J~]et Communisme in de Practijk HING pepermunt I TWEE ENTHOUSIASTEN WOENSDAG 11 MAART 1931 DERDE BLAD PAG. 9 (Nadruk verboden) Objectieve mededeelingen en critische beschouwingen COMMUNISTISCHE HERVORMING VAN HET HOOOGER ONDERWIJS Voor degene, die dc geschiedenis der sow- jet-republiek napluist, is Prof. Wyshinski geen onbekende. Hij fungeert geregeld als voorzitter van de zittingen van het hoogge rechtshof in de diverse sabotage-processen van de laatsic jaren. Deze communistische jurist, tevens lid van den „Itaad van Ge leerden" der sowjet-unie, heult eemge inedr, deelingen gedaan over de hervormingen van liet hoogcr onderwijs, die op het programma staan on principieel reeds gedeeltelijk zijn aangenomen. Volgens hem bestaat er een sterke contra revolutionaire sabotage onder de professo ren, die de hervorming van het universitaii onderwijs in sowjet-geest tegenwerken. Als voorbeeld daarvan haalt hij de volgende „burgerlijk individualistische „koelakken" stelling" van prof. Spilrein aan: „De studenten moeten onbezorgd zijn, vol levensvreugde, genoeg aesthetische indruk ken ontvangen en geleidelijk in hel produc tiewerk worden opgenomen". I)e jongste vergadering van den „Raad van Geleerden" heeft inplaats van deze op vattingen de sowjet-methoden geaccepteerd, die uitgaan van innig veTband tusschen universiteiten en industrie. De studenten moeten van den aanvang var. hun studie af ononderbroken in de industrie werkzaam zijn, zoodat hun universitaire opleiding zich geheel aan hun werk in de industrie moet aanpassen. Wij Jaten thans verder prol. Wyshinski aan het woord bij zijn uiteenzet ting. hoe hij dat hooger onderwijs eigenlijk wel wenscht to zien ingericht „Onze universiteiten en technische hooge scholen moeten veranderd worden in voor uitgeschoven posten, in centra der cultu- reele revolutie, die hun wetenschap in dienst stellen van den strijd voor het socia lisme. voor het vijfjarig program in vier jaar. voor nieuwe beslissende successen". Om dit doel te hereiken, dienen die uni versiteiten ingericht te worden op het kwee ken van die krachten, die in de arbeids organisaties en de collectieve boerenbedrij ven noodig zijn. „Het nieuwe leerplan moet alle zijden van het werk van den student omvatten: zijn arbeid aan en huiten de universiteit, zijn industricelc practijk. zijn maatschap pelijke f «i n c t i e". F,en leerplan dus voor den ganschen tijd, dat de student niet slaapt. Wat hij doen mag en moet buiten zijn studie wordt even eens geregeld. Er zullen voor dit doel bedrijven worden gesticht, die tegelijk school zijn, waarin dus de studenten zoowel practisch arbeiden als studeeren. De vergadering van den Raad van Geleer den besloot voorts, de dissertatie af te schaf fen, en deze Ie vervangen door een „verslag bij afstudeeren" waarin de student een over zicht geeft van hetgeen door hem aan we tenschappelijk werk gedurende zijn studie tijd is verricht. terwij! hij daarin tevens zijn wetenschappelijk ideologisch credo moet bekennen, m. a. w. moet verklaren, dat hii „goed In de leer" is. De beoordeeling van dit verslag ligt niet alleen bij de pro fessoren. maar ook hij de leiders der studen ten- en de algemeen-maatschappelijke orga nisaties. die met de universiteit in verbin ding staan. Op de genoemde vergadering van den Raad van Geleerden waren voor de eerste maal ook fahrieksvertegenwoordigers aan wezig, die de ..ksmeraden-geleerden" ver zochten. aan den social istterhen opbouw mede te willen werken. Wyshinski is over deze voorloopige resultaten uiterst tevreden en hij hoopt dat de sowjet-organisatie door de voorgestelde resoluties wel zal varen. De vraag blijft, of ook de wetenschap zelf door dezen nieuwen koers wel gediend zal wezen. EMIGRATIE NAAR SOWJET-RUSLAND Paul Scheffer, de correspondent van het vrije uitingen uit de sowjet-unie gezet seint aan zijn blad, dat de Russische handels vertegenwoordiging in New-York dagelijks 125 verzoeken om visa naar de Sowjet-unie ontvangt. De aanvragers zijn Amerikanen, die het spook der werkloosheid trachten te ontvluchten en zich laten verlokken door de sowjet-reclame over de verdwijning van dit euvel uit de sowjet-unie, voor altijd. AI zullen niet alle aanvragers het begeerde visum krijgen het staat toch vast, dat eeni- ge groepen naar de sowjet-unie zullen emi- greeren. Men rekent voor 1931 er op, 7000 buitenlandsche arbeiders en 5000 buiten- I landsche technici in het sowjet-paradijs toe te laten. De buitenlanders, die er thans werken, en op speciale contracten zijn ge huurd, krijgen nagenoeg allen extra levens middelen toegewezen uit een speciaal regce- ringsfonds voor dat doel. Het is echter de vraag hoe gewone emigranten zich zullen gevoelen onder de normale toestanden der Russische arbeiders. Vooral is dit vraagstuk van belang indien het aantal emigranten be langrijk grooter wordt dan men thans be rekent hetgeen stellig te verwachten is, gezien het feit, dat de regeeringsorganen nog dagelijks de plannen veranderen in de zin van uitbreiding en het tekort aan arbeids krachten in eenige maanden reeds is ge stegen van 750.000 tot 2 millioen. Vani sowjet-zijde worden maatregelen ge troffen in verband met de steeds eiootere toestrooming van buitenlandsche kraenten Behalve de in het Duitsch uitgegeven ...Mrs- kouer Rundschau" wordt nu ook 'n Engel- sche krant gepubliceerd „Workers News" (Arbeidsnieuws), terwijl de plaatselijke autoriteiten een aanschrijving hebben ont vangen om werk te maken van propaganda onder de buitenlandsche arbeiders en tech nici. De kinderen de buitenlanders moeten in hun eigen taal onderwijs krijgen, waar toe speciale klassen moeten worden inge richt, terwijl ook voor leeszalen en biblio theken in vreemde talen moet worden ge zorgd. DE BUITENLANDERS IN RUSLAND De bewerking der buitenlandsche arbei ders volgens de sowjet-methoden wordt krachtig voortgezet. Begin Maart werd een conferentie van buitenlanders in Nisjni- Nowgorod gehouden, waaraan 70 afgevaar digden deelnamen, waaronder Engelschen, Duitschprs, Chineezen en Denen. De buiten landsche arbeiders beloofden, daar te zullen medewerken aan de vervulling van het vijfjarig plan en hun technische kennis en ervaring aan de Russen te zullen rnededee- len. Het gaat nu verder volgens het gewone recept: een aantal buitenlanders wordt uit gekozen om bevorderd te worden tot het parasietenleger der ambtenaren, waarvoor zij dan in ruil moeten zorgen dat „de stem ming" onder hun landgenooten goed blijft en deze op vergaderingen voor de regeering gunstige resoluties aannemen. Het zal van belang zijn na te gaan of dit systeem bij buitenlanders zich op dezelfde wijze laat doorvoeren als bij Russen. INPLAATS VAN WELDADIGHEIDSVOORSTELLINGEN Weldadigheid is in het sowjet-rijk over bodig geworden, vooral nu ieder kan wer ken, indien hij tenminste niet er tegen op ziet eenige duizenden kilometers weg te trekken, vaak fcijn gezin achterlatend. Daarom worden er toch wel tooneelvoor stellingen gegeven, waarvan de opbrengst voor sp€ciale doeleinden is bestemd. Het groote Moskousche theater gaf daarvan een voorbeeld, met een tooneel- en concertavond op 22 Febr. 1.1. De opbrengst daarvan, niet minder dan 15.380 roebel, volgens de sow- jet-bladen (hoeveel zullen de billetten dan wel gekost hebben!) is gestort in het fonds voor den bouw van een militair bestuurbaar luchtschip, dat den naam van den tegen- woordigen volkscommissaris van oorlog zal dragen „Klim Woroshilof". De acteurs van het Moskousche academische theater wek ken hun collega's op, dit voorbeeld te volgen. DE RUSSISCHE ONTWAPENING De collectieve boerenbedrijven zullen niet alleen moeten dienen om de sowjet-regeering in vredestijd te helpen, maar ook in oorlogs tijd. Thans is bepaald, dat de leden der kolchozen verplicht zijn tot militaire oefe ningen onder speciale instructeurs, die door het volkscommissariaat van oorlog worden aangewezen. Men schept zoodoende een reservemacht van ongeveer 10 millioen man. Ook dat wordt nog niet voldoende geacht Ter gelegenheid van den internationalen vrouwendag zullen in Moskou de vrouwe lijke onderwijzeressen, die door de vereeni- ging „Aviachim" zijn opgeleid, als volleerd op hun sexegenootcn worden losgelaten. Het zal hun taak zijn de vrouwen voor den chemischen oorlog te bekwamen. Geen wonder, dat het oorlogsbudget der sowjet-Unie hooger i3 dan zelfs van Enge land, dat zijn uiterst kostbare vloot moet onderhouden. Aan „eenzijdige ontwapening" denken de heeren in Moskou niet, dat is goed voor de propaganda in andere landen. KARPINSKI VERDEDIGT ZICH Aan het einde van de Maart-zitting van de Russische Akademie van Wetenschappen te Leningrad legde de voorzitter, A. P. Kar- pinski, de volgende verklaring af: In de buitenlandsche pers rijn mededee lingen verschenen over mijn ,anti-regee- rings-uitingen". Ik heb mij nooit geuit in een tegen de sowjet-regeering gerichten zin, en ben tegenover haar volkomen loyaal. Van de zijde der sowjet-regeering ondervond ik steeds groote achting voor mij. De fundamenteele doeleinden der sowjet-macht zijn grootsch en edel en men moet daaraan medewerking verlecnen. Zij stonden mij altijd na en ik werk ervoor zuiver en oprecht. De grijze professor mag dit alles eerlijk meenen, maar dat neemt niet weg, dat hij ondanks zijn loyaliteit als „burgerlijk ge leerde" wordt gewantrouwd, en iederen dag aan den dijk kan worden gezet zooals vele collega's uit de Academie van Wetenschap pen vóór hem. De Sowjet-regeering zal stellig niet rusten voordat zij de Academie van Wetenschappen heeft volgestopt met „roode geleerden", al wordt daarbij meer op het roode dan op het geleerde gelet. De moeilijkheid zit hem voor de regeering daarin, dat zij niet zeker is van die roode geleerden zelf. Men had Boocharin en Rja- zonof tot academici gebombardeerd en deze zijn nu beiden in ongenade gevallen, en werden daarom door de Akademie eveneens uitgesloten. Loenatsjarskl is ook akademicus en wordt nog als zoodanig geduld, alhoewel hij ziin positie van commissaris voor volks ontwikkeling heeft verloren. Hoe lang nog? Wanneer zullen we vernemen, dat ook hij zich uit de geieerdenorganisatk heeft terug getrokken? Het internationale wetenschappelijke pres tige der Russische Akademie zal stellig door de verklaring van haar voorzitter en door het uitsluiten harer leden, die de re geering onwelgevallig zijn, niet worden ver hoogd. Dit optreden onderstreept nogmaals, dat van die Akademie slechts uitingen zijn te venvachten, die op medewerking met de huidige regeering berusten, en die derhalve alle wetenschappelijk zullen trachten te motiveeren, wat die regeering doet of nalaat. Van vrij, wetenschappelijk onderzoek kan daarbij geen sprake meer zijn. Maandag: „Die religiose Lage im gegen- wartigen Indien und die Mission'', door Prof. Dr. Sehomerus. „Das Christusbild Indiens". door Dr. Harten stein. „Die Krisis in der chineiischen Kirche", door Prof. Dr. Richter. Dinsdag: „Der Wahrheitsgehalt der nichtchristlichen Religionen und das Christen- tum"', door Prof. Dr. Althaus. „Das Missionsmotiv im Wandel der letzten zwei Jahrhunderte", door Dr. Knak. De ochtendbijbelbesprekingen zullen gehou den worden door Pastor H. Lilje den alge- meenen secretaris der Duitsche C.S.V. De groep Nederlandsche studenten, die aan deze conferentie denkt deel te nemen, reist ge zamenlijk op een gezelschapsbiljet if. gezel schap van Ds. B. M. Schuurman van Malang en Dr. F. L. Bakker van Djokja. Schoolnieuws. N. C. S. V. Zomerconferentie. Van Maandagmiddag 13 tot Zaterdagmor gen 18 Juli hoopt de N.C.S.V. te Nunspeet haar zesendertigste zomerconferentie te hou den. Het programma houdt nauw verband met de vraag die in den laatsten tijd in de we reldfederatie aan de orde is, namelijk welke boodschap zij in dezen tjjd in de tegenwoordi ge studentenwereld heeft. Eenerzjjds wordt deze vraag behandeld in een samenhangend geheel van vier ochtendrefernten. •erwjjl an derzijds de avonden eerst den inhoud van het evangelie op den voorgrond willen stellen, om daarna op den avond, wanneer des mor gens over de apologetiek gehandeld is, over Pascal te spreken en vervolgens in den per soon van Mott, den stichter der wereldfedera tie en zijn wereldomvattend werk te schetsen. Het programma luidt dan als volgt: Maandagavond: Opening door den voorzitter. Drs. E. Jansen Schoonhoven. „Bekeering", door G. Bos, van Utrecht. Dinsdag. ,.Hét oordeel over het Christen dom in onzen tijd'»; Prof. Dr. Th. Spoerri .uit Ziirich, die reeds voorloopig had aangeno men dit onderwerp te behandelen, Wérd ver hinderd, waarom men voor dit onderwerp nog iemand anders zal vragen. .Zonde en genade" door Ds. B. M. Schuur man van Malang. Woensdag: „Kan het Christendom zich verdedigen?" door Dr. F. W. A. Korff van Heemstede. „Blaise Pascal'', door Pastoor P. J. van Buuren van de Oud-Katholieke Kerk te Rot terdam. Donderdag. „Aan God gebonden", door Pfarrer Georg Merz, van Bethel-Bielefcdd. ,John R. Mott", door Mr. N. Stufkens, van De Bilt. Vrijdag. „Onze boodschap in de studenten wereld"', door Prof. Dr. W. J. Aalders van Gro ningen. „Trouw", door Dr. H. C. Rutgers van Har- denbroek. Driebergen. Verdere conferenties en kampen. Voorts hoopt de N.C.S.V, dezen zomer vijf studentenconferenties en vijf en twintig kam pen voor jongens en meisjes te organiseeren. Zendingsconierentie te Halle. Het programma van de zevende vierjaarlyk- sche studentenzendingsconferentie, georgani seerd door de Deutsche Studentenbund fiir Mission, te houden 914 April a.s. te Halle, luidt in hoofdzaak als volgt: Donderdagavond: „Der gegenwartige Stand der Weltmission", door Dr. Freytag. V r ij d a g: .,Das Sterben der primitiven Re ligionen und die Aufgaben der Mission an ihnen'-, door Dr. Gutmann. „Rasse und Mission"', door Missionsinspek tor Ronicke. Zaterdag: ,.Dle gegenwSrtige Lage im Islam und ihre Bedeutung fiir die Mission", door Dr. Simon. „Medische Zending'', door Prof. Dr. Olpp en ,-,Vrouwenzending", door mej. M. Unruh. „Die Judenmission einöt und jetzt", door Dr. von Harling. Zondag: Godsdienstoefening te leiden door Prof. Dr. Althaus. CHR. KWEEKSCHOOL TE STADSKANAAL Onder praesidium van Burgemeester P. Bergmeijer, van Onstwedde, werd Zater dagmiddag in „Eendrach." de le jaarver gadering gehouden van de Vereen, tot stichting eener Bijv. Kweekschool voor On derwijzers te Stadskanaal. De Voorzitter opende met het la'.en zingen van Ps. 8G 6, las Jer. 31 15 v.v. en Matth. 215 v.v. De notulen werden gelezen en goedgekeurd, alsmede het jaarverslag van den secretaris, den heer G. J. Huetink, van Ons wedde, en van den penningmeester den heer G. Wind, van Musselkanaal. Tot bestuurslid werd gekozen in de vac.- Dijksterhuis, die vertrok, wegens zijn be noeming tot inspecteur van het L. O., de heer N. Heiner, hoofd der Chr. Ulo-school e Stadskanaal. Deze nam de benoeming aan. Hierna werd besproken „het Rapport van de Commissie-Rutgers en de Kweekschool voor Onderwijzers", dat ingeleid werd dooi den Voorzitter. Vele meeningen en beschou wingen hierover en eventueele sa-menwer king met de bestaande Chr. H. B. School werden uitgesproken. He Bestuur zal met het gesprokene zijn winst doen en op oen zoo spoedig mógelijk te houden vergadering met een uitgewerkt plan en advies daarop komen, ter nadere bespreking. De heer Stellingwerf, van Veendam, sloot niet dankgebed. PAEDAGOGISCH TIJDSCHRIFT. In het Maart-nummer van „Paedagogisch Tijdschrift voor het Christelijk Onderwijs" geeft T. van der Kooy allereerst zijn slot artikel van zijn mooie bijdrage over het geschiedenisonderwijs op onze scholen; in dit slotartikel pleit hij voor een ruimer plaats voor Calvijn in dit onderwijs; „bree- dere behandeling, van Calvijns persoonlijk heid op onze scholen acht (hij) niet alleen eisch van gezonde logica in betrekking tot ons Calvinistisch vaderland en onze heele Gereformeerde beweging; niet alleen eisch van Christelijke solidariteit en historische billijkheid tegenover de veelszins door tijd genoot cn nakomeling belasterde; maar ook uit een oogpunt van opvoeding en karak tervorming van groot belang". Dat Calvijns levensgeschiedenis minstens even „interessant en boeiend" is voor kinde ren, toont hij op waarlijk verrassende wijze breedvoerig aan. J. Janse schrijft vervol gens een zeer lezenswaardig artikel over „Barthiaansche Paedogogiek". In zijn „Cri tische revue" neemt, de heer Wouters op de hem eigen geestige wijze het taalonderwijs ónder de loupe, daarbij vragend: „welke waarde heeft de leerstof: practische levens waarde en ideëele karakter-vormende, ethi sche waarde óf: is het slechts tijdvulling, geestdoodende oefening om de schooltijd te vullen met wat schijnsucces". Wijzend op allerlei stijlbloempjes vooral uit de adver tentierubriek van dagbladen verzameld, spreekt hij als zijn meening uit, dat reeds ir. de eerste klas moet worden begonnen met de briefkaart -en de briefvorm, waan bij meteen de spelling nauwkeurig moet worden gecontroleerd; dit in plaats van allerlei zonderlinge invuloefeningen en de „opstellen-manie" die hij „vrij zonderling vindt", daar in het practische leven „de groote menigte zich alleen bezig houdt met brieven en rekeningen". Verder bevat dit nummer behalve boek bespreking nog drie schetsjes en wel van Embé, (Dankbaarheid), Anne de Vries (Er varingen bij het huitengewoon onderwijs) n M. DrenthBoekhout (in de trem.) DE ANCIENNITEITSACTIE. Bekend is, dat de afdeeling Amster dam van den (rooden) Bond van Ned. Onderwijzers een actie gevoerd heeft tegen de benoeming van schoolhoofden naar be kwaamheid en vóór benoeming naar an ciënniteit. Er werd propaganda gemaakt om niet naar vacante betrekkingen te sollicitee- ren. Thans blijkt, dat de grootsch opgezette ancienniteitsactie weinig resultaat heeft gehad. Zoo waren er b.v. voor 10 vacatures bij het gewoon L.O. 121 sollicitanten, van wie 60 uit Amsterdam zelfl NEUTRAAL BIJZONDER ONDERWIJS Naar wij vernemen, zullen de deelnemers en de deelneemsters aan den jaarlijkschen Paaschschooldag van den Bond van Scho len voor Neutraal Bijzonder Onderwijs offi cieel worden ontvangen ten Gemeentehuize van Bloemendaal op Woensdagmiddag 1 April. Van het officieel orgaan van den Bond „de Boeg", zal ter gelegenheid van het 10 jarig bestaan een jubileumnummer ver schijnen. Met groote belangstelling heb ik kennis. Vriend Dufferin had echter nog meer te genomen van eenige candidatcnlijsten voor adviseeren. Hij schreef o.m. ook dit: Ik zou de Provinciale Staten-verklezingen. niemand, die een goed redenaar wil wonlen, En ofschoon ik mij, schrijvende voor dit aanraden zijn redevoeringen van buiten te hoekje, zoo goed als nooit met politiek be- j leeren, zelfs dan niet als hij ze eerst in ge- moei, wil ik vandaag toch aan de politiekeschrift brengt. Doch. mocht gij een redevoe- gebeurtenis van gisteren eenige regelen i ring van buiten leeren, pas er dan vooral wijden. voor op, haar niet op te smukken met Toen ik de rijen namen langs ging, kwam j fraaiigheden die overtollig konden worden, ik heel wat oude bekenden tegen. Lui, die j zooals zeker lid eener vergadering deed, die sinds jaar en dag als „politieke rotten" be-. te midden der diepste stilte uitriep: „Tever- kend staaji. (U weet. wel, deze benaming geefs tracht gij door uw luidruchtigheid heeit sedert jaren burgerrecht verkregen, J mijn stem te verstikken; al huilt gij als wilde daarom durf ik ze ook te gebruiken). j beesten, mij zult gij niet van mijn stuk Die oude veteranen laat 'k hier stiekum brengen." Of zooals die redenaar, waarvan buiten beschouwing. Aan mijn raadgevin- tQuintiiianus spreekt, die, tegen Cassius gen zullen ze trouwens ook weinig behoefte j Severus pleitende, plotseling ophield en zijn hebben. tegenstander toebeet: waarom werpt gij Maar 'k heb ook een massa namen gele-! mij zulke woedende blikken toe?" zen van mannen, die eerste-jaars-candidaten j „Ik?" vroeg Cassius verbaasd, ,jk dacht, zijn. J zelfs niet aan u; maar daar gij dat hebt 't Is inzonderheid naar hen, dat mijn opgeschreven, wil ik wel ten dienste belangstelling uitgaat. En misschien kan zijn" en daarop trok hij zoo'n lcelijk 'k ze hier een paar wenken geven, waarvoor gezicht, dat alle toehoorders in een schater- ze mij hun heele politieke leven dankbaarlach losbarstten. zullen zijn. I Dan komt er iets i n't advies van Duf- Wie in de politiek gaat, moet zich welferin voor, dat voor een journalist nu niet ernstig voor de vraag stellen of hij bij bepaald vleiend is, maar dat ik om der machte is door zijn woord zijn gevoelens ta waarheidswilie hier toch ook laat volgen. vertolken. Voor de kiezers, maar Inzonder heid ook voor hen, die hij straks als z'n „geachte medeleden" hoopt te begroeten. Ik heb thuis een boekje, waarin voor hen zeldzame en voortreffelijke raadgevingen Hij schreef namelijk: Stuur uw rede nooit aan reporters, voor dat gij haar hebt uitgesproken, vooral niet hier en daar voorzien van de kantteekenin- gen: applaus! zooals dit een mijner ken- voorkomen. En omdat dit boekje niet in dennissen overkwam, die bij die gelegenheid handel is, meen*ik een verdienstelijk werk! in het geheel niet aan het woord kon komen, te verrichten door eenige vaji die waarde- Zorg er vooral voor uw manuscript niet volle adviezen hier kosteloos mede te deelen. te verliezen, want dan zou u de poots ge- Ze zijn afkomstig van zekeren Lord Dufferin,speeld kunnen worden, die sir Thomas Wyso die in Engeland eens de hoogste ambten be- j een eerwaardig lid van het Lagerhuis bakte, kleedde en dies een alleszins bevoegd raads-jSir Thomas Wyse vertelde het mij zelf. De man mag worden geacht. mijnheer in kwestie had zich ter zitting Hij dan was van oordeel, dat men nooit begeven, gewapend met een schitterende in het openbaar moet spreken zonder zich redevoering. Ongelukkig liet hij het manu- daarop te hebben voorbereid. Sommige per- I script uit zijn zak vallen. Een snaaksche sonen het is bekend, dat dit steeds decollega raapte het op en bracht het aan Sir gewoonte van Demosthenes en Cicero wasThomas Wyse, die met groote gemakkelijk- schrijven eerst hun geheele redevoering heid iets van buiten leerde. Ongemerkt wist van A tot Z op. Dit voorbeeld werd door de deze zich te verwijderen; in een der zijzalen bekwaamste redenaars gevolgd. kon hij zich rustig voorbereiden. Anderen memoriseeren hun rede van te! Toen de discussie geopend werd, wachtte voren en brengen slechts enkele zinsneden I hij het gunstige oogenblik a! en kreeg te daarvan op papier, waaronder gewoonlijk rechter tijd het woord. Versoheiden personen het begin en het einde. Bright maakte er waren in het geheim genomen en sloegen nooit een geheim van, dat dit zijn gewoonte met gespannen aandacht de uitwerking gade, was, en Lord Brougham deelde zelf mede, die de aan zijn wettigen eigenaar ontstolen dat hij tot negenmaal toe de laatste zin- bliksemstraal op dezen zou uitoefenen. In sneden zijner redevoering ter verdediging den beginne scheen de man erg in zijn van koningin Carolina opschreef. schik, toen hij merkte, dat zijn zaak zulk een Eigenlijk past 't mij niet de raadgevingen onverwachten steun ontving, maar toen hij van Lord Dufferin te onderbreken, maar de allengs de periodes herkende, waarop hij opmerking moet me tooh van 't hart, dat zoo vlijtig geblokt had, zag men de verras- ik een sterk vermoeden heb, dat tegenwoor dig maar weinigen zich naar deze wijze lessen gedragen. Vele redevoeringen in Raads-, Staten- of Kamervergadering zouden zeer zeker onuit gesproken gebleven zijn, als de redenaar thuis eerst eens alles negenmaal op papier had gezet INSPECTIEVERGADERING. Te Utrecht wordt Woensdag 25 Maart a.s. een vergadering gehouden van onder wijzend personeel binnen de inspectie Breu- kelen. onder leiding van den inspecteur Mr. A J- Fock. Spreken zullen Dr. A. van Voort- huyzen, inspecteur, over „Het Buitengewoon Lager Onderwijs" en Fellx Timmermans, van Lier (België-, over: „Het ontstaan mijner werken". sing, de verontwaardiging, de verwarring zich beurtelings op de meest komische wijze op zijn gelaat afteekenen. Ik hoop van harte, dat met name onze eerete-jaars-candidaten met deze wijze raad gevingen van een ervaren man hun winstie zullen doen. De scheikundige analyseert, —het publiek proeft - de aparte kwaliteit va NIEUWE AVONTUREN VAN MIJNHEER PIMPELMANS 43. Op zeek'ren dag nam Pijnptilmana Een ljijkje in den tuin. Neef Hans Liet hem zijn bijenkorven zien. „Dat was wel iets voor mij misschien!" Zei Pimpelmans. ,,'t Is buiten kijf Een leuk, gezellig tijdverdrijf!" „En honing, nou, die lust Ik graagl Het is een zalfje voor je maag!" Zoo sprak heer Pimpelmans, en Nert Zei: „Weet je wat. ik geef Je straks een doos vol bijen mee! Welnu, hoe vind je dat idee?" (Wordt Vrijdag vervolgd^' FEUILLETON Naar het Engclsch van EVELYN EVERETT-GREEN Door J. VAN ZUYLEN Beatrice mengde zioh nu in hot gesprek en eindigde met een dringende uitnoodiping voor de zee kinderen om den volgenden dag thee te komen drinken. „U ziet. dat ik iedereen zoo gauw moge lijk wil leeren kennen, mevrouw; en kinde ren kent men niet. voordat ze bij je thuis gewv vt rijn en thee gedronken hebben en ©en spdietje gespeeld hebben. Stuur ze allemaal. onverschillig of ze bleu zijn en zeggen, dat ze nief willen komen. Ik ben er van overtuigd, dat ze niet meer bleu zullen zijn na de eerste tien minuten, en dat het geen moeite zal kosten ze nog eens weer te Jaten komen. Ik zal ze zonder maokeeren morgen verwachten allemaal en geen een uitgezonderd. Dat is dus afgesproken. Dank u wel! Moet u gaan? Het was heel vriende lijk on6 zoo gauw te komen bezoeken. Ik hoop, da-t we elkaar in 't vervolg veel zuHen zien. Het zal niet noodig zijn dominee te zeggen, dat ik in veel zaken zijn raad gaar ne zal hebben. Ik twijfel echter eenig&zims of hij gelooven zal, dat drie altoos sa! wor den opgevolgd!" Beatrice had de gave, haar gasten te doen yerlrejvken met een warm gevoel in liet hart, en een gewaarwording van genegen heid jegens haarzelf, hetgeen het beste be loofde voor een toekomstige vriendschap. Zij was zioh bewust van haar macht, cn maakte er met groot genoegen gebruik van; want het was haar ernstige begeerte ande ren aangenaam te zijn en bovenal wenschte zij, dat men haar zou vertrouwen en van haar houden. Men had haar het hof gemaakt en ge vleid, meer dan haar lief was, ter wüJe van baar rijkdom en positie; maar haar voornaamste levensdoel was, zichzelf be mind te maken om haarzeJf, en in dezen predikant en zijn vrouw, beiden ware van de wereld, gevoelde ze vrienden gevonden te hebben, die bet waard waren, voor zich •te winnen. De thee-partij, den volgenden middag, was een groot succes, zooads zij het trou wens bedoeM had. Zij en Eri-ca reden- 'e moigens naar Port Ferrare om er iakoo- pen voor te doen, en ze keerden terug be laden met buit. De groote, leege eetkamer zag er aJ!eebeha.1ve leeg uit, toen de lange ■tafel er was gedekt, in afwachting van ds komende gasten, en de hail leek een bij zondere geëigende plaats voor spelletjes van allerlei aard. Beatrice toonde, dat zij als een waar pro feet had gesproken. Al keken de z-es keu rig gekleede jongens en me»je6 nog zoo schuchter en verlegen toen tij m de tegen woordigheid van de hun vreemde gast vrouw gelaten werden, voordat de bewus te tien minuten verstreken waren, krioel den ze reeds lachend en babbelend om haar heen, alsof ze haar al jaren gekend hadden Ze had dadellik kleine Tots op haar knie gezet, terwijl ze haar hoedje afzette, en in ihet neergebogen -gezicht keek raët doa moest omveeretaanbaren glimlachonder wijl leunde de groote Alex, de oudste van het troepje, over de leuning van haar etoed en antwoordde vlug en netjes op haar vra gen; Rose en Lucie zaten elk aan een kant en keken haar aan als waren ze betooverd; maar ze baretten al gauw in een vroolijk gelach uit, bij haar leuke gezegden en op merkingen. Erica nam Bob en Harry on der haar speciale hoede, omdat ze aan jon gens de voorkeur gaf boven meisjes. En in een ongelooflijk korten tijd was het heele groepje op voet van groote vertrouwelijk heid, zoodat Harry met vrijmoedigheid be kende, „dat hij mama gesegd had, niet graag naar Highferrare te willen gaan, oiu de dames daar te bezoeken; maar dat hij er nu over dacht, edken dag maar te ko men!" Beatrice vond het heerlijk, natuurlijk, en zelfö Rose, die, als oudste dochter, zich ver plicht acblte te blozen over de uitgespro ken vrijmoedigheid van de jongens, lachte slechts en zei, dat Harry nooit uitging om iemand te bezoeken, als hij er wat aaa doen kon; maar deze verklaring was nog \<leiender voor de tegenwoordige gastvrouw, en Harry weri ernstig ondervraagd, welke dame het was, die zijn hart zoo gewonnen had. Hij keek nadenkend van Erica naar Beatrice en omgekeerd. „U bent de baas van 't huis," zei hij ten slotte. Beatrice toeknikkende, „en u bent het liefst; maar ik geloof toch, dat ik ren deze het meest houd —«ofschoon ik van u bedden veel houd, weet u!" „Dat is best, Harry; je moet geen jaJoezie verwekken t-ussdhen vriendinnen. Wie lust er nu thee met cake. en wie wH niet mee- -goan om thee te drinken? Wie er niet van houdt, hoeft niet met me mee te gaan; maar Ik ga wat te eten halen." Niemand maakte eenige aanstalten om achter te blijven, en het gezicht van de kwistig gedekte tafel verwekte blikken en uitroepjes en gefluister van levendige be wondering. De kleine Keitfhjes waren wel opgevoede kinderen en hun zichtbaar ge noegen in alles wa t ze zagen, werd op rus tige, passende wijze geuit. Het kostte geen ■moeMe hen aan de praat te krijgen, toen hot ijs eenmaal gebroken was, en zij babbelden met een vrijmoedigheid en openhartigheid, dat hun nieuwe vriendinnen een zeer goed in-zioht gaf in hun dagelijksch leven en d« wijze, waarop ze werden opgevoed. Op zeker oogenblik zag Beatrice, dat het tweede meisje in plaats van haar Mosoovisch gebakje op te eten, er m gedachten naar zat te staren. „Weri, Lueie, kun je niet voort? Wil j© liever iets andere?" Lucie keek op en kleurde een beetje, maar de vriendelijke blik in Beatrice's oog en moedigde haar aan en er was nie mand, die er erg in had of luisterde. „Dat is het niet. Ik wou alleen maar eens weten, of ik in plaats daarvan een boter ham mocht hebben, en dit meenemen voor de arme kleine Jeney. Het is een meisje, waar ik kleertjes voor maak. Ze is kreu pel en ze is ziek. Vader droeg m" twee jaar geleden oo, voor haar te zorgen, en a! mijn oude kleeren vermaak ik en geef «e haar en als zij ze niet noodig heeft, dan iemand andere en ik leer haar lezen om dat ze niet naar eohoo'. kan. Ze is erg ziek geweest een paar weken, en kan niet veel eten. Ik dacht er juist over hoe ze wel zou kijken, als ik haar dit fijne gebakje bracht." Beatrice's oogen straalden van genoegen. „Je mag net zooveel gebakje voor haar als je denkt dat ze op kan, schat je, zonder dat je dia uit je mond hoeft te sparen. Voordat je weggaat zuLlen we een •mondjevol inpakken en dan kun ja het ■haar morgan brengen. Is dat niet even goed?" Maar ofschoon Lucia's oogen straalden vah genoegen, scheen ze toch geen haast te hebben om verder te eten en met een klein kleurtje op da wangen zei za: „O, dank u well hoe lief van u! Maar alstublieft mag mijn gebak ja er dan bij •in? Ik zou het gevoel hebben, alsof ikzelf niets had gedaan, als dat niet gebeurde. Moeder wi-1 hebben, dat we iets geven wat on moeite kost, of dat we onze eigen wen- schen opgeven, niets iels dat niemendai •kost- Daarom zou ik er mijn gebakje ook graag bij doen, ais u het goed vindt." Lucie eindigde het thee-uurtje met een snaedje brood, da andara lekkernijen ver- waarloozend, en Beatrice keek haar asn met een sympathiek lachje, dat he*, kind toonde hoe za geen aanstokt had gvgaven door haar bestuit De spelletjes in da hall waren een bron van volkomen bevrediging, en Erica en Beatrice hadden er bijna evenveel pleister in als da kinderen, zoo aanstekelijk k sp n- tane vroolijkheid, waaxa&n kinderen zich «oo ren harte overgeven, die niet door ean overmaat van pleizier verwend zijn. Bea trice had ad aan heel wat spel lat jes mee- g -daan, maar ze bed er nooit zoozeer van genoten als nu. Dat vertelde ze aan de kin deren toen zij ze gedag zei, en hun belofte om spoedig terug te komen werd met groo te vroolijkheid en aandrang gepeeen. Luci* ging naar huis met ©en mandje vol lekkers voor haar beschermelinge, inaar Beatrice's gezicht stond eenigeztó ernstig toen zij met Erica ln het boudoü te**ugk eerde. „Wel, Erica," zei ze, „Ik weet ntet, of 11c wel ooit de werkelijke vreugde van het ga-, ven zari kennen, want wat ik geef kost m* geen zelfopoffering. Ik geef van mijn over vloed, zooals de rijke man, die zijn giflou in de schatkist wierp. Wij weten, dat d© arme weduwe, die er haar penningske in wierp, meer gaf dan die aUen. Ik vrees, dat. ik nooit iu staat zal wezen, zóó te geren.'* HOOFDSTUK IV Proefnemingen De beide m eis jee op Highferrare vonden bur tijd voorloopig goed bezet Ze moesten eerst het huis inrichten naar haar zin, *n dat was geen gemakkelijk werk. cn da.»r waren paarden te kiezen cn wagens te koo pen, en de tuinen moesten afgepaald wor- den en kassen opgetrokken; -n de jonga erfgename, die zeer kieskeurig was op a' deze punten, en die levendig belang stHdo in &>lcs wet de regeling van haar huishou den betrof, zag zoowel haar UJd als haar gedachten totaal in beslap genomen, zoodat zj verdicht was. eenige von haar .bilan- tropisclie plannen voor het oogenblik te la ten varen, totdat de mesr dringende bijzon derheden van haar eig^n dagelijksch Iwen afdoende geregeld zouden rijn. Een van de aangenaamste dingen voor haar was ir. dezen tijd, dat zii een aant ij monscben aan 't werk kon zetten; «n dio —aren er heel dankbaar voor. Er wae veel erk te doen om «Je gronden in orde te ma. r. en de verbeteringen aun te brengen, die iWordt .er.-dud.).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1931 | | pagina 9