Nederlandsch Jongelings-Verbond
VRIJDAG 15 MEI 1931 TWEEDE BLAD PAG. 5
78STE JAARVERGADERING TE DEVENTER
„WIJ HEBBEN EEN BEST VERBOND"
..ONZE TIJD VRAAGT MENSCHEN VAN DE DAAL
ZILVEREN BESTUURSJUBILEUM VAN DS. P. VEEN
VERGADERING VAN WOENSDAG
Optimistische klanken.
Het Nederlandsch Jongelingsverbond, de
oudste Protestantsch-Christelijke jeugdorga
nisatie van ons land, hield op 13 en 14 Mei
zijn 78ste jaarvergadering te Deventer. In
den Woensdagmiddag waren reeds ca. 500
afgevaardigden bijeen om de huishoudelijke
vergadering bij te wonen.
De Bondsvoorzitter, Ds. P. Veen, opende
het samenzijn en begroette in zijn welkomst
woord in het bijzonder den heer K. von
Prosch, van Genève, afgevaardigde van
het wereldcomité. Het voornaamste agenda
punt was de bespreking van de verslagen
van secretaris en penningmeester, die beiden
een optimistischen klank deden hooren, daar
het ledental van het Verbond niet onbelang
rijk gestegen was en de rekening over het
jaar 1930 een klein batig saldo aanwees, in
weerwil van het feit, dat het tekort over 1930
ad f 11.500 daarin als een verliespost was
verwerkt. Nijmegen en Haarlem boden
de bondsvergadering in 1932 te ontvangen.
Het bondsbestuur zal ter zake een beslissing
nemen. Ook het verslag van den bondsboek-
handel is optimistisch gestemd; er is een
flinke stijging te constateeren van het aan
tal abonné's op de organen en op de bro
churereeks. Een voorstel betreffende het aan
tal bondsbestuurders werd na eenige discus
sie aangenomen.
Ons Oad Verbond.
In den namiddag werden drie sectieverga/-
deringen gehouden, waarin resp. de volgen
de onderwerpen werden behandeld: 1. Ons
Oud Verbond, Correspondenten, Bestuurders;
2. Zending; 3. Bondswerk in de grootere ste
den.
In de eerstgenoemde vergadering werd, na
een openingswoord door den alg. secretaris
C Tabak, het woord gevoerd door den
heer W. Ho ge weg, die het onderwerp:
„Een nieuwe taak voor den correspondent"
behandelde.
Allereerst behandelde spreker de organisa
tie van oud-leden van het N. J. V., onder den
naam Ons Oud Verbond. De bedoeling van
deze organisatie wordt als volgt omschreven:
Zelf in en door het N. J. V. gezegend, willen
de oud-leden anderen ten zegen zijn. Vervol
gens kwam naar vox-en wat de nieuwe orga
nisatie voor 't Verbond kan zijn in geeste
lijken zin en met financieelen-steun. De pro
paganda voor deze nieuwe organisatie ligt
geheel op den weg van den correspondent,
die hierin dus een nieuwe taaie op zich ziet
gelegd. Spr. gaf een korte omschrijving van
de werkwijze voor den correspondent en ein
digde met de verwachting uit te spreken dat
deze nieuwe arbeid den groei zal beteekenen
van het steeds groeiende Verbond.
Door een zestal vrienden werden vragen
gesteld, die door den heer Hogeweg werden
beantwoord. Hierna werd nog het woord ge
voerd door den heer Scholten, penning
meester van de organisatie Ons Oud Ver
bond, die er, evenals de heer Hogeweg, met
nadruk op wees dat O. O. V. naast finan
cieelen steun voor het N. J. V., voornamelijk
een band wenscht te brengen tusschen alle
oud-leden van het N. J. V., die gedrongen
door de liefde tot dit Verbond daarvoor liun
krachten en medewerking wenschen te ge-
yen.
Plannen maken en uitvoeren.
„Plannen maken en aanpakken durven"
was de titel van het onderwerp dat vervol
gens door den heer ir. F. S p r e y werd be
handeld. Spr. begon met voor te lezen een
gedeelte uit Lucas 14 en 1 éamuel 14.
„Plannen maken", aldus spr., „is als het
uitwassen van een plant". Zoo kunnen er
vele soorten plannen bij ons oprijzen, goede
en kwade, en spr. wil hedenmiddag behan
delen de plannen in ons vereenigingsleven,
en hierbij vragen: „kunnen ze bestaan voor
God" en: „zijn wij eerlijk en bescheiden?"
Spr. kent geen beter middel om eerlijk en
bescheiden te zijn, als wij eerst zelf goed ge
luisterd hebben. Hierbij moeten wij echter
niet bij blijven staan, wij moeten zelf plan
nen maken. Bestuursleden zou spr. plannen
makers willen noemen, omdat die allereerst
tot het plannen-maken verplicht zijn. Laten
die allereerst zorg dragen voor het oude
werk en dit verbeteren alvorens aan ander
te beginnen. Vervolgens wekte spr. op tot het
bewerken van hen die buiten de vereenigin-
gen staan en tot gebruikmaking van de
middelen die het Verbond u geeft, namelijk
in bondsuitgaven, Ernst Sillemhoeve, zomer-
programma's enz. Van het plannen-maken
wil spr. geenszins de gewone leden uitslui
ten, en zou daarom willen aanraden om ge
bruik te maken van de speciale kennis en
kunde die de verschillende leden hebben.
Ons Verbond is dit geworden omdat God
het wil, en daarom zullen we bij onze plan
nen ook steeds op Gods hulp kunnen reke
nen als wij slechts in Hem gelooven en op
Hem vertrouwen. Zoo wil spr. als devies
mede geven als er sprake is van plannen
maken: „In den Heere is onze kracht".
Als ik aldus de heer Tabak ons
Verbondswerk mag vergelijken met een mu
ziekinstrument, dan heeft de lieer Sprcy met
dit persoonlijk woord losgetrokken het regis
ter: „Intens vereenigingsleven", waarin val
len te beluisteren klanken van liefde voor de
ziel van onze jongens.
De toekomst van het N. J. V.
„U geldt de zaak, de roem, de eer, de zaak
waan-oor wij staan" met het zingen van
dit vers werd de avondsamenkomst geopend,
waarna de heer H. Gordeau een rede
hiekl over het onderwerp: „De toekomst van
ons Verbond".
De N. J. V. aldus de heer Gordeau
Is een planting Gods, waarmede spr. bedoelt
dat God de oorzaak en de voortdurende
steun van het Ned. Jongelingsverbond is ge
weest. Al moeten we nu niet denken dat het
N. J. V. nu b.v. op één lijn staat met Gods
\verk op aarde. God heeft vel. middelen om
jongemenschcn tot Zich te trekken. Maar
omdat wij in het N. J. V. iets zien van God
delijke oorsprong hebben wij er voorzichtig
mee om te gaan en ons af te vragen of wij
wel de juiste methode toepassen, al zou spr.
huiveren om te antwoorden op de vraag of
wij steeds een bepaalde methode hebben ge
volgd. De vereenigingen zijn opgericht n&
vriendschappelijke onderlinge besprekingen
van diverse vragen op geestelijk gebied, en
de bijbelbespreking is dan ook tot heden nog
steeds een vraagstuk. Met methodiek is op
dit vraagstuk geen antwoord te geven. De
bijbelbespreking is een kwestie van persoon
lijk geloofsleven. Met het tweede deel der
vergadering staat het niet veel anders. Dat
velen zegen genoten van de vergaderingen
vindt zijn oorzaak in wat zij vonden ii
vriendschap, gezelligheid, ontwikkeling en
geloofsleven, vier eigenschappen begrepen
onder den naam bondsgeest, bondsliefde,
hondstrouw. Dit zijn steeds de kracht van
de Jongelingsvereenigingen geweest
Ook thans staan de zaken nog op vele
zaken precies zoo, en de vraag is thans: is
dit genoeg?
Als de jongeren niet veranderd zijn: ja!
Maar de tijden zijn op elk gebied veranderd,
waardoor een nieuw type mensch, de massa-
mensch wordt geboren. We leven in den tijd
der relativiteits-theorie. We hunkeren naar
zekerheid, die er wel technisch doch niet
geestelijk is. Toch moeten we de invloed van
de tijdgeest niet overdrijven. Iedere geeste
lijke beweging is ten slotte doodgebloed. Al
zijn de tijden veranderd, de mensch bleef
toch dezelfde. Ligt dan thans niet meer op
den bodem aller vragen der wereld zonde
schuld? Van de discipelen werd enkel
vraagd getuigen te zijn; meer wordt ook van
ons niet gevraagd.
Als spr. zoo de taak van het Verbond ziet,
grijpt hij moed voor de toekomst van het
N. J. V. In de toekomst is het onze taak de
jongemenschen bereidwillig te maken tot 'n
offer; lukt ons dat, dan is onze toekomst
verzekerd. We zullen ons hierbij het eerst
bepalen bij een met name bekend vriend of
afdeeling, bepalen we ons het liefst bij het
bekende zendingsveld.
De taak van onze naaste toekomst is hulp
aan Indië, een 3e en 4e districtssecretaris, en
verder een alg. secretaris in elke provincie.
In Zuid-Afrika zijn de velden wit om te
oogsten, de vraag is slechjts of we bereid zijn
te werken.
Door verschillende aanwezigen werden
no vragen gesteld, o. a. door Dr. y k m a n s,
dir. van de A. M. V. J.
Deze vergadering ging om ruim 9 uur over
in een bidstond onder leiding van den heer
J. van Dingen.
In „Ons Zendingshuis" werd onder voorzit
terschap van den heer H. Veldman van
Arnhem, het onderwerp „Diepgevallen men-
schen, maar toch Koningskinderen" door
Zendeling D. C. A. Bout behandeld, terwijl
in gebouw ,33e Hereeniging" door den alg.
seer., C. V. Doorschodt, werd behandeld
het onderwerp: „Hoe organiseeren we den
bondsarbeid in de steden", welke vergade
ring door den heer J. G. Leibbrandt
werd geleid. Ook op deze onderwerpen volg
de een breede bespreking
SAMENKOMST OP DONDERDAG.
Donderdagochtend werd door Ds. W. A. B.
ten Kate een godsdienstoefening geleid in
de Groote Kerk. Deze koos als tekst: „Mij is
gegeven alle macht in Hemel en op aarde".
Rede van den Bondsvoorzitter.
In de Buiten Sociëteit werd Donderdag
ochtend, onder voorzitterschap van Ds. P.
Veen, in de Groote Kerk onder voorzitter
schap van den 2en voorzitter, de heer J.
G. Leibbrandt, de groote algemeene
vergadering van het Nederl. Jongelingsver
bond gehouden. Beide gebouwen waren over-
gevuld met jonge mannen uit alle oorden
van ons land.
In de vergadering in de Buiten Sociëteit
was o. m. aanwezig de burgemeester der
gemeente Deventer, M r. F. W. R. W11 e-
waall, die na door den voorzitter wel
kom te zijn geheeten, woorden van waar
deering sprak voor het geestelijk werk van
het N. J. V.
Verder merkten we o.a. op den directeur
der A. M. V. J. te Amsterdam, den heer D r.
Eykmans, Dr. Von Prosch namens
de wereldcommissie, afgevaardigden o.a.
an het Ned. Jeugdleidersinstituut, van de
Ned. Ghr. Studentenvereeniging, Ghr. Nat.
Werkmansbond, Ned. Werkliedenverbond
Patrimonium, Chr. Gymn. Verhond en den
NerL Mil. Bond.
Eerl telegram met dankwoorden van H. M.
de Koningin werd met hartelijk applaus ont
vangen, terwijl nog van tal van personen
en corporaties gelukwenschen waren bin
nengekomen.
„Wij hebben een best Verbond", aldus de
bondsvoorzitter Ds. P. Veen, naar aanlei
ding van het gunstige jaarverslag. Den le
den werd door Spr. hartelijk dank gebracht
voor hun liefdevolle medewerking, waardoor
alle schuld is weggewerkt. Ook het secreta
riaat werd voor het werk dank gezegd.
Spr. herdacht met woorden van waardee
ring den in het afgeloopen jaar overleden
oud-bondsvoorzitter, de heer B. J. Ger-
Als voornaamste punten uit het jaarver
slag noemde Spr. de eerste gehouden Prov.
Bondsdag te Limburg en Noord-Brabant en
de aanstelling van een tweeden district-
secretaris, wiens taak het is verschillende
afdeelingen te bezoeken, om zich op de
hoogte ie stellen van de moeilijkheden die
in de afdeelingen wonen
Voor het jongenswerk werd tijdelijk als
assistent-secretaris benoemd de heer K.
Hoeve. Speciaal voor het werk in Rotter
dam tverd de alg. secretaris C. N. Door
schndt afgestaan. Spr. wekte op tot steun
van de oud-leden-organisatie „Ons Oud Ver
bond". Plannen bestaan tot organisatie van
erk in Indië. waarvoor nog nadere wegen
moeten worden gezocht Dit jaar werden
cursussen gehouden voor opleiding tot jon
gensleider, terwijl nog meerdere cursussen
in voorbereiding zijn. Met Januari a.s. hoopt
men het Leidersorgaan te kunnen uitbrei
den. Spr. wekt de bestuursleden der afdee
lingen op de belangstelling voor de
schillende bondsuitgaven op te wekken.
Het gaat in ons werk om den geheelen
mensch, zoowel om de ziel als het lichaam.
Maar het juiste evenwicht werd niet altijd
bewaard. Wij moeten echter beide onder-
deelen zien als een geheel, en niet
van beide afzonderlijk naar voren schuiven.
Onze vraag moet steeds blijven: hoe kun
nen wij den jongeman naar Jezus brengen?,
en wij moeten ons dan ook blijven richten
naar Gods Woord. Vandaar aat onze Bij
belbespreking steeds in bet centrum moet
staan in ons afdeelingswerk, en ook nog
Dit principieele werk vraagt groote
eischen van de leiders. Onze tijd vraagt
menschcn van de daad, mensohen die aan
pakken!
Onze tijd is ziek. Vele jonge mannen we
ten niet wat ze doen moeten. Dreigt niet
het gevaar dat onze tijd in deze ziekte ten
onder gaat, terwijl de geneesheeren talmen
omdat zij het niet eens zijn over de diag-
Het is niet makkelijk. Als kenmerkende
teekenen van onzen tijd noemde Spr. zelf
zucht, hoogmoed, zinnelijkheid en gebrek
aan geestdrift en enthousiasme, waardoor
menige jonge man en jonge vrouw naar be
neden wordt getrokken. Gij moet er reke
ning mede houden, jonge menschen, dat gij
allen bedreigt wordt door den geest
tijd. In ons hart leeft de begeerte om te
doen die dingen die we niet mogen.
Wij leven in een boozen tijd!
Hoe jmoeten we daar nu tegen strijden?
Met ons af te zonderen schieten we niet
op. Wij moeten terug tot den Vader, terug
tot God. Wij moeten in deze wereld trachten
te staan als jonge Christenen, die ons wil
len richten naar Gods wil. Eeuwigheidskin
deren, levend in den tijd.
Jonge mannen, vraag altijd en in alles wat
God welbehaaglijk is. Onze zwakheid ligt
meestal in gebrek aan geloofsvertrouwen,
die ons werk vaak tot onvruchtbaarheid
doemt
Moeten wij ons niet schamen over ons
klein-geloof, dat veroorzaakt wordt door
verzuim van ons gebed?
„Mannen, grootsch is uw roeping
lig uw taak, grijp toch de kansen door God
u gegeven!" aldus besloot Spr. Een hartelijk
applaus volgde op deze geestdriftige rede.
De voorzitter deelde mede, dat in de va
catures in het bondsbestuur was voorzien
ingevolge de voordracht
Huldiging Ds. P. Veen.
Door den heer J. K p p e r s, van Utrecht,
werd D s. P. Veen toegesproken in verband
met zijn 25-jarig bestuurs-jubileum. Dominee
en mevrouw Veen aldus Spr. het Ver
bond is dankbaar dat het u nu eens kan
zeggen hoeseer het uw werk op prijs stelt
(Enthousiast applaus.)
Spr. ging na het vele en veelzijdige werk,
dat door Ds. Veen in het steeds groeiende
Verbond werd verricht Als stoffelijk blijk
van waardeering werd den jubilaris een en
veloppe met inhoud aangeboden, alsmede 'O
P. Ve^it, voorzitter van het Nederl.
Jongelinqs-Verbond, die gisteren te Deven
ter gehuldigd werd in verband met zijn
25-jarig bestuursjubileum.
schilderij van den jongen Vlaamschen schil
der Van Dijck „Gezicht op Veere".
Spr. eindigde met den wensch uit te
spreken, dat het den Almachtige behagen
moge Ds. Veen nog lange jaren voor het
Verbond te sparen. (Langdurig ap
plaus.)
D s. Veen sprak woorden van dank voor
deze verrassing, waardoor het hem mogelijk
is gemaakt op rekening van de kas uit te
gaan (hilariteit), maar bovenal voor dit
prachtige schilderstuk van dezen schilder,
die wel eens genoemd wordt „de Protestant-
sche Toorop".
De vergadering werd hierop geschorst tot
twee uur.
„Volkenbond en Vaderland".
gesproken, al mag spr. ditmaal niet ingaan
op de details, omdat het opgegeven onder
werp op een ander terrein voert.
Het terrein immers Aan het geheel, de
gemeenschap, de overheid. Men meene niet,
dat men door dit terrein te erkennen, tot
een soort minderwaardig compromis moet
komen. Want het is een grootheid van eigen
sitructuur en met eigen wetten.
Dat dit terrein beslaat, is voor de vredes
beweging van overwegende beteekenis; want
dait alles, wat met den individueelen aan
vat samenhangt, is voor den werkelijken
vrede practisch volkomen waardeloos. Het
kan leiden tot offer; het kan ook leiden tot
chaos. Maar 't doet niets tegenover de enor
me spanning tusschen de volken en niets
tegenover het massa-instinct. Er wordt in
den wereldgang niets door bereikt en niets
door afgewend.
Dit nu is het juist, wat geschieden moet.
Het thema: Vaderland en Volkenbond wijst
den weg. Ook hier vind men een spannimr
tusschen de nationale en de internationale
gedachte. Maai- het onderwerp als geheel
wijst toch den weg.
Volkenbond in zijn algemeenen zin be
duidt, dat er een terrein is, waar de volken
elkaar ontmoeten en waa? de internatio
nale problemen kunnen worden opgevangen.
Dit is van overwegend belang. "Want de
meeste moeilijkheden schrijnen en groeien
doordat partijen elkaar niet rustig ontmoe
ten en elkander leeren verstaan. Misver
stand 'brengt meer ellende dan reëel verschil.
Wanneer de zaken apart en nationaal wor
den bezien door de pers en de redevoerin
gen, dan wordt de kloof al wijder.
Op drie terreinen wordt thans door den
Volkenbond deze ontmoeting bevorderd: po
litiek, sociaal, economisch. Spreker wijdt
aver enkele bijzonderheden uit en noemt
ook het Permanente Hof van Internatio
nale Justitie. Telkens kunnen dreigende
moeilijkheden aldus worden opgelost. Bo
vendien kan een betere sfeer geschapen
worden.
Dit is eerste-klasse-vredewerk. Er zijn in
derdaad op elk der drie terreinen zware
teleurstellingen. Maar men vergete niet, hoe
kort het instituut nog maar werkt. Er is
reeds allerlei bereikt. En dit is het eenige,
wat wij thans hebben!
Is echter niet de moeilijkheid daarin ge
legen, dat toch ieder het eigen vaderland
in het oog moet vatten? Spr. zal tegenover
een gehoor van jonge menschen niet de
speciale punten behandelen, die zich poli
tiek, sociaal, economisch voordoen. Maar hij
noemt een hoofdzaak, die ook door jongeren
kan worden verstaan en gewald: de vol
keren moeten leeren, de samenwerking te
willen wars van alle chauvinisme. Dit wisrhjt
de waardij van het vaderland niet ujt. His
torie, traditie, karakter van ons volk zijn een
kostelijk Godsgeschenk. Maar elk moet lee
ren zich te larten invoegen in het groote ge
heel en de nationale taak te ontdekken, da,
door ieder van de deelen in het geheel moet
worden vervuld. Deze blik is doodelijk voor
het chauvinisme.
In deze wereld moeten dan de vragen
haar plaats vinden van ontwapening, justi
tie, recht in stee van macht, macht in dienst
van het recht Evenzoo sociale samenwer
king. En economische toenadering.
De jongeren als hot komend geslacht moe
ten deze gedachten aankweeken, opdat de
sfeer aanwezig zij, die voor de oplossing dpr
bijzondere problemen onmisbaar is; en aldus
krachtig mededoen aan tastbaar vredeswerk.
Rede K. von Prosch
Hierna werd nog med'edeeling gedaan van
de ontvangst van verschillende telegrammen
o.a. van Prins Hendrik.
Door diep heer K. vop Prosch we
bondssecretaris uit Genève webd vervolgens
éen rede gehouden, waarbij de alg. secr. H.
Gordeau als tolk optrad.
Het was spreker een genoegen de groeten
van den wereldbond te mogen overbrengen.
In deze zomer heeft de wereldbond in alle
stilte het 75-jarig bestaan herdacht 75 jaar
van zonde, maar ook van zegen waarvoor
wij God danken. Thans wil spr. het echter
hebben over het heden.
De wereldbond telt ongeveer V/2 millioen
leden, in 10.000 afdeelingen, met 54 natio
naliteiten.
Spr. herdacht de zending onder de heide
nen, en schetste de wereld-malaise en werk
loosheid. Daardoor ziet de wereldbond zich
voor een zware taak geplaatst
In Amerika, Australië, China ejn elders
heerscht groote nood.
Niet de nationaliteiten, doch de rassen
vechten om leefruimte. Het nationalisme en
communisme hangen hiermede ten nauwst/e
samen.
Bij de meeste jongen menschen hoort men
eze drie klanken: Jezus, Revolutie en Vrij
heidsdrang.
En in dezen tijd valt die 20e wereldconfe
rentie. Hoewel Amerika volle medewerking
verleent ook financieel, zullen velen niet
naar Amerika kunnen gaan. En toch is de
wereldconferentie noodzakelijk.
In hoofdzaak zal het hierbij gaan om deze
twee zaken: onze taak en onze boodschap.
In de conferentie te Jeruzalem is wel ge
bleken dat mep zich geplaatst zag voor een
aaneengesloten blok tegen het christendom.
Het is het geloof aan het stoffelijk, einde-
lijke, of wel de god-loosheid.
In alle landen gaat de godsdienst achter
uit en wordt de mensch zélf in het middel
punt geplaatst De wetenschappelijke bere
deneering, het communisme en fascisme bre
ken ook het heidendom af. Maar veel droevi
ger is dat dit alles ook is doorgedrongen in
het Christendom, en nu ontbreekt het hut
christendom aan profetische kracht. In ver
schillende klingen heerscht in het christen
dom onzekerheid-, waardoor jnen de eigen
boodschap heeft vergeten.
In dien tijd valt de wereld-conferentie,
waarvoor spreker zoo gaarne bij alle aanwe
zigen belangstelling zou wekken.
Spr. vraagt niet alleen in deze gebedsweek
voor den wereldbond te willen bidden, doch
steeds.
Laten wij alzoo voor elkander in gebed
blijven staan, besloot spreker
Door den heer J. A. Amesz, bondspenning
meester werd dank gebracht aan don schei
denden 2den voorzitter J. G. Leibbrandt van
Amsterdam, en daarna werd de samenkomst
met dankgebed gesloten.
Kerknieuws.
Om twee uur werd de middagvergadering
heropend. De tweede voorzitter, J. G. Leib
brandt, nam in deze middagvergadering
in de Buiten Sociëteit het voorzitterschap
waar, die na een kort openingswoord aan
Dr. J. R. Slotemaker de Bruine het
woord verleende tot het houden van zijn
rede: „Volkenbond en Vaderland".
Het onderwerp, dat door het hoofdbestuur
is opgegeven, vormt een deel van het groote
probleem, dat thans met name de jongeren
beweegt: de onderlinge verhouding der vol
ken, oorlog of vrede aldus Dr. J. R. S I o-
temaker de Bruine.
Het maakt echter een tegenstelling bin
nen dat probleem tevens zeer tastbaar. Im
mers werkt de vraag van Vaderland en Vol
kenbond eigenlijk volstrekt niet in de ge-
dachtenwereld, die zoo velen bezig houdt
Waarom niet? Omdat schier altoos de
vraag wordt aangevat van de individu
eels zijde: wat mag ik doen? De vragen
van volk en volken en overheid spelen
geen rol; het gaat over: „ik".
Natuurlijk is dit individueele element van
de grootste hefpckenis. De enkeling mag niet Het Tweede Knmerlid Ebels heeft den
ondergaan in de massa: hij macr geen ma Minister van Waterstaat gevraagd, de ver-
chine worden. Hier is de majesteit van z» etering te bevorderen van den Rijksweg
weten en overtuiging in gedine. Hert gewic' Meppel—Assen, die niet meer aan redelijke
van dit alles moet nadrukkelijk worden uit-eischen voldoet.
Sluitlngssamenkomst
Tegen half vijf werd een gemeenschappe
lijke sluitingssamenkomst gehouden in den
tuin der buiten-societe't waar de duizenden
jongemenschen door Ds. P. Veen werden
toegesproken en gezamenlijk werd aangehe
ven: „Dank, dank nu allen God".
Op voorstel van den heer Gordeau werd teD
slotte den jubileerenden voorzitter, Ds. P.
Veen toegezongen: „Dat 's Heeren zegen op
U daal."
NED. HERV. KERK
Zestal: Te Leeuwarden (vac-T. Klooster-
m-a), G. P. van Itterzon te Alblasserdam, C.
M. Luteijn te Apeldoorn, J. Nauta te Sexbie-
rum. A. W. M. Odé te Koudekerk, D. Siemelink
te Roswinkel en G. Tichelaar te Groningen.
Drietal: Te Haren, J. Ph. Eggink te
Rotterdam-Delfshaven, A. Oskamp te Den
Hoorn (Texel) en L. M. J. F Herkens te
Delfzijl.
Beroepen: Te Waarder (Z.-H.)T.
Lekkerkerker te Delft. Te Daerle, J. R.
Cuperus, cand. te Utrecht. Te Durgerdam
(toez.), A. Duetz te Someren. Te Zwart
sluis (toez.), Y. Alkema te Lemelerveld.
Bedankt: Voor Hollandscheveld Z.O., G.
Barger Ezn., Evangelisatie-predikant te
Hoorn. Voor Ouderkerk a. d. IJssel, J. J.
Timmer te Ermelo.
CHR. GEREF. KERK
Bedankt: Voor Amsterdam-West, W.
Kremer te Komhom.
BEROEPINGSWERK
Te Hei- en Boeicop onderhandelt de
Kerkeraad der Ned. Herv. Gemeente met den
Raad van Beheer, om, na afhandeling van de
financieele zaken, weder te komen tot het be
roepen van een eigen predikant.
AFSCHEID, BEVESTIGING, INTREDE.
Ds. Joh. de Boer hoopt Pinkster
maandag e.k. afscheid te nemen van de Geref.
Kerk te Brouwershaven, om Zondag 7 Juni
d.a,v. intrede te doen te Zuid-Beijerland.
Ds. A. M. BLOEM, f
,-pred. der Ned. Hervormde Kerk, laatste
lijk gestaan hebbende te Chaam.
Ds. Bloem werd candidaat in 1890,
17 Aug. van dat jaar intrede te Hurwenen,
vertrok in 1893 naar Dussen en stond van
1898 tot 7 September 19*30, den ingang
zyn emeritaat, te Chaam.
Jarenlang was hij lid van de Algemeene
Synode der Ned. Herv. Kerk en tot zijn
dood toe lid van het Provinciaal Kerkbestuur
van Noord-Brabant. Verder was hij voorzitter
van den Kamerkring Tilburg van de Chr.-
Hist. Unie. Ds. Bloem was officier in de
Orde van Oranje Nassau.
De begrafenis heeft morgen, Zaterdag,
plaats te Winssen (G.).
ALG. SYN. COMMISSIE-NED. HERV. KERK
Tweede zitting. De Voorzitter wijdde
Woensdag jl. woorden van waardeering aan
de nagedachtenis van Ds. A. M. Bloem, em.-
pred. van Chaam, en bracht in dankbare her
innering diens kunde, scherpzinnigheid en ar
beidzaamheid. Ook werd nog gesproken over
het overlijden van Ds. H. van Druten, die
vroeger in de Kerkelijke Besturen zitting had.
Vermeld werd, dat voor het Fonds ter voor
ziening in de geestelijke behoeften van Ge
meenten, waar eigen middelen ontbreken,
H. M. de Koningin een gift van f750 werd
ontvangen. Voor uitkeering van een bedrag
van f 5370 worden bestemd, te vermeerderen
met een suppletie van f2380 uit de generale
kas. De meeste aanvragen om steun uit dit
fonds keeren elk jaar terug.
Wat het fonds tot verbetering der schraal
ste predikantstractementen betreft, hieruit
moet dit jaar tot een bedrag van f 60.364 wor
den verstrekt, om de laagste predikanten te
kunnen brengen op f 1750 (zonder vrijdom van
belasting). Het fonds zelf is daartoe niet in
staat. Maar uit de generale kas kan f17.089
aan suppletie worden gegeven, terwijl ook dit
jaar weder door het bestuur van het bekende
fonds „Aanpakken" f 32.500 is ontvangen.
Een niet zeer overvloedig saldo biedt het
Studiefonds. Dit fonds moet ook al worden ge
holpen uit de baten van den Vervolgbundel
(f 750) om eenige kleine beurzen te kunnen
verleenen aan studenten in de godgeleerdheid.
Gelukkig, dat ook de administrateuren van het
fonds „Racer-Tak" weder f 400 hebben beschik
baar gesteld. In het geheel kan op die wijze
f 1685 voor dit doel worden uitgekeerd.
De algemeene weduwen- en weezenbeurs
deed in 1930 een uitkeering aan 373 weduwen,
6 minderjarigen en 11 erven (tegenover 362
weduwen, 5 minderjarigen en 26 erven in
1929). Er bestaat geen bezwaar, ook in 1931
het bedrag der uitkeering weer vast te stellen
op f205, met een bijslag van f143, derhalve
in het geheel op f 350.
Uit de rekening blijkt, dat o.a. een gift van
f 500 is ontvangen van de Duinoordkerk. Ook
het saldo van het Kerkelijk Weekblad (groot
f728.28) kwam aan de beurs ten goede. Bo
vendien werden enkele andere giften voor dit
doel ontvangen.
Schoolnieuws.
HOOGER ONDERWIJS
Prof. Dr. H. VISSCHER.
Ontslagaanvrage. Naar het „Hbl."
verneemt, heeft Prof. Dr. Hugo Visscher
ontslag gevraagd als hoogleeraar in de God
geleerde Faculteit aan de Rijksuniversiteit
te Utrecht en tevens ontheffing verzocht van
z(jn bijzondere leeropdracht om aldaar onder
wijs te geven in de Wijsbegeerte van den
Godsdienst
Naar men weet, is Frof. Visscher sinds
2 Constructie-details, die U
alléén bij de allerkostbaarste
machines zult aantreffen,
'n Ritsema type R.R. biedt U
thans deze voordeden voor
een uiterst voordeeligen prijs.
Zuiver Nederlandsch fabri-
Uiv verouderden of defecten stofzuiger kunnen
wij desgewenscht repareeren. Ook willen wij Uw
oude machine van U koopen, indien U zich
één der moderne Rüsemas gaat aanschaffen.
1923 lid van de Tweede Kamer en deswege
hoogleeraar op non-actief. Krachtens de
„bijzondere leeropdracht" heeft hij' evenwel
in de genoemde vakken toch college gegeven.
Op 15 Februari 1929 heeft hij zijn zilveren
ambtsjubileum als hoogleeraar gevierd, by
welke gelegenheid hij van allerlei kanten
met veel sympathie gehuldigd is.
Vóór zijn professoraat, dat dus in 1904 is
begonnen, heeft hy, sinds 1891, als Herv.
predikant resp. te St. Johannesga, Zegveld.
Delft, en Ouderkerk a. d. IJssel gestaan.
Behalve als theoloog en in de kerkelijke
wereld als voorstander van de Geref.
richting in de Ned. Herv. Kerk maakte hij
zich in de politiek bekend, als een der voor
mannen van de Hervormden in de A.-R.
Party. Tijdens Prof. Dr. A. Kuyper heeft hij
veertien jaar zitting gehad in het Centraal
Comité van A.-R. Kiesvereenigingen. In
1916 is hij om principieele redenen daaruit
getreden. Na de Grondwetsherziening van
1922 is hy in de Tweede Kamer gekomen,
waar hij, in tegenstelling tot de meerderheid
van zy'n party, sterk geageerd heeft tegen het
Verdrag met België.
De Geref. Bond in de Herv. Kerk, waar
in hij een der oprichters en voormannen is,
heeft, naar men zich herinnert, kort geleden
liet jubileum van zijn 25-jarig bestaan
gevierd.
Prof. Visscher heeft ontslag als hoog
leeraar gevraagd tegen 1 October a.s., omdat
hy dit met het oog op zijn verdere werk
zaamheden wenschelijk achtte. Hy is 61.
jaar oud.
PROF. Dr. W. KEESOM.
Prof. Dr. W. H. Keesom is van zijn reis
naar Polen te Leiden teruggekeerd, waar hij
te Warschau en Krakau enkele voordrachten
heeft gehouden over de onderzoekingen, die
liet Natuurkundig Laboratorium te Leiden
worden verricht. Do Toolsche vakgenooten
hebben hem zeer hartelijk ontvangen.
DE DOETINCHEMSCME INRICHTINGEN
Blijkens het jaarverslag der Chr. Philantro-
pische inrichtingen te Doetinchem begon de
cursus 1930/1931 met 80 studenten en 55 kwee.
keiingen te Doetinchem i vorig jaar onder
scheidenlijk 68 en 38). Zeven studenten vol
brachten sedert hun studie. Van de overige 73
er 17 niet-theologen. Het totaal aantal
der oud-kweekelingen bedraagt 376, van wie
98 zijn overleden. De rekening en verantwoor
ding wijst een bedrag aan ontvangsten en
uitgaven aan van f93,531.11 met een nadee-
lig saldo van f 1376,82 (vorie jaar batig saldo
van f490v73).
GEEN GELUKKIG BEGIN
TOESTAND RIJKSWEG-MEPPEL--
ASSEN
Gisteren werd onder enorme belangstelling*,! Zwembad Ie Sehtebroek qeopend Door
de groote overbelasting had een ernstige verzakking plaats top onze toto goed te zienl
waardoor het bad gedeeltelijk moest worden ontruimd.