PU ROL
'erna a
\^mVincJaaq
H-O
r ZATERDAG 21 FEBRUARI 19311 DERDE BLAD PAG. 9
TWEEDE KAMER
Gemengd Nieuws.
HEERENBAAI
Radio Nieuws.
TEDDY'S KNOOP
INDISCHE BEGROOTING 1931
De soc.-dem. nog steeds de menschen
met twee aangezichten
LICHTZINNIGE FINANCIEELS
POLITIEK
MALAISE IN INDIE
Vergadering van 20 Februari 1931
OVERZICHT
In alle kalmte zijn gisteren de debatten
over de Indische begrooting voor 1931 be
gonnen. We zullen er een paar weken de
aandacht aan moeten «wij den.
De Kamer nam het heel erg rustig op. Te
1 uur kon de zitting niet doorgaan, omdat
het vereischte aantal leden niet present was
eerst om even voor half twee gingen de
deuren weer open. Druk werd het echter
ter politieke beurze heel den middag niet
Zonderen we het offertje aan liet feminis
me van Mevr. Bakker-Nort uit, dan zijn
d^ie ernstige redevoeringen over de Indi-
bche begrooting gehouden.
De soc.-dem. Cramer was de eerste. Hij
sprak kalm, maar zijn betoog kenmerkte
zich toch door de gewone tweeslachtigheid
der soc.-dem. ook wat de koloniale politiek
betreft
Het begon al dadelijk met de stelling: de
arbeiders hebben geen belang bij Indië,
welke echter spoedig gevolgd werd door
een zinnetje, dat de arbeiders toch ook weer
niet geheel zonder belang zijn bij behoud
.van Indië. De enorme onwaarheid, die
werd gedebiteerd, werd gevolgd door „een
pietsje" waarheid.
Men zou versteld staan over zoo n uit
lating onze metaal-industrie b.v. bestaat
voor een groot deel van Indië, indien
men niet wist, dat zij dienen moet als of
fer aan de revolutionaire oppositie in de
S.D.A.P. We zijn overtuigd, dat ook in dit
geval, als in zoo menig ander, de soc.-dem.
anders spreken dan zij eigenlijk meenen.
Ze moeten te verstandig zijn om zelf te ge-
looven in de enorme cn gevaarlijke dwaas
heden welke herhaaldelijk worden uitge
sproken, ook als het onze verhouding tot
Indië geldt.
Ook thans nam de lieer Cramer de Indi
sche oproermakers en bolsjewistische agi
tators weer in bescherming. Voor de zoo-
veelste maal demonstreerde zich daarin de
eigen revolutionaire gezindheid en het ge
brek aan verantwoordelijkheidsbesef.
In financieel-economisch opzicht reed de
heer Cramer al evenzeer een heel rare
schaats.
In de eerste plaats vergat hij zijn eigen
voorspelling van verleden jaar, da1 Indië
reeds door de depressie heen was, terwijl
juist na dien de -crisisverschijnselen zoo
heftig zijn opgetreden, dat een enorm be-
grootings-tekort is'ontstaan en 1930 sloo1
met 130 millioen tekort.
Bescheidenheid had den soc.-dem. woord
voerder dus wel gepast .inplaats van deit
toon der aanmatigende .welverzekprdheid,
dien hij aansloeg. Het was alsof hij alleen
het wist. En wa' was dan zijn raad? Deze:
Laat-u-door de malaise niet in de war
brengen, geef maar veel geld uit en leen
voor productieve uitgaven zooveel mogelijk
later zal alles wel weer terecht komen.
Zulk een taal is natuurlijk niet ernstig
te nemen. Zij getuigt van een lichtzinnig
heid, die in een ernsig politicus onver
geeflijk ware, maar bij den heer Cramer
verklaarbaar is vanwege de revolutionaire
pose. welke zijn partij gedwongen is erop
na te houden. Maak den heer Cramer
morgen minister van Koloniën en hij zou
omdraaien als een blad aan een boom en
het holle, het onwaarachtige van de soci
alistische politiek met daden bewijzen. Doet
Labour in Engeland iets andei's?
Die politiek is thans agitatie, propaganda
sport bijna schreven we spel maar ge
speend aan allen positieven inhoud. Zij is
niet ten voordeele, maar ten verderve van
Indië en zijn bevolking.
De beide andere sprekers, de heeren v.
Boetzelaer en v. Kempen, stonden op bijna
alle punten diametraal tegenover den heer
Cramer. De chr.-hist. woordvoerder stemde
in het algemeen met 's ministers beleid en
beschouwingen omtrent den ernst van d.en
toestand in.
De heer v. Kempen ging nog verder. Deze
nam het algemeene deel der Memorie van
Antwoord zoo volledig voor zijn rekening,
dat hij haar wel met „beide handen" zou
iwillen onderschrijven.
Het was in zooverre gemakkelijk, dat de
heer v. Kempen er van af zag in eigen
woorden den inhoud der onderscl.Viden
paragrafen te parafraseeren en zijn rede
daardoor belangijk bekortte. Een navol
genswaardig voorbeeld!
Dinsdag krijgen we den heer Feber en
ook den heer Colijn aan het woord.
VERSLAG
"Wegrens onvoldoende opkomst der leden be-
Sron de Kamer eerst tegen half 2 met de be
handeling: der Indische begTOOting1.
De heer Cramer (S.D.) poneerde de stel
ling:. dat de arbeidersklasse geen belang heeft
hó het bezit van koloniën door een land, en
de uitbuiting van gekleurde rassen. Toch nam
hu dit groote woord weer gedeelteltlk terug
door te erkennen dat er toch weer andere be.
langen zUn, die ook do arbeiders.klasse niet
onberoerd Inton.
De soc.-dem. sturen aan op een onafhanke-
ItJk Indonesië; wat do Regeering doet is nood
lottig voor dat land.
Uitvoerig werd gesproken over Indië'a flnan.
cieelen ^oéstan-J Die Is wei niot zonder zorg.
naaar we moeten oris hoofd niet verliezen. Het
zal wel loslo.-pon. meende dc heer Cramer; hti
durfde bost Optln-'st te wezen en acht de nu
betrachte zulu.Khcld oen ramp voor Indië. Er
wordt e^n ^tel t" servatlevc flnancioele po
litiek gevolgd, waai toe ze'fs in dozen malalse-
tüd gesn voldoend* aanleiding bestaat. We
gunnen beter je srhuld an Indië doen oploo—
pen dnn scherpe bezuiniging toe te passen.
Voortvarende welvanrts-politiek Is gewenscht
met het oog op rust en orde onder de ge.
kleurde rassen, waarop de koloniale mogend
heden bü een nieuwen oorlog niet kunnen re
kenen. Bezuinigd moet In de eerste plaats op
militaire uitgaven, maar meer noemde de heer
Cramer niet. -e 9aiarissen moeten ongemoeid
blijven, inai' itiisichlcn is te besparen op toe
lagen, vervoer en op de verlofsregeling.
Weivaartspolitlek moet de koopkracht en de
draagkracht verhoogen. Dat beteekent voor de
Regeering meer inkomsten.
Aangedrongen werd op een uitvoerverbod op
aardolie en producten daarvan, ondanks de be.
zwaren. die daaraan kleven. Ook een vermo
gensbelasting cn meer successie zouden kun
nen worden geheven, eveneens een waardebe.
lasting om de suikerfabrieken te treffen.
"De politieke verhoudingen besprekende, gaf
de heer Cramer als zijn gevoelen te kennen
dat Synthese-politiek uitgesloten is. Ooat en
West zullen vrfl tegenover elkaar komen tc
staan. De Europeaan zal afstand moeten doen
van zijn superloriteits. en heerscherswaan.
De Regoering zal verstandig doen om door
hervormingen excessen te voorkomen. We moe
ten hervormen eer er om gevraagd wordt, an-
des krijgen we wat Britsch-Indië te zien heeft
gegeven. Tegenover de nationale beweging zal
dc Regeering. een ruim standpunt hebben in te
nemen in haar eigen belang.
Naar het oordeel var. ;>en heer Cramer waren
de jongste huiszoekingen, die niets van betee-
kenls hebben opgeleverd te beschouwen als
een pogen om de inlandsche volksbeweging tc
belemmeren. Het ten slotte gewezen vonnis
bevredigt het rechtsgevoel niet.
De nieuwe gouverneur-generaal zal een de
mocratische politiek moeten volgen.
Noodlg is voorts een fundamenteele wijzi
ging van de Indische staatsregeling. Er is op
den duur niet aan te ontkomen. Op zelfbe
stuur onder inlandsche leiding moet worden
aangestuurd.
Naar de meening van den heer v. Boetze
laer (C.H.) moet de bemoeiing van Neder,
land met de „inwendige aangelegenheden" van
Indië zooveel mogelijk worden beperkt. En ook
dient men te weten waar de grens ligt en
waaraan men toe Is, zulks in het belang van
goede wederztjdsche verhoudingen.
De politieke vrtJheld moet niet al te ruim
z(jn. In de laatste periode is er te veel on
vastheid en weifeling geweest Daarvan gaf
ook het optreden van den Regeeringsgemach.
tigde in den Volksraad blük.
Met "de algemeene richting in 1\<J. Regeerlngs
beleid kon do heer v. Boetzelaer zich wel ver
eenigen, maar de hand. die het roer hield, had
toch wat vaster en rustiger kunnen zijn.
Van groote beteekenls is. dat de band met
de omliggende koloniale gebieden is versterkt,
Op dit gebied is het tegenwoordig bewind wel
vruchtbaar geweest.
Met den minister was de heer v. Boetzelaer
het eens. dat Rcgeerlngs-ambtenaren tegen
over de non-Coöperatie-beweging buitenge
woon gereserveerd hebben te staAn in liet be
lang van het Nederlandsche gezag. Aan den
landve l d is het eindoordeel gelaten of de Re-
geerlngsgemaehtigde. die op dit gebied do
goede grenzen uit het oog had verloren, moest
worden gehandhaafd. De gouverneur-generaal
heeft echter eon verklaring aan den Volks
raad afgelegd, die sterk den indruk maakt
leof een conflict met den minister in het leven
rerd geroepen. Het moge echter zoo ver niet
komen!
Het algemeen regeerlngsbeleld moet zoo zon.
dat de Rlikseenheld er door bevorderd wordt.
Met pralen erover en met een geroep op de
Grondwet komt men niet ver.
De ontwikkeling der dingen is in ons Indië
an begin af in gezonder banen geleid dan in
Britsch.ndlë. We hebben den Volksraad als
open trTiune en daarom mag verwacht, dat ons
zal bespaard worden wat in Engelsch-Indiö is
geschied.
Wijziging der Staatsregeling zou een niet
onbedenkelijk experiment zijn; wanneer het
geschiedt moet het geleidelijk gebeuren en met
groote voorzichtigheid.
Het tijdig ingrijpen der Regeering heeft er
toe geleid, dat de bekende verzet-aotie ge
broken werd. Gebleken la. dgt, zij den toestand
volkomen beheerscht en over e«n uitstekenden
-inlichtingendienst beschikt. Over het gévallen.,
vonnis, dat nog hoogere Instanties moet door-
loopen. werd nog niet gesproken.
Bedenkelijk is, dat vanuit Nederland aan do
verzetplégers bU voorbaat steun is toegezegd.
Er schu.ilt ondermijning van ons eigen gezag
in. dit steunen van geweld door do soc.-dem.
De tijd Is nog niet gekomen van opheffing
der exorbitante rechten.
De overplaatsing van het DIgoel-kamp werd
toegejuicht.
Het financieel beleid der Regeering bespre
kend herinnerde de heer v. Boetzelaer aan
het tekort van bijna 130 millioen over het
dienstjaar 1930. Het vooruitzicht is dus niet
gunstig. Er zün nog steeds groote onzuiver
heden en dc profetie van den heer Cramer van
verleden laar. dat het diepste punt der depres
sie bereikt was Is volmaakt onjuist gebleken.
Het is daarom'beter aan zijn lichtvaardlgen
en onverschilligen raad van d|.maal om maar
groote buitengewone uitgaven tc doen. niet
het oor te leenen.
Bezuiniging is geboden: zelfs zullen z.g. vi
tale belangen niet altijd geheel kunnen worden
ontzien. De literaire faculteit aan de Indische
Hoogeschool Is op dit oogenblik niet bepaald
onmisbaar. Op de militaire uitgaven zal wei
nig meer te bezuinigen zijn, nu deze al zoo
sterk, misschien reeds te sterk, zijn besnoeid.
Maar er ziin andere objecten: salarissen, pen
sioenen. verloven, relsklassen en verlofstracte-
menten
Een Vermogensbelasting zou kunnen worden
geheven.
Het economische leven vertoont de crisis,
gevolgen, die alom zijn waar te nemen de
inlandsche bevolking lijdt daaronder het meest
Het blijkt hu van hoeveel belang de bloei der
culturen en ondernemingen is, ook voor de ln.
heemsche bevolking. In Engelsch-Indlë is de
toestand intusschen nog belangrijk ongunstiger
De voedselvoorziening zal veel zorg ver-
eischen van de bestuursambtenaren. Eveneens
de woekerbestrijding.
Tusschen het Moederland en Indië zal nauwe
samenwerking moeten bestaan in het belang
van de bevordering van den afzet onzer in-
dustrieele en andere producten.
Er werd op aangedrongen niet onnoodlg
vreemdelingen ln den staatsdienst op te nemen
Met het bespreken van het financieel ongun
stige perspectief der Indische begrooting be
gon de heer v. Kempen (Lib.) zjln rede. De
ïndische regeering Is zich aanvankelök te bui
ten gegaan aan veel te optimistische raming
der inkomsten. Niet gerekend is met de sterke
daling in de prtjzen der groote stapelproducten
We staan voor een groot tekort en alle krach
ten moeten worden Ingespannen om weer ln
veilig vaarwater te komen.
De regeering heeft een aantal maatregelen
in overweging. Maar ook in Indië moet bezui
nigingsbesef komen en desnoods moeten de
Gesprongen Handen
Schrale Lippen
Ruwe Huid
faiv&viacAl em cf&nzesi
Doos 30 en 60. Tub« 80 ct Bij Apoth en drogisten
E I c h
wat W 115 _LJ
DE SNEEUWPOP
diensten in hun uitgaven worden gerantsoe
neerd en stellig moeten alle luxe en overdrij
ving. die er zijn. worden afgesneden.
Met de algemeene politieke beschouwing der
Regeering stemde de heer v. Kempen volledig
i. Met nadruk werd gewezen op de noodzaak
m verscherping van rassentegenstellingen
tegen te gaan.
Mevr. B a k k e r-N ort (V.D.) bepleitte de
;noeming van een vrouw in den Volksraad.
Te 5 uur werd de vergadering gesloten.
AUTO-ONGELUK OP EEN ONBEWAAKTE
OVERWEG.
Nog goed afgeloopen.
Men meldt ons uit Utrecht:
Gistermorgen omstreeks kwart over 11 is
op den onbewaakten overweg bij Maanber
gen ter hoogte van den Scherpenzeelschen-
weg een ongeluk gëbeurd dat nog goed is
afgeloopen.
Tengevolge van de mist zag de chauffeur
van een mat graan beladen vrachtauto den
sneltrein van L'trecht naar Arnhem niet na
deren. Dank zij de tegenwoordigheid van
geest van den chauffeur, die op het laatste
moment nog gas gaf, werd de wagen alleen
nog aan den achterkant gegrepen, waardoor
deze een slag om maakte en naast de spoor
lijn omkantelde. De chauffeur, de heer Ver
steeg uit Scherpertzeel, bleef ongedeerd. De
trein had een half uur vertraging.
DE AUTOBUSRAMP TE BLERIK.
Onder groote belangstelling had te Horst
de plechtige begarfènis plaats van den 17-
jarigen Piet Moorrees die bij het autobus-
ongeluk te Blerik om het leven kwam.
Verschillende kransen dekten de kist, die
door de buurtbewoners grafwaarts werd
dragen.
Te Venray, waar de begrafenis der slacht
offers J. Swinckels en F. Winckens plaats
had, was de belangstelling nog grooter.
Tal van autoriteiten waren aanwezig.
Op het kerkhof werd het woord gevoerd
door een drietal heeren.
Een zoon van den heer Winckens dankte
voor de belangstelling.
BED RIE GE LUKE BANKBREUK.
Te Borne (Ov.) is op verzoek van den of
ficier van justitie aangehouden en overge
bracht naar de marechaussee-kazerne te
Hengelo, de dezer dagen alhier gefailleerde
winkelier J. V.
Hij wordt verdacht zich aan bedriegerij]
bankbreuk te hebben schuldig gemaakt.
ERNSTIGE AANVAHING
Door den mist
Ongeveer drie uur Vrijdagmiddag kwam
een stoom pont door den dichten miet in
aanvaring met het tjalkechip „De Volhar
ding", op weg van Antwerpen naar Gro
ningen met een lading ijzer aan boord.De
stoompont, die de dienst tusschen Enkhui
zen en Stavoren onderhoudt, trof de tjalk
dermate, dat de opvarenden van de tjalk
gedwongen waren van boord te gaan. Schip
per Van der Zande, van Lemmer, zijn vrouw
en zeven kinderen, werd aan boord van de
pont genomen. Naar de tjalk wordt nadien
gezocht Vermoedelijk is zij gezonken.
GESTRAND EN VLOT GESLEEPT.
Het Duitsche stoomschip „Frankfort" dat
tengevolge van mist ter hoogte van Terhei
den" op den strekdam is geloopen, is Vrijdag
middag te half vier door de sleepbooten
„Poolzee" en .^Blankenburg" van L. Smit
Co's Internationale Sleepdienst vlot ge
sleept.
NOODLANDING DOOR DEN MIST
Bij Nu mans-dorp heeft het. Engeleche sport
vliegtuig de GAATH, bestuurd door A.
Styran uit Landen, een noodlanding ge
maakt in verband met den dichten mist op
een stuk bouwland. Het vliegtuig was t-p
weg naar Amsterdam. Heden zal men weer
opstijgen en naar Amsterdam doorvliegen.
De machine is niet beschadigd.. De bestuur
der bekwam geen leteel.
TRAMBOTSING DOOR DEN MIST
Tengevolge van den dichten mist heeft
nabij Swinderen (Dr.) een botsing plaats
gehad tusschen twee trams. De materiee.e
schade is zeer aanzienlijk. Een machinist
werd uit de locomotief geslingerd en licttt
gewond.
Er was 's nachts een geducht pak sneeuw
gevallen en de jongens namen er 's morgens
dankbaar bezit van. Voordat de klok negen
sloeg en de schooldeuren geopend werden,
was er al menige kanonnade met witte ko
gels afgevuurd; men had elkaar gewas-
schen; men had sleedje gevaren enmen
had een groote sneeuwpop gemaakt: pijpje
in den mond, bezem in den an-n en als hoo-
ge hoed een oude mand, waai* niets meer
aan te bederven viel.
Uitgelaten van pret danste het jonge volk
je om den koudon, onbewogen reus.
Daar kwam een bedaagd vrouwtje, met
een groote takkebos op den rug. aangewan
deld. Ze bekeek den sneeuwman eens en
vroeg toen aan een van de jongens, dien ze
scheen te kennen: „Frans, wie moet dat
voors tellen?"
Frans was de kleinzoon van een barer
overleden vriendinnen. De jongen was door
't dolle heen en antwoordde lachend, en on
der den luiden bijval van zijn vriendjes:
„Dat is je overleden man, tante Lijs; die
kom je halen!"
De oude vrouw wachtte geduldig, tot het
rumoer wat bedaarde en zei toen tot Frans:
,,Mijn jongen, je beschimpt en beleedigt een
oude vrouw. Maar ik vergeef je dat en bid
God dat Hij het je ook vergeven zal. Maar
met de overledenen moet je niet spotten.
Voordat jouw sneeuwpop gesmolten is, kan
ik reeds daarboven zijn, waar ook mijn man
is. Maar ik ben niet de eenige, die door den
dood bedreigd word. Ook kinderen kunnen
sterven. Denk daar maar eens over. Laat je
leven God verheerlijken, dan zal het sterven
je gewin zijn! Dag kinderen!"
De woorden van tante Lijs sloegen in. Een
heelen tijd bleef het stil en ze was al lang
uit het gezicht verdwenen, voordat de vreug
de wee.r algemeen was.
Voor Frans was de aardigheid er eigenlijk
af. Hij gevoelde diep, hoe verkeerd hij ge
daan had, en, om eerlijk te zijn, 't was eigen
lijk heelemaal zijn gewoonte niet, zóó tc
spreken. Thuis werd hem wel anders voor
gegaan. De uitdrukking was hem in 't vuur
van 't spel ontsnapt.
's Avonds was hij' ongewoon stil en zijn
moeder zag wel, dat er iets niet ïh orde was.
Ze stond op 't punt er hem over te onder
vragen, toen hij haar als 't ware voorkwam
met het verzoek, hem den volgenden morgen
vroeger te roepen dan gewoonlijk, omdat hij
nog een plicht te vervullen had. Daarbij
scheen zijn goede stemming terug te komen
en moeder vroeg niets, terwijl Frans kort
daarop naar bed trok.
Den volgenden morgen was Frans al vroeg
op. 't Had weer gesneeuwd, maar dat vond
hij heel goed. „Ik zal er des te vermoeider
door worden, en dat zal de straf zijn, die ik
verdien."
Een uur later opende Frans de achterdeur
van tante Lijs, en voordat het oudje nog bij
hem kon zijn, riep hij haar toe: „Tante Lijs,
daar is wat brandhout. Het weer is voor u
te slecht om er uit te gaan!" Zoo ging het
ook de beide volgende morgens; tante Lijs
kon niet zoo vlUg_zijn„oL de jongen.was weg.
als ze hem wilde bedanken. Den vierden
morgen ging ze echter op de loer staan en
toen Frans de deur opende, greep ze hem
bij de hand en zei: „Nu moet je even binnen
komen. Als je wilt. dat ik jouw hout. aan
neem, zul jij ook mijn dank moeten aan
nemen." En hem toen voor zich houdende,
zei ze: ..Wat beteekent je gedrag eigenlijk,
mannetje?"
„Tante Lijs, ik moet uw vergiffenis ver
dienen."
„Eu ik heb je al vergeven, dadelijk nadat
de woorden je ontvallen waren."
„Maar zou God mij ook willen vergeven?
„Zou God minder gaarne vergeven, dai
oude tante Lijs? Heb je Hom al om verge-
ring gevraagd?"
De jongen aarzelde. De oude vrouw trok
hem met zich mee en in de warme kamer
sprak ze en bad ze met hem, zoodat hij op
gelucht naar huis ging.
„Tot morgen! riep hij haar nog toe, maar
zij zei met nadruk: „Nu, je, weet het, mijn
jongen, ik wil geen hout meer van je heb
ben!"
Doch hij trok een gezicht, alsof hij wilde
zeggen: ik ga toch mijn gang!
Óndanks haar verbod had tante Lijs den
jongen den volgenden morgen toch verwacht
Ze wist wel, hoe Frans was.
Maar hij kwam niet en den volgenden mor
gen ook niet Ze werd ongerust, de oude
vrouw. Zou het ventje ziek zijn? Ze wilde
het hare er van hebben. Ze pakte zich zoo
goed mogelijk in voor de kou en de sneeuw
en ging naar het dorp. 't Kostte -haar weinig
moeite, gewaar te worden, dat haai* vrees
maar al te gegrond was. De jongen was ziek
en de dokter had gezegd, dat het pokken
waren.
Frans was er langen tijd slecht aan toe
en geregeld moest er 's nachts bij hem ge
waakt worden. Tante Lijs had aangeboden
te helpen, en die vriendelijke hulp werd
door de ouders met dankbaarheid aanvaard.
Daardoor konden ze zelf op tijd eenige rust
genieten en was voor niemand de taak te
zWaai*.
Zoo zit tante Lijs weer op een avond laat
bij den zieke. De gansche kamer is in don
kere schaduw gehuld, behalve vlak bij de
tafel, waar een kleine lichtkring veroorlooft
te lezen of te breien. Maar .zij, die waakt,
zit ook in de schaduw.
Frans wordt wakker uit een verkwikken-
den slaap.
„Moeder, ben ik al niet lang ziek ge
weest?"
„Al drie weken, kind!"
„Wat zou er wel van tante Lijs geworden
zijn? Ze zal denken, dat ik haar vergeten
ben. en dat is toch niet zoo. Ik heb haar zoo
beleedigd en zij is zoo goed voor me geweest.
Zult u haar twintig takkebossen geveu,
dankbaarheid dat ik weer beter ben?
Frans hoorde snikken; hij schoof de gor
dijnen op zij en herkende zijn oude vrien
din. Zij van haar kant bleek haar aandoe
ning niet meester en omhelsde, zander aan
besmettingsgevaar te denken, haar kleine
vriendje.
„Hoe zou het met de sneeuwpop gaan?"
„De regen heeft hem gesmolten."
„Als er nog meer sneeuw komt, zal ik er
weer een maken en ik zal een paar takke
bossen op zijn schouder leggen, om mij aan
mijn, zonden, aan de vergeving en aan mijn
genezing te herinneren."
(VLUG KOKENDE
HAVERMOUT)
BRANDEN.
Te Termunten (Gr.) is door onbekende
oorzaak de woning bew oond door B. Ooster-
veld totaal afgebrand. Alles was laag ver
zekerd.
BOERDERIJ-BRANDEN IN FRIESLAND,
Enorm veel vee in de vlammen.
Hedenmorgen om 5 uur brak brand uit in
de boerderij, bewoond door 4en veehouder
Krol te Follega (Fr.): In ruim een uur tijds
w-as alles tot den grond toe afgebrand. Drie
en dertig stuks vee kwam in de vlammen
om. De oorzaak moet gezocht worden in het
omvallen van een lantaarn. Alles was ver
zekerd. De boerderij behoorde in eigendom
aan P. Wina aldaar.
Men meldt ons uit Heerenveen:
Hedenmorgen omstreeks 6 uur is door het
omvallen van een lamp in de schuur, al
waar het hooi in brand geraakte, het boer
derijtje van T. Dijkstra te Gersloot. tot den
grond tóe afgebrand. Niets kon worden be
houden. Een paard en eenige koeien kwa
men in de vlammen om.
ELECTRICITEITSSTORING TE IJMUIDEN
Een storing in het electriciteitsnet te
IJmuiden, veroorzaakt doordat een bagger
molen in de Buitenhaven een kabel bescha
digde, is eerst Donderdag kunnen worden
opgeheven.
Vanaf Dinsdagavond heeft men in den
vuurtoren van de noodverlichting gebruik
moeten maken, terwijl verschillende haven
lichten en woningen van stroom verstoken
waren.
en, jij kykt sikkeneurig
Door de tyds-omstendiglïöd;
Jou slaat op 't gezicht te lezen.
Datjyaan.malaise'lydh
Weel je,waarom, ondanks alles.
Ik zoo vtoolyk.glunderkyk?
Door müti pijpje D0UWE EGBERTS
Ben ik RbthschHdt nog te ryk
cbKt
20-50 ct. per ons
verschaft U molken, vanyenot
ZONDAG 22 FEBRUARI
HUTZEN (298-8 M). NC.H.V. 9.50 Kerkdienst
anuit de Evangelische Gemeente (Wetering-
kerk) te Amsterdam. Voorganger; Ds. P. ven
Vliet, te Amsterdam. Organist: de heer Jac. v.
d. Bijl, te Amsterdam. 1. Orgelspel. 2. Zingïut
Psalm 105: 1 en 3. 3. Votum en Z6gengr<->e%
4. Schriftlezing: Romeinen 3 1021. Gebed.
6. Zingen: Gezang 38 2 en 5. 7. Prediking naar
aanleiding van Job. 8 11L Onderwerp: ..Ten
doode gedoemden toch gered!" 8- Zingen:
Gezang 61-.: Ia. 9. Dankgebed. 10. Zingen: Ge
zang 36 2 cn 3. 11. Zegen. 12. Orgelspel.
5.20. Kerkdienst vanuit de Geref. Kerlt
(Bethelkerk) te Den Helder. Voorganger. j>s.
F. Tollenaar. Geref. predikant te Den HeJder.
Organist: de heer J. A. v. d. Vliet. 1. Orgelspel»
2. Votum eh Zegen. 3. Zingen: Psalm 23 1. 4.
Voorlezing der Apostolische Geloofsbelijdenis.
5. I/ezing der H. Schrift: 2 Tim. 4 618. 6,
Gebed. 7. Zingen; Psalm 86 1 en 3. S. Lezing
van den tekst; 2 Tim. 4 1618. 9. Eerste ge
deelte der prediking. 10. Zingen: Psalm 52 7.
11. Tweede gedeelte der prediking. 12. Dank-
•cbed. 13. Zingen: Psalm 33:10. 14. Zegen. 15.
gebed. 13.
Orgelspel.
MAANDAG 23 FEBRUARI
HUIZEN (298.8 M.). N.C.R.V. 8.— Tijdsein.
8—8.15 Schriftlezing. 8.15—9.30 Concert. 10.30
Tijdsein. 10.3011 Korte Zlekendienat, te leiden
door Ds. N. P. E. G. van Ucbelen. Ned. Herv.
Predikant te Hilversum. 1111.30 Lezen van
Chr. Lectuur door mej. J. C. M. Doyen, te Hil
versum. Voorgelezen wordt: „Het lied van on
zen Syrlschen Gaét" van W. A Knight 11.30—
12.30 Gramofoonplatenconcert. 12.30 Tijdsein,
12.301.45 108e Orgelconcert, vanuit de Herat.
Evang. Luth. Kerk aan den Kloveniersburgwal,
te Amsterdam, door den orgelist dier kerk. den
heer Jan Zwart. 1.452 Gramofoonmuzlek. 2.—
Tijdsein. 22.35 Uitzending voor Scholen. Spre
ker: Zendeling J. L. D. v. d. Roest, te Utrecht,
Onderwerp: „Van een Papoeache hoofdman en
een krokodil". 2.353.15 CauSerie over; „Dn
rozen in het voorjaar", door den heer A. J.
Horwig. te Bussum. 3.15—3.45 Cursus Knippen
en Btofvereieren. te geven door het Instituut
E.N.SJLLD.. Tolsteeg-singel 54, te Utrecht 3.45
4 Verzorging van den zender. 4.Tijdsein.
45- Ziekenuurtje. te lelden door Ds. G. W. Ak
kerhuis, Geref. Predikant te Maassluis. Muzi
kale medewerking- verteenen: -mej.' C. de Jager
zang; C. v. Drieënhuizen. harmonium. 1. Zingen?
Psalm 3 12. 2. Gebed. 3. Schriftlezing: Psalm
37 I19. 4. Eerste gedeelte der toespraak over
Psalm 37 5. Wentel uwen weg op den Heere.
en vertrouw op Hein; HIJ zal het maken. 6. Zin
gen: Psalm 147 6. 6. Tweede gedeelte der toe
spraak. 7. Gebed. 8. Zingen: Psalm 56:5. 5.—
Tijdsein. 55.45 Cursus Handenarbeid voor on
ze Jeugd, door den heer H. J. Steinvoort, te. Hil
versum. Onderwerp: „Het maken van oen lang
werpig bakje met schuine kanten". 5.457 Con
cert: mej. M. Kalff te Hilversum, viool. Mevr.
L. M. S. LekkerkerkerDe Jong. cello. Mej. 8,
Boeke te Utrecht, piano. 7. Tijdsein. 77.80
Halfuurtje voor do Rijpere J^ugd. Spreker: da
heer Ci Tabak. te Amsterdam. Onderwerp:
„Jeugdleven'*. 7.307.15 Gramofoonmuziek. 7.45
10.15 Uitvoering van het Oratorium ..Ellas" van
F. MendelssohnBartholdy door de Chr. Ora
torium-Vereen. „Con Aroore". tc Lelden. Direc
teur D. Smink. Het concert vindt plaats in do
Stadsgehoorzaal, te Leiden. Solisten- mevr. So
phie BotHaas, te Rotterdam, sopraan; mevr.
Jo v. d. MeentWalter, te Amsterdam, alt: Theo
de Vries, te Bllthoven. tenor: Jac. Ph. Caro. te
Utrecht, bas. OrkMt-' de Hagrlemsche Orkest-
Verecniging. In de pauze; D». J. H. Vaandra
ger. vkiotpredlkant, te Den Helder. Onderwerp:
„Curagao". 10.1510 25 Persberichten. 10.25—
11.30 Gramofoonplatenconcert.
HILVERSUM (1875 M V.A.R.A. 9.— Gra
mofoonmuziek. V.P.R.O, 10.Morgenwijding.
V.A.R.A. 10.16 Voordracht. 10.30 Ziekenuurtje»
11.30 Gramofoonmuzlek. 12.Politieberichten.
12.15 Concert. 1.45 Verzorging zender. 2.15 Gru-
mofoonmuzie-k. 2.30 Muziek en Voorlezing. 3.43
„De Vegetarische Keuken". 4.15 Gramofoonmu
zlek. 5.30 Orgelspel. 6.Zangvoordractft- 6.3b
Concert. 7.30 Politieberichten. 7.15 Veillgheide-
kwartlei;tje. 8.10 Concert. 9.Voordracht. O.Sfc
Zang en Piano. 9 45 Concert. 10.15-Zang en Piano
10 30 Concert. 11.Persberichten. 11.10 Gra
mofoonmuzlek.
KATHOLIEKE RADIO OMROEP.
Nieuwe Studio te Hilversum.
Naar wij vernemen zal op 7 Maart a.s, in
het gebouw aan de Emmastraat te Hilver
sum de opening plats hebben van de nieuwe
studio van den K.R.O.
DOODELIJK AUTO-ONGELUK.
Te Zuiderveen bij Winschoten is het doch
tertje van Bodewes door een vrachtauto
overreden en gedood.
FEUILLETON
door AMY LE- FEUVRE.
(13
Mat dit plan stapte Teddy er heen; maar
liet i6 nioeilijker een schaap terug te bren
gen naar de plaats, waar het hoort, dan om
het near buiten te lokken. Teddy bevond
dat ook. Hij zag roorl en warm, en zijn stem
was he es c.h van het schreeuwen, toen op
eens de boer op het toon eel verscheen.
„Jouw kleine deugniet!" riep hij, terwij]
hij op hem toeiiep met een dikken stok in
de hand. „Laat mijn schapen met rust. Hoe
durf je op mijn land te komen? Altijd haa.l
je toch het een of ander kattekwaacl uh."
Teddy bleef rustig staan, totdat de woe
dende man ook wat dichtbij was gek jokd.
Toen keek hij hem recht ui het gelaat en
zei*
..Ik was bezig, ze terug te ja.gen. Kijk.
daar is het gat. waar ze door gekomen zijn."
Dat zal wel waar wezen. Weet je. wat ik
denk? Dat jij dat gat in de haag gemaakt
hebt
Teddy kreeg een kleur als bloed.
„Ik vertel nooit een leugen!" riep hij u't.
„U is een
Hij hield op en liet zijn hoofd beschaamd
hangen.
Jonathan Groen keek hem vol verbazing
aan
„Zou ik mogen weten, wat je daar net
wou zeggen," zed hij op strenger, toon.
Teddy keek op. „Ipse wou zeggen, dat u
feil een leugenaar was, maar ik heb hem
nog in tijds tegengehouden."
„Ik geloof haast, dat jij niet heelemaal
du orde bent," zei de boer. „Wat ging het
je aan dat die schapen wegliepen?"
„Ik wou u helpen. Ik heb er zoon spijt
ran dat ik u laatst vastgebonden heb. en
ik moet u liefhebben. Ik da-cht, dat het dut
een goed ding zou zijn, ads ik de sohapen
weer terug joeg."
„Moet je m ij liefhebben?" herhaalde boer
Groen op spotten den toon en zette groote
oogen op. .Wanneer heb ik je gevraagd, of
je mij lief wou hebben?"
„Ik denk niet. dat het u wat schelen kan"
zeri Teddy opgewekt, toen hij zag dat de
stok inplaats van over zijn hoofd gezwaaid
te worden nu veilig op den grond rustte;
„maar ik moet u liefheben, ziet u, omdat
de banier, die ik voor mijn Kapitein zwaai,
Liefde is, en ik dus iedereen moet liefheb
ben."
Boer Groen gaf geen antwoord, en Teddy
vervolgde met len grootsten ernst*
„Zou u denken, dat u het mij vergeven
kon en mij e^-n hand geven? Als u dat kon
doen. zou ik u gemakkelijker kunnen lief
hebben."
De kleine jongen keek hem zoo eerlijk
aan met zijn blauwe oogen, zijn gevoelig
mondje trok zoo zenuwachtig, dat boer
Groen er door getroffen werd.
„Ga even mee naar huis," zei hij „dan
zullen we hooren, wat mijn vrouw tegen je
te zeggen heeft."
Teddy volgde 'hem zonder eenig wantrou
wen, en de boer nam hem mee naar de
groote keuken waar zijn vrouw naast den
haard zat te breien, en zijn dochter de ta
fel dekte.
Mary Ann", zei boer Groen, „hier is de
kleine rekel, -hou hem hier totdat ik terug
kom. Ik moet een paar schapen, die weg-
geloopen zijn, even terughalen." Dit zeg
gende deed hij de deur met een slag achter
zich dicht en verdween.
Teddy gaf de beide vrouwen een hand
en ging toen in den grooten 6toel aan den
anderen kant van den haard zitten,
„Wat heb je nu weer uitgehaald?" vroeg
juffrouw Groen. „Kan je moeder je nu
maar niet beletten, om aJtijd kwaad te
doen?"
„Ik heb niets gedaan, heusdh niet," zei
de arme Teddy.
Hij probeerde hun de zaak uit te leggen,
maar toen zij hem niet schenen te begrij
pen, veranderde hij heeQ handig van onder
werp.
„Waar houdt boer Groen het allermeest
van?" vroeg hij.
Juffrouw Groen was sprakeloos van ver
bazing maar haar dochter schoot in den
lach.
„Kruisbessentaart," zei ze. „En wat wou
je nog meer weten?"
Teddy gaf echter geen antwoord en zei
ook nieis meer totdat de boer terug was.
„Zou je het willen gelooven. dat onze
kleine vriend, hier, van plan is zijn leven
te beteren?" vroeg boer Groen aan zijn
vrouw terwijl bij in den grooten stoel ging
zitten, waaruit Teddy bij zijn binnentreden
dadelijk was opgestaan.
„Ik heb niet veel vertrouwen in jongens",
zei juffrouw Groen, hoofdschuddend. „Ze
zijn allemaal precies hezelfde en als ze je
nemen kunnen la ton ze het niet,"
„Je hoort, wat mijn vrouw zegt. Uit dien
hoek.behoef je dus niet op hulp ie rekenen;
maar ik zal je nog een kansje geven. Zou
je-wel thee bij ons willen blijven drinken0"
„Ik zou het wol willen doon," zei Teddy
met. een glimlach, „maar moeder heeft ge
zegd, dat ik voor de thee thuis moest zijn.
Mag ik nu gaan? En heeft u mij vergeven,
wat. ik laatst gedaan heb?"
Boer Groen stak eon .harde vereelte hand
uit. en nam de hand van den kleinen jon
gen in de zijne.
„Hier heb je mijn baud er op," zei hij
met iets, dat op een glimlach leek. „Als je
werkelijk spijt er van hebt dan wil ik het
je natuurlijk wel vergeven."
Teddy ke-ek hem zoo onschuldig aan, dat
de boer hem een klap op zijn schouder gaf
en zei: „Nou, ga maar gauw naar huis. De
vrede is ge teekend tusschen on6."
En terwijl Teddy wegrende, zei hij bij
zichzelf: „Ik zal moeder vragen of zij de
taart bakt, en dan zal ik zelf de kruisbes
sen plukken, en dan zal hij wel begrijpen,
dat ik hem liefheb."
Boer Groen begreep er niets van. toen
enkele dagen later een paar jongens op
weg naar school een pakje bij hem afgaven
Nog meer verbaasd was hij, toen hij het
pakje opendeed en er een taart met klap
bessen in zat, waar een stukje papier op
vast gehecht was, waar met een kinder
hand op geschreven stond: „Van uw lief
hebbende Teddy."
Zijn dochter kon hem echter de zaak ver
klaren. en zij hadden samen groote pret
over Teddy's manier, om een vriendschaps
verbond te bezegelen
HOOFDSTUK IX
Verloren
Onze kleine krijgsman was niet in één
dag volmaakt, maar zijn moedey was toch
dankbaar te zien, dat hij wat liever'en min
der onbedachtzaam was. Hij nas niet miri-
der vroolijk en was ook nog altijd de hoofi
leider bij alle spelen, maar hij haalde niet
meer zooveel kattekwaad uit. Nancy was
soms een groote beproeving voor hem cu
toch, hoewel ze altijd van meening velschil
den, konden ze niet best buiten elkaar.
Toen kwam Nancy's vader, en Teddy
werd op thee gevraagd, en hoorde de won
derlijkste verhalen van den grooten man,
dae hoewej ruw van stem en manieren een
heel zacht plekje in zijn hart had voor zijn
dochtertje.
Teddy luisterde vol bewondering toe, en
Nancy was voldaan over zijn blijkbare be
langstelling; maar toen bij thuiskwam, en
ze hem vroegen naar zijn bezoek, zei hij:
„Nancy's vader ie heel aardig, maar nij
kan niet halen bij het portret, dat ik van
vader heb in zijn mooie uniform, en zijn
stem is zoo grof en heesch, en hij lacht zoo
hard."
Het was, nadat Na-ncy'e vader weer ver
trokken was, en de mooie zomerdagen ten
eande liepen, dat Teddy en Nancy op zeke
ren middag samen gingen vieschen. Dat
was tenminste hun plan, maar als iemand
ze daar had zien zitten op de lage sfeenen
brug, met hun lijn los in het water han
gend, en druk pratend en lachend, zou hij
niet verbaasd zijn geweest, dat ze niets vin
gen. Eindelijk klommen ze maar weer van
de brug en vervolgden hun weg langs het
jaagpad, toen op eens Nancy Teddy er attent
op maakte, dat zijn knoop bijna loshing.
„Hij hangt nog maar aan éen draadje!'
riep ze. „Je zult hem nog verliezen."
„Gisteren heb ik al tegen moeder gezegd,
dat hij losging. Ze zegl. dat ze niet anders
doel, dan dien knoop aannaaien. Ik zal hem
er maar afhalen en in mijn zak steken.
Wat. moest ik beginnen, als ik -hem eens.
verloori"
Mateen trok hij ei* aan. en de knoop
schoot, los, roanr glipte uit zijn hand en
rolde over het pad naar Nancy toe. De ver
leiding was te groot voor haar. Ze pakte
den knoop op en omklemde dien stevig
met haar kleine hand.
„Geef hem mij dadelijk terug/' riep Ted
dy, bevend van opwinding.
Nancy's donkere oogen tintelden vin
stoutheid.
„Nu heb ik hein toch eindelijk!" riep re,
„en ik neem hem mee naar huis en laat
hem op mijn jekker zetten."
„Als je hem niet dadelijk geeft, dan vecht
ik met je", riep Teddy. „Hij is niet ven
je. Als je hem houdt ben je een dléf. Geef
hem dadelijk op!"
„Zal ik hem in het water gooien?" vroeg
ze.
Teddy nam een sprong naar voren, en er
volgde een worsteling. Hij probeerde haar
handen open te maken, en zij klemde ze
steeds vaster toe. Eindelijk slaakte Teddy
een kreet van blijdschap, want Nancy's vii
per» lieten eindelijk los. maar de knoop
vloog door den bohok een eind weg en rol
de in het water.
Nancy slaakte een kreet, van schrik, tnaar
Teddy sprong zonder een geluid te geven
met zijn hoofd naar beneden het water ;n.
Hij deed het natuurlijk geheel ondoordacht
Hij was een goed zwemmer, en één oogen
blik sloeg Nancy hero in ademlooze stilte
gade. Maar toen zijn hoofd weer boven wa
ter kwam, leek hii half versuft en rlop mst
zwakke 6tem: „Help, ik verdrink!"
(Wordt vervolgd.)