J~]et Communisme in de Practijk
HING pepermunt I
TWEE ENTHOUSIASTEN
WOENSDAG 11 MAART 1931
DERDE BLAD PAG. 9
(Nadruk verboden)
Objectieve mededeelingen en critische beschouwingen
COMMUNISTISCHE HERVORMING
VAN HET HOOOGER ONDERWIJS
Voor degene, die dc geschiedenis der sow-
jet-republiek napluist, is Prof. Wyshinski
geen onbekende. Hij fungeert geregeld als
voorzitter van de zittingen van het hoogge
rechtshof in de diverse sabotage-processen
van de laatsic jaren. Deze communistische
jurist, tevens lid van den „Itaad van Ge
leerden" der sowjet-unie, heult eemge inedr,
deelingen gedaan over de hervormingen van
liet hoogcr onderwijs, die op het programma
staan on principieel reeds gedeeltelijk zijn
aangenomen.
Volgens hem bestaat er een sterke contra
revolutionaire sabotage onder de professo
ren, die de hervorming van het universitaii
onderwijs in sowjet-geest tegenwerken. Als
voorbeeld daarvan haalt hij de volgende
„burgerlijk individualistische „koelakken"
stelling" van prof. Spilrein aan:
„De studenten moeten onbezorgd zijn, vol
levensvreugde, genoeg aesthetische indruk
ken ontvangen en geleidelijk in hel produc
tiewerk worden opgenomen".
I)e jongste vergadering van den „Raad
van Geleerden" heeft inplaats van deze op
vattingen de sowjet-methoden geaccepteerd,
die uitgaan van innig veTband tusschen
universiteiten en industrie. De studenten
moeten van den aanvang var. hun studie af
ononderbroken in de industrie werkzaam
zijn, zoodat hun universitaire opleiding zich
geheel aan hun werk in de industrie moet
aanpassen. Wij Jaten thans verder prol.
Wyshinski aan het woord bij zijn uiteenzet
ting. hoe hij dat hooger onderwijs eigenlijk
wel wenscht to zien ingericht
„Onze universiteiten en technische hooge
scholen moeten veranderd worden in voor
uitgeschoven posten, in centra der cultu-
reele revolutie, die hun wetenschap in
dienst stellen van den strijd voor het socia
lisme. voor het vijfjarig program in vier
jaar. voor nieuwe beslissende successen".
Om dit doel te hereiken, dienen die uni
versiteiten ingericht te worden op het kwee
ken van die krachten, die in de arbeids
organisaties en de collectieve boerenbedrij
ven noodig zijn.
„Het nieuwe leerplan moet alle zijden van
het werk van den student omvatten: zijn
arbeid aan en huiten de universiteit, zijn
industricelc practijk. zijn maatschap
pelijke f «i n c t i e".
F,en leerplan dus voor den ganschen tijd,
dat de student niet slaapt. Wat hij doen
mag en moet buiten zijn studie wordt even
eens geregeld.
Er zullen voor dit doel bedrijven worden
gesticht, die tegelijk school zijn, waarin dus
de studenten zoowel practisch arbeiden als
studeeren.
De vergadering van den Raad van Geleer
den besloot voorts, de dissertatie af te schaf
fen, en deze Ie vervangen door een „verslag
bij afstudeeren" waarin de student een over
zicht geeft van hetgeen door hem aan we
tenschappelijk werk gedurende zijn studie
tijd is verricht. terwij! hij daarin tevens zijn
wetenschappelijk ideologisch credo
moet bekennen, m. a. w. moet verklaren,
dat hii „goed In de leer" is. De beoordeeling
van dit verslag ligt niet alleen bij de pro
fessoren. maar ook hij de leiders der studen
ten- en de algemeen-maatschappelijke orga
nisaties. die met de universiteit in verbin
ding staan.
Op de genoemde vergadering van den
Raad van Geleerden waren voor de eerste
maal ook fahrieksvertegenwoordigers aan
wezig, die de ..ksmeraden-geleerden" ver
zochten. aan den social istterhen opbouw
mede te willen werken. Wyshinski is over
deze voorloopige resultaten uiterst tevreden
en hij hoopt dat de sowjet-organisatie door
de voorgestelde resoluties wel zal varen.
De vraag blijft, of ook de wetenschap zelf
door dezen nieuwen koers wel gediend zal
wezen.
EMIGRATIE NAAR
SOWJET-RUSLAND
Paul Scheffer, de correspondent van het
vrije uitingen uit de sowjet-unie gezet
seint aan zijn blad, dat de Russische handels
vertegenwoordiging in New-York dagelijks
125 verzoeken om visa naar de Sowjet-unie
ontvangt. De aanvragers zijn Amerikanen,
die het spook der werkloosheid trachten te
ontvluchten en zich laten verlokken door de
sowjet-reclame over de verdwijning van dit
euvel uit de sowjet-unie, voor altijd.
AI zullen niet alle aanvragers het begeerde
visum krijgen het staat toch vast, dat eeni-
ge groepen naar de sowjet-unie zullen emi-
greeren. Men rekent voor 1931 er op, 7000
buitenlandsche arbeiders en 5000 buiten-
I landsche technici in het sowjet-paradijs toe
te laten. De buitenlanders, die er thans
werken, en op speciale contracten zijn ge
huurd, krijgen nagenoeg allen extra levens
middelen toegewezen uit een speciaal regce-
ringsfonds voor dat doel. Het is echter de
vraag hoe gewone emigranten zich zullen
gevoelen onder de normale toestanden der
Russische arbeiders. Vooral is dit vraagstuk
van belang indien het aantal emigranten be
langrijk grooter wordt dan men thans be
rekent hetgeen stellig te verwachten is,
gezien het feit, dat de regeeringsorganen nog
dagelijks de plannen veranderen in de zin
van uitbreiding en het tekort aan arbeids
krachten in eenige maanden reeds is ge
stegen van 750.000 tot 2 millioen.
Vani sowjet-zijde worden maatregelen ge
troffen in verband met de steeds eiootere
toestrooming van buitenlandsche kraenten
Behalve de in het Duitsch uitgegeven ...Mrs-
kouer Rundschau" wordt nu ook 'n Engel-
sche krant gepubliceerd „Workers News"
(Arbeidsnieuws), terwijl de plaatselijke
autoriteiten een aanschrijving hebben ont
vangen om werk te maken van propaganda
onder de buitenlandsche arbeiders en tech
nici. De kinderen de buitenlanders moeten
in hun eigen taal onderwijs krijgen, waar
toe speciale klassen moeten worden inge
richt, terwijl ook voor leeszalen en biblio
theken in vreemde talen moet worden ge
zorgd.
DE BUITENLANDERS IN RUSLAND
De bewerking der buitenlandsche arbei
ders volgens de sowjet-methoden wordt
krachtig voortgezet. Begin Maart werd een
conferentie van buitenlanders in Nisjni-
Nowgorod gehouden, waaraan 70 afgevaar
digden deelnamen, waaronder Engelschen,
Duitschprs, Chineezen en Denen. De buiten
landsche arbeiders beloofden, daar te zullen
medewerken aan de vervulling van het
vijfjarig plan en hun technische kennis en
ervaring aan de Russen te zullen rnededee-
len. Het gaat nu verder volgens het gewone
recept: een aantal buitenlanders wordt uit
gekozen om bevorderd te worden tot het
parasietenleger der ambtenaren, waarvoor
zij dan in ruil moeten zorgen dat „de stem
ming" onder hun landgenooten goed blijft
en deze op vergaderingen voor de regeering
gunstige resoluties aannemen.
Het zal van belang zijn na te gaan of dit
systeem bij buitenlanders zich op dezelfde
wijze laat doorvoeren als bij Russen.
INPLAATS VAN
WELDADIGHEIDSVOORSTELLINGEN
Weldadigheid is in het sowjet-rijk over
bodig geworden, vooral nu ieder kan wer
ken, indien hij tenminste niet er tegen op
ziet eenige duizenden kilometers weg te
trekken, vaak fcijn gezin achterlatend.
Daarom worden er toch wel tooneelvoor
stellingen gegeven, waarvan de opbrengst
voor sp€ciale doeleinden is bestemd. Het
groote Moskousche theater gaf daarvan een
voorbeeld, met een tooneel- en concertavond
op 22 Febr. 1.1. De opbrengst daarvan, niet
minder dan 15.380 roebel, volgens de sow-
jet-bladen (hoeveel zullen de billetten dan
wel gekost hebben!) is gestort in het fonds
voor den bouw van een militair bestuurbaar
luchtschip, dat den naam van den tegen-
woordigen volkscommissaris van oorlog zal
dragen „Klim Woroshilof". De acteurs van
het Moskousche academische theater wek
ken hun collega's op, dit voorbeeld te volgen.
DE RUSSISCHE ONTWAPENING
De collectieve boerenbedrijven zullen niet
alleen moeten dienen om de sowjet-regeering
in vredestijd te helpen, maar ook in oorlogs
tijd. Thans is bepaald, dat de leden der
kolchozen verplicht zijn tot militaire oefe
ningen onder speciale instructeurs, die door
het volkscommissariaat van oorlog worden
aangewezen. Men schept zoodoende een
reservemacht van ongeveer 10 millioen man.
Ook dat wordt nog niet voldoende geacht
Ter gelegenheid van den internationalen
vrouwendag zullen in Moskou de vrouwe
lijke onderwijzeressen, die door de vereeni-
ging „Aviachim" zijn opgeleid, als volleerd
op hun sexegenootcn worden losgelaten. Het
zal hun taak zijn de vrouwen voor den
chemischen oorlog te bekwamen.
Geen wonder, dat het oorlogsbudget der
sowjet-Unie hooger i3 dan zelfs van Enge
land, dat zijn uiterst kostbare vloot moet
onderhouden. Aan „eenzijdige ontwapening"
denken de heeren in Moskou niet, dat is
goed voor de propaganda in andere landen.
KARPINSKI VERDEDIGT ZICH
Aan het einde van de Maart-zitting van
de Russische Akademie van Wetenschappen
te Leningrad legde de voorzitter, A. P. Kar-
pinski, de volgende verklaring af:
In de buitenlandsche pers rijn mededee
lingen verschenen over mijn ,anti-regee-
rings-uitingen". Ik heb mij nooit geuit in
een tegen de sowjet-regeering gerichten
zin, en ben tegenover haar volkomen
loyaal. Van de zijde der sowjet-regeering
ondervond ik steeds groote achting voor
mij. De fundamenteele doeleinden der
sowjet-macht zijn grootsch en edel en men
moet daaraan medewerking verlecnen. Zij
stonden mij altijd na en ik werk ervoor
zuiver en oprecht.
De grijze professor mag dit alles eerlijk
meenen, maar dat neemt niet weg, dat hij
ondanks zijn loyaliteit als „burgerlijk ge
leerde" wordt gewantrouwd, en iederen dag
aan den dijk kan worden gezet zooals vele
collega's uit de Academie van Wetenschap
pen vóór hem. De Sowjet-regeering zal
stellig niet rusten voordat zij de Academie
van Wetenschappen heeft volgestopt met
„roode geleerden", al wordt daarbij meer
op het roode dan op het geleerde gelet. De
moeilijkheid zit hem voor de regeering
daarin, dat zij niet zeker is van die roode
geleerden zelf. Men had Boocharin en Rja-
zonof tot academici gebombardeerd en deze
zijn nu beiden in ongenade gevallen, en
werden daarom door de Akademie eveneens
uitgesloten. Loenatsjarskl is ook akademicus
en wordt nog als zoodanig geduld, alhoewel
hij ziin positie van commissaris voor volks
ontwikkeling heeft verloren. Hoe lang nog?
Wanneer zullen we vernemen, dat ook hij
zich uit de geieerdenorganisatk heeft terug
getrokken?
Het internationale wetenschappelijke pres
tige der Russische Akademie zal stellig
door de verklaring van haar voorzitter en
door het uitsluiten harer leden, die de re
geering onwelgevallig zijn, niet worden ver
hoogd. Dit optreden onderstreept nogmaals,
dat van die Akademie slechts uitingen zijn
te venvachten, die op medewerking met de
huidige regeering berusten, en die derhalve
alle wetenschappelijk zullen trachten te
motiveeren, wat die regeering doet of nalaat.
Van vrij, wetenschappelijk onderzoek kan
daarbij geen sprake meer zijn.
Maandag: „Die religiose Lage im gegen-
wartigen Indien und die Mission'', door Prof.
Dr. Sehomerus.
„Das Christusbild Indiens". door Dr. Harten
stein. „Die Krisis in der chineiischen Kirche",
door Prof. Dr. Richter.
Dinsdag: „Der Wahrheitsgehalt der
nichtchristlichen Religionen und das Christen-
tum"', door Prof. Dr. Althaus.
„Das Missionsmotiv im Wandel der letzten
zwei Jahrhunderte", door Dr. Knak.
De ochtendbijbelbesprekingen zullen gehou
den worden door Pastor H. Lilje den alge-
meenen secretaris der Duitsche C.S.V.
De groep Nederlandsche studenten, die aan
deze conferentie denkt deel te nemen, reist ge
zamenlijk op een gezelschapsbiljet if. gezel
schap van Ds. B. M. Schuurman van Malang
en Dr. F. L. Bakker van Djokja.
Schoolnieuws.
N. C. S. V.
Zomerconferentie.
Van Maandagmiddag 13 tot Zaterdagmor
gen 18 Juli hoopt de N.C.S.V. te Nunspeet
haar zesendertigste zomerconferentie te hou
den.
Het programma houdt nauw verband met
de vraag die in den laatsten tijd in de we
reldfederatie aan de orde is, namelijk welke
boodschap zij in dezen tjjd in de tegenwoordi
ge studentenwereld heeft. Eenerzjjds wordt
deze vraag behandeld in een samenhangend
geheel van vier ochtendrefernten. •erwjjl an
derzijds de avonden eerst den inhoud van
het evangelie op den voorgrond willen stellen,
om daarna op den avond, wanneer des mor
gens over de apologetiek gehandeld is, over
Pascal te spreken en vervolgens in den per
soon van Mott, den stichter der wereldfedera
tie en zijn wereldomvattend werk te schetsen.
Het programma luidt dan als volgt:
Maandagavond: Opening door den
voorzitter. Drs. E. Jansen Schoonhoven.
„Bekeering", door G. Bos, van Utrecht.
Dinsdag. ,.Hét oordeel over het Christen
dom in onzen tijd'»; Prof. Dr. Th. Spoerri .uit
Ziirich, die reeds voorloopig had aangeno
men dit onderwerp te behandelen, Wérd ver
hinderd, waarom men voor dit onderwerp nog
iemand anders zal vragen.
.Zonde en genade" door Ds. B. M. Schuur
man van Malang.
Woensdag: „Kan het Christendom zich
verdedigen?" door Dr. F. W. A. Korff van
Heemstede.
„Blaise Pascal'', door Pastoor P. J. van
Buuren van de Oud-Katholieke Kerk te Rot
terdam.
Donderdag. „Aan God gebonden", door
Pfarrer Georg Merz, van Bethel-Bielefcdd.
,John R. Mott", door Mr. N. Stufkens, van
De Bilt.
Vrijdag. „Onze boodschap in de studenten
wereld"', door Prof. Dr. W. J. Aalders van Gro
ningen.
„Trouw", door Dr. H. C. Rutgers van Har-
denbroek. Driebergen.
Verdere conferenties en kampen.
Voorts hoopt de N.C.S.V, dezen zomer vijf
studentenconferenties en vijf en twintig kam
pen voor jongens en meisjes te organiseeren.
Zendingsconierentie te Halle.
Het programma van de zevende vierjaarlyk-
sche studentenzendingsconferentie, georgani
seerd door de Deutsche Studentenbund fiir
Mission, te houden 914 April a.s. te Halle,
luidt in hoofdzaak als volgt:
Donderdagavond: „Der gegenwartige
Stand der Weltmission", door Dr. Freytag.
V r ij d a g: .,Das Sterben der primitiven Re
ligionen und die Aufgaben der Mission an
ihnen'-, door Dr. Gutmann.
„Rasse und Mission"', door Missionsinspek
tor Ronicke.
Zaterdag: ,.Dle gegenwSrtige Lage im
Islam und ihre Bedeutung fiir die Mission",
door Dr. Simon.
„Medische Zending'', door Prof. Dr. Olpp en
,-,Vrouwenzending", door mej. M. Unruh.
„Die Judenmission einöt und jetzt", door Dr.
von Harling.
Zondag: Godsdienstoefening te leiden door
Prof. Dr. Althaus.
CHR. KWEEKSCHOOL TE STADSKANAAL
Onder praesidium van Burgemeester P.
Bergmeijer, van Onstwedde, werd Zater
dagmiddag in „Eendrach." de le jaarver
gadering gehouden van de Vereen, tot
stichting eener Bijv. Kweekschool voor On
derwijzers te Stadskanaal.
De Voorzitter opende met het la'.en zingen
van Ps. 8G 6, las Jer. 31 15 v.v. en Matth.
215 v.v. De notulen werden gelezen en
goedgekeurd, alsmede het jaarverslag van
den secretaris, den heer G. J. Huetink, van
Ons wedde, en van den penningmeester
den heer G. Wind, van Musselkanaal.
Tot bestuurslid werd gekozen in de vac.-
Dijksterhuis, die vertrok, wegens zijn be
noeming tot inspecteur van het L. O., de
heer N. Heiner, hoofd der Chr. Ulo-school
e Stadskanaal. Deze nam de benoeming
aan.
Hierna werd besproken „het Rapport van
de Commissie-Rutgers en de Kweekschool
voor Onderwijzers", dat ingeleid werd dooi
den Voorzitter. Vele meeningen en beschou
wingen hierover en eventueele sa-menwer
king met de bestaande Chr. H. B. School
werden uitgesproken. He Bestuur zal met
het gesprokene zijn winst doen en op oen
zoo spoedig mógelijk te houden vergadering
met een uitgewerkt plan en advies daarop
komen, ter nadere bespreking.
De heer Stellingwerf, van Veendam, sloot
niet dankgebed.
PAEDAGOGISCH TIJDSCHRIFT.
In het Maart-nummer van „Paedagogisch
Tijdschrift voor het Christelijk Onderwijs"
geeft T. van der Kooy allereerst zijn slot
artikel van zijn mooie bijdrage over het
geschiedenisonderwijs op onze scholen; in
dit slotartikel pleit hij voor een ruimer
plaats voor Calvijn in dit onderwijs; „bree-
dere behandeling, van Calvijns persoonlijk
heid op onze scholen acht (hij) niet alleen
eisch van gezonde logica in betrekking tot
ons Calvinistisch vaderland en onze heele
Gereformeerde beweging; niet alleen eisch
van Christelijke solidariteit en historische
billijkheid tegenover de veelszins door tijd
genoot cn nakomeling belasterde; maar ook
uit een oogpunt van opvoeding en karak
tervorming van groot belang".
Dat Calvijns levensgeschiedenis minstens
even „interessant en boeiend" is voor kinde
ren, toont hij op waarlijk verrassende wijze
breedvoerig aan. J. Janse schrijft vervol
gens een zeer lezenswaardig artikel over
„Barthiaansche Paedogogiek". In zijn „Cri
tische revue" neemt, de heer Wouters op de
hem eigen geestige wijze het taalonderwijs
ónder de loupe, daarbij vragend: „welke
waarde heeft de leerstof: practische levens
waarde en ideëele karakter-vormende, ethi
sche waarde óf: is het slechts tijdvulling,
geestdoodende oefening om de schooltijd te
vullen met wat schijnsucces". Wijzend op
allerlei stijlbloempjes vooral uit de adver
tentierubriek van dagbladen verzameld,
spreekt hij als zijn meening uit, dat reeds
ir. de eerste klas moet worden begonnen
met de briefkaart -en de briefvorm, waan
bij meteen de spelling nauwkeurig moet
worden gecontroleerd; dit in plaats van
allerlei zonderlinge invuloefeningen en de
„opstellen-manie" die hij „vrij zonderling
vindt", daar in het practische leven „de
groote menigte zich alleen bezig houdt met
brieven en rekeningen".
Verder bevat dit nummer behalve boek
bespreking nog drie schetsjes en wel van
Embé, (Dankbaarheid), Anne de Vries (Er
varingen bij het huitengewoon onderwijs)
n M. DrenthBoekhout (in de trem.)
DE ANCIENNITEITSACTIE.
Bekend is, dat de afdeeling Amster
dam van den (rooden) Bond van Ned.
Onderwijzers een actie gevoerd heeft tegen
de benoeming van schoolhoofden naar be
kwaamheid en vóór benoeming naar an
ciënniteit. Er werd propaganda gemaakt om
niet naar vacante betrekkingen te sollicitee-
ren. Thans blijkt, dat de grootsch opgezette
ancienniteitsactie weinig resultaat heeft
gehad. Zoo waren er b.v. voor 10 vacatures
bij het gewoon L.O. 121 sollicitanten, van wie
60 uit Amsterdam zelfl
NEUTRAAL BIJZONDER ONDERWIJS
Naar wij vernemen, zullen de deelnemers
en de deelneemsters aan den jaarlijkschen
Paaschschooldag van den Bond van Scho
len voor Neutraal Bijzonder Onderwijs offi
cieel worden ontvangen ten Gemeentehuize
van Bloemendaal op Woensdagmiddag
1 April.
Van het officieel orgaan van den Bond
„de Boeg", zal ter gelegenheid van het 10
jarig bestaan een jubileumnummer ver
schijnen.
Met groote belangstelling heb ik kennis. Vriend Dufferin had echter nog meer te
genomen van eenige candidatcnlijsten voor adviseeren. Hij schreef o.m. ook dit: Ik zou
de Provinciale Staten-verklezingen. niemand, die een goed redenaar wil wonlen,
En ofschoon ik mij, schrijvende voor dit aanraden zijn redevoeringen van buiten te
hoekje, zoo goed als nooit met politiek be- j leeren, zelfs dan niet als hij ze eerst in ge-
moei, wil ik vandaag toch aan de politiekeschrift brengt. Doch. mocht gij een redevoe-
gebeurtenis van gisteren eenige regelen i ring van buiten leeren, pas er dan vooral
wijden. voor op, haar niet op te smukken met
Toen ik de rijen namen langs ging, kwam j fraaiigheden die overtollig konden worden,
ik heel wat oude bekenden tegen. Lui, die j zooals zeker lid eener vergadering deed, die
sinds jaar en dag als „politieke rotten" be-. te midden der diepste stilte uitriep: „Tever-
kend staaji. (U weet. wel, deze benaming geefs tracht gij door uw luidruchtigheid
heeit sedert jaren burgerrecht verkregen, J mijn stem te verstikken; al huilt gij als wilde
daarom durf ik ze ook te gebruiken). j beesten, mij zult gij niet van mijn stuk
Die oude veteranen laat 'k hier stiekum brengen." Of zooals die redenaar, waarvan
buiten beschouwing. Aan mijn raadgevin- tQuintiiianus spreekt, die, tegen Cassius
gen zullen ze trouwens ook weinig behoefte j Severus pleitende, plotseling ophield en zijn
hebben. tegenstander toebeet: waarom werpt gij
Maar 'k heb ook een massa namen gele-! mij zulke woedende blikken toe?"
zen van mannen, die eerste-jaars-candidaten j „Ik?" vroeg Cassius verbaasd, ,jk dacht,
zijn. J zelfs niet aan u; maar daar gij dat hebt
't Is inzonderheid naar hen, dat mijn opgeschreven, wil ik wel ten dienste
belangstelling uitgaat. En misschien kan zijn" en daarop trok hij zoo'n lcelijk
'k ze hier een paar wenken geven, waarvoor gezicht, dat alle toehoorders in een schater-
ze mij hun heele politieke leven dankbaarlach losbarstten.
zullen zijn. I Dan komt er iets i n't advies van Duf-
Wie in de politiek gaat, moet zich welferin voor, dat voor een journalist nu niet
ernstig voor de vraag stellen of hij bij bepaald vleiend is, maar dat ik om der
machte is door zijn woord zijn gevoelens ta waarheidswilie hier toch ook laat volgen.
vertolken. Voor de kiezers, maar Inzonder
heid ook voor hen, die hij straks als z'n
„geachte medeleden" hoopt te begroeten.
Ik heb thuis een boekje, waarin voor hen
zeldzame en voortreffelijke raadgevingen
Hij schreef namelijk:
Stuur uw rede nooit aan reporters, voor
dat gij haar hebt uitgesproken, vooral niet
hier en daar voorzien van de kantteekenin-
gen: applaus! zooals dit een mijner ken-
voorkomen. En omdat dit boekje niet in dennissen overkwam, die bij die gelegenheid
handel is, meen*ik een verdienstelijk werk! in het geheel niet aan het woord kon komen,
te verrichten door eenige vaji die waarde- Zorg er vooral voor uw manuscript niet
volle adviezen hier kosteloos mede te deelen. te verliezen, want dan zou u de poots ge-
Ze zijn afkomstig van zekeren Lord Dufferin,speeld kunnen worden, die sir Thomas Wyso
die in Engeland eens de hoogste ambten be- j een eerwaardig lid van het Lagerhuis bakte,
kleedde en dies een alleszins bevoegd raads-jSir Thomas Wyse vertelde het mij zelf. De
man mag worden geacht. mijnheer in kwestie had zich ter zitting
Hij dan was van oordeel, dat men nooit begeven, gewapend met een schitterende
in het openbaar moet spreken zonder zich redevoering. Ongelukkig liet hij het manu-
daarop te hebben voorbereid. Sommige per- I script uit zijn zak vallen. Een snaaksche
sonen het is bekend, dat dit steeds decollega raapte het op en bracht het aan Sir
gewoonte van Demosthenes en Cicero wasThomas Wyse, die met groote gemakkelijk-
schrijven eerst hun geheele redevoering heid iets van buiten leerde. Ongemerkt wist
van A tot Z op. Dit voorbeeld werd door de deze zich te verwijderen; in een der zijzalen
bekwaamste redenaars gevolgd. kon hij zich rustig voorbereiden.
Anderen memoriseeren hun rede van te! Toen de discussie geopend werd, wachtte
voren en brengen slechts enkele zinsneden I hij het gunstige oogenblik a! en kreeg te
daarvan op papier, waaronder gewoonlijk rechter tijd het woord. Versoheiden personen
het begin en het einde. Bright maakte er waren in het geheim genomen en sloegen
nooit een geheim van, dat dit zijn gewoonte met gespannen aandacht de uitwerking gade,
was, en Lord Brougham deelde zelf mede, die de aan zijn wettigen eigenaar ontstolen
dat hij tot negenmaal toe de laatste zin- bliksemstraal op dezen zou uitoefenen. In
sneden zijner redevoering ter verdediging den beginne scheen de man erg in zijn
van koningin Carolina opschreef. schik, toen hij merkte, dat zijn zaak zulk een
Eigenlijk past 't mij niet de raadgevingen onverwachten steun ontving, maar toen hij
van Lord Dufferin te onderbreken, maar de allengs de periodes herkende, waarop hij
opmerking moet me tooh van 't hart, dat zoo vlijtig geblokt had, zag men de verras-
ik een sterk vermoeden heb, dat tegenwoor
dig maar weinigen zich naar deze wijze
lessen gedragen.
Vele redevoeringen in Raads-, Staten- of
Kamervergadering zouden zeer zeker onuit
gesproken gebleven zijn, als de redenaar
thuis eerst eens alles negenmaal op papier
had gezet
INSPECTIEVERGADERING.
Te Utrecht wordt Woensdag 25 Maart
a.s. een vergadering gehouden van onder
wijzend personeel binnen de inspectie Breu-
kelen. onder leiding van den inspecteur Mr.
A J- Fock. Spreken zullen Dr. A. van Voort-
huyzen, inspecteur, over „Het Buitengewoon
Lager Onderwijs" en Fellx Timmermans, van
Lier (België-, over: „Het ontstaan mijner
werken".
sing, de verontwaardiging, de verwarring
zich beurtelings op de meest komische wijze
op zijn gelaat afteekenen.
Ik hoop van harte, dat met name onze
eerete-jaars-candidaten met deze wijze raad
gevingen van een ervaren man hun winstie
zullen doen.
De scheikundige analyseert,
—het publiek proeft -
de aparte kwaliteit va
NIEUWE AVONTUREN VAN MIJNHEER PIMPELMANS
43. Op zeek'ren dag nam Pijnptilmana
Een ljijkje in den tuin. Neef Hans
Liet hem zijn bijenkorven zien.
„Dat was wel iets voor mij misschien!"
Zei Pimpelmans. ,,'t Is buiten kijf
Een leuk, gezellig tijdverdrijf!"
„En honing, nou, die lust Ik graagl
Het is een zalfje voor je maag!"
Zoo sprak heer Pimpelmans, en Nert
Zei: „Weet je wat. ik geef
Je straks een doos vol bijen mee!
Welnu, hoe vind je dat idee?"
(Wordt Vrijdag vervolgd^'
FEUILLETON
Naar het Engclsch van
EVELYN EVERETT-GREEN
Door J. VAN ZUYLEN
Beatrice mengde zioh nu in hot gesprek
en eindigde met een dringende uitnoodiping
voor de zee kinderen om den volgenden
dag thee te komen drinken.
„U ziet. dat ik iedereen zoo gauw moge
lijk wil leeren kennen, mevrouw; en kinde
ren kent men niet. voordat ze bij je thuis
gewv vt rijn en thee gedronken hebben en
©en spdietje gespeeld hebben. Stuur ze
allemaal. onverschillig of ze bleu zijn en
zeggen, dat ze nief willen komen. Ik ben er
van overtuigd, dat ze niet meer bleu zullen
zijn na de eerste tien minuten, en dat het
geen moeite zal kosten ze nog eens weer te
Jaten komen. Ik zal ze zonder maokeeren
morgen verwachten allemaal en geen een
uitgezonderd. Dat is dus afgesproken. Dank
u wel! Moet u gaan? Het was heel vriende
lijk on6 zoo gauw te komen bezoeken. Ik
hoop, da-t we elkaar in 't vervolg veel zuHen
zien. Het zal niet noodig zijn dominee te
zeggen, dat ik in veel zaken zijn raad gaar
ne zal hebben. Ik twijfel echter eenig&zims
of hij gelooven zal, dat drie altoos sa! wor
den opgevolgd!"
Beatrice had de gave, haar gasten te doen
yerlrejvken met een warm gevoel in liet
hart, en een gewaarwording van genegen
heid jegens haarzelf, hetgeen het beste be
loofde voor een toekomstige vriendschap.
Zij was zioh bewust van haar macht, cn
maakte er met groot genoegen gebruik van;
want het was haar ernstige begeerte ande
ren aangenaam te zijn en bovenal wenschte
zij, dat men haar zou vertrouwen en van
haar houden.
Men had haar het hof gemaakt en ge
vleid, meer dan haar lief was, ter wüJe
van baar rijkdom en positie; maar haar
voornaamste levensdoel was, zichzelf be
mind te maken om haarzeJf, en in dezen
predikant en zijn vrouw, beiden ware van
de wereld, gevoelde ze vrienden gevonden
te hebben, die bet waard waren, voor zich
•te winnen.
De thee-partij, den volgenden middag,
was een groot succes, zooads zij het trou
wens bedoeM had. Zij en Eri-ca reden- 'e
moigens naar Port Ferrare om er iakoo-
pen voor te doen, en ze keerden terug be
laden met buit. De groote, leege eetkamer
zag er aJ!eebeha.1ve leeg uit, toen de lange
■tafel er was gedekt, in afwachting van ds
komende gasten, en de hail leek een bij
zondere geëigende plaats voor spelletjes van
allerlei aard.
Beatrice toonde, dat zij als een waar pro
feet had gesproken. Al keken de z-es keu
rig gekleede jongens en me»je6 nog zoo
schuchter en verlegen toen tij m de tegen
woordigheid van de hun vreemde gast
vrouw gelaten werden, voordat de bewus
te tien minuten verstreken waren, krioel
den ze reeds lachend en babbelend om haar
heen, alsof ze haar al jaren gekend hadden
Ze had dadellik kleine Tots op haar knie
gezet, terwijl ze haar hoedje afzette, en in
ihet neergebogen -gezicht keek raët doa
moest omveeretaanbaren glimlachonder
wijl leunde de groote Alex, de oudste van
het troepje, over de leuning van haar etoed
en antwoordde vlug en netjes op haar vra
gen; Rose en Lucie zaten elk aan een kant
en keken haar aan als waren ze betooverd;
maar ze baretten al gauw in een vroolijk
gelach uit, bij haar leuke gezegden en op
merkingen. Erica nam Bob en Harry on
der haar speciale hoede, omdat ze aan jon
gens de voorkeur gaf boven meisjes. En in
een ongelooflijk korten tijd was het heele
groepje op voet van groote vertrouwelijk
heid, zoodat Harry met vrijmoedigheid be
kende, „dat hij mama gesegd had, niet
graag naar Highferrare te willen gaan, oiu
de dames daar te bezoeken; maar dat hij
er nu over dacht, edken dag maar te ko
men!"
Beatrice vond het heerlijk, natuurlijk, en
zelfö Rose, die, als oudste dochter, zich ver
plicht acblte te blozen over de uitgespro
ken vrijmoedigheid van de jongens, lachte
slechts en zei, dat Harry nooit uitging om
iemand te bezoeken, als hij er wat aaa
doen kon; maar deze verklaring was nog
\<leiender voor de tegenwoordige gastvrouw,
en Harry weri ernstig ondervraagd, welke
dame het was, die zijn hart zoo gewonnen
had. Hij keek nadenkend van Erica naar
Beatrice en omgekeerd.
„U bent de baas van 't huis," zei hij ten
slotte. Beatrice toeknikkende, „en u bent
het liefst; maar ik geloof toch, dat ik ren
deze het meest houd —«ofschoon ik van u
bedden veel houd, weet u!"
„Dat is best, Harry; je moet geen jaJoezie
verwekken t-ussdhen vriendinnen. Wie lust
er nu thee met cake. en wie wH niet mee-
-goan om thee te drinken? Wie er niet van
houdt, hoeft niet met me mee te gaan; maar
Ik ga wat te eten halen."
Niemand maakte eenige aanstalten om
achter te blijven, en het gezicht van de
kwistig gedekte tafel verwekte blikken en
uitroepjes en gefluister van levendige be
wondering. De kleine Keitfhjes waren wel
opgevoede kinderen en hun zichtbaar ge
noegen in alles wa t ze zagen, werd op rus
tige, passende wijze geuit. Het kostte geen
■moeMe hen aan de praat te krijgen, toen hot
ijs eenmaal gebroken was, en zij babbelden
met een vrijmoedigheid en openhartigheid,
dat hun nieuwe vriendinnen een zeer goed
in-zioht gaf in hun dagelijksch leven en d«
wijze, waarop ze werden opgevoed.
Op zeker oogenblik zag Beatrice, dat het
tweede meisje in plaats van haar Mosoovisch
gebakje op te eten, er m gedachten naar
zat te staren.
„Weri, Lueie, kun je niet voort? Wil j©
liever iets andere?"
Lucie keek op en kleurde een beetje,
maar de vriendelijke blik in Beatrice's
oog en moedigde haar aan en er was nie
mand, die er erg in had of luisterde.
„Dat is het niet. Ik wou alleen maar eens
weten, of ik in plaats daarvan een boter
ham mocht hebben, en dit meenemen voor
de arme kleine Jeney. Het is een meisje,
waar ik kleertjes voor maak. Ze is kreu
pel en ze is ziek. Vader droeg m" twee
jaar geleden oo, voor haar te zorgen, en a!
mijn oude kleeren vermaak ik en geef «e
haar en als zij ze niet noodig heeft, dan
iemand andere en ik leer haar lezen om
dat ze niet naar eohoo'. kan. Ze is erg ziek
geweest een paar weken, en kan niet veel
eten. Ik dacht er juist over hoe ze wel zou
kijken, als ik haar dit fijne gebakje bracht."
Beatrice's oogen straalden van genoegen.
„Je mag net zooveel gebakje voor haar
als je denkt dat ze op kan, schat
je, zonder dat je dia uit je mond hoeft te
sparen. Voordat je weggaat zuLlen we een
•mondjevol inpakken en dan kun ja het
■haar morgan brengen. Is dat niet even
goed?"
Maar ofschoon Lucia's oogen straalden
vah genoegen, scheen ze toch geen haast te
hebben om verder te eten en met een klein
kleurtje op da wangen zei za:
„O, dank u well hoe lief van u! Maar
alstublieft mag mijn gebak ja er dan bij
•in? Ik zou het gevoel hebben, alsof ikzelf
niets had gedaan, als dat niet gebeurde.
Moeder wi-1 hebben, dat we iets geven wat
on moeite kost, of dat we onze eigen wen-
schen opgeven, niets iels dat niemendai
•kost- Daarom zou ik er mijn gebakje ook
graag bij doen, ais u het goed vindt."
Lucie eindigde het thee-uurtje met een
snaedje brood, da andara lekkernijen ver-
waarloozend, en Beatrice keek haar asn
met een sympathiek lachje, dat he*, kind
toonde hoe za geen aanstokt had gvgaven
door haar bestuit
De spelletjes in da hall waren een bron
van volkomen bevrediging, en Erica en
Beatrice hadden er bijna evenveel pleister
in als da kinderen, zoo aanstekelijk k sp n-
tane vroolijkheid, waaxa&n kinderen zich
«oo ren harte overgeven, die niet door ean
overmaat van pleizier verwend zijn. Bea
trice had ad aan heel wat spel lat jes mee-
g -daan, maar ze bed er nooit zoozeer van
genoten als nu. Dat vertelde ze aan de kin
deren toen zij ze gedag zei, en hun belofte
om spoedig terug te komen werd met groo
te vroolijkheid en aandrang gepeeen.
Luci* ging naar huis met ©en mandje
vol lekkers voor haar beschermelinge,
inaar Beatrice's gezicht stond eenigeztó
ernstig toen zij met Erica ln het boudoü
te**ugk eerde.
„Wel, Erica," zei ze, „Ik weet ntet, of 11c
wel ooit de werkelijke vreugde van het ga-,
ven zari kennen, want wat ik geef kost m*
geen zelfopoffering. Ik geef van mijn over
vloed, zooals de rijke man, die zijn giflou
in de schatkist wierp. Wij weten, dat d©
arme weduwe, die er haar penningske in
wierp, meer gaf dan die aUen. Ik vrees, dat.
ik nooit iu staat zal wezen, zóó te geren.'*
HOOFDSTUK IV
Proefnemingen
De beide m eis jee op Highferrare vonden
bur tijd voorloopig goed bezet Ze moesten
eerst het huis inrichten naar haar zin, *n
dat was geen gemakkelijk werk. cn da.»r
waren paarden te kiezen cn wagens te koo
pen, en de tuinen moesten afgepaald wor-
den en kassen opgetrokken; -n de jonga
erfgename, die zeer kieskeurig was op a'
deze punten, en die levendig belang stHdo
in &>lcs wet de regeling van haar huishou
den betrof, zag zoowel haar UJd als haar
gedachten totaal in beslap genomen, zoodat
zj verdicht was. eenige von haar .bilan-
tropisclie plannen voor het oogenblik te la
ten varen, totdat de mesr dringende bijzon
derheden van haar eig^n dagelijksch Iwen
afdoende geregeld zouden rijn.
Een van de aangenaamste dingen voor
haar was ir. dezen tijd, dat zii een aant ij
monscben aan 't werk kon zetten; «n dio
—aren er heel dankbaar voor. Er wae veel
erk te doen om «Je gronden in orde te ma.
r. en de verbeteringen aun te brengen, die
iWordt .er.-dud.).