BINNENLAND.
WOENSDAG 3 JUNI 1931
TWEEDE BLAD PAG. 5
OFFICIEELE BERICHTEN
RECHTERLIJKE MACHT.
Bij Kon. besl. is benoemd tot rechter-
plaatsvervanger in de arrondissement^-
rechtbank te Rotterdam Mr. K. F. O. James,
hoofd-rommies der gemeente-secretarie van
Rotterdam.
ONDERSCHEIDINGEN.
Bij Kon. besl. is aan C. van Doorn, te Aus-
terlitz, verleend de eeremedaille, verbonden
aan de Orde van Oranje-Nassau, in zilver;
is toegekend de aan de Orde van Oranje-
Nassau verbonden eeremedaille, in zilver,
aan M. Walraven, te Amsterdam.
DIRECTE BELASTING.
Bij Kon. besl. is aan P. E. B. Clant Bin
dervoet, ontvanger der directe belastingen,
invoerrechten en accijnzen te Bergen op
Zoom, en aan E. A. Entrop, adjunct-accoun
tant der directe belastingen te Leiden, op
hun verzoek, met ingang van 1 Juni eer
vol ontslag verleend uit 's Rijks dienst; is
met ingang van 1 Juni benoemd tot. adjunct
accountant der directe, belastingen te Almelo
J. Verschoor, tijdelijk adjunct-accountant
der directe belastingen aldaar.
VLEESCHWAREN UIT ESTLAND.
De Minister van Arbeid heeft goedge
vonden te bepalen dat. vleeschwaren tot we
deropzegging mogen worden ingevoerd uit
Estland.
RECHTER-PLAATSVERVANGER.
Benoemd is tot rechter-plaatsvervanger in
rechtbank te Dotterdam Mr K. F. O. J a m e s
hoofdcamm'ies Gemeentesecretarie van Rot
terdam, wonende alhier.
HOFBERICHTEN
AANBIEDING GEDENKBOEK.
De Koningin ontving in audiëntie ten
paleize het Loo Z. Exc. vice-admiraal C. C.
Kayser. Deze overhandigde de Koningin
een kostbaar uitgevoerd gedenkboek, be
trekking hebbende op het 25-jarig bestaan
van de Vereeniging „Onze Vloot".
DE REIS VAN DE KONINGIN
De Kon. Familie zal na het verblijf te
Parijs, Elzas Lotharingen bezoeken en ver
volgens nog een reis door Tirol maken. Al
vorens het paleis Het Loo in het begin van
Augustus te betrekken, zal de Kon. familie
eerst nog eenige dagen vertoeven ten pa
leize van de Koningin-Moeder te Soestdijk.
LOOZE VISSCHERTJES
VRAGEN VAN KAMERLEDEN
DE UITVOERING DER TARWEWET
Het lid der Tweede Kamer de heer Van
der Sluis heeft den Minister van Binnen-
landsche Zaken en Landbouw de volgende
vragen gesteld:
1. Is het waar, dat, fn velband met
uitvoering van de Tarwewet, aan personeel,
in dienst by importeurs van en groothande
laren in Amerikaansch meel, ontslag is ge
geven en is aangezegd?
2. Kan de minister mededeel en welken
omvang dit verschijnsel heeft aangenomen?
3. Wat denkt de minister te doen om deze
gevolgen van de Tarwewet zooveel mogelijk
te herstellen?
GRONDWET EN KIESWET
De heer Van den Bergh heeft aan den
minister van binnenl. zaken gevraagd:
1. Is Uw Excellentie niet van oordeel, dat
de artt. 5 en 6 der Kieswet, welke het kies
recht voor Provinciale Staten, respectieve
lijk gemeenteraad, mede afhankelijk stellen
van het bezit van het rijksingezetenschap,
in strijd zijn met de Grondwet?
2. Is Uw Excellentie bereid ten spoedig
ste wijziging van deze artikelen te bevor
deren, ten einde hen in overeenstemming
met de Grondwet te brengen?
DE OPVOLGING
VAN GEMEENTERAADSLEDEN
Het Tweede Kamerlid Van den iBergh
heeft aan den minister van binnenl zaken
gevraagd, of hij niet van meening is, dat de
nieuwe bepaling van art 19, tweede lid,
van de Gemeentewet, luidende:
„Zij, die hun onslag hebben ingezonden,
blijven leden van den raad, totdat de goed
keuring van de geloofsbrieven hunner op
volgers onherroepelijk zal zijn geworden,"
tot ernstige moeilijkheden aanleiding zal
kunnen geven, terwijl het uittredende lid
nog eenigen tijd, somtijds enkele maanden
lid van den naad zal blijven?
COMMUNISTISCHE CANDIDATENLIJST
Het Tweede Kamerlid De Visser stelde
den minister van binnenl. zaken de vol
gende vragen:
Is het de Regeering bekend, dat in den
kieskring Ridderkerk, bij de candidaatstel-
ling voor de Prov. Staten, de candidaten-
lijst van de Communistische Partij ten on
rechte door den functioneerenden ambte
naar is geweigerd in ontvangst te nemen?
Is het de Regeering eveneens bediend, dat
het district Zuid-Holland van genoemde
partij hiertegen d.d. 26 Maart schriftelijk
heeft geprotesteerd en Gedep. Staten ver
zocht, hieromtrent maatregelen te nemen,
zonder dat hieraan gevolg is gegeven?
Is de Regeering bereid hieromtrent een
ernstig onderzoek in te stellen en maatrege
len te treffen, dat zulke onregelmatigheden
m het vervolg niet meer kunnen plaats
hebben?
ANTWOORDEN VAN MINISTERS
VERBETERING AFWATERING IN DE
GELDERSCHE VALLEI
Door middel van een kanaal?
Op de vraag van den heer Van der Weer
den betreffende uitbreiding van het onder
zoek der commissie-Rutgers van Rozenburg
Inzake de verbetering van de afwatering in
de Geldersche Vallei tot het doen van een
onderzoek aangaande de wenschelijkheid
en de mogelijkheid van het aanleggen van
een scheepvaartkanaal door die Vallei, heeft
de heer Reymer, minister van Waterstaat,
geantwoord, dat de commissie-Rutgers van
Rozenburg is ingesteld door den minister
Yan Binnenlandsche Zaken en Landbouw,
die derhalve over uitbreiding van haar op
dracht zou hebben te oordeelen.
Blijkens een inlichting van genoemden
minister heeft bij de instelling- der com
missie de gedachte, voorgezeten, dat zij, bij
de vervulling van haar taak: „technisch en
economisch nader in onderzoek te nemen
de verbetering van de afwatering van het
gebied van de Geldersche Vallei", volle vrij
heid zou hebben en dat daarbij dus ook de
mogelijkheid behoort te worden gelaten om
de vraag te overwegen, of verbetering van
de afwatering technisch niet hot best ware
to bereiken door middel van een kanaal,
dat dan tevens als scheepvaartkanaal zou
kunnen dienst doen. Dit klemt te meer, om
dat de behoefte aan scheepvaartwegen zich
in sommige streken sterk doet gevoelen.
NEDERL. BOND VAN ACCOUNTANTS
De Nederlandsche Bond van Accountant:
hield Zaterdag zijn jaarlijksche algemeen
ergadering te Utrecht
Tot leden werden benoemd de heeren: D
Buren te Medan (N.O.I.); A. Dijkshoorn te
Eindhoven; P. L. Ek te Weltevreden (N.O.I)
F. K. Grotjohan Jr. te Amsterdam; W. F.
Joanknecht, te Soerabaja (N.O.I.)E. J. Lo-
huis te Eindhoven; J. Okkerse te Soerabaja
(N.O.I.)W. Waanders te Breda en J. W.
Wolff te Rotterdam, die allen het volledige
Bondsdiploma hebben verworven.
De vereeniging telt thans 103 leden en
ruim 200 aspirantleden.
Tot leden van den raad van beroep
den gekozen de bondsleden A. Nierhoff te
Amsterdam en P. Slagman Jr. te Utrecht.
CONVENTIE VAN OSLO
DE REGEERING STELT GOEDKEURING
VOQR
Ingediend is een wetsontwerp tot goed
keuring van het op 22 December 1930 te
Oslo gesloten verdrag tot economische toe
nadering met bijbehoorend protocol tus-
schen België, Denemarken, Noorwegen, Ne
derland en Zweden.
In de eerste plaats wordt er in de Memo
rie van Toelichting op gewezen, dat het
verdrag vooral op twee punten principieel
verschilt van de Handelsovereenkomst van
Geneve. Op één punt gaat het verdrag van
Oslo minder ver dan de Handelsovereen
komst van Genève, daar het geen verschil
lende groepen van Staten creëert, maar alle
Staten gelijkelijk behandelt, en niet als de
Handelsovereenkomst de handelspolitiek van
sommige Staten vastlegt.
Op een ander punt gaat het verdrag van
Oslo echter verder dan de overeenkomst van
Genève, daar het een nieuw principe in de
economische verdragen introduceert, n.l. dat
de verdragsluitende partijen zooveel moge
lijk elkanders belangen zullen ontzien. Dit
nieuwe principe is op duidelijke wijze in
préambule tot uitdrukking gebracht
Voorts wordt er dè aandacht op gevestigd
dat het verdrag van Oslo geheel vreedzaam
van aaxd is en tegen geen enkel land ge
richt is. Dit punt is ter conferentie be
sproken en het bleek, dat er eenstemmig
heid over was, dat het verdrag zich teg<
geen enkel land zou mogen richten. Ande
zijds is van stonde aan de wensch levendig
geweest, dat ook andere Staten tot het vreed
zame systeem van het verdrag zouden toe
treden.
Tegen economische bedreiging.
In art. II is duidelijk neergelegd het be
ginsel, dat de Regeering, die haar belangen
door de maatregelen van andere Regeeringen
bedreigd acht, het recht heeft concrete voor
stellen" te doen tot wijziging, opdat aan de
bedreiging worde ontkomen.
Weggelaten is iedere gedachte aan onder
handelingen, als waarvan in het aanvanke
lijk ontwerp der Noorsche Regeering, die
het initiatief tot deze overeenkomst had ge-
men, werd gesproken, omdat men wensch
te voorkomen, dat langs een omweg de
tarieven der verdragsluitende partijen tot
onderhandelingstarieven zouden worden ge
maakt
Wat het protocol betreft, zeggen de regee
ringen in de eerste plaats, dat zij haar steun
zullen verleenen aan de internationale actie
tot vermindering van de handelsbelemme
ringen en tot verbetering van het ruilver-
pei.
In de tweede plaats zeggen zij, dat zij èn
tot dit doel èn tot beveiliging van haar ge
meenschappelijke belangen de in 1930 be
gonnen samenwerking wenschen voort te
zetten; hier wordt gesproken van beveiliging
van gemeenschappelijke belangen, terwijl in
de préambule van het verdrag wordt gehan
deld over bet ontzien van elkanders be
langen.
In de derde plaats wordt bepaald, dat de
verdragsluitende partijen de mogelijkheid
zullen onderzoeken, om het principe van
het verdrag ook op andere bepalingen toe
te passen. 7die haar onderlinge handelsbe
trekkingen zouden kunnen schaden.
PAN-EUROPA
Naar wij vernemen is het comité van
Foorbereiding voor een Paneuropeesclie
Jeugdbeweging, waarvan de oprichting kor
ten tijd geleden is aangekondigd, er in ge
slaagd in vele plaatsen van ons land be
langstelling te vinden. Zooals wellicht be
kend is het doel der vereeniging propa
ganda te voeren voor een Federatie van
Europeesehe Staten, welk doel zij voorloo-
pig tracht te bereiken door het versprei
den van pamfletten en brochures. Soortge
lijke comité's werden, opgericht te Genéve,
Parijs, Keulen, enz. en men stelt zich voor
binnen drie maanden in alle Europeesehe
landen afdeelingen te hebben gesticht ten
einde een intiem contact tusschen de
Europeesehe Jongeren tot stand te brengen.
Deze verschillende comité's treden op in
nauwe samenwerking, en plannen bestaan
om in het voorjaar van 1932 een Internatio
naal Jongerencongres te houden. Belang
stellenden herinneren wij eraan, dat het
secretariaat gevestigd is te Den Haag, Wil
lem de Zwijgerlaan 72;
DE RESULTATEN DER VOLKS
TELLING
Blijkens het overzicht van de voorioopige
uitkomsten van de elfde volkstelling bedroeg
de bevolking van ons la,nd op 31 December
1930 7.920.388 zielen, t.w. 3.935.635 mannen
en 3.984.753 vrouwen. Ze was aldus over de
provincies verdeeld:
Noord-Brabant 897.810 (452.037 en 445.773),
Gelderland 829.121 (417.149 en 411.972),
Zuid-Holland 1.951.046 (954.281 en 996.765),
Noord-Holland 1.503.354 (734.288 en 769.066),
Zeeland 247.541 (123.899 en 123.642),
Utrecht 405.944 (199.211 en 206.733), Fries
land 399.529 (200.079 en 199.450), Overijsel
520.7SS ("263.5-S1 en 257.207), Groningen
392.168 (195.162 en 107.615), Limburg 550.624
(281.100 en 269.524).
De vermeerdering der bevolking per jaar,
die sedert 1849 steeds stijgende is geweest,
is in de laatste 10 jaren gemiddeld iets lager
geweest dan in de voorafgaande periode.
De totale vermeerdering in de laatste tien
jaren is geweest 1.055.074.
Door meer geboorte dan sterfte zou, zoo-
als uit de volgende cijfers blijkt, de bevol
king in de laatste tienjarige periode zijn
toegenomen met 1.057.907 personen. Er wer
den geboren 1.807.418, er stierven 749.511, de
vermeerdering bedroeg 1.057.907 personen.
Zoodat het overschot van vertrek boven
•estiging in die tien jaren moet zijn geweest
833 personen.
DE ZUID-HOLLANDSCHE
WEGEN
AMBTENAARSSALARISSEN
Bij de Tweede Kamer Is ingekomen het
ires van den Volksraad in Ned.-Indië, hou
dende verzoek het daarheen te willen lei
den, dat de door de Indische regeering
■voorgenomen korting van 5 pet. op de sala
rissen over 1931 .achterwege blijft.
Dit adres is gezonden aan de begrootlng»-
commissie voor de Indische begrooting voor
1931.
DE CRISIS IN HET VISSCHERIJ-
BEDRIJF
Naar het „Handelsblad" meldt, ls gister
middag te IJmuiden een vergadering ge
houden, waarin zoo goed als alle crediteu-
in het visscherijbedrijf aanwezig waren
Na langdurige besprekingen werd een com
missie benoemd, bestaande uit 4 personen
een vertegenwoordiger van de kolenleveran-
ciers, een van de reparatie-inrichtingen,
een van de ijsfabrieken en een van de sto-
wers, welke zich een accountant zal assu-
meeren. Aan deze commissie zullen allo
vorderingen der verschillende crediteuren
worden medegedeeld. Hierdoor zal het mo
gelijk zijn, een overzicht van de schulden
op stilliggende booten te verkrijgen en ook
een juist inzicht in de soort. van schulden
(hypothecaire, preferente, concurrente). Op
deze wijze venvacht men zich een juist
oordeel te kunnen vormen over de positie
van het visscherijbedrijf te IJmuiden en op
grond daarvan te kunnen vaststellen, wat
moet worden gedaan om tot een gezonden
toestand te komen.
TOERISTENVERKEER IN INDIE
JAARVERSLAG DER VEREENIGING.
Hoewel 1930 in bijna alle opzichten een
malaisejaar is, kan deze vereeniging niet
klagen over gebrek aan werk door de be
langstelling van het buitenland, zooals deze
tot uitdrukking komt door bezoeken van
toeristen uit den vreemde aan Ned.-Indië.
Dit is vooral te danken aan de Kon. Ned.
Indische Luchtvaart Maatschappij, o.a. door
opening van de luchtlijn Batavia-Palembang-
Singapore v.v.
Evenals in het vorige verslagjaar was de
woerde correspondentie van het kantoor
met het buitenland zeer uitgebreid.
De aanvragen om informatie van docenten
zoowel als leerlingen van scholen speciaal
uit Amerika, Australië en Nieuw-Zeeland
waren talrijk
Het dagelijksoh bestuur der Officieele
Vereeniging voor Toeristenverkeer bestaat
uit de heeren F. de Boer, voorzitter, en P.
a Baarda, secretaris te Weltevreden.
MAASSLUIS-HOEK VAN HOLLAND
DE MAASDIJKKWESTIE OPGELOST
In de vereenigde vergadering van Delf
land is met algemeene stemmen aangeno
men een voorstel van dijkgraaf en hoog
heemraden om in beginsel te besluiten tot
uitgifte in eeuwigdurende erfpacht aan de
provincie Zuid-Holland van gedeelten van
den Maasdijk, zulks in verband met den
aanleg van een weg over den Maasdijk van
Maassluis naar Hoek van Holland.
AANBESTEDING
Het gemeentebestuur van Weststelling-
erf heeft opgedragen aan de N.V. Nederl
Basalt Maatschappij, Zaandam (bijkantoor
Leeuwarden) het verbreeden van den weg
01 delaamsterbrugWolvegagrens Ooststel
lingwerf en 't daarop aanbrengen van een
deklaag van grof dicht asfaltbeton voor
f 1.288.600:
DEN HAAG-UTRECHT EN
AMSTERDAM-ROTTERDAM
Lintbebouwing wordt tegen
gegaan.
In een nota aan de Tweede Kamer naar
aanleiding van het verslag over het ont
eigeningswetsontwerp voor den aanleg van
de weggedeelten van de Gouwe tot den
Middelweg nabij het station Moordrecht
met inbegrip van de overbrugging van de
Gouwe, en van Voorburg tot eerstgenoemd
weggedeelte nabij de Gouwe, behoohende tot
de Rijkswegen AmsterdamBodegraven-
Rotterdam en 's-GravenhageUtrecht—Drie
bergen (—Arnhem) zegt dé minister dat het
weggedeelte van de Gouwe tot den Middel
weg in verband met de daarin te maken
kunstwerken grootendeels een vrij liooge
ligging zal verkrijgen. Voor dit, weggedeelte
is niet op toekomstigen aanleg van een
parallelweg gerekend.
Van het weggedeelte
van Voorborg tot de Gouwe
is de kruisbreedte zoodanig bepaald, dat
zoo noodig te zijnertijd aanleg van een S.50
M. breeden parallelweg in overweging kan
wohden genomen. Deze aanleg moge thans
buiten beschouwing worden gelaten. Mocht
daartoe later worden besloten, dan zou dit
werk niet op kosten van het Rijk, doch voor
rekening van belanghebbenden moeten wor
den uitgevoerd.
Het ligt in de bedoeling bij den aankoop
van de benoodigde terreinen zoo weinig
mogelijk recht van uitweg naar of over den
Rijksweg te verleenen, zulks teneinde lint
bebouwing tegen te gaan. Het schijnt ïntus-
scben niet wel mogelijk steeds verzoeken
om uitweg te weigeren, aangezien ook op
verschillende plaatsen overpad over den
spoorweg is verleend.
Plaatselijk zal, teneinde het aantal krui
singen met de snelverkeersbaan te beperken
reeds aanstonds een parallelweg voor
landelijk verkeer moeten worden aangelegd.
De kosten van grondaankoop voor een
8.50 M. grootere breedte zullen van het
geheele beschouwde weggedeelte rond 70.000
gulden bedragen. Hiertegenover staat een
besparing bij den aanleg, daar de uit de te
graven bermsloot vrijkomende grond voor
'n vrij gering bedrag op dien breeden berm
zou kunnen worden geborgen. Vooral bij
slappen ondergrond vormt de grootere ont
eigeningsbreedte een groot, voordeel.
Aangezien de parallelweg uitsluitend zal
worden aangelegd, wanneer dit in verband
met de plaatselijke omstandigheden wo*dt
gevorderd en alsdan die weg, door opneming
van het plaatselijk verkeer, een veilig ver
keer op de autobaan zal bevorderen, terwijl
voorts de voorloopig voor den parallelweg
te reserveeren strook grond bij de uit
voering van den eersten aanleg van den
snel verkeersweg in vele gevallen tot bespa
ring zal leiden, is de onteigening van de
voor dien parallelweg benoodigde strook
naar de meening van den minister van al
gemeen nut te achten.
Het aanvankelijk op een breedte van 2
Meter aan te leggen eenzijdig rijwielpad
kan te allen tijde tot 3 M. worden verbreed
zonder het gemaakte werk op te ruimen.
In verband met de ligging van den weg
langs den spoorweg, aan welks zijde dus
geen bebouwing is of zal komen, is het aan
gewezen één rijwielpad aan de tegenover
gelegen zijde van den weg te maken. Het
aantal kruisingen met de rijbaan wordt
hierdoor tot een minimum beperkt.
Ook voor het weggedeelte van de Gouwe
tot den Middelweg is een eenzijdig rijwiel
pad aan de oostzijde van den weg aange
wezen in verband met het in aanleg zijnde
weggedeelte van Moordrecht tot Nieuwer-
kerk, waar (Je bestaande weg eveneens aan
de oostzijde van de baan voor snelverkeer
tot parallelweg en tevens tot rijwielpad zal
worden bestemd.
ari 1925 zijn afgekeurd, maar die tot dusver
zich nog niet om hulp hebben aangemeld of
hebben kunnen aanmelden, thans binnen de
werkingssfeer der wet vallen, dan zou zulks
zeer onbillijk zijn tegenover derden, die ook
in moeilijke omstandigheden verkeeren,
doch niet werden afgekeurd.
Het ligt in de bedoeling, indien dit ont
werp tot wet verheven wordt, de inwerking-
treding te doen plaats hebben tegelijk met
de beschikbaarstelling van de voor de uit
voering benoodigde gelden, welke thans ook,
bij suppletoire wet, worden aangevraagd.
De uitkeeringen ingevolge de wet van 13
Mei 1927 werden in den aanvang van elk
jaar voor ééns verleend, zoodat zij een ge
heel ander beeld vertoonen dan de uitkee
ringen, welke op grond van de nieuwe wet
zullen worden toegekend; deze hebben n.l.
vrijwel het karakter van een pensioen.
Ten einde nu te voorkomen, dat indien
de nieuwe wet op eenigen datum in den
loop van 1931 in werking zal treden over
het nog resteerende gedeelte van dit jaar
dubbele uitkeering zou plaats hebben, be
paalt art. 6, dat de uitkeering over 1931
volgens de nieuwe wet zal bepaald worden
op het (voordeelig) verschil tusschen de uit
keering, welke belanghebbende krachtens
die wet over het loopende jaar zou hebben
ontvangen, als de datum van inwerkingtre
ding 1 Januari 1931 ware geweest en het
geen hem reeds in dat jaar krachtens de
wet van 13 Mei 1927 is toegekend.
Een verder aangeboden ontwerp van wet
strekt tot verhooging met 200.000 van de
op art 147 der Defensie-begrooting voor 1931
uitgetrokken gelden ten behoeve van de mo-
bil isatie-slpchtof f ers.
•De nieuw ontworpen regeling zal op een
nader te bepalen datum in werking treden.
Gerekend wordt dat dit in den loop van het
jaar zal kunnen zijn. Volgens een globale
schatting zal de voorgestelde regeling over
een vol jaar ongeveer 300.000 meer vorde
ren dan voor 1931 is uitgetrokken.
Er zal naar gestreefd worden door bespa
ring op andere artikelen bedoelde verhoo-
ging te compenseeren.
VOOR MOBILISATIE-SLACHTOFFERS
NIEUWE WETTELIJKE REGELING
fhans ls een wetsontwerp ingediend, hou
dende een wettelijke regeling inzake 't ver
leenen van geldelijke uitkeeringen de
mobilisatie-slachtoffers.
In de memorie van toelichting wordt her
innerd aan de instelling van een commissie
te dezer zake naar aanleiding van een toe
zegging van den toenmaligen minister van
Defensie bij de behandeling der begrooting
voor 1929.
Hoewel de regeering zeer erkentelijk is
voor den waardevollen arbeid, door de com
missie geleverd, wijken de regeeringvooretel-
len in meer dan één opzicht van die der
commissie af.
Het ontwerp heeft in het wezen der zaak
geen verdere strekking, dan dat het aan de
uitkeeringen ten behoeve van de mobilisa
tie-slachtoffers een wettelijke basis geeft.
Het beloop der uitkeeringen enz. zal worden
overgelaten aan een algemeenen maatregel
an bestuur, op gelijke wijze als de gewij-
igde wet van 2G Juni 1926 zulks doet ten
aanzien van de oud-gepensionneerden. Hel
voordeel, dat hiermede verkregen wordt,
ligt in de meerdere soepelheid der regeling.
In de wet zelf moet evenwel worden vast-
ïlegd, wie ten deze als mobilisatie-slacht
offers moeten worden aangemerkt. De om
schrijving komt in hoofdzaak overeen met
die in de bestaande wet
Echter is zij eenigszins ruimer gesteld en
wel ten opjichte van de volgende twee
categorieën:
a. Zij, die in militairen dienst zijn ge
weest tusschen 1 Augustus 1914 en 1 Januari
1920 en die na 31 December 1922 (de thans
bestaande grens) doch vóór 1 Januari 1925
ter zake van ziels- en lichaamsgebreken zijn
ontslagen, alsmede hun weduwen en wee-
fa. Zij, die in militairen dienst zijn geweest
tusschen 1 Augustus 1914 en 1 Januari 1920,
en die vóór 1 Januari 1925 ter zake van
ziels- of lichaamsgebreken in het genot van
pensioen zijn gesteld, alsmede weduwen en
weezen van militairen, die pensioen ge
nieten.
Aan den anderen kant is het evenwel
noodig het aantal als mobilisatie-slachtoffer
aan to merken personen te beperken tot
hen, die duidelijk het kenmerk als zoodanig
dragen. M.a.w. de steun, welken dit wets
ontwerp bedoelt te geven, behoeft zich niet
uit te strekken tot hen, die weliswaar in
lvet mobilisatie-tijdvak of kort daarna zijn
afgekeurd, maar wier behoefte aan financi-
ecle hulp eerst in de laatste jaren is ont
staan, omdat in zulke gevallen niet meer
valt uit te maken of die behoefte is ont
slaan als gevolg van den militairen dienst,
dan wel uit anderen hoofde. Zouden deze
oersonen, d.w.z. allen die vel vóór I Janu
DE V.V.L.-COURANT
Het V.V.L. (Verbond van Vereenigingen
van Landsdienaren) brengt in courant en
vlugschrift de grieven tot uiting, welke er
bij de Indische ambtenaren bestaan tegen
de voorgenomen salarisverlaging en die tot
uiting kwamen in de bijeenkomsten van 5
April te Batavia en 9 Mei te 's-Gravenhage.
In een motie protesteeren alle Ned. Indi
sche ambtenaren met groote beslistheid
tegen elke vermindering van hun steeds als
door de Regeering-zelve gewaarborgd be
schouwde toch al uiterst 6obere financieele
positie; en nemen zij zich stellig voor, zich
met alle wettig geoorloofde middelen daar
tegen te blijven verzetten.
HET OPHOUDEN VAN ..DE TIJD'
In een Zaterdag te Utrecht gehouden be
stuursvergadering der R.K. Journalisten
vereeniging is besloten tot het zenden van
een schrijven aan heeren Commissarissen
en Directie der N.V. „De Tijd" te A'dam.
Daarin wordt gezegd:
Het bestuur der Ned. R.K. Journalisten
Vereeniging Zaterdagmiddag in vergadering
bijeen, gevoelt zich gedrongen U mede te
deelen, dat het met leedwezen en ontstelte
nis heeft kennis genomen van de aanstaan
de opheffing van 't dagblad „De Tijd" een
der gloriën van de Katholieke Dagbladpers,
dat het begaan met het lot van al de
genen tot heden aan dit dagblad werkzaam
toch allereerst haar bekommering uitstrekt
over de journalisten van „De Tijd" onder
wie met veel dienstjaren in figuurlijken
zin Indische jaren;
dat het, hoezeer ook overtuigd, dat Com
missarissen en Directie, al het mogelijke
zullen doen om de buiten betrekking ra
kende journalisten aan een nieuwe positie
te helpen, in den huidigen malaise-tijd op
het welslagen van zelfs energieke pogingen
in die richting niet te vast durft rekenen;
dat het zich veroorlooft het vaste vertrou
wen uit te spreken, dat het bestuur der
vennootschap en wat den termijn van op
zegging en wat de uitkeering betreft, in den
ROFFEL-RIJMEL
DE PA LING VIJVER
O, groote, wijde waterplas,
Die vroeger jaren polder was
Naar oude boeken zeggen,
Hoe durven ze je volle kom
Van hooge wateradeldom
Nu iveder droog te leggen?
De stoere Staverensche boot,
Die jaren z'n bazuin al stoot,
Trekt door je blauwe water
Een groene streep van schuimend zog;
Hoe lang zien we dat kleurspel nog?
En wat geef je ons later
De bruinbezeilde tjalken slaan
Verheugd hun vlugge vleugels aan;
De kleine visschersbooten
Berooven je van zeebanket
En dansen vreugdig aan hun net,
Begeeng uitgeschoten.
Als t waar is, wat ik heb gehoord,
Dat je tc veel vtsch brengt aan boord.
In rijk'lijk late ijver,
Begrijp ik, dat men je beperkt;
Je hebt je in de grond gewerkt
Verwaten palingvijver.
(Nadruk verbodenLEO LENS
ruimst mogelijken zin zal toepassen hetgeen
daaromtrent bepaald is in het ontwerp-ar-
beidscontract, dat dezer dagen door de Ver
eenigingen. van directeuren en journalisten
zal worden aanvaard; dat het in het bijzon
der ten behoeve van de journalisten met
veel dienstjaren aan „De Tijd" en van die
met groote gezinnen een tegenmoetkoming
tot het uiterste bepleit.
dat het tenslotte, maar één bij traditie en
historie van „De Tijd" passend einde kent:
een zoodanig, dat de werkers, voor wie met
„De Tijd" een stuk van hun leven afsluit,
de herinnering behouden aan een zoo ruim
mogelijke waardeering van hun verdienste
lijk werk voor het nobele blad.
DE INDIE-POSTVLUCHTEN
De P. H .A. G. R. is op de uitreis te
Jodphoer aangekomen. Het 17e retourvlieg
tuig is te Boesjir geland.
Uit Oost-Indie
MOORD OPGEHELDERD
SOERABAYA, 2 Juni. (Aneta). Het Soera-
bajasch Hbld. meldt, dat de moord, gepleegd
in den nacht van 27 op 2S Februari 1927 op
den onder-voorzitter van den Landraad te
Kediri, Raden Pajidji Pawitro Hadinoto,
thans tot klaarheid is gebracht door de veld
politie. Eerst werd een inlander gearresteerd
wegens het klandestien bezit van een revol
ver. Van hem werden verklaringen verkre
gen. welke wezen in de richting van d«
schuld aan de moord, waarop verschillende
pensonen werden aangehouden ,van wie ten
slotte zeven bekenden bij de moord betrok
ken te zijn. De moordenaar, zekere Moham
mad Saleh, verklaarde uit wraak te hebben
gehandeld.
STORHEN OP ATJEH
Een militair gedood, vier gewond
BANDOENG, 2 Jujii. (Aneta). Het Leger
bestuur ontving een telegram uit Atjeh, dat
bij een patrouilletodht vanuit de Tangsi, als
gevolg van de storm, vier boomen op een
brigade gevallen zijn. Eén militair werd ge
dood, twee militairen werden zwaar-, en
twee militairen werden licht gewond.
AARDBEVING
BATAVIA, 2 Jujii (Aneta). Een telefonisch
bericht uit Djokjakarta meldt, dat zoo juist
een hevige aardbeving, te Boemiajoe heelt
plaats gehad, tengevolge waarvan het sta
tionsgebouw gescheurd is, terwijl gevreesd
wordt, dat de spoorlijn is beschadigd. Nadere
bijzonderheden zijn nog niet bekend.
DE STAHLHELMDAG TE BRESLAU
Boven: O), de eerelrlbiine generaal Van Seeckt. de txkroonprffu maarschalk Vak
Mackenscn en generaal I on Huiler. Beneden De raandrl hu ll i i.'2
ear den lands,elder Se,die. Me, minder
betoogmg deel.