N N.V. „H. BERGER'S HOUTHANDEL" ■M,C»STINIS SfijfP'R» Decorateur GEBR. GRAVESTEIJN BETON- VAN WANING Co. ROTTERDAM ENCI-CEMENT NI A. M P0K0€EI[IIHI@IFË €1 MUM TT A. VAN WIJNGAARDEN ZONEN BOUWBLAD No. 119, PAO. MAANDAG 7 SEPTEMBER 1931 VESTIGT II TE UILLEGEBSBCBG Inlichtingen bebouwing aan den Terbregscheweg te Hillegersberg bi) J. C. HENRI VAN INGEN Vlietstraat 8 b r- Rotterdam Telefoon 11748 Bouw- en Waterbouw kundig Bureau A. H. v. WIJNGAARDEN Leede179-R0TTERDAM-T#l. 56380 ieuwe zakelijkheid aan de West-Varkenoordscheweg te Rotterdam Het verhuizingsbednjf van 3 Fa. Warnaar in een nieuw en modern pand ondergebracht. Plannen en uitvoering van Gebr. Uyterlinde te Rotterdam Staande boven op den oprit bij den W. Varkenoordschedijk verrast ons een bouw werk, dat geheel afwijkt van het gewone type wat daar reeds gebouwd-werd. Reeds tijdens den bouw waren we al nieuwsgierig wait dat toch wel worden moest We zagen n.1. heel andere materia len toepassen dan gewoonlijk voor derge lijke bouw worden gebruikt. Zoo werden do gevels alle in kalk zandsteen gemetseld, en later afgepleisterd met portland-cement. Het gebruik van stalen ramen is zeer zeker een verbetering, hoewel wat minder glasroeaen, b.v. groote middenrusten, pretti ger zouden doen. Da deuren zijn tot het eenvoudigste terug gebracht. Nergens onnoodige paneölen of lijstwerken, beter kam het niet Bij de toepassing van het nieuwe zou het ook wel aardig geweest zijn, dit in deri ge heel en bouw door te voeren, wat separaties enz. betreft waarom nog houten schotwerk Een noviteit is ook het toepassen van sta len ramen in volkswoningen. De architectuur en de uitvoering was in Öit geaal in handen van één firma n.1. de gebr. Uiterlinde. De bedoeling van den architect is waar schijnlijk geweest eens een proef te nemen met andere dan de tot nu toe gebruikelijke materialen. De tijd zal moeten leeren in hoeverre deze beter voldoen dan onze fraaie Hollandsohe baksteen. Wij vragen ons af of de bepleistering op dé gewoonlijk nogal gladde oppervlakte van de kalkzandstoen op den duur zal houden en niet er afbladde ren. Wij hadden de toepassing van pleistei werk liever gezien op gew. beton. Heeft de architect dit niet willen nabootsen? Van de oprit af gezoen doet het geheele ge-vafl wel levendig aan. Beneden staande lijkt het ons een wenig doodsch. We stellen ons al een heel© straat voor op deze wijze uitgevoerd. Die zou er oi. veel te somber uitzien. Laten we hopen, dat de welstand commissie ons daarvoor behoede. Een an dere material enkeus zou er yeel aan kun nen verbeteren. toe te passen, wanneer er nieuwe materia len zijn waarvan het effect fraaier is cn toch niet duurder. Wat de indeeling van den bouw betreft, deze is zeer economisch. Beneden is de grond tot de laatste centimeter benut, voor het bedrijf van den heer Warnaar, hetwelk hier zeer comfortabel gehuisvest is. Verder zijn er boven de parterre-ruimte woningen geprojecteerd van een goede in deeling en fraaie afwerking, Ook is er boven een gedeelte van de pak huizen een meubelbergplaats gemaakt, ter wijl ook een smederij in het plan onderdak heeft gevonden. In ieder geval kan de heer Warnaar te vreden zijn, want zijn pand trekt de aan dacht, omdat het afsteekt tegen de vrijwel onbeteekenende architectuur der omgeving en dat zal voor hem wel een voorname fac tor zijn. Wanneer zijn materialen even modern zijn als de stijl van zijn panden, twijfelen we niet of zijn onderneming zal bloeien. Den architect geven we den raad voor taan bij denzelfden stijl wat frisscher en vroolijker materiaal te kiecen. Bouwen moet weer de leus worden Sociologische wandelingen door Rotterdam. Rotterdam lijdt, onder meer, thans aan een acute wondmgcrisria Tal van sympto men de dezer dagen uitgebroken kleine .epidemie van huurdersstakitngen o.a. zijn een aanwijzing van de ziekte. Trou wens in 't algemeen zal wel niemand, die eenigszins op de hoogte is, aan haar be staan twijfelen. Het is ndet de eerste maal, dat wij ons in zulk een crisis bevinden. Maar wed is het de eerste maal, vergis ilk me niet, dat zij zich voordoet bij of ondanks een dalend of althans stilstaand bevolkingscijfer. Wanneer mien enlkele getallen raad pleegt, die, zooals steeds met getallen 't geval ie, wel niet allies, ja zelfs niet veel, maar toch wel iets zeggen omtrent het in gewikkelde complex van menechelijke om standigheden, waarvan zij een tipje van een sluier aflichten, dan ziet men dat de nertto-evoningvermeerdering in iedier geval in de laatste jaren snel daalt. In 1926 nog 6000; in 1927 ruim 5500; in 1928 2825; in 1939 ruiiim 2300; in 1930 gem 900 meer. Op 31 Dec. JJL stonden 3748 woningen of ongeveer 2.5% van het totaal aantal leeg, hetwelk volgens de heeren woningstatastici reeds éen laag percentage is. Maar men mag wel aannemen, dat van deze 3748 leeg 6taande woningen een zeer groot aantal tot de duurdere behooren, in hu'urklaesen bo ven wat het gemiddelde arbeidersgezin len zij niet nog veel meer steun noodig hebben om eenigszins te kunnen blijven •leven. Dus, zou men zeggen, er moet en er kan goedkoop gebouwd wyden. Alles moet daarop worden gezet, te meer, daar, zooais de geschiedenis van alle crisissen leert, de herleving van het bouwbedrijf meteen een stimulans zou zijn voor allerüed takken der productie. Bovendien: een groot gedeelte van de nu nog bewoonde goedkoope wo ningen in de oude stad en in de nieuwere wijken, na '70 ontstaan, beantwoorden in geen enkel opzicht meer aan de matagste e;sóhen, die men aan volkswoningen dezen tijd mag en moet stellen. Zij liggen voor een groot deel in sombere, leelijke, reeds veel te hoög bebouwde stra ten, die licht nog uitzicht Weden. Achter die straten liggen in vele gevallen nog hofjes of achterwoningen, die niemand nu meer zou kunnen bouwen en die alle behoorden te verdwijnen. Kortom: de bestaande en toch reeds zeer onvoldoende woningvoor raad van goedkoope woningen is voor een zeer groot deel ook nog slecht en onvol doende en eigenlijk alleen maar vo< braak geschikt? Voor welk gedeelte? Nie mand behalve misschien de Woning- dienst weet het. Want het criterium, dat B. en W. voorstellen aan den Raad doen om bepaalde woningen onbewoonbaar te erklaren, is geen criterium uit een sociaal imissie schreef dezer dagen in de N. R. Ct, een ingezonden stukje waarin deze heer betoogde, dat alle huishuren feite lijk hier ter stede te hoog zijn geworden voor de inkomsten van de verschillende categorieën bewoners en daarna de vraag stelde, of men van de zijde van het gemeen tebestuur dit niet bevorderde. „Zooals bekend is, weet men aan den gemeentelijken dienst van Volkshuisvesting precies hoeveel woningen er te Rotterdam leeg staan, alsmede den huurprijs dezer leegstaande woningen. Zou een dergelijke statistiek niet in verbapd kunnen staan met het al of niet uitgeven van bouwgrond? Het heeft mijn aandacht wel eens getrokken dat gelijk met een vermeerdering van leegstaan de woningen de uitgifte van grond werd stopgezet. Blijkbaar mag er geen overpro ductie zijn, daar anders, door de concur rentie, huurverlaging zou komen en alzoo én de verhuurder, én de hypotheekgever financieele schade zouden lijden. Het even wicht is daardoor verbroken tusschen huur der en verhuurder, en de huurder is aan de grofste willekeur van den verhuurder over geleverd." Het stukje is voor iemand, die een zoo belangrijke en, althans vroeger, eervolle positie als lid der Gezondheidscommissie heeft bekleed, erg onbeholpen gesteld, zoo dat men, wat dit betreft, haast aan de juist heid der kwalificatie zou twijfelen. Maar bovendien: is het niet wat al te veel „Mac- chiavellisme" ten onrechte draagt de groo te Italiaan nu eenmaal het "Viium van wat en een hypocritische politiek zou kunnen noemen bij een gemeentebestuur, dat, naar het heet, zoo sterk onder sociaal-demo- cratischen invloed staat en dat in ieder ge val twee leden dier partij in zijn gelederen telt, veronderstellen, wanneer men, zooals hier geschiedt, aanneemt, dat dit gemeente bestuur expres de belangen van wat men in den volksmond huisjesmelkers noemt en van het hypotheek-kapitaal zou dienen ten koste vannu ja, van het grootste deel der proletarische bevolking, ten koste van al de zedelijke, geestelijke en lichamelijke ellende aan slechte woning toestanden ver bonden? Neen: deze veronderstelling lijkt at te gewaagd. Dat het gemeentebe stuur welbewust het stagneeren van den woningbouw zou bevorderen, is, om rede nen van psychologischen en politieken aard, moeilijk aan te nemen. Maar het feit, dat de woningnood er is, wordt daarmee niet uit de wereld geholpen en 't is dunkt mij, gewenscht, ja plicht, om ulles te doen, wat mogelijk is, ten einde weer uit de stag natie, waarin wij ook op dit gebied thans verkeeren, te geraken. Bouwen moot weer de leus worden. Doch, nu door de voorloopige nieuwe stag natie in de Blij dorp-plannen allee opnieuw stilstaat, is het misschien wel goed nog eens te herinneren aan wat van bev.iegde zijde in de jaren, diie toch nog zoo lang niet achter ons liggen, is opgemerkt, naar aan!eliding van een toestand, die ook toen nijpend was. Ik bedoel daarmee bij rapport der commissie tot onderzoek der woning-voorziening^ ingesteld door het be stuur van het Dep. Rotterdam der Maat schappij tot Nut van 't Algemeen, geduren de den oorlog, toen de woningvoorziening ook spaak was galoopen, een rapport waar van het eerste gedeelte nog gedurende den oorlog, in Juni 1918 verscheen, maar het tweede voor ons doel belangrijkste in Februari 1920. Het is een n-u nog altijd uitermate belangrijk en lezenswaardig stuk. dat, voorzien met de handteekeningen van mannen, die ieder op dit gebied theo retisch of practieoh hun 6poren hadden verdiend., ook thans misschien nog meer licht verspreidt over hetgeen zou bunnen worden verricht dan menigeen denkt. U't de Tijdschriften staande woningen in de lagere huurblas- sen ot f 35 per maand ongeveer, nog veel kleiner zal zijn dan 2.5. En volgens de wetenschappelijk nu eenmaal zoo'n beetje vaststaande normen wil dit zeggen, dat er v oningnood heerscht in de lagere huur- kiassen. Aan middensrtandewoniingen en daire huizen as er daarentegen wel geen gebrek, eerder overvloed. Onze woning6tati6tisohe gegevens al thans die welke gepubliceerd worden zijn zeer onvoldoende, aldus het Weekblad voor Rotterdam. Maar deze algemeene con clusie mag men toch wel, diunikt mij, trek ken, dat onze groote arbeidersstad, met een overwegend proletarische bevolking, thans in een tijd ven diepe economische malaise, groote werkloosheid en dalend loonpeil voor belangrijke categorieën der arbeiders bevolking althans aan precies hetzelfde euvel lijdt als waaronder zij ook vroeger gebukt ging in perioden toen de bevolking nog snel toenam. Erg mooi is dit niet. Want het zou, nu de bevolking in 't alge meen niet mee-r toeneemt en ook de arbei dersbevolking over 't algemeen wel zoo ongeveer zal stagneeren, vergeleken met vroegere perioden van snelle toeneming door oven-schot van immigratie boven emi gratie, op 't eerste gezidht gemakkelijker en mogelijker moeten zijn om in de behoef te aan goedkoope en tooh eenigszins behoor lijke woningen te voorzien. Economisoh ge sproken behoorde het (hiuurpeil der arbei ders woningen te dalen. De groothandelsprij zen, die na den oorlog ongeveer 3 maal zoo hoog waren als in 1913, het leat6te vóór- oorlogsoh-e jaar van voorspoed, zijn nu weer gedaald tot het peil van dat jaar. Men mag dus wel aannemen, dit er nu heel wat goedkooper gebouwd kan worden dan omstreeks 1920. De massa's werkloozcn moeten goedkoop gehuisvest worden, wil den tijd van den ergs ten woningnood na den oorlog hebben B. en W. van hun be voegdheid om voorstellen te doen tot on-be- woonbaaxvenklariiig haast geen gebruik gemaakt. In de laatste jaren is de wet, wat clit betreft, weer beter toegepast. Maar de Woningwet evenmin als de gemeentelijke bouwverordening stelt niet zoodanige eischen, dat een groot aantal der nu nog bestaande en bewoonde woningen in heel dat groote stadsdeel, -dat ik zooeven noemde, er door zouden kunnen worden uitgescha keld, zooals de huidige sociale en hygiëni sche overtuigingen feitelijk zouden eischen. Wij zitten dus om zoo te zeggen met een groot aantal Rlechte volkswoningen uit vroegere decenniën opgescheept, en die volkswoningen worden, in een tijd, dat er behoefte is aan huurvermindering, steeds meer gezocht, aangezien er geen nieuwe, goedkoope worden bijgebouwd. Waarlijk een vicieuze toestond. En geen wonder, dat daaruit botsingen voortvloeien, zooals er nu al een paar zijn geweest en nog meer drei gen te komen. Een oud-lid der Rotterdamsche Gezond- Prof. Ir. R. II A. Schoemaker schrijft in Bouwbedrijf over hypermodernen schoorsteenbouw, d.w.z. de Zeta-bouwwijze, waarvan het karakteristieke is, dat de zuur- bestendige steenen dusdanig gevormd zijn, dat de daarmede samengestelde vlakken in staat zijn buigspanningen op te nemen, zon der dat de daarbij gebruikte kit-specie welke uitsluitend dienst doet tot zuurvaste dichting der voegen op trek wordt be last, alhoewel deze specie zeer goed in staat is trekkrachten op te nemen, zooals nader met cijfers zal worden aangetoond. Een rechte of gebogen wand, opgetrokken van Zeta-steenen, bestaat uit groote I-vor- mige stukken en kleine deuvels, welke met hol en dol in elkaar passen. IJezelfdJe schrijver prijst Willem Brouwer als een apostel der waarheid in de kunst en zegt o.a: Vaststaande op den nuchteren werkelijkheidslbodem blijft hij de bouwkunst als de reflex van het leven zuiver aanvoelen en heeft hij zijn kunnen niet laten verworden onder den invloed van plastiek-modegrillen, zooals verscheidene zijner kunstbroeders, die zich helbben laten inspireeren door primitieve negerplastieken en nu met hun in steen vereeuwigde ge drochten het smaak- en het kunstgevoel be derven. Gratie van vorm, of gevoelige strengheid is zelfs niet te waardeeren in de ze als nachtmerries aandoende uitbeeldin gen, welk door den ,,man in the street" evenmin begrepen wordn als door de kun stenaars zelf, die in hun niets inhoudende vormenspraak het artistieke tot het vul gaire verlagen. Brouwers plastieken zijn inderdaad bouwplastieken, welke ook door kleur en structuur in harmonie zijn met de architec tonische schepping van den bouwkunste- Het Is de groote "verdienste van Brou- w e r, dat hij steeds zichzelf is gebleven, waar en waarachtig strijdend tegen deca dente zinnelijke modestroomingen, welke de edele reine gevoelens van den mensch trachten te verdrinken- De hartelijke verstandhouding tus schen de min of meer rood gekleurde en de van roode smetten vrije architecten, blijkt SCHEEPMAKERSSTRAAT 55 - DEN HAAG - TELEF. 772240 BINNEN- EN BUITENLANDSCHE HOUTSOORTEN IEPEN, BEUKEN, EIKEN, NOTEN, ENZ. uit de mededeeling, dat Philips voor de licbttechnische lezingen te Amsterdam voor architecten wel den B. N. A., Architectura en Dr. Acht heeft uitgenoodigd, doch niet de N. I. V. A., omdat eenige B. N. A.-leden bezwaar maakten om gelijktijdig met de I. A. V.-leden deze lezingen bij te wonen. Voor deze laatsten worden nu in 1932 der gelijke lezingen georganiseerd. (De houding van den B. N. A. kunnen we geenszins bewonderen. Onnoodig nog te zeg gen dat ze ook allesbehalve verstandig is. Red. de Bouwwereld). DUDOKS RAADHUIS. In het Bouwk. Wkbl. Architectura, dat geheel aan Dudoks Raadhuis van Hilver sum is gewijd en talrijke fraaie afbeeldin gen en goede plattegronden bevat, zegt ir. A J. v. d. Steur o.a.: In het vacuum, dat na de zich openba rende verzwakking van de Amsterdamsche school dreigde te ontstaan, bleek Du ic-ks werk opnieuw een positieve daad en een belofte. Aan het zoo overtuigend naar voren treden van een persoon zijn in onzen tijd verschrikkelijke bezwaren en gevaren ver bonden. Onze tijd mist >het bindend> gees telijke fond, waarop een stijl steunt, daar om is onze tijd nog steeds stijlloos. En in de plaats van den stijl treedt de mo de. Zoo was het ook nu. Dudok zal het zelf zoo goed weten als wij, dat op de „Amster damsche" mode de „Dudok"-mode is gevolgd en dat die mode. even kortstondig als de vorige, voorbij is en het grilde der zooge naamde modernisten, dat in naam der mo derne bouwkunst eens ge-De-Klerkt en daar na ge-Dudokt heeft, bouwt nu wit en plat en in ijzer en glas en het verguist Dudok. De werkelijk sterke talenten worden er echter waarlijk niet minder van dat hun naam ophoudt als vlag te dienen voor een bonte horde van min of meer oppervlakkige navolgers. Wanneer een van diegenen, die eens op deze wijze in bet volle licht heb ben gestaan, daarbij het hoofd niet heeft verloren, maar het besef heeft behouden van de tijdelijkheid van die algemeene toe" juiching en begrepen heeft dat niet dit het is, maar de trouw aan zichzelf en zijn in nerlijk begrepen en doorleefde roeping als kunstenaar, die ten slotte de waarde van zijn werk bepalen zal, dan wordt hij er niet slechter van, wanneer het lawaai om hem j heen verstilt en hij min of meer alleen blijft. Juist na het afsterven van den uiter- lijken glans der Amsterdamsche school kunnen wij langzamerhand gaan csien, wie en wat daarin een waarde voor langer tijd dan een ééndagsglorie in zich heeft gedra gen. Ook om Dudok voltrekt zich een soort gelijke kentering; moge hij trouw blijven aan zichzelf. In onzen tijd, die geen algemeen geldend geestelijk bezit heeft, zal de ontwikkeling van den kunstenaar tot een grootere hoog te vanzelf deze vereenzaming tot gevolg moeten hebben. Maar dit behoeft in het ge heel niet te beteekenen, dat de waarde van wat de kunstenaar produceert, vermindert of verloren gaat. Het staat hoogstens maar dit geldt dan ook juist van het beste werk min of meer buiten en boven de beweging; 't weerspiegelt de be\yéging van zijn tijd niet minder dan 't werk, dat nau wer aansluit aan de leuzen van den dag, alleen het doet dit op een gansch andere manier. Zoo is het met Dudoks Raadhuis Wan- ïer iwfij het voltooide werk vergelijken met de prachtige teekeningen, die wij indertijd zoozeer bewonderd hebben, dan blijkt het direct, dat hij zijn oorspronkelijke concep tie is trouw gebleven, uiting als deze was van zijn visie op het Raadhuisvraagst.uk, betrokken op dit bijzondere geval. De sug gestieve wijze, waarop hij er in slaagde, deze visie te belichamen in een rijke massa compositie van groote allure, blijkt in den tijd nog weinig of niets van haar overtui gende kracht te hebben ingeboet; en hij de uit- en doorwerking van dit gegeven is evenmin iets verloren gegaan van de fris- sche spontaneïteit van den eersten opzet. Dit is bet. wat bij Dudok telkens opnieuw weer treft en boeit; zijn vasthoudende vol making van de technische uitvoering, zijn altijd weer opnieuw frisch en onbevangen aanzien van de materiaalkeuze en verwer king, zijn steeds opnieuw openstaan voor nieuwe mogelijkheden van de techniek, en: het boven alle luchthartig en onverant woordelijk experimenteeren uit ernstig over wegen en doordenken van die mogelijkhe den. Alleen daardoor is het verklaarbaar, dat hij in zijn werk een gave Afheid te bereiken, waarin dit mag ik gerust zeggen geen van ons, tijdgenooten hem weet te evenaren. Bij zijn onmiskenbaar en groot kunnen als kunstenaar voegt zich bij hem een vakmanschap van den eersten ram/p, dat hem hoog heft boven alle lflei- neering van anderen, die van „het vak" weinig meer kennen en erkennen dan de leuze van den dag. Ik geloof, dat dit werk van Dudok inder daad de belofte heeft ingelost, die wij er. nu zeven of acht jaar geleden, toen hij zijn plannen de wereld inzond, in hebben ge zien. Het is niet weinig, als men in onze da gen zeggen kan, dat een bouwplan na zoo veel tijd nog niet verouderd blijkt En dat het, in die jaren, mèt de invloeden, die natuurlijk toch in zijn verwerkt, zijn e heid niet verloor, toont, dat de maker zijn werk, al die jaren door, heeft weten te doen meegroeien met zichzelf en met zijn tijd. Oranjeboomstraat 66 - mm 15336 U.IIHM.»!!—O. ROTTERDAM Postrekening 51551 van 4693 op 3971, terwijl het getal werk zoekenden steeg van 17.930 tot 22.058. Viel in 1929 van Mei tot en met Augustus nog een periode van aanmerkelijk verhoogde vraag te constateeren, in 1930 zag men het in geen jaren waargenomen verschijnsel, dat bijvoorbeeld in het schildersbedrijf in de beste seizoenmaand nog een 50-tal werk looze schdilders 6tond -ingeschreven. Te oord-eelen na-ar de verminderde plaat sing van metselaars, timmerlieden en schi-l d-ers in het buTgerwerk, heeft dit onderdeel van het bouwbedrijf wel met de meeste moeilijkheden te kampen gehad. Een eigenaardig en niet voor alle onder- deelen verklaarbare tegenstelling is waar, te nemen tussohen d-e ongunstige positie op de arbeidsmarkt en de uitkomsten der bouwsta-tistiek in den Haag. In 1929 wer den n.1. ge-bouwd 2848 perceelen met een globaal bedrag aan bouwkosten van f 30 -mitt-lioen tegen 2585 met een bedrag van rond 28 mil-lioen gulden in 1930. Men ziet dus hi-er een daling op de arbeidsmarkt met pl.m. 18 pCt. tegen een van pl.m 7 pCt in de plaatselijke bouwnijverheid wat de bouwkosten betreft. J. WARNAAR - Rotterdam Verhuizingen en Transporten WestVarkenoordscheweg 101 Telefoon 10224 Handel in grind en zand. j^alaise en arbeidsbemiddeling Verschenen ie bet veaslag van de Ge meentelijke Arbeidsbeurs den Haag over 1930. Daarin lezen wij het volgerwie: In de cijfers der Arbeidsbeurs weerspie gelt zich de malaise, die het zakenleven :n 1930 teisterde. De aanvragen van werkge vers om personeel liepen terug van 37310 in 1929 tot 35.422 in 1930. De plaatsingen van 28.862 tot 27.304, terwijl een toeneming van het aantal werkzoekenden viel te con- etateeren van 59.311 tot 68.389. Vergeleken bij het gemiddelde van ge heel Nederland maakt de Residentie een niet ongunstige uitzondering. Het aantal aanvragen van werkgevers dealde met plm. 5 pCt.; gemiddelde van Nederland 8 pCt het aantal voldane aanvragen van werk gevers daal-de met 2.9 pCt, gemiddelde van Nederland 10 pCt. Vooral werden getroffen de Bouwbedrijven. De bemiddel In-gecljf ere in het bouwbedrijf geven een ongunstig beeld van het afg- loopen jaar. Vergeleken met 1929 liepen de plaatsin gen en de aanvragen om werkkrachten terug respectievelijk van 4790 op 3950 en lIWiKKOiC NADORSTSTRAAT 10-18, TEL 61961, «OTTERDAM N.V. HOUTHANDEL v/h Firma J. G. ALBLAS WADDINXVEEN TELEFOON No. 6 Opslagplaats ROTTERDAM aan den ZWAANSHALS No. 203-205 - Telef. Ro. 40091 N.V. M.J F EENSTRA'S CAPELLE A/O IJSSEl j. X.TEL. 21 mmkm. 43Prima Belgische KLUITKALK Telefoon 32246 GIPS en CEMENT Rotterdam Scherp concurreerende prijzen N.V. KON. ROTTERDAMSCHE V.H. IJZER MAATSCHAPPIJ TELEF. 21094 (3 lynen) FILIAAL ENSCHEDE GEWAPEND BETON EN BIJKOMENDE WEEKEN MAASTRICHT NEDERLANDSCH FABRIKAAT Vertegenw. ROTTERDAM i Co s OMSTREKEN: AEL3RECHTSKADE 147b TELEFOON 30404-30233 A. VAN WIJNGAARDEN ZONEN TELEFOON 57650 2 njnan) Sedert 1B64 het gezochte kwaliteitsmerk DliCKERHOFF ..NORMAAL" Vraagt bij spoedeischend werk het snelverhardend cement DliCKERHOFF „DOPPEL" Rotterdam. Delfisdiestraat I2B. Tel. "t"?

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1931 | | pagina 11