ZONDAIGSBLAD
SCHAAKRUBRIEK.
Redacteur: W J H CARON Haarleinmermeerstraat 168 Amsterdam-W
Men word' verzoen* correspondentie over deze rubriek aan bovi
Probleem No. 242.
Van: J. BERGER.
Wit begint on geeft in tweo zettou mat
Probleem No. 243.
Van: M. KüRSCHNER.
v\'it begint en geeft in drie zotten mat
Men wordt verzocht de oplossingen binnen acht
dagen in te zenden.
Oplossing van Probleem No. 241.
Van: H. COSTER.
Wit (10): Kgl, Dbl, Th8, LhG. Pf4, pi.a3, cl, c5, c5, c
Zwart (2): Kd4, pi.cG.
Mat in twee zetten.
Sleutolzot: 1. Th3—hl
probleem. Zal het
INDISCHE VERDEDIQING
Gespeeld te 1 lusting
Wit: WINTER
Zwart: SULTAN KHAN
1. d2—dt Pg8-f6
2. c2—c4 o7—eG
3. Pblct Lf8-b4
Dc bekende Nimzowitsch-variant, die nog in de
mode is, gelijk te Hastings bleek. Dit valt wel
oenigszins te verwonderen, gezien het feit, dat er
voor wit verschil lende versterkingen gevonden zijn.
Dit schijnt zonder nadeel te kunnen geschieden.
Dc ook nu volgende inval van het paard be
hoeft niet gevreesd te worden. Men zie hiervoor dc
opmerking bij den zevendon zet.
7. Leld2 Pe4Xc5
Zwart mocht niet slaan op d2, gelijk enkele par
tijen van Spielmnnn (Karlsbad) aantoonen. Na 7
PXd2 8. PXd2 f5 0. c3 0-0 10. 04H)! bezit wit de
d-liaan en oefent sterken druk uit op het zwarte spel.
De tekstzet behoeft wit niet te vreezen: na 8. Dr2
f5 9. a3! cXc3 10. cXc3 0—0. 11. bi Pe4 12. L!>2 heeft
wit de beste stelling on is in het bezit der beide
loopers.
8. Db3c2 f7—15
Om c2—ei te veritlnderon.
9. g2—g3
Bogoljubow speelde tegen Nimzowitsch te San
Romo 9. e2—e3 en kwamen In moeilijkheden.
Pion d7 wordt vroeg of laat onder vuur gonomen.
Op dG is deze pion niets zwakker; thans kan e5 ge
spoeld worden en krijgt de looper speelruimte.
Zwart moet het van snol lor aanval hcl)bcn; wach-
ten beteekent verliezen vanwege do zwakke centrum-
pionnen.
21.
Lo4Xf5
liGXgS
22.
g3Xf4
g5Xf4
23
c4c5
PbG—c8
24.
Dc2—b3f
dG—d5
25.
I.f5e6t
Kg8—!i7
20.
Db3—h3f
Kh7—gO
27.
Lo6Xd5
Pi6—<14
28.
Dh3g4f
KgG—hG
29.
LaIXdt
e5Xd4
Op TXd5 zou do Toren verloren gaan door DeGf.
30. Dg4—h4f
31. TdlXd4
32. tdftelf
33. Dhf—h5f
34. Tfl-dl
35. 1)1.5— g4
38. TdlXd4
37. Td4—dOf
38. 1x4—d3
39. I.d3Xb5
40. Lb5— c4t
41. TdGU8f
42. Tdf Xh8
43. Dg4Xli5+
44. Dh5f7f
45. Df7—fSt
KgG—h6
Pc8 -e7
KgG—17
Kf7—f8
Tf8—h8
Td8Xd4
Dc7e5
KfO—17
b7—bTi
g7—gö
Kf7—f8
Kf8-g7
Kg7Xh8
KI.8—g7
Kg7— h8
Zwart geeft op
Er kan nog volgen: 45Kh7 46. Ld3t PgG 47.
Df7t Dg7 48. LXgG* enz.
Deze partij bracht Hot eerste verrassende nulpunt
aan Sultan Khan in het tournooi te Hastings, dat
pas achter den rug is en waarin, gelijk bekend is,
Dr. Euwo den eersten prijs behaalde.
Goede oplossingen ontvangen van: D. Bakker (241,
elndsp. god.), H. J. den Beider (241) Rotterdam; H.
v. Barneveld (241, elndsp. ged.) 's-Capelle; Adr. lap-
pon (211, elndsp. ged.) Cadzand; G. H. de Koning
(241) Geertruidenborg; Ph. J. v. d. Linden (241) Lei
den; L. Mol (241, eindspel) Looaduinen; H. T. Nieuw-
buis (241. eindsp. ged.) Amersfoort; M. Ophroek (241,
eindsp. ged.), H. C. J. Spier (241. eindsp. ged G.
Chr. v. d. Ven (241. eindsp. ged.) Den Hang; C. D.
Poortman (241, eindsp. ged.) Maassluis; Joh. v. Veen
'211, eindspel), Hnzerswoude; A. Verduijn (241,
eindsp. ged.) Honsclersdijk; A. Vos (241), Lekken
kerk.
VARIA
Wit speelt en wint.
Td5dOf
Td6d5t
Ttl5d4+
Td4—d3f
Td3d4
\\a
mise door
c7 c8 T!' Td4nt
liet cinigo. I-'r 'Ir. igde Ta8+.
7. Ke? 3! en wint.
Een andere mogelijkheid is:
2. c7c8D
'I. KliGa5
1. Kn51»4
Kbi—c3
Td5—d2
Td2—b2t
Tl)2—ai't
Ta2-b2t
en wint.
CODRr^pnNDENTIE.
H. v B. te C. Dc door U aangegeven variant is
juisL Zio thans: l...I.ci. 2. LgG f2 enz.
17. Lc3—al Ta8—d8
18. Dd2-c2 Pa51>G
19. Pf3g5
Wit gaat zijn overwicht demonstrccrcn. Er dreigt
niet minder dan mat op h7.
Stand na 10. Pf3—g5
DE VERGISSING
In bijzijn van don beroemden krankzinnigen-arts
Dr. Blanche, sprak 't was in de 90-cr jaren een
buitenlandsch geleerde, die eenige dagen te Parijs
vertoefde, den wensch uit. eens met een waanzinnige
aan dezelfde tafel te dineeren. Blanche vroeg hem
naar aanleiding daarvan togen den volgenden mid
dag bij zich ten oten.
De geleerde vond hier twee hem onbekende bezoe
kers, waarvan de een mot zijn zwarten rok. witte das
cn gouden bril er zeer erbiedwaardig uitzag. Ziin
haar wa» sneeuwwit: hij drukte zich zeer elogant
uit. en maakte nu en dan over de wetenschappelijke
kwesties van den dag, die verhandeld werden, do
scherpzinnigste opmerkingen.
De andere dischgenoot daarentegen was in het
oogloopond nonchalunt gekleed en do slechts losjes
omgeknoopte das liet den hals bloot. Het fraaie,
lange haar was achterwaarts gestreken in zijn nek.
Zijn tint was donker, zijn oogen schitterden. Hij
sprak mei buitengewone snelheid, en wel over allo
mogelijke onderwerpen, over goed en slecht weer,
over politiek en ballet, zonder zich bij een dier
punten lang op te houden of den ander tijd te laten,
er een woordje tusschen te mengen. Zoo babbelde
hij onvermoeid opgewekt en allergeestigst voort
over klassieke school en romantiek, over alles on
nog wat. en dreef den spot met de ernstige dingen.
Bij 't dessert fluisterde de geleerde den dokter met
een zijwaartschen blik op zijn woordenrijken huur
man in het oor: „Ik blijf U ten hoogste dankbaar,
want de krankzinnige is zeer onderhoudend".
„Maar gij vergist U. antwoordde de arts met een
onderdrukt lachje, op even zachte toon, „de undero,
de oude ticer is niet bii zijn verstand!"
„Wat? dc andere?! En deze heer dan, die zooveel
spreekt?"
„O. dat is Balsac. de beroemde romanschrijver!"
ONS RUILBUREAU TE SOEST.
Dc lezers van ons blad zijn in de gelegenheid over-
tolligo bonnen, plaatjes enz in te ruilen aan Ons
Ruilbureau te Soest.
Geruild worden- Verkade-plaatjes. Klaverblad-
plaatjes. Bussink-plaatjes. Tielcman cn Dros plaat
jes. v Delft Vogel-plaatjes, enz.
Voorwaarden
1c Wat u ons toezendt moet onbeschadigd, de
bons geldig en alios voldoende gefrankeerd zijn.
2e. W<: bepalen de waarde van het toegezondeno
on het aangevraagde.
3e Wanneer u aan Ons Ruilbureau wilt ruilen, is
het noodig als minimum bedrag 20 ct. aan postzegels
bij elke zending in te sluiten ter tegemoetkoming in
de onkosten.
4o Wanneer u iets aanvraagt wat niet in voorraad
is zullen wij u er iets anders voor in do pluats
zenden.
Maak gebruik van Ons Ruilbureau cn lees s.v.p.
goed en nauwkeurig de voorwaarden
Correspondeer er over met Ons Ruilbureau te
Soest
ZATFRfUP, 31 JANUARI
J No. 5 JAARGANG 1931
bckoonendeA^rx bü L
NIEUWE LEIDSCHE COURANT
NAAR UW GELOOF
Matthous 9 Z».
Zoo kon alleen Jezus spreken, omdat hom de macht
daartoe gegeven is van den Vader.
Toch 9taat het geval, waarbij Jezus dit gezegd
heeft, niet op zichzelf. Veeleer ligt in deze woorden
•en regel aangegeven die in zijn »oninkrijk geldt
Daarom werd dit door hem jok gozegd tot den
hoofdman over honderd te Kapcrnaüm, die bij ©en
vroegere gelegenheid zijn hulp bad ingeroepen voor
tijn zieke slaaf: tGa heen en u geschiede gelijk gij
goloofd hebt (Matth. 8 13) En eveneens later tot
de Kananoesclie vrouw, dc moeder van het bezeten
meisje: O vrouw groot is uw geloof, u geschiede
gciijk gij wilt (Matth. 15 28).
Wio verstaat, dat waar geloof steunt op Gods be
loften, doorziet aanstonds, waarom deze regel in
Christus' koninkrijk zoo cn niet anders moet zijn.
Immors God vervult zijn ocloften, cn als ons geloof
dio beloften aanvaardt, dan wordt met do vervulling
van die beloften ook ons geloof bekroond.
Toch, hoe eenvoudig en onweerlegbaar dozo rodc-
nccring moge zijn, is do zaak in de praclijk van het
loven niet zoo licht.
Dit vindt zijn oorzaak hierin dat hot geloof niat
ligt in hot verlengde van ons natuurlijk denken en
meenen. Zooals ook de beloften Gods niet zijn een
aanvulling van ons natuurlijk begecrcn cn ver
wachten
Want Gods beloften brengen een geheel nieuw
element in ons leven. Ze brengen herstel van wat
door de zonde verwoest en verdorven was. Maar dat
herstel wordt dan aangebracht niet door eon andere
schikking vun onze natuurlijke krachten. Neen dat
herstel geschiedt door dc inwerking van Gods won
derdoende almacht.
Daarom ontstaat hel geloof waarvan do Schrift
spreekt ook niet door een verandering van opvatting
waartoe wij uit onszelf komen, maar door inwerking
van buiten, door inwerking van Gods Geest met zijn
Woord
Dit woord van Jezus wil dus oict zeggen, dat leder
naar zijn eigen geloof behouden zou worden.
Velen willen dat wel. Men moet volgens hen dan
niet sproken van geloof cn ongeloof. Want wat voor
u ongeloof of bijgeloof is. zoo rode-nee rei ze dan, dat
ls voor een ander juist zijn geloof, cn omgekeerd.
Tevorgeofs zoekt men aan dc hopolooxc verwarring
die deze opvatting teweegbrengt, te ontkomen door
te zoeken naar een hoogcr eenheid, die aan al die
uitocnloopende mceningen cn goloovcn zou ten
grondslag liggen.
De tegenstelling kan eenvoudig niet worden weg
genomen. En eerdat Jezus het woord zegt: u geschiede
naar uw geloof, heeft hij dat geloof aan een proef
onderworpen. Eerst waar hem de echtheid van dat
geloof is gebleken, zegt hij: u geschiede naar uw
geloof; u geschiede gelijk gij geloofd hobt; u geschiede
gelijk gij wilt.
Zoo deed Jezus ook met do blinden, die hem te
Kapernaüm naliepen en nariepen: Zone Davids, ont
ferm u' onzer.
Het was aan den avond van dien dog nadat Jezus
de nachtelijke storm op dc Gatilecscho zee gestild
had. Ewrst was Jezus gekomen in het land der Gcr
gosenon, waar hij de bezetenen verlost had van het
legioen duivelen, dat In hen gevaren was. Maar
omdat Jezus die duivelen had toegelaten in do zwij
non te varen, hadden de menschcn hem gebeden toch
maar weer heen te gaan.
Zoo was Jezus met zijn 'discipelen wedergekeerd.
naar zijn stad d.l. Kapernaüm. waarheen hij blijkens
Matth. 4 13 van Uit Nazareth was komen wonen.
Daar heeft Jezus toen de bloed vloeiende vrouw, die
hem in hef geloof had aangeraakt genezen cn het
dochterkc van Jalrus opgewjkt.
En nu hij het huis vnn Jaïrus verlaat, wordt hij
op straat opgewacht door twee blinden, die hem aan
roepen om ontferming.
Zij doen dit zooals achteraf blijkt in het
geloof. Dit geloof openbaart zich terstond in tweeërlei
trek: dat ze nl. hooge gedachten van Jezus hobben
en geringe gedachten van z.chzelf.
Zone Davids, zoo noemen ze Jezus. Ze geven him
daarmede do eere van te zijn een ware zoon van den
man naar Gods hart. door wien de Heere oudtijds
zijn volk wonderlijk had gered en bevrijd. En ze
hopen, dat Jezus zich ook legcns hen als echte Da
vidszoon zal bewijzen.
Maar tegelijk gevoelen ze. dat zij van Jezus niets
hebben tj eischen. dat ze geen recht kunnen laten
gelden op zijn hulp cn daarom roepen ze hem aan
om ontferming.
En als ze Jezus gevolgd zijn tot in zijn huis. don
doet Jezus hun dc vraag: Gelooft gij dat ik dat doen
kan? Met groote kleschheid vermijdt Jezus het hun
gebrek hij den naam te noemen. Tegenover blinden
moet dat vermeden worden. Het verzwaart hun lijden
noodeloos. Dat weot Jezus ook.
Hij vraagt hun niet of zij goloovcn, dal zij zlonde
zullen worden, maar of zij goloovcn, dat h ij dat
(wat hij niet noemt, maar door hen toch heel wel
gevat wordt) doen kan.
Het moet toch blijken of hun roepen om ontferming
ook nog iets meer is geweest dan dat zij maar eens
wilden probeeren, zooals ze wellicht bij anderen ge
probeerd hadden of et ook genezing was te krijgen.
En dat „ontferm u onzer" kon op zichzelf ook be-
teekenen een vraag om hulp iu den vorm van een
aalmoes of anderszins.
Jezus toont zich echter bereid tot dc grootste ont
ferming: Gelooft gij dat ik dat doen kan? En zooals
Jezus nu coor eerst niet tc antwoorden hun geloof
heeft beproefd en tegelijk tot de uiterste spanning
heeft opgevoord, zoo brengt Hij het door deze vraag
to» uiting.
Dan doet hij hen naar hun geloof.
Nu richtte dit geloof var. doze bliuuen zich niet
op hun ocuwig Heil. Maar Jezus is zoo mild in ont
ferming, dat hij ook waar hij helpen kan voor het
tijdelijk leven, niet te vergeefs een beroep op zija
ontferming laat doen.
Laten wij ons geloof in hom ook daarin tooncn,
dat wij voor deze diep-ongelukkigcn doen wat ia
ons vermogen is: de christelijke .iefde heeft zooveel
middelen om hun lijden te verzachten. En laat dat
dan geschieden met dezelfde kicschheid waarmede
Jezus hun gevoel spaarde.
Jezus door hun blinde oogen to openen, toont ook
tc zijn de eenige die van de zonde verlost, maar
ook van al haar gevolgen. Zoo wijst zijn woord voor
uit naar het koninkrijk der hemelen in ziin vol
einding.
Alle licht valt in dit verhaal dan ook op Jezus zelf.
Want wat die blii oen betreft, zo hebben zich niet
bijzonder dannbaar betoond voor hun genezing, eigen
lijk heel ondinkbaar! Immers, Jezus heeft hun ten
strengste verbotten: ziet. dat nicnmrd he*, wete. En
zij hobben precies bet tegenovergestelde gedaan. Dat
was niet dankbaar, en dat was x>k geen blijk van
goloof.
Maar voorts hoeft dit verhaal «och ook wel betce-
kenis voot net geloof dat bij Jezus do zaligheid en
eeuwige behoudenis zoekt
Wie toch zoo bij Jezus de redding van zijn ziel
en de opening «*an zijn geestelijk blinde zielsoogcn
zoekt, die zal door hem worden verhoord.
Want daartoe is nij in de wereld gcko*..cn. Daar
toe allereerst cn allermeest Wie hem daarom aan
roept en zijn ontferming inroept die zal nog veel
meer bij hem verhooring vinden.
Hlor vooral geldt het: u geschiedo naar uw geloof.
Zoo gij uw geloof maar houdt achter cn hij zijn
Woord!
DAUWDROPPELS
Zc flonk'ren fel, als kristallijnen steenen.
gevat in teer olijfgroen cn smaragd;
terwijl ze. door liet zonnegoud boschenen,
als Iris schitt'ren, rijk in kleurenpracht.
Daar vloeien, zie, twee droppels saam tot éénen,
die nu in glans en luister nog verpracht:
de volle levensweelde van 't vereenen
van wat natuur zelf lol elkander bracht.
Twee tcere zielen in den glans van 't leven
vervloeien in een volle harmonie,
door liefde zelf tot één geheel geweven.
Wat wonder, zóó volmaakt ineen te kleven!
Hier zingt Natuur een heil'ge psalmodie:
Die liefdeweelde is van God gegeven.