j~|et Communisme in de Practijk BINNENLAND. \£n\ancJ aaa Radio Nieuws. KAPITEIN KLAKKEBOS OP DE LEEUWENJACHT VRIJDAG 19 JUNI 1931 DERDE BLAD PAG. 9 (Nadruk verboden) Objectieve mededeelingen en critische beschouwingen DISCIPLINE OOK VOOR DE HOOGEREN Bij een van de oneindig vele reorganisaties waarmee de sowjet-autoriteiten hun onder geschikten voortdurend kwellen en die als middelen moeten dienen om de eeuwige fouten te herstellen, was beslist, dat het be stuur van de trust „Rivierunie werf" ver plaatst zou worden van Moskou naar Nizjni Nowgorod. Het bestuur had zich hierover tot het directorium van den oppersten eco- nomischen raad gewend met een bezwaar schrift. tegen deze reorganisatie. Kameraad Mezjlauk, de voorzitter op de zitting van den economisehen raad, waar dit verweer werd behandeld, was echter in een slechte stemming en noemde de bezwaren onge grond. De reorganisatie en overplaatsing ging door. Punt. De ingenieur, die er was namens de trust schijnt zich door dit autocratische optreden geergerd te hebben en antwoordde zoo iets van:,Maar ik ga niet mee! Wegens deze uitlating werd hij door Mezjlauk op staanden voet ontslagen terwijl tevens werd vastgesteld dat hij niet meer in de sowjst-industrie werkzaam mag zijn. Het is trouwens een normaal verschijnsel dat personen in de sowjet-unie gestraft wor den voor een opinie, die zij op een verga dering geuit hebben, waartoe zij ambtshalve waren uitgenoodigd om hun meening te kennen te geven. VOORTGAANDE MILITARISEERING De Moslcousche communistische academie geeft een weekblad uit. waaiin gewezen ■wordt, op de noodzakelijkheid de militari seering der sbwjet-unie nog te versterken. Ook de academie van wetenschappen moet aan dat doel ondergeschikt worden gemaakt en de leden daarvan moeten de taak krijgen zich dagelijks eenige uren met militaire problemen bezig te houden. Ook op alle universiteiten moeten mili taire vakken worden onderwezen. De leuze moet zijn: „De bevolking der sowjet-unie tot den latasten man gemilitariseerd, als antwoord aan de imperialisten". In het dis trict Moskou, de kern der verdediging vol gens de plannen van de generale staf. is de militariseering van de bevolking, vooral van de jeugd, reeds ver doorgevoerd De diplomatieke overzichtschrijver van de „Daily Telegraph" vestigt de aandacht op het belang van de onderhandelingen, die thans te Parijs worden gevoerd tusschen ver tegenwoordigers der Fransche en sowjet- tfdgeeringen. Dergelijke onderhandelingen hebben reeds meermalen plaats gevonden, maar tot nu toe zonder resultaat. Zij zijn begonnen ter stond na de erkenning der sowj et-regeering door Frankrijk en hadden tot voornaamste onderwerp de erkenning van de schulden der Tsaristische regeering, waarbij de Fran sche spaarders groot belang hadden. De laatste voorstellen der sowjet-regeering wa ren gebaseerd op een gedeeltelijke erkenning der vroegere schulden, met dien verstande, dat thans een leehing verstrekt zou worden vele malen grooter dan het bedrag der erkende schulden. De rente op de oude schulden zou dim op die wijze betaald wor den, dat 't rente-percentage van de nieuwe leening boven het normale percentage zou worden gesteld. Tot eenig resultaat hebben die onderhandelingen echter niet gevoerd. Nu bericht de bovenvermelde Engelsche journalist, dat in het geheim deze diploma tieke besprekingen vernieuwd zijn. Formeel wordt er te Parijs alleen onderhandeld over een handelsverdrag en. over bestellingen, maar hierbij zou de. Fransche regeering trachten tot overeenstemming te komen met de sowjet-regeering' over politieke kwesties Op het oogenblik heeft de sowjet-regeering l meer dan ooit geld noodig en Duitschland kan. bij zijn eigen finanti eel e moeilijkheden hierin de sowjet-unie niet helpen. Frankrijk, dat steeds een verbond tusschen Duitschland en Rusland vreest, dat vooral tegen zijn Poolschen bondgenoot gericht zou zijn, zal thans trachten de vriendschap tusschen Duitschland .en Rusland wat te bekoelen, eventueel door het verstrekken van de zoo vurig verlangde leeningen. STALINSCHE MUSEA De Moskousohtó correspondent van de Vossische Zeitung bericht, dat de sowjet- bevolking met echt galgen-humor reeds een spotnaam heeft bedacht voor de nieuwe „vrije", coöperatieve winkels, die de sowjet regeering heeft ingerioht. omdat het met de productenverdeeling op de rantsoenkaarten heelemaal misliep. Deze winkels worden spottend „Stalinsche musea" genoemd, om dat men daarin zooveel wonderbaarlijke dingen kan zien, gelijk boter, kaas en worst die evenals in een echt musea door het pu bliek niet mogen worden aangeraakt, in dit geval beschermd door buitensporige prijzen Volgens den correspondent treden in de sowjet-unie precies dezelfde verschijnselen op als in kapitalistische landen tengevolge van een crisis. Als men het loon in ver houding moest brengen tot de prijzen, die de laatste maanden ongeloofelijk verhoogd zijn door de regeering, zou men daardoor de prijzen nog weer moeten verhoogen dan weer de loonen verhoogen, op welke manier men tot in het oneindige kan voort gaan. De sowjet-regeering, bericht hij verder zoekt den uitweg uit dien vicieusen cirkel alleen door een onbarmhartigen druk op 't arbeidsloon. DE JACHT OP GELD De commissie bij den raad van volkscom missarissen, die nagaat of diverse voorschrif ten ten uitvoer worden gebracht, heeft een lange resolutie aangenomen over de mid delen, die moeten binnenkomen uit woning huren, e.d. De achterstand in huur is zeer groot, en is niet verminderd ondanks de beslissing van eenigen tijd geleden. De reorganisatie waarbij nieuwe, klei nere groepen worden ingesteld tot het. be heer der genationaliseerde woningen, had den alleen ten doel de bewoners te dwingen aandeelen te nemen in dia „coöperaties", en zoodoende extra geld binnen te krijgen. Ook hierbij is de dpgelegde taak lang niet vervuld. Vastgesteld is nu, dat alle huurschuld benevens schuld voor de bovenvermelde aan deelen, voor 15 Juli voldaan moet zijn. In dit opzicht zal een „krachtiger discipline" worden ingesteld, waarbii de betrokken chefs persoonlijk ervoor" verantwoordelijk zijn, dat de plannen worden nageleefd, ook wat de bedragen betreft, die „vrijwillig" moeten worden opgebracht. DE DOODEN VAN DE ST. PH1LIBERT EEN ONAFHANKELIJK LUCHTSCHIP. IIet kleine Italiaansche luchtschip van ingenieur Fórlahini, dat zonder hulp van builen moet kunnen starten en landen. Dit luchtscheepje is te Milaan gebouwd. Het heeft slechts 150 P.K. in de' motoren Ten slotte moet over een maand tijd worden gerapporteerd, welke maatregelen zijn genomen, om te zorgen, dat de exploi tatie der woningen zonder verlies plaats Ter gelegenheid van de resultaten, be haald bij de uitvoering van het vijfjaren plan, zijn de laatste weken een groot aantal keurarbeiders geridderd met de orde van Lenin of van de roode vaan. Thans zullen de allerbesten van die keurarbeiders een: buitenlandsch plezierreisje mogen maken op kosten der regeering. Deze reis vindt plaats op het stoomschip „Oekraine", dat in Leningrad gebouwd wordt en nog niet geheel gereed is. Denkelijk is het einde Juli reisklaar. Er zullen 30S vrije passagiers zijn en de reis gaat van Lenini grad over Hamburg en Londen naar del Middellandsche en Zwarte Zee. Waarschijn lijk zullen ook Athene en Constantinopel worden aangedaan. De geheele reis zal on-; geveer 40 dagen duren. De uitgezochten der keurtroepen worden niet aan hun lot overgelaten. Per radio zul len zij op de hoogte worden gehouden van de vorderingen van het vijfjarenplan in de sowjet-unie, terwijl zij op hun reis zich tevens op de hoogte zullen stéllen van de economische verhoudingen in de landen, waar het schip aanlegt. Een bezoek onder, goed geleide, van eeni- ge dagen in een paar havensteden, is voor hen natuurlijk voldoende om deze verhou dingen te bestudeeren. Trouwens, is het zelfde, niet het geval met de buitenlanders die na een week in Moskou te zijn geweest verklaren op de hoogte tè zijn van de toe standen in de sowjet-republi'ek? GORKI TEGEN DE CRITICI Nadat Gorki zijn nieuwe partijplichten heeft vervuld eniopêplijk heeft verkondigd, dat in de soWjet-üniè de grootst mogelijke vrijheid bestaat, heeft hij zich verplaatst naar het terrein der litteratuur en neemt in een feuilleton in de sowjet-peis de critici onderhanden. Volgens hem getuigt de cri- tiek meestal van onontwikkeldheid bij hen die ze "neerschrijven, werkt ze niet opbou wend maar beschouwt de schrijvers als zoo vele hoofden van Jut, waarop ze. als echte krachtpatsers, zoo hard mogelijk mogen slaan. Dit heeft velen ontmoedigd en anderen tot de conclusie gebracht, dat kunst van geen belang is in de sowjet-unie. Gorki is het met het laatsten niet eens, maar geeft toe, dat men er tot nu toe niet in geslaagd is de „geweldige werkelijk heid" in zijn geheel artistiek uit te beelden Hij heeft echter zijn hoop gevestigd op de massa der keurarbeiders, die na hun helden daden op het terrein van het vijfjarenplan ertoe zullen overgaan, zich in massa op kunstgebied te bewegen. Daardoor zou dan eind worden gemaakt aan de eindelooze persoonlijke ruzies, die thans alles beheer- MOBILISATIE-INVALIDEN VERVLOGEN HOOP? De heer Otto Walsemann, leider van den Ned. Alg. Chr. Kring van Invalide- en Mo bilisatie-Militairen en Nabestaanden. Centr. Bureau Go edestraat 11, Utrecht, schrijf ons o.m.: Onlangs werden met spanning de oogen gericht op de in de pers vermelde regeerings-voorstellen inzake betere pen- sioeneering van bovengenoemde groep. Velen zullen hun langdurige ellende eeniger mate verlicht zien worden, doch voor anderen zal het lijden in een erger stadium gaan verkeeren, tenzij er nog wij ziging van vorenbedoeld wetsontwerp zal plaats hebben. Er wordt met het voornaam ste punt dezer aangelegenheid, nl. de inva- liditeits-toestand, geen juiste rekening ge houden. Dit is te meer van noode waar hier om steeds de heftigste strijd wordt gevoerd Sommigen, wellicht velen zijn ook tenge volge van de dienst ziek geworden en over leden. Hun weduwen mét kroost achterla tend. Deze groep van gedupeerden zullen door de komende wetsherziening wellicht wederom worden buitengesloten en ontvan gen danniemendal! Wc mogen nog ernstig hopen,, dat én de regeering én 't parlement deze zaak nog wel ter harte zullen nemen zoodat ook bedoelde gedupeerden, die in zelfde rechten staan als de andere erkende groepen, ook ditmaal in hun jarenlange ellende zullen worden bedacht en voor algeheele ondergang ge spaard mogen blijven. DE DRENTSCHE CHR. MIDDENSTAND BIJEEN De belastingen in Drente In het gebouw „Iréne" te Hoogeveen werd een vergadering gehouden van de besturen der Chr. Middenstandsvereenigingen uit ge- "heel Drente. De vergadering werd geleid door den lieer H. Wieringa, uit Assen, lid van het hoofdbestuur van de Chi\ Midden standsbond. Allereerst kwam ter sprake de oprichting van meerdere afdeelingen. Hiertoe zullen krachtige pogingen worden aangewend. Vervolgens werd het voorstel van de af- deeling Coevorden besproken, ingediend bij het hoofdbestuur van den Bond, hetwelk bedoelt, om spoedig te komen tot Ouder- dpms:, Weduwen- en Weezenpensioen voor Middenstanders. Algemeen was men het er over eens, dat, daar voor hoog en laag ge zórgd wordt, ook de middenstand recht op pensioen dient te verkrijgen. Verplichte ver zekering leek de vergadering de aangewezfn weg. Op de jaarvergadering van de Chr. Middenstand zal dit punt door Coevorden verder worden toegelicht. Wat de nieuwe regeling der belastingen betreft inzake Rijk en Gemeenten werd vast gesteld dat deze wet voor vele gemeenten een onhoudbaren toestand heeft geschapen Honderd opcenten op de Fondsbelasting en een paar honderd op de Personeele belas ting, is toch een last, die absoluut te hoog mag worden genoemd en die vooral door toepassing en uitwerking op de Midden stand drukt. Herziening van deze regeling is voor de gemeenten zeer urgent en een billijke eisch. Besloten werd voor de her ziening een krachtige actie te gaan voeren Een commissie uit de verschillende vereeni gingen zal worden gevormd en t.z.t. worden bekend gemaakt. Zoo spoedig mogelijk zal weer worden ver gaderd om de bespreking over deze onder werpen voort te zetten en ander over de verdere actie te beraadslagen. NORMAALBLADEN MEDEDEELING VAN DE HOOFD COMMISSIE VOOR NORMALISATIE De Hoofdcommissie voor de Normalisatie in Nederland maakt bekend, dat weer eenige normaalbladen definitief vastgesteld zijn; deze bladen worden binnenkort verkrijgbaar gesteld. Van de verschillende nummers der „Mede deelingen", waarin de ontwerp-normaalbla- den ter critiek gepubliceerd worden, is op aanvraag gratis één exemplaar verkrijgbaar bij het Centraal Normalisatie Bureau (C.N B.), Koningskade 23, Den Haag; meerdere exemplaren voor 10 eent het stuk. wat W i Is. SCHIMPNAMEN VAN GROOTE MANNEN In vroegere tijden hadden bijna alle heer- schers bijnamen, die dikwijls heel vreemd klinken, maar dat waren dan, evenmin als de kenteekenende namen der oudheid, meest al geen spotnamen. Men noemde een Marcus bij de Romeinen sorns „de roode" om hem van een ander lid dei-zelfde familie, dat denzelfden naam droeg, te onderscheiden, terwijl men den koningen en keizers der oudheid dikwijls bijnamen gaf, in plaats van de natuurlijk onpopulaire cijfers. Men sprak liever van Albrecht den Beer, dan van Albrecht I. Slechts weinige dezer namen waren bedoeld als spotnamen, zooals „Freek met den leegen zak"' of „Grietje Kletskous". Echte schimpnamen kregen zeer populaire of al heel onpopulaire menschen, wier ka rakterbeeld niet slechts in de geschiedenis, maar ook naar het oordeel der tijdgejiooten min of meer onbestemd was. Zij waren niet altijd boosaardig bedoeld; dikwijls zelfs waren het verkapte liefkoozingen of kame raadschappelijke benamingen. Zoo noemden de Engelsche soldaten Washington „de be minnelijke George" (lovely George); Blücher heette „Maarschalk Voorwaarts"; de Berlij- ners noemden Wrangel „Papa Wrangel". Abraham Lincoln werd heel teeder „de eer lijke baviaan", de „Illinois-aap", „vader Abraham" of eenvoudig „de lattensplijter" genoemd (naar het beroep van houthakker dat hij in zijn jeugd uitoefende). Frederik de Groote heette „de oude Frits"; Napoleon „de kleine korporaal" of „Jean d'épée" (Jan degen), terwijl Cromwell,naar zijn rooden neus, „Kopergezicht" of wel „Zijn Neusschap" (His Noseéhip") bijge naamd werd. Gewoonlijk is het niet vast te stellen, wie zulke schimpnamen uit\Sndt; zij ontstaan eenvoudig, verbreiden zich en hechten zich zóó aan den betreffenden persoon vast, dat zij niet meer vergeten worden, zooals b.v. „de burgerkoning" voor Louis Philippe (die ook de „barricadekoning" genoemd werd wegens de revolutie van 183Ö). Vooral in Duitschland en Engeland is men vindingrijk in het geven van spot- en bij- Italic heeft de eigenschap waarschijnlijk van de Romeinen geërfd. Die noemden kei zer Lucius Domitius Nero, wegens z'n drank zucht: „Caldius Biberius Nero", wat zooveel als „verzopen heethoofd" beteekent Overi gens is ons ook uit Griekenland menige schimpnaam overgeleverd geworden; Peri cles werd, naar den vorm van zijn hoofd „Schinokephalos", „uienkop" genoemd. In Engeland en Frankrijk is er bijna geen heerscher, dien het volk niet een populairen bijnaam heeft gegeven: Lodewijk XIV heette „de oude bonafide" (blijkbaar omdat hij alles ter goeder trouw deed); zijn opvolger Lodewijk XV, noemde men spottend „le bien hten; 12.151,45 Lunch< richten van den Poetduivenhoudersbond. 1.5U 2.30 Gramofoon. 2.303 Vragenhairuurtje. 3— 4.30 Kinderuurtje. 4.304.45 Verzorging van den zender. 4.45—5.45 Gramofoon. 5 45—0 Nieuws berichten ln het Esperanto. 66.15 De a.s Esperanto-Landdag te Nijmegen. 6.156.35 Jour nallstlek weekoverzicht. 6.357 Gramofoon 7 7.30 Spreker. 7.30—7.45 Sportkwartlertje. 7.45— S Politieberichten. HIRO 8 Zang. 8.10 Lezing. HILVERSUM (298.8 Ml) VARA. 6.45—7 en 7.30 -7.15 Ochtendgymnastiek. 8 TUdseln. 8.01 Gra- nofoon. VPRO. 10 Morgenwijding. VARA 10.16 'itzendlng voor arbeiders in de Contlnu-bedrU- •en. 12 Tijdsein. 12.01 Middagconcert. 1.45 Un- aimé" (de welbeminde), omdat zijn voorgan ger te lang geregeerd had. Lodewijk XVI bekwam in de revolutie den naam van „Monsieur Veto", zijn gemalin „de Oosten- rij ksche" heette „Madame Veto' (naar bet vetorecht), nog hoonender werd hij de ..slo- tenkoning" genoemd, omdat hij zooveel van knutselen met sloten hield. De strooman Lodewijk XVIII eindelijk, heette „roi pana- de", hetgeen óf „koning broodsoep" (naar zijn corpulentie) óf „koning pauwegang" be teeken t. De Fransche revolutie bracht een groote massa schimpnamen mede evenals Napo leons tijd. Mirabeau noemde men „de pot" Madame Récamier „de tweede Helena", niet echter wegens haar schoonheid, maar omdat zooveel mannen haar gunsten genoten. Generaal Murat heette onder de soldaten „le beau sabreur", hetgeen een knappe, moedige, doch niet juist kloeke strijder met den sabel beteekende. Napoleon I had onder zijn soldaten na tuurlijk een menigte bijnamen, o.a. „gene raal aannemer", omdat hij zooveel bouw werken ondernam, maar ze weer opgaf of niet ten einde bracht Het ergste kwam echter Napoleon III weg, die slechts „de zwetser" heette, of wegens zijn wederwaar digheden voor Boulogne, Straatsburg en Pa rijs „boustrapa" werd genoemd; niet minder boosaardig voor hem is de dialectische uit drukking „Rantipole", dat „halve gare" be- teekent In Engeland hadden en hebben personen die vooraanstaande plaatsen in het open bare leven innemen, hun „nicknames". De staatsman Pitt noemde men wegens zijn magerheid „de eindelooze" en James Fox heette men. wegens zijn donkere gelaats kleur, „de neger". John Law, de uitvinder van het papiergeld, werd „do papierkoning'* genoemd en do jonkvrouwelijke koningin Elizabeth werd door haar hovelingen de „ko ningin van het geluk", „de glorie van haar geslacht", „roem van de natuur", „de ware Diana" en „Wereldwonder" bijgenaamd, 't Volk noemde haar minder vleiend „bloedige koningin Botje". De schimpnamen van Duitsche grooten zijn wellicht minder populair, maar daarom niet minder boosaardig. Dat Luther zijn tegenstander Dr. Eek grofweg „Dreck" noem de en deze hem „Luder" is algemeen be kend. Maximiliaan. de laatste ridder, dio zijn leven lang in geldverlegenheid zat, noemden de Italianen „Pochi Danari", wei nig geld. Er is op dit gebied nog veel te vertellen maar we willen hiermee volstaan. Over groote mannen van onzen tijd zou andere in dit opzicht ook nog wel een en ander zijn mee te deelen. derbrekins voor verzorging van den zender. 2 Kwartiertje voor het Instituut voor Arbeiders ontwikkeling. 2.15 Ons Hui» een Tehuis. 2.4<> Concert. 3.15 Toespraak. 4 Ttjdsein. 4.01 Toe spraak. 4.15 Concert. 4.45 Cursus Esperanto XIII 5.05 Radio-Volks-Unlversitelt. 6.35 Vocaal Con cert. 5.50 Toesprank. 6 Tijdsein. 6.01 Vocaal concert. 6.15 &D.A.P.^kwartiertje. 6.30 Gramo foon, 6.35 Literair halfuurtje. 7,15 Orgelspel. 7.80 Varia. 7.35 Oagelspel-7.60 Bestuursmededeeling. 8 Tijdsein. 8.01 Concert 8.30 Hoorspel. 0 Mede deelingen van Ned. Voetbalbonden. 9.05 BU Oe Pómp. Wekelljksch nieuws van Teun de Klep perman. 9.20 Vervolg concert. 9.S0 Zang n ptaru. Filmfabriek Polygoon te Haarlem is in ver schillende plaatsen des lands bezig met de op namen ten beaoevc eener uitgebreide proga- gandafilm voor de K.R.O. De film dio verleden en heden der Katholieke 'Radio Omroep in o-eia w ~gt zal in het najaar door het geheele land --- 5. „Stap in!" zei de piloot, en 't volgend oogenblik zweefden ze hoog 111 de lucht. De piloot liet precies zien, welke handgrepen er al zoo noodig waren en legde alles haarfijn uit. „Mag ik liet 1111 eens probeeren?" vroeg de kapitein eindelijk. „Want ik ben erg handig, al zeg ik het zelf'. 6. „We zullen 't probeeren", zei de piloot; liet vliegtuig daalde en de mannen verwis selden van plaats. Kapitein KInkki-bns groep het stuurrad, en rrr! daar raasde het vlieg tuig langs het veld. schoot toen pijlsnel loodrecht omhoog (Wordt Maandag vervolgd) FEUILLETON DESTERVANHALALAT Een verhaal uit den tijd der Babylonische ballingschap ,(10 Prachtige, monumentale poorten vormden de ingangen tot de reusachtige zalen van het serail. Allicht, zullen ze versierd ge weest zijn met dergelijke kolossale gevleu gelde dieren met een menschelijk hoofd, gelijk zij rechts en links in de poorten der Assyrische paleizen gevonden werden: groote beelden uit een enkel stuk albast gebeiteld Gaven de ontvang- en gezelschapszalen meer van een ernstige, indrukwekkende schoonheid getuigenis, een weelderige, smaak volle versiering kenmerkten vooral de ver trekken, uitsluitend voor den koning be stemd. Niet anders in bet bidruti, de woning der vrouwen. Om enkele hoven en tuinen ston den vele vertrekken, meestal van slechts een enkele toegang voorzien, en zoo ge bouwd, dat de echte vrouwen bijzondere woningen hadden, afgescheiden van de overigen, die meer bewoonsters telden. Ook hier dezelfde rijke meubileering en versie ring. dezelfde pracht bij bouw en inrichting tot zelfs in dc nietigste zaken. Toch, in ge heel Babylon wist men de kunst te waar- deeren, getuige de wonderschoone tapijten en beeldhouwwerken, waardoor deze stad destijds beroemd was. Nitokris, dc trotsché dochter van Nebu- k-Ad'iazLU', de voornaamste onder de vrou wen van het bidruti, bewoonde een gansdie rij van uitgezochte paleizen en beschikte over een uitgebreid dienstpersoneel. Zij, die door haar afstamming onafhankelijk was van de luimen des konings, Nitokris, de fiere koningin van de harem, bracht, als een ware Oostersche heerscheres, in trotsche afzondering van de meeste overige vrouwen haar dagen in deze ruimte, haar wereld, door. Zij was 'groot en slank, en als zij zoo met een haar aangeboren, onbewuste gratie op de divan leunde, terwijl Nubta, een harar dienaressen, haar de sandalen afnam, moest men wel gelooven, dat zij van haar prilste jeugd af het bewustzijn met zich droeg, een dochter der grootsten vap alle Babylonische koningen te zijn. Met even trotschen blik had hoogstwaarschijnlijk ook haar vader zijn bevelen gegeven. Zij had zooeven den tuin, welke uitslui tend voor haar was aangelegd, verlaten; ook deze geringe beweging niet gewoon, was zij moede op haar zetel neergezonken en had een der slavinnen heengezonden om een vèrfrissching te halen. Juist kwam deze terug. De koningin nam den drank, uit vruchten sa]) bereid, aan en sprak toen: „Hebt gij de dochter Sippara's die gister avond hier kwam. reeds gezien? Is zij schoon?" De slavinnen zagen elkander angstig aan 1 Het was een moeilijke taak, de meesteres een antwoord te geven, dat haar volkomen behaagde. Zij wisten dit bij ervaring. En hadden zij het ongeluk iets verkeerds te zeggen, dan konden ze van de ongenade, der vorstin verzekerd zijn. En de vraag, welke de koningin thans tot haar slavinnen richtte, was verre van gemakkelijk te be-1 antwoorden. „Gij zwijgt? Wat moet dat bettekenen?" Wederom zagen de slavinnen elkander aan Nitokris' scherp oog bemerkte zulks dadelijk „Gij wilt niet spreken? Ik beveel het u! Vrees niet. te veel te zeggen, als de jonge vreemdelinge verdient, dat men haar we gens de slanke gestalte, den glans der haar lokken of het vuur harer oogen bewondert." Aarzelend opende Nubta den mond. „Mees teres, wie haar gezien hebben roemen haar om strijd wegens al deze dingen en om nog meer andere bekoorlijkheden; maar haar oog blikt somber, zwaarmoedig!" „Dan is zij een dwaas, of wel, zij is zeer bedroefd. Wellicht, dat een geheime liefde haar ziel droevig stemt." „Meesteres, er was nog geen geheim in 't bidruti. of wij spoorden het op." „Goed. Verschaf mij spoedig stellige be richten omtrent de nieuwelinge." „Deze maan, meesteres, zal niet verdwij nen of gij weet alles". In een andere groote, behagelijk ingerichte ruimte van het bidruti zaten meerdere oda lisken of bijzitten gezellig bijeen. Hoezeer ook nijd en ijverzucht de eene tot de vijan din der andere schoone maakten, het ver langen naar eenig nieuws bracht de ver gramde wezens toch gedurig in elkanders gezelschap. Het onderhoud liep gewoonlijk over liefdesavonturen, welke het palcis van een Babylonisch vorst meestal niet ont beerde. Plotseling zwegen allen, alsof een onzicht bare macht stilte gebood. Een aardig, levens lustfig meisje, fonkelende oogen en 'n frisch gehaat, had liet gezelschap opgezocht. Zij liep tot iu het midden van het vertrek, zag hier en daar en overal rond en toen zij de verwonderde ook wel spottende blikken opmerkte, met welke de vrouwen haar be groetten, sprak zij: „Ge ziet mij zeer ver wonderd aan, dat ik heden teruggekomen ben." Een halfluid gelach was het eenige ant woord. „Het is waai*, ik had bij Bclit gezworen, nooit meer in uw midden te verschijnen. Maar thans kom ik niet, omdat ik daaraan voor mij zelf behoefte gevoel, maar om u wat nieuws te vertellen." Van een der divans klonk een spottend stemmetje: „Bunanitu voelt, dat ze alleen staat en alleenstaanden zoeken gezelschap. Zij meen de eerst, dat de koning zich harer zou herinneren, nu Susanka uit den weg ge ruimd is." „Gij zijt wel slim," antwoordde Bunanitu scherp. „Nabunahid heeft mij nog niet maanden lang vergeten, zooals u" „Gij weet niet, naar ik hoor, dat een nieuwe bloem in het bidruti ontloken is?" „Ik weet nog meer. Gij zult vreemd op zien, hoe goed Bunanitu omtrent de zaken in het bidruti onderricht is." „Zij heeft ook wel reden, om op haar hoede te zijn. wijl zij niet in het onaange name geval verkeeren, dat Nabunahid haar volkomen vergeet." „Laat ons daarover voor het oogenblik 't Stilzwijgen bewaren! Ik ken u, spotster. Luister liever naar hetgeen ik u meedeel." „Ha! zullen we weer van groote verwik kelingen hooren? Heerlijk! Dat is prettig! 't Was in den laatsten lijd 111 het bidruti ook zoo saai, zoo eentonig, zoo vervelend!" zei een andere odaliske. „Heeft de dochter Sippara's Nabunahids gunst niet gevonden? Ik vernam, dat zij zoo treurig keek. Ze moet andere buitengewoon schoon zijn!" „Dat is zij", antwoordde Bunanitu. „Maar dat is niet alles, wat ik zeggen wil. Integen deel, ik weet, dat de koning meer om haar bezorgd is, dan om een van ons allen, Nito kris niet uitgezonderd. Hij beval den eunu chen haar de vertrekken en lusthoven naast die van zijn trotsche dochter aan te wijzen de prachtigste uit het bidruti, 011 bovendien aan al haar verlangens te voldoen." „Bij ons was het in den beginne evenzoo. 't Zal met haar ook wel een einde nemen." „Ditmaal zal de nieuwelinge zelf zorgen, dat het zoo komt. Ik he>b tenminste uit ver trouwbare bronnen vernomen, dat zij tot heden een jongeling, een van goeden huize beminde en dat de liefde zeer* groot moet zijn. En de jongeling volgde haar in zijn verliefde eigenzinnigheid tot aan den ko ningsburg en heeft zich waarschijnlijk in 't hoofd gezet haar uit dit huis te ontvoeren. Geloof mij, er zal spoedig nog meer nieuws zijn. Tot heden dit!" Bunanitu keerde zich om en verliet de zaal. Een spotachtig lachen was het antwoord De odaliske keerde echter niet terug om tc laten blijken, hoezeer haar zulks mishaagde. „Of Bunanitu ook verlangt, dat die Tavat Hasina spoedig verdwijnt!" „Ik geloof geen woord van alles wat zij ons verhaalde. Haar slavinnen zullen haar weer belogen hebben. Zij babbelen maar door en vertellen altijd zulk nieuws, dat de meesteres gaarne hoort!" Nitokris was stom van verbazing, toen haar slavin reeds denzelfden avond, listig glimlachende, voor haar verscheen. „Goede meesteres,gij zult alios vernemen! „Hoe, Nubta? Zoo spoedig?" „Ja, ik had een gelukkig oogenblik. Juist toon ik mij onder een geschikt voorwendsel naar de groote zaal begaf, gij wilt daar nooit een voet zetten, hoewel men daar bijna altijd hoort wat men gaarne weet verscheen Bunanitu en uit haar mond ver nam ik het groote nieuws. Ik deed net, of ik in den eenen of anderen hoek iets tc verrichten had en luisterde intusschen met beide ooren, naar haar woorden." Op Nitokris' gelaat was een kwalijk be dwongen nieuwsgierigheid te lezen. Bijna woordelijk verhaalde Nubta de belangrijke tijdingen van de odaliske. „Nu, dat moet ook een dwaze jongen zijn dut hij meent zijn geliefde uit Babylon* muren te halen. Hij zon den weg uit liet bidruti niet eens kunnen terugvinden!' „Zijt gij tevreden over hetgeen ik u mede deelde, goede meesteres?" „Zeker. Hier, neem dezen armband tot loon voor uw oplettendheid!" Tavat-Hasina had inderdaad prachtige vertrekken ter bewoning ontvangen. Om '11 kleinen tuin waren aan drie zijden hel ver lichte kamers. Een vriendelijke hal nam do andere zijde in. Wat Oostersche weelde !*•- denken kon. om deze ruimten tot een lust oord te maken, was geschied. Enkele jaren tevoren had de koning dit nJlcs 7.00 laten inrichten volgens de verlangens zijner voor malige favorite Susanka. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1931 | | pagina 9