ifer dkVrun^)
Over de meisjesopvoeding
Handwerken
VRIJDAG 28 AUGUSTUS 1931
Wanneer h'et gaat om de regelrechte J vrouw betreft, vlak voor, voor een deel reeds
raag: voedt de school het meisje op voor in een tijd van belangrijke evoluties?
gezinstaak, dan kan het antwoord heusch
el kort zijn. Laat ik maar dadelijk zeggen
at ik niet eens geloof, dat iemand zou Wil
li probeeren de stelling te verdedigen, dat
Lagere School voor de gezinstaak op-
jedt, laat staan opleidt. Er is zoowat niets
het L. S. leerplan dat in het huishouden
pas komt, dan alleen wat praktisch ge-
even Physica-lessen. Eenige elementaire
laar dan ook duidelijk en degelijk eringe-
ampte begrippen over warmteleer, electri-
iteit, kracht, atmosfeer enz. en verder wat
rondbegrippen van gezondheidsleer (niét
ens in alle scholen ook in het vervolgonder
rijs onderwezen), zijn eigenlijk zoowat het
•nige uit het schoolonderwijs dat voor het
Drdeelkundig en denkend huishouden dage
jks te pas komen kan, afgezien natuur-
jk van de grondkennis, het lezen, schrijven
rekenen dat elk mensch in het dagelijks
ven ten allen tijde gebruiken kan.
Maar veel meer kan de L. school dan ook
nmogelijk doen; aanbrengen van huishou-
elijke vaardigheid is haar onmogelijk.
Laat ze de kinderep om beurten het
:hoollokaal schoonhouden (heusch, ik heb
iet alles bij ervaring, mocht als kind op een
luishoudschool zoowel mee lokaalbeurten
lebben, als later in mijn eigen klas probee-
cn, hoe ver men in dezen komen kan met
inderhulp), dan zal dit altijd moeten gaan
werkmanier die in het gewone huis-
louden toch geen toepassing vinden kan,
elfs niet bij benadering kan de school de
luismanieren volgen.
Neem andere dingen, die meer geëigend
chijnen, om alvast aan kinderen te worden
inderwezen, bijv. het verstellen, dan zal dit
het klasverhand uitteraard zoo systema-
isch en over-nauwkeurig moeten geschie-
len, dat de moeders er thuis al mee spotten
erwijl de kinderen nog in hun leertijd zijn,
het voor de kinderen zelf de later te ver-
irijgen vaardigheid (en vooral de liefde tot
iet werk) eer verminderen zal dan bevor-
leren.
;eef nu deze dingen maar beknopt
lan, maar mocht iemand 'eraan -twijfelen of
nochten dé vakmenschèn er''een ander oor
deel over hebben, dan kan men ons gerust
Bchrijven, en zullen we op het punt in
kwestie met alle liefde nog eens bijzonder
lijk en hopelijk duidelijker willen ingaan.
Wat ik trouwens vroeger reeds meer uitvoe-
ig in vakbladen heb gedaan.
Tenslotte nog een bewijs uit het ongerijm-
stel dat de school (hierbij nu nog een
twee jaar vervolgonderwijs bij te reke-
ïen) kon opvoeden of opleiden voor huls-
ïoudelijken arbeid en het geleerde door het
neisje niet allen kunnen of willen toch
hun bestaan zoeken in huishoudelijke be
trekkingen, velen vinden arbeid daarbuiten
school, kantoor, winkel of fabriek, niet
geregeld kan worden onderhouden, dap zal
tegen den leeftijd, dat het meisje door hu
welijk voor de taak van huisvrouw komt
staan, intusschen de huishoudelijke ar
beid zich zóózeer hebben gewijzigd, dat het
geleerde voor een zeer groot deel niet moer
toepassing te brengen is, en dus meer
ballast dan waarde heeft Immers is
altijd en overal veel moeilijker iets gc
leeren, wanneer men daarvoor eerst verkeer
de gewoonten en manieren heeft af to lee-
ten.
Om hierbij nu eens enkele voorbeelden te
noemen: de school zou leeren vegen en voor
het gezin zou na een jaar of vijftien jaren
ieder een stofzuiger bezitten. Of er komt
een gemeentelijke stofzuigerij langs en door
huizen (waarom niet?), de school zou
nog leeren de waschbeliandeling en wie
weet, wordt na een jaar of vijftien, om hygië
nische redenen in de groote steden bij ge
meentelijke verordening verboden in huis te
Wasschen, of de huizenbouwers stellen het
Verbod als conditie bij verhuur, zooals het
wel is voorgekomen dat in nieuwge
bouwde arbeiderswoningen bij de verhuur
Werd verboden op dén zolder te timmeren of
kachelhoutjes te hakken (om de dunne
vloer). Een school zou leeren vatenwasschen
op de manier, die we nu nog algemeen vol
gen: spoelen in een steeds viezer en lauwer
wordend sopje, met een afwaschkwast die
altijd de vuilste verzameling van bac
teriën kweekt (door proeven reeds bewezen)
en met droogdoeken, die eveneens na het
eerste gebruik zwaar geïnfecteerd zijn
En hoogstwaarschijnlijk zal in een niet
•rre toekomst, die waschmanier als een
der grootste viezigheden van een voorbijen,
achterlijken „ouden tijd" gelden, en wordt
alle vaat zonder veel handaanraking in
heete luchtstroom machinaal gedroogd. En
dit is nu nog lang niet zoo'n stoute toekomst
droom, als wat onlangs in een buitenlandsch
huisvrouwenblad werd afgebeeld: daar had
den allo kopjes, borden, schalen, enz., vier
ledematen. Met de dunne armpjes droogden
zij zicljzelven af en op de koddige beentjes
huppelde ieder naar zijn eigen plaats in de
keukenkast. Ja, als het leven eenmaal nog
zóóver komen kon, dan zou zelfs de aller
modernste vrouw wol durventrouwen.
Dit alles is maar gekheid zegt ge, ja,
maar is cr niet een kern van waarheid in?
Staan we niet juist wat de arbeid der h"is-
Stel: men zal kinderen nu nog (ik spreek
hier nu natuurlijk niet óver het gewone hel
pen van,moeder of in betrekking een
andere huisvrouw, in die gevallen is het
natuurlijk zaak de kinderen letterlijk van
alles te laten meedoen en meewerken), nee,
wanneer we spreken over een speciaal
onderwijs in huishoudelijke arbeid, dan
moet dit natuurlijk wel degelijk mqt een
mogelijke toekomst rekenen niet alleen (dat
doet de praktische moeder ook) maar het
onderwijs moet voor een groot deel reeds
op dit toekomst worden ingericht en dat
kan de moeder niet altijd die staat nog te
zeer in het heden. Ook wanneer het betreft
speciale huishoudscholen of cursussen, staat
de zaak anders. Deze kunnen zich altijd ge
makkelijker wijzigen en aanpassen en
krijgen de leerlingen gewoonlijk ook op
later leeftijd d.i. dichter bij den tijd van
toepassing van het geleerde.
Maar stel nu bijv. men zal de kinderen
leeren wortels schrappen, aardappelen schil
len enz. Oefenen ze dat in huis, dat is hun
werk, hoelang het ook duurt toch meteen
wat waard, maar leeren ze zoo iets op een
school dan zal daar zoo'n massa kostelijke
tijd en materiaal mee verloren gaan dat het
licht verspillingwordt
En dan?
Dan is er alle kans, dat als ze getrouwd
zijn, die artikelen geschild of geschrapt, (da
gelijks versch) hygiënisch gewasschen,
lucht- en vochtclicht in celluloid-verpakking
van ponds of vijfpondshoeveelheden bijv.
klaar aan de deur afgeleverd worden. Ik
g weer: waarom niet? Dat alles is mo
gelijk in de naaste toekomst (als tenminste
de volgende groote oorlog nog eert poos mag
uitblijven), en ik voor mij acht die soort
veranderingen zrifs zeer te hopen.
In onzen tijd van steeds meer geperfectio
neerde machinerieën, die steeds meer werk-
loozen doen afschuiven, zou toch een der
meest logische oplossingen zijn, dat
steeds nieuwe arbeid wordt uitgedacht en
uitgevoerd. Endan 2ou wellicht
hl ij ken (lot verrassing van een massa men-
schen die nooit ten volle beseft hebben het
groote stuk arbeid dat door de huisvrouw
zonder-hulp wordt verzet) dat dit terrein
nog uitgebreider en minder begrensd was,
dan dat van de kanalengraverijen, zeedicht-
makerijen en andere werkverschaffingen.
Want we hebben maar ééne Zuiderzee,
doch er zijn een massa slovende, haast-niet-
meer-kunnende huisvrouwen, die reeds te
veel werk verzetten, en nog altijd te veel
moeten laten liggen, omdat zij maar
menschekracht hebbenen machines heb
ben er zooveel, ja, die hebben aelfs paarde-
krachten, en niet weinig!
(Wordt voortgezet)
.GEBREIDE DAMESPANTALONS
een pookje ligt te wachten de behande
ling van gebreide directoirs, een werkje,
dat tegen den a.s. winter velen te pas
komen kan.
We weten wel, dat we het reeds vroeger
gegeven hebben, maar dit is meer dan vief
jaar geleden, zoodat we het niet erg vinden
hiermee in herhaling te vervallen.
Het model, dat het slanke dametje hier
aan heeft, is natuurlijk niet berekend op
een dikke tante, maar men kan het altijd
wel wijzigen. Het heeft in elk geval vóór,
dat het zich doodeenvoudig laat maken.
Het knippatroon, dat ik hieronder natee-
kende, laat dat met één oogopslag zien.
't Is berekend op een heupwijdte van 100
c.M., dus voor elke daarvan afwijkende
maat kan men wijzigen naar behoefte,
doch we houden ons nu voor de beschrij
ving maar aan het model, zooals het werd
gegeven in „Nieuwe Gehaakte en Gebreide
GEHAAKTE PANTOFFELS
Nu de avonden al weer koud beginnen te
worden, terwijl we toch liefst aan kachel-
stoken vooreerst niet willen denken, kan
een klein, gezellig handwerkje, dat tevens
een heerlijk nuttig ding oplevert, het haken
van een paar warme pantoffels, velen goed
te pas komen.
Men begint met een knippatroon naar de
teekening, die we hier als voorbeeld geven
en vergelijke daarna zooveel mogelijk de
maten nog met de voet, of het uitkomt.
Het spreekt vanzelf, dat het alijd beter is
dan wanneer ze te nauw worden, maar aan
den anderen kant vergete men toch ook
niet, het rekken, dat wol doet. Voor men-
schen, die mopperen, dat het nonsens-werk
is, onpractische dingen, wijzen we er ten
overvloede nog even op, dat met dit werk
wordt bedoeld een paar kleurige en zoo
enkel vasten, in de tweede, dus telkens de
heengaande toeren haakt men afwisselend
een vaste, een stokje, een vaste enz. echter
zóó, dat men de vaste steeds gewoon in
steekt in de lus van den vorigen toer, maar
het stokje werkt men om de onderliggende
vaste heen dus eigenlijk insteekt men een
toer lager. Dit geeft het dikke en bolle in
het patroon. Wie het probeert, zal het een
gemakkelijk werk vinden.
Als men nu van A.B. af in smalle toeren
gewerkt heeft tot aan het punt C., dan zet
men daar wat k. steken bij op en begint
over de heele breedte van het voetblad te
haken. Telkens aan de zijkanten minderen
de roDdt men dit af naar den teen toe.
Men kan nu aan den anderen kant van
't halfrond nog altijd een stukje aanhaken
voor het dichtnaaien van de zijnaden van
de smalle kant en ook voor verbreeding
wanneer mocht blijken, dat de pantoffel te
kort is; maar andei's is het niet bepaald
noodig.
dat stukje door een stippellijn in
Men breit als volgt: Opzetten aan den
bovenrand (boord) een 90 cM. (dit bij een
heupwijdte van 100 cM.) daarop rondbreien
twee recht twee averecht tot een hoogte van
10 cM. Daarna recht breien tot 35 cM. (in
't geheel, dus nog 25 cM. enkel recht). Men
wijzige ook deze maten naar het uitkomt.
Nu wordt het werk gedeeld voor de split
en gaat men de pijpen afzonderlijk breien.
Men kan ze naar verkiezing langer nemen
dan hier.
Het kruis breit men afzonderlijk in heen-
en-weergaande loeren, zoo dat men alleen
rechte steken op de rechterkant ziet, dus
de teruggaande toeren averecht breien.
Hetzelfde patroon is ook heel goed, mis
schien zelfs nog beter, te gebruiken voor
pantalon met splitten opzij. Men breit dan
in twee helften, dus altijd heen en weer,
maar kan dan ook een ribbel nemen als
breipatroon.
Tenslotte merk ik hierbij nog op, dat het
geen geoefende breister moeilijkheden hoeft
op te leveren, om zoo noodig de achterhelft,
'eventueel juist de voorzijde, wat ruimer en
boller te maken.
Daarvoor heeft men slechts „op de gis"
wat insteektoeren te maken.
Ga bijv. (te beginnen onder den boven-
boord) breien tot een steek of vijf over de
helft van de (dubbele) breedte, dus hier
blijven een kleine dertig steken, keer om en
brei terug (averecht opdat alles recht blij-
ve aan één kant) tot weer evenveel steken
voorbij de helft, dan weer keeren en nu een
steek of vijf verder breien dan de vorige
maal gekeerd is, keeren, breien evenver
voorbij de helft keeren weer iets meer breien
dan de laatste keer enz. Hoe meer ruimte
men behoeft, hoe meer insteektoeren (dus
hoe minder steken telkens op de keertoe-
ren).
Men kan, door het rechte lijfje, dat we
eveneens op de afbeelding zien, meteen aan
de pantalon aan te breien, gemakkelijk een
„combiné" maken voor slanke figuren. Dan
moet echter midden door het kruis een
split gaan.
men wil: kleurige lichte pantoffeltjes voor
's avonds in kamer of slaapkamer, vooral
om mee uit logeeren te nemen, of ook voor
zittende studeerenden, die wel reeds koude
voeten voelen, terwijl men zich nog niet
aan de winterkleeding wennen wil maar
hi ieder geval géén pantoffels, waar men
overdag mee door het huis loopt, dan zijn
lederen zooien altijd te verkiezen. In het
voorbeeld, we houden ons voor de beschrij
ving nu maar weer aan het model, zooals
we het ronden in het Beyers boek „Het
Haken" II uitgave van G. van Wees en
Weiss, Zeist en Amsterdam werd gehaakt
met grijze wol van middelmatige dikte.
Men begint met de smalle zijde A.B. van
het patroon en zet het daarvoor vereischte
aantal steken op, waarop als eerste toer
dan enkel vasten gehaakt worden, waarna
men met het patroon begint Het loopt over
twee toeren, de eene is steeds een toer
GEREZEN VRAGEN
de teekening aan. Vervolgens haakt
nu een even groote voering van rose wolli in
lussenhaakwerk (of een ander dik patroon
als men wil) en naait de beide deelen dicht
langs den zijnaad. Dan knipt men een vil
ten zooltje (van een oude vilten hoed bijv)
voert dit ook om, en naait het dan langs
den bovenomtrek vast We beschreven reeds
vroeger bijzonder practische manieren hier
voor.
Neem vooral niet de zool te klein, anders
loopt ge dadelijk op de bovenstof te stappen
Langs den enkelboord /m de pantoffel kan
men nu nog een rand van lussenhaakwerk
in de voeringkleur (hier rose) maken of
wel een ander haakpatroon volgen, dat een
ruime ruche maakt bijv. dubbele picotj es-
De laatste afwerking is het opnaaien van
wollen ballen, ook een werkje, dat we al
reeds vroeger afzonderlijk behandelden.
Nog eens: Drinken aan tafel
Ons artikeltje: „water drinken door kin
deren aan tafel", behoeft nog een kleine
aanvulling, want' gevraagd is ook: maar is
dan het water drinken niet een goed middel
tegen constipatie (verstopping).
„Ja, dat is het, en ook voor nog wel an
dere kwalen is het goed om veel te drin-
„Water spoelt de darmen dóór en de nie
ren schóón" zeggen de ouderwetse praktische
menschen wel eens, en ik geloof dat ook.
Zelfs in gevallen van lichte huidaandoenin
gen, puistjes bijv., vindt men soms baat bij
het veel water drinken; maar, er is geen en
kele reden om dat drinken juist onder het
middagmaal te laten doen.
Veel beter, en ook juist moderne dokters
wijzen daar veel op, is het om het water
drinken (in den zomer koud, 's winters een
weinig lauw gemaakt door toevoeging van
wat heet, voor menschen met zwakke inge
wanden liefst alleen gekookt water en naai
de hoeveelheid: voor kinderen drie k vier
kopjes, voor de volwassenen even zooveel
glazen per d'ag) te laten gebeuren tusschen
de maaltijden door, dus zooveel mogelijk
aleen dan wanneer men kan vermoeden, dat
maag al vrijwel leeg is. Dit zal en de
praktijk doet dit ondervinden veel beter
tegen constipatie helpen dan het water dat
men gelijk met het mididagmaal gebruikt,
omdat, dit eerder uit de maag gaat e-h.w.
vooruitloopt en betrekkelijk gauw afgevoerd
wordt. Maar wie pas uren na het eten
drinkt, als het voedsel grootendeels uit de
maag is, die helpt het werk van de darmen
ermee en constipatie, daar schijnen alle
moeders zich vaak in te vergissen, is niet
;er een kwestie van maag als wel van
darmen.
We hebben nu met opzet wat breed over
deze dingen gehandeld omdat verstopping
en slechte spijsverteringg kwalen zijn, waar
in de meeste drukke gezinnen veel te wei
nig aandacht aan gegeven wordt, maar die
van zeer grooten invloed kunnen zijn, niet
alleen op de verdere gezondheidstoestand
van de patiëntjes (en patiënten) maar ook
op de onderlinge vrede en de blijde stem
ming in huis, daar kinderen met deze kwa
len vaak zeer lastig kunnen zijn.
Men vergete intusschen geen oogenblik:
al het nu besprokene geldt slechts in het
algemeen en uitsluitend voor wat we in
het dagelijks leven „gezonde menschen"
noemen, voor zieken of zwakken geven we
hier geen raad, we vertrouwen van onze
lezeressen, dat ze in die gevallen naar den
dokter gaan en niet probeeren zelf aan hun
kinderen te knoeien. Terloops wijs ik er
hierbij eens op, dat me in de praktijk van
het leven gebleken is, dat moeders kleine
kinderen met vrij ernstige diarrhee mt
weken en maanden laten loopen zonder
een dokter over te spreken, en toch is dit
vaak een vrij ernstige kwaal, die ook op den
duur erg verzwakken doet.
In het kort samengevat kunnen we dus
wel zeggen: wéér als regel het vele drin
ken aan het middagmaal, maar ga het niet
tegen, wanneer kinderen 's middags onder
het spelen door, af en toe eens willen drin
ken. Zet het zoo noodig hen tusschenbeiden
eens voor, maar let er wel streng op, dat
zij niet te snel en te veel en te koud drin
ken, wanneer zij verhit zijn, en ook, dat zij
niet overal waar zij maar een kraan
er den mond aan zetten.
Dit laatste gebeurt ook door de „nette"
kinderen, nog heel wat meer dan de moe
ders wel ooit vermoeden.
Neen, zelf moet gij uw kruis niet maken.
Aanvaard het uit de hand van God!
Hij geeft wat gij niet hebt en wat u rust
doet smaken:
De kracht tot 't dragen van uw lot.
MIJN KLEEN, KLEEN
DOCHTERKE
Gelijk een deske zijt ge dik,
Gelijk een kwart elke van kwik,
Gelijk een moorke soms zoo zwart,-
Mijn kleen, kleen dochterke, mijn hart!
Maar nu gewasschen je daar zit,
Daar is geen engelken zoo wit,
Daar is geen lammeken zoo zoet,
Mijn kleen, kleen dochterke, mijn Moed!
Ik hef je op de okselkes omhoog,
Ik zie een sterreke in elk oog,
En voor mijn armoe word ik blind,
Mijn kleen, kleen dochterke, mijn kind!
RENE DE CLERQ
DE BELANGRIJKE VRAAG
Daar is een groote vraag, die 'k brandend
ben te weten;
Een vraag, die mij zoo vaak beangstigt en
Mag ik met eenig recht een kind des
Heeren heeten?
Ben ik zijn eigendom, of ach! ben ik het
niet?
Zou ooit mijn hart zoo koud, zoo dor,
zoo doodig wezen,
Zou ooit 't gebed voor mij een taak, een
moeite zijn,
Zou iedre beuzeling mij klagen doen en
vreezen,
Wanneer ik zeggen kon: des Heilands liefde
is mijn?
Als ik ijn de eenzaamheid mijn hart tracht
te onderzoeken,
Dan vind ik alles vol van ijdelheid en
kwaad;
Dan zie ik ongeloof en zonde in alle hoeken:
Kan 'k zijn verloste zijn in zulk een slechten
Nochtans, de booze lust kan mij niet meer
behagen;
De zonde is mij een smart, een last
ondraaglijk zwaar;
Zou ik, om wat ik denk of voel, dus
kunnen klagen.
Zoo van de liefde niet een aanvang in mij
Mijn Heiland! wil Gij zelf de zware vraag
bepalen,
Gij, die het zonlicht zijt, waarbij uw volkje
leeft,
Wil met een liefdestraal uw eigen werk
bestralen,
Indien 't genadewerk in mij reeds wortel
heeft!
P. HUET.
HUISHOUDING EN KEUKEN
RECEPTEN
BABYVOEDING
Op een buitenlandsche tentoonstelling
kon men op een groote plaat de volgende
adviezen lezen, die door het Nederl. tijd
schrift „Voeding en Hygiëne" door des
kundigen geredigeerd met instemming
werden overgenomen:
Met eenvoudige mengsels van melk, gort-
of rijsfcwater en suiker kunnen gezonde
kinderen bij goede verzorging, groeien. Een
voor alle kinderen geldend voedings-diöet
bestaat niet.
Ook de voeding van een gezond kind be
hoort onder voortdurend toezicht van deD
arts te worden geregeld.
Beteekenis van de b ij voeding
Met de vijfde maand te beginnen moet
men den zuigeling aan bijvoeding wennen;
hij heeft behoefte aan plantaardige stoffen
zouten en vitamines. De bijvoeding moet
zooveel mogelijk uit vaste stoffen bestaAn:
boter, spinazie, vruchten, vruchtensap,
brood, biscuits, suiker, rijst, haver-, gerste-
tarwemeel en havervlokken.
Het laten touigen op een dot is streng
verboden!
Maar ik geloof, dat dit laatste nu iedero
huismoeder wel weet
Tomaten met ansjoviss
en eieren,
8 tomaten. 4 eieren. 8 ansjovissen. 60 gr.
boter, peper, zout, gehaitte peteraelie, mayon
naise. De tomaten wasschen en uithollen. De
eieren hard koken en fijn wrijven. De ansjo
vissen weeken, ontzouten en fUnhokken. Do
fijngewreven eieren en de fijngehakte ansjo
vissen en peterselie, zout. peper naar «maak
toevoegen; met dit mengsel de tomaten vullen.
In "t midden van den schotel de gevulde
tomaten plaatsen en mooie gele blaadjes sla of
fijngesneden gele harten .van krulnndijvie er
om heen schikken. Daarna op elke tomaat wat
mayonnaise leggen.
boter met do
bloem tot een gladde massa, voeg daarbij roe
rende langzamerhand de melk of Ju« met water
en laat dit sausje even doorkoken tot het flink
dik is (ongeveer 5 minuien). Roer er dan het
gehakte of gemalen vleesca door, de gehakt*
peterselie, zout, peper en nootmuskaat. Vul me*
het mengsel de ingesmeerde schelpen, bestrooi
ze met paneermeel, log op elk 'n klein stukje
van de overgebleven boter en laat er ln den
oven een korstje op komen.
Magere aardappelsoep
met tomaten,
preien. 70 gfr. boter. i U water. 600 gr.
fijngesneden rauwe aardappelen, 400 gr. tomaten
peper. zout. gehakte peterselie, 1 el.
De preien schoonmaken, wasschen. snipperen
en ln 40 gr. van de boter lichtbruin «moren.
Hlerbü wordt langzaam al roerende 1 L. water
gevoegd dan de fijngesneden rauwe aardappelen
en de aan stukken gesneden tomaten. Dit moet
te znmen V* uur doorkoken; daarna wordt de
soep door een paardenharen zeef gewreven en
opnieuw gekookt tot ze gebonden ls. Hierna de
soep van smaak maken en de peterselie toe
voegen. In de soepterrine 'n el mot wat melk
kloppen, hlerbtl voorzichtig de soep gieten, de
rest van de boter toevoegen en presenteeren
t dobbelsteentjes oud brood.
els. Een stukje Spnansche peper. Twi
getaande schüfje« citroen zonder plttei
paar laurierbladen.
Bereiding: SnUd de paling in mooten v
10 cM.. maak ze van blnr -
>k (de citroenschtlfjes niet meekoken)
lerln de paling gaar. Schik de moo-
i ultgekookten pot of flcsch. leg de
i citroenschtlfjes ln het
tusschen den wand der
flesch en de mooten paling. Denk er om. dat
de mooten paling ni dicht tegen elkaar aan
liggen, en zich om .-uere moot wat gelei kan
vormen. Los ln den kokenden azijn de ln koud
water geweekte gelatine op. giet ze over de
paling, zorg. dat deze
BABY-UITZETJE
Op verzoek nemen we hier nog eens een
(want men kan evengoed een ander lijstje
maken, echter zullen de hoofdzaken niet
veel verschillen) lijstje op van wat de jonge
moeder voor de baby gereed mag hebben.
12 luiers van tetrastof z.g. kaasdoek.
12 luiers van badstof.
12 luiers van flanel of baai.
6 1ste hemdjes.
6 2de hemdjes.
6 1ste flanelletjes
6 2de flanelletjes.
6 navelbandjes,
3 buikbandjes.
6 nachtjaponnetjes.
3 truitjes (6).
3 luierbroekjes (6).
6 monddoekjes (badstof).
1 cape-doek of manteltje.
1 paar baby kousjes.
1 jurke (wol) (-f 1 batist).
6 bod-lakentjes.
6 sloopjes. (-j- 6 gegarneerde).
3 molton onderdekentjes.
1 stukje hospitaal-linnen.
Wat we tusschen haakjes plaatsten, is
meerdere dat men neemt, als het wat royaler
kan.
„Beter laat dan nooit."
Troostwoord voor het verleden
„Beter vroeg dan laat"
Wekstem voor liet heden.
bloem. 45 grar
bouillonblokjes, 1 ul, I laur
Kook de gewasschen tomal
perde ul en de krulden go
water. Giet het vocht door
stof en los de bouillonblokje.»
intusschen roerende de boter
nlerbU langzaam, steeds roe
Tomatensaus
ezcefde vloei-
op. Verwarm
nde de vloeistof
latonpuree, dan
op bU koud of
i vlccsch, rpsc
PRACTISCHE WENKEN
In „Onderhoud
Llnoleumwas
i huls en huisraad" door M.
en c. J. W. v d. rio«g—
rolgende recept voor om zelf
1* dL
uton koken. Pa
Itte terpentijn bU. Hoer
fbrulk om.
lehtig en zet nooit leta»
lur, want dat ls hoogst
vrU algemeen en met veel surce* toe
Zelfs ziet men karpetten en viste vli
er wel plaatselijk mee bijverven. Een
vast tnpUt bijv. die niet me. r kleu:
karpet, omdat dit vernieuwd I». km
die manier zelf aardig bUverven.
De pakjes koud-naterverf koopt
droglsteu.