Zandbodem. Alle terreinen voorzien van gas, Electrici- teit, Duinwater en Rioleering. Uitstekend onderwijs. Lage belasting. Alle verdere inlichtingen verstrekt de Direct,e Arbeid zich tot de organisatie van wekge vers gericht met het verzoek zooveel moge lijk Nederlandsche arbeidskrachten te werk te stellen. Onderstaand persbericht doet in dit ver band toch wel zonderling aan: „Naar aanleiding van eenige berichten, volgens hetwelk aan de R.K. Bouwver- vereeniging „Volksbelang" te Sas van Gent, d'io met steun van het Rijk een complex arbeiderswoningen gaat bou wen. en in het bestek wilde bepalen dat uitsluitend Nederlandsche werkkrachten mogen worden tewerkgesteld, vanuit Den Haag zou zijn bericht, dat een dergelijke clausule niet toelaatbaar is. is ons bij informatie gebleken, dat inderdaad be zwaar wordt gemaakt tegen beperking van den aannemer in de keuze van werkkrachten bij den bouw van arbei derswoningen met Rijkssteun, aangezien de ervaring heeft geleerd, dat elke zoo danige beperking leidt tot verhooging van den prijs en daardoor ten nadeele komt van de arbeiders, voor wie de wo ningen bestemd zijn". We hebben hier dus te doen met een R.K. Rouwvereeniging, die het verzoek van don Minister wil inwilligen, door zelfs in het bestek te bepalen, dat uitsluitend Neder landsche werkkrachten mogen worden te werk gesteld. Dezelfde Regeering subsidieert dien bouw schept dus nieuwe werkgelegenheid, maar heeft er geen bezwaar tegen, nu duizenden Nederlandsche bouwvakarbeiders werkloos zijn, dat eventueel Belgische arbeiders dat werk bezetten. Maar 't geschiedt om wille van goed koopere woningen, zal menigeen opmerken. Dit blijkt toch duidelijk uit het geciteerde bericht Of de woningen metterdaad goedkooper zullen worcten nu ook Belgische arbeiders het werk kunnen bezetten, valt in een kort bestek moeilijk te bewijzen. Daarvoor zijn meerdere gegevens noodig, waarover we ihans niet beschikken. Maar wel is het ons volslagen onbegrijpe lijk dat deze doeltreffende maatregel voor behoud van werkgelegenheid voor eigen arbeiders niet de goedkeuring kan weg dragen van onze Regeering, die bij monite van den Minister van Arbeid den Nedcr- landschen werkgevers verzoekt om Neder landsche arbeidskrachten aan het werk te stellen A. J. BOON'S BOUWBEDRIJF Apeldoornschelaen - Hoog Buur oostraat Mooie standen Inlichtingen: Lage huren Kantoor van Diemenstraat 196» Den Haag Telefoon 331112 N.V. HOUTHANDEL v/h Firma J. G. ALBLAS WADDINXVEEN TELEFOON No. 6 Opslagplaats ROTTERDAM aan dan ZWAANSHALS h 203-205 - ïelal. Kt. 40091 ADVERTEERT N.V HET ONDERLING CREDIET IN DE Gevestigd te Rotterdam HOOFDSTEEG 39 h. Toerijstuin Opgericht 1865 BOUWWERELD £)e behoefte aan bouwcredieten Over dit vraagstuk schrijft Herbert Hoover in de Zaanlandsche Crt. het volgende: Het bouwcrediet slaat terug op vele open bare en particuliere werkzaamheden en op een van de meest belangrijke dingen, n 1 ons geldwezen. De tegenwoordige malais^ heeft duidelijk aan hét licht gebracht, hoe onbevredigend de organisatie onzer bouw credieten is, vergeleken met die der andere credieten op het gebied van handel, indus trie en zelfs hypotheken op het boerderij- bedrijf. Het aankoopen van een eigen woonhuis volgens een regeling, die in de praktijk neerkomt op een afbetalingsstol sel, vereischt een eerste en gewoonlijk ook nog een tweede hypotheek. De bouw- en credietinstellingen hebben op dit gebied groote diensten bewezen, doch zij kunnen den last niet alleen dragen zonder hulp. De eerste hypotheken, die vroeger op zoo grooie schaal de geldbelegging van spaar banken en verzekeringsmaatschappen vorm den, ondervonden de laatste jaren wat dat betreft groote concurrentie van staatsle ningen en andere beleggingen. En behalve dat hebben velen nog behoefte aan een tweede hypotheek- In dezen tijd van uitbreiding op allerlei gebied, die aan deze malaise voorafging, moest men op deze tweede hypotheken in clusief commissie en andere onkosten in vele steden 20 tot 25 pet. per jaar afbetalen. Hierdoor zagen velen af van het aankoopen van een eigen huis, terwijl anderen hun verplichtingen niet konden nakomen, zoo dat hun huizen moesten worden verkocht. Het gevolg is. dat de tegenwoordige depr^s- ste i\ dadelijk een groote werkloosheid ver oorzaakte in het bouwvak en de aanverwan te bedrijven. T ijdstip van inwerkingtreding der Gewijzigde Woningwet We lezen in het Weekblad v. h. Recht No. 12342: In W. 12339 deelden wij onder hoofd „Wet ten, besluiten, circulaires enz." mede, dat krachtens K. B. van 7 September 1931, S. 393, in dat nummer van het Stbl. is bekend gemaakt de tekst der Woningwet, zooals deze laatstelijk is gewijzigd bij de Wet van 9 Juli 1931, Stbl. 266. Wij voegden daaraan toe, dat de gewijzigde wet in werking treedt op bij K. B. te bepalen tijdstip. Men wijst ons van geachte zijde er op, dat dit laatste niet juist is. Daar wij, bij nadere overweging, de gegrondheid dezer critieK moeten erkennen, laten wij hieronder de motivecring daarvan volgen. „Weliswaar bepaalt art. 79 der gewijzigde wet: „Deze wet treedt in werking op een nader door Ons te bepalen tijdstip", doch dit arrtikel is niet anders dan art. 60 der wet vóór de daarin bij wet van 9 Juli 1931 i gebrachte wijzigingen en „Deze Wet" in Iart 79 beteekent dan ook de oorspronkelijke wet, zoodat de werking van het artikel In het verleden ligt. „De Wijzigingswet van 9 Juli 1931 is, krachtens art. 2 der Wet A. B., in werking I getreden op 19 Aug. 1931, behalve de art. I XXI, XXXII, XXXIII, XXXV, XXXVI en XXXVII, welke volgens art XXXIX in wer- king treden met ingang van den dag, waar op de Woningwet 191S (Stbl. 379) ver- valt. Deze wet vervalt, zooals eveneens in I het W. 12339 wordt medegedeeld, behoudens I eenige artikelen, op 12 Maart 1932. „Op grond van art 3 der wet van 26 April 1852, Stbl. 92, zal men moeten aannemen, dat de gewijzigde nummering van de Wo- I ningwet verbindend zal worden op den 20- -ten dag na 21 Sept 1931, dat is dus op 1 11 Oct 1931". jQ)e financieering van het Rijkswegenplan De uitvoering van het Rijkswegenplan'32 wordt geraamd een bedrag van meer dan 400 millioen gulden te zullen kosten. Zulk een raming strekt zich over te veel en te verscheiden objecten uit en grijpt te ver in de toekomst om voor een practische en voorzichtige financiering van nut te kun nen zijn. Zij is weinig meer dan een slag in de lucht Noodig is, dat men zich een klaar begrip vormt van de Rijkstaak in b.v. de eerst volgende tien jaren en dat een zeer scherp onderscheid gemaakt wordt tusschen wer ken te betalen uit de gewone middelen en die uit de kapitaaldienst. Uit den kapitaaldienst mag alleen be taald worden de zeer geleidelijke opbouw van het snelverkeerswegennet zoodanig uit gevoerd, dat men de volkomen zekerheid heeft dat het ook aan toekomstige edschen ruimschoots zal voldoen. Op korten termijn kan geleend worden indien dit onontbeerlijk is, voor het ver beteren van een bestaanden weg tot sur rogaat-snel verkeersweg. Alle overige verbe- teringsvverken benevens het onderhoud dienen bekostigd te worden uit de midde len van den gewonen dienst De Inkomsten Waaruit bestaan de inkomsten? Bij toe passing van het serum tegen de lintbe bouwing zullen er vier bronnen, zijn nl.: le De Rijksbijdrage uit de gewone mid delen; 2e. het Rijksdeel uit de opbrengst van de wegenbelasting; 3e. de opbrengst van de bouwbelasting voor het bouwen in de Rijkswegenzóne* 4e. de opbrengst van de straatbelasting voor gebouwde eigendommen, rechtstreeks uitweg hebbende op de Rijkswegen. De splitsing welke men nu behoeft wordt door ir. A. A Mussert C.L als volgt aan gegeven: a. de geldmiddelen, welke ten goede komen aan den kapitaaldienst; (snelver keerswegennet met de groote overbrug gingen); b. de geldmiddelen, welke noodig zijn voor den gewonen dienst en eventueele leeningen op korten termijn; (onderhoud en verbetering van het tegenwoordige Rijks wegennet). Voor de geldmiddelen bedoeld sub a zullen beschikbaar gesteld kunnen worden: le. een deel van de Rijksbijdrage uit do gewone middelen; 2e. een deel van het Rijksdeel uit de op brengst van de wegenbelasting; 3e. de geheele opbrengst van de bouw belasting. Voor de geldmiddelen bedoeld sub b zul len beschikbaar gesteld kunnen worden: le. het overige deel van de Rijksbijdrage uit de gewone middelen; 2e. het overige deel van het Rijksdeel uit de opbrengst van de wegenbelasting; 3e. de geheele opbrengst van de straat- belasting voor Rijkswegen. Laat ons deze verdeeiing van naderbij bezien. Dat de Rijksbijdrage uit de gewone mid delen verdeeld zal moeten worden tusschen beide diensten behoeft geen toelichting. Wel doet zich de vraag voor, of 't billijk is de opbrengst van de wegenbelasting ten deele aan den kapitaaldienst ten goede te doen komen. Immers een zeer belangrijk deel van de wegenbelasting wordt gevormd door de rijwiêlbelasting. terwijl het rijwiel volkomen ge\yeerd zal worden van de nieuwe snelverkeerswegen. Hiertegenover kan worden opgemerkt, dat de snelver keerswegen noodig zijn mede door de aan wezigheid van de fietsen op de gewone wegen en dat naar mate de automobielen verhuizen naar de snelverkeerswegen, de fietsers met minder levensgevaar kunnen verkeeren op en langs de overige wegen. D« verhouding tusschen de automobiel en het rijwiel, is die, van hond tot kat en het is een kat wel wat waard om den fox- terrier veilig opgeborgen te weten. De bouwbelasting, verschuldigd voor het optrekken van gebouwen in de Rijkswegen zóne, zou geheel ten goede komen aan den kapitaaldienst Dit is ook niet meer dan billijk. Is niet de lintbebouwing de voor naamste oorzaak van de noodzaak tot het maken van een apart wegennet voor auto mobielen? Had men deze belasting maar twintig of desnoods maar tien jaar gele den ingevoerd en de opbrengst daarvan voor fondsvorming aangewend dan zou men nu al een niet onaardig kapitaal hebben om de financiering van het snel verkeerswegennet te kunnen beginnen. Trouwens, hoe meer men doorgaat met bouwen langs de Rijkswegen, des te sneller zal het snelverkeerswegennet moeten wor den tot stand gebracht. De opbrengst van de straatbelasting zou geheel ten goede komen aan het onderhoud van de Rijkswegen, hetgeen m volkomen overeenstemming is met de bedoeling, waar mede men de straatbelasting heft, nl. het verkrijgen van een tegemoetkoming in de kosten van onderhoud van den Rijksweg welke tevens gebruikt of misbruikt wordt als straat Op grond van de verwachtingen voor de naaste toekomst ten aanzien van de groone van de middelen, welke ten goede zullen komen aan den kapitaaldienst en aan den gewonen dienst, zullen plannen opgemaakt kunnen worden voor de werken, welke in de eerste tien jaren zullen worden uitge voerd ten laste van ieder van deze diensten Men zal weer vasten bodem onder de voeten voelen en bevrijd zijn van de onaan gename gewaarwording, die men krijgt bij het ontwaren van een gat, waarvan de omvang niet te meten, noch de diepte te peilen ls. H oe H.H. Architecten aan werk komen of een nieuw Duitsch informatiebureau. Architect M. I. van Engelen, B. N. A. schrijft in Van Bouwen en Sieren: „Hoe heeren architecten aan werk kunnen komen of een nieuw Duitsch Informatiebureau." Bij mijn bezoek aan de laatste Jaarbeurs werd mijn aandacht getrokken door een gesneden Madonnabeeldje van een Werk- 6tatte te Oberammergau, die op deze beurs een stand had. Al spoedig raakte Dt itf gesprek met den vertegenwoordiger en zooals gebruikelijk noemt men zijn naam en kwaliteit Zoo spoedig de man het woord architect hoorde werd ik uitgenoodigd om plaats te nemen en werd mij ongeveer bet volgends medegedeeld: Met een architect kunnen wij zaken doen. Wij komen o.a. hier op de Jaarbeurs her haaldelijk in aanraking met Heeren Pas toors, die b.v. een beela willen koopen. Bij het gesprek wordt door zoon pastoor los gelaten, dat hij een kerk of een ander gebouw moet bouwen. Welnu bij ons zijn namen van verschillende architecten be kend, waarmede wij in relatie staan (en hij noemde mij namen, waaronder van ds meest vooraanstaande en ln den vervolg* zal mijn naam ook wel genoemd worden). Met deze heeren hebben wij de volgende overeenkomst: Neem aan een pastoor verspreekt zich of laat Iets omtrent zijn bouwplannen los; enkele uren daarna wordt per expresbrief aan een der architecten dit plan medege deeld en de architect kan zich gewapend met zijn ontwerpen naar het slachtoffer begeven om te trachten de opdracht meester te worden. Zulk een geheim wordt sleclita aan één architect verklapt omdat de l.eeren anders wellicht gaan concurreeren. Het ge heele geval is strikt vertrouwelijk. Daar moet natuurlijk iets tegenover staan! De architect verbindt zich morrel om het beeldhouwwerk of snijwerk op te dragen aan bedoelde firma mits de prijs niet verschilt met dien van een HollancT- sche firma. Is de firma de laagste en zou de voorkeur gegeven worden aan Neder landsch Fabrikaat, dan mag de architect zijn opdracht behouden en is niet tot schade vergoeding verplicht! Ik had natuurlijk onmiddellijk mijn ver ontwaardiging kunnen uitspreken over een dergelijke „kaufmannische" handelwijze (in Duitschland werkt men op dezelfde wijzn, werd mij verzekerd) doch ik meende in dit geval beter te doen te zwijgen en een en ander ter kennis te brengen van de collega's. I-Iet Haagsche Gemeentelijk Grondbedrijf In een vergadering van den Middenstands besturenbond te Den Haag, voerden de hee ren van Kesteren en van Dongen het woord om krachtig te pielen voor in tensieve bemoeiing van de Kamer van Koop handel en Fabrieken, o.m. met de ontwikke ling der grondpolitiek der gemeente Den Haag. Waar van meerdere zijden wordt opge merkt dat in het Haagsche Gemeentelijk grondbedrijfsvraagstuk een sterke politieke inslag zit, meenden genoemde heeren. dat in het voetspoor hunner actie meer dan tot heden moet worden geageerd. In het grond- bedrijfvraagstuk zitten alle symptonen, die de toekomstige maatschappij-inrichting in sterke mate anti-middenstands, d.w.z. tegen het particulier initiatief, kunnen beir.vloeden Stedelijk, nationaal- en internationaal verweer is noodzakelijk, willen op den duur de ambtenaren geen vrij spel krijgen en den weg banen voor de bekende socialisatie, welke men allereerst op het gebied van den onroerenden eigendom beoogt. Uitgebreide discussies over het vraagstuk volgden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1931 | | pagina 11