PU ROL 'erna a \^mVincJaaq H-O r ZATERDAG 21 FEBRUARI 19311 DERDE BLAD PAG. 9 TWEEDE KAMER Gemengd Nieuws. HEERENBAAI Radio Nieuws. TEDDY'S KNOOP INDISCHE BEGROOTING 1931 De soc.-dem. nog steeds de menschen met twee aangezichten LICHTZINNIGE FINANCIEELS POLITIEK MALAISE IN INDIE Vergadering van 20 Februari 1931 OVERZICHT In alle kalmte zijn gisteren de debatten over de Indische begrooting voor 1931 be gonnen. We zullen er een paar weken de aandacht aan moeten «wij den. De Kamer nam het heel erg rustig op. Te 1 uur kon de zitting niet doorgaan, omdat het vereischte aantal leden niet present was eerst om even voor half twee gingen de deuren weer open. Druk werd het echter ter politieke beurze heel den middag niet Zonderen we het offertje aan liet feminis me van Mevr. Bakker-Nort uit, dan zijn d^ie ernstige redevoeringen over de Indi- bche begrooting gehouden. De soc.-dem. Cramer was de eerste. Hij sprak kalm, maar zijn betoog kenmerkte zich toch door de gewone tweeslachtigheid der soc.-dem. ook wat de koloniale politiek betreft Het begon al dadelijk met de stelling: de arbeiders hebben geen belang bij Indië, welke echter spoedig gevolgd werd door een zinnetje, dat de arbeiders toch ook weer niet geheel zonder belang zijn bij behoud .van Indië. De enorme onwaarheid, die werd gedebiteerd, werd gevolgd door „een pietsje" waarheid. Men zou versteld staan over zoo n uit lating onze metaal-industrie b.v. bestaat voor een groot deel van Indië, indien men niet wist, dat zij dienen moet als of fer aan de revolutionaire oppositie in de S.D.A.P. We zijn overtuigd, dat ook in dit geval, als in zoo menig ander, de soc.-dem. anders spreken dan zij eigenlijk meenen. Ze moeten te verstandig zijn om zelf te ge- looven in de enorme cn gevaarlijke dwaas heden welke herhaaldelijk worden uitge sproken, ook als het onze verhouding tot Indië geldt. Ook thans nam de lieer Cramer de Indi sche oproermakers en bolsjewistische agi tators weer in bescherming. Voor de zoo- veelste maal demonstreerde zich daarin de eigen revolutionaire gezindheid en het ge brek aan verantwoordelijkheidsbesef. In financieel-economisch opzicht reed de heer Cramer al evenzeer een heel rare schaats. In de eerste plaats vergat hij zijn eigen voorspelling van verleden jaar, da1 Indië reeds door de depressie heen was, terwijl juist na dien de -crisisverschijnselen zoo heftig zijn opgetreden, dat een enorm be- grootings-tekort is'ontstaan en 1930 sloo1 met 130 millioen tekort. Bescheidenheid had den soc.-dem. woord voerder dus wel gepast .inplaats van deit toon der aanmatigende .welverzekprdheid, dien hij aansloeg. Het was alsof hij alleen het wist. En wa' was dan zijn raad? Deze: Laat-u-door de malaise niet in de war brengen, geef maar veel geld uit en leen voor productieve uitgaven zooveel mogelijk later zal alles wel weer terecht komen. Zulk een taal is natuurlijk niet ernstig te nemen. Zij getuigt van een lichtzinnig heid, die in een ernsig politicus onver geeflijk ware, maar bij den heer Cramer verklaarbaar is vanwege de revolutionaire pose. welke zijn partij gedwongen is erop na te houden. Maak den heer Cramer morgen minister van Koloniën en hij zou omdraaien als een blad aan een boom en het holle, het onwaarachtige van de soci alistische politiek met daden bewijzen. Doet Labour in Engeland iets andei's? Die politiek is thans agitatie, propaganda sport bijna schreven we spel maar ge speend aan allen positieven inhoud. Zij is niet ten voordeele, maar ten verderve van Indië en zijn bevolking. De beide andere sprekers, de heeren v. Boetzelaer en v. Kempen, stonden op bijna alle punten diametraal tegenover den heer Cramer. De chr.-hist. woordvoerder stemde in het algemeen met 's ministers beleid en beschouwingen omtrent den ernst van d.en toestand in. De heer v. Kempen ging nog verder. Deze nam het algemeene deel der Memorie van Antwoord zoo volledig voor zijn rekening, dat hij haar wel met „beide handen" zou iwillen onderschrijven. Het was in zooverre gemakkelijk, dat de heer v. Kempen er van af zag in eigen woorden den inhoud der onderscl.Viden paragrafen te parafraseeren en zijn rede daardoor belangijk bekortte. Een navol genswaardig voorbeeld! Dinsdag krijgen we den heer Feber en ook den heer Colijn aan het woord. VERSLAG "Wegrens onvoldoende opkomst der leden be- Sron de Kamer eerst tegen half 2 met de be handeling: der Indische begTOOting1. De heer Cramer (S.D.) poneerde de stel ling:. dat de arbeidersklasse geen belang heeft hó het bezit van koloniën door een land, en de uitbuiting van gekleurde rassen. Toch nam hu dit groote woord weer gedeelteltlk terug door te erkennen dat er toch weer andere be. langen zUn, die ook do arbeiders.klasse niet onberoerd Inton. De soc.-dem. sturen aan op een onafhanke- ItJk Indonesië; wat do Regeering doet is nood lottig voor dat land. Uitvoerig werd gesproken over Indië'a flnan. cieelen ^oéstan-J Die Is wei niot zonder zorg. naaar we moeten oris hoofd niet verliezen. Het zal wel loslo.-pon. meende dc heer Cramer; hti durfde bost Optln-'st te wezen en acht de nu betrachte zulu.Khcld oen ramp voor Indië. Er wordt e^n ^tel t" servatlevc flnancioele po litiek gevolgd, waai toe ze'fs in dozen malalse- tüd gesn voldoend* aanleiding bestaat. We gunnen beter je srhuld an Indië doen oploo— pen dnn scherpe bezuiniging toe te passen. Voortvarende welvanrts-politiek Is gewenscht met het oog op rust en orde onder de ge. kleurde rassen, waarop de koloniale mogend heden bü een nieuwen oorlog niet kunnen re kenen. Bezuinigd moet In de eerste plaats op militaire uitgaven, maar meer noemde de heer Cramer niet. -e 9aiarissen moeten ongemoeid blijven, inai' itiisichlcn is te besparen op toe lagen, vervoer en op de verlofsregeling. Weivaartspolitlek moet de koopkracht en de draagkracht verhoogen. Dat beteekent voor de Regeering meer inkomsten. Aangedrongen werd op een uitvoerverbod op aardolie en producten daarvan, ondanks de be. zwaren. die daaraan kleven. Ook een vermo gensbelasting cn meer successie zouden kun nen worden geheven, eveneens een waardebe. lasting om de suikerfabrieken te treffen. "De politieke verhoudingen besprekende, gaf de heer Cramer als zijn gevoelen te kennen dat Synthese-politiek uitgesloten is. Ooat en West zullen vrfl tegenover elkaar komen tc staan. De Europeaan zal afstand moeten doen van zijn superloriteits. en heerscherswaan. De Regoering zal verstandig doen om door hervormingen excessen te voorkomen. We moe ten hervormen eer er om gevraagd wordt, an- des krijgen we wat Britsch-Indië te zien heeft gegeven. Tegenover de nationale beweging zal dc Regeering. een ruim standpunt hebben in te nemen in haar eigen belang. Naar het oordeel var. ;>en heer Cramer waren de jongste huiszoekingen, die niets van betee- kenls hebben opgeleverd te beschouwen als een pogen om de inlandsche volksbeweging tc belemmeren. Het ten slotte gewezen vonnis bevredigt het rechtsgevoel niet. De nieuwe gouverneur-generaal zal een de mocratische politiek moeten volgen. Noodlg is voorts een fundamenteele wijzi ging van de Indische staatsregeling. Er is op den duur niet aan te ontkomen. Op zelfbe stuur onder inlandsche leiding moet worden aangestuurd. Naar de meening van den heer v. Boetze laer (C.H.) moet de bemoeiing van Neder, land met de „inwendige aangelegenheden" van Indië zooveel mogelijk worden beperkt. En ook dient men te weten waar de grens ligt en waaraan men toe Is, zulks in het belang van goede wederztjdsche verhoudingen. De politieke vrtJheld moet niet al te ruim z(jn. In de laatste periode is er te veel on vastheid en weifeling geweest Daarvan gaf ook het optreden van den Regeeringsgemach. tigde in den Volksraad blük. Met "de algemeene richting in 1\<J. Regeerlngs beleid kon do heer v. Boetzelaer zich wel ver eenigen, maar de hand. die het roer hield, had toch wat vaster en rustiger kunnen zijn. Van groote beteekenls is. dat de band met de omliggende koloniale gebieden is versterkt, Op dit gebied is het tegenwoordig bewind wel vruchtbaar geweest. Met den minister was de heer v. Boetzelaer het eens. dat Rcgeerlngs-ambtenaren tegen over de non-Coöperatie-beweging buitenge woon gereserveerd hebben te staAn in liet be lang van het Nederlandsche gezag. Aan den landve l d is het eindoordeel gelaten of de Re- geerlngsgemaehtigde. die op dit gebied do goede grenzen uit het oog had verloren, moest worden gehandhaafd. De gouverneur-generaal heeft echter eon verklaring aan den Volks raad afgelegd, die sterk den indruk maakt leof een conflict met den minister in het leven rerd geroepen. Het moge echter zoo ver niet komen! Het algemeen regeerlngsbeleld moet zoo zon. dat de Rlikseenheld er door bevorderd wordt. Met pralen erover en met een geroep op de Grondwet komt men niet ver. De ontwikkeling der dingen is in ons Indië an begin af in gezonder banen geleid dan in Britsch.ndlë. We hebben den Volksraad als open trTiune en daarom mag verwacht, dat ons zal bespaard worden wat in Engelsch-Indiö is geschied. Wijziging der Staatsregeling zou een niet onbedenkelijk experiment zijn; wanneer het geschiedt moet het geleidelijk gebeuren en met groote voorzichtigheid. Het tijdig ingrijpen der Regeering heeft er toe geleid, dat de bekende verzet-aotie ge broken werd. Gebleken la. dgt, zij den toestand volkomen beheerscht en over e«n uitstekenden -inlichtingendienst beschikt. Over het gévallen., vonnis, dat nog hoogere Instanties moet door- loopen. werd nog niet gesproken. Bedenkelijk is, dat vanuit Nederland aan do verzetplégers bU voorbaat steun is toegezegd. Er schu.ilt ondermijning van ons eigen gezag in. dit steunen van geweld door do soc.-dem. De tijd Is nog niet gekomen van opheffing der exorbitante rechten. De overplaatsing van het DIgoel-kamp werd toegejuicht. Het financieel beleid der Regeering bespre kend herinnerde de heer v. Boetzelaer aan het tekort van bijna 130 millioen over het dienstjaar 1930. Het vooruitzicht is dus niet gunstig. Er zün nog steeds groote onzuiver heden en dc profetie van den heer Cramer van verleden laar. dat het diepste punt der depres sie bereikt was Is volmaakt onjuist gebleken. Het is daarom'beter aan zijn lichtvaardlgen en onverschilligen raad van d|.maal om maar groote buitengewone uitgaven tc doen. niet het oor te leenen. Bezuiniging is geboden: zelfs zullen z.g. vi tale belangen niet altijd geheel kunnen worden ontzien. De literaire faculteit aan de Indische Hoogeschool Is op dit oogenblik niet bepaald onmisbaar. Op de militaire uitgaven zal wei nig meer te bezuinigen zijn, nu deze al zoo sterk, misschien reeds te sterk, zijn besnoeid. Maar er ziin andere objecten: salarissen, pen sioenen. verloven, relsklassen en verlofstracte- menten Een Vermogensbelasting zou kunnen worden geheven. Het economische leven vertoont de crisis, gevolgen, die alom zijn waar te nemen de inlandsche bevolking lijdt daaronder het meest Het blijkt hu van hoeveel belang de bloei der culturen en ondernemingen is, ook voor de ln. heemsche bevolking. In Engelsch-Indlë is de toestand intusschen nog belangrijk ongunstiger De voedselvoorziening zal veel zorg ver- eischen van de bestuursambtenaren. Eveneens de woekerbestrijding. Tusschen het Moederland en Indië zal nauwe samenwerking moeten bestaan in het belang van de bevordering van den afzet onzer in- dustrieele en andere producten. Er werd op aangedrongen niet onnoodlg vreemdelingen ln den staatsdienst op te nemen Met het bespreken van het financieel ongun stige perspectief der Indische begrooting be gon de heer v. Kempen (Lib.) zjln rede. De ïndische regeering Is zich aanvankelök te bui ten gegaan aan veel te optimistische raming der inkomsten. Niet gerekend is met de sterke daling in de prtjzen der groote stapelproducten We staan voor een groot tekort en alle krach ten moeten worden Ingespannen om weer ln veilig vaarwater te komen. De regeering heeft een aantal maatregelen in overweging. Maar ook in Indië moet bezui nigingsbesef komen en desnoods moeten de Gesprongen Handen Schrale Lippen Ruwe Huid faiv&viacAl em cf&nzesi Doos 30 en 60. Tub« 80 ct Bij Apoth en drogisten E I c h wat W 115 _LJ DE SNEEUWPOP diensten in hun uitgaven worden gerantsoe neerd en stellig moeten alle luxe en overdrij ving. die er zijn. worden afgesneden. Met de algemeene politieke beschouwing der Regeering stemde de heer v. Kempen volledig i. Met nadruk werd gewezen op de noodzaak m verscherping van rassentegenstellingen tegen te gaan. Mevr. B a k k e r-N ort (V.D.) bepleitte de ;noeming van een vrouw in den Volksraad. Te 5 uur werd de vergadering gesloten. AUTO-ONGELUK OP EEN ONBEWAAKTE OVERWEG. Nog goed afgeloopen. Men meldt ons uit Utrecht: Gistermorgen omstreeks kwart over 11 is op den onbewaakten overweg bij Maanber gen ter hoogte van den Scherpenzeelschen- weg een ongeluk gëbeurd dat nog goed is afgeloopen. Tengevolge van de mist zag de chauffeur van een mat graan beladen vrachtauto den sneltrein van L'trecht naar Arnhem niet na deren. Dank zij de tegenwoordigheid van geest van den chauffeur, die op het laatste moment nog gas gaf, werd de wagen alleen nog aan den achterkant gegrepen, waardoor deze een slag om maakte en naast de spoor lijn omkantelde. De chauffeur, de heer Ver steeg uit Scherpertzeel, bleef ongedeerd. De trein had een half uur vertraging. DE AUTOBUSRAMP TE BLERIK. Onder groote belangstelling had te Horst de plechtige begarfènis plaats van den 17- jarigen Piet Moorrees die bij het autobus- ongeluk te Blerik om het leven kwam. Verschillende kransen dekten de kist, die door de buurtbewoners grafwaarts werd dragen. Te Venray, waar de begrafenis der slacht offers J. Swinckels en F. Winckens plaats had, was de belangstelling nog grooter. Tal van autoriteiten waren aanwezig. Op het kerkhof werd het woord gevoerd door een drietal heeren. Een zoon van den heer Winckens dankte voor de belangstelling. BED RIE GE LUKE BANKBREUK. Te Borne (Ov.) is op verzoek van den of ficier van justitie aangehouden en overge bracht naar de marechaussee-kazerne te Hengelo, de dezer dagen alhier gefailleerde winkelier J. V. Hij wordt verdacht zich aan bedriegerij] bankbreuk te hebben schuldig gemaakt. ERNSTIGE AANVAHING Door den mist Ongeveer drie uur Vrijdagmiddag kwam een stoom pont door den dichten miet in aanvaring met het tjalkechip „De Volhar ding", op weg van Antwerpen naar Gro ningen met een lading ijzer aan boord.De stoompont, die de dienst tusschen Enkhui zen en Stavoren onderhoudt, trof de tjalk dermate, dat de opvarenden van de tjalk gedwongen waren van boord te gaan. Schip per Van der Zande, van Lemmer, zijn vrouw en zeven kinderen, werd aan boord van de pont genomen. Naar de tjalk wordt nadien gezocht Vermoedelijk is zij gezonken. GESTRAND EN VLOT GESLEEPT. Het Duitsche stoomschip „Frankfort" dat tengevolge van mist ter hoogte van Terhei den" op den strekdam is geloopen, is Vrijdag middag te half vier door de sleepbooten „Poolzee" en .^Blankenburg" van L. Smit Co's Internationale Sleepdienst vlot ge sleept. NOODLANDING DOOR DEN MIST Bij Nu mans-dorp heeft het. Engeleche sport vliegtuig de GAATH, bestuurd door A. Styran uit Landen, een noodlanding ge maakt in verband met den dichten mist op een stuk bouwland. Het vliegtuig was t-p weg naar Amsterdam. Heden zal men weer opstijgen en naar Amsterdam doorvliegen. De machine is niet beschadigd.. De bestuur der bekwam geen leteel. TRAMBOTSING DOOR DEN MIST Tengevolge van den dichten mist heeft nabij Swinderen (Dr.) een botsing plaats gehad tusschen twee trams. De materiee.e schade is zeer aanzienlijk. Een machinist werd uit de locomotief geslingerd en licttt gewond. Er was 's nachts een geducht pak sneeuw gevallen en de jongens namen er 's morgens dankbaar bezit van. Voordat de klok negen sloeg en de schooldeuren geopend werden, was er al menige kanonnade met witte ko gels afgevuurd; men had elkaar gewas- schen; men had sleedje gevaren enmen had een groote sneeuwpop gemaakt: pijpje in den mond, bezem in den an-n en als hoo- ge hoed een oude mand, waai* niets meer aan te bederven viel. Uitgelaten van pret danste het jonge volk je om den koudon, onbewogen reus. Daar kwam een bedaagd vrouwtje, met een groote takkebos op den rug. aangewan deld. Ze bekeek den sneeuwman eens en vroeg toen aan een van de jongens, dien ze scheen te kennen: „Frans, wie moet dat voors tellen?" Frans was de kleinzoon van een barer overleden vriendinnen. De jongen was door 't dolle heen en antwoordde lachend, en on der den luiden bijval van zijn vriendjes: „Dat is je overleden man, tante Lijs; die kom je halen!" De oude vrouw wachtte geduldig, tot het rumoer wat bedaarde en zei toen tot Frans: ,,Mijn jongen, je beschimpt en beleedigt een oude vrouw. Maar ik vergeef je dat en bid God dat Hij het je ook vergeven zal. Maar met de overledenen moet je niet spotten. Voordat jouw sneeuwpop gesmolten is, kan ik reeds daarboven zijn, waar ook mijn man is. Maar ik ben niet de eenige, die door den dood bedreigd word. Ook kinderen kunnen sterven. Denk daar maar eens over. Laat je leven God verheerlijken, dan zal het sterven je gewin zijn! Dag kinderen!" De woorden van tante Lijs sloegen in. Een heelen tijd bleef het stil en ze was al lang uit het gezicht verdwenen, voordat de vreug de wee.r algemeen was. Voor Frans was de aardigheid er eigenlijk af. Hij gevoelde diep, hoe verkeerd hij ge daan had, en, om eerlijk te zijn, 't was eigen lijk heelemaal zijn gewoonte niet, zóó tc spreken. Thuis werd hem wel anders voor gegaan. De uitdrukking was hem in 't vuur van 't spel ontsnapt. 's Avonds was hij' ongewoon stil en zijn moeder zag wel, dat er iets niet ïh orde was. Ze stond op 't punt er hem over te onder vragen, toen hij haar als 't ware voorkwam met het verzoek, hem den volgenden morgen vroeger te roepen dan gewoonlijk, omdat hij nog een plicht te vervullen had. Daarbij scheen zijn goede stemming terug te komen en moeder vroeg niets, terwijl Frans kort daarop naar bed trok. Den volgenden morgen was Frans al vroeg op. 't Had weer gesneeuwd, maar dat vond hij heel goed. „Ik zal er des te vermoeider door worden, en dat zal de straf zijn, die ik verdien." Een uur later opende Frans de achterdeur van tante Lijs, en voordat het oudje nog bij hem kon zijn, riep hij haar toe: „Tante Lijs, daar is wat brandhout. Het weer is voor u te slecht om er uit te gaan!" Zoo ging het ook de beide volgende morgens; tante Lijs kon niet zoo vlUg_zijn„oL de jongen.was weg. als ze hem wilde bedanken. Den vierden morgen ging ze echter op de loer staan en toen Frans de deur opende, greep ze hem bij de hand en zei: „Nu moet je even binnen komen. Als je wilt. dat ik jouw hout. aan neem, zul jij ook mijn dank moeten aan nemen." En hem toen voor zich houdende, zei ze: ..Wat beteekent je gedrag eigenlijk, mannetje?" „Tante Lijs, ik moet uw vergiffenis ver dienen." „Eu ik heb je al vergeven, dadelijk nadat de woorden je ontvallen waren." „Maar zou God mij ook willen vergeven? „Zou God minder gaarne vergeven, dai oude tante Lijs? Heb je Hom al om verge- ring gevraagd?" De jongen aarzelde. De oude vrouw trok hem met zich mee en in de warme kamer sprak ze en bad ze met hem, zoodat hij op gelucht naar huis ging. „Tot morgen! riep hij haar nog toe, maar zij zei met nadruk: „Nu, je, weet het, mijn jongen, ik wil geen hout meer van je heb ben!" Doch hij trok een gezicht, alsof hij wilde zeggen: ik ga toch mijn gang! Óndanks haar verbod had tante Lijs den jongen den volgenden morgen toch verwacht Ze wist wel, hoe Frans was. Maar hij kwam niet en den volgenden mor gen ook niet Ze werd ongerust, de oude vrouw. Zou het ventje ziek zijn? Ze wilde het hare er van hebben. Ze pakte zich zoo goed mogelijk in voor de kou en de sneeuw en ging naar het dorp. 't Kostte -haar weinig moeite, gewaar te worden, dat haai* vrees maar al te gegrond was. De jongen was ziek en de dokter had gezegd, dat het pokken waren. Frans was er langen tijd slecht aan toe en geregeld moest er 's nachts bij hem ge waakt worden. Tante Lijs had aangeboden te helpen, en die vriendelijke hulp werd door de ouders met dankbaarheid aanvaard. Daardoor konden ze zelf op tijd eenige rust genieten en was voor niemand de taak te zWaai*. Zoo zit tante Lijs weer op een avond laat bij den zieke. De gansche kamer is in don kere schaduw gehuld, behalve vlak bij de tafel, waar een kleine lichtkring veroorlooft te lezen of te breien. Maar .zij, die waakt, zit ook in de schaduw. Frans wordt wakker uit een verkwikken- den slaap. „Moeder, ben ik al niet lang ziek ge weest?" „Al drie weken, kind!" „Wat zou er wel van tante Lijs geworden zijn? Ze zal denken, dat ik haar vergeten ben. en dat is toch niet zoo. Ik heb haar zoo beleedigd en zij is zoo goed voor me geweest. Zult u haar twintig takkebossen geveu, dankbaarheid dat ik weer beter ben? Frans hoorde snikken; hij schoof de gor dijnen op zij en herkende zijn oude vrien din. Zij van haar kant bleek haar aandoe ning niet meester en omhelsde, zander aan besmettingsgevaar te denken, haar kleine vriendje. „Hoe zou het met de sneeuwpop gaan?" „De regen heeft hem gesmolten." „Als er nog meer sneeuw komt, zal ik er weer een maken en ik zal een paar takke bossen op zijn schouder leggen, om mij aan mijn, zonden, aan de vergeving en aan mijn genezing te herinneren." (VLUG KOKENDE HAVERMOUT) BRANDEN. Te Termunten (Gr.) is door onbekende oorzaak de woning bew oond door B. Ooster- veld totaal afgebrand. Alles was laag ver zekerd. BOERDERIJ-BRANDEN IN FRIESLAND, Enorm veel vee in de vlammen. Hedenmorgen om 5 uur brak brand uit in de boerderij, bewoond door 4en veehouder Krol te Follega (Fr.): In ruim een uur tijds w-as alles tot den grond toe afgebrand. Drie en dertig stuks vee kwam in de vlammen om. De oorzaak moet gezocht worden in het omvallen van een lantaarn. Alles was ver zekerd. De boerderij behoorde in eigendom aan P. Wina aldaar. Men meldt ons uit Heerenveen: Hedenmorgen omstreeks 6 uur is door het omvallen van een lamp in de schuur, al waar het hooi in brand geraakte, het boer derijtje van T. Dijkstra te Gersloot. tot den grond tóe afgebrand. Niets kon worden be houden. Een paard en eenige koeien kwa men in de vlammen om. ELECTRICITEITSSTORING TE IJMUIDEN Een storing in het electriciteitsnet te IJmuiden, veroorzaakt doordat een bagger molen in de Buitenhaven een kabel bescha digde, is eerst Donderdag kunnen worden opgeheven. Vanaf Dinsdagavond heeft men in den vuurtoren van de noodverlichting gebruik moeten maken, terwijl verschillende haven lichten en woningen van stroom verstoken waren. en, jij kykt sikkeneurig Door de tyds-omstendiglïöd; Jou slaat op 't gezicht te lezen. Datjyaan.malaise'lydh Weel je,waarom, ondanks alles. Ik zoo vtoolyk.glunderkyk? Door müti pijpje D0UWE EGBERTS Ben ik RbthschHdt nog te ryk cbKt 20-50 ct. per ons verschaft U molken, vanyenot ZONDAG 22 FEBRUARI HUTZEN (298-8 M). NC.H.V. 9.50 Kerkdienst anuit de Evangelische Gemeente (Wetering- kerk) te Amsterdam. Voorganger; Ds. P. ven Vliet, te Amsterdam. Organist: de heer Jac. v. d. Bijl, te Amsterdam. 1. Orgelspel. 2. Zingïut Psalm 105: 1 en 3. 3. Votum en Z6gengr<->e% 4. Schriftlezing: Romeinen 3 1021. Gebed. 6. Zingen: Gezang 38 2 en 5. 7. Prediking naar aanleiding van Job. 8 11L Onderwerp: ..Ten doode gedoemden toch gered!" 8- Zingen: Gezang 61-.: Ia. 9. Dankgebed. 10. Zingen: Ge zang 36 2 cn 3. 11. Zegen. 12. Orgelspel. 5.20. Kerkdienst vanuit de Geref. Kerlt (Bethelkerk) te Den Helder. Voorganger. j>s. F. Tollenaar. Geref. predikant te Den HeJder. Organist: de heer J. A. v. d. Vliet. 1. Orgelspel» 2. Votum eh Zegen. 3. Zingen: Psalm 23 1. 4. Voorlezing der Apostolische Geloofsbelijdenis. 5. I/ezing der H. Schrift: 2 Tim. 4 618. 6, Gebed. 7. Zingen; Psalm 86 1 en 3. S. Lezing van den tekst; 2 Tim. 4 1618. 9. Eerste ge deelte der prediking. 10. Zingen: Psalm 52 7. 11. Tweede gedeelte der prediking. 12. Dank- •cbed. 13. Zingen: Psalm 33:10. 14. Zegen. 15. gebed. 13. Orgelspel. MAANDAG 23 FEBRUARI HUIZEN (298.8 M.). N.C.R.V. 8.— Tijdsein. 8—8.15 Schriftlezing. 8.15—9.30 Concert. 10.30 Tijdsein. 10.3011 Korte Zlekendienat, te leiden door Ds. N. P. E. G. van Ucbelen. Ned. Herv. Predikant te Hilversum. 1111.30 Lezen van Chr. Lectuur door mej. J. C. M. Doyen, te Hil versum. Voorgelezen wordt: „Het lied van on zen Syrlschen Gaét" van W. A Knight 11.30— 12.30 Gramofoonplatenconcert. 12.30 Tijdsein, 12.301.45 108e Orgelconcert, vanuit de Herat. Evang. Luth. Kerk aan den Kloveniersburgwal, te Amsterdam, door den orgelist dier kerk. den heer Jan Zwart. 1.452 Gramofoonmuzlek. 2.— Tijdsein. 22.35 Uitzending voor Scholen. Spre ker: Zendeling J. L. D. v. d. Roest, te Utrecht, Onderwerp: „Van een Papoeache hoofdman en een krokodil". 2.353.15 CauSerie over; „Dn rozen in het voorjaar", door den heer A. J. Horwig. te Bussum. 3.15—3.45 Cursus Knippen en Btofvereieren. te geven door het Instituut E.N.SJLLD.. Tolsteeg-singel 54, te Utrecht 3.45 4 Verzorging van den zender. 4.Tijdsein. 45- Ziekenuurtje. te lelden door Ds. G. W. Ak kerhuis, Geref. Predikant te Maassluis. Muzi kale medewerking- verteenen: -mej.' C. de Jager zang; C. v. Drieënhuizen. harmonium. 1. Zingen? Psalm 3 12. 2. Gebed. 3. Schriftlezing: Psalm 37 I19. 4. Eerste gedeelte der toespraak over Psalm 37 5. Wentel uwen weg op den Heere. en vertrouw op Hein; HIJ zal het maken. 6. Zin gen: Psalm 147 6. 6. Tweede gedeelte der toe spraak. 7. Gebed. 8. Zingen: Psalm 56:5. 5.— Tijdsein. 55.45 Cursus Handenarbeid voor on ze Jeugd, door den heer H. J. Steinvoort, te. Hil versum. Onderwerp: „Het maken van oen lang werpig bakje met schuine kanten". 5.457 Con cert: mej. M. Kalff te Hilversum, viool. Mevr. L. M. S. LekkerkerkerDe Jong. cello. Mej. 8, Boeke te Utrecht, piano. 7. Tijdsein. 77.80 Halfuurtje voor do Rijpere J^ugd. Spreker: da heer Ci Tabak. te Amsterdam. Onderwerp: „Jeugdleven'*. 7.307.15 Gramofoonmuziek. 7.45 10.15 Uitvoering van het Oratorium ..Ellas" van F. MendelssohnBartholdy door de Chr. Ora torium-Vereen. „Con Aroore". tc Lelden. Direc teur D. Smink. Het concert vindt plaats in do Stadsgehoorzaal, te Leiden. Solisten- mevr. So phie BotHaas, te Rotterdam, sopraan; mevr. Jo v. d. MeentWalter, te Amsterdam, alt: Theo de Vries, te Bllthoven. tenor: Jac. Ph. Caro. te Utrecht, bas. OrkMt-' de Hagrlemsche Orkest- Verecniging. In de pauze; D». J. H. Vaandra ger. vkiotpredlkant, te Den Helder. Onderwerp: „Curagao". 10.1510 25 Persberichten. 10.25— 11.30 Gramofoonplatenconcert. HILVERSUM (1875 M V.A.R.A. 9.— Gra mofoonmuziek. V.P.R.O, 10.Morgenwijding. V.A.R.A. 10.16 Voordracht. 10.30 Ziekenuurtje» 11.30 Gramofoonmuzlek. 12.Politieberichten. 12.15 Concert. 1.45 Verzorging zender. 2.15 Gru- mofoonmuzie-k. 2.30 Muziek en Voorlezing. 3.43 „De Vegetarische Keuken". 4.15 Gramofoonmu zlek. 5.30 Orgelspel. 6.Zangvoordractft- 6.3b Concert. 7.30 Politieberichten. 7.15 Veillgheide- kwartlei;tje. 8.10 Concert. 9.Voordracht. O.Sfc Zang en Piano. 9 45 Concert. 10.15-Zang en Piano 10 30 Concert. 11.Persberichten. 11.10 Gra mofoonmuzlek. KATHOLIEKE RADIO OMROEP. Nieuwe Studio te Hilversum. Naar wij vernemen zal op 7 Maart a.s, in het gebouw aan de Emmastraat te Hilver sum de opening plats hebben van de nieuwe studio van den K.R.O. DOODELIJK AUTO-ONGELUK. Te Zuiderveen bij Winschoten is het doch tertje van Bodewes door een vrachtauto overreden en gedood. FEUILLETON door AMY LE- FEUVRE. (13 Mat dit plan stapte Teddy er heen; maar liet i6 nioeilijker een schaap terug te bren gen naar de plaats, waar het hoort, dan om het near buiten te lokken. Teddy bevond dat ook. Hij zag roorl en warm, en zijn stem was he es c.h van het schreeuwen, toen op eens de boer op het toon eel verscheen. „Jouw kleine deugniet!" riep hij, terwij] hij op hem toeiiep met een dikken stok in de hand. „Laat mijn schapen met rust. Hoe durf je op mijn land te komen? Altijd haa.l je toch het een of ander kattekwaacl uh." Teddy bleef rustig staan, totdat de woe dende man ook wat dichtbij was gek jokd. Toen keek hij hem recht ui het gelaat en zei* ..Ik was bezig, ze terug te ja.gen. Kijk. daar is het gat. waar ze door gekomen zijn." Dat zal wel waar wezen. Weet je. wat ik denk? Dat jij dat gat in de haag gemaakt hebt Teddy kreeg een kleur als bloed. „Ik vertel nooit een leugen!" riep hij u't. „U is een Hij hield op en liet zijn hoofd beschaamd hangen. Jonathan Groen keek hem vol verbazing aan „Zou ik mogen weten, wat je daar net wou zeggen," zed hij op strenger, toon. Teddy keek op. „Ipse wou zeggen, dat u feil een leugenaar was, maar ik heb hem nog in tijds tegengehouden." „Ik geloof haast, dat jij niet heelemaal du orde bent," zei de boer. „Wat ging het je aan dat die schapen wegliepen?" „Ik wou u helpen. Ik heb er zoon spijt ran dat ik u laatst vastgebonden heb. en ik moet u liefhebben. Ik da-cht, dat het dut een goed ding zou zijn, ads ik de sohapen weer terug joeg." „Moet je m ij liefhebben?" herhaalde boer Groen op spotten den toon en zette groote oogen op. .Wanneer heb ik je gevraagd, of je mij lief wou hebben?" „Ik denk niet. dat het u wat schelen kan" zeri Teddy opgewekt, toen hij zag dat de stok inplaats van over zijn hoofd gezwaaid te worden nu veilig op den grond rustte; „maar ik moet u liefheben, ziet u, omdat de banier, die ik voor mijn Kapitein zwaai, Liefde is, en ik dus iedereen moet liefheb ben." Boer Groen gaf geen antwoord, en Teddy vervolgde met len grootsten ernst* „Zou u denken, dat u het mij vergeven kon en mij e^-n hand geven? Als u dat kon doen. zou ik u gemakkelijker kunnen lief hebben." De kleine jongen keek hem zoo eerlijk aan met zijn blauwe oogen, zijn gevoelig mondje trok zoo zenuwachtig, dat boer Groen er door getroffen werd. „Ga even mee naar huis," zei hij „dan zullen we hooren, wat mijn vrouw tegen je te zeggen heeft." Teddy volgde 'hem zonder eenig wantrou wen, en de boer nam hem mee naar de groote keuken waar zijn vrouw naast den haard zat te breien, en zijn dochter de ta fel dekte. Mary Ann", zei boer Groen, „hier is de kleine rekel, -hou hem hier totdat ik terug kom. Ik moet een paar schapen, die weg- geloopen zijn, even terughalen." Dit zeg gende deed hij de deur met een slag achter zich dicht en verdween. Teddy gaf de beide vrouwen een hand en ging toen in den grooten 6toel aan den anderen kant van den haard zitten, „Wat heb je nu weer uitgehaald?" vroeg juffrouw Groen. „Kan je moeder je nu maar niet beletten, om aJtijd kwaad te doen?" „Ik heb niets gedaan, heusdh niet," zei de arme Teddy. Hij probeerde hun de zaak uit te leggen, maar toen zij hem niet schenen te begrij pen, veranderde hij heeQ handig van onder werp. „Waar houdt boer Groen het allermeest van?" vroeg hij. Juffrouw Groen was sprakeloos van ver bazing maar haar dochter schoot in den lach. „Kruisbessentaart," zei ze. „En wat wou je nog meer weten?" Teddy gaf echter geen antwoord en zei ook nieis meer totdat de boer terug was. „Zou je het willen gelooven. dat onze kleine vriend, hier, van plan is zijn leven te beteren?" vroeg boer Groen aan zijn vrouw terwijl bij in den grooten stoel ging zitten, waaruit Teddy bij zijn binnentreden dadelijk was opgestaan. „Ik heb niet veel vertrouwen in jongens", zei juffrouw Groen, hoofdschuddend. „Ze zijn allemaal precies hezelfde en als ze je nemen kunnen la ton ze het niet," „Je hoort, wat mijn vrouw zegt. Uit dien hoek.behoef je dus niet op hulp ie rekenen; maar ik zal je nog een kansje geven. Zou je-wel thee bij ons willen blijven drinken0" „Ik zou het wol willen doon," zei Teddy met. een glimlach, „maar moeder heeft ge zegd, dat ik voor de thee thuis moest zijn. Mag ik nu gaan? En heeft u mij vergeven, wat. ik laatst gedaan heb?" Boer Groen stak eon .harde vereelte hand uit. en nam de hand van den kleinen jon gen in de zijne. „Hier heb je mijn baud er op," zei hij met iets, dat op een glimlach leek. „Als je werkelijk spijt er van hebt dan wil ik het je natuurlijk wel vergeven." Teddy ke-ek hem zoo onschuldig aan, dat de boer hem een klap op zijn schouder gaf en zei: „Nou, ga maar gauw naar huis. De vrede is ge teekend tusschen on6." En terwijl Teddy wegrende, zei hij bij zichzelf: „Ik zal moeder vragen of zij de taart bakt, en dan zal ik zelf de kruisbes sen plukken, en dan zal hij wel begrijpen, dat ik hem liefheb." Boer Groen begreep er niets van. toen enkele dagen later een paar jongens op weg naar school een pakje bij hem afgaven Nog meer verbaasd was hij, toen hij het pakje opendeed en er een taart met klap bessen in zat, waar een stukje papier op vast gehecht was, waar met een kinder hand op geschreven stond: „Van uw lief hebbende Teddy." Zijn dochter kon hem echter de zaak ver klaren. en zij hadden samen groote pret over Teddy's manier, om een vriendschaps verbond te bezegelen HOOFDSTUK IX Verloren Onze kleine krijgsman was niet in één dag volmaakt, maar zijn moedey was toch dankbaar te zien, dat hij wat liever'en min der onbedachtzaam was. Hij nas niet miri- der vroolijk en was ook nog altijd de hoofi leider bij alle spelen, maar hij haalde niet meer zooveel kattekwaad uit. Nancy was soms een groote beproeving voor hem cu toch, hoewel ze altijd van meening velschil den, konden ze niet best buiten elkaar. Toen kwam Nancy's vader, en Teddy werd op thee gevraagd, en hoorde de won derlijkste verhalen van den grooten man, dae hoewej ruw van stem en manieren een heel zacht plekje in zijn hart had voor zijn dochtertje. Teddy luisterde vol bewondering toe, en Nancy was voldaan over zijn blijkbare be langstelling; maar toen bij thuiskwam, en ze hem vroegen naar zijn bezoek, zei hij: „Nancy's vader ie heel aardig, maar nij kan niet halen bij het portret, dat ik van vader heb in zijn mooie uniform, en zijn stem is zoo grof en heesch, en hij lacht zoo hard." Het was, nadat Na-ncy'e vader weer ver trokken was, en de mooie zomerdagen ten eande liepen, dat Teddy en Nancy op zeke ren middag samen gingen vieschen. Dat was tenminste hun plan, maar als iemand ze daar had zien zitten op de lage sfeenen brug, met hun lijn los in het water han gend, en druk pratend en lachend, zou hij niet verbaasd zijn geweest, dat ze niets vin gen. Eindelijk klommen ze maar weer van de brug en vervolgden hun weg langs het jaagpad, toen op eens Nancy Teddy er attent op maakte, dat zijn knoop bijna loshing. „Hij hangt nog maar aan éen draadje!' riep ze. „Je zult hem nog verliezen." „Gisteren heb ik al tegen moeder gezegd, dat hij losging. Ze zegl. dat ze niet anders doel, dan dien knoop aannaaien. Ik zal hem er maar afhalen en in mijn zak steken. Wat. moest ik beginnen, als ik -hem eens. verloori" Mateen trok hij ei* aan. en de knoop schoot, los, roanr glipte uit zijn hand en rolde over het pad naar Nancy toe. De ver leiding was te groot voor haar. Ze pakte den knoop op en omklemde dien stevig met haar kleine hand. „Geef hem mij dadelijk terug/' riep Ted dy, bevend van opwinding. Nancy's donkere oogen tintelden vin stoutheid. „Nu heb ik hein toch eindelijk!" riep re, „en ik neem hem mee naar huis en laat hem op mijn jekker zetten." „Als je hem niet dadelijk geeft, dan vecht ik met je", riep Teddy. „Hij is niet ven je. Als je hem houdt ben je een dléf. Geef hem dadelijk op!" „Zal ik hem in het water gooien?" vroeg ze. Teddy nam een sprong naar voren, en er volgde een worsteling. Hij probeerde haar handen open te maken, en zij klemde ze steeds vaster toe. Eindelijk slaakte Teddy een kreet van blijdschap, want Nancy's vii per» lieten eindelijk los. maar de knoop vloog door den bohok een eind weg en rol de in het water. Nancy slaakte een kreet, van schrik, tnaar Teddy sprong zonder een geluid te geven met zijn hoofd naar beneden het water ;n. Hij deed het natuurlijk geheel ondoordacht Hij was een goed zwemmer, en één oogen blik sloeg Nancy hero in ademlooze stilte gade. Maar toen zijn hoofd weer boven wa ter kwam, leek hii half versuft en rlop mst zwakke 6tem: „Help, ik verdrink!" (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1931 | | pagina 9