czÜ/*a?... geef! winst op grondstoffen VSm\4n<J WOENSDAG 20 MEI 1931 DERDE BLAD PAG. 9 BRIEVEN UIT DE HOOFDSTAD NAAR MOSKOUSCHE ZEDEN De Amsterdameoh'e ooanmuraieten hebben het niet bijster gemakkelijk. Ze deel en dat ongemak met hunne Nedenlamcteiahe makken» in bet adgemeen. Immer» zij missen in de eerste plaats de bannelingen, diie kr Rusland den nnm- bue van het martetloanschap droegen en reeds daardoor op een groot deed van het volk invloed konden uitoefenen. Hier worden ze, zooad met in watten ge legd, dan tooh in het algemeen buitenge woon voor-komend behandeld en hebben ze alle vrijheden, die ieder beschaafd menecli ook heeft en liefst nog enkele meer, die zij zich, met zekere vrijmoedigheid toeëigenen en diie men im hen schijnt te dulden. Zij missen ook een leider, die profeet kan wezen, en waarlijk de groote of de kleine massa voorgaan. Zeker-, zij hebben in hunne gelederen wel enkele intellectueel-en, zij hei ben wel iemand, die in eik geval iets van Ie eigenschappen van een leider bezit, maar dezen juist hebben zij achteruit gezet, gefol terd, vernederd, zoodat zijn politieke repu tatie daaronder op een allerellendigste ma- Wij stemmen toe dat ook deze man enkele gebreken had die nu juist in een leider dub bel opvallen, dat hij was doctrinair, beerech- zuchtig en een gebrek aan organiiseerend ta lent. toonde, maar zelfs met zijn groote fou ten was hij nog altijd verreweg de betere, van hen die thans, in naam, de lakens uit dealen. En wat niet de geringste moeilijkheid is, ons volk is niet idealistisch, het is nuchter, ma terialdetisdh en weiiniig vatbaar voor de utopistische beschouwingen die men dikwijls van de lippen der communieten hoort. Boven dien houden wij tooh van constructief werk in dé vertegenwoordigende lichamen, cn voelen weinig voor het. gedaas en de onmo gelijke eisohen van den een of anderen ze loot. Voor de Gemeenteraadsverkiezingen staat het er d'an ook voor hen niet zoo bijster goed voor, indien althans de cijfers van de jong ste statenverkiezing eenige betrouwbare aan wijzing geven. De heer Alex Liseer, de vroegere frère- compagnon van Wijnkoop, heeft elders gang maar Canossa-Moekou niet meegemaakt en is dus ook niet, na door de spitsroeden te zijn gejaagd, in genade aangenomen. Maar hij schijnt toch, om wat reden is onbekend, in den Raad te zullen blijven, en heeft ook een banier opgeworpen, waaromheen de ver- stroorde benden van den „ouden" Wijnkoop zich kunnen verzamelen. Niemand rekent er op, dat een zoo groot aantal volgelingen ie te verwachten dat de heer Li6ser als een ware Alexander, weer het Prinsenhof zal binnenstappen. Maar niet. onmogelijk is, dat de oude Wijn koopmanen „plus royaliste que le rol" juist oorzaak worden dat Wijnkoop zelf niet terug komt, wijl men vóór bom heeft geplaatst een nieuwe politieke ster, die overigens in de Amsterdamsdhe wereld totaal onbekend ie. Want dat is wel het pijnlijkste. Niet dat men hem achter den nieuwen leider See- gere plaatst, ook afl is deze intellectueel verre zijn mindere, niet dat hij eventueel op Mevr. van Zelrnvan den Berg zou moeten volgen, zij was trouw gebleven, toen Wijnkoop af viel, maar dat hij vaillen moet voor een to taal onbekende, een nieuweling, een „baar" die de populaire Mevr. van Zelm moet ver vangen. Moskou is machtig, Moskou regeert in Amsterdam, zij het' dan gelukkig niet de stad, maar wel de communistische partij. En liet regeert ais in Rusland, met het scherpe zwaard. En het weet te straffen, naar ons oordeel, meer dam te leiidien. Geen onmiddellijk gevaar dreigt onze stad van de communisten. Maar toch zouden wij verkeerd doen, met hunne actie te onder schatten. Och wij lachen er om dat men zoo klein- 3>urgei<lijk doet en een bazar houdt om de koeten voor de verkiezing te bestrijden. Dat moest tooh bij hen, die zidh gaarne het strij dende proletariaat noemen, niet noodig zijn. Dat is eigenlijk voor een politieke partij even ridicuul als dat de honden van den poppendokter reclame maken voor den Vrij heidsbond. En wij schudden het. hoofd, behalve dat wij afkeuren het optreden van zfi- fasoisten, die zeken- zwarte hemden dragen, maar ove rigens niets dan kwajongens zijn en die den boel probeeren op stelten te zetten. Zoo be strijdt men niet een politieke richting, hoe verderfelijk die ook moge zijn. Maar wij vergeten niet, dat naar Moskou - eche zeden, aan deze bazar ook verbon-den was een anti-godsdienstige tentoonstelling den- prol etarische vrij denk era. Hier ligt tenslotte het.gevaar van het com munisme. Niet in hun politiek programma, niet in hun optreden in de publieke colleges, niet in het Russische experiment dat nie mand aamlloikt. Maar in het bestrijden en het ondermijnen van den Godsdienst, in den feilen ha>at tegen God en Zijn Christus, in het merkteeken van den anbicbikst dat deze beweging draagt. Want, ieder voelt, hier is de partij van de oomeequentie», hier is het verzet tot het uiter ste, hier is de richting die tenslotte door ALG. NED. CHRISTELIJKE AMBTENAARSBOND ALG. VERGADERING TE DEN HAAG Na opening van de eerste samenkomst gis termiddag in „De Twee Steden", verleende de voorzitter, de heer A. van Driel, het woord aan den heer C. Guy t, vnorz der Haagsche Commissie van ontvangst. Deze herinnerde er aan, dat op 18 April 1919 de Bond vergaderde in een zaaltje van het Zuid-Hollandsch Koffiehuis. Met thans is er wel een groot verschil. In 1919 werd groote schoonmaak in den Bond gehouden. Sindsdien is de Bond krachtig gegroeid. God heeft groote dingen gedaan; o.a. steeg hit ledental van 900 tot bijna 4000. Voor de organisaties komen moeilijke da gen met het oog op de economische om standigheden. Er zij een krachtig aaneen gesloten leven, opdat we als christenen ook dan mogen handelen. Met de beste wenschen voor het welslagen van de Bondsvergadering besloot spr. De voorzitter dankte voor 't gesprokene en hield vervolgens de openingsrede, waarvan we reeds gisteren verslag gaven. Van de aanwezige 57 afdeelingen namen deel aan de bespreking van het beleid van het hoofdbestuur, de afdeelingen Am sterdam, Rotterdam, Hilver sum, Leiden, A1 p h n a. d. R ii n. G ro - nin gen. Eindhoven. Loosduinen en M e de m b 1 i k. Over het algemeen werd het beleid van het Hoofdbestuur zeer gewaardeerd Sympathie werd betuigd met de fusieplan nen met de zusterorganisaties, en men drone aan op de aanstelling van de derde vrij gestelde, die sommigen zouden willen zien benoemd speciaal met het oog op de ver- plegenden. De voorzitter de gemaakte opmer kingen beantwoordende, sprak nogmaals uit, dat het bestuur inzake de fusieplannen diligent is, maar waarschuwde voor forme ren. Voorts drong hij er o.m. op aan, dat de afdeelingen zich bij overleg plegen zooveel mogelijk zelf redden, en pas tenslotte des noods de hulp van het Hoofdbestuur in roepen. Verder gaan de plannen in de rich tine van uitbreiding, ook wat betreft het aanstel len van een derde vrijgestelde; voor defini tieve voorstellen dienaangaande moeten ech ter eerst de fusieplannen in een verder sta dium zijn. De secretaris deelde o.m. mee, dat de houding van het bestuur va» de Chr. ver- eeniging tot verzorging van krankzinnigen nog onveranderd is; hij zegt daarmee echter niets van de meening van de leden van ge noemd bestuur hoofd voor hoofd; men staro zich dan ook niet blind op de officieele ver houding; al is deze niet geheel naar wensen, zoo is plaatselijk meestal nog wel iets te bp- reiken. Het jaarverslag en H'et financieel verslag werden onder dank goedgekeurd. Om 5 uur volgde de in de Receptiezaal aan de Javastraat. De Burgemeester sprak op hartelijke wijze 'waardeerende woorden aan het adres van •den Bond, welke door den bondsvoorzitter op waardige wijze werden beantwoord. Half zeven vereenigden de aanwezigen zich aan den gemeenschappelijken maaltijd De tafelpresident, de heer C. Guyt, vond in het feit dat men ditmaal in de Hofstad vergadert, gereede aanleiding, allereerst een dronk uit te brengen op Hare Majesteit de Koningin, waarop spontaan staande het Wilhelmus werd aangeheven. De Bondsvoorzitter bracht na een geestige toespraak een dronk uit op den aan wezigen Wethouder van financiën van den Haag, hot Tweede Kamerlid Mr. J. A. de j W i 1 d e, (mede zat aan het Haagsche Raads- 1 lid I. v. d. Loo); antwoordde met er op to wijzen dat ook de ambtenaarsstand tot het recht vervullen van haar plaats noodig heeft de bezieling de-s geloofs; hij hief het glas op het heil van den bond Verder sproken niets zddh zeil laten weeithouden. Dat moet ons voiltk zien. Niet opdat het die bazai» vernietigt maar opdat het onder de schare weer predikt bet Evangelie, Verlos sing van de slavernij der zonde, wede met God en bet aangezicht van den Zoon Zijner lajefde. Daar is, ail veilt voor veeil te danken, bij ons een tekort,. God geve dat wij dit manco zien en bedijden. Dan ie er weer hope voor ons volk en voor onze stad. AREND VAN AMSTEL. nog de heer Meisner van Amsterdam, de heer J. J. L. S c h m a 1, de heer van E r k Amsterdam en de heer do B ruy n van Bussum. De beide vergaderingen van gisteren en heden werden op zeer aangename wijze afgewisseld door een Feestavond welke de Haagsche afdeeling zoo vriende lijk was aan te bieden. De heer C. Guyt die de leiding had, richtte een bijzonder woord van welkom aan Mr. J. A. de Wilde,, die weer aanwezig was. Nadal gemeenschap pclijk was gezongen Psalm 33 2 en ll bracht mevr. Kaat—Verbeek voortreffelijk op de piano begeleid door den heer Kaat, op meesterlijke wijze ten gehoore een „Aria aus Josua", van Handel en „Caro mio ben'' van Tommaso Giordani. De heer Alb. Vogel wist daarna de ge heele zaal intens te boeien door met schit terend beheerschte declamatie voor te dra gen een fragment uit Bilderdijks Afscheid aan Holland, en „Belsazar", van Prof. G. Gonggrijp. Mevrouw KaatVerbeek heeft verder de aanwezigen nog een avond van hoogstaand genot bezorgd door haar uitne mende weergave van Ant Averkamp's „Vroege Vlinders", en „Zwaluwen" en van „De Nachtegaal" van Henri Zagwijn, om haar programma te eindigen met het leutige „als het zonneke slapen gaat" van Arnold Spoel. De heer Alb. Vogel droeg behalve het bovengenoemde nog voor „Het Wonderkind" van Tsjekow en „Een Jachtverhaal" van Thomas Mann. In de pauze's werden ververschingen aan geboden en vierde de gezelligheid hoogtij tegen de achtergrond van de muziek van hét huisorkest. Na een slotwoord van den voorzitter werd de zeer geslaagde avond beëindigd met ge meenschappelijk zingen van Gez. 180 6. De Haagsche afdeeling had moeilijk op betere wijze haar eer als gastvrouw kunnen ophouden, dan door het organiseeren van dezen avond. In de vergadering van hedenmorgen hield de heer L. H. Kurpershoek een inlei ding over: 1. Onder salarisvraagstuk worde hier verstaan: a. de verhouding tusschen salarispeil van het overheidspersoneel en de inkomens der arbeiders in particuliere diensten en be drijven, zulks in verband met de eo mische omstandigheden van dezen tijd; b. de meer interne kwestie van hat systeem der salarisregeling; 2. Onze Bond neemt geen uitzonderings positie in, maar erkent het verband en de eenheid der Chr. vakbeweging. Daarom ver werpt hij algemeene loon- en salarisverla ging als middel tot oplossing van de huidige economische crisis. 3. In het vooroorlogsche tijdperk en in de jaren, onmiddellijk na den wereldoorlog waren de inkomens van het overheidsper soneel spreekwoordelijk laag, mede tenge volge van het. vooral onder de ambtenaren; geringe organisati«besef. Hiermede' w rekening gehouden bij het gebruik var dexcijfers ter vergelijking van de positie de ambtenaren in het verleden en in het heden. 4. de geschiedenis leert dat verbete ring in de positie van het overheidsper soneel eerst werd verkregen na langduri- gen strijd en uitvoerige beraadslagingen in de beslissende college's, terwijl andersom de meeste verslechtingen zijn aangebracht bin nen korten termijn, zonder behoorlijk ge pleegd overleg met de organisaties. Hieruit volgt dat het overheidspersoneel, en met name den ambtenaren, gedurende langen tijd voordeelen zijn onthouden en herhaaldelijk nadeden zijn toegebracht. 5. Hoewel erkend moet -worden dat in de bezoldigingsrogelingen, mede door den in vloed der organisaties, meer samenhang en systeem is gekomen, moet nochtans worden, staande gehouden dat in 't algemeen deze regelingen gebrekkig zijn en de onderlinge verhoudingen in het ambtenarencorps zich daarin niet op juiste wijze afspiegelen. Mede daarom is een algemeene verlaging van sa larisnormen in procentenvorm in de meeste gevallen onbillijk en dus te verwerpen. 6. Tot wijziging van den rechtstoestand en de salat'eering van het overheidsperso neel worde niet overgegaan dan in reëel en goed georganiseerd overleg met de daarvoor in aanmerking komende organisaties. Ver antwoordelijkheid voor zulk overleg is door de Christelijke organisaties nooit afge wezen. 7. Het behoort tot de plicht van een vak organisatie, waakzaam te zijn voor de wer kelijke belangen van de leden. Onze Bond zal ook in dezen tijd die plicht vervullen met inachtneming van alle omstandigheden HET DRAMA TE 'S-GRAVENZANDE De 14-jarige kindermoordenares M. F. uit -Gravenzande, die de beide kinderen van den heer Valstar aldaar met azijnextract heeft vergiftigd, is op last van de Haagsche Rechtbank gevangen gehouden <-n voorloo- doorgiuigsihuis aldaar onderge bracht. Azijnextract is vergift. Naar aanleiding van 't gebeurde te 's-Gra- venzande, waar een kindermeisje van 14 jaar door het. verstrekken van azijn-extract aan twee kinderen, den dood van het eene kind en zwaar lichamelijk letsel van het andere kind, welk letsel misschien nog den dood tengevolge zal hebben, heeft veroorzaakt, wordt er van bevoegde zijde op gewezen, dat :.g. azijn-extract niets te maken heeft met azijn. Het is een chemisch preparaat uit carbid, hetwelk in alle kruidenierswinkels te verkrijgen is in betrekkelijk elke hoeveel heid, teneinde er een surrogaat van azijn tn te vervaardigen. Daartoe wordt het met water aangemengd Gemengd Nieuws. tot i -ring het dan goedkooper dan azijn. Azijn-extract is echter een zwaar vergift, dat bij onvermengd gebruik, ook door vol wassenen, een zoodanige inwendige verbran ding -veroorzaakt, dat die meestal den dood tengevolge heeft. De prijs van werkelijke azi,n echter i: thans betrekkelijk zoo gering, dat het wel zeer te verwonderen is, niet alleen dat het artikel azijn-extract bij eiken kruidenier te verkrijgen, maar dit gevaarlijke artikel ook nog in verschillende gezinnen onvermengd wal Wils 3aaci STOKVISCH-ORDERS De Bond van Nederlandsche Azijnfabrikan- ten heeft herhaaldelijk aangedrongen op een regeeringsmaatregel om den verkoop van dit artikel te regelen, evenals den verkoop van andere vergiften, en uit het geval te 's-Gravenzande blijkt wederom hoe ge- wenscht dit zou zijn. VERDRONKEN. Te Almelo is een 3-jarig kind uit een woon wagen in het Overijsselsche kanaal geraakt en verdronken DOOR HET HEMELVUUR. Te Doetinchem werd een lajidbouwschuur door den bliksem getroffen. Alles ging in vlammen op. AUTO-ONGEVAL. De groote vrachtauto, bestuurd door den eigenaar, den 49-jarigen E. Palthe uit Banne, gemeente Vries, is, toen naar Banne terug werd gereden, op den Peizerweg door onbe kende oorzaak over den kop geslagen en deerlijk gehavend in de sloot terecht geko men. Na veel moeite kon men den bestuur de:* bevrijden. Hij bleek slechts lichte verwon dingen te hebben opgeloopen. De schade aan de auto cn de goederen is zeer aanzienlijk. Uit de dagedijksohe orcLems van het rapport bij hetde Reg. Infanterie blijkt, da.t Zondag 24 Maart 1850 (Palmzondag) werd meegedeeld, dat op Goeden Vrijdag de marn- echappen stokvisoh zouden eten. Deze zaak weid van zóóveel belang ge acht, dat in verband hiermede bijna edken dag aan-vu/Mencte orders vereöhenen. In de „Ned. Krijgsman" van 29 April j.l. wordt dé volgende niet onverdienstelijke „toelichting" op deze stokvisah-orders ge- r „Aanstaande Vrijdag, Goede Vrijdag, zoo wordt bij deze reeds voorloopig gelast, dat de voedtimg der manschappen op dien dag op gelijke wijze zaJ worden geregeld ais in het gepasseerde jaar, waarvoor de heeren leden der Voedings-commiissie zullen zor gen". Dit ie het eerste, eillereerete begin. De zaak ie van te veel belang, van te veel om vang, om da-ar met een zoogenaamde fran- sche slag overheen te loopen. Om dus de etokvisoh-voedingsvoorbereidiings-maatrege- -len in behoorlijke orde te kunnen doen af- -loopen, is het. niet te vroeg om vijf dagen ven te voren te beginnen. Merkt wel het begin van d-eze order, drie op Zondag als een éclarireur vooruitgescho ven wordt! „Aanstaande Vrijdag Goede Vrijdag zijnde", |oe eenvoudig, hoe klaar!het is een beknopt overzicht van het gdheel; het doet u denken aan het begin van de LKLiade: „Lk zing den toom van Achilles", of van de Henriadie: „Je ohante ce héros, qui règma sur la France". Wareneer het eene •gewoonte was, de orders van het rapport in I poëzy uit te vaardigen, zou deze zeker be gonnen zijn: „Ik zing den Goeden Vrijdag zijne voorbereidende dwaasheden". „Wordt bij deze reeds voorloopig gelast'. „Bij deze": een geoonsaoreerde term: eede", dat woordje „reeds zou ons doen denken, dat men het wel wat vroeg vond, om op Zondag al voor den Vrijdagsdhen pot te zorgen; 't wordt nu „reeds" gelast; het woordje „reeds staat daar midden in te lachen als een parodie op de geheele order, maar op dat vergift volgt dadelijk een te gengift 't wondt reeds „voorloopig" gelast.; de order is dfue maai- provisioneel, bij tijds gezorgd, met voorbehoud om later alles de finitief te regelen. Het wordt dus voorloopig gelast, dat de voeding zal. worden geregeld als in het ver- loopen jaar. Verleden jaar stokvisoh, dit jaar ook stok vlech: wat is eenvoudiger? Maar neen! Dit jaar zijn er nog -vijf degen tusschenbeide en die zullen ten nutte gemaakt wonden. Het zal dit jaar een „Goede" Vrijdag zijn, waar bij de achttienhonderd negen en veertig an dere maar arme stumpers, „slechte" Vrij dagen zullen zijn. Voor dat alles za! nu zorgen wie? Eene commissie! Welk eene schoons harmonie in dat geheele tafereel. Het wordt niet aan een enkel lid van dat college opgedragen Neen! De geheel* armee eet stokvisoh, de geheele Voe dingecommissie zal ze dus bezorgen. Er voor één mens ah ware ook deze verant woordelijkheid te groot, want zoolang' de visoh niet in de keteltjes is,- hangt 'het zwaard van Damocles boven het hoofd der oommissie; zij is tot dat oogenbldlk in De nieuwe Ritsema-stof- zulger met roteerende bor stel-constructie Buitengewoon doordacht Buitengewoon voordeelig ln prijs I Zuiver Nederlandsch fabrikaat Uw verouderden of defecten stofzuiger kannen wij desgewenscht repareeren. Ook willen wij Uw oude machine van U koopen, indien U zich één der moderne Rit te ma's gaat aanschaffen. loopend doodsgevaar. Art. 71 van het Cri mineel Wetboek zegt het duidelijk „Elk en kgeiilijk van welke benaming ook, aan wacn de verzorging van ui-vree of andere noodwendigheden voor de armée is opge dragen, drie niet intijds de vereischte aan vrage daartoe zal hebben gedaan, of zal hebben veizüiimd dse noodrige maatregelen tot dot einde in -het werk t-e stellen, zoodat daardoor bij de anmée of eenrig gedeelte van dezelve gebrek in het benoodigde ont staat, zal met den dood of andere zins naar omstandigheden gestraft worden." Maanda 25 Maart Niets. Doodsch-e stil te. Het Commando is gesproken en alles werkt en woelt in geweldige wis el werking door elkander. De Kapitein van polritie, acht luitenants van de week, menagemeesters, visohbandelaans, sergeanten en korporaals dei- weekinkoopers, de chef van de keuken, de kolk, de bijkok, en boven allen, de Hee ren leden dei- Voedingscomm iseiecn dat alles te midden van een plechtstatige stilte, Het hoofdkwartier zwijgt, en ziet toe. Maandag geen stokvrisdhbevelen. Dinsdag 26 Maart. „De leden der Voe- dringB-commiesie worden verzocht om te willlen zorgen, dat de aardappelen op Vrij dag a-s. vam een goede kwaliteit en gelijk soortig zijn en zal hierop bij de ontvangst op Donderdag wel worden gelet" Wat is visoh zonder aardappelen? Niets! Ik eet liever geen visch, dan viech zonder aardappelen. De geheele armee is van dit gevoelen, en dus zullen de leden der Voe dings-commissie zorgen, let wel op de juistheid der uitdrukkingen: nriet dat de aardappelen gekocht zullen worden, dat was Zondag reeds gelast; alles zou zijn als gepasseerde jaar, dus.maar: „de aaa-d- appeflen zullen zijn van een goede kwali teit en gelijksooitig." Als men nu iemand was, drie aanmerkingen wilde maken, zou men hier kunnen zeggen, dat de Heeren - leden der Voeddngs-oommiesie wel kunnen zorgen, dat allleen ven de goede aardappe len gekocht wordt, maar dat men de beste intentie nriet van hen vergen kan, da-t. alle aardappelen op de wereld op Goede Vrijdag ven een goede kwaliteit en gelijk soortig worden; iedereen weet wel, dat de Heeren leden der Voedings-commissie daar toe niet. capabel zijn, en dat dus hier in de order, „sous-en ten/du" (verondersteld) is, dat zij alleen voor de in te koopen aard appelen behoeven te zorgen, dat ze goed z{jn; dat hier dus een rethorische figuur wordt gebruikt, algemeen bekend onder den naam van Ellipsis of uitlating". Dat de aardappelen van gelijke soort moeten zijn. dat spreekt van zeüive, om de harmonie ven het geheel niet te verbreken. Ik laat nog daar, wanneer er eiWtrial visschen: stok visoh, baai», snoek, zalm, kabeljauw, eas terns, forellen ene. in de menage kwamen, maar één soort van vrisdh, één soort van aardappelen; vraagt men nu, waarom men nu, waarom nu juist op Goeden Vrijdag de aardappelen van een goede kwaliteit moe ten zijn, of dat dan op andere dagen ook niet moet wezen, dan noem ik dat eene boosaardige opmerking, en daarbij onge grond, want ja, wamt enfin de aan merking is ongegrond, omdat zij ongegrond is; wie een betere uitlegging weet, wordt verzocht die franc» in. te zenden. NIEUWE AVONTUREN VAN MIJNHEER PIMPELMANS 97. Heer Pimpelmans, zeer in zijn sas, Besloot, toen Teun vertrokken was, Maar daad'lijk eens een rit te maken „Geloof, me, vrouw, ik zal 'era raken! Je zult er nog verstomd van staan, Zooals die motorfiets zal gaan!". )8. Eerst toetert hij met veel kabaal; Hij denkt: „dan zden ze 't allemaal!''. Toet! Toet! Krak-knak! Met groot misbaar Valt heel de motor uit elkaar! Hij was toch blijkbaar niet zoo goed Gerepareerd als het wel ipoet! (Slot volgt Vrijdag). BRIEVEN UIT EEN HARD LAND MET EEN HARTELIJKE BEVOLKING VIII VROEG VERVOER EN STILLE INSCHEPING- In geen geval willen wij herhaling van de plechtigheid gelijk van zes weken gele den bij de begrafenis zóó hadden wij gezegd. Alle publiek vertoon vermijden! Dat was de zoo unaniem mogelijk getroffen overeen komst tusschen ons en de Fraserburghsche autoriteiten. Hoe laat wilt gij vervoeren en, inladen? vroeg men ons. Liefst om 5 uur 's morgens, hoogstens om half zes aanvangen, antwoordden wij. Alles moet afgeloopen zijn als de drukte in de straten en op de kaden recht begint. Na tuurlijk zal een enkele ons wel opmerken, maar gedrang rondom ons willen wij bij het. inschepen niet hebben. Wij waren dezen keer iets eerder op onzen post dan de Schotten. Na een oogenblik van wachten, verricht ten de mannen van Fait en Watt hun een voudig, maar niet zoo gemakkelijk werk- Toch duurde alles nog weer iets langer dan wij hadden vermoed. 't Was ruim 6 uur, terwijl de kille mor gendampen nog hingen over het natte gras en de wegen, drabhjg door het vocht van den vorigen dag nog klibberden aan onze voeten, tóen wij afscheid namen van den opzichter vah het kérkhof, het bewijs, dat de opgraving volgens wettelijke permissie geschied was, in ontvangst namen en on» met de bemanning van de „Victoria" buiten VII stond in ons blad van 12 Mei. de kerkhofpoort voegden achter de groote lijkauto's. In tragen tred, ieder in eigen gepeins verdiept, ging het door Fraserburgh, waar een enkele visscher of werkman eerbiedig starend ons liet passeeren met een blik, alsof hij zeggen wilde: ook een droeve last met een verborgen geschiedenis dien gij daar meeneemt, een poel van smart, al heet dan ook de kolk, waar zij zijn opge haald: de „Sweet pool"! ,,'t zachte plekje ln een luttel half uurtje was de weg af gelegd. Voorzichtig, mede onder toezicht van den havenmeester, werd verder alles verricht De auto werd met den achterkant zoo dicht mogelijk tegen de beschoeiing van de haven gezet; toen sloegen de mannen van de „Victoria" de luiken, die nauw slo ten, open; voor ons in de diepte lag de rouwkamer in het ruim van den trawler, zóó gevoelig en vredig afgezet met een zwarte bekleeding, door een eenvoudig wit randje gebroken, dat de Scnotten, die lang zamerhand kwamen toeloopen, een kleine- uiting van tevredenheid voor het werk der V.E-M. niet konden onderdrukken. Ieder beijverde zich, het tragische werk zoo stil en regelmatig mogelijk te laten ver- loopen. Een voor een daalden de kisten heel zacht naar den bodem van het schip; de lier knarste dan even onwelluidend; han den werden uitgestoken, om aanraking met de hoeken en zijwanden te verhoeden; be neden vingen weer even zorgvuldig waken de Zeelieden elke beweging, die naar afwij king zweemde, op. Zoo volgde de een op den ander; een enkele tusschenpoos werd gemaakt, omdat de bijzetting zóó- moest geschieden, dat ook bij het rollen van h'et schip geen verwikken van den somberen, maar teederen last be hoefde gevreesd te worden. Langzaam en zeker naderde ook dit werk zijn einde. De laatste tocht der dooden. nc Eerst langzaam, doch steeds in toene mend tempo groeide echter ook de belang stelling der bevolking. Onmogelijk bleek het om in den morgen totaal onopgemerkt alles te verrichten- Mr. Mac. Donald, de zeemansevangelist uit Aberdeen woonde alles bij; diep in den avond was hij daartoe overgekomen en had dien nacht in ons hotel gelogeerd. Tot liet laatste uur wilde hij ons begelei den en blijk geven van zijn innige belang stelling in ons wee en ons werk. Hem hebben wij, toen hij nog eenmaal toeschoot, om zijn goede wenschen voor de zeereis te betuigen, ook het laatst mogen groeten. Slechts enkele kleine afscheidsbezigheden wachtten ons na de inlading nog. De burgemeester had het druk met eigen zaken, maar liet weten, dat hij ons gaarne nog eenmaal wilde groeten- Wij kwamen als vreemdelingen en scheidden als vrienden, zoo betuigde hij ons, waarmede wij van harte onder innigo dankbetuigingen instemden. Nog een enkel uur en alles was voorbij. Alleen een onvergetelijk oogenblik wacht te ons aangrijpend door eenvoud. De „Victoria" nu in zich bergende, wat eerst in do moordende .golven achter do rotsen had geslingerd, en daarna door den Schotschen bodem zachter dan de ziedende zee was opgenomen, gestadig met de don kere slappe vlaggen halfstok gehesehen, beeld van bekommering en zeemansrouw, werd losgemaakt; de stoom werd me* dich ter golvingen do lucht ingedrongen, de zi; kanten van het schip weken van de kade; het stompen der machine, die beneden met handle's werd bewerkt, bleek steeds moer effect, te bezittenHet schip wrong zirh in bochten door de niet zoo wyde haven in allerlei richting draaiende Op de brug klonken korte commando's van schipper Gerrit Smit. Vaart was er nog niet in den trawler te krijgen. Doch des te dieper trof onder het zachte zwenken en voortschuiven van de boot de blik der menigte, die nu langs de kade ons liet passeeren en meewarig de moeizame beweging volgde. Geen woord weerklonk. Geen oog richtte zich naar elders; allen waren bezig met de uitvaart van dit drib vende doodenhuis. Geen hoofd bleef gedekt Volk van Fraserburgh, nog betuig ik mijn respect voor u in dezen brief. Ik ken slechts enkelen uwer bij name; alleen heb ik bij t uitvaren opgemerkt en met bijzonderen eer bied gegroet schipper William Smith, die niet heel wat meer moeite dan wij zijn werk aan de slachtoffers had gedaan; maar wi? gij ook zijt, vaders of moeders, zonen of dochteren, hoog of laag, uw houding tegen over de Hollanders, die mij huiswaarts voerden, getuigde tot het laatste oogenblik van een teederheid, een meeleven des har ten, dat het door geen onzer, die vanaf d« boot getuige waren, ooit zal worden ver geten. Als een eenzame zag ik nog dicht hij den havenmond een man bezig hoog in bet want van een drifter. Toen ons schip, met vrij breeden water spiegel tusschen ons. voorhij gleed, staakte hij zijn arbeid, ontblootte evengoed zijn hoofd, alsof hij in 't midden der schare had gestaan. Alle Hollanders, toen zij elkander pas seerden op het dek, betuigden: welk een uit vaart was dat! Zoo had de eerbied op ons aller gemoed gewerkt. Mij kropte het hoog in de ked en schemerde hot o\en voor het oog. Zw ijgend ging ik naar b.-neden d >ot- den nauwen ingang, omdat lk gevoelde, eenige voorzichtigheid verder to moeten in acht nemen. Van hoofddeksel wilde ik wis selen, toen hij den haveuuitgang de „Victo ria" de vaart versnelde. Al wierp de zon flauwe stralen door do wazige ruimte, voor een landrot, vooral een dominee, is or gauw wind genoeg op 59 gr. N.B. HE IDA. J

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1931 | | pagina 9