DINSDAG 10 FEBRUARI 1931 TWEEDE BLAD PAG. 8 Kussens van sneeusv (Langs de ijsbaan van Maloja in Zwitserland OP SKI'S NAAR SCHOOL. In Oberstdorf. een der Duit- QUO VADIJ5? In tegenwoordigheid o.m. van den burgemee sebe wintoi>|>ortplaatsen, komt een deel van de leerlingen van Vcnlo. den lieer Berger (met hand aan paal) plaatste gist< op ski's naar school. Zelfs wordt de sport er als leervak de beer C. O. H. Peters, voorzitter van den B.B.N., aldaar, de ee bedelend. der 34 door zijn bond beschikbaar gestelde wegwijzers. BOOR DE LUCHT NAAR INDIK. Met behulp van een drijvende kraan werden gisteren twee wagons, voor rekening van de Staats, spoorwegen op Sumatra bij Allan Co. gebouwd, in liet s.s. „Soe- kaboeini" geladen. ECONOMIE EN FIN ANCIEN N.V. HANDELS- EN LANDBOUWBANK HET ACCOUNTANTS-RAPPORT UITGEBRACHT Het toegezegde accountantsrapport, betref fende hel onderzoek van de adüii nistra tie van de N.V. Handels-.en Landbouwbank te 's Graveabage en ter informatie naar de oorzaken welke geleid kunnen hebben tot de tegenwoordige moeilijkheden, is thans uitgebracht door het accountantskantoor Van Dien, Van Uden en Co., te Amsterdam, Den Haag en Groningen. Aan dit lijvige rapport ontlcenen wij, dat van 'ie vorderingen op debiteuren ad totaal f 3.688.050.36 naai dé voorloopige rekenin gen aantoonen, ongeveer f 454^.333.on'ii- baar zijn. Daarbij ourt opgemerkt, dat de ramingen welke tot dit bedrag hebben ge leid, op meer dan een punt onzeker zijn. Behoudens de gewone vraagstukken, betref fende de insolvabiliteit der debiteuren, be staan ook vragen van zuiver juridischen aard en daarnaast ook weer van administra tief karakter. Elke raming moet dus zeer globaal blijven en het rapport h°.-ft hij de raming de minst gunstige kan.en als richtsnoer genomen- Het rapport herinnert eraan, dat de Bank zich blijkens eigen mededeelingen garant heeft «es eld voor de verplichtingen van de stichting ..De Spaarbank van de Han dels- en Landbouw bank". Rekening hou dend met de mogelijkheid, da» de nakc. mine dezer garantie in rechten wordt ge vorderd. concludeert het rapport, dal de uitbetaling aan concurrente crediteuren der Bank, bij bet slagen der actie niet hon ger map worden geraamd dan 30 pet. mr wijl dan aan de crediteuren- der Spaar bank. in totaal 37 pet. kan worden ui'ge fcperd Voor he' geval de spaarders als ««•- wotie schuldfischecs der Brink zullen moe t»n worden opgemerkt, wordt de uitkee- ring aan concurrente crediteuren op 38 pel. getaxeerd. Het rappor' geeft vervolgens een al.se- Oieen historisch overzicht van de Bank. Daarin wordt Opgemeik', dat na het over lijden van den eenen directeur willen Mr F. Eemhout de andere de heer I W. M«*k- king in eigen kreeg, de bevoegdheden, bij de statuten aan de directie verleend en hiermede verdween de rem. wolle bijna steeds door het toezicht en de vereisc'.te medewerking van een medc-directo.ur wordt, gevoeld. Naar de rreetiing van het rapjiort zijn ui het beheer der bank, reeds zeer langen lud ernstige fouten..gèmaakt. Het is af te keu ren, dal de van spaarders ontvangen gel den, nooit afzonderlijk zijn belegd, doch alle in liet bedrijf der Bank zijn opgeno men. Ook de wijze, waarop de gelden uit deposito's en prolongaties ontvangen, wer den besteed, moet gelaakt. Wanneer men de balansen overziet, valt bet op. dat de li- ouiditeits-pnsitie van de Bank, niet vol deed aan de eisChen, die men moet stel len, indien belangrijke sommen, uit, hoofde in deposito's en prolongaties Worden ont- mgen. Ook de organisatie voldeed niet aan de eischen, die men aan de administratie van Bank. met een zoo groöt aantal bijkan toren mopt stellen. Uitvoerig zet het rapport uiteen, dat de directeuren van de bijkantoren een te groo- te zelfstandigheid hadden en dat er een on- oldoende, liever een ontbreken van een controle dier kantoren door het hoofdkan toor was. Het vermoeden, dat ook vroeger reeds de kwade kunspii verbonden aan de verschil lende credieten, niet ferm genoeg on l yr de oogen zijn gezien, schijnt niet ongegrond: Het valt te betreuren, dat in htt janr- verslag van 1933, de directie te optimis tisch is geweest, evenals voordien, naar het rapport nader illustreert. •klaring der directie dat met af schrijving van 50 pet. op het kapitaal „alle J" is geleden en JiPt lichaam weder kerngezond wordt" wordt door de thaiis stateerde feiten gelogenstraft. Ook de uitspraak in datzelfde jaarverslag dat op de kwade pos'en geen rente werd bijge hoekt'' is alleen te aanvaarden indiert men niimte laat voor een zeer groot verschil van meaning t. a. v. ..kwade posten". rn een apart hoofdstuk he^ beleid van den thans geschorsten diFecteur den heer T W Mekking, besprekend merkt het rapport op, dat vast staat, dat de directeur M. van een mede-directeur last moet hebben onder vonden. Niets toch geeft grond voor de gedachte, alsof wijlen de heer Fernhout, wetenschap zou hebben gehad van verschillende niet oorbare handelingen van' zijn mede-direc teur. Ons, zegt het rapport, is althans daar van niets gebleken. Zoo is ook te verstaan, dat de directeur M., tóen na het overlijden van den heer F. keer op keer iri den Raad't van Toezicht gesproken is over de vervul- j ling van die vacature, zich' daartegen heeft zet. i de i ustus 1927 en 25 November van dat jaar, getuigen Met de feitenkennis, zooals die thans is verkregen, valt gemakkelijk te verstaan, waarom inderdaad de directeur M. weinig lust gevoelde om zich voor de aanstelling van een tweeden directeur in te spannen En het is nu ook begrijpelijk, dat reeds vele jaren lang de directeur M. geen initiatief kon nemen tot de organisatie van eed eigen controle-afdeel ine en hij zich ook steeds ver zette tegen de aanstelling van een ac.coun tant. In het bizonder van de laatste jaren meet gezegd worden, dat de verleeriing van ere- lieten, op zonderlinge wijze soms is geschied en dat de behandeling van 'minderwaardige vórderingeff alles te wenschen overliet. Van een ernstig aanpakken van allerlei debiteu ren blijkt niet. veel. Wat de balansen der laatste jaren betreft, zijn de afschrijvingen op dubieuse debiteu ren zeer en zeer onvoldoende geweest Zeer ernstig is ook, dat op tal van rekeningen, die naar de meening van het rapport als „doode" rekeningen moeten worden be schouwd, jaar op jaar rente is bijgehoekt Het rapport illustreert dit met enkele feiten. Wij aarzelen niet, zegt het rapport, op grqnd van de geconstateerde feiten, de ad ministratie en balansen (Ier laatste jaren kort weg.misleidend te noemen. Behalve op feiten die op misleiding dui den, moet ook gewezen worden op handelin gen, welke vermoedelijk niet andere mogen genoemd worden dan vervalsching (of: doen veryalschen) der boeken en verduiste ring. Ook hierv.ap geeft het rapport voorbed den.' en merkt dan op, dat de directeur \L, behalve" aan misleiding door onjuiste admi nistratie en balansen, zich daaraan ook schuldig tnaakte t. a. v. de leden van deii Raad'van-Toezicht,'door-hen mondeling on ware inlichtingen te verstrekken. Zoo blijkt uit dq notulen van dien Raad, d.d. 2 Juli 1930. hoe hij een juist antwoord op de vraag waarom zijn eigeu rekening zulk een groot debet-saldo, naa-st een gering onderpand toonde, heeft vervangen door de onwaarheid dat het effectenonderpand niet goed was op gegeven. Ook de notulen van 5 Juni 1929, 4 Juni 1930 en 5 November 1930 geven daar van bewijs. Wie de ontwikkeling, zoo besluit het rap port, dat 23 vel folio bevat, welke de zaken dezer vennootschap hebben genomen, van nabij leert kennen, kan zich slechts erover verwonderen, dat deze in onkunde en mis leiding gevoerde onderneming, zoo lang kou staande blijven. Aan het rapport is toegevoegd een staat van Baten en Lasten per 30 November 1930. Die van de Baten sluit met een eindcijfer van f 1.710.694,08 en die der Lasten met I 4.949.026.33. Het Advies van Bewindvoerders aan de Rechtbank. Geen Sur- ceance van betaling. De door-de rechtbank d.d. 27 November 1930 benoemde bewindvoerders van de N. V. Handels- en Landbouwbank te 's-GraVen- liace, de heeren .Tbr.. Mr. E. C. U. van Doom, Advocaat en Procureur te 's-Gravenhage, J. v. Eek, Dir. van de Ned. Middenstandsbank te Amsterdam en Mr. H. M. de Vries, Pro curatiehouder bij de Holland Buitenland- bank te Den Haag. hebben aan de rechtbank rapport uitgebracht van hun werkzaamhe den en bevindingen. Zij verwijzen daarin naar het krachtens de door hen gegeven opdracht uitgebrachte accountants-rappor» en merken op. dagelijks toezicht te hebben gehouden op het bedrijf en door bestudee- rina van de dossiers, besprekingen met de betrokkenen en bezoek aan de bijkantoren, zich zoo goed mogelijk op de hoogte hebben gesteld van de geschiedenis dor Bank, haar huidige positie en van de gevoerde gestie, zoo van haar bestuur als van de leiders der bijkantoren. De berekening van het voor Crediteuren te venvachten percerft^ge, hangt af van het standpunt dat uiteindelijk zal moeten wor den ingenomen ten opzichte van de onder- lipge verhouding van deze vennootschap en de Stichting „Spaarbank van de Handels- en Landbouwbank". Bewindvoerders rejeveeren het gerezen irjeeningsvèrschil terzake en merken op aat een percentage van 20 pet. en zelfs van 28 pet. naar hun meening te gering is, dan dat gezegd zou kunnen worden, dat het vooruit zicht bestaat dat de vennootschap na ver loop van tijd haar schuldeischers zal kun nen „bevredigen". Reeds op dien grond m«e- nen zij tegen de verleening der surceance te moeten adviseeren. Voor dit advies von den zij mede een grond in hetgeen hun ge bleken is uit de bij de Bank gevoerde gestie Op grond van het ondereoek en het rapport met nadere toelichtingen der accuuniuiits, moeten Bewindvoerders als hun mecning uitspieken, dat de deconfiture der Iiandels- en- Landbouwbank voor een zeer groot deel te wijten is aan wanbeleid en wanbeheer, falrijk zijn de voorbeelden dut de leiders dezer bankinstelling in strijd handelden mot de eerste vereischten van goed benkbeleid en gezonde crediet-politiek. Een ongemotiveerde expansiezucht leidde in 1918 reeds tot het overnemen van het be drijf eener bankiersfirma, met oen crediteu ren-portefeuille, waarin zeer belangrijke ri sico's en zelfs reeds vaststaande verliezen aanwezig moesten worden geacht. De wijze waarop deze overneming tot stand is geko men, geeft blijkt van groote lichtzinnigheid. Een dergelijke transactie, doch van be scheidener omvang, vond eénige jaren later nogmaals plaats. Beide overnemingen heb ben de Bank zeer belangrijke verliezen be zorgd. De crediet-verleening kenmerkte zich door een even groote lichtzinnigheid en door een bijna misdadig optimisme. Niet alleen wer den vele credieten verleend lot bedragen welke buiten verhouding stonden tot d.: in nerlijke kracht der Bank, doch in zeer veel gevallen geschiedde deze crediet-verleening, zonder dat de bank-directie eenig inzu hl had verkregen in de financieele verhouctin gen, het weerstandsvermogen en de rentabi liteit van het credietvragend bedrijf. Boven dien liet de dekking in vele gevallen alles te wenschen over. I)e als gevolg van deze poiitiek onvermij delijke verliezen zijn jarenlang gecamou fleerd, door allerlei manupulaties, waarbij o. a. de methode om de betrokken zaak om te zetten in een N. V., welke dan opnieuw crediet kreeg, terwijl de aandeelen dier N V. in onderpand werden genomen voor het oude crediet, meer dan eens werd toegepast. Hier bij komt, dat, naar de meening van Be windvoerders, de controle op de bijkantoren ten eenenmale onvoldoende was, met het ge volg, dat op verschillende der bijkantoren handelingen hebben plaats gehad, die niet alleen met gezonde bedrijfsopvattingen niei te rijmen zijn. doch zelfs rondweg als ontoe laatbaar gekwalificeerd moeten worden Bewindvoerders meenen de vraag te moe ten stellen, of in bet licht der feiten, zooals die thans bekend geworden zijn, nog ge sproken kan wórden van goede trouw bij den schuldenaar, waarvan de aanwezigheid volgens de wet een voorwaarde is voor het verleenen van surceance. Het verkrijgen var, surceance veronderstelt voortzetting van het bedrijf, hetgeen t a. v. de Handels- en Land homvbank ten eenenmale uitgesloten te ach ten is. Op grond van een en ander meen°n bewindvoerders te moeten adviseeren, tegen de inwilliging van het verzoek om surceance van betaling. Uit het Sociale Leven. t Militair Tehuis te Mid delburg. Op deze vergadering, welke was uitgeschre ven door den C. B. B. te Middelburg, werd be sproken de toestand der Christelijke Vakbewe. ging in Zeeland, en de noodzakelykheld van een sterkere propaganda. Gewezen werd op het feit. dat do Besturenbonden het werk niet afkunnen, evenmin als de Chr. Landarbéldersbond. AUer- Xa breedvoerige bespreking werd besloten, binnen afzienbaren tijd, via de Chr. dagblad- en kerkelijke pers en proclamatie te richten tot ge- liel de Christelijke arbeidersbevolking i dertig •oplge beachri tollen jsbrief houdt i •enige hoofdbes reeds aangenomeu afschaffing van de afdee- lingsconliibutie en tot invoering op 1 Januari 1932 van de Bondscontrlbutle naar een salaris schaal. Ingaande genoemden datum ontvangen de afdee lingen dan per Jaar uit de Bondskas de onkos ifge' lïjfkoi gade In verband met deze nieuwe contrlbut.ieregeling worden door het hoofdbestuur eenige wijzi gingen in de statuten en het huishoudelijk re- soneeï de voorkeur boven vrouwelijk), vergoe dingen. verplaatsingen, uniformen, vakstudie, nachtdienst,-.beëediglng tot onbezoldigd Rijks hebben te behandelei medezeggenschap, pen tjden aan co beiders, opleidir fdeclingen aan de Chr. besturenbonden, verplichte deelneming aan D. E. L. en m«.er medezeggenschap daarin, dc Inrichting en ver. zorging der contributie-kaarten, aansluiting sta kingsfonds van bet C. N. V.. wering va- de gehuwde vrouw, wier man ook in overheids dienst is. uit dien dienst, het lidmaatschap van bezoldigde bestuurders en gemeentewerklieden van den gemeenteraad, maatregelen tegen het vloeken, de plaats van de reservisten in dé organisatie,, wijziging huishoudelijk reglement en een uitspraak over de tocpussing van het gezinsloon (kindertoelage). DE TELLING VAN ONVOLWAARDIGEN rings bank. was niet ondernomen steekproef. Niet minder dan 520 gemeentebesturen heb ben zich bereid verklaard deze afzonderlijke telling te doen houden en in bijkans 600.000 gezinnen is de vraag omtrent al of niet aan wezigheid van onvolwaardigheid en zoo ja. y«a welken aard. gesteld. Deze betrekkelijk sub. Jectlefre leekenopgaven zullen nu zooveel moge lijk deskundig worden gecontroleerd en ge toetst waartoe reeds een beroep is gedaan op de vrijwillige medewerking der daarvoor aan. gewezen deskundigen De betrokken Instanties staan thans nog voor do taak. deze tweede deskundige enquête omtrent de eerste gegevens nader te organiseeren en het aldus verkregen materiaal statistisch te verwerken. in den Wieringcr beide middel RIJKSAMBTENAREN VOOR HET OPVOEDINGSWEZEN ENZ. De biJzondei het Rijkst reclasseerl gadering 1 de slaapw; wilton, rakende de ambtena dings., gevangi eft In haar jon^ vastgesteld bet Land- en Tuinbouw. PRODUCTIE EN UITVOER VAN VARKENS De directie van den Landbouw deelt mede, dat gedurende de dagen van 30 Januari tot -1 Februari zijn geslacht voor baconbereiding 13042 varkens (voorafgaande 7 dagen 21.035). uitgevoerd bacon, afkomstig van 7.399 (18 910) irken: stuks. De total, nië beiiep 201.598 (28 - Te Parijs werden in de week van 29 Ji tot 4 Februari (2871) ges lach Groot-Britai —31 Janua is plm. 51 kg.) Nederland aangevoerd 6911 De sek.) uiten: den in de sterke daling der pachtprijzen i geweest. Do binnenvelde gelegen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1931 | | pagina 8