J~[et Communisme in de Practijk
OVERTOLLIG HAAR!
aag
VRIJDAG 12 JUNI 1931
DERDE BLAD PAG. 9
(Nadruk verboden)
Objectieve mededeelingen en critische beschouwingen
DE SOWJET-VERTEGENWOORDIGER
VEROORDEELD DOOR DE LONDENSCHE
RECHTER
In een civiele procedure van de houtfirma
Hillas tegen de Arkes, de sowjet-handels-
vertegenwoordiging te Londen, is de eerste
in net gelijk gesteld. Nader zal worden be
slist door den rechter, hoe groot de schade
vergoeding is, die Arkes aan de firma Hillas
heeft te betalen. Het officieele telegraaf-
agentschap is natuurlijk niet te spreken
over deze beslissing en wijt haar aan de
vijandige stemming van den rechter tegen
de sow jet-unie. Men moet toch over een
groote hoeveelheid onbeschaamdheid be
schikken, om nu de jongste processen in
Moskou, waarbij de comedie, die in de sow
jet-unie rechtspraak heet, voor de geheele
wereld zoo duidelijk is geworden, dat men
in de roode hoofdstad van verder voorge
nomen soortgelijke vertooningen heeft af
gezien, nog verwijten tot rechters in andere
landen durft te richten over onpartijdigheid
De zaak is trouwens zeer eenvoudig; de
Arkes had met de firma Hillas een contract
gesloten, omdat het Engelsche houtsyndi-
caat niet naar haar pijpen wilde dansen.
Later kwam men tot overeenstemming met
't syndicaat en annuleerde de overeenkomst
met Hillas, op grond van allerlei chicanes
De Engelsche rechter heeft natuurlijk be
slist, dat een eenmaal gesloten overeen
komst niet eenzijdig geannuleerd mag
worden
Wij zijn echter op deze zaak ingegaan
om nog een andere reden. Het contract met
de firma Iiillas, dat nu in het geding is ge
bracht, bewijst, dat de sowjets als verkoo-
pers gebruik maken van allerlei minder
waardige practijlcen, zooals die worden
toegepast door firma's van minder allooi,
waaraan echter bona fide zakenmenschen
zich niet bezondigen. Zooals zij in hun
eigen land een stelsel van „oedarniki" heb
ben ingevoerd, aanjagers en verklikkers,
die voor hun diensten extra beloond worden
zoo trachten zij contracten te sluiten met
buitenlandsche firma's, waarbij de provisie
toeneemt met den omzet en waarbij voor
volgende jaren nog grootere voordeelen toe
gezegd worden, indien een zekere omzet
wordt bereikt. Het is een zuiver dumping
contract, berekend op hoeveelheid, op uit
voer van een zoo groot mogelijke massa,
terwijl de sowjetvertegenwoordiging bereid
is de prijzen steeds lager te laten vallen.
Waar de sow jet-regeering haar politiek
van dumping steeds ontkent, is het goed dit
contract, dat voor den Londenschen rechter
als officieel document is overlegd, in ge
dachten te houden.
BUITENLANDERS GEVRAAGD
Reuter seint uit New York, dat de presi
dent van de handelsvertegenwoordiging der
sowjets aldaar, welke organisatie afgekort
Amtorg heet, heeft medegedeeld, dat zijn
regeering in den loop van dit jaar 137.000
buitenlanders denkt uit te noodigen. In den
aanvang van dit jaar schatte men het aan
tal buitenlanders, dat noodig was, op 1015
duizend, thans is het reeds bijna tienmaal
zoo hoog geworden. De moeilijkheden in de
industrie zijn blijkbaar veel ernstiger dan
men had voorzien.
Of deze mededeeling op waarheid berust
dan wel een propagandamiddel is der sow
jets om een gunstige stemming in de Ver-
eenigde Staten te kweeken kan men tevoren
niet weten. Een aantal buitenlanders als
boven genoemd zou hooge eischen stellen
aan de organen voor levensmiddelenvoor
ziening in d'c sowjet-unie, daar de buiten
landers in afzonderlijke coöperatieve win
kels worden bediend, waar gezorgd wordt
voor veel meer voorraad dan in de gewone
volkswinkels.
Intusschen heeft de propaganda van Am
torg tot nu toe niet veel succes gehad. De
kamer van koophandel te New York heeft
in haar jongste vergadering met nagenoeg
algemeene stemmen besloten niet deel te
nemen aan de voorgenomen reis van Ame-
rikaansche industrieelen naar Rusland,
waarvoor kolonel Cooper, de adviseur der
sowjet-regeering bij den bouw van Dnje-
prestroi, een krachtige actie voert.
DE GELDHONGER
Het voortdurende tekort in de staatskas
heeft het. aanzijn gegeven aan weer eenige
nieuwe belastingen in de sowjet-unie. De
vermakelijkheidsbelasting is belangrijk ver
hoogd. waarbij de klassieke voorstellingen
en concerten, circussen en dergelijke, waar
heen de groote massa trekt, met 40 pCt.
Voor wedrennen met totalisator, is de ver
makelijkheidsbelasting op 75 pCt. van den
entreeprijs gesteld. Op bioscoopvoorstellin
gen, waarbij reeds verschillende locale be
lastingen werden geheven, is nogmaals 33
negende van den prijs plus alle bestaande
belastingen gelegd ten behoeve van de
staatskas.
Voorts is er een belasting ingevoerd voor
hen, die 's zomers in een buitenverblijf
wonen buiten Moskou. Degenen, die minder
dan 100 roebel per maand verdienen zijn
vrijgesteld van die belasting; een nobel ge
baar. Alsof iemand met zulk een minimaal
inkomen zich de weelde van het buiten
wonen, ook in de sowjet-unie, kan veroor
loven! De overigen betalen van 1 tot 20
roebel per seizoen.
Naast al deze nieuwe belastingen zal er
weer een leening van eenige honderden
millioenen worden uitgeschreven; wat be
treft „vrijwillige" leeningen wordt inder
daad het programma voor ver over de 100
vervuld.
BINNENLAND.
MOBILISATIE-INVALIDEN
EEN STILLE BETOOGING IN DEN HAAG.
Het Bestuur van den Bond van Mobilisatie
Invaliden en van hun Nabestaanden te
Drachten, overweegit, op een nog nader te
bepalen dag, het houden van een groot bui
tengewoon congres in Den Haag. Dit, in ver
band met de behandeling van het door de
Regeering bij de Tweede Kamer ingediende
wetsontwerp ten behoeve van de Mobilisatie
Slachtoffers.
Het ligt in de bedoeling hieraan een
groote stille sitraat betooging te verbinden,
waarbij een delegatie van invaliden en we
duwen en weezen en andere nabestaanden,
aan H. M. de Koningin, de Minister-Presi
dent en de Voorzitter der Tweede Kamer
een smeekschrift zal aanbieden waarin om
rechtdoening wordt gevraagd.
Van alle kanten en uit alle deelen van
het land zijn reeds tal van enthousiaste in-
stemmings-betuigingen binnen gekomen.
Het Bestuur verwacht, dat pl.m. 2000
leden van den Bond, zoowel mannen als
vrouwen aan het congres en de betooging
zullen deelnemen.
Er zijn momenteel nog eenige moeilijkhe-
DE SPAANSCHE POTTENVERKOOPER
1&7X
ln verschillende plaatsen van ons land is hij reeds gezien: de Spaanschepottenverkooper.
Hun ezeltjes zijn beladen met potjes en bakjes en schaaltjes en dergelijke snuisterijen
meer. De koopman kent natuurlijk de Hollandsche taal evenmin als z'n gehoor Spaansch
verstaat. Daarom wordt onderhandeld in de internationale taal van 't gebaar. Zoo ziel
men op bovenstaande schets hoe de Spanjaard aantoont, dat de grootere potten 2.
moeten kosten.
den, die nog overwonnen moeten' worden,
vooral voor de deelnemers, die slecht ter
been zijn en niet de beschikking over een
invalidenrijwiel of wandelwagen hebben,
r het Bestuur denkt hieraan tegemoet
te -kunnen komen door het afhuren van een
aantal auto-cars.
Aan het Gemeentebestuur van den Haag
is reeds vergunning gevraagd.
Kerknieuws.
haar contact met de groote massa verliest,
moet tegen elk standsverschil gewaakt wor
den. Er is z.i. geen onderlinge liefde meer.
Met het groot aantal armen en maatschap
pelijk zwakken moet gerekend worden. Wan
neer uit het zitten in de kerk de verbroede
ring spreekt, zal dat ook de afgedwaalcjun
weer trekken.
KERKORGELS
Te Haarlem is de levering van de
electrische windinstallalie voor het orgel in
de Chr. Geref. Kerk opgedragen aan de N.V
Standaart's Orgelfabrieken te Schiedam.
DE RAAD VAN KERKEN IN AMERIKA. „JACHIN"
Principiëele critiek. Te Rotterdam, in de N. Westerkerk,
Van verschillende zijde komt er in Amerika «ordt. gelijk reeds gemeld is Woensdag 15
bij de aangesloten Kerken ernstige critiek op _a.s._de oiste Jaarvergadering van de
de handelingen van de Federale Raad
Kerken. Niet alleen uit de kringen der Geref.
Kerk, maar thans ook van de zijde der Pres-
bvteriaansche Iverk. Het betreft vooral de
houding, door genoemde Raad aangenomen
inzake huwelijk en geboortebeperking. Een
der kerkeraden van de Presbvteriaansche
Kerk heeft een voorstel gezonden naar de
Generale Synode, die deze week te Pittsburgh
vergadert, waarin hij van een rapport van een
Commissie van genoemde Raad over de
huwelijksverhouding uitspreekt, dat het een
huwelijksbeschouwing voorstaat die onschrif
tuurlijk is en ingaat tegen het duidelijke
onderwijs van Christus en van Zijn Kerk,
waarom die Kerkeraad de Generale Synode
voorstelt om bedoelde opvattingen te verwer
pen en een verklaring te publiceeren, dat men
trouw wil blijven aan het onderwijs van Jezus
Christus, dat het de plicht is van Christen
mannen en -vrouwen, om in den heiligen hu
welijken staat te leven in Christelijke rein
heid en zelfbeheersching, tegelijk afwijzend
de leeringen van hen die de Kerk door
weveldsche wijsheid zouden willen verleiden
de eenvoudige leer van Christus te verlaten.
DE KERK SLECHTS AANHANGSEL?
Eenigen tijd geleden berichtten we, dat er
een commissie was gevormd, om voor het dia-
konale ziekenhuis voor geesteslijders te Amers
foort (Zon en Schild) een bedrag van f 50.000
in te zamelen om aan de directie van dat zie
kenhuis aan te "bieden, teneinde daarvoor een
eigen kapel te bouwen.
Naar aanleiding van dit bericht wordt in het
„/Maandblad van de Vereeniging van Kerkvoog
dijen in de Ned. Herv. Kerk" de volgende op
merking gemaakt:
„Hoezeer wij ons verheugen in de oprichting
van bovenvermeld ziekenhuis en hoezeer wij
gaarne hopen, dat deze 50 mille spoedig bijeen
komt, zouden wij in overweging willen geven
het een volgende maal anders te doen. By een
kerkelijk-diakonale inrichting hoort een eigen
kerk of kapel even elementair als b.v. de cen
trale verwarming. De aanleg van deze laatste
wordt uit de exploitatie bestreden. Waarom
moet die kapel van buiten af betaald worden?
Die kapel is niet een bybehoorend ding, maar
een elementair bestanddeel van de heele in
richting".
KERKGEBOUWEN
Te Alpheu (N. B.) was Zondag j.l.
naar men ons meldt, een buitengewone
drukte te aanschouwen. Vele Protestanten
uit Chaam, Baerle-Nassau, Tilburg, Prin-
cenhage en Ginneken kwamen er uit
beide laatstgenoemde dorpen een lange
rij van 70 fietsers, een autobus en een aan
tal luxe auto's om de ingebruikneming
an de gerestaureerde. Herv. kerk bij te, wo
nen, waar Ds. J. C. Fontein, van Chaam, waar
onder Alphen ressorteert, in de prediking
voorging. Het dorp Alpen telt slechts 10
(zegge: tien) Prötestantsche inwoners. Vi
ger heeft men hier eeuwenlang een eigeu
predikant gehad. Er zullen nu geregeld
weer godsdienstoefeningen daar gehouden
worden.
Te Suawoude (Fr.) krijgt de Geref.
Kerk een nieuw orgel. De levering is op
gedragen aan de firma H. W. Flentrop te
Zaandam.
ZITPLAATSENREGELING.
Uit Spijk (Gr.) ontvangen we van den
heer S. Meindersma nog een schrijven, waar
in hij pleit voor de „vrije kerk", waarvoor
z.i. in den Bijbel wel grond te vinden is,
doch niet voor familiebanken en wat daar
uit voortvloeit. Hij wil een half uur vóór
eiken dienst de kerkdeuren wijd open zetten
en alle plaatsen (behalve voor gebrekkigen
en ouden van dagen) vrij geven aan wie
maar komen wil. Waar de Kerk almeer
Geref. Zondagsschoolvereeniging „Jachin"
gehouden.
Nadat den dag te voren een bestuursver
gadering is gehouden, heeft dien avond nog
een bidstond plaats, waarbij Ds. J. L. Schou
ten, van AmsterdV.i, zal voorgaan, en een
begroetingssamenkomst.
De Jaarvergadering wordt geopend met
een toespraak van den Voorzitter, Prof. Dr.
F. W. Grosheide, van Amsterdam. Verschil
lende huishoudelijke zaken zullen worden
afgedaan. De secretaris, de heer A. Boot,
van Groningen, houdt een inleiding over:
„Jachin's historie van 18711931". Prof. L.
Lindeboom, van Kampen, eere-voorzitter,
hoopt in de middagvergadering een toe
spraak te houden. Van Ds. J. Douma, van
Arnhem, staaf op het programma een refe
raat over: „De Kerstfeestviering onzer Gerei*.
Zondagsscholen." Van Kampen is er nog een
voorstel: Het Bestuur geve ons een Rooster
van geregeld op elkaar volgende onderwer
pen voor de vertelling; liefst elk half jaar
bij toerbeurt Oud- en Nieuw Testament".
ZENDING ONDER DE JODEN
De Ned. Vereeniging voor Israël heeft in
de plaats van het verkochte gebouw „Sal-
vatori" thans aangekocht een perceel aan
de Andrieskade, tegenover het Weesper-
poortstation, te Amsterdam, om dit als „Zen
dingshuis" voor haar arbeid te bestemmen.
Een deel van dit perceel zal als woonhuis
voor den zendeling K. II. Kammeyer wor
den ingericht.
Schoolnieuws.
OPENBARE SCHOOL EN VOLKSLIED
Uit Amsterdam schrijft men ons:
Wij lezen in het soc.-dem. dagblad „Het
Volk":
„Gistermorgen heeft een 12-jarige leerling
van de 5e klasse der President Krugerschool
in de Laings Nekstraat bij de zangles ba-
Ewaar gemaakt om mee tè doen, toen de
klasse-onderwijzeres de leerlingen na ande
re liederen ook het Wilhelmus wilde laten
zingen. Toen den jongen, die lid is van de
A.J.C., naar zijn bezwaren werd gevraagd,
deelde hij die mede, waarna de onderwijze
res hem bij wijze van strafmaatregel op
droeg, het Wilhelmus alleen te zingen. Ook
dit weigerde de jongen. Daarop is hij naar
het hoofd der school gezonden, die den
knaap, in overleg met de betrokken onder
wijzeres, voor drie dagen van school stuur
de.
„De ouders van c|en jongen hebben zich
over deze zaak eerst telefonisch en daarna
schriftelijk bij den wethoudeer voor het on
derwijs beklaagd.
„Naar wij vernemen, heeft de wethouder
.-iVyieze Ier onderzoek in handen gesteld
van den inspecteur van onderwijs, den heer
C. P. Vrijburg, die heden een onderzoek
bij beide partijen zou installen en den wet
houder van zijn bevindingen rapport zal
uitbrengen."
Ja 'tis wel gek, dat men op „de School
waaraan de natie gehecht is", ook soms nog
wel eens het „Wilhelmus" zingt. Het is wel
onbetwist ons Nederlandsche volkslied,
maar het is niet het „Volks"-lied, en even
min het lied van de jonge garde van het
proletariaat.
De zaak is bij den Inspecteur en bij een
Wethouder in onderzoek.
Intusschen is „Het Volk" reeds geheel
klaar en behoeft niet te wachten op het Sa-
lomo's oordeel van partijgenoot Polak. Het
schrijft alvast boven het berichtje „Onver
standige straf van de onderwijzeres". Wie
zei ook weer, dat men, om geen enkele ge
zindheid te kwetsen, nog maar het best de
Openbare School sluiten kon?
DAMES! vooral lezen
Zenuwen! Zenuwen!
Wegens het Overtollig Haar geen Zenuwen noodig, wij verwijde
ren Uw Overtollig Haar waar het zich ook bevindt, met garantie
van nooit meer terugkomen, en met het verdwijnen van Uw
Overtollig Haar verdwijnen ook nw Zenuwen.
Weg met Scheermes, Zalfjes en poeder, onze ontharing is bereik
baar voor iedere bears. Ook verwijderen wij puisten, wratten,
litteekens, rimpels, verslapte aangezichtsspieren, enz.
Vele referentiën van behandelde dames en H.H. Doctoren.
Telefoon 331841 Catalogus No. 36 gratis en franco.
Academie Scientifique de Beauto/^-
156, Laan van Meerdervoort 156, Den Haag f/i
Directrice: Mevr. Lonise C. Gimber, GedipL Schoonheidsspecialiste
Onze beroemde Schoonheidsmiddelen „Linda" worden gekocht
door onze groote Operette- en Tooneelsterrer o.a. Mimi Geynes enz.
wat Wils.
1
EEN DIEF VAN PROFESSIE TE ZEIST GEKNIPT
Vam „Trajectinus" ontvingen we dit
interessant stukje.
„Ze hebben hem! ze hebben hem!" ging
in 't begin van Febr. 1749 als een loopend
vuurtje door het andere zoo vredige Zeist
de tij-diiing, die ieder met zekere voldoe
ning vernam. „De Jonge Hond" is gevan
gen!"
Nu, 't was ook een heele opluchting, dat
radio-nieuws uit dde dagen. Ei* was een
dief gevangen, die heel wat op zijn kerf
stok had staan en een verren omtrek ver
ontrustte. Laten we samen zijn „sententie"
eens doorkijken, dan kunt u zelf zien, welk
een gevaarlijk persoon geknipt was en ook
dat in dien goeden ouden tijd een dief
heel wat kon uitvoeren, eer hij in de val
Gernit Wililemse had al van jongsaf „in
het vak" gewerkt. Toen hij pas 11 jaar \va6
in 1740. had „zeker persoon" zich met hem
geassocieerd en samen waren ze het bree-
de pad opgegaan. Maar onze Geruit was al
spoedig gevangen in Gelderland en
door het Hof van Gelderland voor den tijd
van zes jaar tot het tuchthuis te Arnhem
veroordeeld, en daarna levenslang uit die
provincie verbannen. (Hij was in Ermelo
geboren).
Maar onze thans achttienjarige Gerrit,
„alias de jonge Hond", was niet gauw uit
het veld geslagen; in plaats van in balling
schap te gaan, was hij in Gelderland ge
bleven, maar weid spoedig weer gearres
teerd. Evenwel, men behandelde hem om
zijn jonge jaren met clementie, want hij
werd weldra weer ontslagen, mits hij nu
inderdaad de provincie zou verlaten.
Dat deed hij ook „eerlijk als een dief":
hij gunde thans aan de protviinoie Utrecht
de eer van zijn domicilie. En al spoedig
„hield hij communicatie met eenige fameu-
se dieven en vagebonden."
En nu begon het lieve leventje! Reed6
in de lente van 1747 bracht hij zijn hoog
bezoek aan de buurtschap „de Birkt" bij
Soest, waar hij uit de weide van den „Ze-
gei* Boer" twee schapen meenam, die hij
aan een touw „koppelde". Ziet u, hij hield
van gezelschap, want niet waar: „goed ge
zelschap maakt korte mijlen."
Zoo trok hij met zijn twee blatende mede
reizigers een goede buit voor hem!
op Utrecht af. „Het ging over de Biltze
Steenstnaet" heen „tot over de Gildbrug" te
Utrecht bij zekeren Wóilem Potih, vvien hij
zijn wiitgewolde kudde voor 12 gld. aan
bood. Maar onze Willem kreeg „suspicie,
dat hij dezelve gestolen had," en liet hem
dat ook merken. Onze „Jonge Hond" voel
de zich niet erg op zijn gemak en ging er
vandoor, zijn blatende mede-reizigers ge
woon maar achterlatende.
Hij trok nu zonder gezelschap naa.r
Core van Smorenburg, den waard in het
Paronenhui6 onder Utrecht, en tot damk
betaalde hij den waard door hem een bonte
da6 te ontstelen, dde hij nog langen tijd als
een zege-teeken gedragen heeft
Nu hij zich in de stad niet meer veilig
voelde,, zocht hij een ander arbeidsveld uit
en wat een brutaliteit! zoowaar weer
in 't hem verboden Geldereche, n.l 't stadje
Nijkerk. In de buurt hiervan, op Sliohten-
horst, was het in den maaltijd der rogge,
en hij nam daar zonder vragen, van een
maaiveld drie zeisen mee, die de maaiers
tijdens hun schafttijd maar zoolang had
den laten staan, natuurlijk gemakshalve.
Dit gereedschap bood hij onderweg op de
„Blomheuvel" aan Jan van Smorenburg
te koop aan; maar Jan vertrouwde het
zaakje niiet en dus wilde dde Jantje Secuur
er niet6 van weten. Zoo trok onze „Jonge
Hond" met zijn zeisen verder en verkocht
ze later onder Soest aan zekeren Ruth
Klaes6en.
In 't voorjaar van 1748 heeft hij een ven
nootschap opgericht; hij had zich toen n.l.
aangesloten bij een ander heer, die het met
het mijn en ddjn evenmin nauw nam. Sa
men trokken zij er nu op uit „één alleen
HUISWERK EN ECONOMIE!
In de „Haagsche Post" geeft een inzender
de volgende korte historie weer.
„De leeraar in de Nederlandsche Taal en
Letterkunde aan een der Middelbare Han
delsscholen geeft zyn leerlingen een paar
onderwerpen voor opstellen op, waaronder
ook: „Huiswerk". Een jongen van 16 jaar
behandelt dit onderwerp als volgt:
Eén van de grootste bezwaren, die ik tegen
de school heb, is, dat we huiswerk moeten
maken. We leeren op school om later ons
brcod te kunnen verdienen; om er kaas op
te% kunnen krygen, moeten we huiswerk
maken. Dan worden we knapper. Maar daar
de menschen zooveel knapper zijn geworden,
is op allerlei gebied de techniek verbeterd,
is de productie opgevoerd tot een zoo hoog
peil, dat we van overproductie kunnen spre
ken. Die overproductie heeft de malaise ver
oorzaakt, die duizenden menschen werkloos
r.eeft gemaakt en de heele maatschappij
ontwricht. Het huiswerk is dus de oorzaak
van heel veel narigheid en ellende en het is
te hopen, dat de leeraren van enze school dat
gaan inzien en er hun conclusies uit trekken.
Dan komen wy van dat nare huiswerk af en
ie maar verdrietig!" en zwierven bij
Amersfoort rond. Daar, tuesohen de 6tad
en Nijkerk sloegen zij hun slag: zij namen
van een boer mee: „een hembd en een paar
koussen, mitsgaders het brood uit den oven"
(Zoo'n oven staat achter in den tuin, niet
tn huis). Het brood hebben ze zeker zelf
verorberd, want alleen het hemd en de
kousen verkochten ze aan een liefhebber
voor 26 stuivers, die ze gelijkelijk verdeel-
Nu werd blijkbaar de vennootschap ont
bonden; onze Gerrit trok weer naar de stad
Utrecht en zocht daar „niet verre ven de
Weerdpoort" een slaapstee op. Of hij be
taalde, weet ik niet, maar wel, dat hij van
den waard een borstrok en een paar schoe
nen meenam dde hij verkocht aan een uit
draagster op het Vreeburg voor twaalf
stuiveis.
Op 11 Januari 1749 „werkte" hij in een
weiland buiten Utrecht, „omtrent den Bies
bosch"; daar nam hij een „oud droezig
paard" mee en verkocht dien reismakker
's middags te twaalf uur aan den ril der
Johannes Smitzer, dde buiten de Tolsteeg-
poort woonde. Hij kreeg er voor: één gul
den en een half pintje jenever, „hem be
lovende nóg een paard te zullen brengen."
Onze „Jonge Hond" bleek*een man van
zijn woord te zijn. Het duurde wel een
week, maar tov.i kwaim hij op 18 Jan.
des ayo-nds tusedhen 8 en half negen bij
den vilder aan, weer met een paard. Hij
had het „meegenomen" uit het land van
Johannes Schouten, wonende op Groenen-
daal aan de Vecht. Thans scheepte de vil
der hem weer of met een gulden en „een
bol bier." Maar onze Gerrit vond het toch
een aairdög zaakje, altham hij beloofde
thans den man, drie paarden te zullen
brengen.
Inderdaad, wee een week later, op 24
Januari, haalde hij uit het land van Gerrit
Baars, wonende in de Lageweide buiten
Utrecht, een oud merriepaard met „een
bles voor den kop, en een witten voet." Met
dezen vangst trok h'j naar onzen vilder,
en bedong weer een guldten. Maar de man
weigerde te betalen, mogelijk omdat hem
drie paarden waren beloofd. Onze „Jonge
Hond" moest niets meer van hem hebben.
het was gewoonweg een afzetter. Neen.
nu wou Genrit niets meer met hem te ma
ken hebben en liij nam zich voor een ander
„afzetgebied1" te vinden.
Zoo trok Gerrit opnieuw op de paarden-
jacht uit. Ditmaal belandde hij op 28 Jan.
heel in de vroegte hij wilde blijkbaar
liever niet gezien worden ik zeg, dit
maal kwam hij in liet land van Corneli6
Wijnen, wonende op Mariendaal aan de
Vecht, tussohen Utrecht en Zuilen. Daar
liep hem maar zoo een oud merriepaarl
met korten 6taart na; hij besteeg het dier
heel deftig en reed er zelfs de stad mee
door 's morgens te 10 uur en sloeg
toen den weg over de Bilt naar Amersfoort
in. Bij het Huis te.r Heide hield hij halt.
en daar verkocht hij het dier voor 12 gul
den aan Manus Hendiriksen, wonende onder
Zeist. Dat was nog eens een goede vangst,
of lSever een goede belooning! Heel wat
royaler dan die krenterige vilder buiten
de Tolsteegpoort!
Neen maar! nu kreeg onze Genrit dubbefl
moed. Hij zou wéér op de vangst gaan!
Maat"het hoefde niet meer; op welke
wijze kan ik bij gebrek aan bescheiden he
laas! niet zeggen, maar wefl dat „onze Ger
rit Wililemse, ad'ia6 de Jonge Hond, oud 20
jaren en geboortig van Ermelo ouder den
Gerechte van Zeist gearresteerd werd en
daar ..buiten pijn en branden" (dus niet op
de pijnbank liggende) al zijn dieverijen be
kende. En de Justitie, die vooral diefstal
van paarden zwaar strafte, meende, dat
zulke diefstallen niet geduld mochten wor
den in een land, „ailwaer goede justitie vi
geert", veroordeelde hem ter dood, ter galg.
Zoo eindigde deze dief aan de galg te
Zeist zijn jong leren.
de maatschappij zal er beter by varen."
De jeugdige opstellen-schrijver geeft met
het bovenstaande niet alleen blyk een eco
noom in den dop, doch tevens een oolykert
„PAEDAGOGISCH TIJDSCHRIFT
In de .Tuni-aflevering van het „Paedago-
gisch Tydschrift" zet Prof. Waterink verder
uiteen zijn school-organisatie-voorstel. zeer
concreet beschrijvend hoe hy een school het
liefst zou zien ingericht; het verschilt nog
al wat van het thans algemeen geldende
schooltype. A. Demmer van Valburg schrijft
over „Taalonderwijs in een kleine volks
school", ervan uitgaand, dat dit onderwijs
moet dienen de leerlingen te gewennen eigen
gedachten, mondeling en schriftelijk, duide
lijk en juist uit te drukken. Na een paar
korte schetsjes van Embé verdedigt D. Wou
ters in de critische revue het Christelijk
onderwys tegen onbillijke beoordeelingen in
eigen kring. De heer T. van der Kooy laat
interessante stemmen uit het buitenland
hooren, terwijl het nummer eindigt met de
boekentafel.
FEUILLETON
DE STER VAN HALALAT
Een verhaal uit den tijd der Babylonische
ballingschap
(6
„Ik heb' liaar nog niet gezien. Ware dit
zoo, dan zou ik allicht heter een oordeel
kunnen vellen dan een vrijer, wien het ge
luk blind maakt. Overigens hebt gij mij
ook nog niet gezegd, hoe zij er uitzietl"
„Niet? Heb ik dat vergeten? Laat het u
niet verwonderen. Vandaag, nu mij zoo 'n
groot geluk ten deel viel, ben ik in staat,
alles te vergeten. Welnu dan! Zij ia zoo
schoon als de schoonste bloem in den tuin
van Semiramis. Hare oogen zijn zacht als
die eener duivc, hare stem lieflijk als het
zacht geruisch eener Acolusharp bij een
zacht windje, hare gestalte sierlijk als die
eener antilope, welke over de vlakte snelt
op liet gezicht van den jager. Geloof mij,
als gij Tana ziet, zult gij haar evenzeer
bewonderen als ik!"
„Ik wil al uwe woorden geloof schenken;
maar ik kan mij niet weerhouden, u te be
kennen, dat een verliefd oog zoozeer ver
blind wordt door de stralen, welke uit de
oogen der geliefde voortkomen, dat het
meestal in het geheel niet in staat is, in
het inwendige een blik te werpen. Daar
binnen zijn dikwijls de grootste vlekken, ge
lijk ook de zon in haren glans de vlekken
verbergt. Dus spreken de asti-ologen te Ba
byion".
*Sukkal. bedroef mij thans niet met die
woorden van twijfel. Heden niet, nu ik zoo
gelukkig ben".
„Wat gij wenscht, zal geschieden. Spre
ken wij over uw geluk. En toch, nog op
één zaak, een enkele slechts, moet ik uwo
aandacht vestigen".
„Al weer iets dergelijke?"
„Ja, maar het ie bepaald noodig dat ik
het u zeg. Kent gij niet de geschieden i6
van den knaap, die met het tamme vo
geltje speelde? Hij nam het uit de kooi,
zette het op die vlakke houd en was geluk
kig, toen hij het diertje zag vliegen.
Daar zag het ventje heel hoog in de lucht
een vogel zweven en begreep, dat het een
adelaar was. Het vogeltje redden? Te laat!
Bliksemsnel schoot de groote vogel om
laag en greep de kleine. Angstig tjilpend
poogde het vogeltje te ontsnappen en den
knaap te naderen. Maan* neen! De arend
hield het diertje gevangen, vloog opwaarts
naar de blauwe lucht en verdween met zijn
prooi uit het geizioht. Treurig 6tond de
knaap daar in den tuin, onmachtig in zijn
woede en smart tegen den hoog vliegen den
adelaar."
„Wet wdlR gij daarmede zeggen, Sukkel?"
vroeg Achiiramu, plotseling verbleekende.
„Al6 Tana eohoon ie, zou zij allicht ook
door anderen, d.ie hooger geplaatst zijn,
met begeerige blikken aangezien worden
en dezen zonden niet dralen, de klauwen
uit te slaan naar de welkome prooi."
„Gij doet evenaoo als de sterrenwiche
laars te Borsippa, die op de mooiste avon
den slechts iets kwaads uit de sterren le-
„Maar ail6 ik niet zonder grond spreek?"
„Ik bid u, zeg duidelijk, wat gij meent!"
„Goed! Ik zal duidelijk zijn. Nabunahid,
de groote vorst, is, volgens het zeggen, een
erkende bewonderaar ren elke schoonheid
ondier zijn vrouwelijke onderdanen. Menig
sohoone bloem, die iin het verborgen bloei
de, moet hij reeds ren den stengel gerukt
hebben. Van den andieren kant zijn er vele
lieden, wie het voordeel oplevert, den ko
ninklijken bewonderaar zulke bloemen te
ontdekken."
„Maar waarom zou er juist in deze da
gen gevaar bestaan? Wilt gij mij de ech on
heiid van dezen dag door louter donkere
schaduwen ontrooven?" vroeg Achiiramu,
6teede angstiger geworden.
„Ik wil u verraden, wat in d>e voorname
kringen der groote stad Babylon reeds een
openbaar geheim is: dat Susan ka, dde tot
heden de bevelling van Nabunahid was, op
onverklaarbare wijze verdween. Velen we
ten zioh deze zaak te verklaren en houden
val, dat het. lijk der odoJlieke in den
Euph'iviat geworpen is. Nabuna.hiiid zal in
de trouw zijner lievelinge een haar gevon
den hebben. Zij, die aan liet hof verkeeren
zeggen, dat hij tegenwoordig ontoeganke
lijk is en zijne dienaren wegens de minst
betee-kenende misdrijven oumenschelijk
straft. Eu zelfs Beilibni, zijn opperhofmees
ter, wacht zich zooveel mag ei ijk hem te
naderen. Natuurlijk zijn vele spionnen uit
gezonden, om hem het middel te bezorgen,
dat zijn toorn weer moet bedaren. Zij
trachten onder de sclioonen uit Akkad,
Sum in* en Chaidea de allerschoonste te ont
dekken."
Aohiiramu werd beurtelings bleek en
rood.
„Ais gij nog langer zoo 6preekt, zult ge
mij van angst en vertwijfeling doen stik
ken!" ,w
„Dat was mijn doel niet. Maan* het is
goed voor u, ook in het grootste geluk aan
een wending van het lot te denken. Toen
verleden jaar voor den harem van prins
BeHsazair vele sclioonen gevonden werden,
hebben ze wellicht uw Tana niet gezien.
Tegenwoordig zou het moeilijk gelukken
haar te verbergen voor het loerende oog
ren den spion, daar zooals gij zegt
Tana's schoonheid in de heele stad bekend
46."
„Hoe angstig maakt gij mij! En hoe pijn
lijk is het, een onheil te willen afwenden
cn daartoe geen macht genoeg te bezitten."
„Wist ilk, dat gij zoo angstig, zoo opge
wonden zoudt worden, ik had stellig ge
zwegen. Ge hadt don in de dogen, «lat het
meisje n gegund was, ongestoord kunnen
genieten en dan nu, wanneer de slag
trof, dat wiill zeggen, imdiien men Tana
mocht wilden ontvoeren, ijlings met haar de
vduoht kunnen nemen."
„Maar nu 6taat dus het ongeluk nog niet
voor de deur? Dus nog geen vrees?"
„Wel neen, bfeste vriend! Ik heb sleohts
gesproken van mogelijke gebeurtenissen.
Uw Torna wandelt immers nog vrij, overal,
waar zij verkiest."
„En als spionnen naderen, ook dan be
hoefde ik nog niet den moerl Ie verliezen."
„Wat zou rit gij dan doen?"
„Tana redden, of haar wreken. Mocht
Nabunahid zijn hand hierheen uitstrekken,
ik ontruk hem zijn prooi. Ja zelfs dan nog,
aJs zij in den koningeburg zat; of hij boet
het met zijn leven. De muren, welke hij
om het paleis liet bouwen, beschermen
hem nooh zijn prooi tegen den man, dien
men het liefste, dat hij op aarde bezat, on/-
Matig uwen toorn, beste Achiiramu! "t
Is nog volstrekt mi-et noodiig, zoo woedend
te worden. Ook is het onverstandig tegen
koningen te strijden. De mindere moet nu
eenmaal lijden, verdragen andere is hij
verloren."
„Niet im d-eze zaak, Sukkail! 't Is meer
gebeurd, dat een slang, dien men den voet
op den kop zette, den kwaaddoener ook
a-1 was hij een reus een doodelijke won
de toebracht!"
„Hoe wild! Hoe hartstochtelijk, mijn
waaide! Komaan, laat ons daar niet ver-
dor over spreken; gij bederft mij andere
nog de vreugcl-e over de ontmoeting na
zoo'n lange schei.ling. Vermoedelijk zal
uw kok zioh uitgesloofd hebben, om mij
dezen avond een bewijs te geven, dat men
ook te Sippara weet te geni ten."
Een slank meisje wendende langzaam in
den heerlijken tuin, achter een der voor
naamste gebouwen gelegen. De morgen
wind woei zachtkons om haar schoon ge
laat en speelde met de losse haren. Een
sneeuwwit onderkleed, uit fijne wol gewe
ven, werd van de heupen tot naar benedon
door een goudgeel gewaad met zilverdraad
doorweven, bedekt. Een gordel van rood
geverfd lecler, rijk met góudon loovertjre
veisieivi, d.iendo oih dat opperkleed vast Ie
houden. De bloote. ronde, mollige arm on
prijkten met armbanden, welke er als een
slang omheen gekronkeld waren. Om d-o
polsen zag men eveneens armbanden uit
kleine, gouden ro6etten bestaande. Goud!
goud! Nog meer goud! Want om den hals
droeg zij een keten van gouden bloempjes
welke fot op de bonst reikte en daar eon
bouquet van bloemen en bladen vormde.
De haren, die in donkerbruine lokken
over de schouders golfden, werden boven
het voorhoofd bijeen gehouden door ««9
gouden ring of band,. Als zij de donker^
goedige oogen opsloeg, sprak daaruit ernst
bedachtzaamheid en trouw, wat onwille-
keturig boeide. Daarbij lae om den mond
de uitdrukking van vastberadenheid en
een onbuigzaim-n wil, w elke men steliiig niet
bij zoo'n jeugdig mei6je zocht.
Zij wa6 vergezeld van een dienares, die
eerd-er de vriendin dan wel een slavin
scheen te zijn. Zij hield veel van haar ge
biedster. die steeds goedig was jegens het
dienstpersoneel en vooral Lislima bijzon
der met weldaden overlaadde.
Die meesteres was Tare Hasim, of, zoo
als men hoar meestal in huis noemde, Ta
na, en Lielkna de slavin.
Lieliima da-oog een sierlijk mandje, waar
in Tana de eene bloem na de andere, v elka
zij von verschuilende struiken sneed. oor-
zicht ig neerlei.
„Zoudt ge denker. Lieliima, dat er nu
genoeg zijn?" vroeg Tana,
„Ik geloof, dat we een-der te veel, dan te
einig hebben."
„Laten wij dan daar ginds gaan zitten.
De hink onder den oleander staat daar zoo
mooi 1» de schad-uw! F.*n spoedig zaten
beiden als twee zustere naast e'kander om
de bloemen te rangschikken en bijeen f
binden.
„Wij zijn al haast klaar," sprak Tana, na
eenig stilzwijgen, terwijl haar vingers in
het mandje woelden.
nV'ordf vervolgd